VIERDE BLAD. BINNENLAND. 22e Jaargang AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEM LANDER" Zaterdag 28 Juni 1924 DE REORGANISATIE VAN DE POST EN TELEGRAFIE. Ontslognanzcgging aun amb tenaren. Naar de Tel. verneemt, is in verband met de op handen zijnde reorganisatie van den dienst, heden aan een TQO-tn] ambtenaren bij het hoofdbestuur der posterijen en telegrafie in de rongen van schrijver tot en met hoofdcom mies, eervol ontslag aangezegd tegen 1 Octo ber a.s. met recht op wachtgeld of pensioen. In de betrokken mededeelingen wordt er ge wag van gemaakt, dat alleen de drang noar bezuiniging tot deze voor het personeel zoo ernstige maatregelen heeft geleid. Eveneens is aan een 40-tal directeuren en hooldcommiezcn van den kantoordienst onder gelijke voorwaarden ontslag aangezegd. DE GRENSWIJZIGING VAN DOKKUM. Vrogcn van* den heer Idenburg. Het Eerste Kamerlid Idenburg heeft aan den minister von binnenlandsche zaken en land bouw betreffende de motieven, diu geleid heb ben tot het voorstel van grenswijziging vun Dokkum, vragen gesteld. De heer Idenburg zegt o.a., dot in sommige bloden wordt beweerd, dat in het voorstel tot grenswijziging van Dokkum, thans bij de Eer ste Kamer aanhangig, nog andere motieven dan in de to-elichtende bescheiden en bij de mondelinge behondeling aangevoerd, invloed hebben geoefend met name belangen van het Roomsch-Katholieke bevolkingsdeel. Zou de minister van binnenlandsche zaken en landbouw, oldus vraagt de heer Idenburg, vóór de mondelinge behandeling van dot wetsont werp in deze Kamer willen mededeelen in hoever bedoelde persberichten juist zijn of een grond van waarheid bevotten MR. DR. JAN VAN BEST. Ontslag uit openbare functies. Mr. dr. Jan van Best, oud-lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, heeft ontslag geno men als lid van den gemeenteraad van Eindho ven en als wethouder dier gemeente. Zooals in de betreffende raadsvergadering tot uiting kwam, moet de aanleiding tot dit orttslag gezocht worden in ongunstig uitgevallen finan- cieele ondernemingen des heeren Jan van Best. Mr. dr. Jan van Best gaat ons land verloten en zich metterwoon in Brussel vestigen. In Eindhoven wordt oldus de M s b. zijn heengaan zeer betréurrd, hetgeen bleek uit de hartelijke woorden van sympathie, welke alle politieke fracties uit den gemeenteraad, cn voor namelijk ook de sociaal-democraten, die hem de laatste jaren als wethouder zeer hadden lee- ren wanrdeeren, bijzender aan den vertrekkende wijdden. Mr. S. v. d. PLAS. Oud-gouverneur van Sumatra's Oostkust. Te den Haag is in den ouderdom van 53 jaar overleden mr S. van der Plas, oqd-gouverncur van Sumatra's Oostkust, officier in de orde van Oronje-Nassau. Mr. Simon van der Plas werd 23 December 1870 geboren. Na zijn studie volbracht te heb ben, werd hij in Augustus 1800 ter beschik king gesteld van den Gouv.-generaal om ge plaatst te worden bij het Binnenlandsch bestuur. In 1893 volgde zijn benoeming tot controleur bij het B.B. in de buitenbezittingen, waarna hij van 1002—1904 met verlof in Europa kwam. Na zijn terugkeer in Indië diende hij weer het B.B., om op 4 Maart 1910 benoemd te worden tot assistent-resident ter beschikking van den resident van Sumatra's Oostkust. Op 7 Juni 1911 werd mr. v. d. Plas benoemd tot assistent resident van Deli en Serdang, welke functie hij 2 jaar bekleedde, om van Mei tot November 1915 met verlof in Europa door te brengen. Op 30 November van dat jaar volgde zijn be noeming tot resident van Sumatra's' Oostkust en op 12 Augustus 1915 lot gouverneur van dit gewest. Op 2 Juli 1917 vroeg en verkreeg hij eervol ontslag en in 1922 keerde hij naar ons lanC terug. VEREENIGING VAN NED. GEMEENTEN. (Vervolg.) Dr. J. P. Fockema Andreae, burgemeester van Utrecht, on mr dr. H Vos te Leiden, lichtten hun proe-adviezen toe op de vr.mg In hoeverre leert de practijk, dat de gemeente besturen niet voldoende beschermd zijn tegen willekeur van den kont der boven hen gestelde organen, en in hoeverre kan aan dat bezwaar worden tegemoet gekomen door invoering eener onafhankelijke administratieve rechtspraak Mr. Fockema Andreae betoogt, dat do financieele verhouding werkelijk een grootc bron van moeilijkheden is. Over een betere financieele verhouding tusschen rijk en gemeen ten valt heden niet met vrucht te debatteeren. Do financieele moeilijkheden beletten op hel oogenblik, tot een behoorlijke afbakening van de taak te komen. Het komt er ten slotte op aan, wie het betalen zal. De willekeur, waarop de prae-adviseurs den nadruk hebben gelegd, ontstaat door „de wijze waarop." Ook vergete men niet, dat de gemeentebesturen zooveel dich ter staan bij de nooden en de behoeften der burgerij. Pit gedeelte uit de prae-adviezen heeft men bij de beraadslagingen over het hoofd ge zien. De regeering' mag voor zulk een argu mentatie niet blind zijn. Spreker geeft toe, dat er bij den terugkeer van betere toestanden voor de gemeenten ook weer betere tijden zullen aanbreken. Tegen een administratieve rechtspraak zijn ongetwijfeld bezwaren aan to voeren (de prae- adviseur bepaalt zich in dit opzicht tot den strijd met het algemeen belang), maar bij den tegenwoordigen toestand is er eigenlijk ;n het openbaar geen rechtsgang, wat al een groot nadeel oplevert. Voor de regeering is het thans ook onmogelijk, in al de velschillende beslis singen eenheid te brengen en dat blijft zoo, zoolang er geen rechtspraak is. Dat de verant woordelijkheid der departementen onder zulk een rechtspraak zou lijden, gelooft de prae- advissur niet. De moeilijkheden oen een administratieve rechtspraak verbonden, erkennende, houdt de prac-adviseur nochtans oan zijn verlangen naai zulk een rechtspraak, voor het verkrijgen van een goede rechtsfeer, vast. De heer Vos zegt dank aan hen, die bij de beraadslagingen nieuw materiaal hebben aan gebracht. Hij is van mcening, dat de admi nistratieve rechtspraak als veel te moeilijk voorgesteid wordt. Er zit integendeel niets in gewikkelds in. Hij stelt in dit opzicht het oor deel van prof. Buys tegenover dat van prof. Struycken cn prof. Van der Grinten. Deze laatste heeren hebben van de administratieve rechtspraak een voorstelling gegeven, die daar aan niet eigen is, zooals mr. Vos in den brcede uiteen zet. Te holféën werd het congres gesloten. HET CRyOGEEN LABORATORIUM VAN PROF. KAMERLINGH ONNES. Bezocht door buitenlnndsch"' geleerden. Woensdag is prof. Mattheas uit Germont Ferrand te Leiden aangekomen, om duor in het cryogeen laboratorium met prof. Kamcr- lingh Onnes en dr. Crommelin zijn onderzoe kingen over de rechtlijnigen diameter van .vloeibaar helium voort te zetten. Dinsdag is te Leiden aangekomen prof. Des mette uit Leuven om in het cryogccn laborato rium met prof. Keesom proeven tc verrichten met gekristalliseerde gassen. DE SCHOENENINDUSTRIE EN HET SCHOENENWETJE. De werking van het schoe nenwetje. In het jaarverslag van de Kamer van Koop handel voor de Langstraat wordt het volgende opgemerkt over do werking van het Schoenen wetje „Het grootc nut, dot dc verkregen wettelijke regeling heeft afgeworpen, stoot vost. Was in de eerste helft van 1923 de werkloosheid in de schoenindustrie nog buitengewoon groot, in de tweede helft num die geleidelijk af, zoodot einde 1923 zoo goed als gcon werkloosheid meer hcerschte cn zelfs verschillende bedrijven over zoovcel orders beschikten, dat de productie kon worden opgevoerd. De stotistickcijfers van een import demon- streeren de gunstige werking van het schoenen wetje overduidelijk. De impoct bedroeg over 1922 rond 4.000.000 kg., over het eerste half jaar 1923 bijna 2.000.000 kg., terwijl die over het tweede halfjaar 1923 slechts rond 220.000 kg. bedroeg. Van welk een bcteekenis het be- xeikte resultaat is, spreekt het best, wanneer wij ons voor den geest holen de enorme som men, die wij in ons jaarverslag- noteerden, voor de bestrijding der wcikloosheid cn die geput werden uit de kassen van Rijk, Gemeente en werkgevers cn uit de werkloozenkassen. Des te verblijdener is het resultaat, wae: vast staat, dat de prijzen van het schoenwerk na de invoerbelemmering nog beduidend zijn gedaald in plaats van gestegen. ZUID-AFRIKAANSCHE STUDENTEN DAGEN. Afscheidsmaaltijd in dc Rol- tcrdamsche Diergaarde. De beide zoo welgeslaagde Zuid-Afrikaansche studentendagen, ingericht door de afd. Rotter dam der Nederl. Zuid-Afrikaansche Verceni- ging, zijn Woensdagavond op waardige wijze besloten met een afscheidsmaaltijd in de Rot- terdamsche Diergaarde, waaraan behalve de mannelijke en vrouwelijke studenten ook velen deelnamen die zich voor deze verbroedcrings- tcesten zeer veel moeite hebben gegeven. Be halve den burgemeester, prof. Pont, den heer Spilhaus (vertegenwoordiger van het Z.-Afr. departement van handel), zag men oan dien disch naast de professoren Bruins, Casimir, Verkade, ook bijv. den president-commissaris der Nederl. Spoorwegen, vroeger directeur van de Ned.-Zuid-Afrik. Spoorweg-Maatschappij, den heer Kretschmar van Veen, den heer P. J de Kanter namens het Alg. Ned. Verbond cn onderen. De leiding van de tafel was in handen van den president der afd. Rotterdam van de Ned.- Zuid-Afrikaonsche Vereeniging, mr. W. C. Mees, die zich met den secretaris mr. Ten Kate cn den heer H. W. de Monchy, in het bizonder uon het welslagen dezer bijeenkomsten veel heeft loten gelegen liggen. Nadat hij de gasten had welkom geheeten, stelde hij later ondc Sroote instemming voor namens alle aanwezi gen een telegram von hulde oan de Koningin te richten, tejv.'ijl hij voorts herinnerde aan de sympathie, die van oudsher in Nederland voor de Boeren heeft bestoan. De burgemeester herdacht het vele, dot de heer Roosegoarde Bisschop in Londen en prof. Bruins te Rotterdam hadden gedaan tot ont wikkeling van de vriendschapsbanden met Zuid-Afrika en niet minder welke verdiensten de afd. Rotterdam der Ned. Z.-Afrikaansche Vereeniging en haar voorzitter mr. W. C4 Mees zich tc dien aanzien hebben verworven. De heer Spilhaus sprak in een geestige Er.- gelsche speech over de handelsbetrekkingen tusschen Nederland en Zuid-Afrika, waarbij hij in het bizonder stilstond bij de wenschclijkhcid van zoo vrij mogelijken handel en het afschaf fen van de tot dusver nog bestaande belem meringen in den vorm vun hooge rechten, „another form of militarism". Maar ook 't oude Zuid-Afrikaansche volk moet voor den handel worden gewonnen. De Boer ziet in den honde laar tot dusver nog niets anders dan een „lap pies smous" en het ligt op den weg van T hier aanwezige jongere geslacht, vermoedelijk be stemd om straks in Zuid-Afrika belangrijke po sities in tc nemen, deze denkbeelden zich te doen wijzigen. Toen was het woord oan dr. Malberbe, een Zuid-Alrikoner, die dezer dagen te Amsterdam in de letteren is gepromoveerd. Op zeer ge voelige wijze sprak hij over hetgeen Nederland door zijn natuur, zijn cultuur en zijn kunst hem en zijn landgenoolen gedurende hun verblijf had weten te bieden Ten slotte dronk nog de heer L. V. van Ros- sem namens de Kamer ven Koophandel op de ontwikkeling der handelsbetrekkingen tusschen Rotterdam en Zuid-Afrika en sprak dr. Ortlepp uit Londen namens de studenten innig gevoelde woorden van dank voor het onthaal in deze da gen gevonden. Na afloop van den maaitijd werd glanst. Ter afwisseling zong de heer Von Riemsdijk, begeleid door zijn vrouw, zijn bekende Veluw- sche liedjes, zoodut de nacht reeds ver was ge vorderd eer men ten slotte uiteenging. CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART. Internationale inspectielocht langs den Rijn. Gisteravond halfnegcn is aan de Waalhaven te Nijmegen aangekomen een Fransche rader boot, nan boord waarvan zich bevindt, de heer Jean Gout, voorzitter van dc centrale commissie voor de Rijnvaart, die een inspectietocht maakt langs den Rijn. Verder zijn onder meer aan boord de inspecteur voor de Rijnvaart Dutt- linger cn dc hoofdingenieur-directeur van den rijkswaterstaat. Vanochtend 7 uur vertrok de boot naar Rotterdam VEREEN. VOOR ARMENZORG EN WELDADIGHEID. De olgemeene vergadering te Nijmegen. Dc Nederlandschc Vereeniging voor Armen zorg cn Weldadigheid ving gister te Nijmegen haar algemeene vergadering aan. Deze werd in het Gebouw De Vereeniging geopend door den voorzitter, dr. At F. baron van Lijnden, van Utrecht. Na een woord van welkom herinnerde spr.' allereerst aan het historisch verleden van Nij- nvegen met zijn liefdewerken en oude broeder schoppen. Het bestuur waardeert zeer den steun van regceringswege, van openbare colleges, van provinciale en gemeentelijke autoriteiten. Spr. is don ook den minister van binnenlandsche za ken erkentelijk voor het zenden van een verte genwoordiger naar dit congres. Spr. hield vervolgens een beschouwing over de taak van armenzorg en weldadigheid. Hierna wees hij op dc instellingen, kerken, gemeenschappen enz., welke zich daarmede bezig houden. In deze chaotische verwarring moet naar lijnen worden gezocht. Dc overheidszorg voor armen en hulpbe hoevenden werd oorspronkelijk niet anders be doeld dan als maatregel van openbare veilig heid. Later werd de armenzorg beschouwd als een zaak uitsluitend van particuliere en ker kelijke instellingen. In een later tijdperk zien wij de burgerlijke armbesturen uitgroeien bo ven de genoemde instellingen, cn speciaal in de laatste jaren hebben deze armbesturen zich moeten bezighouden met den steun aan werk- ioozen, welke noodgedwongen is verleend noai nvelhoden die bij gewone armenzorg niet te hondhaven zouden zijn. De medewerking van de kerkelijke en bijzondere instellingen is hier vaak noode gemist. Dit alles, meent spr., zal voor onze vereeni ging ccn aansporing zijn en blijven om de ont wikkeling von het steunwezen te bevorderen in de richting, aangegeven door den wetgever en in het belang van het Nederlandschc volk. De minister van Binnenlandsche Zaken heeft in een circulaire aan de Armenraden in het bijzonder gewezen op de noodzakelijke samen werking. Deze ontbreekt inderdaad, omdat ci geen centraal orgaan is voor samenwerking tusschen de instellingen, dfe wel en die niet vereenigd zijn in den Armenraad. Zou, vroeg spr., een centraal punt om al de ze vcreenigïhgen en instellingen tot elkander te brengen, niet het best tc bereiken zijn door een nieuwe wettelijke regeling te maken, waar door met vermijding van alle namen en uit drukkingen, die verwarring zouden kunnen stichten of afschrik opwekken alle instellingen von weldadigheid en organen, werkzaam voor de leniging en voorkoming van menschelijken nood, worden samengebracht om in onderling overleg een centraal bureau in het leven te roepen, waar de hulpbehoevenden zich kunnen aanmelden of doen aanmelden om daar verwe zen te worden naar het orgaan, dat zich hun lot kan aantrekken. Terwijl de eigenlijke steun- verleening bij de instellingen bleef, zou het cen traal bureou een ndviscerende, regelende en distribueerende taak kunnen vervullen. Dr. J H. Adriani, secretaris van den Ar menraad te Utrecht, hield vervolgens een in leiding over De wensrhelijkheid von de instel ling van een historische commissie. De verhou ding dier instellingen onderling kon slechts uit haar geschiedenis worden begrepen. Wil de Ned. Vereeniging werkelijk invloed uitoefenen op de ontwikkeling van ons armwezen, don moet zij zorgen, dat het haar niet ontbreekt aan de middelen, kennis te nemen van de his torie der instellingen. De beraadslagingen op de vergaderingen der vereeniging kunnen niet voldoenden diepgang verkrijgen, wanneer die historische ondergrond der verschijnselen niet gekend wordt. Een historische commissie, uitgaande van de Ned. Vereeniging, zou aldus spr. een po ging kunnen doen om een overzicht te verkrij gen van de bestaande litteratuur omtrent de geschiedenis onzer weldadigheidsinstellingen Spr. sprak ten slotte den wensch uit, dot de ze overwegingen in de vergadering instemming zouden vinden en dat het bestuur hierin aan leiding mocht vinden, tot de benoeming van een zoodanige commissie over te gaan. Mr. J. Everts, -secretaris van den Armenraad te Amsterdam, betuigde zijn ingenomenheid met het denkbeeld van den inleider. De voorzitter sloot zich hierbij aan. Hij zei- do, dat het bestuur op het oogenblik niet in staat was een bepaald voorstel te doen, maar wel overtuigd was von het nut van hetgeen de heer Adriani wil. Spr. gaf de vergadering in overweging het bestuur opdracht te geven om deze zaak te maken tot een voorwerp van over weging en, zoo zulks mogelijk blijkt, het donk beeld van den heer Adriani ie zijner tijd tot uit voering te brengen. Aldus werd besloten. Hierna hield de heer J. van Pelt, lid van het Burgerlijk Armbestuur te Nijmegen, een cau serie over „De historische ontwikkeling van do Nijmeegsche A: menverzorging. Hij gaf daarin, aan de hand van verschillende schrij vers over Nijmegen's oudste toestonden, een uitvoerige schets van de totstandkoming en de ontwikkeling in den loop der jaren van de oude instellingen. Om drie uur werd de eerste vergadering be ëindigd en brachten dc bestuursleden cn afge vaardigden groepsgewijze bezoeken aan het Oud-Burgcron Gasthuis, de weesinrichting tc Neerbosch, het sanatorium -Dekkerswold of fe Hcilig-Landstichting. Om zeven uur hod ccn gemeenschappelijke maaltijd plaats in Hotel Muldcr-Boggia. In een huishoudelijke vergadering, welke oan de openbare vergadering voorafging, heeft dc secretaris, jhr. C. G. C. Queries von Ufford, het jaarverslag over 1923 uitgebracht Wij ont- leenen daaraan, dat het ledental daalde van 1073 tot 1038, t.w. 24 armenraden, 2 gemeen tebesturen, 51 burgerlijke armbesturen, T6 ker kelijke besturen, 110 kerkelijke armbesturen, 123 bijzondere armbesturen, 36 instellingen ven bijzonderpn aard en 663 personen. Tot lia van het bestuur werden gekozen mevr. M. G. Muller-Lulofs, te Utrecht, mr. J. A. Stoop te Leeuwarden, Th. Stappers te Heer len, P. J. Fortnnier te Rotterdam, mr G. J. Sprcngvr te Middelburg cn jhr. mr. A. W. van Holthe tot Eechten te Assen. NED. VEREEN. TOT BESTRIJDING DER LEPRA IN NEDERLAND. I Iet 10-jarig bobtuon. Zaterdag 21 Juni was het 10 jaar geleden, dat de Ned. Ver. ter Bestrijding der Lepra werd opgericht, hoewel haar voorgeschiedenis van ouder datum is. Oorspronkelijk maakte de vereeniging n.l. deel uit van de den 8cn Mei 1910 te Batavia opgerichte vereeniging „Het Oranjekruis", Nationale Bond ter Bestrijding der Lepro, welker doel was ccn krachtige, maar humane bestrijding dei in onrustbarende mate toenemende ziekte in Ned. Oost-Indic. Oorspronkelijk was de bedoeling in Neder land propagndn te maken voor de lepra-best rij ding in Indie. Met bleek echter weldra, toen dc werkzaamheden hier begonnen werden, dat het in de eerste plaats noodig was in Nederland zelf iets te doen voor de uit Indic overgebrachte lijders, en zoo werd besloten hier een afdeeling te stichten van bovengenoemde Indische ver eeniging-. De samenwerking met het hoofdbe stuur te Batavia werd echter zeer bemoeilijkt door den afstond cn weldra zoo goed als on mogelijk door den oorlog. Bovendien gaf de naam „Oranjekruis" reden te vreezen voor ver warring met de toevallig tegelijkertijd in Ne derland gestichte vereeniging van denzelfden naam, zich ten doel stellend eerste-hulpvcrlec- ning bij ongelukken, weshalve in overleg met het hoofdbestuur te Batavia besloten werd, dat de Nedcrlnndsche tak der vereeniging een zelf standig bestnon zou hebben met eigen naam, statuten cn rechtspersoonlijkheid, welke laatste haar werd verleend bij kon. besluit van 22 Juni 1914. Ondanks de zware jaren die Nederland had door te maken, nam de jonge vereeniging in groei en bloei toe cn kon zij weldra op de Ve- luwe een bij uitstek geschikt terrein aonkoopen, waarop na tallooze moeilijkheden, overwonnen te hebben in Juli 1918 een kleine mnor dege lijke gelegenheid kon geopenl worden voor lij ders, die behoefte hadden non een blijvend te huis met goede verzorging Dr. A. J. Kortcweg te Heerde was bereid zich met de medische leiding tc belasten en kon het eerste jaar in zijn verslag een belangrijke voor- uilgang bij dc patiënten vermelden. Na het vertrek van dr KortdVveg uit Heerde nam dr. Kramers dien taak over met dezelfde gunstige gevolgen voor de patiënten. Ondanks het goed en zorgvuldig beheer ech ter kon niet verhinderd worden, dut ook in deze inrichting de algemeen gevoelde oorlogsnood begon te nijpen. De middelen der Ver. waren niet meer toereikend om bij dc moeilijkhe den in de verpleging dezer patiënten tevens de exploitatie vol te houden, zoodat het be stuur zich genoodzaakt zog, voor het aanbre ken van den winter van 1920 deze tijdelijk stop te zetten, nadat de lijders niet zonder moeite elders onderdak hadden gevonden. Jammer was het, dot juist in 1921 een rijks subsidie van 3000 werd loegestoon. Daar mede te heropenen was niet mogelijk, doch wore zij eerder verleend, dan ware sluiting niet noo dig geweest cn de heropname der patiënten v/c'drn nu hun verwijdering daarom ver zochten) benevens van nieuwen, die zich aan meldden mogelijk geweest. Het bestuur besloot toen een enquête in te stellen bij verschillende med. autoriteiten cn specialisten. Het resultaat was, dat men besloot de inrichting niet op tc geven cn het bcstuut bleef zich bezighouden met de viaag hoe her opening en een andere exploitatie mogelijk zou den kunnen zijn. Men besloot hiervoor te trach ten tot somenwerking te komen met de groote ziekenhuizendoch in een vergadering tot dot einde in October 1923 belegd met autoriteiten en dir. geneesk. van ziekenhuizen, bleek dat deze niet in geregelde aflossing of afstaan van ver pleegkrachten konden voorzien cn zoo werd be sloten, voorloopig van heropening der inrich ting af te zien en langs den weg van een con sultatie-bureau de lijders te bereikten cn intus- 3chen te trachten meer de olgemeene belang stelling te wekken voor dit werk. No afdoening van de huishoudelijke aange legenheden der vergadering c. a. uitbrenging van het financieel verslag, waaruit bleek, dat, hoe wel de ver. na sluiting der inrichting, voor pa tiënten in verpleeggeiden bleef voorzien cn de inrichting in goeden staat werd gehouden, de financiën een weinig bijgekomen waren en de rekening van den penningmeester sloot met een voordcelig saldo van pl. m. 800, werd het woord gegeven aan dr. H. Bervoets, den be kenden zcndelingenarts en lepraloog. Deze toon de zich een warm voorstander van een krachtig aanpakken der leprabestrijding in ons land, thans nu men meende nog slechts met een ge ring aantal lijders te doen te hebben en niet to wachten tot het aantal zich uitbreidde, een ge vaar, dot hij niet denkbeeldig achtte. Hij wees n.l. op de toename der lepra in het buiten land. In Parijs waren pl.m. 200 gevallen be kend geworden, in Engeland slechts 1000, in Rome was men begonnen een poging te doen om tot internationale samenwerking te komen. De mogelijkheid van het tot standkomen dei nieuwe epidemiewet, waarbij de mogelijkheid van isoleering von patiënten met infectieziekten grooter werd, pleitte ook voer spoedig han delen. Voor de actie pleitte z. i. óók het feit, dut men bezig is met nieuwe middelen met gunstige resultaten te werken al is er nog geen afdoend middel gevonden tot bestrijding van de lepra. Bij de heropening vnn het sanatorium zou men kunnen te rade gaan met de opgedane erva ringen teneinde de inrichting te doen beant woorden aan het doel. Ten slotte zou men de regeering steun moeten vragen en de geheele maatschappij verantwoordelijk moeten stellen. Bij de volgende gedachtenwisseling werd in twijfel gelrokken of dc wet op dc infectieziekte wel zoo spoedig in werking zou treden cij ook toepasselijk zou zijn op leprn. Voorts werd herinnerd oan de mogelijkheid van verpleging van leprolijdcrs in ziekenhuizen, waarbij echter ook weer de vraag werd gesteld of hier geen infectiegcvnnr was voor andere patiënten. Intusschcn werd op het aantrekkelijke gewe zen nnn een inrichting, waar de zieke zijn af zondering als tijdelijk zou voelen en zich niet als uitgesloten© zou beschouwen. Algemeen bleek men doordrongen te zijn van de nood zakelijkheid der leprabestrijding op humanitair* wijze, maar wel besefte men dat de vereeniging over betere financiën zou moeten beschikken voordat er «prakc kón zijn van heropening ven Heidebeek. Ten slotte werd met olgemeene stem men een motie-Van Kol oongenomen, waarbij de ledenvergadering instemming betuigdo met het voorstel van het bestuur over tc gaan tot het inrichten van consulotieburenux en het zoe ken naar de middelen tot heropening van Hei debeek. Bij dc stemming voor het bezetten der vaca tur es in bestuur werd herkozen jhr. mr. Wi- chers, prof. Kuencn, mw. Giistmonn-Wichcrs en gekozen Ir. Vnn Goor, dr. Pijl, dr. Bierens de Hoon en dr. Römer. Zoo mag men thans een krachtige actie ver wachten voor de bestrijding van de vrcesclijkc ziekte, over welker oorzaak de geneeskundigen nog- in het duister verkeeren. Het is thans de quncstie van het behoud ven Heidebeek. De tijden zijn slecht, nog steedsmaar bij het bestuur zal liet niet non den noodigen ijver ontbroken, om te bereiken, waarnaar het zijn plicht is te moeten blijven trachten. Zouden don nochtans deze laatste pogingen falen, dan zal de Ned. Ver. ter Bestr. der Le pro, dit belangrijk deel vnn haar programma (dot n.l. meer punten bevat) kunnen laten varen met opzijde-zetting van allo verantwoordelijk heid voor dc consequenties in het bewustzijn, alles gedaan te hebben, wat zij kon doen, voor het behoud van het herstellingsoord „Heide- beota" Soort en Wedstrijden. De Olympische Spelen- DE SCHIETWEDSTRIJDEN. Nederland no. IC. Gisterochtend heeft het tournooi' te Mour- melon 1c Grand plaats -gevonden. Er werd met vrij* wapens op 800 meter geschoten. De uit slag luidt als volgt I. Vercenigde Stoten 206; 2. Frankrijk 187; 3. Haïti 186; 4. Zwitserland 183; 5. Finland 181; 6. Denemarken 178; 7. Zweden 173; 8. Zuid-Afrika 165 9. Noorwegen 161 10. Italië 157; II. Roemenië 153; 12. België 147; 13. Griekenland 140; 14. Polen 129; 15. Tsjecho- Slowakije 121 16. Nederland 120 17. Portu gal 84. Na dc vier dagen is het totaal klossement op 400, 600 en 800 meter 1. Vereenigdc Stoten 670 2. Frankrijk 645 3. Haïti 645 4. Zwitserland 635 5. Finland 6286. Denemarken 626 7. Zweden 623 8. Noorwegen 594 9. Zuid-Afrika 59010. Italië 578; 11. België. 55012. Griekenland 526; 13. Roemenië 504; 14. Tsjecho-Slowa- kij'e 501 15. Polen 477 16. Nederland 458; 17. Portugal 427. Tusschen Frankrijk cn Haïti zal nog ccn ber- rogepartij plants vinden. (Tel.) HET SCHERMTOURNOOI. Holland verliest twee wedstrij den op floret. Gisterochtend hebben de Olympische scherm- wedstrijden op floret een aanvang genomen. De resultaten waren als volgt Hongarije sloot Spanje met 9—7 Argentinië slaat Holland met 12—4 Zwitserland slaat Cuba (Cuba niet opgekomen)Engeland sloot Tsjechoslowakije (Tsjechoslowakije niet opge komen) Frankrijk slaat Spanje met 124 en de Vereenigde Staten slaan Holland met 10-6. In den wedstrijd Argentinië—Holland verloor Vigevcno rnet 14 van den Argentijn Larro Luchettu (A.) sloeg met 4—0 Wynoldy Da- niëls. Casco sloeg met 4—2 De Jong, terwijl Kunze van Santo Marina verloor. (Tel.) Lawn tennis. NEDERLAND—ZUID-AFRTKA. Naar de N. R. Ct. verneemt bestaat er goede kans, dot dc jubileumswedstrijd Nederland Zuid-Afrika van 24—27 Juli te Noordwijk ge speeld zal worden. De Zuid-Afrikanen komen don van de Olym pische tennisspelen rnet hun volledige ploeg Raymond, Spencc, Condon en Richordsson noar ons land. Op dien wedstrijd, den jubileumswedstrijd ter gelegenheid van hot 25-jarig bestaan van den N. L. T. B., zullen de toegangsprijzen laag worden gesteld. DE TENNISKAMPIOENSCHAPPEN TE WIMBLEDON. Leembruggen verliest. De voornaamste uitslagen van de tenniswed strijden te Wimbledon zijn als volgt Dames-enkelspel Mile. Lenglen slaat mrs. Wrightmon (Am.) 60, 60. (Mts. Wright- mon is de ex-kompioene van Amerika en de aanvoerster van het Amerikaansche Olympi sche team). Miss Wills (Ani.) slaat mrs. Edging- ton (Eng.) 6—2, 62. Miss Ryan slaat mrs. Co veil (Eng.) 6—4, 7—5. Heercn-enkelspelLacoste (Fr.) slaat Hndi 7—5, 6—5, 63. Wililams slaat Dudley 63, 6—0, 64. Borotra (Fr.) slaat Lowe (Eng.) 6-1, 6—2, 6-4. Richards (Am.) slaat Greig 62, 4—6, 62, 75. Wheutley (Eng.) sloot Crawley (Eing.) 6-5, 6-4, 8-6. Do Nederlander Leembruggen, die in het gemengde dubbelspel uitkwam met mevr. Stebbing, verloor gister, volgens de Tel. in dc eerste ronde van den Zuid-Afrikoan Condon en de Amerikaansche speelster mevr. Mollory met 6-0, 6-0.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1924 | | pagina 13