BINNENLAND. Tot slot geef ik u een aardig sport pak je op in blond-bruin tricot of geweven stof, neem lijfje en rok aaneen; geef de toillelijn aan met een bruinleeren ceintuur en zet hier ook de wijde manchet en den platten, rond vallenden kraag mee af. Geef dan rok recht van voTen een, naar binnen vallende stolle plooi. Wilt u er nu mee wandelen, dan is hij hierdoor wijd ge noeg, maar gebruikt u hem voor in huis of op kantoor, dan sluit u de plooi van onderen met een paar knoopjes af. De rug is glad, recht en ruim en bloest een beetje boven de ceintuur. Het lijfje sluit van voren met een achttal knoopjes. Daaronder is de esnige luxe van het gansche toiletDe voorletters of de pet-name van het meisje dat het pak drogen gaat. De Staatscourant van heden 17 Octo ber bevat de volgende kon. besluiten Benoemd tot officier in de Oronje-Nassau Orde R. de Kadt, lid van de hoofddirectie van van den Bergh's fabrieken te Rotterdam toegekend de zilveren eeremedaille Oronje- Nassau Orde nan A. van Heesen rijksveldwach ter brigadier majoor te Ede benoemd tot inspecteur van de registratie en domeinen te Leeuworden N. J. van der Veen, thans rcgislrotieontvanger te Horsttot inspecteur van de registratie en domeinen te Rotterdam C. D. Tukker, thans registratieont vanger te Harlingen; op verzoek eervol ont slagen uit 's Rijksdienst T. H. Jape, belasting accountant te Rotteidam lo bureau; benoemd tot adjunct-accountant te Amsterdam le bureau E. von Driest, thans tijdelijk tot commies der belastingen ter inspectie Amsterdam H. J. Dronkers, adjunct commies aldaar en toi direc tie der belastingen te Amsterdam G. Here- nius, adjunct-commies benoemd tot belasting ontvanger te Lemmer P. C. Kooijman adjunct- commies der belastingen te Alkmaar. DE RIJWIELBELASTING. De toepassing der wet. Ter kennis van de umbtenaren der Rijks- on gemecntc-politie is gebracht, dat door den Mi nister van Financiën de onderstaande mede- deelingen zijn gedaan in verband met vragen aangaande de toepassing der Rijwiclbelnstinc- wet. Transportrijwielen, al of niet met afneem baren bak (zgn. carriers), zijn volgens het spraakgebruik als rijwielen te beschouwen en vallen onder de toepassing der Rijwielbelas- tingwet. Indien het stuur dezer rijwielen niet uit een buis bestaat en de inrichting van het rijwiel niet toelaat op de voorgeschreven zicht bare wijze het rijwielmerk aan de halh'oofd- buis of de bovenhuis van het rijwiel aan te brengen, moet Let belostingmerk niettemin aan dat stuur bevestigd worden. Driewie!ige rijwielbrencards kunnen gelijk gesteld worden met de ven belasting vrijge stelde rijwielen, genoemd in art. 4, letter b, uit overweging, dat het zou strijden met den zin dier bepaling, indien zij niet werd toege past wanneer de gebruiker van het rijwiel door zijn gebrekkigen toestand dit niet zelf kon voortbewegen, doch daartoe de hulp van een ander behoeft. Wanneer een op de voorgeschreven wijze aangebracht rijwielbelastingmerk bedekt is door een kleedingstuk, mand of ander voor werp behoort het opmaken von proces-verbaal te worden nagelaten, doch den berijder van t rijwiel moet worden opgemerkt, dot hij het aan zichzelf te wijten heeft indien hij tot stilhouden mocht gedwongen zijn. Zoolang het tegendeel niet is beslist, moet evenwel wor den aangenomen, dat een rijwielbelastingmerk, dat bedekt is met een laag lak (veroorzaakt door het lokken van het rijwiel) waardoorheen de keur van het merk niet zichtbaar is, niet overeenkomstig het voorschrift van art. 2 der wet aan het rijwiel is bevestigd. Evenmin is dit het geval indien het merk op een zoo danige wijze is bevestigd, dot het midden daar van of een der helften door het bevestigings- voorwers is bedekt. Een merk waarvan een stuk ontbreekt is niet als geldig aan te merken. Het is geoorloofd het merk door middel van een riempje, touwtje, metalen draadje of der gelijk hulpmiddel aan het stuur van het rijwiel te hangen, zulks met het oogmerk dat bij niet gebruik van het rijwiel gemakkelijk daarvan te kunnen verwijderen. Het uitlecnen van merken is geoorloofd, be halve van die, welke kosteloos zijn verstrekt, deze mogen enkel door den aanvrager worden gebezigd. Buitenlanders, die in het bezit zijn van een kaart Rijwielbelasting No. 4, mogen daarmede herhaaldelijk de grens overschrijden, zonder dat zij haar geldigheid verliest. Er bestaat be zwaar tegen het doen afgeven bij elkP binnen komst van een nieuwe kaart, daar de grens- ontvar.gers hierdoor noodeloos van ander werk worden afgehouden. De geldigheidsduirr eener zoodanige koarf is niet beperkt tot het tijdvak van 3 maanden na den dag deze afgifte, daar immers slechts wordt vereischt, dat de bezitter telkens niet langer dan 3 maanden achtereen hier te lande vertoeftvan een eenmaal afgegeven kaart kan zooiand overigens niet de grond voor vrijstelling van belasting is vervallen, gedu- reendc het gchccle kalenderjaar gebruik wor den gemaakt. Buitenlanders behooren, met betrekking tol de uitvoering der Rijwielbelastingwet, zoo wei nig mogelijk te wc-rdcn bemoeilijkt. In het algemeen kon een nauwgezette controle op-de naleving der wet worden beperkt tot die bui tenlanders, waarvan bekend is, dat zij voor hun beroep of om andere redenen geregeld het Rijk binnenkomen. PROF. TREUB OVER DEN TEGENWOOR- DIGEN TOESTAND. Een optimistisch oordcel. „Middenkoers" van deze week bevat een on derhoud met professor Treub betreffende de toekomstige belangen van Nederland, waaraan wij het volgende ontleencn „Ik hob reeds in het afgeloopen najaar her haaldelijk vastgesteld" aldus antwoordde Prof. Treub op een desbetreffende vraag „dat de vrees voor inflatie en voor een be langrijke depreciatie van den gulden onge grond en overdreven was. Intusschcn is de po sitie in zooverre nog gunstiger geworden, dot de financiën van het Rijk een niet onbelang rijke verbetering ondergingen. De economische vooruitzichten zijn weliswaar nog steeds alles behalve schitterend, doch men kan reeds eeni- ge teekenen waarnemen, welke op een begin nende verbetering in sommige tokken von be drijf wijzen. Had ik dus reeds een jaar gele den vertrouwen in de toekomst von den gul den, dan kan dit thans zoo mogelijk nog ster ker het geval zijn, natuurlijk onvoorziene ver- onderingen van de toestanden voorbehouden. Ik moet deze reserve maken, omdat bij de te genwoordige wereldtoestanden niet olie ele menten van onzekerheid als geheel uitgescha keld beschouwd kunnen worden." Op d<; vraag of prof, Treub het tegenwoor dige tijdstip rijp achtte voor het herstel van den gouden standaard ook in ons land, deelde hij mede: „Het herstel van den gouden standaard in Zweden heeft ongetwijfeld ook eenige gunsti ge resultaten opgeleverd. Wat ons land betreft, acht ik echter de kwestie van het herstel van den gouden standoord, uit een practisch oog punt bekeken, geen dringend vraagstuk. Wij zullen do stabiliteit van den gulden voorloopig ook zonder het herstel van den gouden stan daard kunnen blijven handhaven, en wij zul len onze aandacht beter aan de oplossing van veel dringender problemen kunnen wijden. Een definitieve regeling von de monetaire vraag stukken zal m.i. op de basis van internationale overeenkomsten plaats moeten hebben. Indien, gelijk veelal gehoopt wordt, de toepassing van het plan Dawes inderdaad tot een belangrijke verbetering in de economische en financieele positie van ons werelddeel zal leiden, dan zal ook het geschikte tijdstip komen voor de bij- cenroeping van een internationale conferentie, waarop de monetaire wereldvraagstukken op gelost zullen kunnen worden. Wij kunnen m.i. cit tijdstip kalm afwachten". Wat de economische situatie in Nederland en in onze Koloniën betreft, constateerde prof. Treub, dat de economische toestanden in Nod.~ Oost-Inaië den lnatsten tijd een belangrijke verbetering te zien gaven. De prijssituatie ten opzichte van alle belangrijke Indische produc ten is bevredigend. Zelfs wat de rubbervooruit zichten betreft, gelooft Prof. Treub, in zoo verre hij de situatie overzien kan, dat er géén belangrijke gevaren dreigen. De positie ven de Kon. Pakketvaart-Mij. welke thans zeer gun stig is, mag als een barometer ten opzichte van de economische toestanden in Indië be* schouwd worden. „De economische toestand van Nederland toont echter een veel minder gunstig beeld. Op enkele gebieden vallen weliswaar teekenen van een beginnende herleving der *bedrijvig- heid waar te nemen en ook op de vrachten- markt is de situatie in den laatsten tijd iets gunstiger geworden; in het algemeen is echter de toestand nog steeds vrij ongunstig en in verscheidene takken ven handel en nijverheid schijr.en de voorwaarden voor een winstge vend bedrijf nog niet verzekerd tc zijn De laatste vraag had op de toekomst van de Duitsche concurrentie betrekking. Zoodra de problemen verband houdende met het crediet- en kapitaal vraagstuk in Duitschland opgelost zullen zijn" verklaar de Prof. Treub „zal ongetwijfeld een toe neming van de Duitsche concurrentie op de wereldmarkt plaats vinden, aangezien de Duit sche ondernemingen ten opzichte van de tech nische en commercieele organisatie op een hoog peil staan. De Duitsche export zal door den invloed van drie factoren gestimuleerd worden Deze zijn Ie. Het streven om er we der bovenop te komen, dot zich bij de Duit sche ondernemers zeer sterk doet gevoelen. 2e. Het feit, dat een groot gedeelte van de Duitsche industrieëelc productie op de bin- nenlandsche niarkt niet afgezet zal kunnen wor den en 3e. het feit, dat Duitschland zijn fi nancieele verplichtingen jegens de geallieer den slechts op de basis van een export-sur plus zal kunnen nakomen. „Niettemin ben ik niet bevreesd voor een Duitsche dumping, omdat Duitschland ook met het oog op zijn financieele verplichtingen op den duur niet in staat zou kunnen zijn zijn exportaitikclen tegen Schleuderpreise te ver- koopen en omdat de hooge belastingen enz. ook voor de Duitsche ondernemingen een ze kere handicap zullen vormen. Cm zijn finan cieele verplichtingen te kunnen nakomen, zal Duitschland voorts in de eerste plaats naar de groote geallieerde landen moeten exporteeren en een zoo beperkt afzetgebied, als de Neder- lahdsche markt, zal hierbij slechts van een be trekkelijk ondergeschikte beteekenis blijken te zijn. Bijzondere beschermende maatregelen te gen een eventueele Duitsche dumping acht ik met het cog hierop overbodig". DIENSTVOORW AARDEN TRAMWEGPERSONEEL, Het personeel der N. Z. H. T. M. en het vakvereenigingslidmaot- schap. Op de vragen van den heer Van Braambeek betreffende de goedkeuring van het reglement Dienstvoorwaarden voor het personeel der Noord-Zuid-Hollandsche Tramweg Mij., waar in aan het personeel het verbod wordt opge legd, om zender toestemming der directie een openbaar ambt te aanvaarden of om lid te zijn van het hoofdbestuur van een vakvereeniging, antwoordde de minister van waterstaat Reeds in het R. D. V. 1918 der Noord-Zuid- Hollandsche Tramweg Mij. was het bekleeden van bezoldigde of onbezoldigde betrekkingen en ambten afhankelijk gesteld van een door de directie te verleenen vergunning. De in de vragen bedoelde bepaling van het nieuwe R. D. V. voert dus niet eenig nieuw beginsel in. Toen de directie in de nieuwe bepaling het lidmaatschap van het hoofdbestuur eener vak vereeniging afzonderlijk wenschte te vermel den, is haar nadere toelichting gevraagd, waar bij twijfel werd uitgesproken, of nan deze af zonderlijke vermelding behoefte bestaat, daar bedoeld lidmaatschap geacht zou kunnen wor den begrepen te zijn onder de reeds sedert 1918 geldende algemeene uitdrukking „bezol digde of onbezoldigde betrekkingen". Blijkens haar antwoord beoogde de directie door de afzonderlijke vermelding twijfel om trent dit laatste te voorkomen. Zij stelde hierop prijs, omdat aan bedoelde functie uitgebreide werkzaamheden verbonden kunnen zijn. Daarbij werd vermeld, dat te voren ingevolge de oude bepaling toestemming tot het bekleeden van zoodanige functie was verleend." Hieruit blijkt, dat reeds de bepaling van 1918 dezelfde toepassing vond, 'be de bewoordingen der nieuwe uitdrukkelijk medebrengen, zonder dat daaromtrent ooit bezwaar is geopperd, en tevens, dat bij de directie niet de bedoeling vooraf, om aanvaording van het lidmaatschap van het hoofdbestuur eener vakvereeniging te beletten. Daar bovendien niet ontkend kan worden, dat bij tramwegondememingen in verband met de getalsterkte van het personeel het vervullen van dergelijke betrekkingen vrij groote betee kenis voor het belang van den dienst kan heb ben, is tegen bestendiging van hetgeen feitelijk reeds sedert 1918 gold geen bezwaar gemaakt. Mochr intusschen, in afwijking von het ver leden, de praktijk een minder juiste toepassing van de bepaling aan den dag brengen, dan zal daarop, in geval van herziening, nader dienen te worden gelet. HET STAATSVISSCHERSHAVENBEDRIJF. TE IJMUIDEN. Een verlies van bijna drie ton. Volgens het gisteren verschenen verslag heeft het Staatsvisschershavenbedrijf te IJmui- den over het vorig joar een verlies geleden van 288,629.voor welks dekking eene uitkee- ring uit de rijksmiddelen ontvangen' werd. UITVAART DR. DEPLA. Onder veel belangstelling ven Vla mingen en Nederlanders. Donderdag vond de plechtige uitvaart dienst plaats van den te den Hoag overleden dr. Alphons Depla, ails te Kortrijk, een zeer bekend figuur uit de Katholieke Vloamsche be weging, gewezen lid van den Raad van Vlaun- deren, onder-voorzitter van het Vlaamsch- Katholiek Secretariaat, oud-provinciaal Raads lid van West-Vlaanderen en eere-voorzilter van he{ West-Vlaamsen Stitdentengüde. Dr. Depla, die in 1918 naar Hollund uitge weken v/as, daar hij in België wegens activisme ter dood veroordeeld was, heeft lange jaren aan het hoofd der VJaamsche beweging ge staan cn zijn overlijden heeft op alle Vlamin gen een diepen indruk gemankt, daor hij be schouwd werd als het symbool van den Vlaam- schen banneling. In de kerkvan O. L. V. van Goeden Raad aan het Bezuidenb.out werd om half tien een plechtige Requiemmis opgedragen. Onder de aanwezigen waren talrijke afge vaardigden van de Vloamsche vereeniging Hou en Trou te Den Haag, Flondria, Rotter dam en de Hollandsch-Vlaamsche Vereeniging te Amsterdam en Utrecht. Voorts afgevaardigden van tal von vereeni- gingen uit Vinanderen. Ook waren aanwezig Anton Thiery, letterkundige te Tie!; L. Simons, leider van de Wereldbibliotheek te Den Hoog; H. Wirih, toonkunstenoor, Johan de Meester, letterkundige te Rotterdam, enz. Namens het Dietsch Studentenverbond cn de Jongelieden afdeeling Den Haag van het Alg Ned. Verbond waren aanwezig de heeren W. J. van den Bergh en 'A. H. M. van Weel. Na den kerkdienst werd het Vlaemsche volkslied gespeeld. Vervolgens begaf men zich naar het sterf huis, waar de aanwezigen zich 'rondom de met bloemen bedekte lijkbaar schaarden. Als eerste spreker trad naar voren mr. Floi Heuvelmans. Vervolgens voerde het woord namens het Dietschc Studentenverbond, de heer Van den Bergh. Een zoon van dr. Depla, priester in Vlaan deren. dankte allen voor de eer zijn overleden vader bewezen. Gister werd het lijk van dr. Depla naar Kortrijk vervoerd, v/ar.r de begrafenis Zaterdag plaats vindt. JHR. DR. J. M. A. GEVERS LEUVEN, f Begrafenis op Oud Eijk en Duinen. Donderdag werd op de begraafplaats Oud Eik en Duinen ter aarde besteld het stoffelijk overschot van wijlen jhr. dr. J. M. A. Gevers Leuven, in leven eerste geneesheer bij de bij zondere strafgevangenis te Scheveningen, die in den ouderdom van 53 jaren is overleden. Toen de stoet het kerkhof betrad, werd de baar gedragen door leden van EersV* Hulp bij Ongelukken en gevolgd door gevangenis personeel. Een groot aantal bloemstukken werd meegedragen. Nadat aan het graf door dr. F. van Gheel Gildemeester, Ned. Herv. predikant, een ksrte rede was uitgesproken i>prak het eerst de voorzitter van het college van regenten over de strafgevangenissen de heer mr. H. A. van Rees. Namens de afd. 's Gravenhage van de Ned. Ver. Eerste Hulp bij Ongelukken en mede na mens de daarmee ten nauwste verbonden Hnagsche Eerste Hulpbrigade voerde dr. G. W. Boland het woord. Hierna voerde het woord Dr. Deknatel, voor zitter van de afd. 's Gravenhage van de Ned. Mij. tot bevordering der geneeskunst. Jhr. jnr. W. Th. Gevers Deynoot sprak een persoonlijk woord tot den zoon van den over ledene. De directeur van de bijzondere strafgevan genis te Scheveningen, de heer N. Gijse Wee- nink sprak van de uitstekende samenwerking met dr. Gevers Leuven; de voorzitter van de Eerste Hulpbrigade, de heer Scholte dankte dr. Boland voor zijn hartelijke woorden en ver zekerde, dat de leider bij de' leden in trouwe herinnering zal blijven; mej. Zr. Hellemans sprak namens de Koloniale school voor meis jes en vrouwen. Een zwager von den overledene dankte voor de eer, waarmee de plechtigheid geëindigd was. BEGRAFENIS L. SANSON. Op Pcre Laclinise. In tegenwoordigheid van vele leden der Ne- derlandsche kolonie is op het keTkhof Père Lachaise te Parijs ter aarde besteld het stoffe lijk overschot van den heer L. Sanson, oud- voorzitter van de Ned. Kamer van Koophandel. De heer J. Asschcr wees op het aandeel dat wijlen de heer Sanson, evenals zijn opvolger, nu reeds wijlen de heer v. Hemert, bij de op richting van de Kamer van Koophandel heeft gehad. Aan dot werk gaf hij zich van ganscher harte, gelijk ieder, die iets te vragen had, bij hem van een open oor verzekerd was. Hij hed zijn tweede vaderland lief en heeft daarvan ge tuigd op een wijze, die niet algemeen bekend is, maar dit belette niet, dot hij een warm pa triot gebleven is. De secretaris-generaal, mr. M. C. M. Voor- beytel, sprak woorden van dank voor de vriend schap, waarmee de ontslapene hem had willen vereeren. Hij schetste de hartelijke genegen heid die Sanson Frankrijk toedroeg. Mij was een man met een scherp oordeel, die niet sprak of hij moest zich terdege bezonnen heb ben. Niet slechts de handel vond in hem een .steun. Sanson hed een levendige belangstelling voor kunst, muziek en litteratuur. Ten slotte dankte de hee: J. Labouchére uit naam van het gezantschap voor alles, wat de heer Sanson ter wille van het Nederlandsch be lang heeft gedaan. INVAL IN HET BUREAU VOOR BELASTINGINNING. Dc directeur gearresteerd. Gistermiddag heeft de justitie een invol ge daan in de kantoren van het Bureau voor Be lastinginning, die gevestigd zijn in het per ceel Singel 258 te Amsterdam. Allo boeken, kaarten en verdere bescheiden werden in beslag genomen en per politieauto naar het hoofdbureau overgebracht. De direc teur van het Bureau voor Belastinginning, N. J. R., werd in arrest gesteld. De justititieele inval werd geleid door den substituut-officier van justitie mr. dr. P. van Heijnsbergcn en den rechter-commissoris mr. Doll, die vergezeld waren van den inspecteur van politie, dc*n heer van Slobbe en cenige rechercheurs. Nader deelt men ons mede Geruimcn tijd geleden verschenen in de Amstcrdamsche dagbladen groote adv^rtentiën, waarin de vestiging van het bureau werd aan gekondigd. Men moedigde een ieder aan door middel van het bureau zijn belasting in ter- mijnenn tc laten betalen» Het bureau begon een flinke reclame-actie. Een 18-tal agenten werden aangesteld voor propaganda en inning van de belastinggelden. Zoo wist men in den loop der tijden ongeveer 5000 abonnées aan het bureau te verbinden. Het waren meeren- deels de „kleine luiden" die hun belastingpen ningen aan het bureau toevertrouwden. Be dragen tot één tot tien gulden en ook wel meer werden wekelijks door de agenten bij de aangeslotenen afgehaald. Deze moesten zich onderwerpen non een 13-tal bepalingen. Vol gens deze moesten de belastingpapieren aan het bureau in bewaring gegeven worden; eerst nadat zij geheel betaald waren, zouden zij teruggegeven worden. Iedere maand zouden de gestorte gelden op het belostingkantoor be taald worden. De gestorte gelden zouden nooit teruggegeven kunnen worden. Zij zouden uit sluitend aangewend worden voor betaling der belastingen. Eenige maanden geleden kregen echter verschillende abonnés een dcurwoardors- exploit wegens belastingschuld thuis. Bij de agenten werd geïnformeerd en deze vroegen weer op hun beurt opheldering aan de di rectie. De heer R. maakte zich er steeds met het praatje van af, dat de zaak in orde zou ko men, maar intusschen werden de aan het bu reau toevertrouwde gelden niet aan de belas- ting-administrntie afgedragen. Op 18 Sept. 1.1. weiden 4 agenten, die het de directie waar schijnlijk wat al te lustig hadden gemaakt, ontslagen. De directie trachtte zich te reha- fciliteeren, door aan hare abonné's een ver trouwelijke mededeeling te doen toekomen, waarin zoogenaamd de verdachtmakingen der ontslagen agenten werden weerlegd. De di rectie had met haar circulaire haar doel be reikt, zij wist weer bij haar abonné's het ver trouwen te herwinnen. De laatste weken kreeg men echter weer achterdocht en vervoegden zich enkele abonnés aan het bureau om hun geld terug te halen en als lid te bedanken. Het feil dat door het bureau ook voorschotten tegen vergoeding van hooge rente werden ge leend aan lieden, die het heele bedrag van den belasting-aanslag direct moesten betalen, wakkerde het wantrouwen bij vele leden van het bureau nog aan. Inmiddels regende het klachten bij de politie en heden achtte zij haar tijd gekomen om een inval te doen. VALSCHB MUNTERS. 4 personen gearresteerd. De Tel. meldt uit Gorkum: Te Nieuwland bij Gorinchem zijn gisteren 4 personen gearresteerd, onder wie de gebroe ders V. B., varkenshandelaren, die valsch bank papier van allerlei waarde, zelfs van 1000 uit gaven en vóórts tv/ee Rotterdammers, die het valsch papier vervaardigden. Het parket uit Dordrecht is heden ter plaatse om een onder zoek in te stellen. Nader wordt gemeld: De arrestatie baarde groot opzien. Het schijnt dot commiezen van de belastingen een geheime branderij meenden te zullen vinden ten huize van een der aange houdenen. De inval leverde toen het vinden van groote bedragen aan valsch geld. Alle aan gehoudenen zijn naar Dordrecht overgebracht. STRANDING. Een Engelsche Goole-boot gestrand. De Engelsche Goole-boot „Ouse" is op den Hinder gestrand. De sleepbootcn „Zuiderzee" en „Rozenburg" vetrokken ter assistentie. Eerstgenoemde sleepboot strandde eveneens op den Hinder. Het bergingsvoartuing „Meer min" is met materiaal naar de strandingspleats vertrokken. Nieuwe Uilgaven Lydia's moeilijkheden, door Willy Petillon Uitg. v. Holkema en Waren- dorf, Amsterdam. Een kind met een lastig, moeilijk humeur is niet alleen een kwelling voor de ouders, maar bezorgt zich zelf ook heel wat onaangenaamhe den, die het kinderleven nu juist niet vervroo- lijken. Zoo'n lastpost is Lydia de Veere, die steeds waant te kort te worden gedaan en zich immer verbeeldt, dat niet genoeg zorg aan haar wordt besteedt In den grond is zelfzucht haar kwaal, waardoor ze komt te staan buiten het prettig, gezellige leven van het gezin de Veere. Een reeke van gebeurtenissen geeft de schrijf ster, de een meer de ander minder aantoonende het onmogelijke van Lydia's houding. Maar hoe groot die reeks ook is, nimmer wordt het verhaal vervelend; het blijft belangwekkend tot het ein de toe, als Lydia door een ernstige ziekte harer moeder tot inkeer komt. De boeken van Willy Petillon laten zich niet alleen aangenaam lezen, maar hebben steeds een goede waardevolle strekking. Ook dit boek is uit pacdagogisch oogpunt zeer aan te bevelen. Proza, door Louis Couperus. Uitg. v. Holkema en Waren- dorf, Amsterdam. Van de belangwekkende proza stukken van onzen grooten stylist is thans de tweede bundel verschenen. Bij het verschijnen van de eerste reeks hebben we op de groote waarde dezer uit gave gewezen, die door geheel letterlievend Nederland met groote vreugde begroet zal zijn. De verzameling dezer stukken doet, als geen ander werk van den schrijver, Couperus kennen als den man van fijnen geest en den aristocraat in denken en zeggen. De schaduw van het Oosten, door E. M. Huil. Uitg. Em. Querido, Amster dam. De spelingen van het lot zijn veelal wonder baar, maar dikwijls ook wreed. Althans voor iemand van fijn gevoel, wiens gemoed rein is gebleven te midden der zonden dezer wereld. En zoo iemand was Barry Craven, die in Japan een jeugdige Japansche had leeren kennen, die. hem verafgoodde. Maar Barry's vader had lan gen tijd in Japan gewoond en toen het meisje meende op het hoogtepunt van haar geluk te staan, bracht het toeval uit, dat zij een dochter was van Barry's vader. Voor een man als Barry was dat een wreede ontdekking, die hem in wanhefbp en vertwijfeling bracht. In zijn eerste opwelling stiet hij haar van zich af, een verne dering die haar in den dood dreef. Deze episode vervolgde hem in zijn latere leven als de donkere schaduw. In Europa weergekeerd legt het lot hem een plicht op, nl. het voogdijschap over de dochter van een vriend. Dit meisje, Gillian Loche, wordt qc vreugde van zijn landgoed en ook Barry ziet haar steeds meer in zijn leven van beteekenis worden. Maar hij mag haar niet aan zich bin den de schaduw drijft over hem. Toch huwt hij haar, meer uit vrees, dat anders een ander in zijn plaats zal treden; maar Japan verbiedt hem het echtelijke leven. Vrienden zullen ze zijn. Begrijpelijk wordt het leven na dien nog ellen diger. Ten einde raad gaat hij op expeditie in Afrika cn Gillian vertrekt op haar verzoek naar Parijs. Na een leven van moeite cn zorg, aan heide zijden, maar vooral voor Gillian, die op eigen wieken wil drijven, komt Barry terug en vindt zijn vrouw terug aan verhongering ten prooi. Nu komt eindelijk de verklaring en Gil lian's liefde is groot genoeg om met hem het leven te deelen. De schrijfster heeft dit leven van Barry Cra ven geschetst op een wijze, dat men er geheel in opgaat evenals in het troostelooze bestaan van Gillian. F.n de sympathieke figuren van Barry's tante en van Mr. Peters wekken niet minder de be langstelling. Geheel het verhaal boeit dan ook op ongemeene wijze, zoodat men het in één adem uit zou willen lezen. Fabeltjes en Sprookjes, door Otto van de Maeze. Uitg. „Boek cn PeriodieJc", den Haag. Wie met kinderen omgaat en hen op de een of andere wijze moet bezighouden, weet, dat sprookjes altijd welkom zijn. En niet alleen de kleintjes, ook groote kinderen luisteren, en wij vinden dat gelukkig, nog graag naar het vertel len .van een sprookje. Maar. het bepaalt zich wel eens vaak tot heel bekende verhaaltjes en daarom is het toe te juichen, als er weer eens werkelijk nieuwe komen. En dat is met dit boek het geval. Otto van de Maeze komt hier met een vijftiental sprookjes en fabeltjes, die heel goed verteld zijn en daarbij nog de leerzame strekking hebben, dat ze veel uit het dierenleven vertellen. Ook de illustraties van J. W. M. Wins doen het heel goed. zoodat we dit boek gaarne aanbeve len. Hoe een kleine poes de groote wereld in ging, door Bep. v. d. Harst. Uitg. „Boek en Periodiek" den Haag. Het is niet gemakkelijk voor kinderen te schrij ven. Zoo gemakkelijk vervalt men in woorden i*u zinswendingen, die boven de bevatting gaan, ol, wat nog erger is, gaat men :n gezocht kir.aerlij ken toon schrijven. Dat de natuurlijkheid daar onder lijdt, spreekt van zelf. Bep v. d. Horst heeft zich daarvan vrij weten te houden. Zij kent de taal van het niet te groote kind en weet ook wat interesse aan haar lezertjes biedt. Daarbij beschikt zij over een vaardige pen, zoodat een verhaal als dit zeker met vreugde zal ontvangen worden. Ook dit werkje is op keurige wijze door Wins van plaatjes voorzien. Vier reizende muzikantjes, door Sarah van Wijck. Uitg. „Boek en Periodiek", den Haag. £cn sprookje van vier kikkertjes: Ping-Pang, Kwikkie, Blazoen en Boemsa, die lustig er op los weten te spelen. Grappig wordt van deze vier verteld, terwijl telkens muziek hun lotgevallen illustreert. De tekst en de muziek zijn vaak koste lijk en buitengewoon geschikt om op lange win teravonden een heel amusement te biedén, waar van zeker niet alleen de kinderen zullen genieten en leeren. Want de vier muzikantjes beoefenen de weldadigheid op goede wijze. Zij geven hun talenten om een zwak meisje genezing te kunnen verschaffen De muziek is van Anna Wins en de teekenin- gen van J. W. M. Wins

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1924 | | pagina 10