Id EeawigbeidslicM
„DE EEMLANDER"
BUITENLAND.
FEUILLETON.
22e Jaargang No. 13
1B0HNEMENTSPRI1S
1 per 3 maanden voor Amers
foort f 2.10, Idem franco
per oost f 3.—. per week (met gratis verzekering
tegen ongelukken) f 0.175, afzonderlijke nummers
■f 0.05.
DIRECTEUR-UITGEVER: J. VAL
BUREAU:
ARNHEMSCHE POORTWAL 2A.
POSTREKENING N°. 47910. TEL INT. 513.
Maandag 16 Juli 1923
PRIJS DER ADVERTEHTIEN met inbegrip van een
bewijsnummer, elke regel meer t 0.25, dienst* anb ie»
dingen en Liefdadigheids-ad vei ten tien voor de helft'
der prijs. Voor handel cn bedrijf bestaan zeer
vootdcellgc bepalingen voor het advcrrleeren. Eent
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
DUITSCHLAND.
>E BEZETTING VAN HET ROERGEBIED.
De Fronsch-Belgische solidariteit
Brussel, 14 Juli (Havas). Herbette, de
ransche ambassadeur, heeft in de Kamer van
oophandel alhier een opmerkenswaardige rede
ehouden. Hij wees op de onvruchtbare po-
ingen van Duitschland om verdeeldheid onder
geallieerden te brengen en verklaardeWij
fallen in vrijheid en broederschap de Fransch-
felgïsche unie handhaven en een prachtig
[oorbeeld geven van solidariteit, die volgens
ftijne overtuiging zal blijven bestaan. Hij voeg-
hieraan toe, dat Frankrijk en België het vol-
bmen eens zijn en zullen blijven voortgaan de
per te bezetten, totdat'de schadeloosstelling
heel is betaald.
Redevoering van Betterton.
(Londen, 15 Juli (V. D.). Betterton, parle
mentair secretaris van den minister van Ar-
|eid, verklaarde in eene redevoering, welke hij
Nottingham hield, dat er geene groote verbe
uring zou komen in de binnenlandsche toestan-
jen, voordat de beide kwesties der schadeloos-
peilingen en intergeallieerde schulden waren
pgelost en het was de ernstige hoop der re
eling, datdeze doeleinden zouden worden
farzekerd in nauwe samenwerking met Frank-
ïjk zelf. Frankrijk had zijne verwoeste gebie-
ten, maar wij hadden ook onze verwoeste ge
neden, vertegenwoordigd door ledige scheeps
verven an de Gyde cn stilstaande molens in
ele districten.
Nieuwe doodvonnissen.
'A k e n, 14 J u H. (B. T. A.) De Belgische
riigsraad heeft de Duitsche saboteurs graaf
Keilen, Ludwig en Kingender ter dood en
orbeer tot levenslangen dwangarbeid veroor-
eeld.
Essen, 14 Juli. (B. T. A.) De Duitsche
►olitie te Essen heeft vijf Duitschers, die in
lei j.l. de telefoondraden tusschen Essen cn
Gay vernielden, ter beschikking..van de bezet-
Lngsautoriteiten gesteld.
D u s s e 1 d o r p, 1 4 J u n i. (B. T. A.) Tijdens
ne bezetting van Barmen is met goed gevolg
en huiszoeking gedaan in de bureaux van den
egeerings-president van Dusseldorp, die sinds
ijn uitwijzing een heftige campagne voerde te-
jen de Fransch-Belgische troepen.
Inbeslagneming van gelden.
Essen, 14 Juli. (B. T. A.) Gisteren werd
lhier een bedrog van 1 milliard 950 millioen
nark, bestemd voor het uitbetalen der stakende
rbeiders, in beslag genomen.
Beslag op Reichsbankgclden.
(Dusseldorp, 15 Juli. (B. T. A.) Het
S beslag nemen der Reichsbankgelden in Lim-
rg kan slechts zeer gebrekkig geschieden,
ar de directie weigerde mede te werken. Di-
cteur en onder-directeur werden daarom in
gebouw onder militaire bewaking gesteld,
et bericht der „Socdolistische Republiek" om-
nt een opstand der Fransche troepen in Lha-
en is geheel onjuist en de Franschcn zullen
ook aan de Engelsche autoriteiten in Keu-
verzoeken dit bericht in dat blad te laten
erroepen en het daarna te schorsen.
Bomaanslag.
'Dusseldorp, 15 Juli. (B. T. A.) Te
Weimar werd een bom geworpen naar een han
gar, waar militaire vrachtwagens waren gebor
gen. Men meent, dat de aanslag bedoeld was
tegen een nabij gelegen benzinebergplaats. De
schade is onbeduidend. Dertig personen zijn
gearresteerd. Op verschillende plaatsen wer
den schoten gewisseld tusschen Duitschers en
Cranschen, maar er werd niemand gewond.
Een incident voor het Fransche
consulaat te Leipzig.
Berlijn, 14 Juli. (W. B.) Volgens een
bericht uit Leipzig hebben in den efgeloopen
nacht vijf mannen getracht den vlaggestok van
het Fransche consulaat omlaag te halen, doch
terwijl zij hiermede bezig waren, wérden zij
door twee schupo's, die ijlings toesnelden, ge
arresteerd. De gevangenen zijn een kapitein der
Londespolizei, een student, twee handelsbedien
den en een bankbenmbte, allen te Leipzig wo
nende. Zij verklaarden deze handelwijze door
te zeggen, dat zij wilden voorkomen, dat op den
nationalen Franschen feestdag van heden de
Fransche vlag zou worden gehcschen.
De ontvluchting van Erhardt.
B e r 1 ij n, 14 Juli. (W. B.). De Berl. Ztg.
a. M. verneemt van den rijkscommissaris voor
openbare orde de volgende bijzonderheden over
de ontvluchting van Erhardt.
Uit ontvangen inlichtingen blijkt, dat de be
vrijding van Erhardt niet enkel door middel
von een vaischen sleutel van buiten af heeft
plaats gehad, maar dat Ei hardt ook in de ge
vangenis tal van helpers heeft gehad. Hij is
o: n.l. in geslaagd, binnen de gevangenis on
gestoord uit zijn afdeeling van voorarrest naar
de daarnaast gelegen gevangen te komen.
Op het rijksdeportement van binnenlandsche
zaken is men van mecning, dat de ontvluchte
zal trachten zoo spoedig mogelijk naar het
buitenland, liefst naar Hongarije, de wijk te
nemen. Er is een belooning van 25 millioen
mark gesteld op zijn arrestatie.
Ernstig spoorwegongeluk bij Dortmund.
Uit Essen wordt gemeld, dat op het trejcct
Langendreer-Bochum een emstig spoorweg
ongeluk is gebeurd. Tachtig goederenwagens,
die op een hellende spoorlijn stonden, geraak
ten in beweging en kwam terecht in het station
Dortmund-Noord, det in handen der Duitschers
is, waar onder donderend geraas de eerste tien
wagons omver vielen ën vernield werden. Door
le tegenwoordigheid von geest der Duitsche
ambtenaren werd een nog grooter ramp voor
komen.
Het indexcijfer.
Berl ij n, 14 Juli. (W. B.) In de tweede
week van Juli is het rijksindexcijfer voor de
kosten van het levensonderhoud, blijkens op
gaaf van het rijksbureau voor de statistiek d.d.
IT Juli gestegen van 16,180 in de daaraan
voorafgaande week tot 21,511, dus met 32.9
FRANKRIJK.
fcEN REDE VAN POINCARÉ.
De Fransche premier Poincaré heeft, volgens
een telegram uit, Parijs aan de Ct., Zondag
te Senlis een oorlogsgedenkteeken onthuld. Bij
deze gelegenheid heeft de premier een belang
rijke politieke redevoering gehouden.
Poincaré begon met te wijzen op de betrek
kingen tusschen Frankrijk en zijn geallieerden
en de bestaande meeningsverschillen inzake de
schadeloosstelling en verklaarde dan verder
„Frankrijk heeft geen territoriale voordeden
verworven door zijn zegepraal, uitgezonderd de
herwinst van de beide vroeger verloren pro
vincies. Daarentegen konden andere oorlogvoe
rende mogendheden hun grenzen uitbreiden of
wijzigen, overeenkomstig hun strategische be
langen. Frankrijk verklaarde voldaan te zijn,
omdat het nimmer droomde van veroveringen
en van meening was, dot de tijd voorbij is voor
het doen van annexaties tegen den wil van de
inwoners. Hoe werd Frankrijk voor die matig
heid beloond? De inkt, waarmede het verdrag
van Versailles werd onderteekend, was nauwe
lijks droog, toen men, aangezet door Duitsch
land, overal hetzelfde liedje begon te zingen,
waarvan het refrein was„oorlogszuchtig
Frankrijk, militaristisch Frankrijk, imperialis
tisch Frankrijk."
Maar hoe luidruchtig deze agitatie ook werd
gevoerd, toch werd zij overstemd door de waar
heid. „Wij begeeren geen duim breed vreem
den grond", riep Poincaré uit. Wij verlangen
alleen vervolgde spreker dat een verdrag,
geteekend door 28 naties, niet reeds zal wor
den beschouwd als een fossiel von vóór den
zondvloed, dat slechts voor een oudheidkundig
museum eenige waarde zou bezitten.
't Schijnt, dat men het te bar vindt, indien
wij daartegen opkomen en als wij onze eischcn
met matigheid stellen, roepen sommigen onzer
vrienden uit„Denk daar niet non. Dat alles
behoort tot het verleden. De wereld heeft haar
besluit genomen. Geheel Europa is ziek gewor-
der; de eerst noodige behoefte is derhalve
Europa te doen herstellen en daarvoor is het
noodig te voorkomen, dat Duitschland geheel
zei ten onder gaan. Doe concessies in het alge
meen belang."
„Concessies!" riep Poincaré uit. Sedert
den vrede, zoo vervolgde spreker, heeft Frank
rijk niet opgehouden concessies te doen. Het
is een beleediging, ons voor te stellen als zelf
zuchtig, uitsluitend denkend aan onze eigen be
langen en onverschillig voor de welvaart van
Europa. Frankrijk heeft "niets van zijn inge
boren edelmoedigheid verloren of van zijn oud
geloof in idealen cn zijn belangelooze liefde
voor de menschheid. Laat men ons veroorloven,
dat wij ons verstand en onze helderheid van
inzicht behouden. Frankrijk weet heel goed,
dat bij de ingewikkeldheid van het moderne
leven geen enkele natie geheel geïsoleerd kan
zijn van de andere, dat er tusschen de volken
verscheidene bar.den von economische .afhanke
lijkheid zijn cn dat niet een'deel van het lichaam
van Europa rot kan zijn zónder het overige ge
deelte met bederf te bedreigen. Ik voeg hier ter
verduidelijking zij, dat Frankrijk niet verlangt,
Duitschland te zien ondcrgacn, in de eerste
plaats omdat Frankrijk als crediteur niet
wenscht, dat zijn schuldenaar niet in staat zal
zijn te betalen, zelfs wanneer het een schulde
naar is zooals Duitschland, dat zich snel kan
herstellen, en in de tweede plaats omdat het
niet met den Franschen aard strookt een ver
slagen vijand nog te kwellen. Maar weorom
zeggen wij, dat wij aan het einde van concessie-
doen zijn gekomen? Omdat wij tot dusver voor
deze concessies hebben moeten betalen.
Wat het herstel van de oorlogsschade aan
gaat, weiden wij niet beter behandeld. In de
Commissie van Herstel, ingesteld krachtens het
verdrag van Versailles, waren wij in de minder
heid, alhoewel wij de meeste belangen hadden.
MODE -MAGAZIJN
3JL' HSRONDELLE"
I6|!S Langestraat, Amersfoort.
Witte Organtlie-Beeöea
Witte Mt-Hoeden
Witte Teddy-Bear-Barets
Niettemin werden gedurende de loatste vier
jaar pogingen gedaan, de C. v. H. haar be
voegdheid te ontemen cn haar te vervangen
door een internationale ccrrvmissie, d.w.z. een
vorm van coalitie van belangen, welke tegen
onze belangen indruischte. Het vredesverdrag
stelde van te voren de voorwaarden vast, waar
op de Duitsche schuld zou worden bepaald. Er
weid ccn voorwendsel gevonden, deze conditi.s
niet strikt in acht te nemen. Hiervoor diende een
van des opperste raden, waarin wij steeds een
deel van ons recht verloren. Een lijst van beta
lingen werd door de C. v. K. schroomvallig aan
vaard. Hierdoor werd het trtalc bedrag van
onze oanspT.-:ken verminde d
Wij gingen ons toen op die lijst van beta
lingen verlaten ols op eet internationale con
ventie cn eervoiic verbintenis, met ons aange
gaan. Doch slechts enkele maanden daarna,
werd dc juistheid van dezelfde lijst van betalin
gen opnieuw in twijfel getrokken. Een zeker
gedeelte van onze vrienden schijnt er slechts aan
te denken, den schuldenlast voor Duitschland
le verminderen cn aangezien zij ook onze credi
teuren zijn, zeide i wij tot hen: „Er zijn in de
lijst van betalingen dtic klassen vnn veiplichtin-
gen. Laten w.j ons uandec! van de eerste twee
klassen behouden en wat de derde klasse betreft,
oezc willen wij legen Duitschland aanwenden tot
een mate ols onze crediteuren de schuld van
ors terugontvang an
Ons wordt verweten, dat vij geen rekening
houden met de moeilijkheden van Duitschland
en dat land blootstellen aan ee.: ramp, waarvan
olie andere naties den weeromstuit zouden ge
voelen. Drie joor lang is men tegenover Duitsch
land zoo toegrve-.d geweest, dat het zich non
rijn verplichtingen kon onttrekken, terwijl wij
werden genoodzaakt 100 milliard uit tc geven,
welke Duitschland ons verschuldigd is, maar
niet heeft beloald. Werd Duitschland niet in
staat gesteld, zijn handel te herstellen, zijn ka
nalen en spoorwegen uit te breiden en zijn groot
industrieele stelsel verder te onwikkelen, alles
ten koste van zijn crediteuren? Wanneer alle
geallieerden krachtig tezamen waren opgetre
den, don zou Duitschlands onwilligheid stellig
zijn gebroken. Maar Duitschland speculeerde op
meenigsverschillen, welke het zelf aanwakkerde.
Het voelde rich aangemoedigd in zijn houding
en het oogenblik kwam, waarop wij genood
zaakt waren, krachtdadig op te treden en pan
den te nemen.
Het is niet onze schuld, dat daaruit nadeelige
gevolgen zijn voortgevloeid. Wanneer de an
dere geallieerden met ons waren opgetreden,
dan zou Duitschland van stonde aan hebben
toegegeven, maar wij moesten alleen handelen
met de positieve hulp van België en de gedeel
telijke samenwerking van Italië cn in plaats
van dat Duitschland de exploitatie der panden
gewillig toeliet, organiseerde het verzet en
dwong ons tot verscherping van onzen druk.
Zijn wij dan verantwoordelijk voor de daarop
gevolgde troebelen Moet niet degene, die het
vredesverdrag schendt eerder dan rij, die de
uitvoering van het verdrag eischen, ter ver
antwoording worden geroepen Wat zou er ge
beurd zijn, wanneer wij niet de armen over
elkaar waren blijven staan Is er iemand, die
denkt, dat onze zwakke pesitie het wonder zou
hebben bewerkt, de Duitsche regeering ver
standig te maken, te bewegen, haar financien
in orde te brengen, haar betaalmiddel te stabi-
liseeren en een einde te maken aan de oorza
ken van de economische ontwrichting van Cen-
traal-Europa In dezen droom hebben de geal
lieerden drie jaar long geleefd, maar het ging
van kwaad tot erger. Indien wij thans niet in
het Roergebied waren geweest, dan zou
Duitschland even goed zijn uitgegleden naar
den afgrond, dien het zichzelf heeft gegraven.
Mear wij zouden met leege handen hebben
gestaan, terwijl wij thans panden bezitten en
in ccn positie verkeeren, dat wij deze penden
niet behoeven los te laten.
Ons besluit is ingegeven door de vitale be-
longen van Frankrijk. Het kon derhalve geen
ergernis zijn voor onze geallieerden, die toch
ook willen, dat Frankrijk blijft leven, en wier
eigen belangen van een hooger standpunt be
schouwd niet van onze belongcn te scheiden
zijn. Tk geloof te kunnen zeggen, steeds een
trouwe aanhanger van de Fra n sch-Bri t sch e
alliantie te zijn goweest en meer dan dat. Vóór
den oorlog, toen er in Frankrijk personen waren,
die min of meer openlijk streefden naar toe
nadering tot Duitschland, op gevaar af, dat
zulks zou leiden tot een officicele bevestiging
van het verdrag van Frankfort en het defini
tieve opgeven van Elzas-Lotharingen, toen be
hoorde ik tot degenen, die daartegen opkwamen
en aandrongen op een nauwere aaneensluiting
tusschen de twee gToote vrije naties van West-
Europa I Het was in 1912 op mijn verzoek, dat
in een kabietsraod, door mij voorgezeten, werd
besloten tot de briefwisseling tusschen Paul
Cambon (den vroegeren Franschen gezant te
Londen) en Grey (den voormnligen Britschen
minister van Buitenlandsche Zaken, waardoor
de Entente nauwer werd aangehaald en de
weg werd gebaand voor de Fransch-Britsche
alliantie. Niemand zou het meer betreuren dan
ik, wanneer ook maar tijdelijk een lichte scha
duw op die vriendschap werd geworpen. Maar
ik was steeds van oordeel, dat die vriendschap
aan beide volken een onafhankelijke opinie liet
en doelde op verzoening van hun belangen, niet
om Kct eene volk ann het andere ongeschikt te
maken, maar veeleer beoogende den besten
steun te zoeken in een aanhoudende poging
elkaar te verstaan.
Ernstig tramongeluk.
C o 1 m a r, 14 Juli. (B. T. A.). De electrï-
sche ttarn, die den dienst onderhoudt op
Hohnock v.v., kwam bij het afrijden van een
helling door onbekende oorzaak in botsing
met een onderen wagen. De bctsing was zoo
hevig, dat de beide voertuigen een oiuritwar*
bare massa vormden. De reizigers van den
tweeden wogen verlieton dezen nog bijtijdfc
Van den overvollcn eersten wagen werden 5
passagiers gedood en een vijftigtal gewond.
ENGELAND. hl
Terugkeer van koning cn koningin naar Londen,
Londen, 15 Juli (V. D.). De koning en de
koningin koeren morgen naar Londen terug na
eene week te Edinburg in het Holyrood paleis to
hebben doorgebracht. In den loop van hun ver*
blijf hebben H. M., behalve dat zij tol van ge
meentelijke en sociale verplichtingen vervuld
hebben, met een auto eert rondrit gemakt door
het dal van de Tweed, hetwelk zoo nauw ver*
bonden is met Sir Walter Scot. Zij bezochten
de eMlrose Abdij te Abbotsford, war haun het
huis cn de gedachtenissen von den beroemden
schrijver getoond werden, en de Dryburgh Ab*
dij. J
v-; De bootwerkersstakingen,
Londen, 14 Juli. (R.) In verscheidene;
centra hebben de bootwerkers d«i arbeid
hervat, maar dc staking duurt voort te Huil,
Manchester en Londen. De stakers te Londen
hebben een nieuw stakingscomité gevormd,
terwijl posters dc stakers weerhouden weer aan
den arbeid te gaan. Zeer ernstige berichten ko
men uit Huil, waar groote hoeveelheden vruch
ten liggen te rotten.
HONGARIJE.
De bomontploffing tc Boedapest
Weenen, 15 Juli. (V. D.) Volgens „Dert,
Tag" moet het plotseling ontploffen van een:
granaat ia het gebouw der Adria Verzekering
maatschappij te Boedapest, waarbij twee arbei
ders gedood werden, niet aan een ongeluk wor
den toegeschreven, maar heeft men hier wel
degelijk met een nieuwen aanslag der ontwa-*
kende Hongaren te doen.
Onmiddellijk na de ontploffing bleken zoo*
als steeds bij een aanslag der ontwakende Hon
garen het geval was de telefoonlijnen in do
gehsele omgeving gestoord te zijn, zoodat men
de" politie niet tijdig kon waarschuwen. Het
„officieele" bericht omtrent „een toevallige ont
ploffing" van een granaat is, aldus het bla<^
in ieder geval onjuist y
TSJECHO-SLOWAKIJE.
Handelsverdrag Eng elan d-T sjecho^-Slowokijè.
Londen, 15 Juli. (V. D.) Een belangrijk
handelsverdrag tusschen Britonnië en Tsjecho-
Slowakije werd gisteren geteekend. Dit is ge
schied na bijeenkomsten, welke hebben plaats
gehad tusschen Sir Philip Lloyd Graeme, pro-!
sident van het departement van handel en dre;
Benes. minister van buitenlandsche zaken vanr
Tsjecho-Slowakije, die gisteren van Londen is
vertrokken, om naar Praag terug te keeren. j
De overeenkomst bevat bepalingen omtrent'
het verlecnen van faciliteiten betreffende uit
en invoer van en naar dit land, tarieven, bonk-j
transactiën en het handelsverkeer in het al
gemeen tusschen de beide landen,
BULGARIJE.
Een Russisch protest bij de BulgaarsclW
regcering.
Moskou, 14 Juli. (W. B.) Volgens
bericht von het Rvmgische telegraafagentschap
werd de commissie voor repatrieering (ven het
Russische Roode Kruis) teruggeroepen tenge
volge van de door aanhangers van Wrange!
tegen Russische repotrieerenden bedreven ge
welddaden, en in het bijzonder wegens den
moord op den commissaris voor de repatriee*
ring, Schepugin te Plewna. ,1
De Russische regeering verzocht Nansen <Je
zorg voor de Russen op. zich te nemen en aan
de Bulgoarsche regeering mede te deelen, 4?®
men haar voor hun verder lot zal verentweor*
delijk stellen.
TURKIJE.
DE CONFERENTIE VAN LAUSANNE
Lausanne, 14 Juli. (B. -T. A.) Verschik
lende verschijnselen geven reden tot de hoop
dat in de nieuwe crisis in de onderhandelinge
van
MARGREET DIJKSTRA.
Ilske zit nu in dé tweede klas van 'tGym-
frasiura. Karei is dit jaar blijven zitten. Hij
ban niet zoo goed leeren, maar hij doet ook
biet zijn best.
lwil timmerman worden", vertelt hij
wak op **un dagelijksche tochten. „Wat
hèb je aan al die geleerdheid? Als je nu
Jekker hard werkt en je ziet wat uit je han
den te voorschijn komen, dan weet je tcn-
minste, dat je wat gedaan hebt. Snap jij
hou. waarom ik naar die lamme school
moet? Ik zal wel zorgen, dat ik wéér sjees".
Ilske begrijpt hem niet.
„Zou je dom willen blijven?" vraagt zo
fret de noodige minachting.
„Zou jij niet meer met me om willen
fcmm. als ik timmerman was?"
Hij kijkt haar onderzoekend aan.
*Nou" Ilske steekt het neusje hóóg 'de
'lucht in „Noü, als jij timmerman werd,
fcoo n gewone timmerman, zou ik het toch
Svel gek vinden!"
Lancierig fietst Karei 'door. Zijn klare
fcogen turen norsch de verte in.
„Ik wist niet. dat jij zoo trotsch was!"
fcmaalt hij.
.fik ben niet trotsch', IIc vind domme mon-
pchen naór."
„Een timmerman hoeft toch geen stom-
snel ing te zijn."
„Nee nou ja maar als je nou niks
leert."
Hij fietst harder door- i
tï ia wat xasler ze et. en U
maar uit Ilskes mond klinkt het meer van
dicht bij, meer waar.
Hans heeft makkelijk praten, die kon
goed leeren. Maar hij. Karei, moet al zijn
kostelijke uren zitten blokken op die onmo
gelijke dingen, waar je later toch niets
meer aan hebt. Dat moet Vader zélf toe
stemmen en Hans ook.
„Hans is verloofd", zegt hij plotseling en
zijn geheele stemming slaat om. Hij houdt
zijn \aart in en rijdt nu naast Ilske.
Zijn kritische oogen nemen een oogenblik
met aandacht het geheele meisjesfiguurtje
op.
„Ze is de mooiste van de heole klas",
denkt hij trotsch met een zeker eigendoms
recht.
„Wat zeg je? Is HansIlske struikelt
over haar woorden. „Je jokt! Met wie?"
En in gedachten laat, ze alle meisjes, die
ze kent, de revue passeeren.
„Met Jeanne, Jeanne van Maren. Ze is
erg rijk!" bluft Karei.
„Met Jeanne \an Maren, met dat mooie
meisje?"
Wind je haar mooi? Noumaar ik zou
haar niet willen hebben."
„Zij joü ook niet", troost Ilskè spottend.
„Verbeeld je, een timmerman!"
Hij krijgt een kleur van boosheid en
zwijgt norsch.
Hij heeft opeens 't.land aan al, wat
meisje -is.
Ilske fietst dichter naast hem. 1
„Toe, Karei, .vertel nou. Je zegt het toch
zelf."
„Nu jè!"
Even zwijgt hij nog, maar dan vertelt hij
verder: „Er zit vóél geld. Vader en Moeder
vinden het leuk!"
Jongens, wat is het toch fijn fietsen over
de heide. Die heerlijke lucht om jo heen!
't Is of ze overal doordringt. Nou even
hard. 'tGaat iets naar heneden en hij
danst op van 't zadel.
Ala M gesfl LUojflgriaaa gpcfat svarflgp,
wou hij naar zee! Wat van de wereld zien!
Echte bergen, vulkanen, met een rookpluim
op d r hoed en allerlei vreemde menschen
en landen leeren kennen.
Dan ging hij naar Indié!
„Zou jij wel naar Indie willen, Ilskc?n
„Jakkes nee!" 1
„Mooi land, hoor!"
„Ga jij dan."
„Nouwie weet!" doet hij geheimzin
nig. „Zog Ilske, de van Marens zijn erg
rijkmaar ik zou niét naar geTd zien!"
Ilske werpt haar krullen achteruil.
„Zou je anders best kunnen gebruiken in
een timmermanszaakje!" spot ze.
Hij krijgt een kleur als vuur en klemt
zijn lippen stijf op elkaar!
„Nou lijk je precies op Aukje!"
Karei zwijgt.
„Kijk niet zoo schijnheilig!" plaagt de
jongedame en toch zeker van de overwin
ning, vraagt ze lief: „Wanneer trouwen zo?"
Hij kijkt haar met snellen oogopslag aan.
„In September", vertelt hij goedig. I
„Verder", commandeert zij.
„Later gaan ze in Amsterdam wonen!"
„Zou jij"eingenlijk vindt hij, dat hij
best een kansje wagen kan. „Als jij van
iemand hield, zou ie dan vast met hem wil
len trouwen?"
Zijn stern slaat even valsch over.
„Natuurlijk."
„Ook*hij wacht even„ook al
was nou maar gewoon timmerman?"
Hij probeert onverschillig te kijken, maar
Ilske schatert. 1
„Oh, wat doe jij gek!" 1
Karei wordt vuurrood.
„Lach niet zoo idioot", dreigt hij.
Maar zij is pas dertien jaar en ze weet
niet wat het zegen wil, als er thuis al de
heerlijke geheimzinnigheid van komende
dingen om je zweeft en ze lacht zich tra
nen.
Nu zijn ze op den groolen straatweg dicht
,Mi de ëtgd.gfl lackgp.d cn wuivend en abgg*
luut zeker van haar overmacht fietst de
kleine coquette hem hard voorbij.
Haar krullen dansen van plezier
„Moeke, gaat Hans trouwen?" begint
Ilske dadelijk, als ze de huiskamer inkomt.
„Ja Ilske, hoe vind je dkt! Zij heet Jeanne,
Jeanne van Maren!"
„En ze zijn erg rijk. Toe. vertelt U eens."
„Er valt niet veel te vertellen. Ja, ze zijn
heel rijk. Je hebt haar zeker wel eens ge
zien?" 1 I
Ilske knikt
„Hans komt hier Zaterdag logeeren. Ze
gaan later in Amsterdam wonen. Haar
vader leeft niet meer, Joanne is eenigst
kind."
„OZou ik Jeanne mogen zeggen?"
Moeke lacht
„Ja dat weet ik niet. Ik denk het wel.
Je zegt toch ook Hans!"
„Verbeeld je, dat ik „Mijnheer Leemans"
zei."
„Kom, ga je opknappen, kind. Dan gaan
we nog even naar Tante Louise."
Maal* Ilske staat stil te kijken. 'v x-
„Moeke?"
Ze gaat op de leuning van MoeaérS stoel
zitten.
„Moeke, zegt U eens, is trouwen leuk?
Wat is dat toch eigenlijk, „trouwen"?"
Moeke kijkt Ilske aan.
„Hoe zoo, Ilske?" vraagt ze.
„Och, de meisjes op school doen altijd zoo
gek"'
„Praten jelui daar dan wel eens over?"
Ilske krijgt een kleur.
„Jawel", zegt ze een beetje verlegen en ze
denkt aan geheimzinnig gefluisterde ge
sprekken, aan zacht gegiechel, aan het flir
ten met jongens uit de hoogere klassen.
„Ja wel", herhaalt ze,maar eiseplijjt
ikhst tocli nkt trettij^
„Waarom doe je er dan aan mee?"
„Nou ja, maar ze zeggen, dat ik een baby
ben en ze lachen me uit en ze zeggen, dat
ik niéts weet."
Nu kijkt Moeke ernstiger.
En op d»en mooien zomermiddag vertelt
Dieuwkc Boukema haar kind wondertcere
dingen. Ze vertelt haar van de liefde tus
schen man en vrouw, die met verlangend
hart_uit die liefde een kind geboren zien
worden. Zc vertelt van het kindje in moe
ders lijf. hoe het gevoed wordt door moeders
bloed, dat met eiken harteslag toestroomt-
Ze vertelt van de veilige, beschermende
liefde, die dan al in de moeder leeft voor
het kleine wezentje, dat onder haar hart
sluimert en ze spreekt haar ook, hoe vaders
liefde is als de zon, die den kuop doet zwelt
len.
„Wat is dat mooi!" zegt Ilske zacht met
tranen in de oogen en ze slaat haar arm
om Moeders hals.
„Moeke.. MoekeMaar als een kind
je geboren wordtDee ik jou erge pijn?"
Moekes lieve, goede gezicht straalt.
„Ik geloof, dat ik er geen sikkepitje van
gevoeld heb. Er zijn ook wel moedertjes, die
het- erg moeilijk hebben, maar dat ben je
zoo gauw vergeten! Direct, als het kindje er
is."
„'Als zc cr nog eens over lachen," dreigt
Ilske en ze slaat haar armen stijf ona Moe-,
ders hals.
Ik hóu nou toch zoo verschrikkelijk veel
van je. Dee het heusch geen pijn? Heusch
niet? Ik hou nou toch nog veel, veel meer
van je!"
En ze kust Moeke zoo hard zc kau en
drukt haar bijna plat,
(Wordt yeiyold.)