BINNENLAND.
band met de Vier punten, die overbleven, toen
het Engelsche protectoraat over Egypte werd
opgeheven en dot voor geen der beide partijen
mag v/orden aangenomen, dot zij de stelling
van de andere aanvaardt, alleen omdat zij be
reid was te luisteren naar de uiteenzetting van
de denkbeelden van de andere partij. De po
sitie van geen van beide partijen zou worden
benadeeld door het bloote feit, dat zij met el
kander in onderhandeling treden. De Engel-
sche eerste-ministcr verlangt er naar, dat de
onderhandelingen zullen beginnen en zij zouden
natuurlijk worden geverd op eeh voet van vol
komen gelijkheid. Van Engelsche zijde zullen
aan de onderhandelingen geen beletselen in den
weg worden gelegd. Men acht het onwaarschijn
lijk, dat Zagloel pasja, dio om dezen tijd van
het jaar gewoon is een kuur te ondergaan, voor
het einde van Augustus of het begin van Sep
tember voor deze onderhandelingen vrij zal
zijn.
IERLAND.
AARDBEVING GEREGISTREERD.
Dublin, 5 Juli. (N. T. 'A. Draadloos). De
seismograaf alhier heeft een ernstige aardbe
ving geregistreerd, waarvan het middelpunt
zich op 4500 mijl afstand en waarschijnlijk
in Afghanistan bevindt.
DENEMARKEN.
IEEN1NGEN IN AMERIKA.
Berlijn, 4 Juli. (N. T. A. Draadloos).
De Deensche Nationale Bonk, die in Amerika
reeds een crediet van 5 millioen dollar opnam,
onderhandelt thans met de New-Yorksche Na
tional Citybank over een leening van 40 mil
lioen.
EEN RUSSISCHE LANDBOUWCOMM1SSIE
AANGEKOMEN.
B e r 1 ij n4 Juli. (N. T. A. Draadloos).
Te Kopenhagen is per vliegtuig een sovjet-
Russische landbouw-studiecommissie aangeko
men ter bestudeering van den Deenschen land
bouw.
ZWEDEN.
HET WERELDPOSTCONGRES.
Stockholm, 4 Juli. (W. B.) Heden is in
het paleis te Stockholm het achtste internatio
nale wereldpostcongres geopend. De koning, de
koningin, leden der regeering en leden van het
diplomatieke korps woonden de openingsplech
tigheid bij.
NOORWEGEN.
TOT NAAMSVERANDERING DER NOOR-
SCHE HOOFDSTAD BESLOTEN.
Christiania, 4 Juli. (W. B.) Het Lagting
heeft evenals het Odelsting besloten zulks
met 21 te£fer* 14 stemmen den naam van de
hoofdstad van Noorwegen, Christiania, te ver
anderen in Oslo. De naamsverandering zal op
1 Januari 1925 ingaan.
JAPAN.
GROOTE VLOOTMANOEUVRES IN DE
STILLE ZUIDZEE.
Naar Aneta verneemt, zal in September de
Japansche marine manoeuvres op zeer groote
schaal houden in de Stille Zuidzee. Aan deze
manoeuvres zullen alle onderdeden deelnemen.
VEREENIGDE STATEN.
DE WERELDVLUCHT DER AMERIKANEN.
Londen, 4 Juli. (R.) De AmerikaanscKe
v. ereldvlicgcrs zijn na aankomst te Multon naar
Karachi vertrokken.
POSTCHEQUE- EN GIRODIENST.
Een bankinstelling adresseert te
dezer zake bij de regeering.
De Kas-vereeniging te Amsterdam heeft aan
den minister van Waterstaat een adres gezon
den, waaraan het volgende is ontleend:
Wij hebben gezien, dat een wijziging van de
Postwct en een nieuw girobesluit in bewerking
zijn.
Wat dit laatste betreft, zij het ons vergund
uwe Excellentie met den meesten nadruk te ver
zoeken, in dat girobesluit ook in zoover het
Belgische systeem te volgen, dot weer de ver
plichting worde opgenomen, in de girobiljetten,
de chèques en andere formalieren, en ook in
de kennisgevingen van den dienst, dat dc boe
king heeft plaats gehad, (die immers, aan een
nota gehecht, tot bewijs van de betaling kunnen
strekken) behalve het nummer der rekening, ook
naam en woonplaats van den begunstigde en de
uitschrijver in te vullen, gelijk dit vóór het
girobesluit 1923 het geval was.
Het kon uwe Excellentie niet ontgaan, weik
een overgroot belang met dezen maatregel ge
moeid is. Vele rekeninghouders, cn niet alleen
de kleine en mindcr-ontwikkelden schrijven
cijfers veelal zeer onduidelijk of onleesbaar, en
indien don naam en woonplaats geen controle
middel vormen, zouden foutieve boekingen op
en van rekeningen meermalen voorkomen. Het
girobesluit 1923 heeft slechts zeer kort ge
werkt, maar reeds in dien korten tijd zijn meer
malen vergissingen uit dien hoofde voorgeko
men, en dezelfde resultaten, in nog veel grooter
getal, van de betrokken bepalingen zouden, naar
ons oordeel, te duchten zijn. Wij, die vroeger
dagelijks een buitengewoon groot aantol giro's,
enz. hodden te verwerken, hadden onder vigueur
van de oude bepalingen niet den geringsten last
met de boekingen, en vreczen van die van het
nieuwe girobesluit, de grootste storingen in het
algemeene bedrijfsleven en in het bijzonder in
het onze.
EEN ONDERHOUD MET DEN PRESIDENT
DER NED. HANDEL-MAATSCHAPPIJ.
De*opinie van dr. v. Aalst inzake
de economische vooruitzichten.
Dr. Van Aalst geen onvoorwaar
delijk vrijhandeloar.
Het weekblöd „Middenkoers" bevat een be
langwekkend interview met drj C. J. K. van
Aalst, den president der Nederl. Handel-Mij.
De heer Van Aalst wees er op, dat de mi
nister-presidenten van Engeland en Frankrijk
ihans bezig zijn, een ernstige oplossing van het
Europeesche conflict tot stond te brengen, het
geen door hun voorgangers gedurende eenige
iaren was verzuimd. De groote moeilijkheid be
staat hierin, dat Engeland moet erkennen, dat
zijn traditioneele politiek van „splendid isola
tion" heeft afgedaan wegens dc wijzigingen in
de moderne techniek, o.a. het luchtverkeer,
waardoor Engeland a!s het ware een deel van
het vasteland is geworden.
Hei totstandkomen van den feitelijken poli-
tieken vrede kan een tijdperk inluiden, waarin
de economische oorlog met kracht zal worden
gevoerd. Er zullen nog heel wat ondernemin
gen, die in een onverstoord Europa zich niet
zullen kunnen hondhaven, de vlag moeten strij
ken. Duitschland heeft zich tijdens cn na den
oorlog zeer sterk toegelegd op het verbeteren
van zijn productic-apporoat. Het concurrentie
vermogen von vele Duitsche ondernemingen
zal, wanneer het zich volkomen ongebreideld
kan laten gelden, ook voor on% land nog een
zeer sterken invloed doen gelden.
Dit is ook een van de redenen, aldus dr. Van
Aalst, waarom ik geen onvoorwaardelijk vrij
handeloar ben. De liefde kan niet van één kant
komen. Het komt mij voor, dat Nederland in
de naaste toekomst het best zou doen, het vrij-
hondelssysteem toe te passen met vele en groo
te uitzonderingen, waar en wanneer die te pas
komen. Het schoenenwetje heeft bewezen, dat
dit in de praktijk mogelijk is en dat het ook
heel goed gaat, wat voor onmogelijk was ge
houden, om deze uitzonderingen onmiddellijk
weer in te trekken, indien ze niet meer noódig
zijn.
In den komenden economischen strijd zal het
grooto steunpunt voor Nederland gevormd moe
ten worden door onze Indische ondernemingen.
Het moederland zal, wat zijn eigen krachten
betreft, moeten steunen op landbouw, tuinbouw
en scheepvaart. Een beteekenisvol industrie
land zijn wij nu eenmaal niet, ofschoon cr ver
schillende groote industrieën in ons land ge
vestigd zijn.
Dr. Van Aalst heeft groote verwachtingen
van den Volkenbond. Wanneer deze er echter
niet in zou slagen, den economischen strijd,
dio zal ontbranden, te beheerschcn, dan zou ik
waarlijk niet weten, aldus de president der
Handel-Mij. welke macht dezen dan moet
behecrschen en beperken, zoodat hij tenslotte
niet in een nieuwe uitbarsting eindigt.
Het lijkt den heer Van Aalst zeer waarschijn
lijk, dat ook Amerika rich wat meer met de
Europeesche zaken zal gaan bemoeien, omdat
hij het einde van den voorspoedigen tijd in
Amerika ziet naderen. De immigrotiewet tegen
Japan, teneinde den hoogen Amerikaanschen
loonstandaard te handhaven, is in alle opzich
ten verkeerd. Het kan onmogelijk gunstig voor
een land zijn, wanneer de loonen er geheel van
den wereldstandaard afwijken en de wet zal in
Japan een noodeloozc haat opwekken.
Ten aanzien van dc economische en finan-
rieele vooruitzichten in Nederland verklaarde
dr. Von 'Aalst het volgende
„Nederland gaat, naar mijn meening, nog
een moeilijk, maar volstrekt niet hopeloos tijd
perk tegemoet. Wanneer wij hot hoofd boven
water willen houden, zal het echter noodig zijn
de individueelc productie wat op te voeren. Op
het oogenblik wordt er in ons vaderland lang
niet hord genoeg gewerkt. Nu is het waar, men
moet eerst werk hebben, om hard te kunnen
werken, maar men zal mij toegeven, dot zij,
die dan wel in die positie verkeeren, over het
algemeen beel wat meer konden afleveren dan
zij thans per dag doen. Wanneer dit in de tpe-
komst nu eens wel geschiedde, dan waren de
hulpbronnen van ons land, die ik zooeven
noemde ruimschoots voldoende om een betrek
kelijke welvaart te verzekeren.
Het is ook noodzakelijk, dat de stoatsbegroo-
ting slintend gemaakt wordt. Die voor het vol
gend jaar zal in theorie wel sluiten, maar ik
ben er nog niet zoo van overtuigd, dat dit in
de praktijk evenzoo zal gaan. Het kon wel eens
gebeuren, dat de geranmdc inkomsten veel ver
minderden.
Onze belastingen zijn veel te hoog. Die zijn
zoo hoog opgevoerd, dot zij kapitaal-vorming
absoluut verhinderen. De groote spaarders heb
ben geen aanleiding meer om zich in te span
nen om nieuw kapitaal, dat nieuwe onderne
mingen, nieuwe zaken, nieuwe werkgelegenheid
beteekent, te verzamelen. Er wordt een te groot
deel van afgenomen. Het is voor de samenle
ving waarlijk geen voordeel, wanneer dezen
grooten spaarders de prikkel ontnomen wordt
om zich in te sponnen, wonneer hun werklust
en hun werkkracht op non-activiteit gesteld
worden en zij zioh gaan vergenoegen met inko
mens, die voor hun levensonderhoud, dit mo
ge nog zoo weelderig zijn, voldoen. Zoodra zij
groote kapitalen méér verzamelen, dan zij voor
zichzelf noodig hebben, komen deze direct ten
nutte van de samenleving.
De staat zal dus moeten omzien naar andere
bronnen van inkomsten, zoodat hij de directe
belasting kan verlogen tot een normaler peil.
Deze bronnen zal hij o.a. kunnen vinden in een
verruiming van de invoerrechten, zoowel door
verhooging der tarieven als door uitbreiding
daarvan.
Op het oogenblik is Nederland bezig zijn
kapitaal in te teren.
Door dit alles kan ik ook niet zeggen, dot ik
volmaakt gerust ben met betrekking tot infla-'
tie van den gulden. Wanneer geen ingrijpende
veranderingen plaats vinden, is die op den duur
niet te vermijden.
Het is ook een dwaze distributie van kapi
taal, door dit den kapitalisten weg te nemen en
het den werkloozen te geven, zonder dot deze
daarvoor eenigen arbeid verrichten, welke het
land ten goede kon komen. Op deze wijze wordt
het kapitaal, dat opgestapeld dcnzelfden werk
loozen werkgelegenheid zou verschaffen, het
geen vroeg of laat toch altijd met kapitaal ge
beurt, het land uitgezonden, naar plaatsen,
waor er wel productie tegenover staat. Het land
verarmt en op den duur is het geld voor dien
steun er ook niet meer I"
Dr. Van Aalst verklaarde vervolgens verin-
ging van de posttorievcn noodig to achten.
Zelfs al zou de hieruit voortvloeiende verla
ging van inkomsten niet geheel worden goed
gemaakt door de vermeerdering van het post
verkeer, dan nog zou het geld ruimschoots op
andere wijze in de Staatskas terugvloeien, door
vermeerdering van het aantal handelstransac
ties. Alles, wat er toe kon bijdragen om het
verkeer tusschen zakcnmenschen te bevorde
ren, is van een groot direct belang. Daarom is
het hem ook een raadsel, hoe men er toe kan
komen, om hulpmiddelen als onze groote stoom
vaartlijnen aan him lot te willen overlaten, wan
neer zij in moeilijkheden geraakt zijn. Men gaat
toch ook niet de machines in zijn fabriek of-
breken, wanneer die een jaar zonder werk
staan.
Tenslotte verklaarde dr. Van Aalst, dat men
in het algemeen bij den komenden economi
schen strijd in Nederland dit wel als richtsnoer
zal kunnen aannemen„Niet afbreken. Laten
wij opbouwen door hard aan te pakken. Laten
wij niet blijven turen naar fouten, die eenmaal
zijn begaan, maar laat ieder naar zijn krach
ten meehelpen, wanneer de goede richting,
die, welke naar productie leidt, wordt ingesla
gen."
NED. MIJ. VOOR NIJVERHEID EN HANDEL.
Discussie over het bezuinigings
rapport.
In de Ï47ste vergadering van de Ned. Mij. v.
Nijverheid en Handel te Maastricht heeft naar
aanleiding von het rapport der bezuinigings
commissie de heer M e y e r i n k (Zwolle) opge
merkt, dot in vele van onze overheidslichamen
menschen zitting hebben, dio het belang van
kapitaalvorming niet inzien. Er is gewezen op
het feit, dat met het geld van de belastingbe
talers wordt omgesprongen. We worden be
stuurd door menschen, die niet bekijken het
groote belang van kapitaalvorming en niet ge
noeg voelen, dat ze met andermans geld wer
ken. Uit ervaring weet hij, dat wanneer er een
oproep komt om over de welvaart van het Ne-
derlandsche volk te proten, wel de ipannen
komen, afgevaardigd door de vakvereenigingen,
maar de mannen van het intellect ontbreken. Hij
wil graag, dat de mannen uit handel en nijver
heid ook een stem in het kapitaal zullen heb
ben.
Ir. Hymans (den Haag) zou, ofschoon de
bezuinigingscommissie ongegronde ontstemming
wil voorkomen,-een positief element willen heb
ben om de medewerking te bevorderen. Hij wil
particuliere belangstelling cn medewerking en
wees op de circulaires, door het Haagsche de
partement uitgegeven. Breede, al is het opper
vlakkige, kennis van zaken mist men bij de
groote meerderheid van personen, die over het
bestuur critiek uitoefenen, zoowel als bij de
ambtenaren. Hij zou willen opwekken in de af-
dcelingen dit rendementsvraagstuk aantrekkelijk
te maken door goede sprekers, die de bran
dende vraagstukken beheerschen als opleiding,
schifting, keuring der ambtenaren. Er bestaat
vrees bij de ambtenoren voor de kantoormachi-
nes; menschen, die die machines goed kunnen
bedienen, zijn schaarsch. In den Haag rijn reeds
opleidingsscholen gesjicht. Hij stelde voor of
het niet mogelijk is een or'goon te stichten en
een kleine commissie te vormen uit vooraan
staande moderne industrieelcn en bekwame
hoofdambtenaren, die een programma opstelt
voor voordrachten over opleiding, keuring, be
tere arbeidsverdeling der ambtenaren, om be
langstelling te wekken voor het rendements
vraagstuk in ambtenaarskringen.
Baron Van Hordenbroelc van A m-
merstol (Haarlem) waarschuwde voor een
nieuw© commissie. In gewoon Hollandsch ge
zegd, bedoelt ir. Hymans niets minder dan so
cialisatie. Het aantal ambtenaren is van 1913
tot 1924 gegroeid met 47 pet. Dat heeft handel
en nijverheid de groote lasten opgelegd. Hij ver
zette zich tegen een stroom van lezingen over
efficiency, zooals ir. Hymans wil en wilde zich
houden aan de door dc bezuinigingscommis-
sie tot nu toe gevoerde methode.
De heer Koster (Zaltbommel) vond in dc
opmerkingen van ir. Hymans veel goeds. Er
moet voor het nieuw© ruimt© gemaakt worden.
Hij verwacht weinig woardeering en medewer
king van de ambtenoren. Er zit onder hen een
geweldige vrees om zich aan koud water te
branden. Toch zou hij die medewerking op hoo
gen prijs stellen.
De heer Honig (bczuinigingscommissie) zei,
dat die commissie niet onsympathiek tegenover
het denkbeeld von Den Haag staat.
De heer Van Leeuwen (hoofdbestuur) ziet
in het voorstel van ir. Hymans de gevaarlijke
tendenz, dat de bezuinigings-actie op den ach
tergrond zou treden voor dc efficiency. Boven
dien ligt in de vergelijking van overheids- en
particulier bedrijf het gevaar van het wegcij
feren van de persoonlijkheid. In het overheids
bedrijf bestaat de prikkel van het persoonlijke
voordeel niet.
De heer Van Groningen (hoofdbestuur)
wilde de bezuinigingscommissie op haar ouden
weg laten voortgaan. Effenciency in den amb
tenaar zal het negatieve effect alleen vermeer
deren.
De heer S c h i 1 h u i s (Rotterdam) meende,
dat de kern van alle klachten is het gebrek
aan belangstelling, maar is het dat deel van
het volk, dat die belangstelling niet heeft, kwa
lijk te nemen Het heeft gebrek aan inzicht
in het economisch gebeuren in de wereld en
dat komt door de opleiding. Zou de bezuini
gingscommissie en het hoofdbestuur niet kun
nen tfachten het volk op deze kwesties meer
kijk te geven
Den heer Stoop, (Voorzitter Nederl. Ko-
met van Koophandel te Londen), hebben twee
dingen in de woorden van den heer Honig ge
troffen. De jongelieden hebben geen belang
stelling voor de publieke zaak, zoo klaagt deze.
In Engeland is dat beter, bestaat nog de om*
bitie bij jongelieden van intellect zitting le krij
gen in de overheidslichamen. Hij gelooft niet
dot men steeds maar door arbeiders overstemd
zal worden. Argumenten cn intellect beteekc-
nen cok iets. Met mopperen komt men er niet.
Er is moed noodig. Ten tweede besprak hij de
vermindering van het aantal ambtenaren. En
geland heeft de bijl in dit opzicht met krocht
gchondtcerd. Veel van de uit den overheids
dienst ontslagen ambtenaren hebben met ener
gie naèr andere betrekkingen gezocht. Dat hak
ken met de bijl prikkelt bovendien de cnergi©
Spreek niet alleen, maar doe zoo.
De voorzitter is geen bewonderaar van
commissies cn wil waor dc zaken liggen zooals
ze uit de discussies zijn te voorschijn geko
men dc zaak ter regeling overlaten aan hoofd
bestuur en bezuinigingscommissie.
Dc Commissaris der Koningin die juist voor
de discusrie ter confrentie was gekomen, sprak
de beste wcnschen voor het congres uit cn
verliet daarna de vergadering.
Het Kanalenplan.
Het voorstel van het departement Maastricht
om zijn actie voor het voltooien van den Ka-
nalenaanleg in Zuid-Limburg bij de regeering te
steunen is na een aanbevelende rede van prof.
Bruens met applaus aangenomen.
CENTRALE BOND VAN TRANSPORT
ARBEIDERS.
Te Amsterdam in congres bijeen.
Te Amsterdam is het congres gehouden ven
den „Centrale Bond van Transportarbeiders".
Door den voorzitter van de afd. Amsterdam
den heer H. Overst werden de afgevaardigden
welkom geheetcn.
Daarna opende de voorzitter de heer Joh.
Brautigam het congres met een rede. Hij herin
nerde er aan d3t de laatste twee jaar zeer ern
stig voor den bond geweest zijn. Spr. noemde
1923 het crisisjaar bij uitnemendheid. De
schuld daarvan noemde spr. de bezetting van
het Roergebied. Dat was -zeer funest voor de
transportarbeiders. De ernstige toestand is ook
te danken aan den politieken toestand. Europa
schynt niet tot oorlogsliquidatrê te kunnen ko
men. Aon 't niet komen van vredestoestand is
de treurige economische toestand te wijten. Toch
begint het, naar spr. meent, te dagen. Spr. wijst
in dit verbond op den politieken toestand in
Engeland en Frankrijk. Spr. hoopt dat er over
eenstemming zal bereikt worden tusschen bei
de landen. Te betreuren is het dat de uitslag
van de verkiezingen in Duitschland reaclionnoir
is. Spr. hoopt dat dit niet in den weg zal staan
aan de oorlogsliquidotie. Dc Roerbezetting is
ook funest geweest omdat gebleken was dat de
arbeidersbeweging onmachtig is geweest deze
bezetting tegen te gaan. De Fransche organisa
ties waren machteloos. Zij waren verscheurd
door het communisme in Frankrijk. Ook onze
organisatie is, zegt spr., in aanraking geweest
met de bezetting. Het parool werd gegeven de
Duitsche arbeiders te steunen tegen de bezet
ting. Wij zijn niot volkomen geslaagd, zegt
spr., maar 80 leden van de organisatie zijn voor
hun internationale goede houding ontslagen.
Verder herinnert spreker dat de heer Reemans,
riie voor den bond optrad werd gearresteerd en
vier maanden in dc gevangenis heeft doorge
bracht. (De heer Reemans die aanwezig was
werd toegejuicht.) Uitvoerig zet spr. uiteen hoe
zwaar de arbeiders in het Roergebied het heb
ben gehad. De organisaties dreigden ten onder
te gaan. Er moest gesteund worden en ook de
Nederl. Bond heeft daarbij naar bescheiden
krachten meegedaan. Hartelijk werd welkom
geheeten de voorzitter van den Duitschen
Transportarbeidersbond, den heer Döring. In
ons land staat de organisatie nog steeds in den
crisistoestand. Vier crisisjaren met veel werk
loosheid liggen achter ons. Die jaren zijn niet
zonder meer voorbijgegaan. Er was achteruit
gang van ledental. Dat is een veeg tceken,
zegt spr. Het is wel de achterban, die kwam om
de voordeelen te plukken, maar nu er te wer
ken is verdwijnt. Deze leden zijn het echter die
de werkgevers in de kaart speelden en hun ge
legenheid gaven sterker tegen ons op te treden.
De haat van de ondernemers tegen de arbei
dersklasse is zeer groot. Op alle mogelijke
wijzen wordt dit gelucht. Vooral tegen de be
zoldigde bestuurders treedt men op en hen ver
wijt men dat zij de arbeiders opruien tot strijd.
Meent men werkelijk de beweging te kunnen
vernietigen, vraagt spr. Dat is een ijdele waan.
De Transportarbeidersbond had in 1914 aan le
dental 9056. Thans zijn er bijna 18.000 leden
in den bond. Er is geen sprake van vernieti
ging. In dit verband wijst spreker op de textiel
arbeiders. In tegendeel de werkgevers schep
pen een geest van verbittering en bezorgen een
onstelbaar verlies aan de industrie. De klasse-
strijd wordt op een ongekend© scherpe wijze
gevoerd. We moeten erop bedacht zijn elkon
duim grond met taaie volharding te verdedi
gen. Deze positie-oorlog kon niet altijd duren.
De werkgevers zullen inzien, dat de arbeiders
organisaties niet vernietigd kunnen worden. Er
moet zakelijk overleg komen. Voor hét zoover
is moeten wij onzo positie handhaven. Onze
bond had ook tal van aanvallen te doorstaan.
Vele verslechteringen moesten we oanvaorden.
Wij gelooven thans dat er van eenige opleving
in handel en industrie kan gesproken worden.
Men begint in de kringen der werkgevers strij-
densmoe te worden. Het is gelukt in de Rijn
vaart een overeenkomst of te sluiten waarbij de
looncn voor een jaar gehandhaafd worden. Ook
de gages der zeelui zullen gehandhaafd kunnen
worden. Een nieuwe aanval is te verwachten iri
de haven op den achturendag. Verder wijst
spreker op de aanvallen der communisten- Het
eenheidsfront is afgewezen. Onze verantwoor
delijkheid is te groot om de organisoties'aan
de verwoesting der communisten prijs te geven.
In financieel opzicht is de toestand gunstig. Op
I Januari bedroeg het kapitaal van den bond
146.255. Het aantal leden ging in de twee
afgeloopcn jaren met ongeveer 5000 achter
uit. Het bedraagt op het oogenblik ongeveer
17.000 leden. Dit getal is thans weer stijgende.
Verder werden welkom geheeten een aantal
afgevaardigden van bonden. Komende tot het
Int. Verbond van Transportarbeiders ver
heugde spr. zich dat er eenheid is gekomen on
der de zeelieden van Europa. In het vervolg
van zijn rede wees spr. op de conferentie in
Antwerpen, door oen samengaan van alle ha
venarbeiders van West-Europa.
Met een opwekkend woord om leden le wer
ven opende de voorzitter het congres. (Na dit
openingswoord werd de Internationale gezon
gen.)
Het woord was daarna aan den heer Fimmen
els vertegenwoordiger van het I. T. F., die de
groeten kwam overbrengen van d© andere
transportorgnnisaties. De I. T. F. bevindt zich
in vrij goeden toestand, zegt spr. De trans
portarbeiders van Nederland beginnen al dade
lijk na den oorlog de transportarbeiders van
andere landen bij elkaar te brengen. Het aantal
organisaties dat zich aansluit klimt steeds. Er
zijn nu 65 organisaties aangesloten. Het L T. F.
ontwikkelt zich ook buiten Europa. Wat de in
ternationale samenwerking betreft staan we
nog aan het begin, zegt spr. De strijd van de
vakbeweging zol toch meer en meer worden een
internationale strijd. Uitvoerig stond spr. hier
bij stil, en drong aan ten slotte op goeds orga
nisatie.
Verschillende sprekers van andere vakbon
den brachten nog de groeten van hun veroeni-
gingen over.
Daarna had de bespreking plaats van de
jaarverslagen die reeds vermeld zijn.
Op den tweeden dag van het congres wer
den verschillende verslagen goedgekeurd.
Langdurige debatten werden gehouden over
contributieregeling, uitkeering bij ziekte, uit-
keering bij ongevallen enz. Bij de verkiezing
van het hoofdbestuur werden in de vacatures
H. J. de Vries en J. van 't Hoff gekozen de
heeren Laan uit Sliedrecht en Van Duuren uit
den Haag. De overige hoofdbestuursleden wer
den herkozen.
KWADE DROES BU PAARDEN.
Bij deze ziekte kan men niet
voorzichtig genoeg zijn.
Wanneer paarden onder verschijnselen van
kwade droes worden getransporteerd, maakt
h©t publiek langs den weg wel eens schampere
opmerkingen over do uitgebreide voorzorgs
maatregelen die bij dit transport worden geno
men. Om die uitgebreide maatregelen wordt
dan vaak gelachen, onder opmerking dat het
wel met wot minder malligheid kon worden ge
daan. Dezulken moeten nu eens met aandacht
lezen wat wÜ vermeld vonden in „Het Zwit-
sersche Archief voor Dierengeneeskunde"
De assistent van het pathologisch anatomisch
instituut van de Brünner Veeartsenijkundige
Hoogeschool Dr. M. Derbek stierf tengevolge
van een chronische kwade droes-infectie welke
hij bij de sectie van een kwade droes»-cadaver
had verkregen.
Bij de sectie van het l'jk van D. in Praag
infecteerde zich de assistent van het Patholo
gisch Instituut Dr. Sole, die tengevolge van
deze infectie eveneens stierf. De eigenaar van
het zieke paard verloer ter zelfder tijd twee
zijner kinder onder omstandigheden die even
eens op een doodelijke kwade droe^-infectic
wezen.
Kwade droes is zooals men wellicht weet.
een specifieke infectieziekte van het paard.
JACHT OP EEN INBREKER TE
'S GRAVENHAGE.
Hoe een dief 4500 uit een
slaapkamer stal.
Eenigen tijd geleden werd ingebroken in een
perceel in de Tollensstraat te 's Gravenhage,
waarvan tot heden geen melding werd gemaakt
om het politie-onderzock niet te bemoeilijken.
De koopman L. S. bewoont in de Tollens
straat een benedenhuis, waarvan de woonkamer
aan de straat grenst Hier achter bevindt zich
een alkoof met openslaande deuren, waarin de
heer S. zich op den avond van de inbraak naar
gewoonte te rust had begeven. Zijn kleeren,
waaronder een vest, dat een bedrag van 4500
aan bankpapier, benevens een gouden horloge,
hing hij over een stoel bij het hoofdeinde van
zijn bed.
Toen hij eenigen tijd geslapen had, werd hij
wakker gemaakt door cenig geritsel in de voor
kamer. Hij schonk hieraan geen bijzondere aan
dacht en sliep weer in. Na eenigen tijd werd hij
opnieuw wakker door een geruisch in de woon
kamer. Hij zag nu de openslaande deuren der
alkoof, die hij gesloten had, open staan en ont
dekte tegelijkertijd een man, die naar zijn vest
greep, dat over de stoel hing. Ook de bewoner
greep naar zijn vest, maar de inbreker was hem
voor en om den koopman in de war te bren
gen, richtte hij een electrische lantaarn op hem,
die een verblindend licht in zijn gericht wierp.
S. sprong vervolgens rijn bed uit en ging onder
het roepen von „politie, inbrekers I" den dief
achterna. Door de openstaande romen vluchtte
deze naar buiten. De heer S. volgde hem in zijn
nachtklceding, als maar om hulp roepende,
waardoor spoedig veel publiek op de been was
gebracht.
Dc inbreker had echter oen voorsprong gekre
gen en op de Veenkado verdween hij uit het ge
zicht. De bestolene vond op zijn terugweg naar
huis zijn spoorwegnbonnement derde klasse, dat
de dief bij de achtervolging uit het vest had
laten vallen.
Intusschen had een broer von S. een brand
schel ingedrukt om de brandweer te waarschu
wen, die op haar beurt de recherche kennis gaf
van de inbraak. Onder het publiek, dat op het
rumoer was komen toeloopen, was iemand, die
op de Vcenkade in de richting van de Prinse-
strnat een man had zien hollen, dien hij meen
de te hebben herkend als een berucht souteneur.
De recherche toog onmiddellijk op onderzoek
uit, doch daar men de woonplaats van den ver
dachte niet dodelijk vist, ging hiermede gerui-
men tijd verloren. Inmiddels was men bij de
centrale recherche gaan snuffelen en zoo vond
men den vermoedelijken dader, die waarschijn
lijk een bewoner was van het beruchte perceel
aan de Spinozastroat, het z.g.n. „huis 'met den
gouden stoep." Nu trof het, dat voor dit pen
ceel nog altijd een dubbele politiepost staat Sn
zake het shritingsverbod om de beroovingen te
gen te gaan. die er werden gepleegd. Deze agen
ten hadden om half drie 's nachts een der be
woners binnen zien gaan. Het huis werd nu
door een twaalftal agenten omsingeld en vervol
gens werd een onderzoek ingesteld.
De verdachte kwam zelf open doen. Hij deed
erg slaperig, doch toen men naar zijn bed ging,
bleek dit onbeslapen te zijn. Hij ontkende alle
schuld en beweerde den voornacht in enkele
cofé's te hebben doorgebracht. Een voldoende
alibi kon hij evenwel niet aontoonen. Hij werd
daarom gearresteerd en naar het politiebureau
overgebracht. Ondanks een scherp onderzoek in
het geheelo huis en de belendende perceelen, di©
alle onderling met elkaar in verbinding staan,
vond men echter niets van het gestolene. D©
verdochte had natuurlijk allen tijd orehad om zijr.
buit in veiligheid te brengen. Wel vond dt.
recherche later aan de Veenkade bij den water
kont het gestolen vest De inhoud was er uir
verdwener behalve een zakspiegeltje I
De verdachte H. K., een berucht type uit de
roofholennffaire, blijft nerrinent ontkennen. Hij is
ter beschikking van de Justitie gesteld en za!
naor het Huis van Bewaring worden overge
bracht.
NEGENTIEN WINKELIERS OPGELICHT.
Alléén al in Haarlem. En wie
weet, hoeveel nog elders.
De recherche te Haarlem heeft aangehouden
het echtpaar C, ongeveer 40 jaar oud, wo
nende te Amsterdam, dat te Haarlem en Arn
hem verschillende oplichtingen heeft gepleegd.
In Haarjen werden 19 winkeliers opgelicht
voor een lotaal bedrag van 108. Het echt-
•paar ging daarbij als volgt te werk. Voor den
5dcn Juli maakte het een feestprogramma op
voor een vertooning in het Brongebouw te
Haarlem, door de gefingeerde operetteveree-
ninging A. S., en zij trachtten advertenties in
dit programma geplaatst te krijgen. Heel wat
winkeliers liepen er in zij gaven er hun geld
voor en kregen de belofte von leverantie van
bloemen, costuums, manufacturen, enz. C. be
zocht ook een dame voor hetzelfde doel en
vertelde haar, dat hij vroeger werkzaam was
geweest bij een Haarlemschen kleermaker. De
dame vertrouwde het zaakje niet en belde den
kleermaker op. Het bleek toen, dat C. niet bij
dezen werkzaam was geweest. De recherche
werd later gewaar, dat het echtpaar ook in
Arnhem „gewerkt" heeft.
EEN WINDHOOS TE ALPHEN A/D RIJN.
Een deel van het dorp geteisterd.
Donderdagavond te ongeveer 11 uur, toen de
Zuid-Wester storm opstak, welke gopaard ging
met hevige slagregens, deed zich alhier plot
seling een windhoos voor, welke in korten tijd
een geweldige schade aanrichtte te Alphen aan
den Rijn. Een groot gedeelte van de bebouwde
kom der gemeente heeft 't moeten ontgelden.
Er zijn n.l. van tien woningen de daken ver
nield en gedeeltelijk weggewaaid. De menschen
holden angstig de straat op. 't Werd een groo
te consternatie in het dorp, doch al spoedig
bleek bij onderzoek,, dat er niemand gekwetst
was.