248tn.'"«r"9 amërsfoortsch dagblad „de eemlander" binnenland. feuilleton. Een Liefdesdroom. TWEEDE BLAD. KOLONIËN. Oost-Indië- AANKOMST VAN MEVROUW FOCK TE SABANG. Mevrouw Fock is te Sobang gearriveerd. Zij werd ontvangen door dc echtgcnoote van den gouverneur van Atjeh SPOORLIJN PALEMBANG-TANDJONG- KARENG. De werkzaamheden verloopen fortuinlijk. De spoorlijn Martapoera—Giham wordt waarschijnlijk T Mei a.s opengesteld voor goe derenvervoer. De verdere werkzaamheden voor den aanleg vorderen goed, zoodat verwacht wordt, dat op het eind van dit jaar dc gc- heele verbinding Palembang—Tandjong—Ko- reng voor hot goederenvervoer zul zijn open gesteld. EEN KOELIE NEERGESCHOTEN De dader in hechtenis. De administrateur van „Arekembang" in het Benkoelensche, die een mataglop geworden contract-koelie neerschoot, is alhier aange bracht-en in voorloopige hechtenis gesteld. UIT DE STAATSCOURANT. Voornaamste Kon. besluiten enz. uit de Staatscourant van heden avond. Benoemd tot notaris te Vlaardingcn H. M. Markusse, thans notaris te Cortgene; tot griffier bij het kantongerecht te Tilbuig mr. A. W. Kleine Hammans, thans griffier bij het kantongerecht te Helmond; benoemd tot gedelegeerde der Nederland- sche regeering bij het in Mei 1926 te Madrid te houden 14e internationaal geologisch con gres dr. H. A. Brouwer, hoogleeraor aan de Technische Hoogeschool te Delft; op verzoek eervol ontslagen O. J. van Nicu- wenhuyze als ambtenaar van administratie aan de Landbouwhoogeschool te Wageningen. Bij K. B. is de heer J. R. Huijse benoemd tot consul der Nederlanden te Valparaiso (Chili) buiten bezwaar van 's lands schatkist. Het ressort van het consulaat omvat de pro vincie Valparaiso. PRINS HENDRIK OP DE JAARBEURS TE MILAAN. Prins Hendrik heeft, na ontvangen te zijn door het bestuur van de Jaarbeurs, een lang durig bezoek gebracht aan het Nederlandsche paviljoen. Ir. Philips, lid van het Nederland sche eerecomité, zegde hem dank voor zijn belangstelling Vervolgens heeft de Prins zich opgehouden bij de luchtvaartafdeeling. Daar na is hij naar Bazel teruggereisd HET 75-JARIG BESTAAN VAN „HOEN- DERLOO". Een gift van Prins Hendrik. Bij de Jubileum-Commissie van „Hoendcr- loo" is een gift gekomen van Z. K. H. Prins Hendrik, beschermheer van „Hocnderloo" voor de viering van het 75-jarig bestaan van deze stichting. BEZOEK VAN EEN JAVAANSCHE PRINS. Naar Schiedam. De Javaansche prins Pangeran Ario Soer- jodiningrat, broeder van den sultan van Djoo jacarta, is voornemens 19 dezer een bezoek aan Schiedam te brengen, om aldaar verschil lende industrieën te bezichtigen. De heeren Noto Soeroto en de heer W. J. J. H. Schulp, directeur van de Incossobank te Schiedam, zullen den prins rondleiden. HET NEDERL -BELGISCH VERDRAG. Een tegenspraak. Van officieele zijde wordt te Brussel cate gorisch tegengesproken het ook door ons ver melde bericht van de Libre Belgiquc, omtrent een onderhoud van den Belgischen gezant te 's Gravenhagc met minister Vandcrvelde, in zake het Ncd.-Bclgisch verdrag. Ter vervanging van den heer Dubail, 1c secretaris der Fransche legatie, wiens vertrek uit de Residentie dezer dagen reeds werd ge meld, is te 's Gravenhage aangekomen de heer Ch. Rodhot, laatstelijk verbonden aan het ge zantschap van Frankrijk te Wcenen. HET STATENLID THOMASSEN. Het lid von dc Staten der Provincie Noord- Holland dc heer C. Thomassen is ongesteld geworden. Hem is 1 'urige rust voorge schreven. STEMMING VOOR DE EERSTfi KAMER. Wijziging der Kieswet verzocht. De heer Van Aolten heeft tot den Minis ter van Binnenl. Zoken en Landbouw de vol gende vragen gericht Ie. Is het den Minister bekend, dot ten ge volge van het vallen van den tweeden "^--dug der maand Juli op 13 Juli dit jaar de mogelijk heid bestaat, dot de stemming voor leden der Eerste Kamer eerst op 7 Aug zal plaats vin den 2e. Acht de minister geen bezwaren ver bonden nan een zoo loten dag voor deze stemming 3e. Zou het, naar het oordeel van den Mi nister, ook in het financieel belang der provin ciën, niet aanbeveling verdienen dc mogelijk heid te openen, dot dc stemming voor leden der Eerste Kamer in dc jaren, waarin geen verkiezing van de leden der Staten plaats heeft, zou kunnen geschieden in de vergade ring van den eersten Dinsdag der maand Juli, op welken dog de Staten volgens dc Provin ciale Wet een vergadering moeten houden 4e. Zoo ja, is de Minister dan bereid een wijziging der Kieswet te bevo -deren, waarbij b.v. de gewone tijd ter candidaatstelling, be doeld in art. TI3 der Kieswet, in de -'aren, waarin geen verkiezing van de leden der Sta ten plaats heeft, wordt gesteld op den derden Dinsdag der maand Juli, en dit voorstel tot wyzigjng van art. 113 der Kieswet zoo tijdig in te dienen, dat deze wijziging nog dit japr bij de Eerste Kamerverkiezingen in werking zal kunnen treden GEMEENTERAAD VAN ARNHEM. Autobus'op Apeldoorn. Van groot belang zijn de discussies geweest over de instelling van een outobusdiénst op Apeldoorn Door de heeren Meijer (R.K.), Stijlond (S.D. A.P.) en van Munster is, nadat de gemeente Apeldoorn te kennen had gegeven niet met Arnhem een autobusdienst te willen oprichten, een motie ingediend om de gemeente Arnhem alleen een autobusdienst op Apeldoorn te doen onderhouden. Er zijn over dit voorstel dut B. en W. niet wilden acceptceren, zeer lange discussies ge houden, waarbij speciaal dc vraag of het ge oorloofd is om dc mcnschen zoo maar uit een andere stad weg te halen evenzeer besproken is, als de vraag of het geoorloofd was een goede bestaande particuliere onderneming con currentie aan te doen. Tenslotte is de motie met 1815 stemmen aangenomen zoodot dezen zomer de gemeente een autobusdienst op Apeldoorn zal openen. Voor het belastingjaar 1926/27 werd he» heffingspercentage ongewijzigd vastgesteld op 2.9 en de opbrengst geraamd op Ï.I67 000 GEMEENTERAAD VAN DORDRECHT. Ook ol dc autobussen. In de jongste raadszitting werd een crediet van 127.000 toegestaan voor den bouw t ener openbare lagere school aan de Bosboom Tou- saintstraat. Een breedc discussie ontspon zich over een motie van den heer van 't Hoff, in de vergai dering van 7 December 1925 voorgesteld, om „de bestaande verordening van toepassing op dc exploitatie van autobussen, zoowel locaal als interlocaal, zoodanig te wijzigen, dat loon- en arbeidsvoorwaarden in overleg met B cn \V., dc exploitanten en de organisaties worden vastgesteld." De voorzitter wees cL*ze motie van de hand De regeling der autobussen steunt op dc tvet van 1830 over het verkeer. Dus feitelijk op een wet, die niet op het outobusverkeer be rekend is, doch op^voartuigen cn diligences Vandaar zal een algchcele herziening der wet noodig zijn, al hebben reeds enkele wijzigin gen plaats gevonden. B. en W. kunnen in dit interlccoal verkeer wel ingrijpen, doch alleen wanneer dc veiligheid van het verkeer en do openbare orde gevaar loopen. De heer Van t Hoff vraagt echter, dat de gemeente ook ingrijpt in dc verhouding tusschen werkgever en werknemer. Volgens spreker kan de ge meente dot bij het interlocaal verke r niet doen. Wel bij het locooi verkeer in do ge meente zelf, doch beter zal het zijn om d. r of te blijven. Er zijn verschillende gemeen ten, die wel regelingen hebben getroffen, doe!» die waren daar allen gemeentelijk bij betrok ken. Spreker meent niet verder te moeten gaan den politioneelen maatregel der orbeidsboekjes. Dc trnmcommissic kan don verder onderzoe ken of het noodig is een minimum-leeftijd voor dc chauffeurs te bepalen. Aldus wordt besloten. Eenigc schilderijen in de raadszaal zullen gerestaureerd worden BARON VAN WIJNBERGEN SPREEKT. „Er was hcusch wel een basis von overleg geweest". De vergadering van de C. H. Unie is hem meegevallen. Dc heer van Wijnbergen heeft een politieke rede gehouden in de vergadering van de R.K Kicsvcrccniging te Huisscn. Spreker betoogde o.m. dat hij bij de kie zers levendig wil houden de belangstelling voor de Chr. coalitie en de Chr. politiek. Laten wij onthóuden dat het is en blijft de voornaamste zaak, dat hier te lande kon gevoerd worden christelijke politiek. Spreker wil zich niet in retrospectieve be schouwingen verdiepen, maar wel in overwe gingen die zorgen dat in de toekomst anders wordt gehandeld Op twee punten wijst hij, al dus hot verslag in de Maasbode. Deze week heeft men in de vergadering van dc Chr.-Hist. Unie gewezen op het verzuim, dot gemaakt werd in het beleid van Katholieke zijde. Speciaal is men ontstemd geworden, doordat gezegd is, dat men mrjt zijn bezwaren tegen het gezantschap in 1915 had moeten ko men Spr. wil wel zeggen, dat het. achteraf ge zien zeer te betreuren is, dat in 1920 daar over geen uitvoerig debat is gehouden zooals nu na II November. Op de tweede plants had er dezen zomer na de verkiezingen meer en langer moeten zijn overlegd. Wie nagaat, vervolgt spr., wat dezer dagen in de vergadering der Chr Hist. Unie is ge zegd, zal moeten zien, dat er heusch wel een basis voor overleg geweest was. Indien dc tijd besteed was om zoo noodig dc zaak te be spreken dan was er kans geweest, dot het an ders ware geloopen. Wat stoat ons nu te doen vraagt spr., in deze bedroevende abnormale omstandigheden Tc streven met alle kracht naar een herstel der coalitie niet met overhaasting, doch ook niet zonder hoost. Alles moet nagelaten wor den, wet het herstel der coalitie zou kunnen hinderen cn alles moet gedaan worden, wat hoor bevorderen kan. Tc Gendt heeft spr. ge zegd, dat hij over een samerigaan von zwart en rood zelfs niet wenscht tg spreken Voor het postvatten Van een dergelijke meening wil spr niet dc minste verantwoordelijkheid dragen. Theoretisch bestaat die mogelijkheid, prnctisch blijft ze uitgesloten voor goed. Spr. wenscht er niet aan mee te werken het volk- vertrouwd te maken met de gedachte dat de samenwerking tusschen Katholieken en S". D. A. P. komen zal Ook ten opzichte der coa litie is het beter, zegt spr., dat er niet meer over gesproken wordt. Aan spr. is van A.R.- zijde gezegd, 't is niet vriendelijk te hooren, als het er op aankomt, hebben wc je niet noo dig don kunnen we nog met de S.D.A.P. sa mengaan. Dat moeten wc nalaten. Dftarentc- gen hebben we positief alles te doen wat de coalitie kan bevorderen. De rede van Dr. De Visser waardeeit spr., omdat hij niet de schuld op de Katholieken al leen heeft geworpen, maar het midden heeft weten te houden. Dr. De Visser heeft gewezen op een verzuim aan onzen kant, maar ook dat het onjuist geweest is, dc staatsrechtelijke vraag van het gezantschap te maken tot een gewe tensvraag. Daarvpor brengt spr. aan Dr. De Visser gaarne lof. De heer Schokking heeft zich zoo mogelijk nog sterker uitgedrukt Dc vergadering nam geen moties aan en terecht, maar zij heeft door daverend dc rede voeringen toe te juichen getoond, dot de vraag van het gezantschap niet was een vraag van beginsel maar van opportunitcif. Zoo heeft de vergadering al heeft ze het misschien niet bedoeld vonnis gestreken over dc actie van den laotsten tijd. Het tweede punt was, of er eenig licht zou worden gegeven omtrent geneigdheid tot so menwerking. Duidelijk is gebleken, zegt spr., dot velen en personen van gezag de rcchtsche sumen- werking willen. In zooverre stak deze verga dering gunstig of bij die von hc't vorige jaar. De vraag is nu slechts of het kan worden gerealiseerd Dat zal afhangen, zegt spr., van de leiding in dc partij en deze is er on voldoende, zoonis wederom op de vergadering is gebleken. In dc Katholieke partij had men ook liever een meer soepele leiding gehad. Spr. heeft door nooit aan toegegeven. En wanneer hij nu ziet tot welk resultaat men in de Chr. Hist, partij met een soepele leiding is gekomen don is hij zeer dankbaar, dot bij de Katholieken het beleid is gevoerd, zooo1» het geweest is. Toch, zegt spr., do goede wi' is er bij de Chr.-Hist wel, moge er nu ook een goede leiding zijn. Gezien hetgeen op de vergadering is geschied, meent spr., dat do toestand in dc Unie niet meer in den weg behoeft te staan voor het aonknoopen van on derhandelingen. Een ding spijt spr. en wel dat dr. De Visser in zijn rede heeft gesproken over art. 123 R. I., op dc wijze zooals hij het heeft gedaan. Het kan den schijn hebben of dc Chr.-Hist. zich bij voorbaat gaan verzetten tegen iets wat door R.K. on A R in dezelfde mate wordt gevraagd. Ook bij dc C. H. is men overtuigd, dat de toe stand niet gehandhaafd kon worden. Spr. ver trouwt nog altijd, dat deze zook, wuarovcr prin cipieel geen verschil bestaat, doch slechts over de uitvoering, geschikt kan worden. Dan staat dc zaak van het herstel der coalitie hcusch niet zoo zwak als wordt voorgesteld. Met goe den wil en overleg kan dc coalitie binnen niet te langen tijd worden hersteld. In woord en daad moet het blijken, dat men wenscht, do» cr Christelijke politiek gevoerd wordt. Hier mede brengt spr. in verbond het feit, dot 1 de crcmqtie van het stoffelijk overschot van den gezant të Madrid, aanwezig, was dc aller hoogste magistraat in ons land dc vice-presi dent bij den Rond van StQtc, terwijl toch hc' verbranden van een lijk tegen dc wet strijdt. In ccn christelijk geregeerd land moet dit nie* kunnen voorkomen. Vun groot belang is het ook, dat de coalitie hersteld wordt met het oog op de zich steeds meer cn meer baanbrekende democratie, die ons volk ten zegen, maar ook ten vloek kan zijn. Alleen als de democratie christelijk zal wezen znl zij aan het volk schenken vrede en geluk. Zorgen wij daarom, vermaant spr., dat die democratie zich op den waren grondslag der christelijke levensbeschouwing- kon ontwik kelen. Verder moet nog naar herstel der coalitie worden gestreefd met het oog op het apologe tisch karakter, dat onze Christelijke politiek heeft vooral wegens den christelijken stempel, dien zij drukt op gnnsch de samenleving. Een schitterende demonstratie is het, zegt spr., dc oprichting van H. Hurtbeeldcn op onze publieke pleinen, maar hooger staat het levend getuigenis wanneer achter de regeeringstafel mannen zetelen, die openlijk verklaren, dat zij gelooyen in Christus. Men onderschatte dit niet in onzen tijd van geloofsverzwakking. Nog al tijd zijn dc moeilijkheden groot en daarom vraagt spr., of wij niet met meer vertrouwen op Gods bijstand mogen rekenen, nis wij ook non God op het openbaar staatkundig terrein de plaats geven die Hem toekomt Bij de gcdnchtenwisscling zeide boron van Wijnbergen nog o.m. Vast staat voor spr. dat ondanks het ap plaus op de vergadering de C.H. Tweede Ka merfractie Voor heel het land is gediskwalifi ceerd. Spr. ziet niet in op welke wijze op dit oogen- blik zou te zeggen zijn dat we den eersten tijd het gezantschap zullen terugkrijgen. Hoe jam mer het ook is, het is verloren gegaan cn ten zij Mussolini de wereldlijke macht van den Paus herstelt, zal het wel niet spoedig her nieuwd worden. HET NEDERLANDSCH-BELGISCHE VERDRAG. Een mcdcdceling in ccn Belgisch blud. Volgens dc Librc Belgique heeft dc Belgi sche gezant uit den Haag, prins de Lignc, gis terochtend een langdurig onderhoud te Brus sel gehad met minister Vandcrvelde over het Nederlnndsch-Belgische verdrag betreffende het Schcldc-rcgime. Dc gezant heeft Vandcr velde den indruk geloten, dat de ratificatie von het verdrag door dc beide Kamers in Nederland zeker is, behalve von dc soc.-dem. fractie, die tegen zou stemmen. AMBTENAREN BIJ DE WATERSCHAPPEN. Alg. vcigadcring. De Bond van ambtenoren bij dc watorschap- pen in Nederland heeft Zoterdag tc Amsterdam hour nlgcmrene vergadering gehouden. Voorzitter was dc heer M. J. van Hcumcn uit den Hoog De rekening wees een tekort aan van 250.60. Dc ontvangsten hadden ƒ1409 bc- drugen. Bcn'oemd werden tot bestuursleden dc hee ren M. J. van Heumcn(Den Hoog), P. Klok (Haarlem), A P. von Zwienen (Puttcrshoek), Dc Fonbert (Oud-Bcijcrlend), C. Dorland (Haarlem), C. Martens (Monnikendom) en Homkroai (Winschoten). Dr. A. A. Beekman uit Den Hang, hield na ofhondeling van dc agenda een rede over de overstroomingen van 1925/26. VOOR HET ZWAKZINNIGE JOODSCHE KIND. Eerste vergadering der Ru- dclshcimstichting. Het was gisteren dc eerste ulgemeene ver gadering van dc S. A. Rudelsheimstichting, welke zich de opvoeding van het Joodsche zwakzinnige kind ten doel stelt. De vergado- ring werd gehouden in het nieuwe tehuis der stichting, in Beth Azorja, aon dc Verdiloon te Hilversum. Daar dr. L. Hertzberger, dp voorzitter van het hoofdbestuur, buitenslands vertoeft, presi deerde rabbijn L. H. Sorlouis, uit Amsterdam Onder dc ingekomen stukken bevond zich een schrijven van de leden der Joodsche ge meente tc Leeuwarden, die non hun geschenk bij dc opening van het tehuis, n.l. een fraai geschilderd portret van wijlen opperrabbijn S. A. Rudclshcim, een zilveren plant toevoegden, ter bevestiging aan de lijst der schilderij, waar in de naam van den heer Rudclshcim gegrift is. Het geschenk werd dankbaar aanvaard. Blijkens dc mcdcdcclingcn worden in Beth •Azorja thans 9 jongens cn 7 meisjes verpleegd, welk aantal spoedig tot dc maximum-capaciteit van de inrichting, n.l. 30, zal worden opge voerd. Het kapitaal der verceniging ging over 1925 16.706.48 vooruit. De eenigc Joodsche ge meente, welke subsidie g'ccft, is die te Rotter dam. Tot hoofdbestuursleden werden herbenoemd mevr. E. Kantman—de Leef te Hengelo (O.) cn mr. J. Hamburger A.Dzn. te Utrecht. NED. ISR. MEISJES-WEESHUIS HEROPEND Dc Amsterdomschc inrichting verbouwd. Zondagmorgen wus in dc gerestaureerde «etzoaJ von het inwendig geheel verbouwde *>n vernieuwde Ned. Isr. Meisjesweeshuis in de Rapenburgerstraat te Amsterdam, ccn fces- 'elijke bijeenkomst tér heropening van dit ge sticht, waarbij vele belangstellenden der Ncd. Isr. Hoofdsynagoge tegenwoordig waren. Bij het binnentreden van het college van regenten en regentessen hief een koor van weesmeisjes een Hebrceuwschen welkomstzang aon. In zijn rede, waarmede dc heer P. May, voorzitter von het college van regenten dc vergadering opende, schetste deze dc geschie denis van dc verbouwing, welke onder leiding van den architect Jocq. S. Baars in Januari 1920 is aangevangen en eerst kortelings be ëindigd werd. Om tot dc verbouwing te kunnen komen is cr een speciale hulpactie gevoerd medo door wijlen mevr. Nijkerk—Kh inman, regentes, aan wier nagedachtenis Spr. hartelijke woor den wijdde. De actie bracht ƒ11.000 op. Tevens is cr een leening, groot 50.000 gesloten en go- heel geplaatst, waardoor wel is waar de kos ten voor den bouw gedekt zijn, maar het jaor- lijksche budget bezwaard is. Opperrabijn A. S. Onderwijzer bracht het bestuur den heilwensch van den Psalmzanger „Heil hem, die recht bewaort en in alle tijden weldadigheid beoefent." Dc opperrabbijn sprak dc stellige verwach ting uit, dut het noodigc geld er voor het Meisjesweeshuis zou komen, omdat men in dc. Joodsche gemeente allerwegc grootc wanr- deering koestert voor het college van regen* ten van dit weeshuis. naar het Engelsch van EMMELINE MORRISSON. Geautoriseerde vertaling van M. Hellema. „Kom mee", riep hij uit. „Ik zal je naar John Higston brengen". Dat bezoek was een genoegen en toch ook een teleurstelling John Higston was afkomstig van Yorkshire hij had daur gewerkt in een ka toenspinnerij. Daar had men ontdekt vrijwel op dezelfde wijze als Tremoyne Julian had ontdekt dat hij een der prachtigste stemmen bezat, die men ooit had gehoord Nu zong hij in Covent Garden en zijn naam was beroemd in de gansche wereld. Zijn naam zooals Julian heel spoedig ontdekte, nadat hij in Londen was gekomen was op aanplakborden de geheele stad door te lezen en was overal bekend. De couranten wijdden geheele kolommen aan hem en Julian beschouwde het als het heerlijkste oogenblik van zijn leven, toen Tremayne en hijzelf in de tegenwoordigheid van den grooten man werden toegelaten. Het voorkomen van een zanger was echter een teleurstelling voor hem, deze was vrij ge zet en hod den middelbaren leeftijd bereikt. Hij droeg- een lagen boord, had een knevel en zag er vri j wel uit als een wel redone winkelier in een klein provinciestadje. En hoewel hij ver rukkelijk zong in ecnige talen, was zijn spreek stem ruw en zijn manieren en taal haast onbe schaafd. Hij kende Tremayne goed cn was heel vrien delijk en zeer belangstellend in Julian en de ontdekking van diens stem. t Hij hoorde den jongen zingen en was zeer tevreden. Hij prees zijn stem en lied hem aan bij het tooneel te gaan. Tremayne kwam daar heftig tegen op. „Ik heb een hekel aan het tooneel", zeide hij norsch, „en ik wil hem niet laten opleiden daarvoor". „Waarom nie.t vroeg de groole man vriendelijk „op dc planken is geld te ver dienen en veel eerder succes te behalen dan als concertzanger. Ik weet het niet, maar ik zou zeggen, dat de moeder van dien jongen actrice is geweest". Tremayne lachte om die veronderstelling, maar Julian bleef peinzend en in gedachten verdiept zitten cn nam het niet kwalijk, tot verwqndering van zijn voogd. Zoo eindigde het onderhoud. Tremayne stond op. eenigszins teleurge steld, en herhaalde„Ik wil hem niet bij het tooneel laten gaan", waarop de zanger slechts lachte en zeide „Dot zal hij toch wel doen, als hij het wenscht. Dat doen ze altijd", en nam afscheid van zijn bezoekers. Doch Julian was volstrekt niet bclcedigd, maar lachte in zijn vuistje. Hij genoot van de operettes, welke hij met Tremayne had ge hoord en meende, dat hij gaarne zulk? muziek zou zingen. Het was gemakkelijker, en onge twijfeld zou het leven aangenamer zijn- Hij wenschte, dat Tremayne hem bij het tooneel wilde laten gaan en hem niet. naar dn pastorie zenden. Het klonk zoo saai. Even veivelend als het kiekje von de pastorie en den predikant, een groote tegenstelling met het portret van een meisje, dat op Trcmayne's schoorsteenmantel in de zitkamer stond. Julian geloofde zeker, dat het een actrice was, ze was zoo mooi moor hij had niet den moed cr nam ie vragen. En toen zij nu de luime kamer van den zanger verlieten, vroeg hij zich weer af, of er een bijzondere reden was voor Tcemaync's afkeer \an het tooneel, en of die in 'verband stond met het portret. Dien avond gingen zij weer naar den schouw- buig om dc nieuwste operette te hooren. Tre moyne verveelde zich, maar de jongen genoot et van. „Zou je gaarne in zoo'n ding meespelen vroeg de eerstgenoemde. „Ik denk hef wel. Ik geloof, dat meneer Higston gelijk had." „Ik had veel liever, dat je het niet deed- doorvoor ben je veel te gccd." Toen gebeurde er iets zonderlings, dot Ju lian lang onthield. Toen zij door de koffiekamer r.aar buiten gingen, hield iémand hen staande cn zeide „Hullo, Geoffrey Het was zoo ongewoon Tremayne bij zijn doopnaam te hooren noemen, dut beiden zich omkeerden cn zich tegenover een kleine ge zette dame met pen p'kont rose en wit 'ge zichtje en een menigte blond haar van de kleur van rijp koren bevonden. Tremayne zag hanr aan en zijn gelaat be trok onheilspellend. „Goeden ovc-nd. Lady Hammond," zeide hij stijf, en zou zijn weg hebben vervolgd, als zij dien niet had versperd. „Ik heb je in een eeuw niet gezien. Ik weet niet ecns meer hoe je er uitziet I" Zij sprak met een hooge maar heel aangename stem. „Je komt mij nu nooit meer opzoeken. En wie is die aardige jongen Tremayne had geen keus. Hij stelde Cassil- lis voor, en zij nam den jongen goed op en lachte hem toe. „Een van meneer Trcmayne's muzikale ge nieën," zeide zij lachend. „Zoo ziet u er cok juist uit. Moor hij deed beter, u op de plan ken te laten gaan. ik kon u een persoonlijke aanbeveling geven voor Calvey Tremayne weigerde kortaf en beslist. Julian vond hem haast lomp, cn dacht, dot het toch aardig en vriendelijk van die dame was, ter stond zooveel belang in hem te stelten. Hij beantwoordde haar glimlach, maar Tremayne zeide „Goeden avord," en liep door. „Zij was zelf actrice, voor zij trouwde." legde hij den jongen later uit. „En zij wil oUijd iccruicn voor het tooneel werven." Moor dat verklaarde zijn ongewoon slecht humeur toch niet, dacht Julian. HOOFDSTUK IV. Tremayne b acht Julian zelf naar Hcnd'ey cn stelde hem voor aan dc bewoners der pas torie. Zij werden aan het station afgehaald door een jongen man met een kleine auto, dien Tremayne aan Julian voorstelde als .Longley". Ze nomen elkaar op van het hoofd lot do voeten toen gaven ze elkaar de hand en het was het begin vr.n ccn levenslange vriend schap. Langley was de zoon von een Londensch dokter cn was cenige ntcanden in de pastorie om daar kalm te v,-erken na een zenuwover spanning tengevolge ven te ingespannen stu die. Hij was student in de theologie, dat trok Julian niet non, maar hij hield terstond van den jongen man cn dat wos ecn groote troosr vocv hem, want hij was zeer gedrukt bij do gedochte Tremayne, zijn cenigen vriend, te moeten missen en weer onder vreemden to moeien leven Hij gaf niet voel om den predikant, maar besloot dat hij een bedaard man was, die hem waarschijnlijk zou laten doen, wat hij wilde, en zich weinig met hem zou bemoeien hij be antwoordde geduldig zijn vragen, ofschoon zijn oogen afdwaalden naar den tuin, waar hij Tre mayne cn Langley kon zien pralen. Hij zeide, dat het hem onverschillig w/js, naar welke kerk bij ging, als dc muziek maar goed was, en voegde er bij, dot Tremoyne hem had meege nomen naar de St. Paulskcrk en Westminster Abbey, en dnt hij „er zeer van had genoten." Hii wist niet, of hij gedoopt was of niet; hij was op de Zondagschool geweest, maar had hei niet prettig gevonden. Toen Tremayne wegging hij ging dinee- ren bij vrienden in dc buurt cn zou met den laotsten trein naar Londen teruggaan, ver trouwde hij Julian toe aan Longley's zorg. Longley was geneigd heel vriendelijk tc zijn, maar hij keek wel wat verbaasd bij Julian's onsamenhangende vragen. „Gaat meneer Tremoyne altijd naar Staple- lon Court „Ja, altijd," was het antwoord. „Waarom?" Ze waren in Julian's slaapkamer om zijn koffers uit te pokken. „Is daar ccn meisje?" „Meneer Stopieton's dochter, moor hoe wist je dat „Meneer Tremayne heeft mij eens meegeno men naar een hotel, om een bezoek of t-> leg gen bij mevrouw Staplcton, en ze spraken over „Iris". Ik was er benieuwd naar, \crder niet." (Wordt vcrvclsd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1926 | | pagina 5