MUTSSPAARBANK y Permanent Waving vzmzw Amersfoort - Utrechtscheweg 1 I izazi: :^z^za MAISON VAN EIMEREN y S.H. MASSA, Havik 41. Tel. 292 HUMOR UIT HET BUITENLAND- RECLAMES. l>riï«a 13 repels f 1 55 plkp rescl meer f 050 Te huur voor inleggers: Loketten in de brand- en inbraakvrije kluis f 3.— per jaar en hooger. Ook des avonds toegankelijk l». It. t i.XOï cs: 11 li Onze Advocaat onderscheidt zich door haar bijzonder fijnen smaak. Zij heeft Iets geheel eigens. U knnf haar herkennen tnsschen vele andere soorten. Wanneer U Uwen gasten onzo Advocaat offreert, znllen zij Uw ge lukkige kenzc waardceron. I I I I II 11 Haarkundigeri WIJERSSTRAAT14 - TEL, 205 Amersfoort gowichtstoenamen het grootste is en voor dc meisjes gTooter dan voor de jongens. De exploitatierekening over 1924 sluit op een bedrag van 202.052.53 met oen voor- dcelig saldo van 2.796.08 Aan subsidies werd ontvangen, van het ^jk 75.000, van Provincies f 42.897.53 en van (gemeenten 43.202.31, dus totaal 161.099.84. Dc verlies- en winst-i ekening over 1924 sluit op een bedTog van 5 107.08,4 met eeri voordeclig saldo van 5.106.98J/j. den tot een praatje, tot een overdenking, tot een bespreking, en voor sweet-seventeen tot een kusje. Helaas f bij den modernen stedenbouw wor den zij en wij genegeerd. Wij moeten altijd geduld worden naast een weg. Wij zijn ge doemd te zijntoehoorder, toeschouwer en ons op te eten van jaloezie. Wc moeten hoo- ren „toet-toet en rrr", en kunnen door het verkeer geen wagen meer zien zonder te zuch ten „ach zat ik er op of er in I" O ja, wc kunnen ook nog in de krant komen als: dood gereden, overreden, omgereden, aangereden, platgereden, door een baanstuwer voortgere den en door een eerster», hulpdienst naar het ziekenhuis gereden. Ik zal dankbaar zijn, als gij, beste vriend 1 mij helpt aan voetpaden, straatjes, stegen, grachtjes en hoe ge ze wilt noemen, waar ik met een oudje kan loopen, met een kind kan spelen, met een vrind kan heuvelen, en vlug en rustig van 't eene werk naor 't "andere kon tippelen, zonder „toctoet" en motorengebrom aan mijn zijde. ONDERZOEK OP EIGEN 1NITIATIEP. HUIZE „SCHEYBEECK" TE BEVERWIJK. De restauratie. 4. Is de minister bereid mede te deel«n,. indien de beweringen, bedoeld in vraag op goede gronden rusten, wat de oorzaak is of kan zijn van de zooveel gunstiger voorwaarden waaronder de Belgische poardeninvoer in Duitschlond plaats kan vinden? ONWETTIGE OVERWERKVERGUNNING Vragen inzake de arbeidsuren aan Grasso's Machinefabrieken te den Bosch. Het Tweede Kamerlid Drop heeft aan den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid de volgende vragen gericht. Is het den Minister bekend, dat bij de naam- Iooze vennootschapGrasso's Machinefabrie ken, te 's Hertogenbosch, sedert ongeveer Sep tember 1923 ongeveer 200 arbeiders per week 5 uur overwerk verrichten, alzoo een werk week van 53 uut hadden, op grond vsn een vergunning, die tot het verrichten van over werk telkens voor een termijn van drie maan den door de Arbeidsinspectie verleen<^is Is het den Minister bekend, dat in Sep tember 1925 overleg tusschen de directie van genoemde machinefabriek, de vakorganisaties van werknemers in de metaalindustrie en den hoofdinspecteur van den arbeid in het 2de district heeft geleid tot een beslissing van genoemden hoofdinspecteur van den arbeid, dat het verrichten van 3 overuren per week (alzoo een werkweek van 51 uur per week) werd toegestaan Is het den Minister bekend, dat in afwijking van de beslissing, in vraag 2 gememoreerd, de directeur-generaal van den arbeid, zonder dat de hoofdinspecteur van den arbeid daartoe ge adviseerd heeft en de betrokken vakveieeni- gingen zijn geraadpleegd, de naamloozo ven nootschap Grasso's Machinefabrieken te 's-Hertogenboscb opnieuw vergunning heeft verleend tot het doen verrichten van overwerk gedurende 5 uren per week Indien de Minister zou moeten mededeelen, dat het in de voorgaande vragen gestelde hem niet bekend is, zou de Minister don ter zake zich de noodige inlichtingen willen verschaf fen en tegenover den betrokken ambtenaar, eventueel tegenover de ambtenoren, willen doen blijken van de opvatting, dat vergunningen tot overwerk slechts mogen worden verleend': T. na gepleegd overleg met de betrokken werknemers-organisatie 2. alleen in die gevallen, waarin bedrijfs- drukte aanwezig is, die niet door de te-werk stelling van meerdere arbeiders het hoofd ge boden kan w-orden ^KINABU". Het jaarverslag over 1924. In het jaarverslag 1924 van de Centrale Commissie voor uitzending van Nederlandsche Kinderen NAar BUiten wordt geconstateerd, dat de instelling'uitzending van zwakke hinderen in gezinnen als systeem bloeit, waartegenover staat dat het werk door het wederom vermindeten der Rijkssubsidie met 10.000 ernstig wordt gehandicapt, zoodat, hoewel de drang om kinderen naar buiten in plattelandsgezinnen uit te zenden zeker niet vermindert en hoewel plaats te over ter be schikking staat, men steeds minder kinderen kan uitzenden. In 1924 wei'den 3580 kinderen naar gezin nen gezonden en 386 naar het kinderkamp Didam (aardige foto's, óók van dit kamp zijn in dit verslag opgenomen) dus totaal 395G kinderen. 29 kinderen bleven-ovei uit 1923. In verpleegdagen uitgedrukt155239 gezinsver pleging, 15927 kinderkamp Didam, 926 over blijvers 1923dus in totaal 172092. Het ge middeld aantal verpleegdagen pei kind was 43. De reden tot uitzending was 2923 lichaams ewalcte, 494 bloedarmoede, 452 scrophulose. 66 nervositas, 16 asthma, 4 zenuwachtigheid en 31 enuresis, totaal 3966. Van dezen waren 2681 Hervormd, 673 R. K., 106 Gereformeerd 8 Israëlietisch, 81 LutheiSch, 29 Doopsgezind, teiwijl bij 388 geen gezindte vermeld werd. De ouderdom van de kinderen was bij 1508 8 en 9 jaar bij 1475 10 en 11 jaar, bij 895 T2 en 13 jaar en bij *88 14 en 15 jaar. Bijna zonder uitzondering was het gewicht toegenomen. De gemiddeMe gewichts- en lengtetoename bedroegper kind 2 45 K.G. 1.02 c.M.; per meisje 2.68 K.G. 1.05 c.M.per jongen 2.03 K.G. 0.96 c.M. Het blijkt, dat voor dc oudere kinderen do Men schrijft uit Beverwijk aan de Msb. Nadat de bekende buitenplaats „Schey- beeck" to Beverwijk door de Gemeente van den heer Dr. C. J. K. van Aalst was gekocht, bleek het zeer moeilijk dit zóódanig te exploi- teeren en zoo mogelijk ongerept te behouden, dat van de gemeentekas geen al te groote offers werden gevraagd. Het was dan ook voor de gemeente werke lijk een uitkomst en een goede oplossing van dit vraagstuk, toen het buiten door Mevr. van Hattum-Dekker, de. weduwe van den beken den groot-industrieel, weid aangekocht. Het landhuis werd gerestaureerd en is thans door de nieuwe eigenaresse in gebruik genomen. De restauratie geschiedde onder leiding van Ir. H. T. Zwiers en weid uitgevoerd onder toezicht van den bouwkundig ingenieur A. Lodder. Veel van het interieur werd zooveel mogelijk in den oovspronkelijken totestand te ruggebracht, waarbij veel fraai sluc-werk be houden bleef. Eveneens werd behouden een keurige plafond-schildering van een 17de eeuvschen meester. Dit laatste was bij ser vituut voorgeschreven. Ter gelegenheid van het feit, dat de eigena resse zich op „Scheybeeck" vestigde, maakte het gemeentebestuur, vertegenwoordigd door den burgemeesteren den gemeente-secretaris zijn opwachting en offreerde namens den raad een bloemenhulde, vergezeld van een fraaie, door den jongen teekenaar Laurent Bleeker gecalligrafeerde oorkonde. Namens den iaad zeide de burgemeester te vertrouwen, dat dé bescheiden bloemengroct zou worden be schouwd als een Wijk van waardeering, we gens het feit, dat door de bezwarende voor waarden, waaronder Mevr. van.' Hattum de bezitting heeft willen aanvaarden, dc zeker heid werd verkregen, dat dit stuk natuur schoon voor hef nageslacht tot veira toekomst zal worden 'bewaard. Hulde werd aan de nieuwe eigenaresse ge bracht voor de daad van piëteit en voor do zorg, waardoor de restauratie van dit histo risch monument, op een deskundige, als even onbekrompen wijze is tot stand gebracht. Verdere wenschen waren vervat in de 'ge calligrafeerde verzen, ^elkc Joost van den Vondel, in verband mét den eigenaar van dit beroemde Landhuis heeft gezonden, nadat hij. vervolgd] wegens zijn Palamedes, hier gast vrijheid genoten had Die in een liefelijcke streeckV Bij 't ruischen van een kieTe becck Zijn lanthvis sticht, en ackerwooning, Wat is dat een gezegend Koning Die nimmer vlamt op ijdlcn lof. En zijne lusten met zijn' hof Bepaelt, en indrinckt met zijn ooren Den voglezang, die zich laat hooren, Daer morgendau als pcrlcn, leit Bij diuppels hier en daer gespreit, Op roozebloden; versch ontloken Wanneer zich opdoen duizend roken, En duizent kleuren, voor het oogh. Van bloemen, als een regenboogh Als Iris bruiloftskleed geweven. BABY-NIJLPAARD IN ARTIS. Moeder en kind welvarend. •Artis 'heeft een jonggeborene, n.l. een nijl- paardje. Het Genootschap is nu, sinds 1860, aan de derde generatie nijlpaarden toe. Toen dr. Westcrmon nog directeur was dus vele jaren geleden arriveerde in den dierentuin het eerste nijlpaard. Dit bracht achtereenvol gens veertien jongen ter wereld, waarvan men er slechts twee kon groot brengen. De praktijk heeft geleerd, dat men de nijlpaerd-babiés zeer lang bij de moeder moet laten. Ven 1903 tot 1920 werden door het wijfje, dat in 1899 in Artis kwam, elf jongen ter wereló gebracht, welke op twee na ölle in het leven bleven. •Al deze dieren zijn tegen een mooien prijs verkocht. De moeder van dc jongste baby is thans zeven jaar oud. Het mannetje is uit Oost- Afrika afkomstig. Het leeft nu voor eenigen tijd „gescheiden', om'dat hij ongemakkelijk en jaloersch is in dezen tijd. (Tel.) Een al te voortvarend nacht waker. De nachtwaker K., in de in aanbouw zijnde kolonie „Het Heufke" te Brunssum bemerkte een diefstal van hout, welke hij bij de politie aangaf. De politie nam de zaak in onderzoek doch ook K. stelde op eigen houtje een onder zoek in. Der politie is het gelukt, den dader op te sporen, doch K. had een verkeerde op oog, toog naar diens kosthuis en vroeg rekenschap. Daarbij wond hij zich meer en meer op cn trok ten slotte een revolver, waar mede hij zekeren van O. bedreigde. Hoe krijgs haftig echter ook, toch moest hij het ofleggen tegen van O.'s vrouw, die hem met revolver en al tegen den grond sloeg. Van O. deed evenwel van deze bedreiging bij de polilie aan gifte. Het bleek, dat K. niet gerechtigd was tot het dragen van <^n revolver, waarom hij dan ook voor deze zaak en wegens bedreiging, gericht tegen het leven verbaliseerd werd. EEN STOPNAALD IN DEN RUG. Kleine oorzaken Eenige dagen geleden had de vrouw van een spoorwegmachinist, zekeren W. T.te Roosendaal, het ongeluk, dat een stopnaald, welke zij in haar schort gestoken had, haar bij. het bukken door dc kleercn heen in den buik drong. Toen zij zich weder oprichtte drong de stopnaald steeds dieper in het lichaam. De geneesheer, die haar behandelde, kon echter de juiste plaats waar de naald zich bevond* niet bepalen, daar de verschillende foto-proeven met X-stralcn faalden. De vrouw werd daarom naar het ziekenhuis te Breda overgebracht, waar men beschikking heeft over een sterker X-stralentoestcl. Uit de hier geno men foto bleek, dat de naald was doorgedron gen tot dc ruggewervels, zoodat operatief in grijpen kon volgen en de naald uit het lichaam kon worden verwijderd. Nieuwe Uitgaven. De tuin van verlangen, door May Christie. Uitg. A. W. Bruna en Zn.'s Uitg.-Mij., Utrecht. Camilla Westbrook is jong en knap en heeft geld. Geen wonder dus, dat zij ook veel ver eerders heeft. Toch schenkt zij haar liefde aan geen uit haar kring, maar aan Elliot Glyn, ,.den man uit Afrika", die zij bij een vriendin ont moet. Glyn is een sympathiek persoon, die slechts tijdelijk in Engeland is. Door herhoaid misverstand raken zij telkens weer verwijderd van elkaar, maar Camilla gaat naar Zirid- Afriko, toevallig met dezelfde boot als Glyn en door worden zij het met elkaar volkomen eens. De teekening dezer hoofdfiguren is vaak tref fend, alsook die van de minder sympathieke persoonlijkheden als Reggie van Tuyl en Dolly Mortimer. De onbaatzuchtige liefde van Elliot komt mooi uit tegen het gewroet en gekuip van Reggie, die op het geld van Camilla zijn liefde heeft gezet cn die ten slotte een schurk blijkt. Bram Bliek op kostschool, door Drs. D. Polak. Uitg. Valkhoff cn Co., Amersfoort. Bram maakt het niet te best op de H. B. S. en als hij voor de tweedo maal zitten b'ijft, zendt zjjn vader hem naar het instituut van den heer Breedman, een bekend paedogoog. Hier vergeet Bram zijn streken niet, integendeel als er wat uitgehaald moet worden, is Bram pre- sent. Maar hij 'wordt tevens goed aan 't werk gehouden, zoodot zijn rapporten steeds heter worden en op den dog van den overgang kan hij naar zijn ouders gaan met een rapport, waarop geen enkel onvoldoend cijfer voorkomt en maar één vijf. Het is den schrijver niet volkomen gelukt céh aardig jongensboek te geven, waarvan oudere jongens zullen genieten. En uit poedagogisch oogpunt valt er o. i. nog wel wat op ai te dingen. Het verhaal mist te veel natuurlijkheid en is vaak zoo gezocht, dat gezonde jongens er zeker hun toon met in zullen terugvinden. Toch valt-dit soort moppigheid vaak nog wol in den smaak en we kunnen ons heel goed voorstellen dat veel jongens het een lollig boek zullen vinden. Waarmee echter volstrekt niet gezegd is, dat het ook een goed boek is. De nieuwe dag, door Eleonor H. Porter. Uitg. J. Philips Kruseman, den Haag. Robert Burton ontdekte op zijn veertienden verjaardag de groote verschrikking, dot hij lang zaam aan zijn gezichtsvermogen ging verliezen. Voor zijn vader houdt hij dit vreeselijke ge heim, want hij weet hoeveel deze van hem ver wacht. Maar ten slotte moet hij het hem ver tellen en dan wordt alles beproefd Robert nog te genezen. Niets helpt echterl En ook later als beroemde oogartsen hem opereoren is het resultaat nihil. Eén is er, die helder den toe stand doorziet, de trouwe, liefdevolle Suze, de dienstbode, die van 't begin af aan in Robert •zelfvertrouwen kweekt, dat hij nu toch niet geheel van anderen behoeft afhankelijk te zijn. En die goede Suze maakt het ook in orde met Dorothy Parkman, op wie Robert verliefd is, evenals zij op Robert. Hij vindt zijn levens moed volkomen terug, de Nieuwe Dag b:eekt voor hem aan, als hij zijn kennis in dienst stelt om anderen te helpen. Dit boek dankt zijn belangwekkendheid zeker in de eerste plaats aan de prachtige wijze waar op de ontmoediging en de herleving van Robert Burton is verhaald. Maar daarnaast toch ook niet minder aan die pracht-figuur, die SuTe, die een opofferende liefde toont zoo gTOOt en zoo mooi, dat we van haar in de eerste p.aats houden. Ook de liefde van Robert cn Dorthv is fijn geteekend. Een boek vol innigheid, dat ons opvoert en ons hort naar het vol-goede trekt. Het oude huis, door Cecüie Tormay. Uitg. v. Holkema en W/vren- dorf, Amsterdam. Dit, door een bekend stadgenoot uit het Hongaorsch bewerkte boek, geeft de geschie denis van een eenvoudig timmerman, Chrisiof- fel Ulwing, die zich omhoog heeft gewerkt en een gToot bouwmeester is geworden. Man van invloed en gezag had hij in Pest veel tot stand gebracht, veel bouwwerken spraken van zijn arbeid. Langzaam aan had hij zijn naam ge vestigd. Zijn zoon trachtte nog den naam hoog te houden, maar de kleinzoon sloopte het groote werk van den grootvader. Niets bleef hem ten slotte meer over, het reusachtig vermogen van bouwmeester Ulwing stortte ineen en Christof- fej, de kleinzoon, zocht den dood door ver drinking. Voor zijn zuster Anna bleef het groote verdriet over ten slotte ook het oude huis, waarin drie geslachten hadden geleefd, te zien sloopen. Slechts het verleden bleef haar over. Eenvoudig als het gegeven is het verhaal, maar in die eenvoudigheid ligt juist ook een groote aantrekkelijkheid. Daardoor toch sp.'eekt het tragische in deze geschiedenis vaak te ster ker. De toegepaste kunsten in Nederland. Uitg. W. L. en J. Bmsse's Uitg.-Mij., Rotterdam. In deze belangwekkende reeks monogrofieën over 'hedendoagsche sier- cn nijverheidskunst ^ijn wederom twee werkjes verschenen. W. H. van Gispen geeft een uiteenzetting over Het sieraad metaal inde bouw- k u ns t. In beknopten vorm zet do Schr. uiteen, dat de moderne industrie ook in dit opzicht reeds veel producten heeft gebracht, v/eiken men het begrip stijl niet ontzeggen mag, waarna hij een beschrijving geeft van de verschillende metaalbewerkingen. Keurige illustraties ver'ach ten ook weer dit werkje. De machinale textielkunst is van de hand van Com. van der Sluys, die daarin uiteenzet, dat het volstrekt niet opgaat, dat de kunst in het handweven zit en dat de machine naar behooren geleid zeer goed kunstwerk kan leveren. Het komt er slechts op neer, dat de mcnsch meester is van dc machine, hetgeen hij met verschillende voorbeelden, aan de praktijk ontleend, aantoont. Tol van afbeeldingen geven staaltjes van fraaie sierkunst op tcpijten, gordijnen e. d. De doorzager: Heb je gehoord, dat een vriend van me de vorige week z'n kaak ontwrichte met gapen? De doorgezaagde: Waar praatten jullie toeD over? (Humoris* Tactlooze gastvrouw, fa» haar nieuwe bont te lat< Is Pukkie niet dwaas die hoofdzakelijk om i. kwam theedrinken: met hem naar buiten: zijn geweest, maakt.de gedachte aan een konijn hem al dol.!_ (Passing Show)~ De Jansens gaan ver huizen, Verbuizen? En de menschen nier begonnen hen Juist te leereo kennen? r— Daarom gaan ze ook weg. (London Mall) ONZE WEGEN. Een verzoek van de platge drukte Aagt. InDe Gong schrijft „Je plat gedrukte Aagt'* een ópen brief aan „My dear Johnnie Walker" waarin ze jammert over de gevaren van den weg en zegt „In oude tijden en nu nog* zoolang er men schen waren en zullen zijn, waren er cn zul len er zijn, onafhankelijk van elkaarwegen en voetpaden. Er zal altijd zijn een pad der deugd, een smalle weg. Je hebt in de bergen het voetpad, het loopt door de woestijn, het kronkelt door het bosch, gaat dwars door de weidenhet snijdt soms een hoek af of een bocht van een beek; het heet wel een kerk- pad en ook een toepad, wel eens een steeg, een straatje, dc hang, de gesse, het poortje. Och, beste Johnnie gij cn ik, we chérissee- ren ze zeer, ze korten af, ze zijn kalm. ze noo- ülersta vissoher: Waarom zoek Je een ander plakkle Keesft Tweede risscber: Nou. fk kan het daar bij Piet niet nltbouden. hij maakt me zenuwachtig. De kerel helt de bik! en dat laat z'n dobber heen en weer gaaD of b\j telkensI weer beet heit. (London Opinion).! 'j 'Oude Heer, die met een krak ergens op Is gaan zitten: Goede hemel. Ik geloof dat ik..~ Medereizigster, tot haar zoontje: Nonw, Wullem. bèT* Je nou niet gezeid det-je niet met die eiere mos apeole? .(London Opinion) Tante: En hoe vindt Je het boek da. ik Je met Je verjaag dag gaf? Neef: Weet niet, heb het nog niet bekeken. Tante: Watl Waarom niet? 1 Neef: Omdat moeder zei dat ik ef niet aan mocht komend ypor ik m'n handen gewasschen had, -iPunchJfj

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1925 | | pagina 6