In hooge mate dankbaar voor het vele dat dc Koningin in deze 25 jaar voor land en volk gedaan heeft, hoopt Nederland zoo verklaar de spr. dat H. M. nog tol van jaren ge spaard moge blijver., H. K. H de Prinses ten zegen en Haar volk ten heil. De Oranje-vereenigingcn in Nederland heb ben het initiatief genomen tot het «aanbieden van een huldeblijk aan Uwe Majesteit en aan £ijnc Koninklijke Hoogheid. In heel het land vonden haar plannen grooto sympathie en waar geen Oronje-vcreenigingen waren, werden Oranje-coniité's gevormd, dio zich met de voorbereidende maatregelen be lastten. Overeenkomstig den wcnscli der Koningin werd aan de uitvoering dev plannen een een voudig karakter gegeven en werden geen groote geldelijke offers van Hoor Volk gevraagd slechts met kleine bijdragen is het huldeblijk tot stand gekomen. rNnmens het Nederlandsche Volk bood spre ker H. M. en Z. K. H. thans dit huldeblijk non, bestaande uit een door Piet van der Hem ge schilderd portret van het Koninklijk gezin, ver gezeld van een album, bevattende de namen van de verschillende Comité-leden die met het Oranje-Comité hebben samengewerkt. Maar tevens achtte spreker zich gelukkig H. M. oen bedrag van 85.000 le kunnen overhandigen, waaraan spreker H. M. verzocht een Haar wel gevallige bestemming wel te willen geven. Het moge Uwe Majesteit en Uwe Koninklijke Hoogheid zoo besloot spr. behagen, dit eenvoudig geschenk te oonvaorden als een be wijs van hartelijke belongsteling van het Ne- dcrlondsche Volk in Uw zilveren huwelijks feest. Tevens toonde de heer Klokke aan de Koningin, die zichtbaar ontroerd was en blijk gaf deze spontane volksuiting op hoogen prijs te stellen, de reproductie \ari het schilderij, bestemd om aan de schoolkinderen te worden uitgereikt. Het geschenk der marine officieren. Te vijf uur werd ontvangen een deputatie ui* de Kon. Nederlandsche marine ter aanbieding van het geschenk der officieren, n.l. het schil derij van Van Eden te Amsterdam. Vice-odmiraal Fock, commandant der mo- rine te Willemsoord als woordvoerder optre dende, merkte c.m. op, dat de officieren, ken nende H.M.'s belangstelling voor de marine, niet beter hebben weten tc doen, dan een schil derij oan te bieden, waarop de nieuwste typen van schepen en vaartuigen van H.M.'s marine voorkomen, waaromtrent zij. zeide spr. hart grondig de hoop uitspraken, dat en Lm;: in Irvdië tot werkelijkhid zal komen, wat H.M nu in beeld voor zich zou zien. i Hulde der Christelijke scholen. Vervolgens werd door H.M. en Z.K.H. ont vangen een commissie ter aanbieding van een bedrag van 7000.uit naam van de Chris telijke scholen in Nederland, ten bote van de slachtoffers van den Watersnood. De deputatie bestond uit du hoerenP- Oosterlee, voorzitter, A. Oosterwijk, secretaris, mej. H. J. Rijken, penningmeestevesse en don heer A. de Jong Edzn., directeur van het bu reau der vereeniging. De leerlingen weiden vertegenwoordigd door M. de Nic, leerlinge van de Koningin Wilhelm i n a - s ch o ol en W. van der Beek, leerling van de „Vun der I akschool beide scholen van de Vereeniging „de Oranje scholen". Het gvschenk bestaat uit een zilveren blad voorzien van het vignet der vereeniging van Chr. Onderwijzers, voorstellende een leeuw met de vlog, waarop de woorden „Prin- cipiurn Sapientiae Timor Domini" (de vreezo des Hoeren is het beginsel der wijsheid). Het draagt de volgende inscriptie ..Op dit blad werd een gift voor de slachtoffers van den Watersnood aangeboden aan H.M. de Koningin en Z.K.H. den Prins der Nederlanden, bij do gelegenheid van hun zilveren huwelijksfeest, op 7 Februari 1926, door de kinderen van de Christelijke Scholen in Nederland". De gift groot 7000.— werd in zeven bank biljetten overhandigd. Het geschenk werd aan geboden op een kussen van oranje zijde, be dekt door een konten kleedje. De \oorzitter, de heer Oosterlee, hield een toespraak, waarin hij o.m. mededeelde, dat het geschenk dat is tot stand gekomen uit kleino bijdragen overeenkomstig H.M.'s wensch bestemd is voor de slachtoffers van den wa tersnood. Het huldeblijk werd door dc beide kinderen, die van dc deputatie deel uitmaakten aange boden, waarbij het meisje een hcilwensch uitsprak. Vervolgens werd nog ontvangen een depu tatie van hot Sr, Hubeitus Gilde, bestaande "it de heeren Graaf van Rcchtcrcn Limpurg, Al* tena en B. van Weideren Baron Rcngers, die een zilveren blad met gildewopens en wapen schilden unrrboden. Ten slotte ontving het Koninklijk Echtpaar nog den heer Hoogenhuiscn, oud-militair van hoi Nederlondsch-Ind. Lcgur. uit het Konink lijk Militair Invalidenhuis „Bronbeek" tc Arn hem. Deze bood als geschenk aan een door hom zelf ontworpen geborduurd kunstwerk gevat in lijst. DE POGINGEN VAN MR. LIMBURG. Do houding van den Vrijheidsbond. In de „Maasbode" was beweerd, dat dc Vrij heidsbond de leden zijner froctie zou weerhou den van deelneming nnn een kabinet-Limburg. Dot werd in verband gebracht met de omstan digheid, dat de partij ratificatie van het Bel gisch tractaal niet wenschl. De „Vrijheid" ontkent ten stelligste de juist heid dezer bewering en deelt in dat verband het volgende mede: „Geen enke! Komerlid, bohoorende tot «sen der beide fracties van den Vrijheidsbond, heeft ooit aan zijn club kunnen mededeelen, dat hij door mr. Limburg is uitgenoodigd, tot een te vormen kabinet toe te treden, om de eenvou dige reden, dot zoodanige uitnoodiging nimmer heeft plaats gehad. Had zij wel plaats gehad, dan zou vrij zeker van liberale zijde niets ge daan zijn, om zoodanige toetreding te verhin deren Vermoedelijk zou veleer zoodanige toetreding zijn aangemoedigd, «al zou dit na tuurlijk niet insluiten, dot de froctie zich bij voorbaat vereenigde met heigeen mr Limburg ten aanzien vpri het troctaat en het gezant schap bij het Voticaan in het vizier mocht heb ben Voor zoover het blad weet, heeft mr. Limburg slechts geconfereerd „met één bekend Vrijhcidsbonder binten de Kamers; een even bekwaam als onafhankelijk man." SECRETARIS-GENERAAL DEPARTEMENT VAN WATERSTAAT. Eervol ontslag Mr. Solverda 'de Grave en benoeming van een nieuwen functionnaris. Bi'r Koninklijk Besluit is met ingang van 7 April 1926 ncn den Secretaris-Generaal van het Departement van Waterstaat, Mr. Dr. J. L A Sol ver do de Grave, wagens invaliditeit op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit 's Rijk* dienst, met donkbetuiging voor de door hem gedurende eene lange reeks van jaren aan den Lande bewezen gewichtige diensten, en is al* Secretaris-Generaal van genoemd Departement benoemd Mr. G. van der Mculon, thans Admi nistrateur bij doi Departement. Voorts is bij Koninklijk Besluit Benoemd tot Commandeur in de Orde van Oronje-Nass.au Mr Dr. J. L. A. Salverda dc Grave, Secreta ris-Generaal van het Departement van Water staat. DE RIJKSMIDDELEN. Dc eerste maand van 1926 niet ongunstig. De opbrengst der Rijksmiddelen over do eerste moand van dit joar heeft bedragen 45.116.771, tegen, in hetzelfde tijdperk van het vorig jaar ƒ40.851.547, of ƒ2.265.224 meer. Een stijging vertoonden inkomstenbelasting 8.806.Ö53 (vorig jaar Januari 8.787 769) accijns op wijn f 57.559 (v j. 1 50.415)bier accijns ƒ977.785 (v. j 775 125)accijns op geslacht ƒ763 631 (v j. 7755 752); accijns op tobok 1.827.635 (v j f 1.329.845)belasting op speelkaarten f 71 462 (v. j. ƒ70.947); rij- wielbelosting 4.465.548 (v. j. 4.284.558) zegelrechten 2 933 593 (v. j. ƒ3360096); rechten van successie, van overgang bij over-} lijden en van schenking f 3.578 593 (vorig joar 3.560.096)invoerrechten 7 4.527-327 (v j. 2.855.635); Staatsloterij 77.037 (v. j f 76.994)loodsgelden 362.797 (vorig jaar 574.679). Minder lunchten op grondbelasting ƒ2.249.447 (vorig jaar J«inuaii ƒ2.344.075); personeele belasting 2.250.775 (vorig joar 2.486.362) dividend- en tnntièmebclasting 478.429 (v. j 7 586.084) accijns op suiker 3.8C6 871 (v. j. 4.637.660)accijns op bin nen cn builenlnndsch gedistilleerd 3.520 609 (v. j 3.633.594); accijns op zout 7 788.902 (v. j. 203.887) registratierechten ƒ7.607 975 (v. j. ƒ1.743.259); belasting op gouden en zilveren voorwerpen f 77.776 (v. j 7 89.686) statistiekrecht 5T7c285 (v j. ƒ354 684): do meinen, enz. ƒ169.242 (v. j. ƒ184169)akten voor jacht, visscherij enz. 1677 (v. j. 2028) Hot recht op mijnen gaf verleden joar Ja- nuoii een b.ate van 1556, thans nihil do opbrengst van het essaoiloon was voor beide perioden gelijk, n 1. 80. ZU1DERZEE-STEUNWET. Installatie der generale commissie. Heden werd te Amsterdam de generale com missie, bedoeld in artikel 3 der Zuiderzee- slcunwet door den voorzitter mr. G. Vissering namens den minister van Waterstaat geïnstal leerd. Dc voorzitter gaf daarbij een beknopt historisch overzicht van het instituut der tege moetkomingen aan de Zuiderzee-visschersbc- volking, wegens de schade welke de afsluiting der Zuidcizee hun mocht berokkenen. De ver gadering hield zich voorts bezig met het rege len van huishoudelijke bepalingen. De bepalin gen der Zuiderzec-stcunwct, die betrekking heb ben op de tegemoetkoming en aan welker uit voering de generale commissie haar mede werking /.ol hebben te verleenen, zijn nog niet in werking getreden. De vergadering besloot in afwachting daarvan aan hot dagelijksch be stuur der commissie op te dragen reeds thans een aanvang te maken met het verzamelen der noodige gegevens, waarover de commissie bij do uitvoering van haar taak de beschikking zal moeten hebben. Het briefadres der generale commissie is: Amsterdam, Rokin 149. HET PARTIJBESTUUR DER S. D. A. P Het verhandelde in de jongste vergadering. Zaterdag- 13 Februari vergaderd» hei; Partii- bestuur van do S. D. A. P. Besloten werd al dus Het Volk, tot het instellen von een com missie dio tot taak heeft vooistellen uit werken tot uitvoering van dc artikelen 78 en 194 der Grosdwet. Besloten werd na overleg ep in samenwer king met liet N. V. V. tot het organiseeren van een grooie landelijke demonstratie op Zondag 79 September a.s. te 's-Graverthage terwijl het beleggen von provinciale landdagen werd bepaald op 20 Juni. Uitvoerige besprekingen werden gevoerd over dD politieke' situatie en een gedragslij- ontworpen voor het geval dat de onoplosbaar- baarheid van de crisis het voortbestaan van liet ministerie Colijn zou meebrengen. Met dn Sociaa 1 -Democratische Kamerfraotie zal hier over in overleg worden getreden. Omtrent de samenstelling von hel Dage lijksch Bestuur werden opnieuw besprekingen gevoerd. De eerstvolgende vergadering van het Partijbestuur der S. D. A. F. werd op Za- todag 27 Februari a.s bcpaold. „AFVLOEIING" VAN EEN AMBTENAAR. Bezworen van den betrokkene. De heer H. J. Gorter, eervol ontslagen re ferendaris bij het departement van koloniën, heeft zich met een adres tot de Tweede Kamer gewend, ten einde bekend te maken „op welke wijze de Regeering, die zich wegens onzuivere motieven van een ambtenaar wil ontdoen, von het „Wachtgeld-Besluit" misbruik kan ma ken en de daartegen ingebrachte bezworen zonder den betrokkene te willen aanhooren I hooghartig kon afwijzen. De hierdoor zoo wankel -geworden positie van den ambtencor vraagt dringend om de spoedige totstandko ming van eene „Rcchtstoestandwet". Adressant deelt in zijn adres mede, d«at sinds Februari 1925 de Referendaris E., hoofd van het Bureau Comptabiliteit der 3e Afdeeling van het Departement van Koloniën zich stelselma tig onjuiste en onredelijke schriftelijke critiek veroorloofde omtrent zijn ambtelijke voorstel len, wanneer deze gemcid bureau passeerden. Onbegrijpelijk noemt adressant, dnt die critiek, tenzij zc al te dwaas was, werd beaamd door den Secretaris-Gen era ol Mr. Dr. K. en dat deze hem nooit in de gelegenheid stelde de ge maakte opmerldngen te beantwoorden. Blijkbaar enkel naar aanleiding van een niets zeggende opmerking van referendaris E. heeft d? Secretaris-Generaal den 15den Mei 1925 in de meest scherpe bewoordingen zijn afkeu ring uitgcsprolcen over een Nota van adres sant nopens bet voorstel von den Minister van Financiën Colijn over de nieuwe wijze van be- taolbaorstellen van pensioenen enz., itoodig ge worden door de opheffing van de betaalmees ters-kantoren. Daarna hebben de heeren K. en E.. die gelijk later herhaaldelijk bleek bedoelde nota niet of slechts zeer vluchtig gelezen had den, met allerlei middelen gepoogd Minister de Groaff te bewegen tot de beslissing, welke eerstgenoemde oan adressant had o p g c d r a- g e n aan den minister voor te leggen. (Aan die opdracht hnd adressant natuurlijk gevolg gegeven, doch aan het concept-schrijven voeg- do hij, ten behoeve van Minister de Graoff, een korte persoonlijk© opmerking toe). Het resultaat van de vele besprekingen, die cle Minister met zijn drie adviseurs hield, was evenwel, dat de minister den ITden Juli 1925 ten oanzien van de in de eerste plaats bestre den drie punten besloot het advies van adres sant te volgen. De praktijk heeft sindsdien aan getoond, dat 's Ministers besluit tot gunstige gevolgen heeft geleid. Den 3den Augustus 7925 nam Minister de Grnoff, die op hot punt stond zijn ambt neer tc leggen, met zeer welwillende woorden af scheid van adressant, wiens zomerverlof dien- zelfden dog inging. Enkele dogen na het einde van dat verlof, n.l. op 4 Sept. 7925, gaf de Secretaris-Generaal zonder een woord van toeliohting oan adres sant ter lezing zijn bereids door den minister van Koloniën od interim, den heer Colijn, aan vaard voorstel o.) tot samensmelting van adressants ofdee- ling met voormeld Bureau Comptabilliteit b.) tot toekenning van eervol ontslag en wachtgeld non adressant, met ingang van 1 Januari 1926en c.) tot toekennning van d n d e 7 ij k in gaand ongevraagd verlof tot laotstgemelden datum, opdat referendaris E. onverwijld de leiding van odressar.ts afdeeling zou kunnen overnemen. In zijn desbetreffend voorstel had de Secre taris-Generaal o.m. aangeteekend, dat zijn vroegere bezwaren tegen samensmelting van voormelde Afdeelingen (belangrijke overbelas ting van den chef) niet meer golden, nu dc heer E. hem verzekerd had, „dat hij niet tegen de samensmelting opzag integendeel door het ver dwijnen van de voortdurende wrijving tusschen hem cn adressant tijdwinst verwachtte". Tegen het hem aangedane onrecht protes teerde adressant eerst mondeling en daarna schriftelijk bij minister Colijn De Minister wees evenwel de protesten af en wenschte do quaes- tie niet nader te onderzoeken. Zijne Excellen tie stelde zich op het standpunt ook nodnt een klacht was ingekomen I dat aan den se cretaris-generaal de definitieve beslissing in personeele aangelegenheden toekomt on dat de Minister slechts als „politiek" hoofd van het departement optreedt. Nadat aan adressant gebleken was, dat Mi nister Welter die twee dagen no do eindbe slissing van Minister Colijn het beheer van het departement van Koloniën overnam, geen aan leiding had gevonden die beslissing in nadere beschouwing tc nemen, wendde hij zich 27 Oc tober tot de commissie-Schepel met verzoek om een onderzoek te willen instellen naar hot begane onrecht, hem too te staan do in do „Memorie" cn „Nota" gedane beweringen mot bewijzen te staven cn zijn spoedige herplaot- sing in een hem passende Rijksbetrekking te willen bevorderen. Den 14dcn December ontving hij bericht, dat de commissie zijn bezwaren niet in behan deling kon nemen, maar dat uit 't in afschrift overgelegd schrijven ven den secret.-generaal in Algemeencn dienst, dateerende 5 December wellicht viel te lezen, dot hij zicih, desgcwenscht, tot den voorzitter van den Raad van Ministers (den heer Colijn) zou kunnen wenden. In zijn request van 23 December aan den voorzitter van den Raad van Ministers bo toogdo adressant op nieuwe (oan het schrijven van den secretaris-generaal in Algemeencn Dienst ontleende) gronden zijn recht om de in gediende bezwaren voor de commissie-Schepel te brengen. Bij het schrijven van voormelden voorzitter d.d. 5 dezer werd enkel bericht, dat adressant's „functie overbodig was geworden en daarom terecht is opgeheven. NED. VEREEN. V. HUISVROUWEN. In het ofgcloopen jaar 64 medail les uitgereikt aan jubilcercnd huis personeel. Blijkens het verslag van de Nederl. Vereeni ging van Huisvrouwen omtrent de door haar in 1925 uitgereikte medailles wegens langdu- rigen dienst kon in het afgoloopcn jaar door do Vereeniging in 64 gevallen aan een jubelaros- se hulde worden gebracht. In 67 gevallen werd een medaille met oorkonde uitgereikt; in 3 ge vallen alleen een oorkonde, omdat de kosten der medaille de financieele draagkracht der workgeefster te boven gingen. (De oorkonde wordt voor rekening der Vereeniging aangebo den.) In totaal werden wegens 25-jarigen of lango ren dienst gehuldigd 15 dienstboden, 2o kin derjuffrouwen, 3 huishoudsters, I werkster en 2 huisnaaisters; wegens 20-jarigcn dienst: 5 dienstboden, 2 huishoudsters, cn wegens 12 H- jarigen dienst29 dienstboden, 4 huisnaaisters en I werkster. Als men bedenkt, aldus het verslag, dat de medailles en oorkonden alleen ter beschikking worden gesteld van leden der vereeniging cn het ledental al is hot ook belangrijk, het be droeg n.l. op I Jan. 7926 meer dan 22000 in vergelijking met het totaal aantal huisvrou wen in Nederland toch nog maar een gering percentage vormt, blijkt hieruit toch, dat e* nog wel trouw en degelijk huispersoneel be staat. De Commissie lot besludeering van het dienstbodenvraogstuk. In de door de Ned. Vereeniging van Huis vrouwen in het leven geroepen Commissie tei bestudeering von het DienstbodcnvraögstuV. hebben zitting genomen Presidente Mevr. M. J. Brauns—Schngen, Heemstede, Presidente dei Nederl. Ver. van Huisvrouwen; MevT. H. A. van RielSmeenge, Emmen, oud-schoolopziener in de Inspectie Assen; Mevr. Mr. D. R. E. Oppen- heimerBel infante, Secretaris-Penningmeeste res der Ned. Ver. van Huisvrouwen; Mevr. H. van Biema—Hijmans, Den Haag; Mevr. H. van Embdende Ridder, Amsterdam; Mej. Marie Heinen, Den Haag; Adj. Directrice Nationaal Bureau voor Vrouwenarbeid; Mej. H. S. Heyer- mans, Directrice Vrouwenorbeidsschool Rotter dam; Mevr. M. E. Loliman—Bosch, Baarn, In- spectrice Nijverheidsonderwijs; Mevr. F. C. J Olivier—Koch, Directrice Amsterdnmsche Huis houdschool; Mevr. C. Pothuis—Smit, Amster dam, Lid der Eerste Kamer; Mej. S, Schouten, Amsterdam, Voorzitster van den Bond van Huispersoneel; Mej. M. J. Visser, Adj. Direc trice 's-Grayenhaogsohe Arbeidsbeurs; Mej. R. J. van Vriesland, Wee-presidente der Amster» damsche Commissie voor het Dienstboden» vraagstuk; Mevr. E. J. van Waveren—Reesink, Haarlem, terwijl Mevr. James—Brandes als se cretaressen is toegevoegd. De commissie heeft zich in de volgende sub-commissies gesplitst A. sub-commissie voor het onderwijs Pre sidente Mevr. van Riel—Smeenge; secretares se Mevr. Oppenheim—Belinfante; Mevr. Leh man—Bosch; mej. Heyermans; Mej. Schouten; Mevr. van Waveren—Reesink. B. Sub-commissie voor urgent prectisch werk. Presidente: Mej. van Vriesland; secreta resse: Mej. Schouten; Mej. Visser. Deze com missie heeft het recht zich met andere leden aan te vullen. C. Studie-commissie Huishoudelijken arbeid. Presidente: Mevr. van WaverenReesmk, se cretaresse Mej. van Vriesland; Mevr. van Biema—Hijmans; mevr. Brauns—Sdhagen mevr. van EmbdenDc Ridder. De bedoeling is dat sub-comm. A o.a. zal nagaan of, en zoo ja, op welke wijze, de op leiding tot het verrichten von huishoude]ijken arbeid algemeener zou kunnen worden ge maakt, en tevens het leerlingstelsel in studie zal nemen. Sub-comm. B zal hebben te onderzoeken welke maatregelen zouden kunnen worden ge troffen om in den nood van het oogenbllk to voorzien. Sub-comm. C stelt zich tot faak materiaal te verzamelen van hetgeen voor de toekomst zou kunnen strekken ter verlichting van den huis- boudelijken arbeid, waartoe moeten geacht wor den to behooren Te. maatregelen van over heidswege of particuliere verecnigingen; 2c. uitvindingen of technische verbeteringen, dio bedoeld work vergemakkelijken. DE RECHTSPOSITIE VAN HET BUITEN ECHTELIJK KIND. Oen rappot uit do Ned. Vereeniging van Staatsburgeressen, Een Commissie ter bestudeering van de rechtspositie van het buiten-echt geboren kind ingesteld door de Ned. Vereeniging van Staats burgeressen, bestaande uit mr. B. Bakker— Non, presidente M. Cohen TervsertIsraels mr. S. J. L. van Aalten, dr. Allctta H. Jacobs, dr. Cato M. van der Pijl, C. van Schaik—Dob bel man en mr. Est—Simons, heeft thans een rapport uitgebracht, dnt in het maandblad der vereeniging gepubliceerd is. In de inleiding schrijft zij „Long heeft do overtuiging igegolden, dat de bescherming van het huwelijk en de daor» uit geboren kinderen, vanzelf meegebracht, dat buiten echt geboren kinderen van elk wet telijk geregeld familieverband vlenstoken bo boorden te zijn. Dit werd dan beschouwd als straf voor de> in ongeregelde verhouding ge leefd hebbende ouders cn als afschrikwekkend voorbeeld voor anderen. Intusschen, sinds de laatste 25 jaren breekt zich de andere, o.! juistere opvatting baan, dat de samenleving er niet bij gebaat is, wanneer een aantal kin deren op zoo onredelijke wijze achtergesteld wordt bij dc in wettig huwelijk geborenen. Ook komt bot rechtsgevoel er tegen in opstand, dat de volmaakt onschuldige kinderen meer dan 't onvermijdelijke te lijden hebben door de on maatschappelijke verhouding hunner ouders en vooral togen het feit, dat, terwijl d© vadei van een buiten-echtelijk kind vrij irif gaal, smaad en verachting het deel zijn van de ver laten vrouw, wier moedertaak daardoor, tot schade van haar land, boven haar krachten verzwaard wordt." Uitgaande van die overwegingen wenscht de Commissie o.a. afschaffing van de onnoodige erkenning van hei kind door de moedier, (moe» der maakt geen bastaard), mogelijkheid tot ge dwongen erkenning door den vader, geen vrij willige erkenning door den vader zonder toe stemming van de moeder, vergemakkelijkkine dor invordering van de bijdrage tot onderhoud regeling der voogdij bij minderjarig moeder schap, erfrecht van het buitenechtelijk kind enz. HET VERPLEEGSTERSEXAMEN. Een adres der Ned. Vereen, van V rouwenarbeid. Namens de Nat. Vereeniging voor Vrouwen arbeid is de Min. van Arbeid er op gewezen dat het examen voor het diploma als verpleegster of verpleger niet ten volle tot zijn recht kun komen, wanneer het niet mede wordt afgeno men door personen, die dit beroep grondig en uit persoonlijke ervaring kennen. Hem is daar om dringend verzocht de min. beschikking van 13 Dec. 7923 zoo spoedig mogelijk in dezen zin te willen wijzigen, dat onder deskundigen zoowel „verplegenden" als „geneeskundigen" moeten worden verstaan; en daarna onverwijld ecnerzijds de Stantsgedelegeerden in de ex«i- mencommissies zoowel voor het diploma voor algemeen© zaken als voor zenuwzieken en. krankzinnigenverpleging met een adequaat aan tal verplegenden te willen aanvullen, anderzijds aan de exam ine erende ziekenhuizen als eisch te willen stellen, dal van elke examencommis- sie ook verplegenden deel uitmaken. STAMBOEK VOOR HET NEDERL. TREK PAARD. De algemcene vergadering. In restaurant de Twee Steden te Den Huag is gister de algem. vergadering van de vereen. „Stamboek voor het Nederl. Trekpaard (B. T gehouden. De Voorzitter, de heer jhr. J. v. Vredenburch. te Capelle, heette de aanwezigen welkom, in bijzonder den heer Kakekeeke, inspecteur van den Landbouw en herdacht dc overleden her ren J. Hcndrickx te Roermond, een bekend jury lid, en den bekenden fokker, den heer Spitters, die op de tentoonstelling te Dordrecht een on geval heeft gehad. Spreker beschreef den toestand van de paar denfokkerij en memoreerde in het kort de plann nen voor de toekomst Besloten werd, 7 cn 8 Juli de zesde nationale tentoonstelling te houden te Breda, waartoe van de zijde der militaire autoriteiten veel medewer king wordt ondervonden. Aan het jaarverslag over T925, uitgebracht door den secretaris den heer J. de Vries, te Den Haag, is ontleend, dat ofschoon in vele opzichten op het gebied der paardenfokkerij do toestand somber is en ook de vooruitzichten nog niet gunstig zijn, geen klaagtoon mag wor den aangeheven. Het ledental is met pl.m. 500 vermeerderd tot 8662, dus weer gekomen op het punt, bereikt in de tijden van hoogconjunc tuur. Verder wordt nagegaan, welke mutaties er hebben plaats gehad, welke vergaderingen er zijn gehouden, enz. O.m. wordt herinnerd oan het succes der Nederlandsche inzending op de tentoonstelling te Milaan. Bij het puntbenoeming van juryleden, kwam in behandeling een motie van de afd. Limburg, strekkende om de belangen der fokkers in den eigclijken zin des woords meer naar voren te brengen. Deze motie werd, in gevolge nadar© besprekingen, in beraad gehouden. In de vacature, ontstaan door het overlijden van het jurylid den heer J. Hendrickx te Roer mond (voordracht van het hoofdbestuurP. den Ouden te Rotterdam en M. Damoiseaux te Rotterdam) werd gekozen de heer den Ouden. In de vacatures, ontstaan door periodieke af treding van twee plaatsvervangende juryleden (voordrachten van het hoofdbestuura. Joh. de Feyter Johzn. te Schoondijke en J. Wisse te Anna Jacobapolder; b. J. de Vries alhier en A. F. Reichman te Steenderen) werden gekozen de heeren Feyter cn de Vries. Besloten werd, de volgende algem. vergade ring wederom hier ter stede te houden. No de rondvraag werd de nieuwe film van de vereeniging vertoond, welke bestaat uit ge deelten van de twee bestaande films, vcreenigd met opnamen van de 5e nationale tentoonstel ling te Dordrecht. DE CRISIS VAN HET PARLEMENTARISME. Rede van den oud-gezant Charles Benoist. De heer Charies Benoist de l'institut d« France en oud-gezant van Frankrijk, heeft gis teravond in het klein-auditorium van de Leid- sche universiteit een lezing gehouden over: Ln crise du Parlementarisme. Nadat de voorzitter van da vereeniging van wetenschappelijke voordrachten, prof. Van Itallic, den spreker een welkomstwoord had toegesproken, waarin de voorzitter in herinne ring bracht de vele bewijzen van sympathie die do heer Benoist voor Nederland aan den dag heeft gelegd en na hem geprezen tc hebben «Is staatsman zoowel els geleerde, gaf spreker den heer Benoist het woord. Deze zeide vroeger reeds tc hebben aangc- taond, dat het parlementaire stelsel niet is, het geen men gewoonlijk geneigd is te gelooven en spr. zelf ook oorspronkelijk dacht, een eeuwig durend en over de geheele v-ereld verbreid 'ets, maar dat het juist een stelsel is, dat be trekkelijk nieuw en plaatselijk genoemd kan worden, zeer begrensd door tijd en plaats. In de juiste bcteekenis van het woord heeft het parlementaire stelsel in Engeland niet lan ger dan twee eeuwen bestaan, in de Vcreonig- dc Staten slechts een cn een kwart eeuw en in West-Europa niet langer dan drie-kwart een heele eeuw. Wat betreft de oppervlakte, die het stelsel bestrijkt, kan geconstateerd worden, dat het rich slechts uitstrekt tot 25 a 30 gTaden Oos- 'erlengte. Buiten de 25ste of 30ste gr. blijven clechts Turkije en Rusland over, een Oostersch gebied, waar het zich nooit heeft kunnen inbur geren, behalve dan ih Azië, dat Japan nabootst, Men vergist zich echter door oan ,te nemen, dat in het parlement alleen het parlementaire stelsel tot uiting komt, wanneer ontevreden over het werken in een bepaalde Kamer, men de onmacht uitbazuint niet alleen van die Ka mer, niet slechts van alle bekende Kamers, maar van het heelo bestaande parlementaire stelsel. Maar deze vergissing is begrijpelijk, want irt het parlementaire stelsel zooals wij dat in do praktijk kennen, gaat het parlement heen, van het moment, dot het zijn zin niet krijgt. Maar hot is onwaar, dat dit in overeenstemming is met het stelsel als zoodanig, het is slechts een gevolg van een ten top gedreven verdorvenheid. Deze verdorvenheid noemt spreker „pariet mentair gedoe" en heeft met het parlementair# stelsel niets uitstaande. Het werkelijke en oorspronkelijke parlement taire stelsel was bedoeld te zijn een wijze vart regeeren gebaseerd op verdeeling, op samen werking en op evenwicht der publieke organen van een land, waarbij geen der organen zijn bevoegdheid te buiten zou gaan. Geen over- heersching van het een over het ander. Spr. gaf vervolgens een overzicht van do parlementaire stelsels in de verschillende lan den en van den inhoud van de Constitutie irt Frankrijk van T875, waarbij o.m. de rechten werden vastgelegd van den president van dé Republiek. Doz© waren zeer verstrekkend, en menig constitutioneel vorst zou ze kunnen be nijden. Maar wat is in werkelijkheid van deze macht en dit recht terecht gekomen? In wer kelijkheid behalve de titel en de uiterlijke schijn alsof ze nooit bestaan hebben. Spr. gaf een resumé van alle rechten van den president en vergeleek daarmede dc gevallen, waarin dezé rechten wel hadden behooren uitgevoerd t« worden, doch in de werkelijkheid niet is ge schied. De fout in het parlementaire stelsel, 2*>oate dat geworden is, komt hoofdzakelijk voort uit de omstandigheid, dat de daarbij noodzakelij ke organen niet in kracht evenredig aan elkaar zijn. 'Als het hoofd von Staat te krachtig is, dan zijn de ministers, zooals Bismarck het uitdruk te, dan „de Dienaren van Hare Majesteit". Wanneer het kabinet te sterk is, dan is het hoofd van staat verlamd en de Kamers zijn tot nietsdoen en onderworpenheid gedoemd. Wanneer daarentegen de Kamers krachtig zijn, don is het hoofd van staat niet veel anders don een machine, die dekreten onderteeke-i nen mag, de ministers distribuceren baantjes, pensioenen en decoraties en enders niets. Of wel het hoofd van staat is niet krachtig genoeg, en don krijgt men een ondergrcndsche, menig-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1926 | | pagina 6