TWEEDE BLrtD. BINNENLAND. Ho .'28 AM fc RS FOO RTSC H DAGBLAD „DE EEMLANDER''-SWo"m\ffi926 UIT DE STAATSCOURANT. Toegekend de gouden eejc-medaille der Oranje Nossau-orde «op N. H van de Sonde, organist van de R.K kerk ie Best; de bronzen idem nan B Oiling, werfknccht bij de N V Ho»«»Kondel v/h. R. \V. Roggen- kamp Co. te Delfzijl; op verzoek eervol ontslagen met dank mr. M, Treiling als k~r.tonrechter-plaotsvervangor tc Winschoten; op verzoek eervol ontslagen C. A. M. Mer- tens als notaris te Oirschot. AUDIËNTIES. De gewone audiëntie vnn den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen zal op Maandag 29 November e.k. niet plaats heb ben. DE LIBERALE STAATSPARTIJ. Actie tegen het lijsfenstelsel. Men zendt ons dc volgende mededeeling Dc heer mr. S. van Houten en zijn politieke vrienden hebben overwogen, dat voor een af zonderlijk optreden bij de verkiezingen voor Kamer, Staten en Gemeenteraden geen aan leiding meer bestaat, nu de Tweede Kamer fractie van den Vrijheidsbond, de Liberale Staatspartij hun, op een door haar gedane vraag, het voornemen heeft tc kennen gegeven ook in het vervolg krachtig op tc komen te gen het lijsfenstelsel, zooals dat in de tegen-* woordigc kieswet is geregeld, welke strijd door die fractie reeds is aangebonden door de indiening in April T925 van haar initiatief voorstel tot wijziging van die wet. Mitsdien ndviseeren zij hun politicken vrien den den Vrijheidsbond in den vervolge krach tig te steunen. MR. R. B. LEDEBOER. Advocaat-generaal bij Hoogen Raad. den In den ouderdom van 63 jaar is gisteravond te den Haag overleden mr. R. B. Lcdcboer, ad vocaat-generaal bij den Hoogen Raad dei Nederlanden. De heer Ledcboer promoveerde den 28 Juni 1388 te Amsterdam en werd op 20 Maart 1893 benoemd tot ambtenaar van het O. M to Leiden. In Juni 1900 werd mr. Lcdcboer be noemd tot substituut-officier van justitie bij de rechtbank tc Rotterdam, in welk college hem op 30 April 1904 een plaats als rechter werd aangewezen. Deze functie werd door mr. Ledeboer niet lang waargenomen, want reeds op 16 Joni 1908 werd hij benoemd tot advocaat-generaal bij don Hoogen Road. Zoonis bekend, kon mr. Ledeboer sinds eenige maanden ^ijn Werkzaamheden niet uit oefenen als gevolg van een hem in zijn woning overkomen ongeval, in verband waarmede hij goruimen tijd in het R.K. Ziekenhuis in het Westeinde moest worden verpleegd. De thans ontslapene was voorzitter van de Staatscommissie inzake het Bioscoopvraag stuk. Vooral ook op het gebied van den reclassee- ringsarbeid is mr. Ledeboer jarenlang met groote toewijding werkzaam geweest. Zoo was hij als opvolger van nu wijlen mr. Nelissen. Voorzitter van het Centraal College voor de Reclasseering. in welke functie hij een belang rijk aandeel had non de voorbereiding van do herziening van het strafstelsel, welke voorbe reiding aan dat Centraal College was opge dragen. Ook het particuliere reclasseerings- werk had zijn volle belangstelling. Voorts wns mr. Ledeboer voorzitter van het bestuur van de Stichting Controle-woningen; curator van de Leidsche Universiteit; penning meester van de vereeniging tot bevordering van de wetenschappen onder de Katholieken; curator van dc R K. leergangen voor het mid delbaar onderwijs te Tilburg en curator var. het R.K. Lyceum voor meisjes tc 's-Graven- hage. Dc heer Ledeboer was ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw en comman deur in de Oranje Nassau-Ordc. Dc begrafenis is bepaald op a.s. Zaterdag. De plechtige uitvaartdiensten hebben plaats in de R.K. kerk aan den Wassenaarschen weg, des morgens ten TO uur, waarna dc teraarde bestelling zal Dlnats hebben op het R.K. Kerk hof aan dc Kerkhoflaan. DE ZAAK DER VALSCHE PORTUGEESCHE BANKBILJETTEN. Dc zaak voor dc Haogschc rechtbank. Ons verslag hieromtrent dient nog te wor den aangevuld met de volgende verklaringen van gisteren vóór- de pauze. Als getuige verschijnt S p t i n g o 11, assis tent, bij de Waterlow-drukkerij. Getuige beschouwde Marang als vertegen woordiger van de Banco de Portugal. Bij het eerste bezoek van Marang is getuige niet aanwezig geweest. Aan getuige wordt een schrijven getoond, waarop een kantteekening is gesfhrcven over de levering van biljetten Verdachte merkt op, dat dc bankbiljetten, waarom het in genoemd schrijven gaat, alle ge drukt waren, maar zc moesten nog worden genummerd. Verdachte heeft daarna 20000 aangewezen voor levering in Februari. Dit is dc aanleiding geweest voor de kantteekening. Getuige bevestigt zulks. Voorts zegt ge tuige, dn.t Marang hem heeft medegedeeld, dat de uitgifte geheim was, en dat slechts één directeur der Bank daarvan op dc hoogte was Een eigenlijke reden daarvoof is niet opge geven. Getuige herinnert zich, dat op 29 Juli is af gesloten een ordeT voor het drukken van 380.000 biljetten Daarbij hnd Marang een schrijven bij zich van den gouverneur der Bank. Marang heeft aan Goodwall gevraagd, om een lijst van de directeuren der Bank wiet handtcekeningcn in het bezit der drukkerij wa ren Deze lijst is aan Marang verstrekt, bene vens een lijst met dc series van nllc vroegere opdruchten Getuige weet, dal de heer Walerloiv aan Marang een brief heeft gezonden, waarbij gep wezen werd op de duplicaten Voorts zegt getuige te weten, dat dc eerste partij biljetten als volgt is afgeleverd: begin Februari 20.000; 24 Februari 30 000 en op 12 Maart 150 000; en de tweede partij: op 28 Augustus 50000; op 9 October 150.000 en op 10 November 180.000. In de bij de Rotterdnmsche Bonk in beslag genomen kofiers bevonden zich series die nim mer voor de Banco de Portugal zijn gedrukt (do dubbele klinkcrscries en dubbele lettcrseries na do serie AN). Dc officier merkt op dat er twee pakjes ontbreken Waar zijn die gebleven, vraagt hij aan verdachte U was toch dc bewaarder? Verdachte zegi, dot bij de koffers wel in huis heeft gehad, de Bnndeiro hod dc sleutels en deze heeft er biljetten uitgehaald. De officier: Maar heeft u van die twee ontbrekende pakjes een rc^u van dc Bandcira gekregen? Verdachte: Daarvoor heb ik toch geen re^u noodig. Ik was voor den -inhoud verder niet verantwoordelijk. Dc officier: Maar dat grenst toch aan het krankzinnige. U moest dc bankbiljetten toch afleveren aan Rciss? Verdachte merkt op, dot men onderling groot vertrouwen in elkaar stelde, en dat hij ongetwijfeld later wel een rcqru zou hebben ont vangen. Mr. Roland us vraagt voorts aan getuigd Springall, hoe het mogelijk "is, dat hij kan ver klaren, dat eerst in December is ontdekt, dot de eerste order uit duplicaten bestond, waar pleiter heeft een door mr. Springall afgegeven en thans door hem erkend briefje, gedateerd Juli, waarop reeds geschreven was, dat het du- Getuige merkt op, dot dc opgaven in den plicatcn waren. brief van 22 Juli duplicaten bevatten, en dat dit toen door hem was nagegaan. Verder zegt getuige zich niets tc herinne. ren van fouten, voorkomende in den brief van 29 Juli. 2c d'-g. Gisterochtend 10 uur is door de rechtbank voortgezet de behandeling van de strafzaak t6- gen den heer K. Marang van IJsselveere. Als eerste getuige wordt heden gehoord mr. F. van R a a 11 e, advocaat en procureur te Rotterdam. Toen moeilijkheden ontstonden heeft Marang getuige geraadpleegd. Marang heeft getuige de beide contracten overhandigd en getuige heeft deze in een kluis bewaard. Ook heeft getuige van Marang een koffer in bewaring genomen, waarin bankbiljetten zaten. Later heeft een conferentie plaats gehad op het hoofdbureau van politie, waarbij ook com missaris Bessels tegenwoordig was. Als ge volg van de vraag van dezen laatste is afge sproken, dat de heeren den volgenden dag bi) getuige zouden komen, om alles in ontvangst te nemen. Den volgenden dog heeft getuige alles aan de politic overhandigd. Aan getuige was ook bekend, dat de andere koffers met bankbiljetten waren gedeponeerd. Getuige is uit Engeland opgebeld door Hem nies met verzoek om in Brussel te komen voor een conferentie in verbond met het feit dat Reiss naar aanleiding van courantenberichten was gearresteerd. Getuige zegt op vragen van den officier, dat hij den koffer in ontvangst heeft genomen van mevr. Marang. Of er volsche bankbiljetten in den koffer zaten, weet spr. niet. Tegelijk met den koffer heeft getuige ook een stapeltje brie ven aan commissaris -Besselse afgegeven Deze brieven zijn evenals dc koffer vrijwillig afge geven. Onder die brieven was ook een officieele brief van de Banco de Portugal aan Waterlow. Getuige zegt, dat Marang hem heeft verteld, dat een afschrift daarvan aan Waterlow was gezonden. De officier: Ik vraag dit omdat de heer Waterlow verklaard heeft, nooit een afschrift van dien brief te hebben ontvangen. Dus dan zou Marang u hebben voorgelogen Getuige: Mijnheer, ik sta hier els ge tuige. Mr. Roland us vraagt of er eerst sprake is geweest, dat getuige zich heeft beroepen op zijn ambtsgeheim en of hij toen aan Marang ontheffing daarvan heeft gevraagd. Getuige: Ja. Mr. Rolandus: En heeft Marang u toen direct van die geheimhouding ontslagen? Getuige: Onmiddellijk. Op verdere vragen van mr. Rolandus zegt getuige, dat Portugeesche autoriteiten bij hem zijn gekomen om foto's te nemen van de contracten. Ook getuigie wilde toen een onderzoek naat de contracten laten instellen. Getuige heeft daarvoor ,een request aan den president der Haagsche rechtbank opgemaakt. Getuige verklaart voorts, dat Marang het denkbeeld heeft geopperd, om dc justitie in do zaak tc mengen. Getuige heeft Marang dit echter ontraden. Ook heeft getuige ean Marang ontraden, om, zooals hij wilde, dc biljetten naar Reiss te zen den. Als volgende getuige wordt gehoord de heer Hou win j, directeur van de Rotterdamsche Bankvereeniging Ie 's Gravenhage. Getuige verklaart, dat inlichtingen zijn ingewonnen naai A Reiss. Dit is hem uit de administratie bekend Do inlichtingen zijn ingewonnen in Portugal en luidde„s'abstenir". Deze inlichtingen zijn daarna medegedeeld oen dc export compagnie Marang en Co'ling- non. De getuigen Van Waasdijk en A Iers procuratiehouders bij de Rotterdnmsche Bank vereeniging leggen overeenkomstige verkla ringen af. Aan laatstgenoemde getuige is nie? bekend, dnt ook wel informaties zijn ingewon nen naar Marang De getuige Grosstelc, procuratiehouder bij de Rotterdamsche Bankvereeniging ver klaart dat op 20 Maart 1925 door zekeren Hennics 2 koffers in bewaring zijn gegeven Omtrent den inhoud der koffers werd niets medegedeeld. Ook werden de koffers niet ver zekerd. Getuige B o d g i n g n, commies-\ eiificuteur Hoek van Holland verklaart, dat in dc laat ste maanden van 1925 hcihouldc.'ijk te Hoek van Holland uit Engeland is nun gekomen Jcsë de Baudrirn Deze was den in gezelschop van Maiang. Zij hadden dan groote loeren kof- feis bij zich, die z.eer zwaar waren. De broei van den gezant deed zich voor als eigenaoi dor keffers Op de koffers stond „Portugee sche legatie". Dit uchttc getuige een waar borg, dat er geen fraude geschiedde. Getuige mocht de koffers niet visiteeren. José de Baudiera had een diplomatiek pas poort, benevens een roodc kaart, welke vrij stelling geeft van visitatie. Een gewoon pas poort met diplomatiek visum alleen geeft geen recht op vrijstelling. Wanneer uit het beroep echter blijkt, dat de persoon verbonden is aan een legatie, laat men hem zonder visitatie pas- scoren. Getuige K o 1 ij n, kommies Te klasse tc Hoek on Holland bevestigt dc verklaring van don vorigen getuige. Er was altijd een chauffeur, die tie heeren bij aankomst hooide. Getuig* zegt, dat deze chauffeur altijd sprak over de Portugeesche legatie. Ook getuige heeft do labels aan de koffers gezien. Wie zich als eigenaar van de koffers voordeed; weel getui ge niet. Getuige Mej. Becker is ongeveer 6 jnai reeds in dienst van Marang. Getuige heeft wel groote lederen koffers op het kantoor van Marang gezien Voorts verklaart getuige, dal Marang daarna dubbele deuren heeft laten maken voor zijn privé-kantoor en voor de Commissariskamer. Daarin zog getuige niets bijzonders. Getuige klopte altijd wanneer zij mijnheel moest hebben en zij wachtte altijd, tot mijn heer daarop antwoord gaf. Later is daarin geen verandering gebracht. Getuige e Jong, chef dc bureau te Hel mond, zegt, dat hij op T Augustus T924 cor respondent is geworden bij Marang en kort dnHrno particulier secretaris. In Septembei 1925 werd de zaak omgezet in een N. V. en getuige werd toen procuratiehouder. Met T Jan. 1925 is een circulaire opgesteld en rondge zonden, waaruit bleek, dat de firma Marang en Collignon voor privé-zoken zou blijven. Getuige heeft den indruk gekregen, dot Ma- rong zaken deed met dc Boudeira en Hennics Ook getuige verklaart, dat in Augustus 1925 het privé-kantoor en de commissariskamci zijn voorzien van dubbele deuren. De heer Marang heeft hem medegedeeld, dat in den beginne de exportzaak met verlies werkto Later kwam hierin verbétering. Ook op het bijkantoor in Havonoh werd verloren. Van handel op Angola heeft gelu'gq eerst niets ge merkt. Later is er een consignntiezending ge weest. Van do bank te Lissabon heeft Marang tc' genover getuige wel gesproken als van „onze" bonk" in verband met financiering van een be stratingsplan in Portugal Getuige heeft zelf een brief geschreven om prijsopgaaf van ba salt voor die bestrating. Voorts heeft getuige den indruk gekregen, dat het doel van de op richting van die bonk was financiering van cultuurmaatschappijen. "r* Op 8 Deceihb er 1925 heeft Marang aan ge tuige een bericht in de Nieuwe Rott. Courant loten opnemen over het inbeslagnemen van valsche bankbiljetten. Waarom* Marang hem dit liet lezen, kon getuige zich niet meer her inneren. Ook niet, wat Marang daarbij gezegd heeft. Getuige is daarna naar Londen gegaan waar hii in ccn hotel in Londen Hennies ontmoette. Hij is er hij geweest, dot Hennies Mr van Raalte opbelde, om elkaar in Brussel te ont moeten. Na die conferentie in Brussel zou Hennies naar Lissabon gaan. Getuige verklaart verder, dat hij een concept heeft gemaakt voor den brief van 12 Augustus aan Waterlow. In dien brief kwam ook voor, dat de serienummers in rood moesten worden gedrukt. Deze brief werd geschreven naar aanleiding van een telegram van Reiss uit Karlsbad van 12 'Augustus. In den bewusten brief is het woord „confidencial" met een andere machine getypt. Dit kan op het kantoor geschied zijn, maar zeker weet ge tuige dat niet. In hét huis van Marang is eenigen tijd, on geveer 3 maanden in de 2e helft van 1925 een Portugeesche bediende geweest. Wat deze daar deed, weet getuige niet. Alleen zei die be diende het altijd zeer druk te 'hebben. Mr. Rolandus merkt op, dat op 7 Aug. de ccncept-brief naar Rciss in Karlsbad is ge zonden en dat de brief van 12 Auguustus daar na weder uit Karlsbad is ontvangen. Verdachte merkt op, dat deze brief van 12 Augustus eerst op 17 Augustus op zijn kan toor is aangekomen. Getuige zegt verder, dat Hennies, van zijn terugkomst uit Lissabon niet heeft gezegd of hij den Hoogen Commissaris heeft gespro ken. Wel heeft Hennics eenige tochten be schreven, die hij gemaakt had. De Portugee sche bediende sprak alleen Portugeesch en Marang kan dus niet met hem spreken. Getuige B i e n e n, directeur van het Palace Hotel te Scheveningen, legt een verklaring af over het logecrcn in zijn hotel van Reiss met zijn familie van 24 Juli tot 1 Augustus 1925 en van een diplomatiek persoon uit Portugal van 26 Juli tot 7 Augustus. Getuige N i e 1 s e, inspecteur van politie te 's-Gravenhage, die met mr Bpuduin-naar Por tugal is geweest, verklaart dnt de personen, wie hnndteekeningen op de contracten voor kwamen, deze hnndteekeningen voor valsch hebben verklaard. Op een vraag van mr. Rolandus zegt getuige, dot hij ook tegenwoordig is geweest bij het verhoor van Rciss en dot deze heeft verklaard, dat Marang geheel buiten de zaak stond en dot Marang alleen optrad als gemach tigde van hem, Reiss. Getuige Hartmann, accountant te 's Gra venhage, verklaart, dot inderdaad door zijn be middeling door een bank tc Schiedam aan José de Bandeira een bedrag van ongeveer 18000 is geleend. Von eep lecning van Marang aan den gezant zou getuige niets posi tiefs durven verklaren. De officier merkt op, dot getuige voor den rechter-commissaris anders heeft ver klaard. Getuige zegt, dot hij wel eens bij den ge zant is geweest maar in verband waarmee weet hg niet -precies. Getuige Vieweg, consul-generaal van Libe ria, tc Rotterdam, verklaart, dat het uitgesloten is, dnt verdachte iets tc maken heeft gehad met een gezantschap vnn Liberia in Moscou. Van graaf de Matzenow weet getuige al leen, dat deze voor valsche possen kon zor gen. Door bemiddeling van wicn dit geschied de, weet getuige niet. Von inspecteur van Doorn heeft getuige gehoord, dat Marang een pas had als secretaris van de legatie van Libc rio in Moscou Marang heeft zich nooit tot getuige gewend® Getuige heeft tot 1923 vlak bij verdachte gewoond. Mr. Rolandus merkt op, dot in 1924 het pospoort is verstrekt. Getuige W a 11 e 1 tc Amsterdam verklaart, dot door zijn bemiddeling Marang legaiiesecrc- taris is geworden in Moscou. Getuige kende graaf Matzenow, die" in een almanak nog'altijd stond vermeld als gezant van Liberia. Deze wilde Marang naar Stock holm zenden in verband met een wereldcon gres. Marang ging daarop niet in. Later heeft de graaf Marang willen zenden naar Moscou, om een tractaat voor handel cn scheepvaart of tc sluiten. Toen heeft dc Graaf ook ccn diplomatiek paspoort voor Marang gemaakt, waarvoor Ma rang door bemiddeling van getuige 1000 dol lars betaalde, als bijdrage in de lcgatienosten, zooals De Graaf dat noemde. Getuige heeft Marang later weer ontmoet, Marang heeft hem gesproken over de oprich ting van de Bank van Angolu, welke mededee ling getuige bevestigd zog in dc Portugeescho bladen. Getuige, die wist dat dc Bank rubber plantages opkocht, heeft ook met Marang daar over gesproken. Getuige kende de beide heeren De Bandeira. Over de financieclc positie van den gezant heeft getuige nooit met dezen gesproken, maar dc algemeenc roep was, dat hij altijd geld noo dig had. Op een vraag van mr. Rolandus ant woordt getuige, dat het hem bekend is, dat tot 1925 in de Almanach dc Gothe graaf Matze now vermeld stond als gezant. Daarbij stond Marang als legatieraad of legaticsecrctaris. Dc opgaven in den Almanach geschieden door den gezant. Het getuigenverhoor is hiermede geëindigd. De dagvaarding. De president gaat daarna met verdachte do dagvaarding na. Verdachte zegt, dat hij altijd alleen tc Londen heeft gehandeld. De contrac ten werden afgesloten met dc firma Waterlow. Getuige erkent, dat hij het in de dagvaarding genoemde crediet- en handelspapier heeft la ten drukken. Dc bedoeling was om dc biljetten door an deren te doen gebruiken. Dat het doen drukken en vervaamigen valschelijk geschiedde, ont kent verdachte. Verdachte erkent dt biljetten te hebben be waard, doch hij wist niet, dot zc valsch waren Nieuw verhoor. Getuige Vieweg verklaart nog, dot hel absoluut onwaar is, dot graaf Watzenow het recht zou hebben gehad om personeel oen to stellen. Daarna wordt nog in verband met de ver klaring van dr. Hartman gehoord de rcchter- commisaris Mr. Hijink. Mr. Hijink verklaart, dot het opgenomen-s in het proces-verbaal juist is, van den loop der zuken kan getuige zich echter niets meer her inneren. Het was een verklaring van den heer Hort- mnnn zelf. Getuige Hartmann merkt nog op, dot hij plotseling voor .den rcchter-commissaris kwam te staan. Later was getuige van mee ning dot hij het door heifi verkloordo niet ge** heel kon hondhaven. Dit heeft hij toen aan Mr. Rolandus geschreven. Gistermiddag te ruim twee uur zette dc rechtbank de behandeling voort van de zaak- Morong van Ysselveere. Allereerst verscheen nog even de directeur der Portugeesche Bank te Lissabon, de heer I. Camocho Rodrigouesz. om tc verklaren, dat hij in den zomer van 1925 niet in Karlsbad geweest is. Hierna begon het verhoor van den verdach te Marang van 7sselv,eere. Deze vertelde Hen nics reeds langer don 10 jaar te kennen en Reis en José Bandcira enkele jaren. Einde 1923 sprak Bandeira hem over havenwerken van Macao. Reis werd hem op zekeren dog voorgesteld op zijn kantoor door Bandeira en Hennics en wilde met hem verschillende trans acties doen. Hennies was mede-directeur in zijn onderneming. Op een conferentie in den Haag met den bankier Einhorn, waren Bandeira en Reis uit Lissabon overgekomen. Die wilden Hollandsche valuta lecnen met als onderpand Portugeesche escudo-biljetten. Hierbij was Ma rang ook tegenwoordig, doch hij had geen deel in het plan. De pres.: Maar zooals de bankier Einhorn reeds getuigde, zou hij in de winst deelen. Wat deedt u er dan nog bij Einhorn zou ponden geven en escudos als onderpand cn ten ver koop ontvangen, aldus was zijn voorstelling. Marang: De conferentie maakte ik niet mee om er voordeel van tc genieten. Alleen zou ik verdienen, als ik bij het te geide maken van escudos intermediair kon verlcencn. Verdachte geeft omstandige mededeelingen omtrent handelstransacties over aan- en ver koop van copra, waarmede een millioen pond sterling gemoeid zou zijn Zijn indruk was, dot de gebroeders Bandcira elkaar hielpen, zooveel zij konden Verdachte blijft aannemen, dat de handtce keningcn onder de contracten echt zijn. In het bijzijn van den notaris zijn zij gezet. Hem is bekend, dnt in Portugal een opmer king is gemaakt waarom gezegeld papier daar gelinieerd is. Dat zou men in Portugal doen om fraude te voorkomen. Volgens verdechtc zo! de notoris moeten verschijnen, om de echt heid van de hnndteekeningen te bevestigen. Hierna verklaart de heer I. Camocho Rodriguesz, dot Portugeesch gezegeld po pier wel gelinieerd is, doch niet om fraude te voorkomen Het is geen vporschrift dat tus- schcn dc lijnen geteekend moet worden. De verdediger merkt daarbij op, dat hij tevergeefs in Portugal over deze kwestie in lichtingen heeft trachten in tc winnen, doch dat men in verband met den Dolitieken toe stand dit niet heeft aangedurfd. De Nederland- schc correspondentie staat blijkbaar onder censuur. Daarna vervolgt verdachte zijn verhaal cn zegt, dat hij destijds 100.000 zou four- nceren aan Rciss voor zijr\ vprschi'lendo trans acties Waarvoor Reis die 100 000 precies noodig had, heeft hij nooit aan dc weet kun nen komen. Hij meent wel begrepen tc hebben, dat Reis dc hoge heeren in Lissabon moest fêteeren en met ruime beurs moest werken, om contracten te kunnen afsluiten Om Angolu te cultivccren, zou hij een leening plootsen cn 3Ó0 millioen escudo's aan bank biljetten uitgeven. Hij zou ccn kwart van dc winst krijgen. De voorschotten die verd in totaal aan Reis gat. bedroegen cirro 120.000. Op zijn reis uit Lissabon nam hij twee con tineten mee. De firma Enschede vond blijkbaar het drukken von biljetten zulk een reëelc zaak, dat zij nog meende oonsnrnok tc kunnen maken op commissieloon als Waterlow and Sons als drukkers optraden. President: Waarom had u een speciale aanbeveling van ^Icn Portugeeschen gezant voor de douane cn werd u als koerier aange merkt Verdachte: Omdat ik dikwijls belang rijke documenten bij me droeg. President: In ieder geval hndt u een di-. plomotiekc aanbeveling op valsche gronden. U was niet aangewezen door de Portugeesche le gatie. Verdachte: Ik meen wel, dot ik ook wel eens koerier ben geweest voor de Portugeesche legatie voor speciale depêches. Vervolgens geeft verdachte een uiteenzetting over de verschillende contracten, en de daarbij gevoerde correspondentie en telegrammen. De firma Waterlow Sons heeft door zijn notaris sen en advocaten verd. drukt speciaal op den meervoudsvorm do contracten cn een begeleidenden brief laten onderzoeken en dezo maakten geen bezwaren, waarna met dc uit voering der orders is begonnen. Voorschrift was dat olie aanwijzingen en ook de of levering via verdachte zou gonn, cn de Banco di Portugal heeft zelf onn Waterlow Sons geschreven, dat zij vcrd.'s instructies hnd op te volgen. De hem gegeven instructies heeft hij steeds nauwkeurig opgevolgd. Zoo belde de Portugeesche gezant hem eens op met de mededeeling, dnt hij aan Reis 5000 pond sterling moest sturen, bedragen die noo dig zouden zijn voor „pourboires" voor de hooge heeren der Portugeesche Bank. Waar hij destijds toegezegd had 100.000 te fourneeren, gaf hij hieraan gevolg. De officier: Met geld sturen was u an ders zoo vlug niet I Verdachte: Ja, ik kende de Portugeescho heeren, als ik het vlug stuurde was het weer vlug op ook I (Gelach). Wat ik hier vertel is niets dan dc waarheid. Ik heb geen redm om iets te verbloemen van een brief van dc Banco di Portugal, dien ik ontving, ontbraken do focsimilie's welke ingesloten zouden zijn ge weest. Dc officier: Waarom heeft u, die zegt zoo nauwkeurig te zijn, zich daar maar zoo bij neergelegd Verdachte: Daar zal ik wel ccn plau sibele reden voor gehad hebben, maar het ging mij niet zoo direct ^aan. Dc o f f i c i er: Aan een zaak, waaraan u een poor millioen zou verdiend hebben Verdachte,: God gave het. Had ik ze maar I De officier: U hadt zich toch tot Camo cho kunnen wenden, die volgens u ook in het complot was. Verdachte: Ik had alleen -met Reis tc maken. Bovendien spreken de Portugcezen over 't geheel bijna geen Fransch of Engelsch. Dc officier: Ik heb anders met verschil lende Portugcezen Fransch kunnen spreken. Dc verdachte; Dan is u gelukkiger ge weest don ik. Vervolgens wordt voorlezing gedaan van een contract, afgesloten 11 Februari 1925, waarbij dc winst op dc leening voor Angola gemaakt, zou worden verdeeld tusschen Ma rang, Reis, Bandeira en Hennies, nadat eerst afgetrokken was voor Reis 17 millioen escu do's en voor Marang 1 millioen escudo's (circa 100.000) voor gemaakte onkosten. Op in structies van den hoogen commissaris van An gola zou volgens verdachte, Reis verschillende kosten hebben gemankt. Von dc leveranties uan den hoogen commis saris te Angola ten behoeve van die kolonie door Reis gedaan, ontving verdachte ook een kwart van de winst, wat dc president deed op merken, dot hij niet begreep wat de leening •daarmede te mnken had. Hierop riposteerde verdachte, dat de betaling don weer geschied de met dc bankbiljetten, door de leening aan den hoogen commissaris gefourneerd, wnt de president onverklaarbaar bleef vinden, bok om- dot verd. in deze affoiro een ton deed steken, wot wel een bewijs von groot vertrouwen was, terwijl er zoo weinig tegenover stond. Ver dachte merkte hiertegenover op, dat het ccn zaak was, waarmede f 2.000.0C0 gemoeid was. Hij stelde vertrouwen in de menschen. Hij zeide nu eenmaal geboren to zijn met veel vertrou wen. (Vroolijkheid). De Portugcezen waren, volgens verdachte, de crème dc la crème. (Ge lach). José Bandcira is niet zoo slecht als hij afgeschilderd wordt, vond hij. Steeds heeft hij gemeend met perste klasse menschen tc doen tc hebben. Waar de contractei geteekend waren door den onderkoning van Angola, den gouverneur der barik en andere hoogc autoriteiten, meende erdachtc, dat hij hierop toch wel vertrouwen kon. Bovendien had de Portugeesche gezant hem een aanbevelingsbrief meegegeven naar Lissabon, waarin gesproken werd .van een of ficieele missie, die hem wasopgedragen. Zou een koopman nog getwijfeld hebben, met een dergelijk stuk Iriep Marang met verheffing van stem uit. Dc officier: Behalve als dc gezant .er zelf ook bij betrokken was. Verdachte: Dnt heb ik dun toch niet geweten D c officier: Dan zal ik u bewijzen, dat u geweten heeft, dat ook de gezant hierbij be trokken was. De verdachte bewaarde hierop het stilzwijgen. De zitting werd te ruim half zes geschorst tot hedenmorgen tien uur. De officier van justitie, mr. Boudtrin, zou dai# waarschijnlijk zijn requisitoir houden-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1926 | | pagina 5