JURRRNS PRIJSVERLAGING ÖO VOEOZAAM-hEERLUK-VÖÜRQEEUG op de 48-urige werkweek zijn een aantal uit zonderingen toegelaten en dit aantal zal ver groot worden. Vasthoudend aan het dogma van den acht- urigen werkdag in allo bedrijven, verzetten de vakvereenigingen zich thans nog met hand en tand tegen de ingevoerde wijzigingen, maar in allerlei bedrijven zullen zij moeten toegeven, dat een langere werktijd van 48 uren per week, om onze industrie te behouden, voorloopig ten minste zeker noodig is. Spreker vervolgdedat in den Hoogen Raad van Arbeid onze stem niet veel gewicht in de schaal legt, behoeft bij de eigenaardige samen stelling van dit lichaam geen verwondering te baren en dus ook niet, dat bij de bespreking van de Bedrijfsorganisatie tegen de stem van enkele werkgevers verbijsterende conclusies zijn oangenomen. Het is eigenlijk meer te verwon deren, dat in de practische beschouwingen over de sociale verzekering de genomen conclusies vrijwel geheel in onzen geest uitvielen. Ten slotte wees de spreker er op, dat de ver gadering gehouden wordt op klassieken bo dem: de gasthecron van den dag geven nu reeds in het tweede en derde geslacht het voor beeld hoe het grootste succes dédr kan worden verkregen, waar een groot technische en com- mercicele bekwaamheid breed maatschappelijk inzicht en op sociaal gebied een hooge opvat ting van onze industrieele taak wordt gepaard. Zoolang de Vereeniging van Nedcrlandsche Werkgevers het voorrecht heeft dergelijke in dustrieën als de Delftsche onder hare leden te tellen, staat zij krachtig, ook in den strijd voor denkbeelden, welke zij voor de juiste houden. Deze rede werd door de aanwezigen met har telijk applaus ontvangen. Besloten werd aan H. M. de Koningin het volgende telegram van hulde te zenden: De Vereeniging van Nederlandsche Werk gevers in hare jaarlijksche ledenvergadering te Delft bijeen, betuigt Uwe Majesteit hare op rechte hulde en biedt Uwe Mojesteit hare ge- Jukwenschen aan bij gelegenheid der herdenking van Hare 25-jarige regeering. De Vereeniging herinnert zich met dankbaarheid de groote be langstelling, welke Uwe Majesteit steeds voor de Nederlandsche nijverheid heeft betoond, waarvan de bezoeken waarmede Uwe Majesteit velen dei leden vereerde een blijk waren. Als vertegenwoordigster van een zeer groot deel der Nederlandsche industrie wenscht zij Uwe Ma jesteit ook voor het aangebroken regeerings- tijdvak veel voorspoed voor Haarzelf en Haar gezin. De Vereeniging spreekt daarbij de hoop uit, dat het Uwer Majesteit gegeven moge zijn, na de ongunstige economische omstandigheden, waarin wij thans verkeeren, getuige te wezen van een hernieuwden bloei der nijverheid en daarmede samengaande nieuwen voorspoed van het Nederlandsche Volk, dat het voorrecht geniet door Uwe Majesteit geregeerd te worden. DE RAMP IN JAPAN. De houding van Nederland Dr. P. A. Roeper Bosch schrijft aan den N. R. Ct: De woorden van sympathie en rouwbeklag met het ontzettend onheil, dat Jepan onlangs trof, hebben een bitteren bijsmaak, wanneer men daarnaast in dag- en weekbladen beschou wingen leest sommigen helaas blijk gevend van kwalijk verholen voldoening die den indruk moeten wekken, als zoude dit land voor langen tijd geslagen ter neer liggen en de eer ste tientallen jaren noch politiek, noch econo misch meer een rol op het wereldtooneel kun nen speien. Zelfs heeft men zich niet ontzien, het ontwerp-Vlootwet in onmiddellijk verband hiermede te noemen. Een woord van ernstig protest hiertegen schijnt mij gewcnschl! Het is een bewijs van w9inlg fijn^evqefigtiefd, wanneer men bij zooveel nameloos leed van anderen openlijk gaat uitrekenen, welke voor deden dit voor onszelf zal medebrengen. Maar bovendien, men vergist ziek Er blijkt uit zulke opmerkingen een schromelijk gebrek aan des kundigheid en tact en het is te hopen, dat men hier te lande niet het voorbeeld van builen! and- sche sensatie-journalisten zal volgen, bij wie de wensch allicht de vader van de gedachte ge weest is, en Japon nu moor niet terstond onder de mogendheden van den tweeden rang zal gaan indeelen Ook al waren -de ergste berichten juist en 2ouden Tokyo en Yokohama volkomen veinio» tigd zijn, dan nog zullen Japons mijnbouw, me tnel- en textielindustrie, scheepsbouw en scheep vaart niet of met naawelijks verlet voort kunnen werken ten bote van hun land Wanneer zelfs ëéri percent der totele bevolking gedood zou 2ijn, dan nog zal de vruchtbaarheid van dit ras het verlies spoedig weer aanvullen, zoodat het bevolkingsvraagstuk, voornaamste bron van Japans expansiedrang, in vollen omvang blijft bestaan. Thans een nauwelijks bedekt hoezee aan te heffen over het vermeende verdwijnen van een m. i. ten onrechte gevreesd toekomstig tegen stander is zeer voorbarig en zeer weinig tact vol want het kon de Japanners niet anders dan onsympathiek stemmen. Te meer is dit onge- wenscht omdat Japon in politiek, militair cn economisch opzicht wel ernstig beschadigd maar geenszins gebroken uit deze ramp te voor schijn zal treden. De kracht van dit land, door olie eeuwen heen steeds zwaar door de elemen ten geteisterd, school niet in de thans ingestorte gebouwen zijner verwoeste steden, maar in de volharding cn het aanpassingsvermogen van dit volk van naaistige en sobere werkers. Dit mege voor Nederland echter geen aan leiding zijn thar.s minder rijkelijk te geven wear hurp zoo dringend noodig is. Integendeel! Ons volk was immer mild wanneer een gTOOte nood te lenigen vieL Steeds deed het wel en zag niet om. Zoo behoort het ook thans, nu een cata strophe van een in de wereldgeschiedenis nau welijks gekenden omvang van een volk getrof fen heeft, waarmede wij door zeer bijzondere banden verbondea zijn. In vorige eeuwen toen Japan voor vraagstuk ken stond, welke het uit onbekendheid met het Westen ni« zelfstandig kon oplossen, heeft Ne derland zfc£ onbaatzuchtigen ouderen en wijzeren broeder getoond. Wat Japan geworden is heeft h< vo>* f» niet gering deel te don ken aan de goede raadgevingen door ons ver strekt. Dz jor.ps:. broeder is gegroeid, is ons voorhij g«~tcve-> u en onze wegen zijn wat uit elkandv. gegooi, mtar Japan herinnert zich het verleden er. bKjÜ et on? dankbaar voor. De enkele mededeeling, dat mer. Hollander is, doet elk Jopansch hart nog ontdooien en do strakke gelaatstrekken vertoonen een voor an dere vreemdelingen zelden gevoelden oprechte sympathie. Deze oude vriendschap legt ons de verplichting op meer te geven dan wij gewoon zijn, Jopnn rekenj dnnrop, want het zou voor ons hetzeiide doen. Het Japansche volk is sentimenteel. Wij kun nen de plaats in zijn hart voor onze kinderen en kindskinderen blijven bewaren door ons thans in een spontane daad van deernis te uiten. Geld zal het in deze dagen uit alle hoeken der aar de toestroomen in een mate waarmede Neder land niet kan wedijveren. Dit geld zal dienen om in de eerste behoeften te voorzien, het wordt verbruikt en verdwijnt. Wanneer Neder land echter langzaam en gestadig b 1 ij f t in zamelen, dan zou uit onze giften wellicht een stadswijk in Tokyo door ons kunnen werden herbouwd, waarmede wij ons een onuitwisch- baar monument zouden oprichten tot blijvende herinnering aan een band, die, door onze voor vaderen gelegd, bestand gebleken is zelfs tegen de dreigende stórmen in de Stille Zuidzee. 1 DE UITSTERVENDE WISENT. Een poging om den ondergang to voorkomen. Men schrijft ons: De wisent, een indrukwekkende bisonsoort, kwam sinds de oertijden in geheel Europa voor. Op den duur werd hij echter „in wilden stoat" tot den*Kaukasus teruggedrongen. In het Biako- wieser oerwoudreservaat van den Czaar en in Silezië kwam hij nog in wilden staat voor, doch tijdens den oorlog werd hij in al deze gebieden totaal uitgeroeid. Op dit oogenblik bevinden zich nog zestig exemplaren in leven, verdeeld over de Diergaarden van Berlijn, frankfort, Hamburg, Schönbrunn, Budapest, Stockholm, Kopenhagen, Londen en Amsterdam (1 stier) en roekeloos zijn, doar dan allen tegelijk een on heil kan treffen. Mocht het aantal zoo vermeer derd zijn dat, naast dc tegenwoordige domicilia, een groot reservaat noodig znl blijken,, dan zal de ojjpervlokte hiervan zeer groot moeten zijn, zouden de dieren zich er althans thuis willen gevoelen; en in Zweden, in mindere mate, in Duitschland zou de noodige ruimte te vinden zijn. Op de conferentie waren vele landen verte genwoordigd. (Frankrijk, hoewel geen wisents bezittende, had pogingen aangewend Duitsch land dc eer van het initiatief te ontnemen en Engelsche geleerden voorgesteld de bijeen komst in Engeland te houden. Deze waren hierop niet ingegaan. De hertog van Beresford had naar de conferentie een brief gezonden, dat hij wegens de politieke omstandigheden thons geen deel van het bestuur kon uitmaken, doch met belangstelling de verrichtingen zou volgen. Tot voorzitter werd gekozen de initiator, dr. Kurt Priemel, directeur van den Frankfortschen Dierentuin; tot eersten eere-voorzitter de heer F. E. Blauw te 's-Grnveland, tweeden eere-voor zitter prof. dr. Ludwig Heek; eersten vice-voor- zitter Alarik Behm, directeur van de diergaarde to Stockholm; tweeden vice-voorzitter graaf Arnim te Uckermark. Als vertegenwoordiger voor de verschillende landen werden aangewezen: voor Italië: prof. De Beaux, Tsjecho-Slowakije: prof. dr. E. Bayer; Zweden: Alarik Belius; Denemarken: dr. Dreyer; Roemenië: prof. Szolay; Ver. Staten: dr. Th. Ahrens; Holland: F. E. Blauw; Duitsch- Oostcnrijk: de bankier Wcidholz; Zwitserland: dr. P. Sarasin. Uit schier alle lenden waren sym pathiebetuigingen van wetenschappelijke ge nootschappen ingekomen. De directeur van den New Yorkschen dierentuin, Harcdy, zond een groote bijdrage. In Amerika komen geen wi sents voor. Of hét waar is, dat zich in Perzië wisents bevinden, zal men door het uitzenden van een deskundige trachten uit te maken. PLANTA 1 ilAh'5 CT.P. POhD de porticuliere verzamelingen van den Hertog an Bedford, in Woburn (Engeland), den graaf van ArnimBoitzenburg in Uckermark, den heer F. E. Blauw op Gooilust te 's-Gravcland, en den heer von Beyme te Mecklenburg. En eens een machtige vijand van den mensch, is de wi sent thans geheel van hem afhankelijk. Eenige geleerden en dierenvrienden zijn in d*ze dagen van moeilijken strijd voor het men- schcnbestaan, te Berlijn bijeengekomen om deze natuurgenooten voor ondergang te behoeden Gezien de tijdsomstandigheden en het klein aantal overgeblevenen is deze taak zeer moei- i lijk. De „Bison Society" die in 1907 in het j Yellowstonepark een groot reservaat voor bi sons tot stand bracht, had het zoowel door het meerdere materiaal, als door den krachtigen firvoncieclen s;cun heel wat gemakkelijker. Op de Berlijnsche conferentie werden refera ten met lichtbeelden gehouden door prol. dr Matschie, Berlijn (Zoologie); prof. Szolay, Ru- menie (geschiedenis); dr. Schönischer, Berlijn (Natuurbescherming); prof. dr. Neumann, Ber lijn, welke do medische, en prof. dr. Mertens, Magdeburg, welke de topografische zijde van het vraegstuk behandelde. Deze referaten en organisatorische bespre kingen leidden tenslotte tot het oprichten van het „Internationaal Gencytschap tot behoud van den Wisent". Aan wisentbezrtters zullen ras- lamdige adviezen verstrekt worden, een stam boek worden bijgehouden, uitwisseling ver» exemplaren bevorderd. Oorgeschiedkundige on derzoekingen en catalogiseering van het mate riaal, dat in musea verspreid is, staat ook op het programma. De questie van reservaten kan eerst later beter behandeld worden dan titans Eerst moet getracht worden de nog levende exemplaren te behouden en te vermeerderen op de plaatsen waar ze zich thans bevinden, i Deze nu in één reservaat bijeen te brengen aou NED. HEIDE-MAATSCHAPPU. Vergadering te Zwolle. Gister werd te Zwolle door den heer A. baron von Nagel! de algemeene vergadering van de Ned. Heide Maatschappij geopend. Op voorstel ven den voorzitter werd jhr. mr. G. Ruijs de Beerenbrouck de afgetreden voorzitter benoemd tot lid van verdienste van dc maatschappij. De vergadering besloot een telegram van hul de te zenden aan de Koningin, de Koningin-Moe der en den Prins. Uit het jaarverslag bleek dat de maatschap pij dit Jaar een verlies heeft geleden van 50.000. De toestand laat zich thans gunstiger aanzien. Tot leden van den raad van commissarissen werden gekozen dc hecren S. P. 's Jacob te Apel doorn (aftr.), dr. H. J. Lovink te Den Haag (aftr.), dr. J. P. H. Oudemans te Bussum en jhr. L. F. Texeira de Mottos te Apeldoorn (aftr.) School- en Kerknieuw». 7e EEUWFEEST THOMAS VAN AQUINO. Herdenking te Zwolle. Bij de feesten In het Dominicanerklooster te Zwolle op 25, 24 en 25 Sept., d:e door ge houden zullen worden ter herdenking von het 7© eeuwfeest van St. Thomas von Aquino, waar aan tevens een wetenschappelijk congres Is verbonden, zal worden deelgenomen door Z. D. HL mgr. H. v. d. Wetering, aartsbisschop van Utrecht, mgr. A. P. W. Hopmans, bisschop van Breda en mgr. Vuylstekcr, vicaris apostolicus van Curasao, thans in Nederland verblijf hou dende. EEN TWEEDE MUNITIEBERGPLAATS VOOR DEN RAAD VAN STATE. Eindelijk is don de groote dag gekomen. Het is goed geweest èn de reis èn dc zitting. Laat ik U geregeld vertellen van alles en nog Het woord ter repliek is aan den burgemees ter Deze repliek was schitterend. Daar kwam be wijsmateriaal te berde. Dit even tusschen twee haakjes. M. d. V. Door een der omwonenden was ont dekt, dot in het munitie-magazijn geborgen wa ren geweest, vloeistoffen, in de reglementen verboden. Hij heeft daarover geschreven aan waj. Dus eerst, wie gegaan lijn. Ik zelf was om i den minis,er van °°rl°£ <kn brief, dien hij tot acht uur op het perron en juist wilde ik in stappen, daar zag ik den heer v. Randwijck, vergezeld van den directeur van Bouw- en Wo ningtoezicht. Dot was dus in orde. Je kunt nooit weten of iemand gaat vóór je ze ziet. Utrecht overstapj>en en ruim tien uur arriveerden we in den Haag Eerst den inwendigen mensch versterken en toen naar het Binnenhof Langzamerhand kwamen de lvidjes opzetten. Eerst teekenen en toen was er nog tijd voor een praatje over. Elf uur cn de bode riepJDemes en heeren mag ik U verzoeken". Het Hoogc College had plaats genomen. Het leek op onze Raadzaal hierzoo als vroeger de zetels stonden. Het Hooge College achter de groene tofel voor het raam. Het pu bliek achterin. In het midden der zaal een ta fel met twee lessenaars voor de sprekers. Eerst anderhalf uur allerlei zaken oanhooren over hinderwet, inkomstenbelasting en andere geschillen van bestuur. Als laatste kwam het Munitie-magazijn te Amersfoort. En daar had je het. Voorgelezen werd eerst het advies van Gedeputeerde Staten. Ged. schreven in hun rapport, dot de bezwaren, ont leend aan vrees voor gevaar, voor het leven en vrees voor schade aan eigendommen zijn echter gegrond op de wet. Aongezien de in richting zal worden opgericht in een dicht be bouwd en bevolkt stadsgedeelte en in de na bijheid van voor woningen bestemd bouwter rein zijn deze bezwaren niet denkbeeldig, tenzij de inrichting zoodanig kan worden opge richt, dot daaraan volkomen wordt tegemoet gekomen dat gaf wat hoop voor ons maar wo hebben el lang geleerd geen „hei" te roepen alvorens alles is afgehandeld. De voorzitter gaf het eerst het woord aan Mevrouw Schiedges. Deze nam het woord, aldus Mijnheer de Voorzitter. Be zal de bezworen verschillende punten toelichten. Punt I. De regeering heeft geen voorzorgs maatregelen genomen, het gevaar voor omwo nenden te ondervangen. Toegelicht als volgt M. d. V. Op de zitting van Cedep. Staten ten gemeente-huize te Amersfoort is gevraagd Mevrouw, hebt U zich overtuigd, dat do regeering alle voorzorgsmaatregelen heeft ge nomen om het gevaar voor de omwonenden te ondervangen". Daarop heeft mevr. S. geant woord „Bc heb de stukken ernstig bestudeerd, doch van voorzorgsmaatregelen niets ont dekt". Punt 2. De militaire adviseur was n i e^t op de hoogte van de situatie. Ook dit is gebleken op de zitting van Ged. Staten. Daar werd door den voorzitter gezegd. antwoord op zijn schrijven ontving, zal ik u voorlezen. Zijne Excellentie erkent, zooals u hoort, dot deze vloeistoffen niet hadden mo gen geborgen worden in dit munitie-magazijn. Op de reglementen, M. d. V., waarvan de ad viseur spreekt, kan niet gebouwd worden. Do voorzitter vraogt of nog iemand iets te zeggen heeft. De militaire adviseur vraagt en heeft het woord. IM. d. V. Mag ik u vragen, els er voldoende voorzorgsmaatregelen, b.v. een ommuring ter hoogte von den muur van de munitiebergplaats, die uit aarde en zoden zal bestaan cn dan een licht dak op de bergplaats gelegd worden genomen, dc vergunning onder die voorwaarden to willen verleenen? De Voorzitter richt nu het woord tot den adviseur. U sprak daar van reglementen? Waar om komt er in de aanvrage daarvan niets voor Dat die reglementen bestonden, had men wel mogen weten. De Voorzitter leest den adviseur de gedane aanvrage voor cn maakt de opmer king dat er alleen gevraagd wordt op 5 M. af- stands van het oude een tweede kruitmagazijn, waar springstoffen geborgen worden te mogen plaatsen. Vindt U niet dat U voorzorgsmaatre gelen had moeten noemen? De Voorzitter vraagt nog, waarom de opslagplaats niet gedacht *s buiten Amersfoort. Het woord is aan den Ad* viseur. M. d. V. Ik moet erkennen, dat ik die regle menten bij de aanvrage had moeten overleggen Mag ik ze U overhandigen Die opslagplaats buiten Amersfoort kon extra-kosten aan be- woking vereischen. En nu, wat ging er in ons om, toen we hoor den erkennen, dat door den militairen adviseur, eerst aanwezend ingenieur van de genie, door hem, die de Regeering inlichten moest, niet was gehandeld, als verwacht had mogen worden. Niemand verlangt meer het woord cn de zit ting voor de Munitie-bergplaats is afgeloopeiu Of we tevreden zijn Dat zal de tijd moeten leeren. Menschelijker wijs gesproken is alles aongevoerd, wat aan te voeren was. Op Hoop van Zegen dus 11 Mevr. SCHIEDGES. Nieuwe uitgaven, Het Mysterie van het Veluwehuis, door J. van Callant. Uitg. H. ten Bnnk, Arnhem. Detective-verhalen moeten vol handeling zijn, de schijnbaar allermoeilijkste situaties scheppen cn den lezer dan plots voor de niet voorziene oplossing stellen. Doen zij dat niet dan gaat de dat, wie aan den militairen adviseur inlichtingen spanning verloren en wordt het verhaal verve- wilde vragen, dit konden doen. j lend. De heer Van Ugheien maakte daarvan ge- j ln het Mysterie van het Veluwehuis is het bruik en kreeg geen bevredigend antwoord, j werk van den detective Thomas Robbers geen De militaire adviseur verklaorde doar woor- hoofdzaak. Uitvoerige beschouwingen worden d e 1 ij k „Ik ben nog niet zoo lang in de gegeven over spiritisme, terwijl ook aan het be- gemeente en niet zoo op de hoogte schrijvend element te veel plaats is geschonken, van do situeti e". Mijnheer de Voorzitter. Wanneer aan het Departement van Oorlog advies was uitge bracht door iemand, die wel op de hoogte van de situatie was, dan zou deze aanvrage allicht anders gedaan zijn. Punt 3. Beholve de bezwaren van moreelen aard, genoemd in het bezwaarschrift, wil ik M. v. V. wijzen op het gevaar dat bij een aantal van uit de lucht kan ontstaan en dus wordt verzocht dat niet bewaarheid worde„Men dempt den put als 't kalf verdronken is". met het o.i. noodzakelijk gevolg, dal het ver haal de aandacht niet voldoende gespannen houdt. Als detective-verhaal achten \X het dan ook een mislukking. De misdaad bij den St jfansberg, door J. van Callant. Uitg. H. ten Brink, Arnhem. Hierin komen de fouten van „Het Mysterie van het Veluwehuis niet, of althans lang niet in die mate voor. Dadelijk worden we geplaatst te midden van het „geheim," waarom het ver- Punt 4. Geheel van technischen aard over j haal draait en de afwikkeling door Thomas Rob- het ter visie leggen der stukken. bers trekt meermalen de noodige belangstelling. Daarna kreeg de heer van Randwijck het j j^et geweldig misdadige der buitenlandsche de- woord. Mijne Heeren. Tegen de oprichting van j tective romans is er vreemd aan, ook het geni- dit munitie-magazijn zijn stemmen opgegaan van j aaj situaties van spanning scheppende der zoo goed als alle declen der bevolking.^ Er zijn Crampton-serie, maar in zijn eenvoud van mis- oogenblikken van spanning, van opwinding, die het voor de overheid noodig maken dat men moet ingrijpen. Beleid is hier noodzakelijk en dat er nauwkeurig gelet wordt op gedragingen van personen, die ir.t hun evenwicht zijn geraakt. In dit verband heb ik het'voorrecht in U, mijn heer de Voorzitter te begroeten den oud-burge meester van Amsterdam en in uw linkerbuurman iemand, die tot tweemaal toe de portefeuille van Justitie heeft getorst: die door uwe ervaring zoo danig op de hoogte zijt van dergelijke moeilijke tijden cn onevenwichtige personen, dat een na dere uiteenzetting door mij hier wel overbodig mag hceten. In deze zaak nu vestig ik Uwe aandacht op het feit, dat de woningen in de onmiddellijke» nabijheid staan. Det deel van onze gemeente telt 8000 inwoners. U weet, mijne heeren, dat er in Arnhem een ontploffing heeft plaats ge had. U weet, mijnheer de Voorzitter, dat de brand van de Oranjekazerne niet voorkomen is kunnen worden. In onze gemeente zou het een ramp worden als dat pikrinezuur door een of ondere reden ontplofte. Ik zou het noodig achten dat de explosie-stoffen werden geborgen buiten de gemeente, b.v. in de hei bij Leusden. Ik zou het noodig achten dat geen stoffen van ontplof baren aard werden opgeslagen in dc kom der gemeente. Daarna kreeg da militaire adviseur het woord- Mijnheer de Voorzitter. Mag fk de woorden door mevr. Sch- geuit, als een persoonlijke op vatting beschouwen. Dc maak de opmerking dat mevr. Sch. schrijft 50 M. afstands voor de woningen en deze ls 56 M. Alzoo bijna 100 verschiL Mag ik opmerken, dat de Burgemeester niet op de hoogte fs van de manier, waarop pikrinezuur ontploft. Nu fs die ontploffing al- daad en ontrafeling ervan, is het een leesbaar verhaal geworden. Ook het tweede avontuur van Robbers in dit boek. „Kapitein Mario's geheim", vertoont vele goede eigenschappen en komt het, naar onze meening, goede detective verhaal al veel nader. „Nederland Vooruit", het officieele orgaan van den Ned. Bond van Vrijwillige Burgerwachten, heeft een „Huldeblad" aan H. M. de Ko ningin aangeboden, dat in vele opzichten een merkwaardig blad is geworden. Het bevat toch korte beschouwingen, denkbeelden en hcilwen- schen, alsmede voortbrengselen van beeldende kunst en Toonkunst door Nederlanders gewijd aan H. M. de Koningin. Als voorwoord is opge nomen: „De Koningin in het Openbare leven", en verder bevat het bijdragen van: Ministers, Commissarissen der Koningin, Gezanten, Burge meesters, Kamerleden, Professoren, Militaire autoriteiten, Schrijvers en Dichters, Beeldende kunstenaars, Toonkunstenaars, Tooneelisten, be nevens van tal van vooraanstaande personen in den lande. In het Augustusnummer van „Ons eigen Tijd schrift" uitgave der firma C. J. van Houten en Zoon te Weesp, treffen we o.a. aan een artikel van Rinke Tolman, „Het wondere leven der Noordzee", en een van A. B. Wigman, geti teld „Gevederde Oogsgenooten." Fraaie foto's verluchten den tekst. Verder nog een humoreske van F. de Sinclair; Indrukken uit Monte-Carlo door dr. Jan L. Walch; „Van Zomerspelen en theaters door C. H. de Boer, gedichten en kleinere bijdragen. Van de uftg. Ia Rivfère en Voorhoeve te Zwol- ïeen mogelijk als de reglementen, die voorschnj- le ontvingen we het Jubileumnummer van het ge ven de wijze van opslag enz. von patronen, illustreerde weekblad „Tlmothefis". slagkoord en andere stoffen niet worden nage komen. Piknne-zuur toch wordt tot ontploffing gebracht door slogsas. Mevr. Sch. heeft over 't hoofd gezien, dat er reglementen zijn. Bovendien zou het bczwear opleveren de opslagplaats in de hei te hebben, omdat or dan een geregelde wacht moet zijn. Daarna repliceert mevr. Schfedges. Dat do woorden, geuit in punt 2, die de advi seur als persoonlijk von haar beschouwt, d i t niet zijn. Het zijn de eigen woorden van den adviseur. Wet de reglementen betreft, daarvan Is bij do aanvrage gee» gewag gemaakt De verscheidenheid der daarin opgenomen bijdragen en de keurige uitvoering, geven blij vende v/aarde aan dit nummer. Ook „Oe Vrouw en haar Huls", dc bekende aitgave van Holkema cn Warendorf, komt met een jubileumnummer, dat er wezen mag. Keurig uitgevoerd geeft het belangwekkende artikelen over het Regeerings-jubileum van N. Japlkse en over De Haagsche paleizen van H M. de Konin gin van \V. Mol. Verder cenige kleinere bijdra gen, een fraai miniatuur van H. M. de Koningin van E. L H. Woutersen van Doesburgh en een teekening van Rie Cramer van dezelfde.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1923 | | pagina 6