JERSEYS uraiHiüiims^r^r'S: il.lf. Middenstands Mém! uittma nr. mran Hi. au Deposiio-Renfe: UPS' SAFE-INRICHTING MAISSH „i: Eet-, Thee- en Ontbijtserviezen! Ponne. Vlasakkerwee DE EEMLANDER" "BUITEN LAN D7 EERSTE BLAD. Onze Democratie. Hen jaar vast s»0 zes maanden opzegging 41/3 w/0 een dag a1^0/» 44 LAHGESTRAAT in wol en zijde zwart-griis en vele mod. kleuren B. NIEWEG, Telefoon 169 Electriciteii op alle iqefoted Rep- reert alle machines Opgericht IS06 Laaqste orijzen Een pmeeEteraadsverkieziüg uit den goeden, ouden tijd. "ZOe Jaargang No. 268 per post f J.—per week (met «rratis eenekern»» legen ongelukken) f 047» «lxondeilijke nummos 1CXH. AMEBSFOOBTSCH DAGBLAD D.RECTEUR-U1TGEVER. X VALKHOFP. ARNHEMICH"POORTVL'V m INT 611 Zaterdag 13 Mei 1922 PRIJS OER ADVERTENTM Z Inbegrip v*n ee« bewnsnummer, elke regel meer O 25, dienstaanbie» dingen en Lieldadieheids-adveitentiëa voor de helft der priJ» Voor bande) en bedrijf bestaan teer voordeelig© bepalingen voor bet advertecxcn. Eco© Circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. T*log altijd zijn er, die van ons, vrijzinnig- democraten, beweren, dat wij „eigenlijk" slechts taedeloopers van de sociaal-democraten zijn. Zij, {die zóó spreken, voelen wel voor democratie, zeggen dit althans, maar zij schrikken terug, Voodra die democratie hen in gezelschap zou ^rengen van de socialisten. Dit is nog al dwaas, iemand, die beginselvast is, kan rustig met men- ïchen van andeT beginsel samenwerken voor- verflauwing der grenfcen behoeft hij niet bang /te zijn. Bovendien ziet men in andere landen ^burgerlijke" en socialistische partijen samen gaan, zoo in Duitschland, waar de katholieken met de socialisten de regeeringspartijen vor men. Uit het feit van zulk een samenwerking mag dus nooit worden geconcludeerd, dot de ©ene partij de andere naloopthoeveel te min- ider mag men die conclusie trekken, als de sa menwerking alleen hierin bestaat, dat men bij stemmingen over bepaalde onderwerpen één Ujn trekt I Ook de wel eens gehoorde bewering, dat de ©ociaal-democraten praktisch vrijzinnig-demo craten zijn geworden, houdt geen steek. De Socialisten mogen sinds hun optreden belang rijk zijn „gematigd", zij omhelzen in theorie Hog altijd stellingen, die wij onjuist achten; zij spreken nog steeds, in het Marxistisch jargon, van klassenstrijd en socialisatie der productie middelen, punten, waarin ons van hen een diepe klove scheidt. Bovendien is voor hèn blijkbaar socialisme hoofdzaak, democratie bijzaak en juist de No vemberdagen van 1918, toen de socialisten de democratie op zij wilden zetten, hebben zonne klaar bewezen, dat wij, vrijzinnig-democraten, de democratie, óók tégen de sociaal-democra ten. moeten verdedigen. Als wij nu, in het gezicht der verkiezingen, nog eens aan die Novemberdagen herinneren, don doen wij dat niet om er nog eens op te wijzen, dat Troelstra zich in dien tijd heeft ver gist en dat die vergissing ons volk eene bloedige revolutie had kunnen doen doormaken; neen, dan doen we dit om kracht bij te zetten aan oris betoog, dot er, bij zekere overeenkomstige pro grampunten, een markant verschil is tusschen de socialisten en tusschen ons. Het is de S. D. A. P. ten slotte te doen om de macht te veroveren over de arbeiders. De S. D. A. P. heeft in hare beruchte éénheids motie tusschen de regels door verklaard, dat zij bij eventueele revolutionaire situaties niet vies zal vallen van medewerking aan eene revolutie. Immers in die motie zegt zij, dat zij in zulk een geval „vóór alles zal hebben te overwegen, of zij hiervoor voldoenden steun vindt in de arbei dersklasse en daarbuiten". Maar dan gaat ze door: „Verder zal het volk in zijn geheel zoo spoedig mogelijk gelegenheid moeten hebben den nieuw te scheppen toestand vast te stellen." Dit kan slechts beteekenen: als de ultra's van Links straks eene revolutie maken, dan doen we mee. Maardan zullen we zoo gauw mo gelijk de democratie weer terugroepen, door het houden van eene verkiezing of een referendum. Dus: eene tijdelijke afwijking van het pad der democratie om even eene revolutie te ma ken schijnt der S. D. A. P. aannemelijk, mits maar spoedig de democratie weer wordt her steld. Welnu: hier is eene principieele en onover brugbare tegenstelling tusschen de S. D. A. P. en den Vrijzinnig-Democratischen Bond. In ons land met zijn, door het algemeen stemrecht ge kozen, volksvertegenwoordiging is elke afwijking van den parlementairen weg om tot eene ge wijzigde regeering te komen, eene verloochening van de democratie. Zoolang de S. D. A. P. de mogelijkheid van meedoen aan eene revolutie open laat is zij niet zuiver democratisch en moeten de oprechte vrienden van de democratie op hun hoede zijn tegen mogelijke terzijdestelling van het met veel moeite veroverde algemeen kiesrecht. Naast dit sterk, sprekende verschil in opvatting van wat al of niet met de democratie vereenig- baar is, staat trouwens nog meer. Het sterkst komt dit alweer uit, in wat de S. D. A. P. tegenwoordig als haar „slagwoord' gebruikt: de socialisatie. Het is onbegrijpelijk, hoe ernstige partijleiders dit aandurven. Terwijl zij toch in November 1918 oprecht geloofden in de mogelijkheid van snelle socialisatie, weten zij thans, en erkennen het openlijk in hunne ge- schriften, oat er nog een heele tijd van studie noodig zal zijn, voor de socialisatie in de prak tijk kan worden gebracht en dat ook dan nog voorzichtig en tastenderwijze, langzaam vooral, wellicht socialisatie kon worden toegepast. Desalniettemin betoogen de roode scharen op 1 Mei ten gunste van „socialisatie" alsof ieder der broeders precies wist, wat dat is en alsof het morgen aan den dag doorvoerbaar ware. Aan zulk eene politiek doen wij niet mee en zullen wij nooit mee doen. In de idee „sociali satie" zitten stellig ook voor ons aanlokkelijke elementen; wij doen gaarne mede aan eene studie omtrent den aard der socialisatie, omtrent hare mogelijkheid, omtrent de wijze, waarop ze zou kunnen worden ingevoerd, indien dit wenschelijk mocht blijken, maar wij weigeren pertinent dit nog zoo sterk verhulde toekomstbeeld te gebrui ken als programpunt. Wij zijn overtuigd, dat men ook ten aanzien van de socialisatie zal komen tot een compromis tusschen de Staats-almacht en het individualisme en nu de sociaal-democraten het voorstellen alsof alle indivualisme ten slotte zuiver egoïsme is, nu gaan we ook in dit vraagstuk zóó sterk uitéén, dat het onbegrijpelijk is, dat sommigen onze politiek vereenzelvigen met de sociaal-de mocratische. Te onbegrijpelijker, nu onze weg altijd op de zelfde wijze door ons is aangewezen: handha ving van de democratie onder alle omstandig heden; aanvaarding van gemeenschaps-êxploi- tatie déór, waar het particulier initiatief onmach tig blijkt of tot misstanden voert. Politiek Overzicht. Zoo is dan al bereidde men zich op langer uit stel voor, Donderd. dwart voor 12 des middags door Tsjitsjerin het antwoord der Russen op 't memorandum der mogendheden ingediend. Het is buitengewoon uitvoerig en men heeft al dade lijk het polemisch karakter er van vastgesteld, bovenal van 't eerste gedeelte, waarin de raden- regeering zich tot haar grootste leedwezen ziet genoopt vast te stellen, dat het memorandum der mogendheden, zonder de verwachte recht vaardige oplossing der Russische kwestie te brengen, in elk opzicht een achteruitgang be- teekent met betrekking tot de voorwaarden, die Rusland op 20 April in de villa Alberti en in 't Londensch memorandum zijn gesteld. Ook constateeren de Russen, dat de inhoud van 't memorandum van 2 Mei aanmerkelijk afwijkt van de resolutie van Cannes. De inleiding van 't memorandum der mogendheden moet menige veer loten en ook de afzonderlijke artikelen wor den scherp gecritiseerd. Over het in art. 1 ver vatte propaganda-verbod zijn de Russen slecht te spreken; h. i. beteekent dit een verregaand aan banden leggen van de politieke activiteit, dat niet kan worden gedoogd. Op 't verzoek dor mogendheden om ren aanzien van het Turksch- Grielcsch geschil onzijdigheid te betrachten (men weet, dat sovjet-Rusland met Angora een vriendschapsverdrag heeft gesloten) geeft de sovjet-delegatie ten bescheid, dat de vrede in Klein-Azië er meer door zou zijn gebaat, wanneer aan 't Russische verzoek om Turkije ook aan de conferentie deel te laten nemen gevolg ware gegeven. Natuurlijk zijn de partijen het evenzeer on eens over de financieele aangelegenheden. Frankrijk, betoogen de sovjetgedelegeerden te dezen aanzien, heeft na de groote revolutie, die in zijn historie is voorgekomen, zich ook niet verantwoordelijk gesteld voor wat zijn voorgan gers hebben vastgesteld: het tiërceerde b.v. zijn staatsschuld. Bovendien werd door de naties, die zegevierend uit den wereldoorlog traden, het bezit van de onderdanen der landen, die de nederlaag leden, in beslag genomen. De sovjet afgevaardigden willen het daaróm ook niet als hun plicht erkennen de schulden van vroegere regeeringen te betalen, eigendommen te resti- tueeren of de vroegere bezitters vergoeding te geven. Maar ondanks dit niet-erkennen van een plicht, is Rusland toch geneigd de openbare schulden te betalen. Deze toeschietelijkheid wordt echter vrijwel teniet gedaan door de voorwaarde, die de Russen aan deze bereidheid verbinden; wij willen het wel doen, zeggen zij, maar dan moet ook de schade worden erkend, die wij hebben geleden tengevolge van blokkade er. interventie. M. a. w.: Rusland stelt voor zij nerzijds de oorlogsschulden niet te betalen; dan wil het tevens wel afzien van de vergoeding voor de schade, die dooT de contra-revolutie is aangericht. Ook is het antwoord van belang, dat gegeven wordt op de bepalingen vervat in 't z.g. eigen domsartikel: art. 7. Uit de Italiaansche berichten blijkt eigenlijk, dat de Russen het meeste voe len voor het vormen van een oommissie van deskundigen, door de conferentie te benoemen en die tot taak zou moeten hebben de geschillen van financieelen aard tusschen Rusland en de andere mogendheden te regelen. Er zouden dan een plaats en een datum kunnen worden vastge steld bij gemeenschappelijk overleg. Dit is voorloopig, summien genoteerd, het voornaamste, dat uit de beschikbare berichten over het antwoord der Russen kan worden af geleid. Wanneer over deze definitieven tekst valt te beschikken, zal er gelegenheid zijn er op terug te komen. In allen gevalle kan nu reeds worden vastge steld, dat eigenlijk geen der mogendheden door het antwoord der sovjetgedelegeerden is bevre digd en van Fransche zijde is dan ook reeds het „onaannemelijk" uitgesproken. Uit de geseinde uittreksels der Fransche pers blijkt, dat het mee- rendeel der bladen het Russische antwoord als volstrekt onaanvaardbaar beschouwen. H. i. be vat het niets anders dan een communistisch pleidooi en zij stellen vast, dat uit het docu ment het antagonisme blijkt tusschen het bolsje wisme en de beginselen, waarop de beschaving der Westersche mogendheden is gebaseerd. De Fransche pers vindt dan ook, dat een dergelijk antagonisme elke overeenstemming onmogelijk maakt en dat een voortzetting der discussies op 't oogenblik eigenlijk zonder zin is. Ook de En- gelsche pers laat zich niet in bepaald gunstigen zin uit, maar de toon is toch "ecnigszins anders dan die, welken wij horen in de Fransche bla den. Zeer stellig zal de positie der Franschen eenigszins worden versterkt door het antwoord der Russen, dat niet bepaold toeschietelijk kan worden genoemd, ja: tamelijk onverzoenlijk is. Berichten. DE CONFERENTIE TE GENUA. Lloyd George en Borthou. Genua, 12 Mei. (Havas.). Lloyd George heeft den diplomatieken redacteur van Havas gemaohtigd te verklaren, dat' de samenvatting, door Havas gegeven van het onderhoud op 6 Mei tusschen Llyod George en Barthou op juiste wijze de hoofdzaken weergaf en niet als tendentieus beschouwd kan worden. Een mededeeling van Lloyd George. B e r 1 ij n, 12 Mei. (N. T. A. Draadloos). Do mededeeling, die Lloyd George, na kennis to hebben genomen van het Russische antwoord, aan de pers liet publiceeren, luidt„De confe rentie wordt voortgezet." Ondanks de vermoeid heid, die zich van de meeste deelnemers aan de conferentie heeft meester gemaakt, werd deze deelneming met onverminderde geestdrift ont vangen. De houding van Frankrijk. Genua, 12 Mei. (Havas). De houding van Frankrijk in het debat over de Russische zaken is zeer duidelijk. Frankrijk heeft het memoran dum aan de Russen niet geteekend en dus alle vrijheid bij de bespreking voorbehouden; het zal er waarschijnlijk evenals België officieus aan mee doen. Barthou zal zich er toe bepalen een eenvoudige verklaring af te leggen, waarbij hij zich uitspreekt voor een verdaging van de con ferentie. Hij zal zich niet verzetten tegen de vor ming van een commissie van deskundigen om het Russische vraagstuk te onderzoeken. Het is waarschijnlijk, dat de Fransche delegatie er op zal aandringen, dat Maandag of Dinsdag de laat ste algemeene vergadering der conferentie ge houden wordt. De houding der Kleine Entente. Berlijn, 12 Mei. (N. T. A. Draadloos). Het voornaamste verzet te Genua zal van Roemenië uitgaan, welks vertegenwoordiger na de over handiging der Russische nota dreigde te ver trekken. Wanneer ook de Kleine Entente als ge- BILLIJKE PRIJZEN. Langestraat 39. - T©J. 462. heel de conferentie verder bij mag wonen, schijnt het nochtans nu al vast te staan, dat zij vrijwel het Fransche standpunt zal innemen. DE ADRIATISCHE KWESTIE. Londen, 12 Moi. (N. T. A. Draadloos). Te Genua worden do onderhandelingen tus schen Italiaansche en Zuid-Slavische gedele geerden over het Adriatische vraagstuk voort gezet. Schanzer en Nintsjitsj, de ministers van buitenlandsche zaken van beide landen, hebben een gemeenscheppeliik verzoek tot Lloyd George gericht, om Britsche vertegenwoordi gers hij hun besprekingen tegenwoordig te doen zijn als bemiddelaars. De Britsche premier stem de er in toe, dot twee vertegenwoordigers van het Britsche departement van buitenlandsche zaken, die deel uitmaken van de Britsche dele gatie te Genua, de onderhandelingen in deze hoedanigheid bij zullen wonen. DE DEUTSCHE SCHADELOOSSTELLING. Een verklaring van Poincaré. B er 1 ijn12 Mei. (N. T. A. Draadloos). Gisteren gaf Poincaré bij de ontvangst van pers vertegenwoordigers de vaste hoop te kennen, dat ten aanzien der schadeloosstellingskwestie een overeenkomst bereikt kon worden en Frank rijk cn Engeland daarbij eensgezind zouden op treden. De zoak-Eisner. B e r 1 ij n 1 2 Mei. (N. T. ADraadloos). Uit de motiveering van het vonnis in het pro ces wegens beleediging van Eisner's vroegeren partinculieren secretaris Fechenbach blijkt, dat Eisner bewust en opzettelijk documenten ver- valschte, waaruit de schuld van Duitschland aan den oorlog moest blijken. Uit de rapporten en de verklaringen van deskundigen blijkt, dat Duitschland geen dubbel diplomatiek materiaal had en volkomen onschuldig is aan het uitbre ken van den oorlog, maar dat het tengevolge van de vervalschingen van Eisner te Versailles schuldig werd verklaard aan het uitlokken van den oorlog. Deze rechterlijke beslissing omtrent de vervalschingen van Eisner wordt in politieke kringen van groote beteekenis geacht. De vervalschingen van Anspoch. Berlijn, 12 Mei. (N. T. A. Draadloos). De Poolsche zwendelaar Anspach heeft bekend, dat de Entente-bureaux geen materiaal genoeg konden krijgen, zoodot hij wel verder verval schingen moest plegen. Wanneer hij geen mate riaal voorradig had, dan was hem soms te ver staan gegeven wat te verzinnen. Millerand cn koning George. Londen, 12 Mei. (Havas.). Koning Geor ge bezoekt de militaire kerkhoven in Noord- Frankrirk incognito. Millerand had er aan ge dacht hem te gaan begroeten. De koning was zeer gevoelig voor die bedoeling, maar heeft met het oog op het zuiver persoonlijk karakter van zijn bezoek aan de kerkhoven niet gewild, dat Millerand zich de moeite van op reis te gaan getroostte. UIT DE ENGELSCHE ARBEIDERSWERELD. Bestand tusschen kapitaal en arbeid. Londen, 12 Mei. (N. T. A.). Groote be langstel ling is gewekt door het voorstel, dat in de pers is gedaan door Hodges, den bekenden secretaris van den mijnwerkersbond, „dat wij een tienjarig bestand tusschen kapitaal en arbeid behooren te hebben, in den zin van opschorting van de politiek van schorsing cn uitsluiting." Hodges vraagt„AJs het mogelijk is een ver drag van tien jarigen vrede op het gebied van vloot en leger te maken, wie durft dan ontken nen, dot dit ook mogelijk is in het rijk der in dustrie Hij steit voor, dat de regeering het initiatief daartoe zal nemen en, na do nationale leiders van industrie en arbeid te hebben ge raadpleegd, een groote nationale conferentie zal bijeenroepen, waarop een nationale inventarisa tie zal plaats hebben. Het instellen van verzoeningsraden in de ver schillende industrieën, met onafhankelijke voor zitters, is een der voorstellen van Hodges. Hij meent, dat de voorgestelde conferentie de groot te en de grenzen van het aandeel der arbeiders in het toezicht op de industrie gedurende do periode van het vredesverdrag behoort te bepa len. Hodges verklaart, dat alle dwaze eischen bui ten bespreking moeten blijven. De aibeiders moeten erkennen, dat, gedurende deze periode- het toezicht op de industrie moet worden gen baseerd op de werkelijkheid cn de ervaring. D© mijnwerkersleider stelt echter nis eerste voor*, waarde voor het vredesverdrag, dat nan clkcit arbeider bij de wet een minimuminkomen zal worden gewaarborgd, dut voldoende is om hertw zelf en zijn gezin in stond te houden op een ben hoor lijk peil. De patroons, dio zich over het pion hebbent uitgelaten verklaren, dat deze eisch misschien inl de praktijk do ergste hinderpaal voor de vern wezenlijking von Hodges' denkbeeld zal blijken, aangezien de loonen moeten worden bepaal'» door economische factoren. Maar zoowel in da1 kringen van het kapitaal als in die von den nrn beid spreekt men de mecning uit dat de voorn stellen van den mijnwerkerslcider het overden» ken waord zijn. De Engelschc luchtvaart. Londen, 12 Mei. (N. T. A.). Het minivw terie voor luchtvaart heeft een voorstel overn! wogen, dat door een finoncioelo onderneming: is gedaan, om luchtschepen van de Britsche regeering over te nemen en hiermee als ken* ccn koopvoordij-vliegdienst naar Indië cn Aus* tralië te beginnen. De minister heeft thans tl kennen gegeven, dot hij het plan redelijk vindt, moor dat 't feit moet worden erkend, dot cctf onderneming tot het geregeld gebruik von luchN schepen als middel van verbinding noodzokelij* kcrwijze een zoor speculatief karakter moet drogen. De minister behoudt zich mitsdien clkej toezegging voor omtrent de kwestie von regec* ringssubsidie aan de voorgestelde vliegdicnstciv Verlaging Engelschc gocdercntorievcn. De Engelsche spoorwogmcotschoppijen declenl mode, dat hun tarieven voor goederenvervoer aonzienüjk zullen worden verlnagd,o.a. met 50 pet. voor het afhalen cn het bezorgen. Verlaging der Noorschc posltnrievcn. Stockholm, 12 Mei. (N. T. A. Draad loos). Aan het einde van dit jaor zullen de porti in Zweden worden verlaagd met 25 pCt. voot binncnlandsche brieven en met 50 pCt. vooc stadsbrieven. DE NOOD IN RUSLAND. Dr. Fridtjof Nnnsen zegt in zijn memoran dum aan den Volkenbondsrood over het instel len van een commissie van onderzoek inzake den hongersnood in Rusland, dat de hongers nood veel grooter von omvang cn veel ram spoediger in zijn gevolgen is dan iemand dacht toen de algemeene volkenbondsvergadering eenï ge maanden geleden deze zool^ behandelde. Bovendien is het niet slechts de vraag hoeveel menschen van ontbëring zullen sterven, maar ook of het mogelijk zal zijn in de naaste toe komst de bevolking en het economische leven in de geteisterde gebieden, waarvan de wei- vanrt van een groot deel van Rusland alh-mgt, te herstellen. Het economische leven von Mid-' den-Europa kan zich niet herstellen voor het in staat is den handel met Rusland te hervat-4 ten en dat is niet mogelijk voor de hongersnood is bedwongen. De toestond in Rusland ten gevolge van epi demische ziekten noemt Nnnsen ontstellend: Deze ziekten hebben een sterke verspreiding gekregen door de vlucht uit de hongersnood- gebieden, wolke vlucht opnieuw zal beginnen, zoodra het einde van den winter de wegen be gaanbaar maakt. Deze volksverhuizing is op zich zelf een zeer ernstig vraagstuk voor Euro pa, vooral voor de landen die oan Rusland grenzen, door het de gevaren voor de versprei-' ding van epidemieën ten zeerste vergroot. Slechts door het bedwingen van den hongers- nood kan aan deze vlucht en de daarmee ver-4 bond houdende gevoTen een einde worden gc- maakt. De voorgestelde commissie behoeft volgens Nor.sen slechts weinig leden te tellen, bijv. 5 of 7, maar moet uit mannen bestaan van groot internationaal gezag en met bijzondere kennis van economie, landbouw en verkeerskwesries. Eén lid dient van Russische nationaliteit te zijn en benoemd te worden door den Volkenbonds- raed met goedvinden van de Russische regee ring. De commissie dient zich niet bezig te hou den met den politicken kant van hei vraagstuk, maar zich te bepalen tot het opstellen van een rapport over den economischen en menschlie* vónden kant van het vraagstuk. Nonscn dringt er op aan de commissie, die dadelijk met haar Er was sensatie op het dorp. De twee par- ■tijen stonden meer dan ooit tegenover elkaar. De hervormden, in verceniging met de paar liberalen die het dorp telde, wilden den dokter ut de Rand hebben. De tegenpartij verlangde «en boer, lid van de kleine kerk. En daar begon het ge wurm. Zeven honderd inwoners, geen burgemeester, Ifeen secretaris, alleen een gemeenteontvanger, e tegelijkertijd architect was. De veldwachter (Was heer en meester in het Raadhuis. Daar had je eerst dominee, dan dokter, het jhooia van de Openbare School, waar tevens de hei-vormde leerlingen kwamen. Van de overige inwoners waren de landheer van „Vechtlust", ud© rentenier, die nooit anders deed dén visscherw twee artisten en een paar vermogende boeren zoowat de voornaamste. Je moet het bijgewoond hebben om te begrij pen hoe druk zoon kleine gemeente zich maken kan over den dokter of de ander. Daar vielen alle andere dorpsgebeurtenissen bij weg. Daar was geen uitloopen naar de vlondertjes als er een vreemde sirene over de Vecht galmde. Ja, men vergat te kijken of het vlaggetje uitgestoken, was om te waarschuwen als er passagiers wa ren, die met het bootje naar de stad gingen. En dat was op 'ons Vecht dorpje altijd iets heel ge wichtigs om te weten, wie uitging. Dat gaf den heelen dag stof tot praten en veronderstellingen. „Waar zou dominee heen, was er een vergade ring Zou dokter ook gaan Kwam je buiten het hek dan stond de wethou der je buurman te oreeren tegen Krelis, den boerenarbeider, dat het een aard had en 'het kruideniertje gewoonlijk kleine Ko hoorde het even aan tenvijl de vrouw ihet mandje en de joliekan haalde, Hii iwaa jhat j&&rend efina.mAt.de beiden en klepte door 't dorp bij alle geburen en veraf wonenden over het geval van dokter en boer. Bij de aanhangers van den eerslen was hij vol vuurbij die van den tweeden vol terug houding. "Het mot alles zijn loop hebben" zei hij. De kiezerslijst werd besproken en ieder kiezer gewogen „voor dokter, tegen dokter." De brugwachter, een vurig voorstander van den boer ging samen met den brievengaarder en 's avonds liet hij de sluis in den steek cn stond bij het postkantoortje met een heel clubje het voor en tegen te bespreken. Daar kwam de groote dag. NaaT het Raad huis zag je gaan, deftig in 't zwart want in werkkleeren het dorp in en stemmen, dat deed niemand. Wat duurde het long voor de uitslag bekend was I Maar toen, toen stonden ze alle maal te kijkenprecies evenveel stemmen voor den een zoowel als voor den ander. Wat nu Herstemming natuurlijk. Nog eens de lijst nagezien. De rentenier was er niet geweest. «Ga. jij daar eens heen Reiman; iu hebt me neer z'n boot gemaakt." En Reiman ging. Maar meneer stemde nooit ,,'t gaf niks wie er in den Raad zat, daar zou de Vecht geen vischje meer of minder om opleveren". Zeg U dat wel^ meneer" maar Reiman ging naar den landheer en vertelde wat de visscher gezegd had. De landheer stemde anders ook nooit maar nu het den dokter gold, had hij zich laten meesleepen. Eon dog of wat later stor.d de visscher in het wijkje zijn boot los te maken toen het boeren- deerntje hem kwam waarschuwen „Meneer, daar is de landheer van Vechtlust die mot je hebben." De landheer was ook een liefhebber van visschen en ze ontmoetten elkaar dikwijls op de plassen als ze de fuiken gingen nazien. Na wat gepraat werd overeengekomen dat bei den zouden stemmen vóór dokter. Op den dag der herstemming werd 's mor gens al vroeg een boodschap naar 't Vischhuis gestuurd of meneer niet de Vecht zou opgaan. „Nee, 't is goed." Maar vertrouwen deden ze 't niet. Om elf uur stapten er twee het hek binnen en de visscher werd opgehaald. Meer belangstelling hebben de buurtjes nooit getoond niets was voor hun grooter nieuws dan 't gaan van dat troepje naar 't Raadhuis. De onder gordijntjes werden weggeschoven, wie wat min der op zijn fatsoen gesteld was, kwam aan do deur en keek de hecren nn. Gestemd. En uit erkentelijkheid werd hij weer. naar huis gebracht door den landheer en be dankt voor de moeite. Door die ééne stemf kwam dokter er in. Later toen Arend, de buurman van het Visch huis met groenten kwam, werd hij in t ootje genomen over ziin propaganda. „Nee, Arend, je hebt r"~' oed gewerkt, je had Reiman vóór moeten zi.n. 't Is waar, maar daar had ik heelemaal niet aan gedacht en Tc heb anders alles beloopen wat te beloopen viel." En zoo was die gemeenteraadsverkiezing voor; ons klein, aardig dorpje een wereldgebeurtenis* E. Hi

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1922 | | pagina 1