ST. EMILION A. v. d. Weg, Langestr. 23 GELEOENHEinS GESCHENKEN amfrSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander" ankers?.. bij I. L SCHOTERMAN IiJtwtr.'IT. Til. 14S 'BINNEN LAND. 1 Eigengemaakte Kindcikleedinq. NutsspaarbRnk m fmm ais steeds ie klas «ren Eet Verloren Tehuis. EERSTE BLAD. 9 M.iicnn VAN FIMFPPM Magaz. De Dom" WILLS5V3 GROENHUIZEN FEUILLETON. 20ste Jaargang No. 222 ^ateroaq 18 Maart 1622 ORIGINEELE zeer aan te bevelen Bordeaux, gewas 1917 Ce ouüe tour. Het stelsel van Evenredige Vertegenwoor- %figing berust op de aaneensluiting van poli tiek gelijkgezinden in politieke partijen. Voor Eenlingen, die slechts vertrouwensmannen jjvillen zijn van groepen zonder beginsel, is fer onder de vigueur van dit stelsel, in de Volksvertegenwoordiging geen plaats. Daar- iom 'heeft men omdat bij de zetelverdee- ting toevallig nog eens eej) zetel zou kunnen toevallen aan een handjevol kiezers die Jnogelijkheid 'beperkt door de bepaling, dat •demand verkiesbaar is indien niet zijn stem lijst 50 van den kiesdeeler heeft, gehaald ten bij de jongste herziening van de kieswet heeft men dit geaccentueerd door die 50 lot 75 op te voeren. Nu had men mogen verwachten, dat de kiezers in 1018 reeds hadden geleerd, dat candidaten-lijsten,_buiten de politieke par- Ujen om gesteld, slechts een zeer geringe kans op succes hadden. En wat nog meer eegt dat de enkele man die toch nog juist In de Kamer flupst, daar niets vermag uit te floeren. Men heeft gezien, dat de kleinere groepen, Idle er in slaagden een afgevaardigde geko- len te krijgen, moesten dulden, dat hunne, iels -eenlingen gekozen, vertegenwoordigers in één Kamerclub gingen zitten met ande ren, waarmee zij slechts de misère van de eenzaamheid gemeen hadden. Men heeft gezien, hoe de kleinere partijen zich hebben moeten vereenigen tot één grootere, in de overtuiging, dat de proef van 1018 niet met Bucces kon worden herhaald. Voor de niet bij eene politieke partij aan gesloten kiezers blijft er willen zij met hun stem eenigen invloed uitoefenen slechts 'ééne mogelijkheid te stemmen op een lijst van eene bestaande politieke staatspartij. Intussojven heeft de mislukking van de r,nieuwe partijen" en van de „groepen kie zers" in 1018 blijkbaar niet duidelijk genoeg gesproken. Men gaat opnieuw in de oude fout vervallen en wellicht nog in sterker mate dan bij de vorige verkiezing. Reeds hebben 7;.j melding zien gemaakt van een „onafhankelijke middenstandsgroep" met de heer Manasse als eerste candidaat. 'Nu weet'men dat de middenstanders hoe zeer zij de economisch gemeenschappelijke belangen hebben, die zij in hunne organisa ties trachten te bevorderen in politieken zin sterk uiteenloopen. Schier in alle par tijen vindt men middenstanders, zoodat er voor de groep-Manasse al weinig kiezers overblijven. Br is voorts de groep der landbouwers (die linksche en rechtsdhe lijs'en stelt!), die nog eens weer wil pogen om den lachwekkend en heer Br a-at of iemand anders zonder parle mentaire kennis, mits hij slechts plattelander is, in de Tweede Kamer te brengen. En nu verluidt het, dat te Amsterdam is opgericht de kiesvereeniging „Vrijdenkers naar het Parlement", die in alle kieskringen oandidatenlijsten zal indienen. Een merk waardige „groep". Een vrijdenker is iemand, «die zich bij zijn denken niet wil laten leiden door eenig. dogma. In politieken zin is dit *>ij alle vrijzinnigen het geval en deze nieuwe groep kan dan ook slechts als nieinve, aparte, liberale partij worden beschouwd. Bedoelen ■de he eren wellicht eene reactie tegen cleri- eale aanmatiging? Op zich zelf is er wellicht reden voor, de vrijzinnige partijen er aan te berinneren, dat zij, zoo noodig, anti-cleri- caal moeten zijn. Maar voor een afzonder lijk optreden van anti-clericalen is er geen enkele reden. Behalve deze drie groepen zullen ook bij de aanstaande verkiezingen enkele eenlin gen in het politieke strijdperk treden. Niet dat men ze heeft uitgenoodigd. Neen. Ze zijn afgevaardigde geweest ze zijn het nog en ze willen het gTaag blijven. En nu pogen zij, of officieeier gezegd, hunne vrienden orga- nisatietjes ad hoc in elkaar te zetten, om hen opnieuw gekozen te krijgen. Vroeger, onder de oude kieswet, en onder t beperkte kiesrecht van vóór 1887 ging het nog. Toen kon men het met ÏOOO h 1500 stemmen een heel eind sturen. Toen was een bekende figuur in een provinciestad of zelfs in de- hoofdstad wel door zijn vrinden in de Kamer te brengen. Maar thans? Zoowel de „groepen", die thans weer af zonderlijk gaan staan, als de eenlingen, die pogen groepen om zich te vormen, zijn wel heel naïef, als zij op eenig succes durven hopen. Men ga maar eens na. In 1918 zijn er ruim 1.340.000 stemmen uitgebracht bij de verkiezing voor de Tweede Kamer. Nu we dit jaar ook de vrouwen naar de stembus zullen zien gaan, zal dit getal minstens wor den verdubbeld, zoodat wel meer dan 2.600.000 kiezers aan de stemming zullen deel nemen. Dit wil zeggen, dat de kie:. :e- ler ongeveer 26000 zal bedragen en dat eene partij slechts zoovéél afgevaardigden zal krijgen als zij malen 26000 stemmen uitbrengt. Voor de „groepen", of ze nieuwe partijen bedoelen te zijn, dan wel slechts bijloopers van den eenen of andaren zich zelf over- schattenden politicus, is er slechts kans een vertegenwoordiger aan te wijzen, indien ze ten min9te 3A van 26000, d. i. ongeveer 20.000, stemmen uitbrengen. Het is immers onmogelijk voor eene nieuwe organisatie of voor een organisatie ad, hoe om zooveel menschen achter zich te vereenigen I Nu zal men er allicht op wijzen, dat het toch bij de stemming van 1918 mogelijk is gebleken, met voorkeurstemmen te worden gekozen. Dat is ook zoo. Maar thans is de situatie anders. Deze eenlingen staan niet op de lijst van eene politieke partij en pro- fiteeren dus niet van het feit, dat aan die lijst een zeker aantal "zetels worden toege wezen. Bovendien: indien zij ook al vele per soonlijke vrienden achter zich houden, die genen van hunne vrienden, die lid der partij zijn gebleven, stemmen ditmaal niet op hen, maar op de partij. Er komt nog iets bijde propaganda van deze eenlingen kan slechts eene persoonlijke zijn. Zij re presente er en geen beginsel, zij hebben geen program. Zij komen tot de kie zers als het ware met den bedelnap om stem men. Hun verkiezingsrede kan, verkort, niet anders zijn dan: „ik ben zoo'n goed Kamer lid geweest, ik wil zoo graag Kamerlid blij ven: Stemt mij dus". Want kritiek op ande ren die mogelijk blijft heeft nog nooit indruk op dè kiezers gemaakt,' indien niet de grondslag voor die kritiek een eigen begin sel en een eigen program was. Zoo gelooven wij absoluut niet in de mogelijkheid van succe9 van de drie (of meer?) nieuwe groepen en de twee (of meer?) persoonlijke candidaturen, die bij de a.s. slembus in het vuur komen. Toch achten wij zulke nieuwe groepen en zulke privé-ondernemingen bij de stembus een gevaar. Alle stemmen die op deze groe pen en personen worden uitgebracht, zijn verloren. En nu het stelsel van evenredige vertegenwoordiging, in zijn jongsten vorm vooral, eene bevoordeeling bevat van de groote partijen, daar zou speciaal de vrijziiv nig-democratische partij, nu de meeste van die groepen op linksche stemmen speculee- ren, van dit optreden schade kunhen onder vinden. Daarom is het onze plicht tegen dit gedoe te waarschuwen, tegen deze stembus-spele- rij, die slechts negatieve beteekenis heeft en die de positie van de groofste partijen, van de Roomsch-katholieke en de Sociaal-demo cratische partijen indirect versterkt, te onzen koste vooral. Men begriipe dus, dat elke stem op een eenling-candidaat of op den candidaat van een nieuwe groep uitgebracht verloren is; men begrijpe, dat zelfs indien één dier gToe- pen er in zou slagen een afgevaardigde naar Den Haag te zenden, deze deputé volslagen machteloos zou zijn. Men ga de parlementaire geschiedenis van de laatste vier jaren maar na en men zal tol de overtuiging komen, dat geen van tie eenlingen of van de nieuwe-partij-gan- gers in dezen tijd iets heeft kunnen berei ken. Men bedenke, dat reeds in 1918 onzer zijds is gewaarschuwd tegen de politieke vrijbuiterij, die nu weer hoogtij viert; men erkenfve, dat onze toen gedane voorspel lingen precies zijn uitgekomen. En men ver- valle dus niet meer in de toen begane fout. Men <ra voor een beginsel, voor een pro gram ter stembus. Dan alleen is de gang naar de stembus het bewijs, dat men van zijne politieke wenschen en verlangens zal doen blijken. En alleen met dit doel heeft de wetgever den staatsburger naar de stem bus geroepen. Uit de Pers. GEEN ONTWAPENING. Wanneer men aan de sociaal-democraten vóórhoudt, dat hun partijgenooten in België do oorlogsbegrooting goedkeuren, de verplichte lichamelijke opvoeding der jeugd voorstellen, als maximum-eisch aandringen op een diensttijd van zes maanden, in één woordmedewerken aan de best mogelijke organisatie der landsver dediging, dan zegt De Tij d antwoorden de leiders der S. D. A. P.: in België werkt dc oorïogsverbiltering nog na, welke ook de socia listen aldaar blind maakt voor den eisch der ontwapening. De vergelijking gaat dus niet op. Het is daarom van belang de aandacht te vestigen op Zweden. Het Zweedsche volk is bui ten den oorlog gebleven, het heeft oorlogswinst gemaakt en het wordt thans geplaagd door een ongekende werkloosheid. In dat land is, onder de leiding van Branting, een geheel sociaal democratisch ministerie aan het bewind. Bij de opening van den Rijksdog heeft de Koning een Troonrede uitgesproken. Dit door Branting opgemaakt regeeringspro- gram bevat niets, volstrekt niets wat als speci- fiek-socialistisch kan worden aangemerkt. Wat doet Branting voor de ontwapening Mr. Mar- chant vertelt er van in d^, „Vrijzinnig-Demo craat": „Wat echter bovenal de aandacht trekt is dit, dat geen maatregelen tot socialisatie worden aangekondigd, en dat men niet over gaat tot ontwapening. Er is alleen een zekere matiging waar tc nemen in do uit gaven voor de verdediging. Toch is het Zweedsche leger betrekkelijk sterker dan het onze; het nnntol grieplijdcrs in het leger, laatstelijk 10,000, leert ons, dot er heel wat meer soldaten onder de wapenen zijn, ook in verhouding tot de bevolking, dan bij ons. Het is geen reden om het sociaal-democra tische ministcrio daarvan een verwijt te ma ken het moet weten, wat het doet. Maar wel werpt het feit, dat de groote sociaal democraat Branting, voorganger in de inter nationale vredesbeweging, de regeering voert zonder tot ontwupening over te gaan, een eigenaardig licht op de ogtwapenings- leuze, hier in Nederland aangeheven. Er is toch een principieel verschil tusschen den eisch der ontwapening in een verkiezings program en den eisch tot geleidelijke ver mindering der bewapening, „in de richting van ontwapening." In een verkiezingspro gram heeft men slechts eischen op te nemen, voor welker vervulling men instaat, voor het geval men na de verkiezingen de ver antwoordelijkheid mocht dragen. Doet men dat niet, don verbleeken deze eischen tot leuzen zonder werkelijke, practische betee kenis." DE SPLIJTZWAM IN DE R. K. STAATS PARTIJ. De Limburger Koerier zegt, dot het verkeerd zou zijn, de door den heer Van Cronen- burgh c. s. ingeluide actie te beschouwen als I enkel de uiting van ontevredenheid ecner groep katholieke werkgevers en intellectueelcn, die ten slotte toch geen volksmassa achter zich zullen krijgen. De Amsterdamsche-Hnarlcmsche groep heeft de kat de bel aangebondenen de muizen zijn talrijk. Als het tot een afzonderlijke actie van den.... loten we zeggen, meer conserva tieven vleugel komen moest, deze zou meer aanhang vinden, dan menigeen zich mis schien wel voorstelt. Zeker, de arbeiders zouden over het algemeen wel den koers houden, waarin thans door de katholieke partijpolitiek gevaren wordt hoewel deze ook hen niet onder alle opzichten heeft kunnen bevredigen maar daarnaast be staan nog andere belangrijke kiezersgroe- pcn. Zoo make men zich in Den Haag niet at te veel illusie over de onvoorwaardelijke volg zaamheid van den middenstand jegens de partijleiding. Dat, niettegenstaande den mo- reelen druk van haar Politiek Advies, waar aan althans in Limburg zelfs een straf fe van organieke excommunicatie verbon den werd, toch in meer dan één Kteskring 'dit advies niet in zijn geheel is gevolgd, is reeds een veelzeggend verschijnsel. Laten we den toestond openlijk onder de oogen zien; dit is beter dan op een slecht verkend terrein onder hoera-geroep te stormen en misschien een bittere teleur stelling te lijden. Het bfad stelt vost, dat er ontevredenheid is onder den Middenstand. Zijn groote grief, al brengt hij die niet altijd onder zoovele woor den, is, dat de voortgaande Staatsbemoeiing handel en bedrijf beknot de achturige arbeids dag, de opgedreven drankaccijns, de tabaksbe lasting en een heirleger ambtenaren schept, die op kosten van den steeds minder draag- krachtigen belastingbetaler verhoogde loonèn, premievrije pensioenen, vocantiegelden toelagen genieten. Veelal wordt wat men noemt „de Aal- oerse-politiok", waaronder men verstaat een onpractische belichamen van teorieën en een te zeer wijken voor werknemersdrang, on gunstig beoordeeld, en vraagt men zich ook of, of de gelijkstelling van bijzonder en openbaar onderwijs die men op zich zelf zeer toejuicht niet op min drukkende wijze had kunnen geschieden. Waarbij don nog komt de ontevredenheid over het in ons tegenwoordig kiesstelsel al te zeer achteruitschuiven van de vrijheid van den Staatsburger, voor de overmacht der kiesvereenigingen Nu is het waar, dat de middenstand een betrekkelijk klein deel van de bevolking uit maakt. Maar ook onder den boerenstand heerscht misnoegen. Het blad drukt ten bewijze daarvan een brief met grieven der plottelandskiezers af van iemand die het Limburgsche plattelandsleven van nabij kent, en besluit: „Homme averti en vaut deux". Wellicht is het nu nog tijd, om maatregelen te nemen. BA Maison VAN EIMEREN j Colfleur PosUclieiir i Coltfcuse J t' WIJFRSSTRAAT 14. - Tol. «05 i Hoogst Modorno Salons voor DAMES on TIFFRFN - Manicure f Mngazjjn van Parfumurioën on (a Toilot-Artikolon. BADINRICHTING Varkensmarkt Amersfoort, Speciale nldeclin? Amersfoort UtrechtseheffRS 9. Overzicht 1921. Ingelogd 512.314.67 Terugbetaald 255.886.40 Meer ingelegd: 256.428.27 Nieuwe boekjes A 590. Effecten ift bewaring: 37.310 Geopend: eiken werk dag 10—1; 3—7-8. Zaterdagavond GVz8V* Zaterdagmiddag geslo ten. DE BRIELSCHE FEESTEN. Nuur aanleiding van de aanstaande feestelijka herdenking van de inneming von Den Bricl wijst Het Centrum er op, dat die feesten geen confessioneel of antipapistisch karakter hebben, doch von historisch-stualkundigcn aovd zijn. Do verovering van Den Briel ging gepaard met feiten, welke thans zeker niemand meer in bescherming zal nemen, of zelfs maar vergoed lijken, en die destijds reeds niet gewild waren door den Prins van Oranje. Dot men dio feiten huldigend zou gaan her* denken is dus natuurlijk uitgesloten. En evenzoo dient er op gewezen in dit veri bond, dat dc strijd tegen de Spaansche ovciv heersching geenszins het werk von de nanhan« gers der nieuwe religie alléén is geweest. „Daarom is bij de herdenking van het historische wapenfeit op I April het noo- dige onderscheid te maken en dient daarbij enkel naar voren gebracht, wot ons als gpede vaderlanders vereenigen kun en ver« eenigen moet. De geschiedenis heeft sinds lang haai vonnis gestreken over de uitspattingen en wreedheden van een Lumey en consorten en het ruwe oorlog-voeren van dien tijd. Maar zij heeft tevens de waarde vastge legd van hetgeen op den eersten dag van Grasmaand 1572 geschiedde voor onzo worsteling om de onafhankelijkheid. En in dit licht het éénige juiste en het éénigo goede beschouwd, kunnen allo Nederlanders eikonder bij de aanstaande herdenking ontmoeten, bezield cn ge drevel» door eenzelfde nationale gedachte." Berichten. Personcelvoorziening Indische dienst Verschenen is het vcrsldfc von de StaatscOm^ missie ter bevordering de personcelvoorziening voor den Indischen dienst, welke commissie op 16 April 1921 geinstolleeid werd. De commissie heeft te dier zake een bestaan- den ongunstigen toestand geconstateerd, dief een gevolg is van den oorlog als tijdelijke! JUWELIER - AMERSFOORT Groote keuze door DAVID L7ALL. Uit het Engelsch door XWevr. J. P. WESSELINK-VAN ROSSUM. 52 Henry Hunt was een oogenblik stil en dacht can Enid Ferror s jongen den verloren zoon, wiens naam nooit in het huis genoemd werd .maar een gevoelige snaar in zijn binnenste waar- Schuwde hem, zooals die Ferguson niet ge waarschuwd had, dat het nu geen gunstig pogenb! k was, dit onderwerp aan te roeren. jrHet behoeft niet noodzakelijk naar die kana len te gaan, ofschoon ik niet ontken, dat ze goed zijn, Tom. Ik dacht aan het leven van en kele schepsels, die steeds hun leven buiten de ron hebben moeten doorbrengen, door gebrek aan een weinig geld, dat goed besteed was ge worden, op het juiste oogenblik of slechts voor beschoten. Noordelijk Londen zit er vol van geheel Londen is een rijk veld, Tom I Een zeer m veld f Op die manier gebruikt ge uw «chat voor den hemel, bevrijd van mot en roest. Denk er eens over." Barclay Speed gaf geen antwoord, maar ven- anderde van onderwerp en Hunt verbeeldde zich, dat hij het afgeslagen had. Maar preeken worden somtijds buiten den preekstoel gepre dikt. Vickary Hunt's woorden hadden weer eens doel getroffen I HOOFDSTUK XVI. Dan Ferguson bevond zich dien namiddag laat in den pastorietuin met Joy. Hij wist niet hoe het gekomen was. Zij hadden over sleutel-, bloemen gepraat en zij had hem uitgenoodigd, eens te kijken naar het kleine dal dat zich, als een vergezicht uit een sprookje verspreidde van de helling van den pastorietuin tot het verlo ren ging in de uitzichten van het Park van Upleys. Er was geen tuin in heel Upleys dien men daarmede vergelijken kon hij was zoo oud, zoo rijk, zoo afgezonderd en cenig. „Dc heb nog nooit iets dergelijks gezien," zeide Ferguson met verrukte bewondering. Hij had een levendig oog voor natuurschoon, en een bos goedkoope lentebloemen van een venterskar in High Street, Camden Town had den hem reeds eerder een gevoel gegeven, of hij tranen zou storten. Een vreemd mengsel en mengelmoes von hoedanigheden en grillen was deze man, maar Joy vond, dat men hem ge makkelijk leerde kennen. „De sleutelbloemen zijn prachtig, niet zei- de zij, zich op een voet staande houdend op het bruggetje, dat het riviertje onder aan den tuin overspande, waar het zich in bochten door het dal wrong. De,, beide kanten van het stroom pje waren bezaaid met de op sterren gelijkende bloemen en de zachte heerlijke geur verzoette de scherpe lucht „Het was ©en naamgenoote van mir, die hier de eerste sleutelbloemen geplant heeft. U weet, dat Sussex beroemd is om zijn sleutelbloemen, maar er waren er geen in Upleys. Het was een verwijt voor de plaats en den eersten keer, dat zij naar haar eigen tehuis terugging aan den anderen kant van het graafschap rechts te rug van de zee, weet u bracht zij een plant met wortel mee. Telkens als zij terugging, bracht zij er een meeen zie nu eens I Zoudt u niet gaarne zulk een grafmonument hebben, liever dan een tombe in een kapel Een van die aardige kappen met dien grooten hals kraag in de Maria-Kape! is van haar maar dit is haar eigenlijke gedenksteen. Op Woensdag komen alle Upleys-kinderen hier met hun mandjes en zoeken ze voor de gasthuizen. Dan herinneren zij zich Vrouwe Joyce, en zegenen haar naam." „Het is een lieflijk pjekje. Het schijnt mij Iets in het geheugen terug te roepen. Ik ben bij de zee geboren, maar ik heb een grootmoeder op het land gehad. Zij leefde in een huisje aan den rand van het bosch en dat had sleutelbloe men. Ik geloof niet, dat ik ze sedert heb zien groeien." „Maar wat verschrikkelijk I" zeide Joyce met een uitdrukking van ernstig medegevoel. „Nu zal ik u een ruikertje geven en u moet mij be loven het te«-bewaren tot u weer hier komt, om ze te zien opgroeien. Belooft u het Het zal u niet zooveel moeite kosten, want natuurlijk zult u heel dikwijls naar Upleys komen, als u met Naomi getrouwd is." Dus zelfs in de Oude Pastorie van Upleys werd het als een feit aangenomen, dat de Speeds zich geheel van hem meester zouden maken. Ferguson verhardde zijn ziel. „Daaromtrent ben ik nog zoo zeker niet Dc krijg niet veel vacantiedagen." „Ik heb van oom Henry gehoord, hoe hard u werkt en hoe vriendelijk are voor iedereen zijt, maar vooral voor de armen. Misschien ontmoe ten wij elkaar verder wel eens in de St Bede's parochie. Ik zal u vertellen,- dat er zeer spoe dig groote dingen in onze levens zullen gebeu ren. Moeder heeft mij vandaag verteld, dat zij nu eindelijk vastbesloten is, om met oom Henry te gaan samenwonen. Hij heeft dat altijd gaarne gewild, zooals u wel zult weten." „En zult ge nl deze schoonheid verlate», die zulk een gepaste omgeving voor u schrjnt te zijn „O, zegt u dat nu ook niet," riep Joy, terwijl zij opkeek van de helling van den oever, waar zij neergeknield was, om haar ruiker te pluk ken. „Nu, wacht een oogenblik tot ik hier klaar ben en dan zal ik u er meer van vertellen." Ferguson lag met zijn urmen op de leuning van de oude brug en sloeg dit schouwspel ga de, dat later nooit uit zijn herinnering ver dween. In ieder leven blijven standvastig ze kere herinneringen, die het met iemand deelt. Ze te bewaren en liefkoozend te herdenken, is niet noodzakelijk onoprecht zijn tegen uiterlijke en zichtbare banden en weinig mannen zijn er slechter om, dot zij de herinneringen bewaard hebben. Zeer dikwijls vormen die herinneringen een gedeelte van een altaar. Joy's handige vingers verzamelden vlug de weinige bloemen, die er voor een ruikertje noo dig waren. Zij rangschikte ze in hun koele, groene bladeren en overhandigde ze hem met een glimlach. „Nu hebt u geen andere keuze dan vriende lijk te zijn," zeide zij ondeugend. Ik zal een halve minuut gaan zitten en alles uitleggen. U moet weten, dat ik gewenscht heb, verpleeg ster te worden, sinds ik heel klein was en dat ik een werkelijk poppenhospitaal met spalken en zwachtels en een operatictafel gehad heb.' „In de werkelijkheid is het een moeilijk le ven." zeide Ferguson haastig en zou er bijiv» bijgevoegd hebben „cn neemt iemands bestal jaren weg." „Maar slechts moeilijke dingen zijn waard,, gedaan te worden. Ieder lui mensch kon een paar sleutelbloemen plukken of bij het be<7 zitten lezen van een hutbewoner. Ik wil werkos lijk werk doen." „Toch zal het niet goed voor je zijn," zeid* Ferguson onbeholpen. „Nu, zeg mij dan alsjeblieft eens waarom niet. Dat zegt iedereen, als ik het eens waagj over mijn geheime verlangens te spreken. Waaïl om neemt niemand het ernstig op „Wel, zie je wel; zie je Maar Hij kwant niet verderen Joy, die bemerkte, dat hij ho* peloos aan het hakkelen was, trachtte hem t< helpen. „Oom Henry zeide mij den allerlaatsten keef, dat wij erover gesproken hebben, dat het mijnt bezigheid is te bloeien." „Precies," riep Ferguson gretig. „Dat heb ilf willen zeggen maar ik beheersch mijn woorden* keus niet zoo als Mr. Hunt." „Maar sedert hij gezien heeft, dat ik moedefl met goed gevolg verpleegd heb, is hij gezeglij* leer geworden," zeide Joy, n\et een kaimen zm gevierenden klank in haar stem. „En als wij naar de St. Bede's pastorie goniy word ik werkelijk een zuster van het volk voof, oom Henry. Gelooft a niet in zusters van hel volk „Zeker. Dc heb er velen ontmoet. Er is een post in een van de stegen van het Leger de3 Heils in Somers Town cn dat is de plaats opt aarde, die het dichtst bij de poorten des he* mels is." „Het Leger des Heils f" riep Joy adem!oo% „O, vertel mij wat ervan (Wordt vervolgd),

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1922 | | pagina 5