BINNENLAND. door ze niet poffertjes vol te stoppen, zoo dat het licht in zoo'n boxc tot oen minimum werd beperkt, waardoor de jool aanmerke lijk slee^. Tegenwoordig worden de poffers, zooals het behoort, rustig geconsumeerd, wat niet wegneemt dat in zoo'n kraam nog een echt oudcrwetsche kermisstemming kan heerschen. In den regel is er in den tuin van de Doe len een kermis in 't klein, met draaimolens, tenten en alles wat er bij behoort; en op de Veemarkt, vroeger het kermisterrein, staat meestal nog een caroussel. Zoo blijft de herinnering aan de kermis levendig in Rot terdam, en kunnen de menschen, die een dergelijk vermaak prefereeren boven een dagje naar buiten, hun hart ophalen. AAaar hun aantal wordt kleiner; en de buitcnmenschen, die vroeger hier kermis kwamen houden, gaan nu naar Gouda, of een andere plaats waar de oude kermis in volle glorie zich gehandhaafd heeft: de ver edeling van volksvermaken is een moeilijke taak, omdat men dikwijls van deze verede ling weinig is gediend; de brooddronken heid zit bij een deel van het volk zoo diep, dat men er niet heelemaal bulten schijnt te kunnen. Ook in dit opzicht voltrekt zich de evolu tie langzamer dan men zou wenschen. Mode. Een vrouw heeft altijd veel vast te houden als /.ij wandelen gaat. In do eerste plaats haar li&ndtasclijc, dut )>ij sommige dames do afmetingen aanneemt van een knrubies of een kleine, handkoffer! Die suitcases zijn wel keurig netjes, maar ze staan zoo zakelijk. Alle kantoormeisjes wandelen er mee, zoo- als alle ministers niet een actotasch flanec- ren! Ik denk daarom, dat hel gewone huis moeders, dames die voor hun pret wande len of voor een paar boodschappen, wel wel kom zal wezen, dat, niettegenstaande de nauwe jurken, de kokerrokken en de angst vallig bewaarde slanke lijn, de zak toch weer in eere wordt hersteld. Oorspronkelijk was het niet meer dan een sneedje in de rok, een heel smal gleufje, waar een miniatuur zakdoek tusschen werd gestoken. Allengs vergrootte dit wat en nu zijn het er al twee geworden, een aan iecle- ren kant van jumper of rok en zc zijn zóó diep, dat een platte beurs, (dikke komen tegenwoordig niet meer voor!) een opschrijf boekje, een yale-hnissleutel en een spiegel tje er bost naast de zakdoek in geborgen kunnen worden. In een lSngelsch tijdschrift las ik dezer dagen hoe men zoo'n klein diep gleufzakje mankt. Neem een lapje voering of zij. wat het beste past bij uw jumper; u kunt or zelf eon maat voor uitkiezen dat hangt van uw eigen lengte af, en van het klocdingstuk waarvoor liet zakje dienen moet. Maar c.M. breed en '20 c.M hoog is een goede ver houding. Hijg dit eventjes op den bovenkant \an uw jumper, zóó, dat het midden juist valt op de plaats waar het zakje moet zitten. Toe ken de zak met een krijt af, en knip de voering langs die lijn door. Oniboor nu dit ingeknipte gedeelte te zumen met de juni perstof en linnl de rijgdraad los. Nu steekt liet zakje minr buiten Naiti de drie zijden van de voering nan elkander vast. goed ste vig en stop het zakje door de omboorde gleuf naar binnen. U moet er op letten, dat u de gleuf niet te breed knipt. Denk aan den inslag; neem de snee van den zak dus iets smaller dan het zakje zelf is. Maak met hel omboron scherpe hoeken, dat geett do coupe aan den zak! En het zakje zelf is het ornament van uw mantel of jumper. Ook met de scurf of zijden das wordt nog allerlei aardigs gedaan. Hetzij dat u bij een witte jurk en ccii wit hoedje een paar van die gekleurde lappon draagt of dat u het] rling losweg om uw hals slingert, zóó, dat beide uiteinden vóór over uw schouders han gen. Ze geven jeugd, beweging en levendig heid aan uw figuur en zij onderin.-ken het wat eentonige wit. Laatst zag ik een leuk meisje in een auto. Ze had om haar wit vilten hoed den sluier gelegd en deze schuin van voren onder haar rechterwang met één gioote lus en twee lan ge einden vastgeknoopt. Een practischc en flattcerendc dracht. Ze zag er snoezig mee uit en zou er geen last van hebben, dat haar hals en haar te stoffig worden. Den volgen don morgen kwam ik haar weer tegen; toen droeg zij dezelfde s.iaal (ik herkende het aan de mooie jade tint niet kleine oranje moes jes!) met een driehoek om de schouders, op een doodgewone wit cachemiren jurk. Eén punt viel haar over den rug en was daar, ongeveer tusschen de schouderbladen vast gespeld; de andere uiteinden worden van voren in een lossen knoop door een sierspeld bijeengehouden. Nu had zo om den hoed een heel smal geribd lint ook van groen met oranje in verticale stroepen. T'iterst eenvou dig dus en juist daardoor /.oo lief. Trouwens: het moderne jonge meisje kleedt zich meer dan gewoon dit jaar. Hoe rechter, gladder en strakker hoe beter. Die meisjes van achttien /.ij nu simpeler ge- kleed dan haar zusjes van drie of vijf, want die dragen strikjes, lintjes, kantjes en ru ches, welke oor de ouderen contrabande zijn. liet meiske van 100U weken heeft niet au tiers noodjg dan een slank, soepel, lang lichaam, smalle schouders, toonbare armen, géén heupen en géén kuilcnhals. Dan kan zij alles dragen en zich klceden voor een héul klein beetje gold! Wat denkt u van een lila sponge-cloth jurk nut oen rond uitgesneden hals, oen mouwtje zoo kort als de Zeeuwen dragen, omboord met een biesje crêpe de ehinc van donker lila of licht paars? (ook r]e hals 'hiermee omboron) zet op de heupen waar de nuk oen ietsje in is gehaald 2 Huw. strikken met lange einden in dezelfde donker nuance, draag daarbij een hoed met een hec! broeden rond. overtrokken met lila sponge clotji en opgemaakt met oen donke ren strik en u ziet er uit om tc stelen. Alleen. zit cr niet precies mee in de felle zon! Want lila is een tr-êrc kleur, en ver schiet dadelijk. Dan is meteen liet mooie er af. Houd deze jurk dus maat voor netjes, dan geef ik er u den volgenden keer een paar. die tegen zon, wind en water kunnen. De Staatscourant van gister bevat o.n. dc volgende Koninklijke besluiten cp verzoek eervol ontslagen de griffier bij het kantongerecht tc Bolsward, Mr. R. Pollema; erkend cn toegelaten nis consulair agent van Frankrijk te Delfzijl, F. Troetel bevorderd tot inspecteur 1. o. in dc inspectie Ticl, J. den Hartog, thans schoolopziener in de inspectie Rotterdam tot inspecteur 1. o. in de inspectie Neuren, A Smit Jzn., thans school opziener in de inspectie Rotterdam ingetrokken het eervol ontslag van P, H. 0. Brcdéo uls schoolopziener in dc inspectie Haar lem en H I. de Bie, als schoolopziener in de inspectie Eindhoven en overgeplaatst in de in spectie Rotterdam toegekend de bronzen ccremedaille der Oranjc-Nassau orde aan D. Appels, concierge bij de N.V, Gebr. Vcth's Hnndel-Mij. te Am sterdam benoemd tot adjunct-inspecteur van den ar beid Ir G. H. J van der Sluys te Haarlem en Ir. J. A Verhoeff te Amsterdam en respec tievelijk werkzaam gesteld in het derde district der arbeidsinspectie met standplaats Rotterdam en in het tweede district der arbeidsinspectie met standplaats Breda op verzoek eervol ontslagen J. A. van Dam, directeur van het post- en telegraafkantoor te Hillegom eervol ontheven van het tegenwoordig be heer .1 W Bouwmeester, directeur van het post en tolcgrnafkantoor tc- Weert, zullende hij door den minister van Waterstaat lijdelijk mol an dere werkzaamheden worden belast benoemd tot directeur van het postkantoor te Rotterdam G. M. Busman, thans id. to Lei den tot directeur van het post- en telegraaf kantoor te Zolt-Bommel, M. F. Schram de Jong, thans idem to Geldermalson tot idem to. Doorn G M. A. J. Smit, thans id te Leidschendom tot id. to Tie!, A. Vcenhovon, thans id. to Box meer tot id. te Steenbergen, 1W. L. M. de Winter, thans hoofdcommies der posterijen cn telegrafie. HOT KONINKLIJK BEZOEK AAN ZEELAND Dc tocht door Zccuwsch-VInunderen. Tc ongeveer twee uur kwamen dc hooge gasten te Breskens aan wal. Op den steiger werd dc Koninklijke Familie opgewacht door den burgemeester vun Breskens en de roodhe den. Nadat de burgemeester aan H.M. was voorgesteld, zong een zangkoor begeleid door een fanfarecorps een lied, cn nadat de Konin gin to Breskens nog was aungeboden oen exem plaar van 't werk: „kh t landje énn Cadzand", be gon de autotocht door Westelijk Zéeuwsch-Vlaan tieren, welke tocht oei de langs Schbondiikc, Oostburg en Aardenburg. In elk dezer plaatsen verbleef de Koninklijke familie enkele minu ten, zonder de auto te verlaten. Van Aarden burg werd gereden naar Sluis. Even voordat deze ploots bereikt werd, stopte de Koninklijke auto om den directeur von het Fransohe Pen- sionout „St. Jozef", den heer Everiest Abbel gelegenheid tc geven de Koningin con bouquet aan te bieden. Te Sluis aangekomen, reed de Koninklijke fnrttijic naar het gemeentehuis, waar in da Randsaul de ontvangst door den Raad plaats had. Dé burgemeester hield hiei de volgende toe spraak Majesteit, Dc* gemeente Sjuis heet Uwe Majesteit en Uwe Koninklijke GMi'!e van harte welkom op haar grondgebied en hot is namens dc geheele bevolking, dat ik Wwc Majesteit dank ze» vooi de hooge gunst van dit bezoek. Toen 'L. M. Koning Willem III, Uw hoogge achte Vader, op 24 Mei 1862 déze gemeente met een bezoek vereerde, werd Z. M. uit ruim tweehonderd kindermonden het volgende lied toegezongen Oranje en Nederland Zijn immer nauw verwant In vreugde en smart Die bund zij onze kracht. Die eendracht onze macht. Die leuze .nooit veracht Door 't Nederlnndsche hart. „Oranje cn Nederland één", dc leuze onzer voorvaderen is ook onze leuze Majesteit, onze leuze uit overtuiging, omdat wij weten, dat wij naast God aan het Huis van Oranje veel ver schuldigd zijn. Bange dagen hebben wij doorleefd. Majesteit, maar in de utc des gevanrs hebben wij meci gevoeld nog dan anders, dat Oranje en Ne*< derland. Oranje cn Zeeuwsch-Vlaanderen door een bond von liefde cn trouw zijn verbonden zoo hecht, dat hem te verbreken nutteloos zijn zou. Uwe Moederlijke liefde in die dagen van gevoar beeft onze hurtcn van dankbaarheid doen zwellen en die dankbaarheid hebben wij onomwonden uitgesproken door onzen onwan- kclboren trouw aan Uw Vorstenhuis, nnn Ne derland. Oranje cn Nederland, Oranje en Zceuwsch- Vlnandorcn één blijvc onze leus, blijve de leus onzer kinderen. Moge God Uwe Majesteit nog lange jaren voor ons behouden en Uw bestuur zegenrijk doen zijn voor het eene Nederland. Moge Hij Uwe Koninklijke dochter de wijs heid harer Moeder schenken, opdat zij do voet stappen moge drukken van Hoor, die* wij zoo gaarne noemen Onze inniggcliefde Koningin." De Koningin beantwoordde de rede von den burgemeester als volgt Ik dank U voor uwe wclkomstredc woarmedo u de gevoelens der burgerij hebt vertolkt wel ke in dc schitterende ontvangst ons bereid reeds op zoo overtuigende wijze tot uiting zijn geko men. Ook wij hebben er ons zeer op verheugd dit bezoek tc kunnen brengen aan het oude Sluis, dat reeds in de vroegste geschiedenis de zer landen zulk een belangrijke rol heeft ge speeld. Persoonlijk ben ik er nog zoo kort ge leden getuige van geweest hoe uwe bekende stundvostigheid en trouw nan het vaderland ook in de hachelijkstc én gevaorlijkstc oogen- blikken van geen wijken wilden weten. Zij ge ven aan de zooevcn tot mij gerichte woorden hare bijzondere waarde cn mij de volkomen ze kerheid dnt Nederland ook in het vervolg- op u als op geheel Zeeuwsch Vlaanderen onder alle omstandigheden vast zal kunnen bouwen. Moge van hun kant Sluis en dit gansche dis trict in een gelukkige en voorspoedige toekomst daarvoor de verdiende belooning vinden. Vun het Raadhuis begaven dc hooge gasten zich haar do Kon. Kantwerkschool waar de Ko ningin ontvangen werd door den voorzitter van het bestuur en do directrice Mej. Metz. De voorzitter vun het bestuur der school sprak de Koningin nis volgt toe Mev rouw. Het is ons een groot voorrecht, Uwe Maje steit, H. K. H. de Prinses en Z. K. H. den Prins der Nederlanden namens de Kantwerkschool eerbiedig welkom tc mogen heeten. Met spanning hebben we Uwe Majcstcits komst verbeid, verlangend uitgezien naar het oogenblik, waarop wij getuigenis mochten af leggen van onze verknochtheid aan het geliefde Vorstenhuis, waaraan de school zoo onnoeme lijk veel te danken heeft. Reeds sp9edig na hoar oprichting in 1854 mocht ze zich verheugen in vorstelijke belang stelling. H. M. de Koningin Sophie der Neder landen was haar eerste Beschermvrouwe cn toen Uw Koninklijke Vader Z.M. Koning Wil lem III in 1862 onze stad bezocht, werd de Kantwerkschool met Zijner Majesteit's bezoek vereerd. Na de heropening in 1911, toen de school eenigc jaren gesloten was geweest, mochten we de gunst ervaren, het pracdicaat „Koninklijke" tc mogen voeren, terwijl Uwe'Ko ninklijke Moeder H.M Koningin Emma wel willend als Beschermvrouwe optrad. En in tij den van malaise, waarmee d- school tc kampen har', was het weer Uwe Majesteit, die door wer kelijk vorstelijke bestellingen de inrichting voor ondergang behoedde. Voor dut alles zijn wc Uwe Majesteit zoo innig dankbaar.. Hel is een voorrecht, een vorstin te bezitten, di huur zorgende hand uitstrekt ook ovor be scheiden instellingen als deze, waer in alle stil te door nijvere vrouwen de kunst wordt ge diend. Moge hel Uwe Majesteit zijn gegeven, nog velt- jnren ons Vaderland ten zegen te zijn." Nadat de Koningin deze toespraak had be antwoord, werd de school bezichtigd cn werd de thee aangeboden. Uit Sluis reed de Koninklijke familie langs Groedc naar Breskens terug, waar zij aan boord ging van de „Hydrograuf die haur naai Vlis- singen overbracht. Aan den steiger te Vlissin- gen stond een cerewacht der Kon. Marine op gesteld, die de Koningin bij hanr aankomst dc eerbewijzen bracht. De Koninklijke familie werd hier ontvonger» door den burgemeester van Vlissingen, die aan den steiger tegenwoordig was en na de ont vangst maakten de hooge bezoekers een rijtoer door Vlissingen. In verband met de rampon, die dc Vlissingsche bevolking de laatste weken getroffen hebben, zijn alle feestelijkheden bij dit Koninklijk bezoek echter vermeden en de Koningin toonde tijdens haar bezoek aan dcze sted haar deelneming in het lot van hen, die door deze rampen bijzonder zijn getroffen. Do rijtoer door Vlissingen eindigde aan het station, waar de Koninklijke familie in haar sa- lonrijtuig plaats nam, dot daarna gekoppeld werd aan den gewonen trein von 6.50 uit Vlis singen. Met dezen trein zal de Koningin tol Wouw de reis maken. Daar zullen de Koninklijke rijtuigen afgehaakt worden cn dc Koningin zal dan daai in haar trein den nacht doorbrengen. Te Zaamslag werd bij 'i bezoek van dc Ko ningin door de menigte een lied gezongen, ge dicht door den landbouwci J. de Kraker, van d" Julianahoeve, welke bij een vorig bezoek dooi do Koningin werd bezichtigd. De Koningin heeft den landbouwer De Krukcr benoemd lol ridde- in de Huisorde von Orunje Nassau. Tc Sas van Gent werd door den heer Stubbe, directeur van de oudste suikerfabriek, namens dc grootindustrie, H. M. een eikenhouten kistje uungeboden, bevattende monsters van produc ten der grootindustrie, als suiker, superphos- phoat, moisstijfsel. Ultramarijn B'ouw, tarwe bloem cn spiegelglas. FRANSCH BEZOEK AAN AMSTERDAM. Eenigc Fransche oorlogssche pen in dc hoven. Donderdagnacht om twee uul- is de Fransche torpedojager „Glaive" in de Amstcr- dnmschc haven aangekomen. De „Glaive", een oud vaartuig van 580 ton en bemand met 61 koppen, 'ligt bij de „Sommc" on de „Mcuse". Ook de jager neemt aan de oefeningsreis deel en is vun Duinkerken gekomen. De „Meuse" staat ondor commando van ca pital ne de lo corvette Davrouzct, de „Sommc' onder dat van capitüinc de corvette Gribclin; commandant van „Glnivo" is lieutenant de Vaisseau Polier. Aan boord van de „Somine" en do „Meuse" zijn te zamen 100 adelborsten. Hedenmorgen hebben de Fransche zec- olficicren de gebruikelijke bezoeken ufgelegd bij de marine-autoriteiten en bij het gemeente bestuur. Een officieel karakter draagt het be zoek niet, zegt het Hbld. ONHOUDBARE TOESTANDEN TE CRANENBURG. Hoe reizigers aan de grens van liet bezette gebied behandeld worden. Een medewerker schrijft d.d. 5 Augustus aan de N. R. Ct.: Ecnige dagen geleden moest ik in het bezette gebied reizen en nadut pussen en dergelijke moderne dingen in orde waren begon ik mijn reis met den volgens het spoorboekje zeer gun- stigen trein, die 's morgens om 7.22 uit den Haag vertrekt, in Rotterdam aan den van Hoek van Holland komenden trein gehaakt wordt en don te Nijmegen met dc waggons uit Amster dam vcxeenigd wordt. De eerste onaangename verrassing bracht mij al gauw na het vertrek uit den Haag de kaartjes controleerend© conducteur met de mededceling, dat de waggon, waarin ik had plaats genomen, waarschijnlijk niet verder zou meerijden dan Nijmegen. Als men nu weet, dat de geheele trein, die uit den Haag vertrekt, slechts uit 2 waggons bestaat, dan zal men zich kunnen voorstellen dut niemand der tal- wonder lascineerenden invloed der Leipzigcr- traditie en die „men ons kunstmatig heeft aan geleerd". Het is zeer zeker de hooge vei dienste van Dresden bondig cn heidei in dit boek tot uit drukking te hebben gebracht, hoe Nederland reacties heeft gegeven op de groote internatio nale muzikale renovatie, welke grootendccls bogeesterd en bevorderd door de sprankelende genialiteit van Franz Liszt zich scdeit 1870 bezig is te voltrekken. Dat Sem Dresden de strenge figuur en hoogst begaafde all-round musicus Dam i I d o L a n- ge een ecroploats heeft toegekend in deze jonge en sterk levende beweging brengt tce- kening en vasten vorm in dc geschiedenis vun onze Nederlundsche muziek der laatste jaren. Mogelijk doorflat wij nog zoo kort bij de talrijke belangrijke gebeurtenissen ön verschij ningen uit die periode staan is een zuiver ooi- dcel voor velen zeer moeilijk. Des te meer is het te waardecren, det Dresden door een logi sche gedachtengong geleid de vier groote „man nen van tachtig" De Lor.ge, Diepenbrock, Zweers en Wagcnaar groepeerde, ondanks vele overwegingen, welke men kan bezitten ten opzichte van de onderling sterk uiteenloopende karaktertypen „Daniël dc Lange (18411918) beznt reeds, door zijn andore vorming, zijn reizen in jonger jaren en zijn sterker aanpossingsvci mogen, do kwaliteiten om tot inkeer te komen, te over denken of het standpunt der Nodcrlandschc componisten juist was of zij wel werkten in, eene richting die het op den duur mogelijk zou maken de Hollandsche gedachte, het we zen der Hollondsche psyche tot uiting te bren gen". Wat verder vermeldt wordt over Dc Lange is frappant en objectief-wanrdeerertd Diepenbrock staat terecht in liet centrum van de belangstelling van den schrij ver. Had Dc Lange niet reeds in 1894 ge schreven „Ik beschouw Diepenbrock ols een der wcinigón in Nederland, die een juisten blik heeft op de toekomst"? „Diepenbrock was componist, het compo- neeron, voortbrengen van naar hooger orde ge groepeerde tonen en klonken was zijn levens werk. al tc zeldzaam ook in ons lnnd, waar componisten niet inheemsch zijn en zij bc- hoor.cn tot „fares animaux qui doiven: dispa- roitre". Zijn oeuvre geeft een volkomen afspie geling vnn zijn peisoonlijkhcid, die zich daarin naar alle richtingen heeft uitgcspiohcn. Niets vnn zijn wezen blijft er in verholen. En daar omheen hebben zich zeker de jongeren in Ne derland „geschuurd", al heef; Diepenbrock zich nooit met pocdugogischc kwesties bemoeid. De kerkelijke werken von een Joh. Winnubst, H. Andi iessen zouden zonder Diepcnbrock's voor gaan nooit zijn ontstaanEn eenige alinea's verder lezen wij .in het algemeen heeft hij nog andere dingen bereik; De ge- heo'e katholieke kerkmuziek, oi beter de op vatting die men huldigde te dien opzichte, ori- derging door hem een groote vernieuwing. Mode in verband mót Diepenbrock weet Dres den zinnen in zijn betoog ie verwerken, welke een verstrekkende beteekenis voor dé nieuwere, minder dogmatische muzi k-nesthotica hebben. Dc lozer oordeclc„Men moet niet vergeten, dot Palestrinn's wcik wel hei hoogtepunt bc- teekent der katholieke kerkmuziek, maar dat het ook ols pbsolute muziek even sterk blijft." O! „De muziek behoort in den vocalen stijl niet te geven een vaste grocpeering van ac centen maar een v r ij-v h ytm i s r h bewegen, gebaseerd op de beteekenis van den zin, tot in zijn fijnste onderdee'cn, maar vooral niet al leen in de gewone taalkundige beteekenis." Van Bernhard Z w c c r s wordt vooral de waarde van zijn derde symphonic in dit hoofd stuk krachtig betoond; „De geheele opzet was groot", vertelt Dresden, „origineel, do bewer king van het thematisch materiaal kundig en boheerscht, geestig hier en danr". Over de liede ren van Zwecrs schrijft Dresden: „Genoeglijk, leuk, gevoelig hier en daar, werk vnn een jon geling, die het leven ziet zooals vader cn moe der, de familie het zien." Ondeugend nietwaar? En welk een wolkeloozc opgeruimdheid! „Zij weiden door velen cn vaak gezongen", vervolgt Dresden, doch slechts insi ders weten non welke eischcn een componist moet voldoen om dit succes te kunnen boeken! Hetgeen de Lange, Diepenbrock noch Zweers tot stond hadden weten te brengen daarge laten ol hun gevoeligheid verscheiden genoeg was om alle emoties te realisceren ver richtte J o h a n W a g e n o n r. „Nieuw leven, zonneschijn cn Irisschen, ver- kwikkenden wind in Holland's genoeglijke rnu- ziekguardc bracht Johan Wagenoai (geb. 1862), hoewel men hem moeilijk zou kunnen beschut di gen van niel-Holh landsche wegen h ndsch te zijn, of on-Hol- rtoo te hebben bewan deld Zijn zin v >or klucht en kleurigheid, boert en grappemt eens typisch Hollar ontaard in p'eiziei:, nocgens cn pretjes, (echt Hollandsch ook hebben hem dc mog oudbakken was en bi te stellen." Dresden merkt vi het werk van Wage de meest recente vc heele work is: ken, „Avondfeest", z nemen van een ,ze oeuvre van Wage vreemd was." Aan deze vier ikerij, eigenschappen die ;ch waren, en later zijn lung-bij-de-grondsch'* ge- zijn gevoel voor humor zijn gave tot parodieeren, lijkhoid gegeven, veel dat a.inl, geducht aan de knak olgc.ni» 'do kentering in iur op, welke hpden nog wondering. van diens ge- een zijner laatste wer- n zelfs invloeden waor tc (vie mystiek, die uon het aar lot nu toe absoluut htigcis" wijdt Dresden vele pagina's en it?n zij overtuigd, dat de moticvccring zijner z'n minst genomen zr zijn, al mag men na schillen. III. Van de tijdgei de mec-sten zeer vluc slïTHitoifers, vooral paalt tot een nuchte Over C o t h. van Rp „Cath. van Rennes nieuw genre weten t pvattingen stevig cn op r aannemelijk voor iedei uriijk in conclusies vor- i toten behandelt Dresden tig hier vallen eenigc de schrijver zich be- résumé hunner werken nnes zegt hij: ceft met haar liedjes een scheppen, dat werkelijk goed kan worden gc oemd, omdat, afgeschei den van de waaide ?r populaire muziek, de ,,toon" in tekst en nv iek uitstekend is getrof fen. Zij heeft met m mrlijk gemak nagegaan wat de kinderen aard den vinden en is cr schen tegemoet le k Rennes gemaakt heef lnndsch. Ik geloof dn: en onderhoudend zou- geslaagd aan die vven- menWat Cath. v. is zeker ras-echt Hol- enkele van haar liedjes op den duur tot volk ied gepromoveerd zou den kunnen worden; het zckei vnn vele b> lenh ndsche product In September zal genaar door dc worden gebrocht. ,Mu2 u het genre winnen zij :n nieuw werk van \V«~ ;ole Kring" ten uitvoer IV. Werden d: „mannen van tachtig" de een meer, de ander minder beïnvloed door Wagner, Brahms, Berlioz cn Strauss, op de latere ge slachten hebben Roger, Mahler, Debussy cn Strawinsky hun uitwerking niet gemist. Men zul bij de thuns levende jongeren niet vruchte loos do relaties, welke zij met de groote bui tenlanders onderhielden, zoeken cn dat is ook werkelijk geen schande. Schade steekt hier bo vendien hoegenaamd niet in, mits men zich den invloed bewust weet en zich langzamer hand er aan kan ontworstelen. Potentie en geestkracht kan men niet van anderen leeren, hoogstens een misleidende techniek en och, ge dragen klecrcn van anderen zullen toch immer den persoonlijken snit vnn den vroegeren eige naar blijven behouden. Dresden noemt u een geheeie stoet compo nisten op, meer don de nrgelooze muzieklief hebber zou vermoeden en het citeeren wordt een hopeloos werk. Het moge den litrcchtennni intcrcssccren wat Dresden noteert over de „Utrechtsche school", te weten: H. D. v a n Go u doevet1 en Willem P ij p c r. „Het moderne orkest, met al zijn combino ties (cn aberraties?) heeft geen mysterie meer voor H. D. van Goudoever (geb. 1898), dio jong reeds al die geheimen doorgrondde en in zijn vroegere werken dus reeds blijk gaf vnn een geboren instrumentutor te zijn. Knap, behecrscht, épatant werk, maar ccnigs- zins u lo mode, en wat los von structuur. Als men n.l. do instrumentatie ter zijde loot ik weet wel, dat deze methode eigenlijk onjuist is, omdat bij een goed werk dit clement intc- greerend is, moor zij is thans dienstig voor analytische beschouwingen dan houdt men over do grond-elementen zonder welke geen 1 werk denkbaar is. En dit is bij Goudoever der belangrijk, en ook niet zoo modem als dc i instrumentatie zou vermoeden. Men moet zijn werken dus aanvaarden zoouls ze zijn, cn het 1 verdere overlaten aan den grooten, onverbid- dcüjk-knogcnden Tijd." Over Willem Pijper oordeelt Diesden .,Een andere figuur is Willem Pijper (geb. i 1894) die reeds een belangrijk aantal werken produceerde en daorin een groote ontwikke ling doormaakte. Von zijn Te simfonie tot dc 2o is een geweldig o afstond en tusschen zijno „Fêtec galantes" op tekst van Verloine cn „Heer Halewijn" voor o capella kooi ligt haast de weg van een geheel geslacht. Die groei, die wel ontzettend snel, maar toch vol komen normaal is gegaan, heeft Pijper ge maakt tot den verst ontwikkelde von het tegen woordig geslacht.' De schrijver wijdt uit over'het a-lonole toon systeem, wat zich zoo ^krachtig in het werk van Pijper manifesteert. Zcei juist is het ge zien dc rhythmiek, welke bij Pijper tot een nieuwe, lorsche gestalte is uit gegroeid, oen groote beteekenis toe te kennen. „Bezien wij Pijpers komermuziekwerken van latercn tijd, b.v. het 2c Strijkkwartet of het sextet vooi blaasinstrumenten met piano dan volt het op, hoe hier is voortgebouwd op de rhythmiek dei 15e cn 16c eeuwers, en dot sommige fragmen ten, oppervlakkig bekeken, reeds lijken op de partituur-uitgave door Leichtenbrid van Monte verdi's modiicaal-werken. Elke stem heeft zijn eigen rhythme cn maatsoort en de maatst'iopen komen dus vaak ongelijk. „Dit is geen a-rhythmie, in de beteekenis die men aan dit woord geeft, maai integendeel het verder uitwerken der rhythmischc mogelijkhe den De verdiensten en gaven van Pijper zijn, dat hij met bewustheid zijn w'cg gaat, zich niet vergaloppeert aan hnrmonisthe tiuc- jes of excentriciteiten maai in den nieuwen, men kan zeggen, nieuwstcn stijl, elk werk als een geheel behandelt, waarin alle elementen op hun plaats staan Pijper is zeker omstuwd door de geheele cosmopolitische muziek van onzen tijd en de vernieuwingen der Fransche school, Strawinsky, misschien hier cn door Schönberg, en, in zijn eerste werken, Mahler, hebben op hem ingewerkt, maar men kan toch niet spreken van directe overeenkomst, vooral niet in zijn. later werk* v Met deze citaten meen ik te mogen volstaan. Het werk van Dresden is op dit gebied oen unicum in de Nederlondsche muziekliteratuur en het verdient de bclongstelling van „het mcnschdom cfat zijn vrijen tijd nuttig wil be steden" om te besluiten met een variant op de woorden van Busken Huet, door Dresden als kernspreuk voor zijn arbeid aanvaard. PIET riGGERS.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1924 | | pagina 10