AMÈRSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander"
24e Jaargang
No. 301
Vrijdag
25 Juni 1926
TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
Tennis-pantalons
FEUILLETON.
Een Liefdesdroom.
UIT DE STAATSCOURANT.
Op verzoek eervol ontslagen Eerste-Luito-
nant op non-activiteit J. J. van der Eyk van
het Wapen der Artillerie.
Benoemd tot ridder Oranje-Nassau J. Glau-
demans, pastoor te Wanroy.
Eervol ontslagen de Reserve-Officieren van
Gezondheid 2e klasse W. R. van der Meer, P.
de Boer, A. Doelman, J. M. H. A. Martens en
E. Polak, allen van het personeel van den Ge
neeskundigen Dienst der Landmacht.
Op verzoek eervol ontslagen Reserve-Eerste-
Luitenants W. van Lookeren Campagne, W.
van den Berg. Mr. W. W. Osinga, A. T. Ai-i-
ëns en H. Walch, onderscheidenlijk van het
Regiment Grenadiers, het 4e, 7e, 8e en 19e
Regiment Infanterie.
MINISTER LAMB007.
De ministei van Oorlog, de heer Lamboy,
zal a.s. Zaterdag den Landdag van den Bij
zonderen Vrijwilligen Landstorm tc Delft bij
wonen.
Zondag a.s. zal dc minister van Oorlog
tegenwoordig zijn bij de demonstratie te Roer
mond van het gewest Limburg van de Ver-
eeniging van Burgerwachten in Limburg.
KONINKLIJKE GIFTEN.
H. M. de Koningin heeft dqn penningmeester
van het Haagsch Vocantlekinderfcest een rui
me gift doen toekomenook werd den pen
ningmeester een bijdrage toegezonden van H.
M. de Koningin-Moeder.
De Haagsche Bond Vacantie-bezigheid voor
schoolkinderen ontving heden belangrijke gif
ten van H. M. de Koningin en Z. K. H. den
Prins.
DE VERZWARING VAN DEN MAASDIJK.
Vragen van den heer Deckera.
De heer Deckers heeft aan den Minister van
Waterstaat de volgende vragen gestold
Heeft de Minister kennis genomen van de
door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabnnt
aan de Staten dier provincie gedane voorstel
len tot verhooging en verzwaring van d"n
linker Maasdijk van Maashees tot de Dieze
Is de Minister bereid te bevorderen, dat dit
voor de veiligheid en de welvaart van een
groot deel van Ncord-Brabart dringend nood
zakelijk werk, waarvan de kosten op
1 650.000 zijn geraamd, van Rijkswege
wordt gesteund en, zoo ja, tot welk bedrag
MARINE.
Bij beschikking van den Minister van
Marine a.i. is de Luitenant ter zee der 2e klasse
Mar. Res. A. Boosman den Ten Juli a.s. ge
plaatst bij de kazerne voor den onderzeedienst
te Willemsoord.
HET ONGELIJK MET DE KLASINA.
Vragen van den heer Deckers.
De heer Deckers heeft aan den minister van
Koloniën de volgende vragen gesteld
Is de minister bereid, inlirhtingen te geven
omtrent het op 20 April i k bij het vervoer per
Gouvernementsvaartuig Klosina van zes me-
Iaetschen van Selatpanjang naar Bengkalis
plaats gegrepen ongeluk, waarbij twee hunner
om het leven kwamen
Is het tuist, dat de inlandsche kapitein der
Klasina niet berekend was voor zijn taak en
dot zulks reeds vroeger was gebleken
Zoo ja, waaraan is het toe te schrijven, dat
hij werd gehandhaafd
Welke maatregelen zijn raar aanleiding van
bedoeld ongeluk genomen
ALBERT THOMAS.
De heer Albert Thomas, directeur van het
Internationaal Arbeidsbureau van den^Volken-
bond, wordt a.s. Zondag in het Polace-hotel te
Scheveningen verwacht.
WIJLEN LUIT.-GEN. VAN HEUTSZ
Dc overbrenging van het stoffelijk
overschot naar Holland uitgesteld.
In verband met vertraging in de oplevering
van het grafmonument voor wijlen luitenant-
generaal Van Heutsz, zal de overbrenging van
diens stoffelijk overschot uit Zwitserland naar
Amsterdam, welke voorgenomen was in het a.s.
najaar, vermoedelijk eerst in het voorjaar van
1927 plaats hebben.
VEREENIGING SLOT LOEVESTEIN.
Het particulier initiatief wil aan dit
monument meer zorg besteden dan
het Rijk doen kan.
Na de bedevaart, die 29 Augustus 1925 ter
gelegenheid van de Grotius-herdenking naar
slot Loevestein was ondernomen heeft zich
een vereeniging gevormd tot geheele of go-
deeltelyke restauratie van dit monument van
historische waarde.
Vorige week hoeft deze vereeniging te 's-
Gravenhage voor 't eerst vergaderd en werd
het Bestuur als volgt geconstitueerd:
Prof. Dr. P. J. Blok, President, mevr. Jhr.
de JongeCornets de Groot, en de heeren Jhr.
Mr. Dr. E. A. van Beresteyn, A. J. Bothenius
Brouwer, Dr. C. Easton, E. C. Gaallands. E.
Heldnnge, J. Th. ter Bruggen Hugenholtz, Mr.
B. C. T. Loder, Lt. Gn. Th. F. Muller Massis,
Mr. J. C. Overvoorde, Mr. A. Philips, Prof. Mr.
M. W. T. Frents. Mr. G. Wissering, Mr. Dr.
J. Wytema, W. Westerman, peningmeester en
H. Ch. G. J. van der Mandere, secretaris.
Bericht was ontvangen, dat de vereeniging
Bloei van Gorinchem, aan welks door het Mi
nisterie van Onderwjjs, Kunsten en Weten
schappen het beheer van het slot Loevestein is
toevertrouwd, een openluchtrtvoering tot het
geven van meerdere bekendheid aan Loeve
stein, voorbereidt. Besloten werd met een be
scheiden bedrag, door den stand der kasmid
delen toegestaan, het initiatief dezer vereeni
ging btf een eventueel nadeelis saldo te steu
nen.
De vergadering besloot voorts de aandacht
van de openbare meening in Nederland op het
streven der vereen'-"ing tc vestigen. Dat stre
ven bestaat niet slechts in het restaureere»
van het gebouw, maar ook in dc aankleeding
van de historische kamers, die zich daar bo-
vinden.
VEREENIGING VAN ARBEIDSBEURZEN
Bespreking der proc-ndviczen.
De heer Deteger wijst op de vijf prae-
adviezen, dio in beginsel hetzelfde willen, n.l.
dat het gewenscht, sommigen vinden zelfs,
verplicht is, gebruik te maken van de ar
beidsbeurzen Het neemt het tegenovergestelde
standpunt in, ofschoon hij erkent dat er iets
aantrekkelijks inzit. Volgens spreker strijdt het
met het principe waarop de taak van de ar
beidsbemiddeling berust. Hij is bang voor
dwong. Fen proctisch bezwaar noemt spreker
dat men nog te veel aan het begin vnn den be-
driifsopbouw is om een dusdanig beslint te
nemen. Ook is de outillage en bevoegdheids
sfeer van de tegenwoordige arbe;dsbeur?en nog
niet zoodanig dat ze daarvoor berekend ziin.
De beurzen zouden midden in den striid van de
collectieve arbeidsovereenkomst staan Ook de
werkgevers en werknemers zijn er niet rijp
voor. Spr. concludeert tot verwerping.
De heer van Lier beziet het onderwerp
van arbridsbemiddcÜngsstan^pnnt Met alle
prac-adviseurs is hij het eens Met dwang be
reikt men niets. Het bedrijfsleven heeft belang
bij arbeidsbemiddeling. Wat kan er dus proc
tisch tegen ziin als er geen dwang is
De heer Bakker krijgt den indruk, dat de
prae-adviseurs huiverig ziin, de vraag beves
tigend te beantwoorden. Hij sluit zich aan bij
hen, die van geen morecle verplichting willen
weten. Betere inrichting van do arbeidsbeurzen,
zoodot het een genoegen is er heen te gaan,
zou de verplichting overbodig maken.
De heer vandeWalle bespreekt de vraag
of het eenig doel heeft, dit vraagstuk in dit
college aan te snijden. Is arbcidsbemidd ling
goed, nuttig en nocdig Zoo ja, dan is bona
fide medewerking van werkgevers en werkne
mers gewenscht. Het instituut van arbeidsbe
middeling moet buiten elk godsdienstig en
politiek gedoe staan, wil zij niet funest zijn.
Hij geeft een voorbeeld van Amsterdamsche
patroons in het bouwvak, die alleen werklied°n
aannemen door bemiddeling van de arbeids
beurs. Wanneer deze zoodanig opgevoerd
worden, dat er vakkundig personeel is, dan zal
er geen bezwaar zijn de bemiddeling van de
arbeidsbeurs in te roepen.
De heer B o e z e r wiist op de wijziging van
het productieproces. Daarom moeten do ar
beidsbeurzen ook gewijzigd worden en zich
aanpassen aan den komenden tijd, waarin de
werkgevers wel zekpr rekening dienen te hou
den met de C. A. O.
De heer Smulders stelt dc vraag of de
RECLAMES.
V»n 1—4 rebels f 4.05. elke reeel meer f t—
KLEERMAKERIJ
Fa. E. L. J. LAMMERTS
Amersfoort 0,,"Si'<d Groningen
UltecMschewan 36. TsL 587
regeling die hier wordt gevraagd, geacht kan
worden thuis tc behooren in een C. A. O. en
wel, is het juridisch mogelijk, dat twee par
tijen met elkaar iets overeenkomen en dan
derden iets opleggen. Z. i. moet deze motorio
nog niet in eenc C. A. O. neergelegd worden
Vervolgens antwoorden do prac-adviseurs.
Do Voorzitter hoopt te mogen aannemen,
dat de niet vérstrekkende, sobere uitlegging
van de vraag, door do meeste aanwezigen in
bevestigenden zin zal worden aanvaard. Ge
stemd wordt er niet.
Tegen middernacht werd dc vergadering ge
sloten.
De deelnemers aan do vergadering der Ver
eeniging van Nederlnndsche Arbeidsbeurzen
werden Woensdag in dc gelegenheid gesteld
een en onder op het gebied van het mijnwezen
en van dc huisvesting van arbeiders in de mijn
streek te bezichtigen.
MIDDENSTANDSCONGRES.
Verschillende reforaties.
Woensdagmiddag, na afloop van dc alpem.
Bondsvergadering, werd in „Concordia" te Bus-
sum het eigenlijke Notionoal Middenstands
congres geopend. Aan de bestuurstafel hadden
thans ook plaats genomen do burgcmeestei
van Bussum, de heer H. de Bordes, de beide
wethouders, mr. A. Moolenburgh en de heei
Paul Brand, en verschillende leden van het
cere-comitóverder de heeren L. Bückmann,
secretaris von den Middenstondsraad, mr M.
J. Wolf, lid van den Raad, de heer Abr. Staal
man, lid der Tweede Kamer, en de heer At-
tema, vertegenwoordiger van den Chr. Mid
denstandsbond. Deze gasten werden welkom
gcheeten.
Onder applaus werd besloten een hulde-tclc-
gram aan dc koningin te zenden en medege
deeld, dat van baron Van Wijnbergen een te
legrafische dankbetuiging was ingekomen.
Daarno werd overgegaan tot behandeling van
het onderwerp
Exploitatie van Gemeentebedrijven.
De heer dr. W. W v. d. M e u 1 e n, wethou
der van 's~Gravcnhnge,# lichtt' dc volgende
stellingen tfce
1. Het is in strijd met de roeping en het wi
zen van de Overheid om zelf productie en dis
tributie ter hand te nemen.
2. Het schaadt haar gezag cn oefent een nn-
decligen invloed op haar eigenlijken, haar wet-
gevenden arbeid.
3. Het is dan ook alleen in buitengewone
gevallen te verontschuldigen, waarbij dan neg
de medewerking van den Middenstand onont
beerlijk moet worden gcncht.
4. De Middenstand is aan de maatschappij
verplicht door behoorlijke vakopleiding en on
derlinge samenweiking te helpen voorkomen,
dat dc Overheid zijn taak overneemt.
Deze inleiding werd door cenige bespreking
gevolgd, waarbij het optreden van het P. E N
en van de gemeentebedrijven, die verkoop var»
elertrische en gasapparaten ter hond namen
en het onjuiste afbetolingssystcem bevorderen
eon critiek werd onderworpen
Dr. v. d. Meulen beantwoordde de sprekers,
die zijn betoog volkomen aanvulden, uitvoerig.
De vergadering nam de stellingen onveron-
derd en met nlgemeenc stemmen aan. De voor
zitter hoopte dat voortaan meer wethouders
als dr. v. d. Meulen deze stellingen zouden
onderschrijven.
Als volgende punt kwam aon de orde
Het werktijdenbesluit voor Win
kels.
De voorzitter gaf daarbij de toelichting,
dat het bestuur met den Minister besproken
had, dat het congres het pro en contra van het
besluit zou bohandeli-n. Tot sprekers leedwe
zen was de Minister echter verhinderd op hel
congres tegenwoordig te zijn doch hij had mi
Westhof afgevaardigd.
Dc heer G. J. A. Smit Jr., voorzitter van den
Alg. Nederl. Bond van Handels- en Kantoorbe
dienden, behandelde het pro, aan de hand van
de volgende stellingen
De arbeidswet dient om den werktijd der
werknemers tc beschermen.
Er is geen enkele aanleiding, dc winkelbe
dienden daarvan uit te sluiten.
De arbeidstijd van do winkelbedienden is
over het algemeen te long en overschrijdt nog
dikwijls de 60 uur per week.
Invoering van de Arbeidswet 1919 voor het
winkelpersoneel is derhalvo zeer urgent.
Deze invoering kan onverwijld geschieden
door „Algcmeenen maatregel van bestuur" en
behoeft niet te wachten tot een Rijkswet op
de winkelsluiting zal zijn tot stand gekomen
Voor dit wachten op de Rijkswet is tc min
der aanleiding, nu in dc voornaamste gemeen
ten sluitingsverordeningen bestaan.
Een rijkswet op de winkelsluiting is op zich
zelf hoogst gewenscht, doch is geen noodza
kelijke voorwaarde voor dc invoering der Ar
beidswet voor het winkelpersoneel.
Onder afkeurende uitroepen uit de vergade»
ring betoogde spr. dot de invoering van een 8»
urigen arbeidsdag voor winkelpersoneel nood
zakelijk was.
Spr. meende, dot er een noodstand was voo»
dc 8600 personen beneden 13-jarigen leeftijd
en clé rond 40.000 volwassen die in het win
kelbedrijf werkzaam zijn, en herinnerde aon
den toestand vóór T9T0, toen de winkeliers
geheel dc sloven waren van het publick. De
middenstand heeft nu meer vrijen tijd gekre
gen voor eigen ontwikkeling cn spr. vond het
een blijk von het groeien boven de „kruide
nierspolitiek" van voorheen, dot hij was uit-
genoodigd hier het standpunt der bedienden
uiteen te zetten. Hij deed een beroep op de
vergadering om ook mede te werken om dc be
dienden meer vrijen tijd te verschaffen. (Ap
plaus.)
Het contra werd daarna aan dc hond vnn
dc volgende stellingen toegelicht door den héér
C A. M. Lousbcrg h, voorzitter van de
efd. Kleinbedrijf der Kamer van Koophandel tc
Amsterdam.
I Ter voldoening aan het voorgeschrcvcne
in art. 47 der Arbeidswet, zullen bij algcmee
nen maatregel van bestuur bepalingen worden
vastgesteld ten nonzien van de orbcids- cn
rusttijden von arbeiders in winkels (z.g. Werk
tijdenbesluit).
2. Wil het bedrijfsleven dc crisis, waaronder
het gebukt gant. te boven kunnen komen, dan
mag een werktijdenbesluit slechts den in wer
king treden en zoodanig zijn gesteld dut de
bedrijven den last van dien maatregel kunnen
dragen.
3. Een verdere beperking dan dc grenzen dei
Arbeidswet aangeven is onaanvaardbaar.
4. Het Werktijdenbesluit moet gelijken ar
beidstijd voor alle mannelijke en vrouwelijke
werknemers voorschrijven.
5. Ook ten aanzien ''an winkels gelde art 91
der Arbeidswet, waardoor de bepolingen om
trent werk- en rusttijden niet von toepassing
zullen zijn op personen in hoofdzaak belast
met d'- Ipidirg eener onderneming df ondor-
d'! daarvan.
6. Door soepele voorschriften voor do rust
tijden wordp rekening gehouden met lokaio en
vakbelangen
7. Een gelijktijdige invoering eener Rijkswei
on de'Winkelsluiting is billijk en noodzakelijk.
Waar do Arbeidswet reeds een wekelijksch.en
rustdag voorschrijft, kan de regeling vnn den
nrbeid op Zondag gevoeglijk aon de wet op
do Winkelsluiting word°n overgelaten.
Op voorstel von den voorzitter werd be
sloten geen v°rdcre discussie over dit onder
werp te voeren, en in vertrouwen dc beslissing
van d~n minister of te wachten.
De heer W e s t h o f, vertegenwoordiger van
den Minister van Arbeid, zei met groote be
langstelling de discussies to hebben gevierd
Hij zou zijn indrukken non den minister, die
hier voor pen groot dilemma was gesteld, over
brengen, Wat ook ann malaise lijdt, besloot
spr., niet de Ned Middenstandsbond, waarvan
de leden hier in zoo grootcn getale zijn opge
komen om zijn belangen te bespreken.
De voorzitter constateerde met voldoe
ning. dat d° Middenstandsbond zoozeer van d*
noodzaak der bezuiniging was doordrongen,
dat zelfs op den tijd bezuinigd was, en het
program voor heden binnen den daarvoor ge-
stc'dcn tijd was afgewerkt en sloot de ver
gadering.
Vc!° congressisten maokten daarna in door
dc plaatselijke ofdeeling beschikbaar gestelde
auto's en autobussen ritten in den mooien om
trek van Bussum.
Het huidige vakonderwijs.
In de hedenmorgen gehouden zitting behan
delde dc heer F a b c r, directeur van dc Twee
de Ambachtsschool tc Don Hnng de vrang of
hei tegenwoordige vakonderwijs voldoende is.
Hij kwam hierbij tot dc conclusie dot vakschool-
onderwijs ols voor-opleiding dc voorkeur ver
dient cn dat daarna gelegenheid moet zrjn op«
leiding op fabriek cn werkplaats te ontvang-m
cn dat hot gewenscht is zoo spoedig mogcliik
het „leerlingstelsel" in tc voeren en dat con
tact tusschcn school en werkgevers zooveel
mogelijk bevorderd moet worden Deze stelling
wordt een onderwerp vnn hesnro' ing.
Dc heer Brouwer uit Leiden wil hier in
het openhaar de grief naar voren brengen, dnt
dc vakschool voor horlogemokrrs nog steeds
te Schoonhoven gevestigd is. ondanks, dat do
bond ree^s dd-v'Ms verolnntsing heeft ge
vraagd Ook in het horlogcvak is het vakon
derwijs nog onvoldoende en deze vakschool is
zeer ongunstig gelegen voor de jongelieden
De hoer Hór man uit Utrecht z.ou subsidie
van de regeering wensehen te verdelen tus
schcn patroon, leermeester en ouders
De heer D c Groot vertelt van de kwestie
tusschcn groot-inducfrle en ambachtschool. Do
groot-industrie heeft een onderzoek ingesteld,
waarbij bleek, dat de jongelui die od de am
bachtschool opgeleid worden, niet naar de fn-
briek ginocn. maar nis onzicktpr of tee^ennar
him weg hebben gevonden Sor. zelf doet
steeds moeite om ionrrens bij patroons ge
plaatst te krijgen Hij zegt, er zijn veel pa
troons, die dc jongens niet willen aannemen,
omdat zij vreezen, dnt deze nog niet goed in
de werkplaats te gebruiken ziin St. dringt er
on aan, dat de middenstanders b'i de rende
ring op uitbrei'dipT »nn hof
zullen aansturen Dc schildersschool wordt
door snr. nis een voorbeeld van goede oplei
ding aangewezen
De heer Swier. Amsterdam, stelt zirh te
genover de stnlliprr van den inleider, dot va1'-
schoolnnderwijs nis voor-opleiding voor do
practük do voorl-eur verdiept. 7i>n ervarinc als
drogist leert snr. dnt het beter is eerst een
jnnr in de practiik en dan op de vakschool tc
zijn. Ook deze spr. brengt hulde aan den in-
snerteur-fzoneronl van hot nijverheidsonderwijs,
de heer De Groot voor zijn vele bemoeiingen
VOT de V«b«;rhr>oI.
De heer Popenhuvzen, scha dam
brengt ter konnis, dnt de bakkers geen oplei
ding meer kunnen geven aan jongens onder
de zeventien ianr, vanwege de strenge bepalin
gen der arbeidswet. Daarom vraagt snr op
deze plnats aan de bevoegde autoriteiten of op
de ambachtschool geen onderricht voor balc-
ker«-prp7pl1pn nrr»<rpven ken worden.
De heer F a b e r is het in zijn antwoord eens
dat tTzi'-ht op de leerlingen nog strikt nend-
zakelük is De leerling echter een jaar huiten
de sckoo! Ie brengen, zeg practise*'0 bezwaren
opleveren, zou willen voorstellen een nl
gemeenc opleiding van twee en err half iear
jaar en hieraan verbonden een half ianr bij
zondere opleiding voor dc fabriek, wnnrvoor
de jongen bestemd is.
De conclusies ven den heer Faber worden
nar^enomen
Hierna kwam in behandeling hei rapport
van de coönemties-rnmmisrie. dat verdedigd
werd door den heer Pelletier te Leeuwarden,
die de volgende conclusies toelichtte
1. Do theoretische waarde van de coöpera
ties als ste'sel staat voor den middenstand nog
steeds vast.
2 In coöperaties, mits doelmatig toegepast,
zit veel bruikbaars, niet echter voor alle vak.
ken. Men ga dnarom niet verder dan de prak-
tük verirngt
3 Bij het in praktijk brengen van de coö
peraties worden eerder fouten in het geheel cn
in de leiding gemaakt, dan in het particuliere
bedrijf
4. Men diene daarom zeervoorridbtig te
werk te gonn en het bondsbureou moet advies
geven op en in hoeverre coöperatie gewenscht
is
Bij de besprekingen waarschuwde dc heer
Van Someren uit Utrecht tegen een bindend»
uitrprnalf.
Dit zal ccn groot gevaar zijn, tenzij een uit
spraak voor vrijen handel en vrij bedrijf (Ap
plaus).
De heer Kopmeiners uit Rotterdam
stemt daarom tegen coöperaties, want hoe zal
de middenstandsorganisatie tot stond komen
tegenover de coöperoticvereeniging van vrou
wen, buurtbcweners, ardeiders en tegenover
rijk cn gemeenten als zij zelf de coöperoties
aanvaardt.
Vertrouw niet een mensch, die nooit partij
koos.
naar het Engelsch van
EMMELINE MORR1SSON
Geautoriseerde vertaling van M Hellema.
64
Iris haalde minachtend den neus op. „Waar
voor hij beiualt, en zij ook I Neen, dank je wel.
Mevrouw Moddison sprak wel over Lord Len
nox zij kende hem. Eens noemde zij zijn
naam, waar Geoffrey bij was, en hij noemde
hein een lichtmis cn zeide, dat ik hem niet
mocht ontmoeten is hij dat
„Wij zijn allen lichtmissen in de oogen van
mcnschen als je echtgenoot. Hij is een heel
berninlijk mensch, en ik denk, dat je hem aar
dig zoudt vinden dot doen do meeste vrou
wen geloof ik. Leila kent mevrouw Hammond
ook".
„O ja Iris hunkerde er met vrouwelijke
nieuwsgierigheid naar hem naar Lady Ham
mond te vragen, maar had het nog niet dur
ven doen uit vrees onbescheiden te zijn Het
kwam haar zoo volkomen onmogelijk voor, nu
zij Julian weer had ontmoet, maar „Je kent
haar, nietwaar vroeg zij zonder hem aan te
kijken.
„Ja", hij scheen niet van plan inlichtingen
te geven „Waarom V
„Ik ben benieuwd, of jc ooit mevrouw Mad-
dison hebt ontmoet.
„Ik herinner mij haar naam niet, maar het
is wel mogelijk. Ik heb zooveel menschen ge
zien bij de Hammonds, dot ik mij de helft r.ict
meer kan herinneren."
.„Je zoudt je haar zeker wel herinneren. Zij
heeft kotteoogen, en als je haar Geoffrey had
zien aankijken". Zij hield op. wat daarover
kon zij niet kalm praten; maar Cassillis lachte.
„Och, dwaasheid", zcide hij, „ik geloof niet,
dat Trcemayne ooit naar een andere vrouw dan
jou heeft gekeken. Waarom ook
„Mannen krijgen gauw genoeg van ons, Ju
lian".
„Zij krijgen niet genoeg van vrouwen als jij;
het is het andere soort dat begint te vervelen.
Maar laten wij daar niet over spreken. Neem
nog een koekje I"
Zii moest lachen. „Je bent toch werkelijk nog
niet volwassen", zeide zij tot hem. „Je bent nog
altijd een jongen, en een heel lieve jongen I
Julian, welk een heerlijk leven zouden wij heb
ben gehad, als
Hij wist wel, wat zij bedoelde, zonder dnt zc
het behoefde te zeggen.
Op een Zaterdagmiddag na de voorstelling
zaten ze thee te drinken in het pension. Syl
via was nog niet terug en zij waren alleen.
„Sylvia raadt mij evenals zij winkeljuffrouw
te worden", zeide Iris, „in plaats van aan het
tooneel te gaan. Dat zou ik wel willen. Wat
raad jij mij oan, Julian
„De winkel", antwoordde hij, zonder te aar
zelen. „Daar zou je veilig wezen, al verdiende
je ook niet vpcI geld: het is toch slechts iets
tijdelijks, en ik zal wel zorgen, dat het je aan
niets ontbreekt".
„Maar waarom tijdelijk Ik zal in mijn eigen
onderhoud moeten voorzien. Mijn geld is haast
op, en dan
„O, goed daar kunnen wij nog wel over
spieker-.; ik moet nu wcg, mijn werk roept mij
en ik moet eerst nog een bad nemen 1 Morgen
is het Zondag, waarheen zullen wij gaan? Het
ziet er uit, of wij mooi weer zullen hebben, en
misschien ben £k den volgenden Zondag uit de
stad".
„Het zal akelig vervelend zijn zonder je. Lo
ten wij dan naar de rivier gaan en pret heb
ben als jij tenminste wilt". Dat voegde zij er
altijd bij en hij antwoordde er nooit op; het
was zoo onnoodig.
Zc zwegen een ocgenblik cn toen ging Iris de
kamer uit. SylviH, die juist binnenkwam, had
hoor laatste woorden opgevangen. „Je hebt
mij morgen niet noodig, wel Julian vroeg
zij, „je zoudt liever alleen zijn? Wnt is zij toch
een schotje I Ik begrijp niet, wat dot voor een
man moet zijn, die het met haar niet kan vin
den. Julian hoe zal je van haar kunnen
scheiden, als die tijd komt?"
„Wel, ik zal moeten". Hij schonk zich nog
een kopje in. „Ik heb het altijd wel geweten.
Wat zij ook voor mij is, zij is de vrouw van
een ander, cn zelfs als hij niet aardig voor
hoar is volgens onze mcening, het is zijn
recht, te doen wat hem goeddunkt. Hij denkt
anders dan wij, en Iris behoort hem boven
dien zou ons artïstenleven hear wel spoedig
vervelen".
Sylvia knikte, maar zuchtte oo]c. „Ik geloof,
dnt zij heel veel von je houdt, Julian. Je be
grijpt, wat ik bedoel ik denk, dat zij je
liefheeft."
„Neen, dat doet ze niet", zeide hij, zich half
boos omdraaiend, „en dat moet ook niet. Het
is heel goed geweest, dat ik haar hier bracht
bij jou, en dat wij samen voor haar zoigon
dat kunnen wij doen, zelfs als je haar een
olaats in je winkel bezorgt en laat werken. Maar
Cc zal haar teruggeven aan Tremayne, als de
tijd is gekomen. Dat weet je wel, en als zij op
die wijze van mij begon te houden zou ik
het niet kunnen."
Sylvia knikte weer, en haar mooie oogen
omfloersten zich.
„Arme Julian I Ik weet het. Je hebt een
moeilijken tijd gehad."
Julian lachte droevig en liet het hoofd op de
handen rusten.
„Ik vraag mij af, waarom je niet neemt, wat
de goden je in den schoot werpen
„Zoo Hij keek haar aan. „Dat zal je later
wel begrijpen, als je een man vindt, die je
liefheeft en aanbidt, zooals ik Iris doe dan zal
je jezelf ook afvragen, of je olies zult vertellen
en het er op wagen, of nemen, wat de goden
je in den schoot werpen. Tk zou Iris ook niet
gelukkig kunnen maken. Zij behoort aan Tre
mayne, en ik zal hoar aan hem teruggeven".
HOOFDSTUK XXXVUI.
Het was een prachtige Meidag en de rivier
was op haar mooist. Iris dacht, dat ze nooit
iets mooiers had gci-n dan het dal van de
Theems met zijn jeugdig crocn, dc sleutelbloe
men in de hagen cn de klokjes in dc velden.
Zij waren naar Windsor gereden, hadden
daar een bootje genomen en lieten zich lang
zaam naar Runnymcad drijven, waar zij lunch
ten in de schaduw der boomen.
Iris was gelukkig en tevreden. Tremayne en
Trelawn schenen ver, ver weg, en alles was
al zoo lang geleden. Er bestond nu niets an
ders dan de blinkende rivier, dc warme zon,
en de buitengewoon beminnelijke jonge man,
aic op den bodem der boot eindeloozc sigaret
ten lag te rooken, terwijl hij met halfgesloten
oogen keek naar haar gelukkig gezicht, het
gouden hoor, het slanke halsje en de lenige,
vlugge gestalte.
Wat een dwaas was Tremayne toch geweest,
dacht hij. Welk een grrtote dwoesl Zoo had
'hij niet altijd gedacht. Eens had hij hem be
schouw^ e1- v-mn t onrecht wns
aangedaan, maar nu in het licht van wereld-
schc ervaring was hij tot het besluit gekomen,
dat „bezit" een zeer onschotbaa' iets is, waar
van men niet licht afstond zal doen.
Iris dacht iets dergelijks, mam in ccn andere
richting, en zeide plotseling „Julian, denk je,
dat je eens met Sylvia zult trouwen Ik ver
wonder mij, dnt jo het nog niet hebt gedaan.
Zij is zoo aardig, en jullie karakters cn natu
ren zijn zoo gelijk"
„Al te gelijk", antwoordde hij met een
glimlach, „ons huwelijk zou niet gelukkig zijn.
En Sylvia behoort ook niet tot dat soort zij
zou niet met mij willen trouwen, als ik hef
haar vroeg en dnt wil ik ook niet. IV geloof,
dat wij juist zulke goede vrienden zijn, omdat
er nooit zoo iets tusschcn ons heeft bestnLn.
Ik ben niets don een „kameroad" voor "naar
geweest sedert zij het tooneel verliet, en
verfoeit de mnnnen, weet je als mannes.".
„Ik ben er zeker van, dnt zij jou niet ver
foeit. Sommige mannen zijn afschuw»-.I,:, --
mn.nr jij niet Jij bent bijzonder aardig".
Hij lette niet op het compliment. „Je bent
niet op de pl-inken geweest, anders zou je het
begrijpen. Fe geloof niet, dot Sylvia ooit zal
trouwen, en wat mij betreft mijn genegen
heid is elders geplaatst, donk u I"
(Wordt veivolgd)