21 AFSLAG VAN EIERKOLEN
KOK's Brandstoffenhandel en Electrische Brekerij
MAGAZIJN
„VOORWAARTS
Langestraat 60 -
Tijdens de Reclameweek
10 KORTING
op alle artikelen
Heeft U ze al gezien??
De meest gewilde Theekoppen om B00THS
hun heerlijke modellen en rijke décors
thans franco uwe Bergplaats stofvrij per H.L. f 1.55 Extra! Extra! Gloria Eierkolen per H.L. f 1.65
Gloria-anthraciei per H.L. f 2.50 en f 3.50. Gebroken Wales-anthraciet (het allerbeste) per H.L.; f 5.00
PARAGON
Kolenpark Soesterweg-Spoor
Bestelhuizen: van Perseynstraat 4 Utrechtscheweg 71
(Depöt Ververij Palthe)
Tel. 863.
Sumatrastraat 20
Langestraat 25
Engelsche
Theekoppen
Van den Vrijheidsbond zcide de spreker, dat
de oude Manchester-leer en dc theorieën van
een Thorbeeke en meerdere groote mannen ver
vaagd zijn. Dc oude opvattingen van „hoog de
vrijheid" vinden alleen toepassing" wanneer het
gaat om de beknotting van de rechten van den
eenvoudigen burger en workman. Behoudende,
eactionnaire politiek is voor de oude liberale
idee in de plaats getreden. Onder dc katho
lieken is den laatsten tijd een beweging gaande,
welk zich van de behoudende, dogmatische bon
den wenscht los te maken, zoowel van de
wereldlijke als kerkelijke overheid. Wij juichen
deze democratische strooming zeer toe, maar
en dit is weer het kernvei schil, zij deelen
op het terrein van het oeconomische leven onze
mecning, de goede katholiek blijft echter de
moederkerk onder allo opzichten trouw, aan
vaardt daarmede de dogmatische instellingen
der kerk, terwijl w ij op onze wijze onze
christelijke beginselen willen belijden.
Ontwikkeling en kennis te brengen in clkcn
kring, is een der groote hulpmiddelen tot welke
de vrijz.-dem. steeds grijpt. Het onderwijs is
voor ons dan ook een der grootste middelon
om de maatschappelijke kwalen te heelen.
De heer Berghuis behandelde vervolgens nog
de sociale wetgeving van de Vrijzinnig-Demo
cratische Partij en gaf vervolgens het woord
can Mr. H. P. Merchant.
Rede van mr. H. P. Merchant.
In de eerste plaats wcnschte de heer Mor-
chant ccn korte opmerking te maken bij een
der hoofdpunten van het partijprogram, n.m.l.
de handhaving en bevestiging van het parle
mentaire stelsel. Wanneer van de democratie
iets terecht zal komen, aldus spreker, moet ons
parlementaire stelsel ongerept worden gehand
haafd. fiet weren der democratie is, dat het
volk zelf controle heeft over het beleid van de
regecring. En om de gelegenheid te hebben
mannen oon 't bewind te krijgen, waarop men
kan vertrouwen, dient de verkiezingsstrijd;
zoo kan het volk hooren wat de condidaat zal
deen, zoodro hij zijn mandaat heeft gekregen.
Er zijn, helaas veel fouten daarin begaan.
Vooral de rechtsche partijen zeiden het volk
wel hoe te kiezen, doch een gedetailleerde
uiteenzetting wat men van plan was, ontbrak
bijna steeds. Een dezer dagen werd in 't En
gelsche parlement de leider van het conserva
tieve kabinet Baldwin ter verantwoording ge
roepen. In den verkiezingstijd had hij niet ge
zegd protectionistische maatregelen te zullen
nemen, doch eenmoal aan het bewind deed hij
dit wel. Het antwoord van Baldwin was merk
waardig. Hij herhaalde de rede die hij voor
zijn verkiezing had gehouden, en toonde
daarin oan de kiezers te hebben tevreden ge
steld. Hierdoor erkende hij dus, dut de geko
zene in details de beloften moeten houden en
nakomen, die hij te voren heeft bekend ge
maakt. Zoo moet het ook zijn. Alles wat na de
verkiezing geschiedt, moet openbaar worden.
Ge moet eischen dat uw condidaten zeggen
wat te zullen doen, en dat ze deze beloften
ook gestand zullen doen. Zoo kan het volk
het beleid van dc regeering controleercn. He
laas is hier veel tegen gezondigd, en daardoor
Is het vertrouwen in het parlementaire stelsel
niet alleen geschokt, doch het gehccle sys
teem gaat zoodoende teloor. Maatregelen
worden er getroffen die tegen de volksovcrtui-
gen ingaan. Spreker hecht cr gewicht aan te
trachten in den verkiezingsstrijd het volk te
doordringen om vast te houden san net parle
mentaire stelsel. Dc belangstelling zol er ze
iier door vermeerderen.
Vervolgens sprak mr. Morchont over een
tweede belangrijk punt uit het werkprogram
der pertij, n.m.l. de ontwapening. Ik durf er,
aldus spreker - haast niet over te beginnen.
Vanmiddag is door den heer Dresselhuys in
dc Tweede Kamer betoogd, dot hij cr niet
meer over pre ton wilde, de ontwapenaar^ zijn
zoo dood als een pier. De heer DuymAer van
Twist zcidc, dat „het de wil van God is dat
wij, Nederlanders, in Nederland wonen, en dus
is het ook de wil van God dot wij dc grenzen
legen indringers bewaken". Moor dan is er
ook de wil von God om, zoo het mogelijk is,
den oorlog met ideëele middelen uit tc roeien.
Motto zcidc in den Volkenbondsvergodcring,
dot het ook God's wil was, om te maken dot
de zonde niet meer tot oorlog leidt. De heer
Tilonus sloot zich aan bij den heer Rijcke-
vorsel. Deze betoogde dat er in het pact van
den Volkenbond en het protocol van Genève
dc bepalingen voorkomen, dat ieder zich tegen
buitenlondsche vijanden moet verweren cn dat
de bondgenootcn te zamen het lar.d moeten
aanvallen, dot de stotutcn von den Bond over
schrijdt. Hierdoor zouden wij, ols zijnde lid
van den Volkenbond, niet kunnen ontwapenen.
Als vierde punt werd aangevoerd dat de ont
wapening wederkeerig moet zijn zoolang er
nog één lond in de wereld gewapend is, zou
Nederland dus ook niet kunnen ontwapenen.
Toen Nederland zich aansloot bij den Vol
kenbond, dachten wij een stop je nader tot de
ontwapening te zijn, doch wonneer men den
toestand als boven aangegeven beschouwt,
dan zijn we er juist meer van afgegaan. De
heer Dresselhuys vond het noodig onze bewa
pening zelfs te verdubbelen, omdat volgens da
twee geriemde artikelen wij verantwoordelijk
heid op ons zouden hebben genomen cn een
flink leger onmisbaar was. Door toetreden
zouden we dus eer achteruit dan vooruit zijn
gegaan. Stellen wij ons den toestand van 1914
eens voor in de tegenwoordige omstandighe
den. Duitschland schendt de Belgische, en
ontziet dc Nederlandsche grens. Wij bleven
neutraal. Indien nu hetzelfde echter weer gc-
gebeurt zijn de conclusies heel enders
Duitschland schend^ dan tevens dc statuten
von don Volkenbond, waarvan het gevolg is,
dat Nederland zich verplicht ziet dc vijanden
van Duitschland bij te staan Nederland ligt
don open voor Engeland cn Frankrijk ols ope
ratie-terrein cn oen pracht-gelcgcnhcid tot het
bestoken van de westgrens van het Duitschc
rijk. In 1914 werden wij ontzien orn oeconomi
sche cn militaire redenen daar w ij neutraal
waren mochten ook geen vijanden op ons ge
bied, zcodnt dc rechterflank ven het Duitschc
leger door onze neutraliteit werd gedekt. De
tweede conclusie zou nu zijn, dnt de Duit-
schers in deze omstandigheden cr niet het
minste belang bij hebben om Nederland te
ontzien, waar wij volgens het poet geheel open
liggen. Voel nu welk een verschil dit uitmaakt,
en voel welk een absurditeit het is een leger
noodig tc hebben om onze neutraliteit te hand
haven, waar de neutraliteit niet meer bestaat.
Ons verdedigingsstelsel is trouwens nog altijd
verkeerd. Dc vesting Holland en stelling Am
sterdam hebben niet de minste betcekenis
meer.
Hebben wij niet een groote verplichting op
ons genomen, met tot Óen Volkenbond toe te
trecen Wij moeten orvs grondgebied voor
Duitschland open stellen, ten voordcelc van de
andere groote landen, ten nadeele von Neder
land zelf. Een herhaling van zulk een oorlog
ligt echter ver buiten onze gezichtskring, cn
aile andere eischcn verdft-ijr.cn daarbij in het
niet. „Nederland zou een leger moeten hou
den", heeft men opgediept uit de bepalingen
van het protocol, waar Poliiis zegt dat r^en
staat die wordt aangevallen zich moet en kon
verdedigen met dc middelen waarover hij be
schikt. Deze bepaling is echter slechts een uk-
zondering op het algemeen verbod om te
vechten. Het grondprincipe is dat do volken
geen oorlog zullen voeren. Finland, Letland
en Frankrijk waren cr tegen toen voorgesteld
werd het woordje moet uit deze bepaling te
laten vervniten, doch zijn de rijken die niet
kunnen ontwapenen. Deden zij het (Finland
en Letland) don liepen zij gevaar op van het
Roode Leger. Ziedaar de rest van de weder-
keerighcid. Frankrijk is, begrijpelijk, bang voor
een herhaling van den oorlog, terwijl het Brii-
sche rijk, met 2ijn uitgestrekte bezktir.gen in
de werelddeelen niet maar a bout portent kan
ontwapenen. Doch Nederland verkeert in een
buitengewoon veilige positie. Duitschland ont
wapend, Frankrijk en Engeland afhankelijk van
het verdrag van Versailles. Wij behoeven
geen oorlogsweermacht meer te 'houden.
Doch, vraagt ge is dit niet in strijd met het
zedelijke, is dit geen „klaploopcr" Graaf van
Moltke heeft de ontwapening van Denemarken
voorgesteld en de Volkenbond heeft het ten
zeerste toegejuicht. De oorlog is een zaak voor
de landen die zich niet ontwapenen kunnen,
Nederland kan zich ontwapenen, zonder dat
het iemand hindert. Menigeen denkt het on
verantwoordelijk. Als men werkelijkheidszin
heeft, en het voorrecht als ik, burgerlijke mi
litaire autoriteit te zijn en de ernstige wil cn
iefs van tc maken komt men tot de ontdekking
dat het voor Nederland een hopelooze zaak is.
Hoet moet dat gaan Het leger zal in den oor
log de eerste stoot moeten geven ons kleine
legertje zal gebruikt worden om zich te weren
tegen de ontzettende macht die uit het Oosten
komt opzetter.. Het zal onvoorwaardelijk wor
den vernieigd. En is hier geen verantwoorde
lijkheidsgevoel
Spreker wees nog op de 2verschrikkingen
van den gasoorlog. Het ergste is, dot niet al
leen de soldaten, doch ook de niet-combattan-
ten als slachtoffers zullen moeten vallen. Hij
heeft heden twee amendementen ingediend, om
gedaan te krijgen dat Nederland nimmer oan-
vallenderwijze met giftgosscn zal beginnen (ap
plaus).
De heer Dresselhuys heeft uitgerekend wot
een politielcger zal kosten van 12.000 men,
bcroepsmenschcn. Het komt bijna zoo duur
als ons tegenwoordig leger. Wat zou TOen
mee moeten doen. In Denemarken wordt elk
jaar 300 man opgeroepen, geoefend, en verder
weer naar huis gestuurd, met ^e verplichting
op te komen, als 't noodig is. Wij hebben zoo'n
groot politielcger niet van noodeMr. Mar-
chant eindgide met er nogmaals op te wijzen
dat de Vrijz. Democratische Partij zonder
schroom het punt ,.te brejeen met onze zelf
standige weermacht" op kan nemen, waar
voldoende blijkt dat een leger als thans cn
in deze omstandigheden overbodig is.
Nadat van de gelegenheid tot vragen stollen
door een persoon een bescheiden gebruik was
gemaakt sloot de Voorzitter de vergadering
met dsrvk aan den spreker en ccn opwekkend
woord tot de aanwezigen, do volgende verga
deringen eveneens te bezoeken.
Nieuwe Uitgaven.
Haar die men niet beminnen
mag, door Guido da Verona.
Uitg. v. Holkema cn Warcn-
dorf, Amsterdam.
Arrigo del Ferrante was uit een winkel ge
komen. zijn vader was brillenslijpcr, en slechts
door eigen kracht, zij liet dan op weinig scru
puleuze wijze, had hij zich een plaats veroverd
in de high life. Zijn duistere maar almachtige
eerzucht had hem geroepen te leven tusschen
menschen, die in geboorte stonden boven hem,
wier rijkdom en weelde hem toeschitterden. Om
zoo hoog te stijgen had hij zich schuldig ge
maakt aan cenig bedrog, had zijn plebeische af
komst verloochend. Hij had zijn weg gekozen
in de schaduw. Met vaardigheid had hij hen
als vrienden weten te kiezen, die hem cenig
geldelijk voordeel konden aanbrengen, hij had
gebogen, zich vernederd., soms was hij verme
tel en brutaal geweest, soms ook bescheiden.
Het zwakke vrouwenhart had zich niet kunnen
verdedigen legen zijn mannelijke schoonheid.
Maar hij was gegaan van de eene naar de an
dere, zonder zich tc hechten, slechts zijn voor
deel zoekend, zicli bereidend tot het aller
hoogste, tot het zich toccigenen van de beste
prooi.
En toen kwam er in zijn leven een liefde,
een afschuwelijke, onmogelijke liefde, die hem
tegenhield. En, erger nog, haar, die hij bemin
de, zij beminde ook hem; met open armen trad
zij hem te gempet, hem met een onschuldige
glimlach het bitterste vergif reikend. Het was
zijn zuster, zijn bloedeigen zuster. Zij werd in
zijn eigen de belichaming van een niet tc ver
zadigen begeeren; zij was het vuur, dat steeds
opnieuw zijn hartstocht ontbranden deed, zij
was de liefdedrank, die een zaligen dood
schenkt, de bedwelmende geur, waarbij men
droomend inslaapt.
Maar ofschoon de zonde altijd latent in hem
geweest was, schrikte hij voor deze zonde
terug, telkens teruggeschrikt voor het voor hem
oprijzend beeld van zijn vader. Zelfs toen zij
hem noodde met vurig verlangen en hem tegen
wierp, dat het grootste kwaad is, als men den
moed mist om gelukkig te zijn. Toen verliet hij
haar. Zij gaf zich aan ccn zijner vrienden en
Arrigo terugkeerend, werd overal den rug ge
keerd. Zijn werk was vernietigd door Loretta,
zijn zuster, heri restte slechts 'Je dood
Een bock vol passie, doorgloe.-- van den hee-
brandenden hartstocht van het zuidelijk bloed,
met volle meesterschap geschreven. De kleuren-
rijkheid van de Italiaansche natuur weerspiegelt
er in; de beving van het fel ontbrandend ge
moed trilt in dit berekend en toch zoo hart
stochtelijk bewogen leven.
Thuis in de wildernis, door
William J. Long.
Uitg. W. L. en J. Brussas
Uitg. Mij. Rotterdam.
Ieder boek van Long is een juweel, niet al
leen voor natuur historici, maar voor ieder, die
in de natuur het pure van het echte leven ziet.
De wijze, waarop Long zijn bespieden van het
boschvolk verhaald is van zoo aantrekkelijke
schoonheid, dat ieder cr door geïnteresseerd
moet worden. Op prettige wijze beschrijft hi
ook in dit boek het dierenleven in dc wildi
bosschen, waar nog zelden of ooit iemand eci
voet heeft gezet. Hoe hij hier Moorveen dei
beer ontmoet en de herten, hoe hij Waptonk di
wilde gans bespiedt! En hij vertelt alle6 zoo na
tuurgetrouw, dat men al lezende denkt er bi
tc zijn, mee te jagen cn te sluipen.
De keurige verzorging met de buitengewooi
fraaie illustraties maken ook dit boek weer to
een begeerd bezit.
Nederlandschc Pestalozzi-ka
lender 1925.
Uitg. W. J. H. Leuring, Mook
In dc samenstelling is voor dit jaar eenige wij
ziging gebracht. In plaats van de vele portretter
die tot dusver het kalendarium verluchtten, ziji
thans versieringen uit verschillende landen ei
uit verschillende tijden aangebracht, die de le
zers helpen kunnen bij het ontwerpen van ran
den, borduursels, snijwerk, enz. De vijftig por
trettcn van bekende persoonlijkheden, iets groo
ter weergegeven dan tot dusverre, zullen jaar
lijks hun plaats in den kalender krijgen.
De samensteller klaagt, dat het teekenwcrl
niet genoeg wordt verzorgd. Het aantal ingeko
men teekeningen is nog te klein en het aanmoe
digen tot teekenen van den kant der ouders t«
gering. Dat is te betreuren en wij hopen, dal
de gereproduceerde teekeningen een aansporing
tot navolging zullen zijn.
De schat van wetenswaardigheden maak!
ook dit jaar den kalender weer tot ccn gids voor
jong cn oud. Het is dan ook met het volste ver-
trouwen, dat wij dit goed uitgevoerde en leer
zame boekje weder durven aanbevelen.
Liefde's tweestrijd, door Mol-
lie PauterDownes.
Uitg. J. Philip Kruseman, deo
Haag.
Deirdre had geen prettig tehuis. Haar moe
der leefde voor zich alleen; besteedde vaders
verdiensten grootcndeels voor eigen kleeding en
opschik, terwijl Deirdre, die altijd als kinder
meid op haar broertjes en zusjes moest passen,
armelijk gekleed ging. In huis was ze niet in
tel en daarom dwaalde ze veel buiten in de
bosschen, waar ze Guy leerde kennen, die in
haar leven een voorname plaats ging innemen.
En toen Guy plotseling verdween begreep zij,
dat ze hem innig liefhad. Gelukkig kreeg Deir
dre afleiding, daar zij bij een tante in Londen
genoodigd werd, waar zij een heerlijk leventje
kreeg van veel uitgaan naar bals, concerten
enz. In kennis gekomen met Terence bleek het
al spoedig, dat deze haar beminde. Zijn aan
zoek werd ernstig overwogen, want Guy was
nog niet geheel uit haar gedachten verdwenen,
al hoorde zij dan ook nooit meer iets van hem.
Zij stemde toe en hun leven scheen gelukkig te
zijn tot Guy in eens weer verscheen. Deirdre
begrijpt nu, dat ze iets gedaan heeft, wat ze
niet had mogen doen en een tijd van folteringen
breekt voor haar aan. Vooral daar Ouy een
jeugdvriend van Terence blijkt tc zijn en zij
hem dus vaak ontmoet. Wel pogen zij elkaar
te ontloopen, maar er is iets. sterker dan hun
wil. dat hen naar elkaar drijft. Tot Guy den
strijd meent te kunnen doen eindigen door zich
van 't leven te beroovcn. Deirdre's strijd i& dan
ten einde en met Terence ziet de toekomst er
niet donker uit.
Het verhaal is vlot geschreven, voortdurend
blijft het boeien in hooge mate. De uitbeelding
der karakters is zoo duidelijk, dat we geheel
met de personen meeleven, 't Is wel zeer merk
waardig, dat een zestienjarige schrijfster, met
zoo volkomen beheersching van de stof, een
dusdanig boek heeft geschreven.
De feesten van Det en Nol,
t door C. M. van HillcGaerthé.
Uitg. Nijgh en v. Ditmar's
Uitg. Mij. Rotterdam.
In dit boek wordt verhaald van feesten, die.
helaas, grootendeels tot het verleden behooren
De oude gebruiken, welke in het kinderleven
vaak zulk mooi poczic brachten, zijn de heden-
daagsche jeugd vreemd. Spreken we van palm-
paschcn, palmzwaan en palmkrakeüng, dan kij
ken onze jongens cn meisjes ons vaak niet be
grijpend aan. Foekepot is nog wel bekend,
maar meer als een vermomde bedelarij dan als
een dol vermaak, waaraan iedereen meedoet.
Ook over de paaschvuren wordt nog wel eens
gesproken, maar waar werkt het heelc dorp nog
mee om alle brandbare stoffen aan tc sleepen
voor het Paaschvuur?
Van deze en andere feesten, van belang voor
de kennis van onze folklore, vertelt de schrijf
ster op haar bekende prettige wijze. Dergelijke
feesten mogen in onbruik raken, de wijze waar
op mevr van HilleGaerthé zc beschrijft doet
ze in onze herinnering weer herleven en kan de
tegenwoordige jeugd een duidelijk beeld geven
van vr.oegere jeugdvermaken!
Kwaak, een kïkkerhistoric,
door Ari.
Uitg. N V. Drukkerij Jacob
v. Campen, Amsterdam.
Kwaak, uit een deftig kikkergeslacht is een
ijdele, lastige, waanwijze snaak, die zich heel
wat moeilijkheden op den hals haalt. Zijn avon
turen worden in dichtvorm in dit boekje op
vaak grappige wijze verteld. J. Wins zorgde
voor aardige teekeningen tusschen de tekst, die
het heel goed doen.
Wij ontvingen het Kerstnummer van „De
Groene Amsterdammer" (uitg. van Holkema en
Warendorf, Amsterdam). Verschillende bekende
schrijfsters en schrijvers hebben den inhoud met
bijdragen verrijkt, terwijl ook het illustratieve
gedeelte buitengewoon goed verzorgd is. Als
geheel maakt dit kerstnummer dan ook een uit
stekenden indruk, waartoe dc goede typografi
sche verzorging niet weinig toe bijdraagt.