VIERDE BLAD.
BINNENLAND.
22e Jaargang AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEM LANDER" Zaterdag 28 Juni 1924
DE REORGANISATIE VAN DE POST EN
TELEGRAFIE.
Ontslognanzcgging aun amb
tenaren.
Naar de Tel. verneemt, is in verband met
de op handen zijnde reorganisatie van den
dienst, heden aan een TQO-tn] ambtenaren bij
het hoofdbestuur der posterijen en telegrafie in
de rongen van schrijver tot en met hoofdcom
mies, eervol ontslag aangezegd tegen 1 Octo
ber a.s. met recht op wachtgeld of pensioen.
In de betrokken mededeelingen wordt er ge
wag van gemaakt, dat alleen de drang noar
bezuiniging tot deze voor het personeel zoo
ernstige maatregelen heeft geleid.
Eveneens is aan een 40-tal directeuren en
hooldcommiezcn van den kantoordienst onder
gelijke voorwaarden ontslag aangezegd.
DE GRENSWIJZIGING VAN DOKKUM.
Vrogcn van* den heer Idenburg.
Het Eerste Kamerlid Idenburg heeft aan den
minister von binnenlandsche zaken en land
bouw betreffende de motieven, diu geleid heb
ben tot het voorstel van grenswijziging vun
Dokkum, vragen gesteld.
De heer Idenburg zegt o.a., dot in sommige
bloden wordt beweerd, dat in het voorstel tot
grenswijziging van Dokkum, thans bij de Eer
ste Kamer aanhangig, nog andere motieven
dan in de to-elichtende bescheiden en bij de
mondelinge behondeling aangevoerd, invloed
hebben geoefend met name belangen van
het Roomsch-Katholieke bevolkingsdeel.
Zou de minister van binnenlandsche zaken en
landbouw, oldus vraagt de heer Idenburg, vóór
de mondelinge behandeling van dot wetsont
werp in deze Kamer willen mededeelen in
hoever bedoelde persberichten juist zijn of
een grond van waarheid bevotten
MR. DR. JAN VAN BEST.
Ontslag uit openbare functies.
Mr. dr. Jan van Best, oud-lid van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal, heeft ontslag geno
men als lid van den gemeenteraad van Eindho
ven en als wethouder dier gemeente.
Zooals in de betreffende raadsvergadering tot
uiting kwam, moet de aanleiding tot dit orttslag
gezocht worden in ongunstig uitgevallen finan-
cieele ondernemingen des heeren Jan van Best.
Mr. dr. Jan van Best gaat ons land verloten
en zich metterwoon in Brussel vestigen.
In Eindhoven wordt oldus de M s b.
zijn heengaan zeer betréurrd, hetgeen bleek uit
de hartelijke woorden van sympathie, welke alle
politieke fracties uit den gemeenteraad, cn voor
namelijk ook de sociaal-democraten, die hem
de laatste jaren als wethouder zeer hadden lee-
ren wanrdeeren, bijzender aan den vertrekkende
wijdden.
Mr. S. v. d. PLAS.
Oud-gouverneur van Sumatra's
Oostkust.
Te den Haag is in den ouderdom van 53 jaar
overleden mr S. van der Plas, oqd-gouverncur
van Sumatra's Oostkust, officier in de orde van
Oronje-Nassau.
Mr. Simon van der Plas werd 23 December
1870 geboren. Na zijn studie volbracht te heb
ben, werd hij in Augustus 1800 ter beschik
king gesteld van den Gouv.-generaal om ge
plaatst te worden bij het Binnenlandsch bestuur.
In 1893 volgde zijn benoeming tot controleur
bij het B.B. in de buitenbezittingen, waarna hij
van 1002—1904 met verlof in Europa kwam.
Na zijn terugkeer in Indië diende hij weer het
B.B., om op 4 Maart 1910 benoemd te worden
tot assistent-resident ter beschikking van den
resident van Sumatra's Oostkust. Op 7 Juni
1911 werd mr. v. d. Plas benoemd tot assistent
resident van Deli en Serdang, welke functie hij
2 jaar bekleedde, om van Mei tot November
1915 met verlof in Europa door te brengen.
Op 30 November van dat jaar volgde zijn be
noeming tot resident van Sumatra's' Oostkust
en op 12 Augustus 1915 lot gouverneur van
dit gewest.
Op 2 Juli 1917 vroeg en verkreeg hij eervol
ontslag en in 1922 keerde hij naar ons lanC
terug.
VEREENIGING VAN NED. GEMEENTEN.
(Vervolg.)
Dr. J. P. Fockema Andreae, burgemeester
van Utrecht, on mr dr. H Vos te Leiden,
lichtten hun proe-adviezen toe op de vr.mg
In hoeverre leert de practijk, dat de gemeente
besturen niet voldoende beschermd zijn tegen
willekeur van den kont der boven hen gestelde
organen, en in hoeverre kan aan dat bezwaar
worden tegemoet gekomen door invoering eener
onafhankelijke administratieve rechtspraak
Mr. Fockema Andreae betoogt, dat do
financieele verhouding werkelijk een grootc
bron van moeilijkheden is. Over een betere
financieele verhouding tusschen rijk en gemeen
ten valt heden niet met vrucht te debatteeren.
Do financieele moeilijkheden beletten op hel
oogenblik, tot een behoorlijke afbakening van
de taak te komen. Het komt er ten slotte op
aan, wie het betalen zal. De willekeur, waarop
de prae-adviseurs den nadruk hebben gelegd,
ontstaat door „de wijze waarop." Ook vergete
men niet, dat de gemeentebesturen zooveel dich
ter staan bij de nooden en de behoeften der
burgerij. Pit gedeelte uit de prae-adviezen heeft
men bij de beraadslagingen over het hoofd ge
zien. De regeering' mag voor zulk een argu
mentatie niet blind zijn.
Spreker geeft toe, dat er bij den terugkeer
van betere toestanden voor de gemeenten ook
weer betere tijden zullen aanbreken.
Tegen een administratieve rechtspraak zijn
ongetwijfeld bezwaren aan to voeren (de prae-
adviseur bepaalt zich in dit opzicht tot den
strijd met het algemeen belang), maar bij den
tegenwoordigen toestand is er eigenlijk ;n het
openbaar geen rechtsgang, wat al een groot
nadeel oplevert. Voor de regeering is het thans
ook onmogelijk, in al de velschillende beslis
singen eenheid te brengen en dat blijft zoo,
zoolang er geen rechtspraak is. Dat de verant
woordelijkheid der departementen onder zulk
een rechtspraak zou lijden, gelooft de prae-
advissur niet.
De moeilijkheden oen een administratieve
rechtspraak verbonden, erkennende, houdt de
prac-adviseur nochtans oan zijn verlangen naai
zulk een rechtspraak, voor het verkrijgen van
een goede rechtsfeer, vast.
De heer Vos zegt dank aan hen, die bij de
beraadslagingen nieuw materiaal hebben aan
gebracht. Hij is van mcening, dat de admi
nistratieve rechtspraak als veel te moeilijk
voorgesteid wordt. Er zit integendeel niets in
gewikkelds in. Hij stelt in dit opzicht het oor
deel van prof. Buys tegenover dat van prof.
Struycken cn prof. Van der Grinten. Deze
laatste heeren hebben van de administratieve
rechtspraak een voorstelling gegeven, die daar
aan niet eigen is, zooals mr. Vos in den brcede
uiteen zet.
Te holféën werd het congres gesloten.
HET CRyOGEEN LABORATORIUM VAN
PROF. KAMERLINGH ONNES.
Bezocht door buitenlnndsch"'
geleerden.
Woensdag is prof. Mattheas uit Germont
Ferrand te Leiden aangekomen, om duor in
het cryogeen laboratorium met prof. Kamcr-
lingh Onnes en dr. Crommelin zijn onderzoe
kingen over de rechtlijnigen diameter van
.vloeibaar helium voort te zetten.
Dinsdag is te Leiden aangekomen prof. Des
mette uit Leuven om in het cryogccn laborato
rium met prof. Keesom proeven tc verrichten
met gekristalliseerde gassen.
DE SCHOENENINDUSTRIE EN HET
SCHOENENWETJE.
De werking van het schoe
nenwetje.
In het jaarverslag van de Kamer van Koop
handel voor de Langstraat wordt het volgende
opgemerkt over do werking van het Schoenen
wetje
„Het grootc nut, dot dc verkregen wettelijke
regeling heeft afgeworpen, stoot vost. Was in
de eerste helft van 1923 de werkloosheid in de
schoenindustrie nog buitengewoon groot, in de
tweede helft num die geleidelijk af, zoodot einde
1923 zoo goed als gcon werkloosheid meer
hcerschte cn zelfs verschillende bedrijven over
zoovcel orders beschikten, dat de productie kon
worden opgevoerd.
De stotistickcijfers van een import demon-
streeren de gunstige werking van het schoenen
wetje overduidelijk. De impoct bedroeg over
1922 rond 4.000.000 kg., over het eerste half
jaar 1923 bijna 2.000.000 kg., terwijl die over
het tweede halfjaar 1923 slechts rond 220.000
kg. bedroeg. Van welk een bcteekenis het be-
xeikte resultaat is, spreekt het best, wanneer
wij ons voor den geest holen de enorme som
men, die wij in ons jaarverslag- noteerden,
voor de bestrijding der wcikloosheid cn die
geput werden uit de kassen van Rijk, Gemeente
en werkgevers cn uit de werkloozenkassen.
Des te verblijdener is het resultaat, wae: vast
staat, dat de prijzen van het schoenwerk na de
invoerbelemmering nog beduidend zijn gedaald
in plaats van gestegen.
ZUID-AFRIKAANSCHE STUDENTEN
DAGEN.
Afscheidsmaaltijd in dc Rol-
tcrdamsche Diergaarde.
De beide zoo welgeslaagde Zuid-Afrikaansche
studentendagen, ingericht door de afd. Rotter
dam der Nederl. Zuid-Afrikaansche Verceni-
ging, zijn Woensdagavond op waardige wijze
besloten met een afscheidsmaaltijd in de Rot-
terdamsche Diergaarde, waaraan behalve de
mannelijke en vrouwelijke studenten ook velen
deelnamen die zich voor deze verbroedcrings-
tcesten zeer veel moeite hebben gegeven. Be
halve den burgemeester, prof. Pont, den heer
Spilhaus (vertegenwoordiger van het Z.-Afr.
departement van handel), zag men oan dien
disch naast de professoren Bruins, Casimir,
Verkade, ook bijv. den president-commissaris
der Nederl. Spoorwegen, vroeger directeur van
de Ned.-Zuid-Afrik. Spoorweg-Maatschappij,
den heer Kretschmar van Veen, den heer P. J
de Kanter namens het Alg. Ned. Verbond cn
onderen.
De leiding van de tafel was in handen van
den president der afd. Rotterdam van de Ned.-
Zuid-Afrikaonsche Vereeniging, mr. W. C.
Mees, die zich met den secretaris mr. Ten Kate
cn den heer H. W. de Monchy, in het bizonder
uon het welslagen dezer bijeenkomsten veel
heeft loten gelegen liggen. Nadat hij de gasten
had welkom geheeten, stelde hij later ondc
Sroote instemming voor namens alle aanwezi
gen een telegram von hulde oan de Koningin
te richten, tejv.'ijl hij voorts herinnerde aan de
sympathie, die van oudsher in Nederland voor
de Boeren heeft bestoan.
De burgemeester herdacht het vele, dot de
heer Roosegoarde Bisschop in Londen en prof.
Bruins te Rotterdam hadden gedaan tot ont
wikkeling van de vriendschapsbanden met
Zuid-Afrika en niet minder welke verdiensten
de afd. Rotterdam der Ned. Z.-Afrikaansche
Vereeniging en haar voorzitter mr. W. C4 Mees
zich tc dien aanzien hebben verworven.
De heer Spilhaus sprak in een geestige Er.-
gelsche speech over de handelsbetrekkingen
tusschen Nederland en Zuid-Afrika, waarbij hij
in het bizonder stilstond bij de wenschclijkhcid
van zoo vrij mogelijken handel en het afschaf
fen van de tot dusver nog bestaande belem
meringen in den vorm vun hooge rechten,
„another form of militarism". Maar ook 't oude
Zuid-Afrikaansche volk moet voor den handel
worden gewonnen. De Boer ziet in den honde
laar tot dusver nog niets anders dan een „lap
pies smous" en het ligt op den weg van T hier
aanwezige jongere geslacht, vermoedelijk be
stemd om straks in Zuid-Afrika belangrijke po
sities in tc nemen, deze denkbeelden zich te doen
wijzigen.
Toen was het woord oan dr. Malberbe, een
Zuid-Alrikoner, die dezer dagen te Amsterdam
in de letteren is gepromoveerd. Op zeer ge
voelige wijze sprak hij over hetgeen Nederland
door zijn natuur, zijn cultuur en zijn kunst hem
en zijn landgenoolen gedurende hun verblijf
had weten te bieden
Ten slotte dronk nog de heer L. V. van Ros-
sem namens de Kamer ven Koophandel op de
ontwikkeling der handelsbetrekkingen tusschen
Rotterdam en Zuid-Afrika en sprak dr. Ortlepp
uit Londen namens de studenten innig gevoelde
woorden van dank voor het onthaal in deze da
gen gevonden.
Na afloop van den maaitijd werd glanst.
Ter afwisseling zong de heer Von Riemsdijk,
begeleid door zijn vrouw, zijn bekende Veluw-
sche liedjes, zoodut de nacht reeds ver was ge
vorderd eer men ten slotte uiteenging.
CENTRALE COMMISSIE VOOR DE
RIJNVAART.
Internationale inspectielocht
langs den Rijn.
Gisteravond halfnegcn is aan de Waalhaven
te Nijmegen aangekomen een Fransche rader
boot, nan boord waarvan zich bevindt, de heer
Jean Gout, voorzitter van dc centrale commissie
voor de Rijnvaart, die een inspectietocht maakt
langs den Rijn. Verder zijn onder meer aan
boord de inspecteur voor de Rijnvaart Dutt-
linger cn dc hoofdingenieur-directeur van den
rijkswaterstaat. Vanochtend 7 uur vertrok de
boot naar Rotterdam
VEREEN. VOOR ARMENZORG EN
WELDADIGHEID.
De olgemeene vergadering te
Nijmegen.
Dc Nederlandschc Vereeniging voor Armen
zorg cn Weldadigheid ving gister te Nijmegen
haar algemeene vergadering aan.
Deze werd in het Gebouw De Vereeniging
geopend door den voorzitter, dr. At F. baron
van Lijnden, van Utrecht.
Na een woord van welkom herinnerde spr.'
allereerst aan het historisch verleden van Nij-
nvegen met zijn liefdewerken en oude broeder
schoppen.
Het bestuur waardeert zeer den steun van
regceringswege, van openbare colleges, van
provinciale en gemeentelijke autoriteiten. Spr.
is don ook den minister van binnenlandsche za
ken erkentelijk voor het zenden van een verte
genwoordiger naar dit congres.
Spr. hield vervolgens een beschouwing over
de taak van armenzorg en weldadigheid.
Hierna wees hij op dc instellingen, kerken,
gemeenschappen enz., welke zich daarmede
bezig houden. In deze chaotische verwarring
moet naar lijnen worden gezocht.
Dc overheidszorg voor armen en hulpbe
hoevenden werd oorspronkelijk niet anders be
doeld dan als maatregel van openbare veilig
heid. Later werd de armenzorg beschouwd als
een zaak uitsluitend van particuliere en ker
kelijke instellingen. In een later tijdperk zien
wij de burgerlijke armbesturen uitgroeien bo
ven de genoemde instellingen, cn speciaal in
de laatste jaren hebben deze armbesturen zich
moeten bezighouden met den steun aan werk-
ioozen, welke noodgedwongen is verleend noai
nvelhoden die bij gewone armenzorg niet te
hondhaven zouden zijn. De medewerking van
de kerkelijke en bijzondere instellingen is hier
vaak noode gemist.
Dit alles, meent spr., zal voor onze vereeni
ging ccn aansporing zijn en blijven om de ont
wikkeling von het steunwezen te bevorderen
in de richting, aangegeven door den wetgever
en in het belang van het Nederlandschc volk.
De minister van Binnenlandsche Zaken heeft
in een circulaire aan de Armenraden in het
bijzonder gewezen op de noodzakelijke samen
werking. Deze ontbreekt inderdaad, omdat ci
geen centraal orgaan is voor samenwerking
tusschen de instellingen, dfe wel en die niet
vereenigd zijn in den Armenraad.
Zou, vroeg spr., een centraal punt om al de
ze vcreenigïhgen en instellingen tot elkander
te brengen, niet het best tc bereiken zijn door
een nieuwe wettelijke regeling te maken, waar
door met vermijding van alle namen en uit
drukkingen, die verwarring zouden kunnen
stichten of afschrik opwekken alle instellingen
von weldadigheid en organen, werkzaam voor
de leniging en voorkoming van menschelijken
nood, worden samengebracht om in onderling
overleg een centraal bureau in het leven te
roepen, waar de hulpbehoevenden zich kunnen
aanmelden of doen aanmelden om daar verwe
zen te worden naar het orgaan, dat zich hun
lot kan aantrekken. Terwijl de eigenlijke steun-
verleening bij de instellingen bleef, zou het cen
traal bureou een ndviscerende, regelende en
distribueerende taak kunnen vervullen.
Dr. J H. Adriani, secretaris van den Ar
menraad te Utrecht, hield vervolgens een in
leiding over De wensrhelijkheid von de instel
ling van een historische commissie. De verhou
ding dier instellingen onderling kon slechts uit
haar geschiedenis worden begrepen. Wil de
Ned. Vereeniging werkelijk invloed uitoefenen
op de ontwikkeling van ons armwezen, don
moet zij zorgen, dat het haar niet ontbreekt
aan de middelen, kennis te nemen van de his
torie der instellingen. De beraadslagingen op
de vergaderingen der vereeniging kunnen niet
voldoenden diepgang verkrijgen, wanneer die
historische ondergrond der verschijnselen niet
gekend wordt.
Een historische commissie, uitgaande van de
Ned. Vereeniging, zou aldus spr. een po
ging kunnen doen om een overzicht te verkrij
gen van de bestaande litteratuur omtrent de
geschiedenis onzer weldadigheidsinstellingen
Spr. sprak ten slotte den wensch uit, dot de
ze overwegingen in de vergadering instemming
zouden vinden en dat het bestuur hierin aan
leiding mocht vinden, tot de benoeming van
een zoodanige commissie over te gaan.
Mr. J. Everts, -secretaris van den Armenraad
te Amsterdam, betuigde zijn ingenomenheid
met het denkbeeld van den inleider.
De voorzitter sloot zich hierbij aan. Hij zei-
do, dat het bestuur op het oogenblik niet in
staat was een bepaald voorstel te doen, maar
wel overtuigd was von het nut van hetgeen de
heer Adriani wil. Spr. gaf de vergadering in
overweging het bestuur opdracht te geven om
deze zaak te maken tot een voorwerp van over
weging en, zoo zulks mogelijk blijkt, het donk
beeld van den heer Adriani ie zijner tijd tot uit
voering te brengen.
Aldus werd besloten.
Hierna hield de heer J. van Pelt, lid van het
Burgerlijk Armbestuur te Nijmegen, een cau
serie over „De historische ontwikkeling van
do Nijmeegsche A: menverzorging. Hij gaf
daarin, aan de hand van verschillende schrij
vers over Nijmegen's oudste toestonden, een
uitvoerige schets van de totstandkoming en de
ontwikkeling in den loop der jaren van de
oude instellingen.
Om drie uur werd de eerste vergadering be
ëindigd en brachten dc bestuursleden cn afge
vaardigden groepsgewijze bezoeken aan het
Oud-Burgcron Gasthuis, de weesinrichting tc
Neerbosch, het sanatorium -Dekkerswold of fe
Hcilig-Landstichting.
Om zeven uur hod ccn gemeenschappelijke
maaltijd plaats in Hotel Muldcr-Boggia.
In een huishoudelijke vergadering, welke oan
de openbare vergadering voorafging, heeft dc
secretaris, jhr. C. G. C. Queries von Ufford,
het jaarverslag over 1923 uitgebracht Wij ont-
leenen daaraan, dat het ledental daalde van
1073 tot 1038, t.w. 24 armenraden, 2 gemeen
tebesturen, 51 burgerlijke armbesturen, T6 ker
kelijke besturen, 110 kerkelijke armbesturen,
123 bijzondere armbesturen, 36 instellingen ven
bijzonderpn aard en 663 personen.
Tot lia van het bestuur werden gekozen
mevr. M. G. Muller-Lulofs, te Utrecht, mr. J.
A. Stoop te Leeuwarden, Th. Stappers te Heer
len, P. J. Fortnnier te Rotterdam, mr G. J.
Sprcngvr te Middelburg cn jhr. mr. A. W. van
Holthe tot Eechten te Assen.
NED. VEREEN. TOT BESTRIJDING DER
LEPRA IN NEDERLAND.
I Iet 10-jarig bobtuon.
Zaterdag 21 Juni was het 10 jaar geleden,
dat de Ned. Ver. ter Bestrijding der Lepra
werd opgericht, hoewel haar voorgeschiedenis
van ouder datum is. Oorspronkelijk maakte de
vereeniging n.l. deel uit van de den 8cn Mei
1910 te Batavia opgerichte vereeniging „Het
Oranjekruis", Nationale Bond ter Bestrijding der
Lepro, welker doel was ccn krachtige, maar
humane bestrijding dei in onrustbarende mate
toenemende ziekte in Ned. Oost-Indic.
Oorspronkelijk was de bedoeling in Neder
land propagndn te maken voor de lepra-best rij
ding in Indie. Met bleek echter weldra, toen dc
werkzaamheden hier begonnen werden, dat het
in de eerste plaats noodig was in Nederland
zelf iets te doen voor de uit Indic overgebrachte
lijders, en zoo werd besloten hier een afdeeling
te stichten van bovengenoemde Indische ver
eeniging-. De samenwerking met het hoofdbe
stuur te Batavia werd echter zeer bemoeilijkt
door den afstond cn weldra zoo goed als on
mogelijk door den oorlog. Bovendien gaf de
naam „Oranjekruis" reden te vreezen voor ver
warring met de toevallig tegelijkertijd in Ne
derland gestichte vereeniging van denzelfden
naam, zich ten doel stellend eerste-hulpvcrlec-
ning bij ongelukken, weshalve in overleg met
het hoofdbestuur te Batavia besloten werd, dat
de Nedcrlnndsche tak der vereeniging een zelf
standig bestnon zou hebben met eigen naam,
statuten cn rechtspersoonlijkheid, welke laatste
haar werd verleend bij kon. besluit van 22 Juni
1914.
Ondanks de zware jaren die Nederland had
door te maken, nam de jonge vereeniging in
groei en bloei toe cn kon zij weldra op de Ve-
luwe een bij uitstek geschikt terrein aonkoopen,
waarop na tallooze moeilijkheden, overwonnen
te hebben in Juli 1918 een kleine mnor dege
lijke gelegenheid kon geopenl worden voor lij
ders, die behoefte hadden non een blijvend te
huis met goede verzorging
Dr. A. J. Kortcweg te Heerde was bereid zich
met de medische leiding tc belasten en kon het
eerste jaar in zijn verslag een belangrijke voor-
uilgang bij dc patiënten vermelden.
Na het vertrek van dr KortdVveg uit Heerde
nam dr. Kramers dien taak over met dezelfde
gunstige gevolgen voor de patiënten.
Ondanks het goed en zorgvuldig beheer ech
ter kon niet verhinderd worden, dut ook in deze
inrichting de algemeen gevoelde oorlogsnood
begon te nijpen. De middelen der Ver. waren
niet meer toereikend om bij dc moeilijkhe
den in de verpleging dezer patiënten tevens
de exploitatie vol te houden, zoodat het be
stuur zich genoodzaakt zog, voor het aanbre
ken van den winter van 1920 deze tijdelijk stop
te zetten, nadat de lijders niet zonder moeite
elders onderdak hadden gevonden.
Jammer was het, dot juist in 1921 een rijks
subsidie van 3000 werd loegestoon. Daar
mede te heropenen was niet mogelijk, doch wore
zij eerder verleend, dan ware sluiting niet noo
dig geweest cn de heropname der patiënten
v/c'drn nu hun verwijdering daarom ver
zochten) benevens van nieuwen, die zich aan
meldden mogelijk geweest.
Het bestuur besloot toen een enquête in te
stellen bij verschillende med. autoriteiten cn
specialisten. Het resultaat was, dat men besloot
de inrichting niet op tc geven cn het bcstuut
bleef zich bezighouden met de viaag hoe her
opening en een andere exploitatie mogelijk zou
den kunnen zijn. Men besloot hiervoor te trach
ten tot somenwerking te komen met de groote
ziekenhuizendoch in een vergadering tot dot
einde in October 1923 belegd met autoriteiten
en dir. geneesk. van ziekenhuizen, bleek dat deze
niet in geregelde aflossing of afstaan van ver
pleegkrachten konden voorzien cn zoo werd be
sloten, voorloopig van heropening der inrich
ting af te zien en langs den weg van een con
sultatie-bureau de lijders te bereikten cn intus-
3chen te trachten meer de olgemeene belang
stelling te wekken voor dit werk.
No afdoening van de huishoudelijke aange
legenheden der vergadering c. a. uitbrenging van
het financieel verslag, waaruit bleek, dat, hoe
wel de ver. na sluiting der inrichting, voor pa
tiënten in verpleeggeiden bleef voorzien cn de
inrichting in goeden staat werd gehouden, de
financiën een weinig bijgekomen waren en de
rekening van den penningmeester sloot met een
voordcelig saldo van pl. m. 800, werd het
woord gegeven aan dr. H. Bervoets, den be
kenden zcndelingenarts en lepraloog. Deze toon
de zich een warm voorstander van een krachtig
aanpakken der leprabestrijding in ons land,
thans nu men meende nog slechts met een ge
ring aantal lijders te doen te hebben en niet to
wachten tot het aantal zich uitbreidde, een ge
vaar, dot hij niet denkbeeldig achtte. Hij wees
n.l. op de toename der lepra in het buiten
land. In Parijs waren pl.m. 200 gevallen be
kend geworden, in Engeland slechts 1000,
in Rome was men begonnen een poging te doen
om tot internationale samenwerking te komen.
De mogelijkheid van het tot standkomen dei
nieuwe epidemiewet, waarbij de mogelijkheid
van isoleering von patiënten met infectieziekten
grooter werd, pleitte ook voer spoedig han
delen.
Voor de actie pleitte z. i. óók het feit, dut
men bezig is met nieuwe middelen met gunstige
resultaten te werken al is er nog geen afdoend
middel gevonden tot bestrijding van de lepra.
Bij de heropening vnn het sanatorium zou men
kunnen te rade gaan met de opgedane erva
ringen teneinde de inrichting te doen beant
woorden aan het doel. Ten slotte zou men de
regeering steun moeten vragen en de geheele
maatschappij verantwoordelijk moeten stellen.
Bij de volgende gedachtenwisseling werd in
twijfel gelrokken of dc wet op dc infectieziekte
wel zoo spoedig in werking zou treden cij ook
toepasselijk zou zijn op leprn. Voorts werd
herinnerd oan de mogelijkheid van verpleging
van leprolijdcrs in ziekenhuizen, waarbij echter
ook weer de vraag werd gesteld of hier geen
infectiegcvnnr was voor andere patiënten.
Intusschcn werd op het aantrekkelijke gewe
zen nnn een inrichting, waar de zieke zijn af
zondering als tijdelijk zou voelen en zich niet
als uitgesloten© zou beschouwen. Algemeen
bleek men doordrongen te zijn van de nood
zakelijkheid der leprabestrijding op humanitair*
wijze, maar wel besefte men dat de vereeniging
over betere financiën zou moeten beschikken
voordat er «prakc kón zijn van heropening ven
Heidebeek. Ten slotte werd met olgemeene stem
men een motie-Van Kol oongenomen, waarbij
de ledenvergadering instemming betuigdo met
het voorstel van het bestuur over tc gaan tot
het inrichten van consulotieburenux en het zoe
ken naar de middelen tot heropening van Hei
debeek.
Bij dc stemming voor het bezetten der vaca
tur es in bestuur werd herkozen jhr. mr. Wi-
chers, prof. Kuencn, mw. Giistmonn-Wichcrs
en gekozen Ir. Vnn Goor, dr. Pijl, dr. Bierens
de Hoon en dr. Römer.
Zoo mag men thans een krachtige actie ver
wachten voor de bestrijding van de vrcesclijkc
ziekte, over welker oorzaak de geneeskundigen
nog- in het duister verkeeren.
Het is thans de quncstie van het behoud ven
Heidebeek.
De tijden zijn slecht, nog steedsmaar bij
het bestuur zal liet niet non den noodigen ijver
ontbroken, om te bereiken, waarnaar het zijn
plicht is te moeten blijven trachten.
Zouden don nochtans deze laatste pogingen
falen, dan zal de Ned. Ver. ter Bestr. der Le
pro, dit belangrijk deel vnn haar programma
(dot n.l. meer punten bevat) kunnen laten varen
met opzijde-zetting van allo verantwoordelijk
heid voor dc consequenties in het bewustzijn,
alles gedaan te hebben, wat zij kon doen, voor
het behoud van het herstellingsoord „Heide-
beota"
Soort en Wedstrijden.
De Olympische Spelen-
DE SCHIETWEDSTRIJDEN.
Nederland no. IC.
Gisterochtend heeft het tournooi' te Mour-
melon 1c Grand plaats -gevonden. Er werd met
vrij* wapens op 800 meter geschoten. De uit
slag luidt als volgt
I. Vercenigde Stoten 206; 2. Frankrijk 187;
3. Haïti 186; 4. Zwitserland 183; 5. Finland
181; 6. Denemarken 178; 7. Zweden 173; 8.
Zuid-Afrika 165 9. Noorwegen 161 10. Italië
157; II. Roemenië 153; 12. België 147; 13.
Griekenland 140; 14. Polen 129; 15. Tsjecho-
Slowakije 121 16. Nederland 120 17. Portu
gal 84.
Na dc vier dagen is het totaal klossement op
400, 600 en 800 meter
1. Vereenigdc Stoten 670 2. Frankrijk 645
3. Haïti 645 4. Zwitserland 635 5. Finland
6286. Denemarken 626 7. Zweden 623
8. Noorwegen 594 9. Zuid-Afrika 59010.
Italië 578; 11. België. 55012. Griekenland
526; 13. Roemenië 504; 14. Tsjecho-Slowa-
kij'e 501 15. Polen 477 16. Nederland 458;
17. Portugal 427.
Tusschen Frankrijk cn Haïti zal nog ccn ber-
rogepartij plants vinden.
(Tel.)
HET SCHERMTOURNOOI.
Holland verliest twee wedstrij
den op floret.
Gisterochtend hebben de Olympische scherm-
wedstrijden op floret een aanvang genomen.
De resultaten waren als volgt
Hongarije sloot Spanje met 9—7 Argentinië
slaat Holland met 12—4 Zwitserland slaat
Cuba (Cuba niet opgekomen)Engeland sloot
Tsjechoslowakije (Tsjechoslowakije niet opge
komen) Frankrijk slaat Spanje met 124 en
de Vereenigde Staten slaan Holland met
10-6.
In den wedstrijd Argentinië—Holland verloor
Vigevcno rnet 14 van den Argentijn Larro
Luchettu (A.) sloeg met 4—0 Wynoldy Da-
niëls. Casco sloeg met 4—2 De Jong, terwijl
Kunze van Santo Marina verloor. (Tel.)
Lawn tennis.
NEDERLAND—ZUID-AFRTKA.
Naar de N. R. Ct. verneemt bestaat er goede
kans, dot dc jubileumswedstrijd Nederland
Zuid-Afrika van 24—27 Juli te Noordwijk ge
speeld zal worden.
De Zuid-Afrikanen komen don van de Olym
pische tennisspelen rnet hun volledige ploeg
Raymond, Spencc, Condon en Richordsson
noar ons land.
Op dien wedstrijd, den jubileumswedstrijd
ter gelegenheid van hot 25-jarig bestaan van
den N. L. T. B., zullen de toegangsprijzen laag
worden gesteld.
DE TENNISKAMPIOENSCHAPPEN TE
WIMBLEDON.
Leembruggen verliest.
De voornaamste uitslagen van de tenniswed
strijden te Wimbledon zijn als volgt
Dames-enkelspel Mile. Lenglen slaat mrs.
Wrightmon (Am.) 60, 60. (Mts. Wright-
mon is de ex-kompioene van Amerika en de
aanvoerster van het Amerikaansche Olympi
sche team). Miss Wills (Ani.) slaat mrs. Edging-
ton (Eng.) 6—2, 62. Miss Ryan slaat mrs.
Co veil (Eng.) 6—4, 7—5.
Heercn-enkelspelLacoste (Fr.) slaat Hndi
7—5, 6—5, 63. Wililams slaat Dudley 63,
6—0, 64. Borotra (Fr.) slaat Lowe (Eng.)
6-1, 6—2, 6-4.
Richards (Am.) slaat Greig 62, 4—6, 62,
75. Wheutley (Eng.) sloot Crawley (Eing.)
6-5, 6-4, 8-6.
Do Nederlander Leembruggen, die in
het gemengde dubbelspel uitkwam met mevr.
Stebbing, verloor gister, volgens de Tel. in dc
eerste ronde van den Zuid-Afrikoan Condon en
de Amerikaansche speelster mevr. Mollory met
6-0, 6-0.