AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander"
A
BERICHT
ADVERTEERDERS
FEUILLETON.
TWEEDE BLAD.
8
I
8
1
AAN
Geïllustreerde Advertenties
8
D
D
Cl
n
Cl
Cl
Cl
lü
n
n
n
n
ci
n
P
n
Hst ondergiondsche Syndicaal,
24ste Jaargang
No. 198
Opvoeding en Onderwijs.
Nieuwe Wegen.
VI.
'De nieuwe school, waarnaar in onzen t'jd
de verlangens van zooveren uitgaan, wil
niet meer in de eerste plaats zijn een „leer
school, maar een „levens"-school. Een in
richting, waar wordt opgevoed, dat w«l dan
zeggen, waar het kind de gelegenheid krijgt
de in hem sluimerende eigenschappen te
ontwikkelen tot heil van hemzelf en de
samenleving. Het onderwijs vormt voortaan
een onderdeel van de opvoeding, niet om
gekeerde
'Ben der grootste wijzen, die hier ini het
Westen vereerd wordt, Goethe, 'heeft eens
gezegd, dat een karakter sleohts gevormd
word't in den stroom van het leven. (Es
bildet si'ch ein Gharakter im Strome oer
Welt). Als dit waar is, en wie twijfelt er
aan?, dan zullen we ons tooh eens heel
ernstig moeten afvragen of onze schoolsche
opvoeding niet zwaar zondigt tegen deze
stelling. Hier immers wordt de leerling niet
gehouden in den stroom van het leven. In
tegendeel, hij wordt eruit gelicht, behan
deld ais een slaafje, cis een gevangene,
zonder bewegingsvrijheid, zonder gelegen
heid tot het nemen van initiatief, zonder
onophoudelijke zelfwerkzaamheid. Onze
school is niet wat dC nieuwe opvoeders als
James. 'Dewey, Claparede, Geheeb, Montes-
sori, Decroly, enz. vragen, dat ze zijn zal,
een gemeenschap.
En hoe kan het karakter zich vormen, hoe
kan de wil gestaa'.d worden zonder de on
ophoudelijke, zooveel mogelijk zelfstandige
daad, zond'er het voortdurende kontakt met
kameraden, riet alleen op de speelplaats,
maar sieeds, den geheel en dag door? Hoe
zou, zonder dat, verdraagzaamheid geleerd
kunnen worden, hulpvaardigheid, samenhoo-
righeidsgevoel, onderlinge waardeering, in
nerlijke 'tucht?
Een dier grootste grieven, die men, zeer
terecht, tegen onze tegenwoordige samen
leving heeft, is het gebrek aan gemeen
schapszin, aan samenhoorigheidsgevoel- Het
ligt in de natuurlijke orde der dingen, dat
dit zich eens heel sterk moest openbaren.
Wanneer het individualisme, die tendenz
san onze beschaving, inderdaad zoo hoog is
opgevoerd als in onze dagen, dan spreekt
het vanzelf, dat aller belang en belangstal-
ling geconcentreerd' worden om het eigen
i'k: ons tegenwoordig individualisme gaat
gepaard met een groote mate van ego-cen-
triciteit, die bij tallooze individuen 'S ver
worden tot een sohaamtelcos egoïsme.
Dat op die wijze onze samenleving is ge
worden tot een vem-elkaecdeven ligt voor de
hand. En het zou haar dood zijn, indien riet
een ander individualisme zich juist in onzen
tijd" begon te openbaren, ook heuglijk
teeken onder d'e jongeren in de jeugd
beweging. Dit zal worden het individualis-
nve van den nieuwen lijd, dat zichzelf te
builen is gegaan cf te boven is gekomen,
al naar men het nemen wil. Daarom krijgt
het wcord broederschap in d'e laatste je. en
een anderen klank, een diepere beteekenis.
Het is merkwaardig te coir 'aleeren van
hoeveel stroomingen dit woord of liever dit
begrip is geworden 'het beginsel. Lang
zamerhand krijgt het d'en zin A an eenheids
besef in zijn hoogste aanzicht, van gemeen
schapszin in een lager.
Terwijl» de mensbh volkomen zichzelf ge
lijk kan blijven in de voor hem karakteris
tieke eigenschappen van intellect, ver»
kunst, van gemoed', van organisatietalent,
kan hij zich wel degelijk afvragen hoe h:j
deze het best kan stellen in dienst der
samenleving-. Het begrip: de kunst cm de
kunst, hooggehouden door d'e Romantiek,
begint plaats te maken voor dit andere: de
kunst cm de same he ving. En zoo is het met
alles, ook met de opvoeding. Daarom ook
is het vraagstuk der opvoeding niet maer
een individueel vraagstuk, het is een maat
schappelijk vraagstuk, en wel in dubbelen
zin, n.L ten eerste in dezen: dat de maat
schappij zich wel degelijk en op een zoo
luim mogelijken basis met de opvoeding
moet bezig houden, maar ook in dien zin,
dat in de opvoeding het sociaal besef tot
ontplooiing moet worden gebracht.
Dit is de term, die men in de naaste toe
komst veel in opvoedings- en onderwijs
kringen zal hooren: sociaal besef. Ieder kind
heeft sociale instincten, die het voorbestem
men tot gemeenschapsmensoh. Dat wil zeg
gen, het heeft saamhoorigheidsgevoel reeds
door het f^it, dat het in een familie
wordt geboren, waarmede het uit den aard
der zaak sterke banden van bloed en ge
woonlijk ook van aanleg heeft. Maar liet
heeft meer dan dat. Het heeft een soort
van natuurlijk eenheidsbesef, dat het zich
overal thuis dk>et voelen en vertrouwd doet
zijn met alle voorwerpen en wezens, cli-e hot
niet ruw aandoen of bejegenen.
Behalve atavistische vrees-gevoel en-s, kent
het jonge kind (het normale natuurlijk!)
eigenlijk geen vrees of angst. Wij ouderen
zorgen gewoonlijk wel, dat het daar 700
kort mogelijk van verstoken blijft, door hot
telkens angst aan te jagen, door het griezel
verhalen te vertellen en door ons ruw te
gedragen. Maar het natuurlijk reine kind
slaat in zeer hooge mate onbevangen tegen
over de wereld'.
In de nieuwe opvoeding willen èn ouders
èn beroepsopvoeders niets liever dan dit
heerlijke gevoel zoo ongerept mogelijk be
waren en het -verder omzetten in sociaal
bewustzijn.
Kinderen houden er van nature van
samen te werken, samen te spelen, samen
te sludeeren. Die aanleg te helpen ontwik
kelen tot een werkelijke kradht in hun
leven, welke -hen zal voeren tot onzelfzuch-
tigen dienst aan anderen, tot die hooge,
zoo bij uitstek Christelijke deugd, 's e-en
opgave, die de nieuwe school zich stelt.
'Maar daarvoor is het noodig, dat het kind
over veel meer vrijheid beschikt dan thans
het geval is en dan moet er een omgeving
zijn, die het mogelijk maakt deze vrijhei in
goede banen te leiden.
Vele scholen in het buitenland hebben
dit ingezien, lang voor wij tei> onzent nan
dit ernstige probleem dachten. En het Waren
natuurlijk particulieren, die hierin voorgin
gen. Zoo heeft men b.v. in Duitschlend
verschillende „Landerziebungsheime", in 't
Hollandsch platte!and'sopvoedings-instdHin
gen, die hun ontwikkeling a\ meer dan hon
derd jaar geleden begonnen zijn en waar
van maar heel zwakke klanken tot in Ne
derland doordrongen.
Wie diaar meer van wil Weten- moet maar
eens lezen het Mierenbcekje van Sa'.zman
(Wereldbibliotheek). Eigenlijk kunnen we
nog verder teruggaan in de geschiedenis en
reeds fcij Montaigne en Robe-Vis (IOde
eeuw), bij Comenius en Locke (17de eeuw)
een theoretisch verzet tegen de middel-
eeuwsohe scholastiek (d. i. de methode, die
in de middeleeuvsche scholen- gevolgd
werd) opmerken, terwijl Rousseau (18de
eeuw) daar waarschijnlijk wel het sterkst
tegen in verzet kwam.
Tot de praktijk 'kwam het waarschijnlijk
het eerst ï-rt Dcitsohland, waar Basedow in
1774 zijn eerste school te Dessau be^on,
en Sauzmann te Sc'hnepfenthcl in 1783. De
eerste nieuwe school in Engeland' is die van
dr. Reddie te Abbotshclme (1889). Ben der
meest bekende is ongetwijfeld die van dr
Pearl Geheeb tussen en Darmstad t en Heidel
berg, bekend onder den nar.m Odenwald-
schule en gesticht in 1910.
Voor den oorlog waren er eer. hcnd'id-
tat verspreid over de gebeeie wereld, nke
Individueel e pogingen cm de opgroeiende
jonge mens dn en zoo jeng mogelijk deel te
doen uitmaken van een ware gemeenschap,
waarvan zij stemhebbende leden zijn. met
rechten, ongetwijfeld, maar ook met veel
plichten. De gemeenschap vormt één- groot
gezin, waarin ieder zijn taak heeft te ver
vullen, waarin gewerkt wordt den geheelen
dag en waarin lichamelijke en geestelijke
arbeid elkaar voortdurend afwisselen. Er
wordt gestreefd naar een sterk hygiënisch
leven in nauw kontakt met de natuur, naar
het kweeken van een vriendelijke, broeder
lijke sfeer, waar de zelfstandigheid gewekt
wordt, lichaam en wil gehard en het karak
ter zich vormt in den voortdurenden om
gang met de kamerader..
Duizenden hebben dr.or moreele en
lichamelijke gezondheid nr.: .sikkelcl en uit
nemende menschen hebben daaraan htm
vorming te den-ken.
Maar deze vorm van schoolgemeenschap
is niet Hollandsch en tot sic Ms ah overne
men van wat het buitenland heeft gedaan,
leenen wij ons niet gaarne.
Toch zal het ernstige overweging ver
dienen na te gaan, we'k deel van wat daar
in den vreemde is ontstaan, over te bren
gen is ook in onze scholen, aangepast aan
onze Hel lande oh e gebruiken en Hollandsche
inzichten1.
J. H. BOLT.
KON. BESLUITEN.
De Staatscourant van heden IQ Fcbr
bevat o.a. de volgende Kon. besluiten:
aan den luitenant ter zee le kl. H. J. Bue-
ninck, destijds werkzaam aan de afdecling de
fensie van het departement van Marine, oei vol
ontslag verleend als lid der Staatscommissie in
zake luchtvaart en is tot lid dier Staatscom
missie benoemd de luitenant ter zee le klasse
H. G. de Bduijne, werkzaam bij de ofdeeling
defensie van het departement van Marine.
op verzoek eervol ontslagen M. C. Schram,
notaris te Kruiningen;
tijdelijk en wel uiterlijk tot 1 April 1027 be
noemd tot commissaris van Rijkspolitie M
Adriaanse, tevens inspecteur van politie te
Schoten (N.-H.);
op verzoek eervol ontslagen de ccrste-luite-
nant op non-activiteit K. P. Innenéc en de twee
de-luitenant op non-activiteit J. Immink, beiden
van het wapen der Infanterie en zijn zij be
noemd resp. tot reserve-eerste luitenant en tot
reserve-tweede luitenant bij het 15de regiment
infanterie;
op verzoek eervol ontslagen de reserve-kapi
tein voor speciale diensten R. G. A. Z. Baron
van Hnersolte, van het Vrijwillige Landstorm
korps Motordicnst en de reserve-eerste-luite-
nant P. de Joncheere, van het regiment Ves
ting-Artillerie, W. P. Kruijswijk van het regi
ment Genietroepen cn'W. Jonker von het 12o
regiment Infanterie en de rcscrvc-eerste-luite-
nant B. Telder, van het 10e regiment infante
rie.
MET ZILVEREN HUWELIJKSFEEST VAN
I-IE^T KON. ECHTPAAR.
Défilé der grenadiers en jagers.
Gistermiddag 0111 half één had te den
Haag liet défilé plaats, voor de vorstelijke
familie, door de Brigade Grenadiers en Ja
gers waartoe ook behoort het 15de regiment
Infanterie.
Aanvankelijk zou het défilié reeds ten 12
ure plaats hebben, maar liet werd uitgesteld
tot half één
In verband hiermee was reeds lang voor
het vastgestelde uur een groote menigte
menschen in de omgeving van het paleis
saamgelionien om liet militaire schouwspel,
dat, zooals altijd zich in de populairiteit van
vele Hagenaars mag verheugen, gade te
slaan.
Precies tc half een verlieten H. AL de Ko
ningin, Z K. li. de Prins en H K. H. de
Prinses het paleis om vanaf het voorplein
het voorbijtrekken der troepen tc zien. Dc
prins v/as gekleed in generaals uniform.
De vorstelijke familie had in Maar Gevolg
den Vice-admiraal Baitduin. ciict van het
/Militaire Huis van H. M. de Koningin tevens
Mr. Ms. adjudant-generaal, den adjudant
□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□□Dg
0
„Model-Advcrtcnties"
komen altijd fan pas;
Zij sterken Uw reputatie
enUw kas.'
.GEMEEN wordt tegenwoordig
in het bedrijfsleven een
steeds sterker wordende neiging waargenomen tot het
voeren van betere, meer doeltreffende reclame. ooral valt
daarbij op hoe het adverteeren in de waardeering van den handel
stijgt en hoe op zijn beurt iedere advertecrende zakenman ernaar
streeft zijn annonces aantrekkelijk te maken door illustraties.
Dit is echter kostbaar en daarom niet vol te houden, hetgeen
betreurenswaardig is daar met het verflauwen van de plaatselijke
reclame ook de plaatselijke handel verflauwt en de welvaart cener
stad afhankelijk wordt gemaakt van de massa-productie.
Indachting aan deze overweging hebben wij besloten ten be
hoeve onzer adverteerders het uitsluitend publicatierecht tc ver
zekeren van den wckelijkschen dienst „Model-Advertenties",
waarin wij op afwisselende tijdstippen voor elk bedrijf een aar
dige, passende teckening beschikbaar hebben in zoogenaamden
„gietvorm", welke wij dcsverlangd met goeden advertentie-tekst
kant en klaar leveren.
Volledige inlichtingen worden ren ons bureau verstrekt of
anders door onsen vertegenwoordiger, die dagelijks te ont
bieden is.
AMD. AMERSE. DAOm ad.
Tel. 513-
j
O
O
O
B
0
D
D
KI
1
van H. AL kapitein de Jonge van der Halen
en den ordonnans-officier. 1ste luitenant
Phnff, benevens twee hofdames.
De prins werd vergezeld door ziin adju
dant, majoor jhr. Lonian Trip.
Toen de Koningin, de Prins en de Prin
ses op het voorplein verschenen ging er een
luid hoera op uit de groote menigte.
De troepen marcheerden, komende uit de
Oranjestraat, in rotten van vier in de rich
ting van de Plaats. De stoet werd vooraf
gegaan door de Koninklijke Militaire Kapel
Tider leiding van den lstcn luitenant Boer.
De Kapel stelde zich links van liet ruiter
standbeeld op. De brigade-commandant.
Kolone' Bovel, met zijn adjudant was even
eens op liet voorplein aanwezig.
Het eerste defileerde het regiment grena
diers onder bevel van den overste Verberne,
vervolgens het regiment Jagers onder com
mando van Overste Wagner en ten slotte
set 15de regiment onder commando van
Overste Koning.
Onder het soclen van de ponulaire grena-
diersmarcli „Turf in je ransel" marcheerde
de troencn voorbij de Koninklijke familie.
Na afloop van het défilé riep H. AL de
Koningin den brigade-commandant kolonel
P»ovel bij zich en betuigde hem Haar inge
nomenheid en tevredenheid.
Onder liet geiuieh der menigte trok de
Koninklijke familie zicli weder in het paleis
terug.
Huldeblijk von
Comité 1926.
het Oranje-
Van d: zijde van het Oranje-Comité deelt
men ons omtrent de plechtigheid ten Paleize
nog een cn ander mede. De ontvangst droeg
ten zeer intiem en gemoedelijk karakterhet
koele en vormelijke dat bezoeken ten hovc ge
meenlijk onderscheidt, bleef ditmaal bijna ge
heel achterwege. Toen de heer C. F. Klokke
had uitgesproken, vertolkte de Koningin ir>
eenige dankwoorden de gevoelens die de aan
bieding van dit gcschnk bij haar had opge
wekt.
Zij zeide diep, zeer diep te zijn getroffen
door dit blijk vnn hulde evenals door de sym
pathieke wiize waarop het Oranje-Comité had
gewerkt. Hel had hoar bijzonder getroffen, dot
ons volk in alle kringen en geledin<ren met baar
huwelijksfeest had meegeleefd. De gevoelens
van het oogenblik sleepten haar a'dus mee, dat
zij geen woorden kon vinden om haar intonscn
dank non do comité-leden te betuigen. Haar
stem stokte van innerlijke ontroering, de tranen
sprongen hoar in de oogen, en zij besloot haar
toespraak met de woorden: „mijn innige, innigo
dank, ook voor allen in den breodsten zin dio
aan dit geschenk het hunne hebben bijgedra
gen."
Het was vcor de aanwezige leden van het
Comité von aanbieding een onvergetelijk mo
ment. De Koningin drukte olie comitc-leden
de hond en bedankte hen ieder nog ofzonder-
1 ikZij was buitengewoon ingenomen met hot
feit, dot de reproducties van het schilderij
ondeT de schoolkinderen zullen worden vér-
spreid, en hoorde met genoegen naar de mcdc-
dceling, dat het aantal ingekomen bestellingen
voor dezo plaat reeds zóó groot was, dot wah-
neer alle bestelde prenten op <?lhaor werden
gelegd, een hoogte* zou worden bereikt van
2'.^ maal den UtTcchtschen Domtoren. Zij prees
do uitvoering von het album en vei zocht haar
erkentelijkheid ook over te b:engen aan de
leden von dc provinciale en plaatselijke
comités.
De Prins onderhield zich eveneens met de
comité-leden en gaf evenzeer op spontane
wijze uiting aan zijn geve Mens van donk en
sympathie.
Door Mrs. C N. WILLIAMSON.
Nederlandsche vertaling van Ada von Arkel
10
„Eigenaardig dat een strooper op een ver
meenden waker vuurde met een kogel, is het
niet merkte Sheila nadenkend op.
„Ja, dat is een vreemd punt van de zaak,
al zal waarschijnlijk blijken, dat het doodeen
voudig verklaard kan worden. De politic is al
aan het onderzoeken, maar kapitein Derby
heeft haar tot nu toe niet veel géholpen. Mr.
McKinnon vindt het vreeselijk vervelend, dat
er zooiets hier gebeurd is, maar het heeft na
tuurlijk niets met het hotel te maken en ka
pitein Derby geeft toe, dat hij nog op of dicht
bij het gedeelte van het goed was, dat nog
aan Lord Glentorly behoort."
Op dit oogenblik kwam de diiecteur zelf bin
nen, maar deelde mede, dat hij even met
jnr. Munro wilde spreken, vóór hij met juffiouw
Douglas ging werken. Hierdoor kreeg Sheila de
gelegenheid, die ze noodig had en nadat ze op
een papiertje dc woorden „Niet ernstig ge
wond. Zal in een paar dagen beter zijn", had
gekrabbeld, ging ze naar de hail om lady Viola
op te zoeken.
Zooals ze verwachtte was hel meisje daar,
doch er stonden een paar menschen met haor
t'e praten en al zag ze Sheila ook, ze kon toch
niet laien blijken dat ze het deed. Het was
r.iel gepast voor een employé van het huis
om in de groote hal] onder _ol de .gasten rond
t'3 hangen, zonder eenig bepaald doel, cri
Sheila zou niet geweten hebben wat te doen,
en hoe haar belofte ann Viola te houden, als
Mr. Frankiin niet naar haar toe was gekomen
cn met opvallende 1 rlclijkheid haar had aan
gesproken.
„Ik hoop, dat u uw uur met mij niet heeft
vergeten z> i hij, de mcoie typiste aanziende
met het wat brutale air van onverholen be
wondering, dat ze gisteren reeds half geneigd
was geweest om af te wijzen. Maar toen ze
beleefd, doch wat koel antwoordde, veranderde
het gezicht van den man zóó plotseling, d «t
Sheila niet kon laten verbaasd rond te zien
om dc oorzaak ven zulk een verandering op te
speuren. Zijn oogen hadden opgeglansd in eer.
machtige oprechte aandoening, zoo geheel
verschillend van de gemakkelijke galanterie die
in den blik lag waarmee hij de stcnografe at
zag.
In een seconde begreep Sheila. Lady Viola
Rayne had zich van haar kennissen afgewend
en kwam naar hen toe. Het zien van haar bui
tengewone en fijne schoonheid had het nieuwe
licht in de oogen von Mr. Franklin ontstoken.
Het Schotsche is je wachtte niet tot ze
dichteibij kwam, h een paar possen vooruit
gaande, reikte ze haar hel opgevouwen pa
piertje toe cn zei op beleefden toon „Hier is
het lijstje waar u om vroeg".
Lady Viola blocsd'c en zag er liever dan ooit
uit. „Dank u wel", zei ze en ging weg, bran
dend van nieuwsgierigheid) daar was Sheiln
zeker van, om den inhoud Tan het „lijstje" te
weten te komen. Op hetzelfde moment kwam
lady Marsden echter in de hall, haar oogen
zonden - een snellen blik naar haar dochter cn
Sheila hoopte van harte, dat ze niet juist ge
zien had, dat ze het papiertje, in de hand van
lady Vic!,ayJjct glijden.
„Wie is dat?" vio:g Franklin zacht, rr.arr
op nieuwsgierigen toon cn het kwam Shcilo
voor dot in dit moment van diep gevoel zijn
accent heel anders was. „Ik geloof, dat hij hec-
lcmaal geen Amerikaan is", zei ze in zichzelf,
ten zeeisle verbaasd. „Dit is zijn ware manier
van spreken, de andere is maar aangeleerd.
Maar waarom Waarom doet hij zich voor als
een Amerikaan, als hij het niet is En mr.
McKinnon zegt, dut hij een müiionair is, dus
hij kan geen enkele reden hebben om zich
anders voor te doen, zooals andere menschen
wel eens doen, die heel arm zijn cn onbekend".
Dit alles schoot door het hoofd van het
meisje in een onderdeel van een seconde en
zo antwoordde, schijnbaar zonder aarzelen
„Dat is lady Viola Raync".
„Allemachtig, dus dat is lady Viola", riep
F.anklin en Sheilo hoorde aan zijn toon, dat
cit piet de ceiste keer wos dat hij haar naam
hoorde noemen. „Ze is een schoonheid I"
Ja", erkende Sheila. „Ik geloof, dat ik nu
naar Mr. McKinnon moet gaan, mr. Franklin.
Ik zal niet vergeten
„Wacht nog een oogenblik, als 't u blieft",
zei de ander. „Kent u lady Viola
T.ln het geheel niet", antwoordde Shcila
onmiddellijk, „behalve dat ik in staat was haar
een kleinen dienst te bewijzen door mijn werk".
„Toch mag 2e u graag, dat zag ik aan haar
cogen", zei Franklin nadenkend. „Ik wed, dat
u van dat meisje een vriendin kon maken, als
u wilde". Zijn accent was nu weer sterk Ame-
rikaanscn.
Sheila lachte. „Ik vrees, dat dot niet in de
lijn van mijn werk ligt. Zij is de dochter van
een gravin en ik ben de secretaresse van
mr. McKinnon". Met een beleefd knikje excu-
,zc zich bij ir;: Franklin cn ging weg.
Hoofdstuk IV
De eerste dag.
Sheila hoopte dat ze gedurende haor onder-
half uur bij mr. McKinnon verder nieuws over
kapitein Derby en zijn geheimzinnig midder
nachtelijk avontuur zou tc hooren krijgen,
maar er werd niets over het onderwerp gezv-gd
en ze bleef aon één stuk doorwerken met het
opnemen van brieven \on den directeur. Hij
sprak vlug, alsof hij hoor bekwaamheid eens
op den proef wilde stellen, maar hoewel ze in
het begin wat nerveus was, door overgroot
verlangen om te voldoen, maakte ze geen fou
ten en precies om vijf minuten voor half elf
hield mr. McKinnon op en verklaarde, dat hij
zeer tevreden was over zijn nieuwe assistente.
„Mr. Ca-rrington heeft u nu noodig", zei hij
„en ik hoop dat u niet moe zult zijn, want ik
zcu niet graag willen, dat hij moest wachten".
Shcila antwoordde dat ze heelemaol niet
moe was cn vijf minuten later klopte zo aan de
deur van mr. Carringïons privé-zitkomer, met
haar kleine schrijfmachine in het ?n étui !n
de hand.
„Binnen riep een stem aan den anderen
kont een stem di'3 in lionr herinnering was
blijven klinken, en plotseling, ofschoon het
meisje kalm en zelfbeheerscht was geweest eer»
oogenblik tevoren, begon haar hort zeer snel
te kloppen, zooals het grklopt had in die
vreemde donkere uien, die ze den afgeloopen
nacht wakend had doorgebracht.
„Wat ben ik toch dwaas," dacht ze. „Ik denk,
dat het komt omdat ik zoo benieuwd ben wat
hij zal zeggen over gisteren. Misschien v:ndt
hij wel vervelend, dot ik hetzelfde meisje ben
dc.t mot hem in de cot;pé zat_cn dat alles hoor
de wat er gezegd werd over zijn juwcelcn en
over kapitein Derby."
Ze deed de deur tamelijk langzaam open cn
keek onmiddellijk in dc oogen van Mark Car-
rington, die met zijn gezicht naar haar toe aan
zijn schrijftafel zat. Maar naar dc uitdrukking te
oordcelen was hij eer blij, dan onaangenaam
getroffen, teen hij ontdekte, dat hij zijn nieuwe
secretaresse al eens eerder had ontmoet. Hij
sprak over de reis, vroeg of ze niet moe was
en was zoo sympathiek cn vriendelijk, dat vóór
ze begon tc werken het meisje het gevoel hod
of ze elkaar al lang kenden.
Ze kon merken, dat hij in het begin bij het
dicteeren voor zijn nieuwe boek bijna zoo ver
legen was els een schooljongen cn zijn verwar
ring maakte dat hij er jonger uitzag don hii
den vorigen dog gedaan had. Tactvol zette ze
hem op zijn gemak door tc trachten hem hoor
te doen beschouwen ojs een machine, en spoe
dig vergat hij zichzelf cn werd worm
voor zijn onderwerp. Sheila begon ook be
lang- te stellen in de heldere manier waarop de
millioncir het groote plan, dot hij had uitge
dacht voor het heil der menschhcid, uiteen zet
te cn hij moest gezden hebben, wat ze voelde
in de glanzende oogen, die meermalen op zijn
gelaat bleven rusten.
„Ik was bang, dat dit al heel saai moest zijn
voor een jong meisje," zei Corrington einde
lijk, „maar ik geloof werkelijk, dat u zich in
teresseert voor socialisatie."
„Hei is een von dc belangwekkendsto onder
werpen van de wereld," antwoordde zij, „en
i!< heb er veel over nagedacht sedert ik in
loonden kwam wonen en moest trachten er zoo
goed en zoo kwoad als het ging te komen,
moor ik heb er nooit heel veel van begrepen
tot nu toe."
- 4 (Wordt vervolgd).