AMERSFOQRTSCrt DAGBLAD „de eemlander" Woensdag 5 Aug. 1925
TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
De gouden band.
24e Jaargang
No. 31
De Staatscourant van 4 «Augustus
bevat o.p. de volgende kon. besluiten
op verzoek eervol ontslagen uit den zee
dienst onder toekenning van levenslang pen
sioen de hoofdofficier van gezondheid 2e kl.
L. H. F. Breedvelt
bevorderd tot officier van gezondheid ïstc
kl. die der 2e klasse G. D. Maas
verleend de titulaire rong van generaal-ma-
joor aan den kolonel bij den militairen ge
neeskundigen dienst van het Indische leger S.
H. de Granada, met ingang van den datum,
waarop hij door den gouverneur-generaal op
verzoek eervol uit den militairen dienst zal
worden ontslagen
benoemd tot 2e luitennnt
a. bij het wapen der infanterie van het In
dische leger de cadetten L. J. Rapmund, R. M.
Dom, A. J. A. Pereira, A. Koopman, J. J. Ze-
gers, M. F. Reijnhart, J. C. Pasqua, T. Wilier,
J. H. W. de Rochemont, H. E. Dieu Donné, J.
B. Egelie, W. Everaars, J. L. Paardekooper, T.
J. W. F. M. Supheert, D. F. W. Boes Lutjens,
en L. P. E. Kloproggc
b. bij het wapen der cavalerie van het Indi
sche leger de cadet W. F. H. Anthonysz
c. bij het wapen der artillerie van het Indi
sche leger de codetten W. van Teutem, H.
Keuzenkamp, B. J. Fiedeldy, D. C. Buurman
•van Vreeden, S. H. A. Begemann, Q. de Veer,
J. C. de Lussanet da la Sablonière, L. J. B.
Paardekooper, W. C. de Groot, P. Valk, J. Ja
cobs en F. J. Bijvoet
d. bij het wapen der genie van het Indische
leger de codetten S. L. Huizer en J. W.
-Gerharz.
benoemd tot hypotheekbewaard'er te Roer
mond M. H. L. A. Bongaerts, thans inspecteur
der registratie te Roermond
tot hypotheekbewaarder te Eindhoven J. P.
J. W. F. Roelink thans hypotheekbewaarder
te Hoorn
tot officier in de Oranje-Nassau orde A. J.
Mendes da Costa te Amsterdam, secretaris
van het Portugeesch-Israëlietisch 'Armbestuur
te Amsterdam
toegekend de eeremedaille der Oranje-Nas
sau orde bij bevordering in goud aan A. C.
L. P. F. Hartman, beambte in dienst van d"3
Commissie tot verkoop van fotografieën, enz.,
in het Rijksmuseum te Amsterdam
benoemd tot hoofdingenieur-directeur voor
het stoomwezen de hoofdingenieur voor het
stoomwezen Ir. J. H. Verhoeff;
tot hoodfingenieur voor het stoomwezen de
ingenieurs Te klasse voor het stoomwezen Ir.
A. C. v. d. Stadt, Ir. F. H. C. M. Hoek en Ir.
C. Hovestad.
KONINKLIJKE PALEIZEN.
De Intendant der Koninklijke Paleizen te
's Gravenhoge vestigt er de aandacht op dat
het Paleis Noordeinde en het Huis ten Bosch
op Zon- en feestdagen niet voor het publiek
te bezichtigen ziin.
DE FEESTEN TE DILLENBURG.
De herdenking van het 50-jarig
bestaan van den Willems^oren.
Men schrijft aan de N. R. Ct. uit Dillenburg
d.d. 2 Augustus
Zeer zelden treft men een plaatsje aan dat
zoozeer is beheerscht geweest door het sl-ot
waaraan het zijn naam ontleende als Dillen
burg. Zelfs nu, waar, in plaats van het oude
slot, een eerst vijftig jaar oude toren is ge
komen, krijgt men het gevoel, dat al die hui
zen, groot on klein, die liggen aan den voet
van den Slotberg, alle onderdanen zijn van wie
daar boven hen woont. Hij moet het dan ge
weest zijn, toen in stee van dien toren het
slot met zijn honderd en tachtig vertrekken,
zijn wallen, zijn muren en rondeel en breed en
zwaar daar stond I
De kerk doet een poging om rich te ver
heffen en zij rijst ook wel boven de huizen
van het stadje, maar blijft toch met haar to
ren liggen aan den voet van de slptrulne, die
machtig boven haar uitrijst.
•In dat slot werd Willem van Oranje gebo
ren, daarheen vluchtte hij, getroffen door den
ban des 'konings. Van daar trok hij in 1568
uit om den vrijheidsstrijd aan te vangen.
Vijftig jaar geleden werd tusschen de ruï
nen ter herinnering aan Oranje de Willems
toren gesticht door Nederlanders en Nassauers
en heden, nu hetterrein waarop die toren
staat, door een comité dat daarvoor in Neder
land geld verzameld had, was aangekocht,
werd dat vijftig-jarig bestaan feestelijk her
dacht
Uit Nederland waren behalve de comité
leden Van der Hoop van Slochteren, J. Mus
en dr. Lasonder nog een oantal belangstellen
den gekomen, onder wie prof. Blok, oud-hoog-
leeraor uit Leiden. Verblijdend was het ook
dames te zien onder de Nederlandsche gas
ten, die het voor de kinderen een kostelijke
les in de historie vor.den, hen mede te nemen
naar den Dillenburg. Uit Menton was overge
komen dr. Francken, die vijftig jaar geleden,
met zijn vader, den Rotterdomschen predikant,
bij de inwijding van den Willemstorcn aan
wezig was geweest.
Twee Engelsche gasten waren er ook, oen
van haar was Marjorie Bower, de bekende
schrijfster van I will maintain en andere ro
mans, handelende over de Nederlandsohe ge
schiedenis.
Feestelijk maar echt landelijk Duitsch wer
den de gasten welkom geheeten in een bijeen
komst in de manege, een ruim gebouw, met
een goed gerolden vloer vnn turfmolm. Daat
zaten leden van den gemeenteraad, school
jongens, dienstmeisjes, winkeliers, arbeiders,
leeraren van het gymnasium, kortom: heel
Dillenburg. Daar werd muziek gemaakt en ge
zongen. Wij kregen alleraardigste muzikale
gymnastiekoefeningen te bewonderen op me
lodieën van welbekende liederen als Veter ich
rufe dich. Du Schwert an meiner Linken, e.a.
Veel hartelijke welkomstgroeten werden uit
gesproken en dr. Dönges, de welbekende histo
rieschrijver, was hier de ziel van het werk.
De heer van der Hoop van Slochteren dankte
voor de ontvangst en prof. Blok sprak een
voortreffelijk woord tot de Duitsche jeugd om
haar te zeggen, dat trouwe arbeid een der eer
ste factoren is om het land op te heffen.
Met geestdrift werd het Wilhelmus gezon
gen.
De Zondagmorgen werd ingewijd met mu
ziek. Van het hooggelegen plein om de kerk
klonken koralen en Nederlandsche Volksliede
ren over het stadje.
In de kerk hield dr. Callenbach uit Rotter
dam de feestrede over 2 Suam. 23 15, Wie
wil mij te drinken halen het water uit de bron
in Bethlehems poort.
In deze rede werd gesproken over de betee-
kenis van de heilige herinneringen, die door
Dillenburg worden wakker geroepen, voor de
Nederlanders, voor de Duitschers, ja voor al
len die ware vrijheid liefhebben.
Na de godsdienstoefening begaf ^men zich
naar den Willemstoren, waar de hoeren Wei-
denbach, Donges en Van der Hoop van Sloch
teren het woord voerden.
Schoon e verzen, betrekking hebbende op de
geschiedenis van Willem van Oranje, werden
voorgedragen en na ieder vers viel een zang-
verceniging in met een oud-Hollandsch lied.
Daarna werd de Willemstorenbezichtigd en
de onderaardsche gewelven van den burcht.
Een middagmaal vereenigde de Nederland
sche en Engelsche gasten met de Duitsche
gastheeren.
Veel, vroolijk en ernstig werd daar gespro
ken.
Jammer was het dat deze dag een regendag
was. De paden naar de ruïne waren glad en
soms moeielijk te begaan. Aan de stemming
deed dit géén hinder, die 'bleef goed en ieder
hoopt op mooi weer voor morgen, wannéér
de optocht, voorstellende groepen uit den tijd
van Willem van Oranje, zal plaats hebben.
Nu reeds is Dillenburg daarvoor versierd met
eerepoorten en tal van vlaggen. Opmerk el ink
is de veelkleurigheid. Slechts de officieele ge
bouwen hebben een zwart-rood-gouden vlag,
vele andere de oude zwart-wit-roode en rog
meer ziet men de Nossausohe kleuren oranje-
blauw.
Zoo juist hoor ik, dat de vlaggen-^raag tct
moeilijkheden dreigt te leiden. Een groep, urt
zeer rechtsstaande jongemannen gevormd, die
morgen zou deelnemen aan den optocht, heeft
geweigerd mee te doen, zoo niet van den Wil
lemstoren de Zwart-rood-gouden vlag verwij
derd wordt.
Wat dat v/orden zal zullen wij morgen zien.
HET NIEUWE MINISTERIE.
Overdracht der portefeuilles.
Gistermiddag heeft de overdracht plaats
gehad van de Ministerportefeuilles aan het
nieuwe Ministerie. De Minister-president de
heer Colijn, nam tevens ad interim over de
portefeuille van Koloniën.
De nieuwe Min. van Koloniën.
In een persgesprek dot een Tel.-correspon-
dent te Weltevreden had met den heer Weiter,
heeft deze te kennen gegeven dat hij omtrent
de te volgen regeeringspolitiek ten aanzien van
het koloniaal bewind eerst met den Kabinets
formateur van gedachten denkt te wisselen,
alvorens de groote lijnen definitief zullen wor
den vastgesteld. De heer Weiter zou hierbij
intusschen niet hebben verheeld, dat de kwes
tie van den overgang van de defensie van ons
koloniaal bezit van het departement van Oor
log naar dot van Koloniën inderdaod een punt
van ernstige bespreking zal uitmaken.
In de gisteren vermelde levensbeschrijving
van den heer Welter is abusievelijk gemeld,
dat hij te Delft voor ingenieur heeft gestu
deerd. De heer Weiter heeft onn de toen
malige Indische Instelling gestudeerd.
Indische persstemmen.
Het Bat. Nieuwsblad wenscht Indië
geluk met de bereidverklaring van den heer
Weiter om het ministerschap van Koloniën te
aanvaardenhet noemt dezen bewindsman
iemand, die doorkneed is in Regccrings- cn
Bestuurszaken en een der meest gewaardeerde
raadslieden van de Indische regecring cn ge
legenheid gehad heeft nauwkeurig na te gaan,
welke ministerieele leiding Indië noodig heeft.
Volgens de Javobode behoort de heer
Welter tot die mannen, die ten gevolge van
de snelle ontwikkeling onder alle omstandig
heden het hoofd niet hebben verloren, maar
zich rekenschap hebben gegeven van de be
ginselen, welke de grondslagen zijn onzer mo
derne koloniale politiek.
Het Nieuws v. d. Dag v. Ned.- Indië
noemt den heer Wel ter een hard werker, wiens
persoonlijke bekendheid met op den voor
grond tredende figuren en figuranten van het
Indische tooneel van groot gemak is bij het
beoordeelen op een afstand, van hetgeen zich
in Indië afspeelt. De ministerieele ruil is voor
Indië stellig geen verliesmeer dan in den
Raad van Indië zal de heer Weiter als Minis
ter het land en het volk dezer gewesten van
dienst zijn.
HET AFSCHEID VAN MINISTER AALBERSE.
Een geschenk der departements
ambtenaren.
Naar de Volkskrant verneemt, zullen de amb
tenaren van het departement van arbeid aan
den scheidenden minister mr. Aalberse een ge
schenk aanbieden, bestaande in twee gebonden
deelen, waarin alle stukken zijn opgenomen,
die de minister met de Kamer gewisseld heeft,
met inbegrip van de redevoeringen, die hij in
de Kamers gehouden heeft.
De 'deelen zijn: periode 19181922 en
19221925, welk laatste deel nog niet gereed
is, omdat daarin nog dient te worden opgeno
men het proces-verbaal der oveidracht van de
ministers-portefeuille.
DE PRIJZENCONTROLE-
COMMISSIE.
Aan het nieuwe kabinet ge
ëndosseerd.
„Het Volk" verneemt, dat door den vorigen
minister van Arbeid kort geleden aan de be
sturen van S.D.A.P.. en NV.V. is medege
deeld, dat de minister bij de somenstelling van
de Prijzencontrole-commissie op onverwachte
moeilijkheden is gestuit, waardoor deze samen
stelling niet zoo spoedig haar beslag heeft
kunnen krijgen als gehoopt was.
Waar inmiddels het kabinet demissionnair is
geworden, was de regeering van meening, dot
het niet meer op haar weg lag, de commissie
in te stellen, doch dat dit behoorde te worden
overgelaten aan het nieuwe kabinet.
Door den minister zijn maatregelen getroffen,
opdat deze aangelegenheid onmiddellijk na het
optreden van het nieuwe kabinet aan zijn op
volger wordt voorgelegd.
NEDERLAND EN DUITSCHLAND.
De bestaande pasmoeilijkheden.
Wij lezen in de Kölnische Zeitung, dat in een
eerlang te Arnhem te houden vergadering van
Nederlandsche Kamers van Koophandel, onder
welker vigeur de grensstreken vallen, stappen
zullen worden gedaan teneinde te komen tot de
opheffing van alle bij het Nederlandsch-Duit-
sche grensverkeer bestaande pasmoeilijkheden.
HET OOSTZEE-ESKADER.
Te Nieuwcdicp terug.
Blijkens een 'bij het Departement van Ma
rine ontvangen bericht is de oefeningsdivisie,
onder bevel van den sohout-bij-nacht K. F.
Sluys, gister van haar oefeningsreis naar de
Oostzee te Nieuwediep teruggekeerd.
PROV. STATEN VAN GELDERLAND.
De heer W. A. van Os te Wegeningen heeft
wegens vertrek naar Hilversum ontslag geno
men als lid der Prov. Staten van Gelderland.
Zijn opvolger op de lijst der Staatk. Gercf.
Partij is de heer H. Heanschoten te Arnhem.
JOURNALISTIEK
Th. Kuijpcr. "J*
Op 75-jarigen leeftijd is te Nijmegen over
leden de heer Th. Kuijpcr, die jaiënlang mcci'c-
werker der P:ov. Geld. cn N jm. Ct. is ge.vecst.
Het blad schrijft o.m. van hem
„Wij verliezen in den heer Kuijpcr een trou
wen cn intelligenten medewerker cn een toc-
gc wij den vriend, die, "trots zijn vijf cn zeventig
jaren, onvermoeid scheen en met de werk-
ki'acht cn den levenslust van een jongen man
eiken dag frisscho cn evenzeer von zijn alge-,
meene kennis als zijn helder inzicht getuigen
de, bouwstoffen voor de samenstelling von on-
z0 redactiekoloinmen bijeenbracht. Hij stelde
levendig belang in alles, wat in Nijmegen cn
ook daarbuiten voorviel en bezat de gave om
in zeer veizorgd Nederlandsch daarover kort,
zakelijk en waar te pns kwam met humor te
schrijven.
S. D. A. P. EN N. V. V.
Een nieuwe verklaring van het
N. V. V.
Het dagelijksch bestuur van het N. V. V.
heeft opnieuw een „verklaring" afgelegd in
rHet Volk" naar aanleiding van de artikelen
van den heer Vliegen over het geschil tusschen
S. D. A. P. en N. V. V.
■Aan deze jongste publicatie ontleencn wc
dat door het Verbondsbcstuur uit een opmer
king van Vliegen de conclusie wordt getrok
ken, dat von de zijde van het P. B. dc officieuze
besprekingen gesaboteerd zijn, uitsluitend uit
persoonlijke overwegingen. Is deze veronder
stelling juist zoo lezen we dan wordt het
zeker tijd, dat men in Partijkringen gaat be
grijpen, dat de belangen der arbeidersklasse
niet opgeofferd mogen worden aan persoon
lijke gevoeligheden van dezen of geencn lei-
der.
Na nogmaals er op gewezen te hebben, dat
verschillende vraagstukken welke voorheen bui
ten het terrein dér vokbeweging logen, thans
binnefi haar gebied zijn betrokken, protesteert
het N. V. V.-bestuur ernstig tegen de voorstel
ling als zou de vakbeweging zich daardoor als
politieke partij gedragen cn de S. D. A. P. in
ons land van haar. plaats willen verdringen.
„Het standpunt van Vliegen komt hierop
neer aldus gaat het verweer verder dat
de vakbeweging geen zelfstandige taak heeft
ten aanzien van onderwerpen, die geheel van
wetgevenden aard zijn.
Wij gelooven niet, dot het zin heeft verder
met Vliegen te debatteeren over de vraag, wot
der vokbeweging wel en niet geoorloofd is.
Hij woont zich nog in den tijd, toen de partij
de bevelen gaf en dc vakbeweging goed ge
noeg was haar medewerking ter opluistering
van demonstraties enz. te verlecncn.
Wanneer de mcening von Vliegen op dit
punt inderdaad de opvatting van de partij
weergeeft, dan willen wij niet verhelen, dat ten
opzichte hiervan een diep mecningsverschil
tusschen partij en vakbeweging aanwezig is.
De onmondigheid, waarmede Vliegen de
vakbeweging wil bestempelen, kan zij, vooral
gezien de ontwikkeling der no-oorlogsjarcn,
niet begrijpen, dot zij dezen ontwikkelingsgong
niet zonder groote schade voor de beweging
kan voorbijgaan of ontkennen".
Vervolgens wordt dr: beteekenis en het suc
ces van het door het N. V. V. samen met den
Onderwijsbond gehouden congres opnieuw in
't licht gesteld en er op gewezen dot voldoen
de contact met het Partijbestuur is gezocht. In
dien het P. B. inderdaad zooveel bezwaar tegen
ons congres hod gehad zoo wordt gezegd
don hod het reker op z ij n weg gelegen
daarover met het N. V. V. te spreken, tenzij
het in de bedoeling van enkele voormennen
der Partij lag, een botsing met het N. V. V
uit te lokken
Ieder verwijt, dat het N. V. V. de Partij in
d'eze niet voldoende heeft gekend, wordt als
volkomen in strijd met de waarheid afgewezen.
ONZE TORENS.
Dc oude toren te Groesbeck
behouden.
Tc Groesbeek wordt, dank zij de subsidiën
van rijk, provincie, gemeente en bijdragen van
eenige ingezetenen, thans overgegaan tot de
restauaratie van de uit de 13e eeuw chteerendo
gemeentetoren. Met de leiding van het werk
is belast de heer Oscar Leeuw, architect to
Nijmegen.
DE REIS VAN HET 1NSTRUCT1EVAARTUIG
PRINS HENDRIK.
Lezingen aan boord.
Maandagavond is het instructicvaartuig Prins
Hendrik van het onderwijsfonds voor de bin
nenvaart te Emmerik aangekomen. Gedurende
de reis van Lobith naar Emmerik heeft de
heer L. H. Buddc Boumnn, inspecteur der di
recte belastingen, invoerrechten en accijnzen
voor Ou deelnemers aan den tocht een lezing
gehouden over het in- en uitklaren vnn Rijn-
sohepen in Nederland. Des avonds hield do
directeur van het Duitsche douanekantoor te
Emmerik aan boord van 'het instructievoantuig
een lezing over dc formaliteiten voor schepen
bij het binnengaan cn het verlaten von Duitsch-
lond. Hedenmorgen is de Prins Hendrik naar
Duisburg-Ruhrcrt vertrokken.
HET HOSPITAALKERKSCHIP DE HOOP.
Een tweede kruistocht onder
<lc hnringvisschcrs.
Het hospitaal-kerkschip d? Hoop is Maan
dag van IJmuióen vertrokken voor het maken
van een tweeden kruistocht onder de haring-
visschers op de Noordzee. Als geestelijk ver
zorger is thans meegegaan de heer J. M. Mor
tens, godsdienstonderwijzer te Amsterdam; nis
geneesheer is weer meegegaan dr. F. 'G. van
Asperen te Overvcen.
HOLLANDSCHE PLEEGOUDERS TE
BOEDAPEST.
Een hartelijke ontvangst.
Zondag zijn te Boedapest 110 Nederland
sche gasten, allen pleegouders van Hongoar-
schc kinderen, aangekomen.
Ter ontvangst waren op het Oosterstation
verschillende autoriteiten aanwezig o.w. aarts
hertog Albrecht on Z. D. H. Bisschop Johann
Cziszorik. Op het perron hadden zich een me
nigte kinderen opgesteld, die bij de Hollond-
sche pleegouders gastvrijheid hadden genoten.
Ook dc ouders dier kinderen waren aanwezig.
Uit naam der regeering begroette staatsse
cretaris Szandtncr de gasten. Hij herinnerde
aan de groote rampen, welke Hongarije tij
dens den oorlog cn het bolschewismc heeft
moeten verduren. Alle lagen der bevolking
voelden dc zwaarte der economische crisis cn
velen waren van alle middelen ontbloot niet
in staat hun kinderen op te voeden. Toen vond
men een edele natie, die geleid werd door het
streven Hongarije in zijn benorden toestond te
hulp te snellen. Spreker besloot met de woor
den „God zegene de edele Hollandsche no
tie I"
Z.D.H. Bisschop Johonn Cziszorik begroet
te vervolgens de gasten uit naam der R. K.
Kerk, von den vorst-prmoot en von aartsher
tog Albrecht, waarop Louise Augustine, die in
Nederlond een zomer doorgebracht heeft, de
pleegouders in het Nederlandsch welkom heet
te. Voor de vriendelijke ontvangst dankte dc
heer Leo Speet.
DANSEN.
Een Internationaal Genoot
schap tot Ontwikkeling der
Donskunst.
Den 28sten Juli j.l. is opgericht het Inter
nationaal Genootschap tot Ontwikkeling der
Danskunst ui het Algemeen (I.G.O.D.A.) met
hoofdzetel te 's-Gravcnhnge.
Het beoogde doel van vobrmeld genoot
schap, gevormd uit een selectie van dansleer-
orcn(essen), is naost het in eer en aanzien
doen toenemen van den gezelschapsdans te
vens voor de leden de gelegenheid te opeigen
zich, door middel yon het genootschap, te
bekwamen in het geven von onderwijs in: het
ballet, de plastiek, de operatic, de karakter-
dansen en de rhythmische gymnastiek.
Het streven zal zijn, het oanknoopen en on
derhouden van vriendschappelijke betrekkin
gen met zustervercenigingen in 'Binnen- cn
Buitenland.
•Als voorloopfg bestuur werd gekozen Gé-
rord van der Mark, den Hang, voorzitter, B.
W. Meulman den Hoog, secretaris binnenlond,
Mevrouw W. Weyne, Rotterdam, Penningmees
teresse en S. Dickson, Den Haag, commis
saris.
Spaarzaamheid is een groot inkomen.
CICERO.
Naar het Engelsch van
DAVID L7ALL
41
„Ik wilde, dat ik mee kon gaan. Ik zou graag
een van die mondaine plaatsen van binnen zien
niet alleen om toe te kijken, maar om één
van hen te zijn, die het recht hebben daar te
komen.
Be zal binnenkort eens een kijkje gaan ne
men in de „Ritz". Ik ben even goed als zoo-
velen, die daar door de draaiende deuren bin
nengaan."
„Beter dan velen van hen," beaamde Butler
levendig. „Nu, moet dit ons afscheid zijn
„Zooals je wilt, 't kan mij niet schelen. Alles
wat de moeite waard is, is niet lang van duur,"
voegde zij er hartstochtelijk aan toe.
„Maar we hebben een goeden tijd samen ge
had, is 't niet Winnie Je hebt er geen spijt
van
„O neen; je bent heel goed voor mij ge
weest," antwoordde WHnnie van harte.
„En je belooft mij me niet te vergeten, als
ik wegga?"
„Wat voor nut zou het hebben aan je te
blijven denken, indien wij elkaar niet meer
ontmoeten vroeg Winnie. „Dat is maar over
dreven en dient nergens toe."
„Nu, ik heb je gevraagd, met mij mee te
gaan naar het zonnige Sicilië en je hebt bot
weg geweigerd met mij mee te gaan zonder
een oogenblik te aarzelen. Een man kan niet
meer doen, kan hij wel
„O, je meende het niet, je weet, dat je 't
niet meende. Je zoudt het nooit gezegd heb
ben, indien je maar een oogenblik had ge
dacht, dat ik het zou aannemen," zei Winnie
zonder aarzelen en met iets uitdagends in haar
oogen.
Perry Butler ging er niet op in, maar riep
Luigi om zijn rekening te betalen en een oogen
blik later verlieten zij samen het restaurant.
Toen zij het lagere eind van de kleine door-
loopende straat, waarin Poldind stond, bereikt
hadden, konden zij de witte schittering van
Piccadilly zien en het rumoer hooren van het
voortdurende leven en de beweging daar.
„Nu moeten we zeker afscheid nomen," zei
Winnie, terwijl zij haar hand uitstak, toen zij
een oogenblik stilstonden od den rand van
het trottoir.
Zij had bij zichzelf reeds vastgesteld dat
Perry Butler in politiek er niet half zoo knap
uitzag als in uniform, maar tegelijkertijd zag
zij hem met leeóe oogen uit haar leven verdwij
nen. Zij voelde zich. verlaten, gestrand, alsof
alles haar plotseling was ontvallen. Het feit
alleen dat Butler minder toeschietelijk dan an
ders scheen, maakte dat zij zich nog verdrieti
ger voelde en deed hear de plaats, die hij in
haar leven had ingenomen, wat overdreven
zien.
Het was inderdaad een heel gevaarlijk oogen
blik in Winnie Sherston's leven, en indien Butler
werkelijk de vroolijke Lothario was geweest,
waarvoor hij zoo graag bij sommigen van zijn
vrienden doorging, zou er dien avond een stap
van groot gewicht zijn gedaan.
„Luister, ik heb nog een kwartier over. Ik
kon je even goed naar je woning brengen. Je
bent daar immers nog
„Ja ik begin morgen met verhuizen."
„Kóm dan", zei hij. Dc portier floot om een
taxi en zij stapten in. Winnie overdacht, dat
zij waarschijnlijk voortaan weinig meer in een
taxi zou rijden en dat zij zich tevreden zou
moeten stellen met de eenvoudige ondergrond-
sche of den omnibus.
Zij zat voorover, strak' uit het raampje te
kijken, een vreemde uitdrukking als van een
masker kwam over haar gelaat. Ofschoon de
belangstelling van Butler in haar den laatsten
tijd was verflauwd, sloeg hij haar aandachtig
gade en hij vroeg zich af, waaraan zij zot te
denken. Zij sprak geen woord, terwijl zij door
enkel zijstraten naar Edgware Road reden.
Toen zij het meer verlichte gedeelte achter zich
hadden, en in den rustigen omtrek van Maida
Vale kwamen, wendde zij zich plotseling tot
hem.
„Zeg eens, Perry, was het je werkelijk ernst,
toen je erover sprak met mij naar een zonnige
plaats te gaan
„Natuurlijk", zei hij. „Het zou wel niet
dadelijk zijn, niet voordat ik mijn zaken zal
hebben geregeld."
Met moeite hield zij een snik in en zei niets
meer, totdat zij stilhielden onder den witten
boog van de lamp te Wellstood Mansions.
Toen wendde zij zich haastig tot hem.
•„Luister, Perry, ik heb er genoeg van. Ik kan
in dit vreeselijke land niet langer blijven ik
heb mijn leven al bedorven, en het doet er niet
veel toe, wat ik verder doe. In elk geval is het
zeker altijd verkeerd, wat ik doe. Die plaats
in de zon trekt mij aan en indien je je zaken
dus in orde hebt, zooals je zegt, kom mij dan
weer opzoeken en geef mij een kans."
Zij wachtte zijn antwoord niet af, maar rukte
het portier open en sprong het rijtuig uit.
Op dat oogenblik naderde iemand die in de
schaduw van de deur ston^ onaangenaam ver-
rast, herkende zij haar man.
HOOFDSTUK XV.
Winnie was niet gauw uit het veld geslagen.
Zij riep Perry Butler een koel goedennacht toe,
wuifde met haar hand en naderde toen Sher-
ston met een luchtig lachje
„Zoo, ben je daar «weer, Jack zei zij opge
wekt. „Jij verstaat de kunst om onverwachts
thuis te komen. „The vanishing Lady" is er
niets bij."
Sherston antwoordde een oogenblik niet,
omdat hij 't niet kon.
Zijn toorn,werd verzwolgen door een vreem
de ontroering bij het weerzien van haar, iets
dat een flauwe gelijkenis had met de korte
verrukking van de eerste kennismaking. De
achtelooze manier waarop zij hem begroette,
versterkte slechts zijn verlangen, haar weg te
dragen en haar ergens op te bergen, zoodat de
stroopers haar niet konden naderen. Het was
een man of meer naïve wensch, zooals de
holbewoner zou hebben kunnen koesteren. Er
kwam een soort doffe verbazing over hem.
Den avond, dot hij voor het eerst in Londen
terugkwam na zijn octieven dienst, en hij haar
in hetzelfde gezelschop gevonden had, koes
terde hij ongetwijfeld een warmer gevoel voor
haar dan nu.
„Je gaat zeker mee naar boven, ouwe jon
gen vroeg zij, terwijl zij haar lange hand
schoenen uittrok en een oogenblik aarzelde voor
zij de verlichte hal binnenging. „Ik waarschuw
je dat 't in het geheel niet gezellig is. Be heb
cenlge van de meubelen reeds verkocht en de
rest goot morgenmaar kom mee naar boven."
Zij Hepen samen de stoep op, namen de lift
en kwamen zoo aan de vijfde verdieping.
„Ik heb geen electrisch licht meer," zei Win
nie terwijl zij haar sleutel in het slot stak.
„Zij bleven den prijs zoo verhoogen, dat ik hen
eenvoudig heb gezegd het weg te nemen. Dc
moet eerst binnengaan, want er staat een 'kan
delaar en een doos lucifers op den stoel in do
gang, en je zoudt er zeker over struikelen, in
dien je het eerst binnenging. Ik ben eraan ge
woon in het donk rond te taston."
Sherston antwoordde niet, maar hield zich
wat terug, opdat zijn schaduw haar bewegin
gen binnen niet zou hinderen. De kandelaar
cn de lucifers werdén zonder moeite gevonden,
waarop Winnie zei, dat hij binnen kon komen.
Terwijl hij de deur sloqt, ging zij naar de
huiskamer met de lucifersdoos in haar hond,
en stak de goeókoope lamp aan, die midden
op de tafel stond en met oen rose zijden kap
was verfraaid.
Zij was blij dat er hier geen overvloed van
licht was, daar zij weer een stormachtig
twistgesprek met haar echtgenoot verwadhtte.
Hoe was haar gevoelen tegenover hem, na
hun scheiding van twee maanden 't Zou
moeilijk zijn om dit te zeggen, 't Is te betwijfe
len, of ze het zelf wel wist. Onverschillig zou
misschien het beste wooTd zijn om het weer te
geven. Zeer zeker gevocld'c zij geen vijand
schap. Zij moest hem dulden, dat was alles en
wel met hem praten, als hij, zooals nu onver
wacht terugkwam over wat hij rechtens meen
de te moeten weten over hoar handelingen en
de toekomst. Ze had een ge*/oei dat dezo
nvend een beslissende in hun leven zou wor-
fenr, dat zij aan een keerpunt bij deze schei
ding hunner wegen waren gekomen.
,.ntr. {Wordt vervolgd).