TWEEDE BLAD.
BUITENLAND.
"BINNEN LAND.
Willem Groenhuizen
IIKEHHAHGKLOKKEM MEI KWARTIERSLAG
FEUILLETON.
DE MILLIONAIRS
g2,N.a"Is,° AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEMlander"«..„.d.
DUITSCHLAND.
DUITSCHE NOOD.
Men schrijft uit Duitschland aan do N. R.
Ct. d.d. 21 November
Van dag tot dag worden de toestanden hier
onhoudbaarder. De al maai dalende marl:
maakt de menschen nog armer dan ze reeds
ztfn. Het gedeelte der bevolking, dat niets meer
koopen kan, vermeerdert snel. In de steden
vooral is nu reeds een aanmerkelijk gedeelte
van de bevolking op de liefdadigheid aange
wezen. De ellende is zoo groot geworden, dat
men als normaal voelend mensch niet andeis
kan dan medewerken bij de bestrijding daar
van. En zoo ben ook ik sedert eenige weken
bezig bijna mijn geheele werkkracht en vrije
uren aan dezen arbeid te geven. In betrekkelijk
korten tijd zijn wij er met eenige landgenoo-
ten in geslaagd zooveel levensmiddelen en geld
bij elkaar te brengen, dot wij aan een 200 ge
zinnen gedurende eenige maanden wekelijks
eenige pohden vet, meel, melk, etc. uit kun
nen deelen. Zeker is dit werk, waarvan men
voldoening heeft
Aan den anderen kant moet men wel sterke
zenuwen hebben om niet onder den jammer,
dien men op deze wijze te zien krijgt, te be
zwijken. Eerst als men zelf practisch mede-
doet aan de bestrijding van den hier heer-
schenden nood, kan men er een idee van krij
gen welke uitbreiding de ellende reeds geno
men heeft en nog verder noodzakelijk nemen
moet. Ik ben in den laotsten tijd in huisgezin
nen geweest van wier toestand men zich in
een beschaafd land onmogelijk een voorstelling
kan maken Ik heb oude mannen- en vrouwen
huizen bezocht, waarin de 70-jarigen met we-
zenlooze oogen op hun dood zaten te wachten.
Ik heb oude menschen in hun arme maar zin
delijke behuizing opgezocht en daar de vtouw
ziekelijk en den man zoo verhongerd gevon
den, dat hij nauwelijks op zijn beenen kon
staan en mij don ook op mijn vraag, hoe hij
van het beetje, dat hij dan nog bij de gratie
Gods van fomilieleden, die ook niets te verlie
zen hadden, ontving, leven kon, antwoorddo
„Ja, lang zullen we het wel niet meer kunnen
aithouden. Verleden week ben ik op straat van
zwakte in elkaar gezakt."
Ik ben er niet op uit om hier reclame voor
het een of andere comité te maken, waarde
lezer, en wij ook niet met scntimenteele ver
haaltjes uw gemoed bewegen. Het zijn slechts
eigen waarnemingen, die ik hier neerschrijf.
Een oude heer van 73 jaar vindt men met
opengesneden polsaderen. De dokteren komen
om hem de polsen weer dicht te naaien, ter
wijl de oude man, die veel, veel betere tijden
gekend heeft smeekt, dat men hc>ri toch in
Godsnaam zal laten doodbloeden.
Ik bezoek een oude dame, een „.Von" uit
eerste Duitsche familie. Zij heeft niets meer.
Alles is verkochtverstompt, apathisch, ver
wacht ook zij het einde
Een andere dame, die nog in den oorlog
een villa bewoonde en daar niet minder dan
4 dienstmeisjes had, moest huis en inboedel
verkoopen, is ook volkomen broodeloos, en
verhongert langzaam maar zeker.
Een moeder vond ik radeloos. Een sympa
thieke vrouw met twee dochtertjes, die zij
klaarblijkelijk aanbad, wonende in een, naar
normale begrippen, totaal onbewoonbare ruim
te. Zoo vochtig b.v„ als ik nog geen woning
zag. De vrouw huilde op aangrijpende wijze,
omdat ze begreep, dat zij hare kinderen :n
deze behuizing gedurende den winter zou zien
sterven. Geen warmte, geen kolen, eten, klce-
ren, schoenen.
Vanmorgen was ik tegenwoordig bij de uit-
deeling van een warm middagmaal aan de
armen. In ketels van 150 porties werden aard
appelen, witte kool cn water gekookt. In deze
ketels waren per ketel 3 pond vet gedaan. De
dames en heeren, die de verdeeling van dezen
gaarkeuken leidden, vertelden mij, dat vele
der hier eten-komenden den geheelcn dog niets
anders meer tc eten kregen. Deze processie
ongelukkigen was hartverscheurend om aan te
zien. De dankbaarheid, waarmede de Duitsche
dames, die dit karige middagmaal verdeelden,
behandeld werden, was voor deze vrouwen wel
een groote voldoening. Mogen er tegenwoor
dig vele Duitschers zijn, die zich van het lot
der hongerende landgenooten niet veel aan
trekken en er voor zorgen, dat hier ongeloof
lijke contrasten te beleven zijn, zoo moet men
aan den anderen kant ook de opoffering waar-
deeren, waarmede groote kringen, vooral der
Duitsche vrouwen, zich in den dienst der on
gelukkigen gesteld hebben.
Zal ik verder vertellen van de wanhoop der
ouders, die zien, hoe hunne kinderen onder
het dagelijksche gebrek lijden Zal ik u ver
tellen hoe een ziekte een hcele familie tot den
bedelstaf brengt Weet men, dat verreweg
het grootste gedeelte der stadsbevolking se
dert jaren niet in staat geweest is om kleererj,
ondergoed, schoenen etc. in voldoende mate te
koopen en dat al deze menschen nu hun laat
ste plunje opdragen
Hier, in de stad waar ik woon, is een man,
die naar een gesticht voor tuberculeuzcn ge
stuurd zou worden, niet in staat daarhgen te
gaan, omdat hij geen kleeren meer heeft.
Ziekten zijn trouwens het ergste wat de men
schen kan overkomen Endc ziekenhuizen
staan leeg. Niet, dat de menschen gezonder
geworden zijnhet tegendeel is veeleer het
geval, maar de menschen zijn eenvoudig niet
meer in stoat, om de behandeling te betalen.
Waartoe zulke ontzettende toestanden lei
den moeten, is niet moeilijk te zien. Dezer da
gen verteld© mij één der- eerste specialiteiten
op het gebied van huidziekten in Duitschland,
dat in zijn ziekcnhuisafdeeling een familie van
man, vrouw en drie kinderen ingeleverd was
met vergevorderde syphilis.
Epidemieën zijn bij de toestanden, die wij
hier nu beleven, volstrekt niet uitgesloten. Me
dicijnen kan bijna niemand meer betalen de
ziekenfondsen zijo door de markdaling volko
men geruïneerd cn doarmede 80 pet. der dok
toren. De ziekenhuizen zijn er eveneens treurig
aan toe, en hoe het er met de hulp uitziet, die
tegenwoordig de gemeenten en het rijk kun
nen verleenen, kan men zich ook wel voor
stellen.
En nergens is voorloopig eenig licht te zien.
De werkloosheid breidt zich overal snel uit.
De handel wordt steeds moeilijker. De invoer
van levensmiddelen, die slechts tegen betaling
met deviezen mogelijk is, kan daarom niet
goed toenemen. Maar ook al zou hij toenemen,
dan zouden nog zeer groote kringen niet in
staat zijn "deze levensmiddelen tc koopen.
Slechts een zeer krachtige olgemeenc hulp
van buiten kan hier nog iets uitrichten. Maar
als daarmede te lang wordt gewacht, zal het
sterven, dat nu reeds in Duitschland begonnen
is, nog veel grootere en verschrikkelijkere vor
men aannemen. De „ramp in Duitschland" is
veel en veel wreeder en grooter dan de „ramp
in Japan."
De Staatscourant van gister 27 Novem
ber bevat o. o. de volgende Kon. besluiten
benoemd tot ridder in de Orde van den
Nederlandschen Leeuw Dr. N. Wing Eoston-
oud-hoofdingenieur bij het mijnwezen in Ned.-
Jndic
op verzoek eervol ontslagen uh 's rijks dienst,
de ndjunct-accountent bij den dienst der direct:
belastingen D. Stelpstra te Amsterdam, Iste
bureau.
I. met ingang van 3 December 1925, bij het
reserve-personeel der landmacht, tot reserve-
cerste-luitenant
o. bij het wapen dc infanterie, bij hun tegen
woordig korps, dc reserve-tweede-luitenants
H. J. Haantjes, von net T2e; W. Vink van het
Ï6e A. L. Geen van het 21e; W. Boot van
het 3e; P. A. N. Bensmenn. van het 8e; F. J.
R. Gostelt van het 2e; H. C. M. Vos von het
14e; H. H. Kerkhof van het 2e; J. N. van
Breda van het I4c; A. van der Heiden van hel
17c; H. J. G. Boswinkel van het 3e; J. Comc-
lisse van het 8e; J. L. Wigkoldus van het 2e;
G. A. von Stijgeren van het 21e; G. H. J. T.
W. Comeiissen van het 8e; H. A. Wollcswin-
kel van het 16e; W. M. van der Vorm, van het
15c; A. J. J. M. van Santvliet van het 10e; A.
D. van Es van het 5e; B. Knegtering von het
lc; A. D. A. ricut van net 3e; H. A. J. Jan
sen Muneschijn van het 14c regiment
b. Bij het Wapen der Artillerie, bij hun te
genwoordig korps, de reserve-tweede-luitenonts
H. Gotzen, H T. v Steenwijk, beiden van het
regiment vesting-artillerie; W. J. Heisterkamp,
van het korps luchtdoel-artillerie; dr. W. G. J.
Scholtens van het 2e reg. veld-artillcrie; P. A-
Hoogstraten van het regiment vesting artillerie;
B. J. v. d. Peet, B. J. Jcronïmus, beiden van
het reg. kust-artillerie; A. J. de Jong, W. Jon-
gejan, D. G. G. v. Ringelestein, allen van het
reg. vest art.; H. J. v. d. Kolff van het 4e reg.
veld art.; W. Brinck van het 6e reg. veld. nrt.;
W. Bijlsma van het reg. kust-art.; C. van Ra-
venswaaij van het 7e reg. veld-ort.; H. Ter Mo
len van het reg. vest art.; J. P. W. v. Dijk van
het 4e reg. veld. art.; G. C. Knegtmens van
het reg. vest.- ort.; C. Bakhuizen van het 8e
reg. veld-art; H. de Waard von het reg. vest.
art.; W. S, Volkers, D. L. Boulogne, beiden
von het korps luchtdoel artillerie; W. M. v.
Popta van het le reg. veld-art.; J. R. Krebs
van het 3e reg. veld-ort.; J. v. d. Kooij von
de school compagnie van den motordienst; H.
Schotborgh van het reg. vest art.; F. W.
Craandijk van het 5e reg. veld-art.; M. Elion,
L. H. W. Losecaat Vercmers, S. Ch. Gooszen,
allen van het 2e reg. veld. art.; A. D. Wentholt
van het 5e reg. veld. art.; G. F. de Stoppe
laar, G. L. W. Gratoma, C. P. R. v Geuns,
allen van het 2e reg. void art.; Th. J. Naudin ten
Cate van het 6e reg. veld. art A. D. Strump-
kler van het 5e reg. veld. art.: W. C Graaf
v. Rechteren Limpurg van het korps rijdende
artillerie; G. A. v. Putten, N. J. C. Snouck
Hurgronje, beiden van het 6e reg. veld art;
Jhr. G. Schimmelpenninck van het korps rijden
de artillerieJ. P. Carp, F. J. Huy, A. M. v. d.
Poauw, alles van het 4e reg. veld. art Jhr. F.
N. Teixeira de Mattos van het 7e reg. veld art
2. met ingang van 9 Dec. 1925 bij het re
serve-personeel der landmacht, bij het wapen
der artillerie tot reserve-eerste- luitonont dc
reserve-tweede luitenant D. A. Vink van het
wapen, gedetacheerd bij het leger in Nc<L-Indië.
PRINS HENDRIK.
Z. K. H. de Prins heeft gistermiddog in het
Restaurant de Twee Steden te den Haag da
opening bijgewoond von den Bazar ten bate
van het levensonderhoud van Duitsche intel-
lectueclep
DE KABINETSCRISIS.
De mislukking van Mr. Koo-
len's opdracht
In verband met de Bewering van de N. R. Ct.,
als zou de vorming van een nieuw rcchtsch
kebinet voornamelijk zijn afgestuit op de gere
serveerd© houding der christéïijk-historischen,
deelt „de Residentiebode" nog het volgende
mede omtrent het verloop dc onderhandelingen.
„Naar we hooren uit parlementaire kringen.,
is deze voorstelling van roken geheel onjuist.
Niet de Christ.-Historischen maar de Anti-revo-
iutionairen waren niet te bewegen cm met mr.
Kooien in zee te gaan. Zij zouden nog wel voor
een ministerie uit de rccht.eizijde te vinden zijn
geweest, maar ze hielden krampachtig vost aan
elke letter van het be/uinigingsplen-Colijn. Dit
nu ging op sommige punten te ver. Bc-kcnd
immers is, dat o. a. voor de intrekking van het
befaamde art. 40 van 't Bezoldigingsbesluit ver
schillende katholieken ook buit n de tien
niet te vinden zijn. In het geheel hadden de
Anti-revolutionairen een drietal cischen aan onze
fractie gesteld, welke de R.-K. Kemerrlub in
haar vergadering van j.l. Vrijdag heeft bespro
ken, maar waarbij men tot de conclusie kwam,
dat deze niet waren te acceptceren, hoezeer men
ook bereid was groote concessies te doen. Zoo
moest d.-> poging van mr. Kooien afstuiten op de
hardheid der Anti-revolutionairen."
HET NIEUWE KABINET.
Geruchten omtrent de samen
stelling^.—
Dc Tijd verneemt dat in parlementaire krin
gen het gerucht gaat, dat het kabinet Beelaerts
van Blokland binnen zeer korten tijd tot stand
zal komen. De bedoeling zou zijn het getal
departementen tot 8 in te krimpen door samen
voeging van onderwijs en binnenlnndsche zaken
en overbrengen van landbouw naar arbeid en
de verceniging van oorlog en marine tot een
departement van defensie. De nieuwe ministers
zouden waarschijnlijk zijn: Minister-president
cn buitePlandsche zaken Beelaerts van Blok
land; Justitie mr. dr. W. van Sonsbeek, burge
meester van Breda; Binnenlnndsche Zaken en
Onderwijs dr. F. A. C. graaf van Lynden von
Sondenburg. Commissaris der Koningin in
Utrecht; Financiën mr. R. Patijn, het oud-Ka
merlid, óf mr. dr. A. Ton Doorninck, de nieuwe
thesaurier-generaal van financiën; Waterstaat
prol. Van Swaaij, aan vvien echter de girozaak
in den weg zou staan Koloniën dr. H. Lo-
vink, burgemeester van Alphen.
Voor defensie en arbeid worden zéér onwaar
schijnlijke namen genoemd. Voor defensie zou
gepoogd worden den heer H. Colijn te krijgen
en voor arbeid mr. dr. A. L. Scholtens, secre
taris-generaal bij het dep. van arbeid, of oud
minister Pasthuma.
Het kabinet zou aldus bestaan uit 2 Katholie
ken. 2 Chr.-Hist, 2 Anti-Rev. cn 2 liberalen.
De Tijd geeft echter bovenstaande mededee-
lingen gelijk het blad ze opving cn voor niet
meer dan een gerucht.
DE POSTCHEQUE- EN GIRODIENST.
Straf aan ambtenaren.
In De Ambtenaar wordt meegedeeld, dat ver
schillende postdirecteuren zijn of zullen wor
den gestraft met geldboete of terugzetting in
tractement wegens onvoldoende medewerking
bij dc centralisatie van den girodienst. Aan deze
directeuren is tevens opgedragen de onder hen
werkzame ambtenaren, die betrokken zijn bij
deze onvoldoende medewerking, eveneens voor
straf voor te dragen.
DE TABAKSWET.
Assortimentskisten voor sigaren
cn sigaretten.
Door den Minister van Financiën was het
vorige jaar toegestaan, om in dc winkels gedu
rende de maand December tot en met 3 Januari
1923 assortimentskisten met sigaren en siga
retten voorhanden te hebben, waarvan, tenein
de den inhoud aan het publiek te kunnen too-
non, de banderolle was doorgesneden.
Van elke soort assortimentskist mocht dan
echter slechts één kist of doos met verbroken
banderolle voorhanden zijn.
Thans is, naar de 's-Hert. Ct. meldt, door
den Minister bepaald dat 't bovenstaande ook
voor 1923 cn volgende jaren ken worden toe-
gepest, evenwel kan een en ander geschieden
vanaf 1 November van elk jaar.
VERTEGENWOORDIGING BIJ EEN
CREMATIE.
Geen rijksuitgaaf.
Naar de „Tel." verneemt, heeft de Minister
van Binnenlondsche Zeken en Landbouw, tij
delijk voorzitter van den Ministerraad, op zijn
vraag of kosten voor regecringsvertegenwoor-
diging bij de plechtigheid eener crematie door
haer eventueel Rijksuitgaaf zullen worden er
kend, van de Rekenkamer een ontkennend ant
woord ontvangen.
BURGEMEESTER VAN DINXPERLO.
Jhr. Lamon Trip bedankt.
Aan het Hdbl. wordt gemeld, dot jhr. mr. H.
R. Leman Trip, burgemeester von de vroegere
gemeente Doorwerth, bedankt heeft voor zijn
benoeming tot burgemeester van Dinxperlo.
DE HEEREN SALVORDA EN DE GRAVE
VERDIENSTELIJKE BELGEN.
Een staaltje van voorlichting
door dc Parijsche pers.
Hc-t Nederlandsche publiek heeft uit de Ne
derlandsche bladen met voldoening vernomen,
dat ook een Nederlander, professor Snlverda de
Grove, Zaterdog met andere buitenlandsche ge
leerden het doctoraat honoris causa aan de Sor-
bonne verkregen heeft. Al mag het groote pu
bliek tc Parijs daar nu misschien minder belang
in stellen, toch mag van de Parijsche pers ver
wacht worden, dat, wanneer ze van die pro
motie in de Sorbonne melding maakt, zij daar
bij eenige juistheid van berichtgeving in acht
neemt.
Moor ziehier, zegt de N. R. Ct.. hoe een
toch veel gelezen Parijsch dagblad, dat lang
niet tot de slechtste behoort en dot behalve wat
politiek en berichtgeving betreft, ook op intel
lectueel en literair gebied onder de dagbladen
tc Parijs meetelt cn ook de pretentie heeft op
dat gebied wat te beteekenen, melding meakt
van dc promotie van onzen landgenoot.
Ongeveer aan het slot van een artikeltje van
een goede vijftig regels, gevrijd aan de plechtig
heid in de Sorbonne, lezen wij:
„Tenslotte zette de heer Brunot, dekaan von
de letterkundige faculteit, de verdiensten uiteen
'•an de heeren J. J. Salvordn, de Grave en
Maurice Wilmottc, groote Belgen, die groote
vrienden van Frankrijk cn roemruchtige univer
siteitsprofessoren zijn."
B. J. GERRETSCN
Zijn toestond langzaam vooruit
gaande.
Dc „Ned." bericht, dat de toestand van het
Kamerlid den heer B. J. Gerretson, langzaam
maar gestadig vooruitgaat.
JOOST VAN VOLLENHOVEN, f
Plotseling overleden.
Gisternacht is te Amsterdam plotseling over
leden de heer Joost van Vollenhoven, een der
directeuren van le Nederlandsche Bank.
Bij den aanvang van den oorlog nam de heer
Van Vollenhovcn zitting in het bestuur van
de N. O. T. Sinds 1917 was hij directeur van
de Nederlandsche Bank. Hij maakte deel uit van
de besturen van verschillende bekende tinan-
tieele instellingen.
Nadere levensbizonderhcdcn.
De N. R. C. meldt omtrent den overledene,
dat deze in menig opricht een belangrijke rol
in ons handcis- en nijverhcidsleven heeft ge
speeld cn ook op belanglooze wijze, vóoral ge
durende den oorlog, groote diensten aan d<-
gemeenschap heeft bewezen.
De heer van Vollenhovcn was aanvankelijk
werkzaam op de machinefabriek Fijenoord t©
Rotterdam en in de boutkooperij van zijn va
der. Op 23-jarigen leeftijd trad hij in 1889
als assistent in dienst bij de Deli Maatschappij
In twaalf jaar tijds had hij het tot hoold-admi-
nistrateur gebracht, welke functie hij tot 1909
bleef vervullen. Hij vertrok toen naar Neder
land om daar als commissaris der Deli Maat
schappij op te treden, welk ambt bij in 1915
neerlegde.
In 1911 heeft hij een levendig aandeel ge
nomen in de oprichting van de Nederlandsche
Koloniale Petroleum Maatschappij, die toen
maals onder Amerikaansche auspiciën (Stan
dard Oil) trachtte 'zich belangrijke petroleum-
concessies in Indië (Djambi) te verzekeren. Di«-
maatschappij.is daarin niet in dc mate, waarin
hij zich dat had voorgesteld, geslaagd. Nog
steeds had du heer van Vollenhoven zitting in
haar raad ven commissarissen.
Als vrije liberaal werd hij in 1913 door Rot
terdam IV in de Tweede Kamer gekozen, watr-
van hij tot 1917 deel heeft uitgemaakt. In den
oorlogstijd zien wij hem dan als een der voor
mannen van de N. O. T. optreden. Inzond©!-
hcid heeft zijn werk in Amerika goede vruch
ten voor ons land «afgeworpen.
Sinds 1917 had hij zitting in dc directie dei
Nederlandsche Bonk. Tijdelijk heeft hij daarin
eenige molen het presidentschap waargenomen.
Zijn plotseling overlijden na een ernstige on
gesteldheid van slechts enkele uren is vooral
voor dit lichaam een groot verlies.
A. W. J. VAN LANSCHOT f
Burgemeester van Vught.
In den leeftijd van 56 jaren is te den Boscï»
overleden de heer A. W. J. van Lanschot, se
dert 24 jaar burgemeester der gemeente Vught,
honorair proost van de Illustre Lieve Vrouwe
Broederschap, voorzitter der Gezondheidscom
missie te Boxtel, bestuurslid van verscheidene,
waterschnppen en oud-3id der Provinciale Sta
ten enz,
LUIT.-KOL. J. M. C. VERMANDE, f
Gep. luit.-kcl. der infanterie.
Op 62-jarigen leeftijd is te Nijmegen over
leden de gep. luit.-kol. der inf. J. M. C. Ver--
mand»
DE BEVOORRECHTING VAN ANTWERPEN
DOOR FRANSCHE MAATREGELEN.
Een adres door den minister
raad.
Reeds bij herhaling is geklaagd over d
schade, welke het verkeer over Rotterdam voor
den Elzas lijdt, nu de Franschen daar, sedet
Elzas-Letharingen tot het Fransche douane
gebied is gaan bchooren, niet alleen surtaxes
d'cntrcpót et d'origine zijn gaan heffen, doch
bovendien deze belasting op gocderën over
Antwerpen niet toepassen.
Blijkens een adres van de Kamer van Koop
handel te Rotterdam, d.d. 26 Februari, aan den
minister van buitenlandsche zeken gericht cn
waaraan eerst nu publiciteit wordt gegeven, is
die surtaxe in 1921 en 1922 veel hooger ge
weest dun de vracht zelve. Gesteld dus het
onmogelijke geval, dot men bereid zou zijn van
Rotterdam naar Straatsburg voor niets te va
ren, terwijl voor de vaart AntwerpenStraats
burg de gewone viacht gerekend werd, dan
zou neg dc omstandigheid, dnt voor de nicl-
Europeesche goederen, via Rotterdam inge
voerd, de surtaxe betaald moet worden, welke
bij vervoer vin Antwerpen niet verschuldigd is.
het vervoer via Antwerpen leiden. De Kamer
geeft ter adstructie verschillende cijfers, waar
uit blijkt, in hoe sterke mate de opheffing van
de surtaxe alleen voor Antwerpen preventief
moet werken voor het vervoer via Rotterdam.
In de tweede plaats wordt er door aangetoond,
dj*t de valuta feitelijk geen rol speelt. Immers,
de vrachtcijfers vin Rotterdam cn Antwerpen
tooncn geen noemenswaardige verschillen. Het
natuurlijke nadeel voor Antwerpen, dut zou
moeten ontstaan door dc sleeploonen van daar
naar Dordrecht, wordt teniet gedoan doordat
Als de mensch steeds zijn geluk zag,
waar het is, dan zou alles hier beneden be
ter gaan.
Charles de Coster.
I nseair. 43. Tel. 832. I'oitr. 75821
GOUD- ZILVER en UURWERKEN
- VANAF f 33— -
door
F. FRANKFORT MOORE.
Uit hot Engelsch
door
F. J. VAN DER MOLEN,
tl
«Neen, neen; hij heeft zich nooit ingelaten
met sociale beschouwingen. Eigenlijk was
het denkbeeld reeds eenigen tijd geleden in
roij opgekomen; maar nadat ik hier ben
Kekomen en tamelijk veel omgang heb ge
had met wel. met Miss Mcrtoun en Miss
Brown, en anderen is mij in het oor ge
fluisterd. dat ik mij ten zeerste vergiste,
I Indien ik meende, dat u, en allen, met wie
ik oogenschijnlijk op voet van gelijkheid
omga, mij als hun maatschappelijk gelijke
beschouwen. Er is mij gezegd, dat ik werd
Ketolereerd in hun kringen uw kringen
zooals ook een neger of een schrijver van
naam werd geduld.
Ze hebben een loopje met tl willen nemen,
mijn waarde. Het is zeker een vrouw ge
weest? Angela niet, ofschoon ze wel van
een grapje houdt; maar ze weet, hoe ver ze
mag gaan. Neen. dat moet geweest zijn
wat duivel, wie kan dat zijn geweest 1 Gwen
ook niet. Toch, by the Bog of Allen, Gwen
Cardew is bet geweest, en niemand anders!
Ik zie het aan uw gezicht. En u bobt Gwen
geloofd? 't Is waar ook, u hebt zelf beweerd,
geen kijk op do vrouwen te hebben! Wan
neer uw naiviteit tegenover mannen even
groot geweest was als die u tegenover een
vrouw hebt getoond door geloof te slaan,
aan wat Gwen Cardew u in het oor blies,
dan zou u thans nog even straatarm zijn als
ik, en dat wil wat zeggen.'"
„Het was inderdaad Miss Cardew, die mij
heeft ingelicht, ik wil het niet ontkennen.
Maar ik ben overtuigd, dat ze het geheel tc
goeder trouw deed.'"
„Wel waarschijnlijk: Miss Cardew en
goede trouw!"
„Maar u hebt mij uw meening over de
kwestie nog niet gezegd. U behoeft geen
oogenblik tc vreezen, dat ik het u eenigszins
kwalijk zal nemen. En u zou u zou mij
wellicht, behoeden voor een dwazen stap.
den een of anderen dag. Binnen een half
uur kan ik het anker lichten."
„Mijn waarde Drummond, u bent eigen
lijk een unicum," zei Lord Ballysecdy.
„Een millionair met een zoo groote dosis
bescheidenheid is in dezen tijd een zeld
zaam verschijnsel. Millionaire en bescheiden
heid zieV men inderdaad slechts zelden in
eikaars gezelschap. Maar waar hebt u toch
uw leven doorgebracht, om tc mccnen, dat
er in eenigen kring van de maatschappij
nog zulk een exclusivisme zou bestaan, of
het mdest zijn bij kruideniers. U moet wel
op een andere planeet hebben gewoond!
Exclusivisme! Mijn beste jongen, kijk toch
eens om j© heen! Zie toch eens, wie tegen
woordig het meest .naar de oogen worden ge
zien. Dat zijn de menschen, die de meeste
macht en den moesten invloed hebben, en
zoo is het altijd geweest. Lang geleden deel
den de landeigenaren de lankens uit, en zij
noemden zich toen de aristocratie. Maar de
arme duivels slaan tegenwoordig een heel
bescheiden toontje aan. De bezitter van een
lapje grond, waar ijzermijnen worden ge
vonden, dat is de groote man van den
huldigen tijd. Een generaal hoort zijn roem
nog een jaar of twee verkondigen na den
veldtocht, die onder zijn aanvoering stond.
Maar de grootste van allen is de millionair.
F.en millionair wordt getolereerd, zelfs in
dien hij een poen is. wat inderdaad slechts
zelden het geval is, Is hij echter een ander
soort mensch. dan heelt hij een duurzaam
sociaal succes. Waarom nu eigenlijk zouden
lieden als de Mertouns en de Glenmirks
vriendschappelijk met u omgaan, als het
niet was, omdat ze u voor een fatsoenlijk
mensch houden? Denkt u. dat ze van plan
zijn. geld van u te leeneu?"
„O noen. dat is natuurlijk nooit in mij
opgekomen."
„Komen zc bij u aan boord, omdat u hun
een buitengewoon goed diner kunt aanbie
den? Zc zouden zich immers liever tevre
den stellen met een simpel varkenslapje cn
een fleschje stout dan met. wat uw kok zou
kunnen opdisschen? Alleen, je kunt ner
gens een prima-kwaliteit varkenslapje krij
gen. als het niet uit Amerika komt, en een
eerlijke slager zou er niet voor willen in
staan, dat alles Amorikaansch is, wat hij
verkoopt Wclneen! Wie u het hof maken
ter wille van uw geld. dat zijn de zaken-
menschen. Maar mocht u eens geldgebrek
hebben, dan zou 'k u niet durven raden, bij
hen om hulp aan te kloppen. Wees toch
niet zoo dwaas, met iets te gelooven van
wat Gwen Cardew u omtrent de wereld op
uw mouw speldt. Werkelijk, hoe minder u
aanneemt van wat vrouwen u trachten wijs
tc maken, des te beter voor u. Gwen is bo
vendien een jonge dame. die het met de
waarheid bij voorkeur op een accoord gooit.
Ik zou u dit advies niet geven, indien mij
niet gebleken was, dat u uw leven had
gesleten op plaatsen, even ver van de we
reld, als goede trouw is van laat ons
zeggen van Gwen Cardew. Hier zijn wij
bij het hotel."
„Nog een enkel woord. Lord Ballyseedy
Een enkel maai. Zij vertelde mij gisteren
avond, juist voor het stoomjacht in zicht
kwam. dat u u neen, bij nader inzien
vind ik toch maar beter, u tc verzwijgen,
wat ze mij vertelde. Ofschoon welke be
doeling ze daarmee gehad kan hebben
maar enfin, 't kan mij ook minder schelen."
„Mij is het ook geheel om het even Ik ben
volstrekt niet nieuwsgierig te weten, wat
anderen van mij zeggen. Maar wel ben »k
overtuigd, dat Gwen Gardew nooit de
waarheid zegt, hetzij haar belang het mee
bracht. Wij mannen kunnen een vrouw
nooit doorgronden: maar wel zijn er som
mige vrouwen, en Gwen is daarvan één, die
precies weten, hoe ze met mannon moeten
omgaan. Ze hebben er studie van gemaakt,
wees daarvan verzekerd."
Santen traden ze de eetzaal binnen.
Aan een der tafeltjes was Angela reeds
bezig, op verzoek van Isaac Newton h©t
menu op te stellen voor den lunch, waarbij
zc zich door den Zwitseréchen kellner liet
voorlichten in het Fransch, een taal, waar
van Newton geen woord verstond.
HOOFDSTUK XI.
Het was werkelijk Miss Cardew geweest,
wier inlichtingen George Drummond hadden
doen twijfelen aan de oprechtheid van wat
men de beschaafde kringen noemt.
Wij verstaan onder beschaafde wereld het
liefst de groep van personen, die tot onze
kennissen behooren. Deze definitie mag
eenigszins eng zijn, ze heeft het voordeel.'
ons gevoel van eigenwaarde behoorlijk tc
streden. In werkelijkheid echter behoort
onder „wereld" een coterie te worden ver
staan, die niet op voet van intimiteit met,
ons wcnscht te komen. Dit is dan ook de
reden, waarom wij zc ons zoo verheven
voorstellen en waarom wij trachten! er in
te worden gelaten. Maar om diezelfde reden
ook voeld© George Drummond een zoo sterke-
neiging, zonder eenig voorbehoud het oor
deel te aanvaarden van Miss Cardew ovci
de voosheid van de vriendschapsbetuigingen
der aristocratische wereld, die hem na zijn
terugkeer uit Zuidafrika had ..opgenomen",
gelijk Miss Cardew her uitdrukte.
Zij vroeg, ot meneer Drummond wel een
juist inzicht had van de wijze, waarop in
Engeland dc aristocratie angstvallig werd
bijeen gehouden. Meende hij soms, dat dc
handen, die hern werden toegestoken,
trouwe vriendenhanden waren een
trouwe vriend is natuurlijk eon, die geheel
belangeloos is in zijn of haar vriend
schap. iemand, die zelfs al had je geen duit,
toch je vriend woii zijn.
Op deze manier had zij over vriendschap
gefantaseerd.
Drummond had toen gezegd, dat. hij op
zijn reizen nergens voorkomender en pret
tiger menschen had aangetroffen dan hier.
Hij stelde zc zelfs nog hoogcr dan dc kennis
sen, waarmee hij tc Johannesburg had om
gegaan: die trouwhartige, kloeke, ©chte En-
gelschen als dc Jacobs, de Roscnthals, de
Schutzenbergcre, dc Lazarussen, de Falks,
dc Hezekia's namen uit den Maida Vale
kring, en typischer Engelschen dan die van
de Maida Vale kon men zich bezwaarlijk
denken.
TFordt vervolgd.