L. J. LUÜCX Zn. ZOMERBONT. DERDE BL-A&. KOLONIËN. BINNENLAND. 25e Jaargang No. 2,13 AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander- Zaterdag 14 Mei 1927 Oost-l ndië. HET DRINKWATERZUIVERINGS- VRAAGSTUK. Naar het Hoagsche Ancta-kantoor verneemt heeft de Minister van Koloniën den O. I.f amb tenaar met verlof Ir. C. P. Mom, laatstelijk leider van het Proefstation voor Waterzuive ring te Meester Cornclis, opdracht verleend om in Nederland en in het buitenland een stu diereis te maken tot bestudecring van het drinkw&terziiiveringsvraagstujk, ten behoeve van den dienst der Volksgezondheid in Neder- landsch-Indië. (Aan den Dienst der Volksgezondheid m Indië is namelijk eei? afdeling voor drink watervoorziening, om ndvieaen te geven, on derzoek te verichten en plaranen op te maken voor alle overheden en particulieren, die een drinkwatervoorziening tot stand willen bren gen. Een onderdeel van dien Dienst is het Pioef- station voor Waterzuivering, waar het onder zoek van water en de wijze van waterzuive ring in het laboratorium en met behulp van diverse technische proefinstallaties geschiedt). EEN VERGADERING VAN DEN G.-G. MET REGENTEN. Batavia, 13 Mei. (Aneta). Onder voor zitterschap van den gouverneur-generaal is ten paieize vergadering gehouden met de re genten van West-Java. Jhr. de Graeff sprak zijn waardeering uit voor het inlandsch be stuur, dat den hoeksteen vormt van het Ne- derlandsch gezag in Indië. Op de conferentie werd geconstateerd, dat de voortschrijdende staatkundige ontwikkeling de positie van het inlandsche bestuur moeilij- ker maakt, vooral door het steeds grooter wor dende administratieve werk. Algemeen werd geconstateerd, dat het voeren van vertrouwe lijke besprekingen met de bevolking nuttig is, evenals het aonhooren van volksleiders die van goeden wil zijn. De gouverneur-generaal verklaarde zich in zijn slotwoord uiterst tevreden met het resul taat van deze bijeenkomst. DE VOLKSRAAD. Batavia, 15 Mei. (Aneta). De heer H. Soetadi, oud-Volksraadslid, is benoemd tot lid van den Volksraad. DE INTERNEERING VAN COMMUNISTEN. S o e'r a b a j a T 3 Mei. (Anetn). De „Rum- phius" is, met in totaal 137 communisten, die geïnterneerd zullen worden, onder de grootste belangstelling van inlandsche zijde, naar Ma kasser vertrokken. Een inlander sprong op de verhooging van den landingssteiger en riep „Leve dc commu nisten", waarop hij gearresteerd werd. Latei is hij weer vrijgélatch. DE „TASMAN" VLOTGEKOMEN. Batavia, 13 Mei. (Aneta). Het s.s „Tas man" van de Koninklijke Paketvaart-Mij. is hedenmorgen vlot gekomen. Het schip is ver moedelijk zeer weinig beschadigd en neemt de ladin\g weer over van het s.s. „Vnn der Wijck", waarna het de reis naar Sidney zal vervolgen. PRINS HENDRIK. Prins Hendrik is hedenochtend van het Loo voor enkele dagen weder te 's-Gravenhage aangekomen. Z.K.H. de Prins heeft het Eere-voorzit- terschap aanvaard van het Ecre-comité voor de Internationale Schermwedstrijden van den Koninklijken Officieren Schcrmbond, welke 1, 2, 3 en 4 Juni te 's-Gravenhagc zullen worden gehouden. De Prins der Nederlanden bracht gistermid dag een bezoek aan de expositie van beeld houwwerk van jkvr. C. C. van Asch van Wyck in de ateliers van Toon Dupuis. Vervolgens bracht de Prins een bezoek aan de kunstzaal „De Rietvink", waar een tentoon stelling van schilderijen van Jan Monkes is in gericht. BEZOEK VAN DE PRINSES VON WIED. De prinses Louise von Wied, dochter van de Vorstin von Wied, geb. Prinses der Nederlan den, zal een bezoek brengen nan H. M. de Koningin-Moeder ten paleizc aan het Voorhout. DE WEGENBELASTING. Maandag begint het toezicht. Belanghebbenden worden er aan herinnerd, dat het toezicht ten behoeve van de wegen belasting Maandag 16 Mei a.s. aanvangt, zoo dat het noodig is, vr~ af dien dnt"m in het bezit te rijn van een belastingkaart voor het motorrijtuig of motorrijwiel. NEDERLAND EN BELGIË. Een artikel van de Standaard. In een hoofdartikel met den titel: he' woord blijft aan Nederland, schrijft de Brusselsche Standaard onder meer. naar aanleiding van de rede van minister Boelnerts van Blokland. Begrijpen we de Nederlandschc zienswijze goed, don wenscht men allereerst tot een nc- coord te geraken over de politieke .kwesties de neutraüeit, de Wielingen, enz., en daar deze besprekingen niet heel veel moeilijkhe den zouden opleveren, verwacht men, dat ze dan ook spoedig zouden zijn afgedaan. Of dit echter zoo wel zou gaan, als verwacht, valt vooreerst te bezien. Immers, deze kweties hebben geen haast, men kan er veilig over doorpraten Men kan zo oven veilig een tijd lang loten rusten .Met Belgische oorlogs schepen zullen we voorshands op de Schelde geen lost hebben, om de eenvoudige reden, •dat er geen bestaan. Evenzoo dient er met de behandeling van het nieuwe regiem der ScheL de niet zulk oen vaart genomen. Nederland bezit een lö Scherp oog voor wat al belang het heeft bij oen goed onderhoud van den stroom, dan dat er van deze zijde kan worden gevreesd, bij een gebeurlijk ongeval in deze wateren, een ongewenchtc houding in den Haag te zien aannemen Onze Noorderburen weten inderdaad te goed met welk een be langstelling de ontwikkeling van het problee der uitwegen door een aandachtig Europa wordt gevolgd, om zich op dit le»rein in een richting te wagen, die niet zou nalaten een algemeen „tolle" uit te lokken. Wat echter wel degelijk zeer dringend moet geheeten worden, dat is het vraagstuk der verkeerswegen, der intermediaire wateren. Een hier raken dc politieke elementen dc econo mische gegevens, zoodat die bezwaarlijk kon den worden gesplitst, zoodot eens te meer is bewezen, dot deze bespreking een geheel moet uitmaken om tot een vergelijk te geruken. De konalen naar Ruhrort en naar de Moerdijk zijn dnn ook meer dan „objecten van studie", het zijn dringende noodzakelijkheden, waar om trent eerst en vooral een occoord moet worden nagestreefd. De modaliteiten, welke daarmede gepaard dienen te gaan, kunnen later door deskundigen worden onderzocht er. uitgewerkt de princiepskwestie echter dient thans te wot den afgedaan Daaromtrent blijft dan ook het woord aan Nederland. HET DEPARTEMENT VAN DEFENSIE. Prof. Moreco en overste Putman Cramer over de bezwaren. Gisteravond is in „De Twee Steden" te den Haag dc reeds door ons aangekondigde bij eenkomst gehouden ter bespreking van het wetsontwerp tot instelling van een departe ment van Defensie. De vergadering, die druk bezocht was, werd gepresideerd door gep. luit-generaal Swart. Het onderwerp werd behandeld door prof. dr. E Moresco, oud-vice-presicient van den Raad van Ned-Indië en den gepens. kap.-lui- tenant ter zee G. J. W. Putman Cromer. Het eerst sprak prof Moresco. Na een u.'teenzutting van het wetsvoorstel zelf en er voorts op gewezen te hebben, dat minister Lambooy eenige malen van meening is ver anderd met betrekking tot het punt welke minister verantwoordelijk is voor de verdedi ging van Indic, maakte Spr. gewag van de stemming tegen het wetsontwerp in marine- klingen. In overgroote meerderheid zijn, zeide Spr., de marine-officieren cr tegen, niet omdat zij hun belangen er door bedreigd achten, maar omdat zij er een ernstige aantasting van s lands belang in zien. Ook het comité, dot deze bijeenkomst belegde, heeft ingezien, dat het wetsvoorstel levensbelangen van het land raakt. Van een telkens wisselend standpunt, ging Spr. voort, komt de minister tot een zeer vast staande conclusie, nl. dat er door de instel ling van een Departement van Defensie ten aar.zien vaan de Indische maritieme verdedi ging in wezen nietsverandert. Spr cvenwei gelooft, dat erzter Veel zal veranderen ten nadeele van de Indische maritieme defensie en tevens ten nadeele van de algemeene lands belangen. Volgens den brief van 7 Maart is de recht- strecksche bemoeienis van den minister van marine met de vloot in Indië zeet gering, daar de gouv -generaal opperbevelhebber der door aanwezige zeemacht is cn de verhouding dier mocht tot het Dep. van Marine uitdrukkelijk beperkt is tot administratieve betrekkingen. Deze bewering acht Spr. ten eenen male on juist Talrijke getuigenissen uit de eerste hand staan hem, naar hij zeide, ten dienste, die be wijzen, dat deze werkzaamheden het grootste deel van den tijd en aandacht van den minister en van het Dep. van Marine in beslag nemen en tevens dot, ook waar dc Indische regeering op grond van de wet het recht tot beslissen zou kunnen opeischen, het juiste besef van het algemeen belang haar doet terugtreden, om aan het'deskundige element waaT noodig den voorrang te loten. In 1925 is het feit, dat de commandant der zeemacht in Indië deels aan den gouv.-gene- roal, deels aan den minister van marine onder geschikt is, aangevoerd als een argument voor de splitsing der marine dc Indische vloot zou dan geheel onder de verantwoordelijkheid van den minister van koloniën komen en nog on langs werd in de Vereeniging voor krijgswe tenschap door generaal Kol ff een betoog van dezelfde strekking gehouden. Al deze redenecringen zeide spreker, mis kennen de eenheid van den staat en het staats gezag De gouv.-generaal is verplicht de be velen der Kroon op te volgen en de minister van koloniën moet zoo noodig met zijn ambt genoot van marine uitmaken wat die bevelen zullen inhouden. Voorts beschouwde Spreker de argumenten, die vóór de samenvoeging zijn, n.l. éénhooi- digheid van leiding, hetgeen ook geldelijk voordeel zal opleveren. Terecht of ten onrechte, zoo ging prof. Mo resco voort heeft zich bij velen de gedochte ustgezet, dat de samenvoeging der departe menten vóór alles ten doel heeft, de legercre- dieten te verhoogen of althans voor verdere bc^poeiïng te bc'_oedcn, door op de. Marine te bezuinigen. En dit laatste moet dan worden bereikt door Ie. het deskundig element den mond te snoeren, 2e. zooveel mogelijk uitga ven van Nederland op Indië af te wentelen. Is de onderstelling juist, dan heeft men hier te doen, aldus Spr., met een zuiver militaris tisch en als zoodanig ten eenen male verwer pelijk voorstel, militaristisch in de historische bc teekenis, dat de belangen van het land wor gden achtergesteld bij die van het leger. Een dergelijk standpunt achtte Spr. kort zichtig. Vervolgens sprak overste G. J. W. P u t m a n C r a m e r. Spr. achtte de bestrijding van het ontwerp niet moeilijk, omdat de gronden, waarop het zich baseert, zoo buitengewoon zwak zijn en omdat de ondeugdelijkheid dier gronden, de onjuistheid, de onwaarheid daar- an, zoo gemakkelijk is aan te toonen. Spr. acht het duidelijk, dat, wanneer een minister van Defensie de verdediging, zoowel te land als ter zee moet beoordeelen, hij dit zal doen, bekeken uit het gezichtspunt dei landmacht dat de eischen van de verdediging ter zee weinig tot hem zullen spreken en dal hij de bijzondere omstandigheden, waarondei RECLAMES Van 1—4 regels 4.05, elke regel meer 1.- De nieuwste snu'jes in Wollen randen. Imit. Slangen en Hagedissen, Kalfsvel enz. die verdediging gevoerd moet worden, niet met juistheid, zelfs niet met de noodige objectivi teit kan beoordeelen. Ten eenenmole zal een waarborg ontbreken voor een rationeele verdeeling der gelden ten behoeve van leger en vloot. De Ned. marine heeft, zeide Spr een groote vredestaak. Ontel bare malen is op de zeemacht een beroep ge daan En uit het feit, dat de huidige minister van Marine o.i. de omstandigheid, dat Hr. Ms. Sumatra thans gedurende eenigen tijd te Sjang hai moest verblijven, een „buitengewone om standigheid" noemt, waarmee hij met zijn per- soneels-organisatie geen rekening kon houden, blijkt, volgens Spr., duidelijk, dot zulk een be windsman geen inzicht heeft in dc groote vre destaak der marine, en dat die taak niet met vertrouwen in zijn handen gelegd kan worden. Spreker kwam nu tot Indië. Voor dc verdediging van Ned.-Indië is niet één minister verantwoordelijk; die verdediging behoort tot dc hooge taak der geheele regce- ring en daarvoor is de geheele regeering ver antwoordelijk. Gelukkig is de verdediging van Ned.-Indië tot dusver altijd opgevat als te zijn een taak der geheele regeering. Het is zelfs voor een leek duidelijk, zeide spreker, dat de minister van Koloniën niet al leen verantwoordelijk kon zijn. In de weinige zinnen, die minister Lambooy in de Memorie van Toelichting geeft van de marine in Indië, ligt volgens spr. het krach tigste bewijs, dat bij een Dept. van Defensie de belangen van de maritieme verdediging van Indië niet veilig zijn, ten minste niet, wanneer aan het hoofd van het departement iemand staat met een mentaliteit als waarvan deze minister in die Memorie van Toelichting blijk geeft. Men is thans al jaren bezig te sollen met de marine en met het departement. Is het nu geen tijd, vroeg spreker, dot er eens een einde aan komt Spr. was van meening, dat het noodzakelijk is. dot alvorens een beslissing genomen wordt, alle zijden van het vraagstuk met ernst moeten worden onderzocht door een commissie van hoogstaande mannen. Gcdochtenwisscling. Voor de gedachtc-nwisseling gaven zich ze ven personen op. De kolonel R e n d o r p betwijfelt of dc in uitzicht gestelde bezuiniging zal worden verkre gen. De desorganisatie van het personeel heeft reeds bewezen, dat dé tegenwoordige bewinds man al zeer slecht op de hoogte is van marine zoken. (Applaus). De oud-opperbevelhebber van Land- en Zee macht, de generaal Snijders b. d. merkt op, dot de londsdcfensie in tijden van oorlog zoo belangrijk is, dat deze piot afhankelijk mag zijn van de verantwoordelijkheid van een of twee ministers, doch de opperbevelhebber moet ver antwoordelijk zijn aan de geheele regeering De overwegende bezwaren, die vooral met het oog op Indië bestaan, maken dat we de samensmel ting niet mogen aanvaarden (Applaus). De heer Koning ziet als directeur van een stoomvaartmaatschappij tegen een splitsing de zelfde bezwaren als de beide leiders. Naar spre kers meening rechtvaardigt het groote belong van onze koopvaardijvloot een goede, degelijke en groote marine. (Instemming). De luitenant ter zee Ie klasse Ferwerda merkt op, dat de voorloopige sterkte, welke de minister zich denkt, reeds minder is don het beruchte halve minimuifi uit de vlootwetjaren Voorts moet Indië kunnen beschikken ovei het grootste gedeelte van het beroepskader. Volgens de thans bëstaonde plannen zal Indië echter te weinig beroepspersoneel krijgen, het geen spreker ten eenenmale onjuist acht. De regeering meent de marine te kunnen houden op een koopje en dat is onmogelijk. De kolonel Hoven herinnert eraan hoe, bij een overval in Atjch, een tekort aan marine in Indië was. Dit heeft kritiek uitgelokt in do volksvertegenwoordiging en daarbij is niet ge vallen de minister van koloniën, maar de minis- tr van Marine. Daarmee is ook vastgelegd do verantwoordelijkheid van laatstgenoemden mi nister. De kolonel Boelen merkt op, dat op do „Hertog Hendrik" thans vijf opleidingen zijn, dot schip moet echter ook nog dienen voor vlagvertoon en daar het srhip ook in het bui tenland komt, vraagt spreker zich af, of we ons daarmee niet belachelijk maken. Voorts merkt spreker op, dat het kaarten huisje van de personeelorganisatie geheel is omgegooid door een verblijf van de „Suma tra" in Sjanghai. Spr. vraagt of <Iat nu een behoorlijk beleid genoemd kon worden. De kolonel Roell, die negen jaar aan het departe ment van Oorlog werkzaam is geweest, Is er van doordrongen, dat zoowel de minister van Oorlog als die van Marine de handen vol werk hebben. We moeten houden een goede marine cn e engoede landmacht, die samen geven een resulante: het wel van Nederland. Nadat prof. Moresco er nog even op had gewezen, dat èn met het oog op de geschie denis èn met het oog op de toekomst het noodzakelijk is, dat het wetsontwerp wordt ver worpen. dankte de voorzitter inleiders en spre kers. Hij hoopte dat de volksvertegenwoordi ging het besluit zal nemén in het belang van ons vaderland. De vergadering werd daarop gesloten. HET OEFENINGSESKADER. Blijkens bij het Departement van Marine ontvangen draadloos bericht is Hr. Ms. „Her tog Hendrik", deel uitmakende van het dezer dagen uit Nieuwediep vertrokken oefenings eskader, SkudenesfjoTd (Stavanger) binnenge- locpen tot het aan wal afgeven van een zwaar zieken onder-officier, afkomstig van Hr. Ms. Z. 8. VOLKENBOND EN VREDE. Prof. van Eisinga voor de radio. Op Woensdag 18 Mei a.s. des avonds van zeven uur tot half ocht zal op verzoek van dc vereeniging voor Volkenbond en Vrede voor den Hilvcrsumschen Droodloozen Om roep prof. Jhr. mr. dr. W. J. M. van Eysinga spreken over Volkenbondsvragen. HOT AUTOMOBIELBEDRIJF DER NEDERL. SPOORWEGEN. Naar wij vernemen wordt door de vakbon den van spoorwegpersoneel overwogen hoe en op welke wijze het personeel van het autobus- bedrijf der Nederlandschc Spoorwegen geor ganiseerd zal moeten worden. Door het hoofdbestuur van den Prot. Christ. Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel fs na gepleegd overleg met het hoofdbestuur van het Christelijk Nationaal Vakverbond, beslo ten, dot dit autobuspcrsonecl, voor zoover het christelijk georganiseerd wil zijn, als lid toege laten £ol worden van den P.C.B. •Aon de afdeelingen zijn door het hoofdbe stuur dc noodige instructies daartoe gegeven RAAD VAN BEROEP BIJ DO TRAMWEGEN. Naar wij vernemen is een bijeenkomst ge houden van directeuren van tramwegmaat schappijen behoorende tot dc groep Vlissin- gen en de vertegenwoordigers der person?cl- organisaties St. Raphael, Prot Christ. Bond er. Nedcrlandsche Vereeniging. Overeenstemming werd verkregen omtrent de benoeming van den voorzitter en den se* cretaris. Benoemd werden: tot voorzitter mr. A. A do Veer, lid der Eerste Kamer en wethouder der gemeente Middelburg; tot plaatsvervangend voorzitter dc heer J. Huizinga, burgemeestei der gemeente Tcrneuzen; tot secretaris mr. J F. van Deinse, advocaat-procureur te Middel burg; en tor plaatsvervangend secretaris do heer B. J. Zonneville, secretaris der gemeente Terneuzen VERTOONING VAN DE FILM „DE MOEDER." Een luidruchtig intermezzo. In de Artisten-sociëteit Dc Kring te Amster dam heeft gisteravond voor leden en genoo- digden de film „Dc Moeder" gedraaid. Dc zaal was bij de eerste voorstelling, die om 9'A uur aanving, reeds meer dan bezet. Onder dc aan wezigen bevonden zich tol van autoriteiten, onder wie de wethouders Wibaut en Dc Mi randa. Nadat dc voorzitter van den Kring, dr. A. van Raalte en vervolgens Henrik Scholte een inleiding uitgesproken hadden, begon men met het afdraaien van de film. Voor dc pauze 4 bedrijven. Toen men met de 5e acte bezig was, kwam het bericht dat inspecteur Keizer van het Bu- rea\i Leidsche Plein de verdere vertooning van de film verbood, daar men in het introductie- boek de namen der geïntroduceerden miste. Een voorstel van den voorzitter om de bij- eerkomst te sluiten, daar het anders voor dc 2e voorstelling te laat zou worden, werd met protesten ontvangen. Men was het er over eens, dat men moest blijven en teekenen. Ter wijl inspecteur Keizer de namen van de geïn troduceerden met dc adressen in ontvangst nam, de toegangswegen van dc zaal tot de straat waren afgezet door de politie en ieder het weggaan werd verboder, hetgeen met veel tumult gepoerd ging, kwam het bericht dat wethouder De Miranda telefonisch de toestem ming van burgemeester De Vlugt tot voortzet ting van de vertooning had gekregen Na dit intermezzo, dot ongeveer 20 min. geduurd had, kwamen de laatste 2 acten op het doek. BRANDEN. Een oude hoeve afgebrand. Te Venlo brandde gisternacht de ruim 300 jaren oude Wylrehof, gelegen aan den Hul- sterweg, bewoond door den landbouwer H. Lichtenberg en gezin en toebehoorend aan het R. K. Armbestuur, geheel af. In het eeuwen oude gebouw breiddet het vuur met verbazen de snelheid uit. Een d^r zoon, die te bed lig gende het eerst den brand bemerkte, had nauwelijks tijd de overige huisgenooten te waarschuwen De hoeve met al de daarin zijn de voorraden en gereedschappen werd een prooi der vlammen. Vier koeien, zes voikens en een zestigtal kippen verbrandden. Toen de brandweer met motorspuit verscheen, log he gebouw reeds in puin. De brandweer moest zich beperken tot het beschermen van enkele belenden gebouwtjes. De oorzaak van den brand is onbekend. Een en ander is verzekerd. Vrachtauto verbrand. Gistermorgen bemerkte een inzittende van een particuliere auto, op den Deelenschenweg onder Arnhem, bij het rijdens langs een vrachteutomobiel, dot deze wagen aan de on derkant geheel in vlammen was gehuld. De bestuurder scheen daarvan niets bemerkt te hebben. Hij werd door gebaren op het gevaar opmerkzaam gemaakt en had nog gelegenheid om intijds van het brandende voertuig te springen. De vrachtauto reed een eind door en zwenkte toen het bosch aan den kant van den weg in, waar hij tot staan kwam. De brand weer te Arnhem werd gewaarschuwd, en bluschte de wagen met eenige manimaxen, De vrachtwagen, een Benz-wagen, die ledig uit de stad terugkeerde, is totaal onbruikbaar geworden. de voorgeschiedenis von het contract, dot de verhouding tusschcn het prcgrommawcekblad „De Radio-Luistergids" en don H. D. O. be- heerschte, dien{ men zich er rekenschap van te geven, dot de H. D O op het tijdstip, waar op de „Rodio-Luistcrgids" voor het eerst ver scheen, wel schijnbaar een onafhankelijke organisatie was, maar in werkelijkheid in hoo ge mate moest rekening houden met dc in zichten van de directie der Nederlandschc Seintoestellcn Fabriek te Hilversum (N. S. F.) Het comité besloot don ook in het belang van den Omroep, om zich voorloopig, zij het schoorvoetend, bij de voogdij door de N.S.F. uitgeoefend, neer te leggen, moar het besloot tevens om even energiek als bedachtzaam te streven naar eene volledige onafhankelijkheid. Het comité deed dit niet, omdat het eenige onvriendelijke gevoelens jegens de N. S. F. koesterde, cn ook niet, omdat het geen groote woardeering bezat voor den tcchnischen ar beid dier fabriek, moar alleen uit de overwe ging, dat een publiek-rcchtclijke instelling, als dc H D O. ging worden, alleen kans had op bloei, wanneer onbewimpeld kon worden aan getoond, dot het instituut geheel los stond van invloed van personen of eene belangheb bende onderneming. Rad'onieuws. DE HD.O. EN DE LUISTERGIDS. j Een uiteenzetting van de HJD.'O. Wij ontvingen heden een groot blad, ven vier pagina's, klaarblijkelijk gezet en gedrukt ter zetterij van het dagblad de Telegraaf, bo ven welk blad staat „Algemeene Nederland- sche Radio Omroep". In dit blad doet de H. D. O. van zijn kant opening van zaken. Uit de verschillende artikelen nemen wij o.m. het volgende over Ten einde een volledig beeld te krijgen van Bij de verwezenlijking van de pogingen om dit doel te bereiken, kwam het Bestuur her haaldelijk in conflict met degenen, die de be reiking van dit doel niet wenschten, om welke reden don ook waarbij de situaties dikwijls, zeer pijnlijk en lastig werden, doordat .enkele der comitéleden, die employé's vnn de N.S.F woren, moesten dobberen tusschcn de overwe gingen, die dc werkelijke belangen van den H D. O hun ingaven en de plichten, die zij tegenover de N S. F bezaten. Plichten, dit soms. lastig met de cersfgenocmde overwe gingen waren te vereenigen. Op het oogenblik, dot tot dc opriching van een officieel orgaan „De Radio-Luistergids" zou worden overgegaan, bestond die voogdij von de N S. F. over den H. D. O. nog 1n vollen omvang. Niet de H.D O zocht don ook een uitgever voor zichzelf ifit, maar zulks geschiedde doOT de N S. F Door de Directie der N S. F. werd de Di rectie van „Het Handelsblad" verzocht om zulk een orgaan uit te geven. En de Directie droeg haar dochter-onderneming de N. V Drukkerij „Jacob von Campen" op. om dc mogelijkheid van hét idee uit te werken. De onderhandelingen woren langdurig en moeilijk en hoewel het eerste nummer van den R L. op 8 Januari 1926 uitkwam, was er op 19 September nog geen overeenstemming over een contract. Dikwijls is er ons een verwijt von gemaakt, dot wij het gewoonterecht van bestaande ra- dioblnden om onze omroep-programmo's te publiceeren, plotseling terzijde schoven. Dal wij voor de belangen van die bladen wel de gelijk een open oog hadden, blijkt gloshcldei uit het contract dat loter tot stand kwam. Daarin zijn de punten I en 2 voor de bc- oordeeling van onze zaak door de Luistervin ken van het grootste belang. Punt I geeft aan, dat het sluiten van do overeenkomst niet is een daad von souvereir. beleid van den H. D. O. maar, dat over de overeenkomst wel degel»'* hniW dc schaduw van den invloed van de N. S. F. Punt 2 is het kardinale punt, waarop het geheele conflict thans terug te brengen is. Daarin toch staat duidelijk aongegeven, dat de overeenkomst geldt, voor zoolang als de H. D O. bestaat. En de beteekenis, die aan deze bewoordingen moet worden gegeven, een beteekenis die ook duidelijk uit het gepubli ceerde memorandum blijkt, is geen andere dan om de kans te scheppen, dat de H. D. O. bij een totaal gemis aan de mogelijkheid om de zeer duistere omroep-toekomst tefvoorspellen een onderen organisatievorm kon kiezen op een oogenblik, dat hij meende, dot zijn belang zulks vorderde. De N.V. Jacob van Campen is zich bij den aanvang van het contract van die mogelijkheid bewust geweest. Zij heeft voorts op I Juli 1926, den datum, waarop het contract door de inmid dels „stichting" geworden H. D O. werd over genomen niet laten blijken, dat zij aan de clau sule van punt 2, de ontoelaatbare beteekenis hechtte van een contract op dc eeuwigheid, zooals zij als haar stondount inneemt. In den loop van 1926, bleek het voorts, dat de H. D. O zijn belangen op begeerenwoardige wijze kon dienen, door aansluiting tc zoeken bij een invloedrijke Radio-veieeiniging, die dc Om- rocp-opvottingen van den H. D. O. grooten- deels onderschreef, maar wier wcnschen t^y zake van het publiceeren van Omroepprogram ma's in haar officieel orgaan niet door den HD.O. kon woiden ingewilligd, omdat Jacob van Campen zich tegen die inwilli ging verzette, althans de afdoening dezer aangelegenheid op de lange baan schoof. De H. D. O. was dus door het contract met den Luistergids niet in staat de politiek van aan? sluiting en toenadering te voeren, die zijn ber lang toch vorderde. Er groeide met het geheel zelfstandig wor den van den H. D. O. een gevoel van weerzin en onvrede tegen de relatie met „den Radio- Luistergids", wier exploitanten voor het druk ken, verspreiden en administreeren van het ofr ficieel orgaan van den omroep bovendien, eene belooning genoten, die in ieder opzicht onevenredig was aan den eenvoud van den ge- praesteerden drukkersarbcid en die feitelijk ontaardde in een cynische exploitatie van de geestelijke eigendommen van den Omroep. De verdiensten, het orgaan tot bloei te heb- ben gebracht, kwamen slechts voor een gering deel den uitgeefsters cn zoo goed als geheel den Omroep toe. Niet het kleed, waarin de inhoud was gestoken, deed het orgaan bloeien, maar de inhoud zelve. In den omgang met de uitgeefster, was reeds lQn£f gebleken, dot besprekingen over een over gang van het geestelijk bezit van den H. D. O. in het werkelijk en wettelijk eigendom van dat Instituut nimmer resultaat zouden hebben en dat de H. D O volgens de opvattingen van Jacob van Campen ten eeuwigen dage vastge ketend behoorde te blijven aan een contract, dat toch gesloten was, in de stellige overtui-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1927 | | pagina 9