g6e laarga"!'N°97 AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE eemlander" HANDSCHOENEN DUCRETET T0ES1ELLEN tweede blad. Onwelriekende adem L. J. LUYCX Zn. F. H. LOM A NS S. Duyker RADIO!! BINNENLAND. FEUILLETON. Wie is Edmund Gray? Zaterdag 22 October 1927 STEENKOOL (Nadruk verboden), In een zijner opstellen heeft Jan Ligthart een troostrijke vergelijking gemaakt Met het oog op de vele schijnbaar doode levens van menschen spreekt hij over de steen kool, welke is overgebleven van hetgeen eenmaal een weelderige plantengroei is geweest. In die verharde rest diep in de donkere aarde is de zonnekracht, welke voorheen in de plant heeft gegloeid, gebleven door alle eeuwen van stilstand en duisternis heen. Daalt nu de mijnwerker af tot dit versteende bestaan, dan roept hij de sla pende krachten wakker en een nieuwe wereld ontstaat uit de schijnbaar vergane oude. Een wonderwereld; stoom en elec- triciteit schitteren boven de verslijfde en donkere koollagen in de diepte der aarde. Nieuw leven? Neen, oud' leven treedt ver jongd en verjongend opf Inderdaad, de vergelijking is juist. Ik ge loof niet aan doode mensahen, evenmin als ik aan spoken geloof. En toch kan de aan blik van mijn omgeving mij als een spoken- wereld beklemmen. Duf en suf, grauw en schimachtig waart het menschenleven voor bij; menigmaal voel ik mezelf een geestloos geraamte, dat wezenloos voortglijdt naar het wachtende graf. Eenmaal is het bij ons anders geweest, kameraden! Als ik een jong menschen leven verwelkom, grijpt weemoed mij aan, wijl ook dit nieuw ontluikend bestaan wederom den weg zal hebben te volgen van alle vleesch. Nu: de prille beloften der lente; morgen reeds ritselen de dorrende blèren door de triestige najaarsmist. Eenmaal 'hebben ook wij op een voor- jaarsgaarde geleken. Rijk en veelkleurig bloeiden onze verwachtingen; als de lianen van 't oerwoud strengelden de grilligste en •stoutste illusies haar grijparmen tot een guirlande dooreen. Kwistige overvloed van groen; fe'lroode sterk riekende rozen; uit bundig vogelengezang, zóó was de inzet van ons menschen-bestaan. We geloofden alles, hoopten alles, hadden alles lief- Welk e«n levenskracht deed de voorjaars zon in ons groeien! Het tintelde in ons bloed; 'het hamerde in onze slapen; onze ai men rekten zich naar daden en onze voe ten trappelden van ongeduld, om den loop baan te beginnen, die onze duizelingwek kende idealen bevredigen zou. Daden van goedheid en schoonheid gingen we ver richten; wonderen beleven in onontdekte werelden ver achter den horizont. Als pio niers en hervormers beseften we, geroepen te zijn tot een taak, welke nog niemand vóór ons vermoed had. Wij zouden het ge luk gaaf en intact houden, dat vorige ge slachten hadden verknoeid en beduimeld; wij de vreugde smaken, waarvoor hun de moed had ontbroken. Dit was het werk van de voorjaarszon. Dit de bezieling, de beluchting van jeugd. Maar de zomer stelde cns allen te leur; RECLAMES. Van T4 regels 4.05, elke regel meer 1.— is weerzinwekkend. Tanden met leelvke kleur ontsieren het gelaat. Deze schoonheidsgebreken worden spoedig verholpen door bet poetsen met de beerlyk verlrisscbende C'hli»r«Mi«»nt Tiui<l- payla. belanden Itrygen een schitterenden, ivoor- kleurigen glans.ooka'andezykanten.by gclyktydig gebruik van den speciaal voor dit doel geschiktcn ChlorodontTandenborstel, waarop de haren in den vorm van de tanden geplaatst zyn. Rottende spysresten, welke onvermydelyk tusscben do tanden acbterblyven en de hoogst onaangename lucht veroorzaken, worden geheel verwyderd. Probeert U eerst een kleine tube van ö5 cent in verpakking met garaniiestrook en meisjeskopje. Chlorodont Tnudenhorstel voor kinderen <15cent, voor dames (middelbard haar) 75cent, voor heeren (hard haar) 75 cent, in de bekende blauw groene Chlorodont-doos. Alom verkrygbaar. wat 'blijft er over van eens menschen illusie, zoodra ervaring hem aanraakt? Wij trokken onze voelsprieten in, die zoo vaak pijnlijk waren beschadigd; wij verhardden ons weeke hart, waarop zoo vaak was ge trapt; wij ontvloden de wereld, welke ons zoo vaak had ontgoocheld. In onszelven besloten, deden wij stug on zen dagelijkschen plioht, vervulden wij cor rect onze maatschappelijke taak. Maar angstig hoedden wij ons voor elke ver wachting, voor elke uitbundigheid. Is dit niet het beeld van de menschen- gemeenschap, zoodra zij de argeloosheid der jeugd is ontgroeid? Wat leeft er nog, dat inderdaad leven mag heeten, in de ont goochelden, de geblaseerden, de arrivés die wij zijn? Het is de dood, welke rond waart, wachtend op de begrafenis. Met een steenkoolveld is deze men- schengemeenschap te vergelijken. In het hart van den enkeling, maar ook in het groote hart van de maatschappij, rest slechts het allengs versteende bezinksel van ontluisterde overblijfselen. Als we soms in ons binnenste die onbeweeglijke hardheid ontwaren, beseffen we het: dat het de samengepakte klomp is van al de teleur stellingen en ontgoochelingen, welke wij dag na dag in ons eindeloos lijkend be slaan hebban verduwd. Doode hoop, ver gane liefdes, tot ontbinding gebracht ge loof. Daar liggen in 't diepe duister de duizen den lagen onzer verschrompelde 'bloemen, onzer verdorde blèren, welke tezamen eens dat kwistig en uitbundig stuk lenteschoon heid vormden, bedwelmend van kleur en geur. Daar ligt ons woud van hoogopstre- vende gedachten en dooreengestrengeld ge voel; eens de oogen verblindend met tinte lende zon; thans opgeborgen en bijgezet, diep in dien dompigen kelder van zwart. Steenkool, de mensch, de menigte. Dood, donker, hard. Maar als de mijnwerkers ko men, en ze bikken de donkere laag los en brengen ze boven dan blijkt het oude materiaal nog vol ongerept zonnevuur. Dan is die samengepakte massa in staat te ont vlammen en daarbij licht, warmte en kracht te verwekken, welke de kracht en de schoonheid der lente te boven gaat. Want we! mooi zij-n die prille bloemen en blèren in voorjaarstooi, maar hun teere pracht is vergankelijk en improductief. Tot sleenkool bezonken Hebben ze eigen ver gankelijke schoonheid geofferd aan het on vergankelijke leven der energie. Want de kracht, die hen eenmaal tot leven wekte en tot schoonheid ontplooien deed, blijft bestaan, accumuleert zich in 't donker en wacht de gelegenheid om onstuimiger nog dan voorheen zich te uiten. Al die doode, gedesillusioneerde menschen rondom ons, onze eigen duffe en suffe ziel, ze zijn eenszins dood. Ze zijn accumulatoren, ge reed tot gebruik. Ze zitten geladen, opeen gehoopt met hetgeen zich aan hooge ge dachten en sterke gevoelens allengs in hun binnenste samenpakte. Laat ons ds waarde van ons inwendig wezen niet onderschatten. Er behoeft slechts een vonk in te slaan, en de steen kool ontbrandt. Dynamo's en motoren zet zij in werking, welke wonderen gaan ver richten, waarbij de wonderen der lente in t niet vallen. Zoodra in de spannende oogenblikken cler levensgeschiedenis de mensch of de massa bezield raakt, trilt en siddert het doodgewaande van leven. Dan kan de macht, welke plotseling te voor schijn breekt, ons ontzetten. De gedachte beangstigt ons aan hetgeen bij ontploffing uit de verborgen kracht van die schijnbaar ontnuchterde, suffe en duffe menigte wor den kan. Grauw en doodsch lijkt ons leven, totdat de mijnwerker komt. Het wachten is op den held, de geliefde, den profeet, die de stugge steenkool naar boven zal brengen uit de donkere schachten onzer eindeloos rijke ziel. H. G. CANNEGIETER. I RECLAMES. Von I4 regels 4.05, elke regel meer 1.— Dipl. Maatsch. t.b.d. Toonkunst PIANO's en ORGELS Havik 29 Tel. 773 Langestraat 49 - Tel. 190 Enorme keuze Tricot en ge- breit?. Gevoerd en fantasie. Nappa gevoerd en met bon UTR.STtiAAT 15 - TEL. 483 Wij vertegenwooidigen de bekende UIT DE STAATSCOURANT Op verzoek eervol ontslagen mr. F. G. Seheltema als hooglteraar aan de universiteit te Leiden; tijdelijk benoemd tot lecraar aan de R.H.B.S te Tiel J. Oosterlee te Tiel; idem tot leerares aan de R.H.B.S. te Ziciikzee mej. J. J Geluk te Tholen. Herbenoemd tot burgemeester van Beugen en Rijkevoort Th. A Verdijk, secre taris Herpen H. W. C. V. van dei Sijp, secreta ris Nunen, Gerwen en Nederwetten Jhr. Mr. J. Th. M. Smits van Oyen Tilburg: Mr. Dr. F. L. G. Z. M. Vonk dc Both Valkenburg (Z.H.) P. Lotsy Zaandijk D. J. J. Hellema Abbekcrk K. Zijp Jr., secretaris Bolsward S. J. Praomsmo Vriezeveen J. C. Bouwmeester Wierden J. C. van den Berg Jr. Bramsbergen C. J. van Riemsdijk, secreta» ris Steen wijk Mr. A. H. Goeman Borgesius Midwolda P. Dijkhuis Wildervan D. P. Teenstra Venlo Mr. B. M. Berger. HET LOO. Benoeming rekenplichtig secretaris der intendance. Met ingang van 1 November heeft H. M de Koningin benoemd tot rekenplichtig secretaris der intendance van het koninklijk palcis en do mein Het Loo don heer M. J. Schi'peroort, ont vanger der koninklijke houtvesterijen. DE MOEILIJKHEDEN BIJ DE VACCINATIE. Een wetsontwerp cn ccn commissie. Een wetsontwerp betreffende de vaccinati'*- bppnlingen heeft het Departement van Arbeid, Handel en Nijverheid heden verlaten. De voorzitter van den Gezondheidsraad heeft op verzoek van der. Minister van Arbeid, Han del en Nijverheid een commissie ingesteld, voor de wetenschappelijke bestudevnng van dc moeilijkheden, die zich in verband met de vaccinatie voordoen. Deze commissie zal he den haar werkzaamheden aanvangen. OVERVAL VAN EEN POSTBEAMBTE DE DADER MET F 700 ER VAN DOOR Toen gistermorgen de postbeambte Schou ten zich in het postkantoor te Noordwijk aan Zee bevond werd hij onverhoeds aangevallen door een tot nu toe onbekend gebleven per soon, die hem een slag op het hoofd toebracht tengevolge waarvan hij bewusteloos in elkaar zakte. De dader slaagde erin met de kas, waarin zich een bedrag van 700.bevond te ontsnappen. De politic stelt een onderzoek in. Verdere bijzonderheden ontbreken. De politic te Leiden heeft, zoodra zij kennis van het voorgevallene kreeg, alle toegungswe- gen tot de stad afgesloten. Omtrent dezen overval wordt ons nader ge meld, dot dc postbeambte Schouten juist bezig was met het tellen van geld, toen de aanran der binnenkwam. Deze slopg S.. die voor cet\ lessenaar stond, op het hoofd, waardoor de postbeambte bewusteloos ineenzakte. Toen S weer was bijgekomen, wist hij echter niet t<* zeggen, of de slag met een hard voorweri* was toegebracht. Volgens hem droeg de aanrander een brui ncn slappen hoed en een bruine jas. Hij had een gladgeschoren gezicht cn was ongevec dertig jaar oud. Hij had een lengte van onge veer 1.75 M. In het geheel heeft dc indringer zich van 790, alles klein bankpapier, meester ge maakt. Dc politie in de buitengemeenten werd da delijk van alles op dc hoogte gesteld cn ook de politie ïc Leiden, welke de toegangen tot de stad met rechercheurs bezette, echter zon der resultaat. S. kon in den loten namiddag zijn werkzaam heden weer hervatten. VERPLICHTING VAN GEBOORTE AANGIFTE DOOR EEN ARTS. Een dokter in overtreding'. Donderdag heeft voor de Huagschc Rechtbank terecht gestaan de arts Jhr. C. G. L. von W uit Leiden, terzake van het niet voldoen aan een wettelijke verplichting tot aangifte aan der. ambtenaar van den burgerlijken stand van dc- geboorte van een kind. De Leidsclie Kanton rechter heeft hem deswege veroordeeld tot ce». boete van 0 50. Verdachte is op 25 Mei j.l. als vroedmecstei tegenwoordig geweest bij de bevalling van een vrouw in het Dioconessenhuis te Leiden. De vader van het kind vertoefde ten tijde van dc geboorte in het buitenland Verdachte erken' de, dat hij geen aangifte van de geboorte van het kind heeft gedaan. Hij was echter van meening, dat in een geval als dit de verolich- ting daartoe rust op de(n)genc, in wiens(r) huis de bevalling plaats heeft. Het O.M., waargenomen door mr. Rijkens, achtte het vonnis a quo juist gewezen. De op gelegde straf noemde hij echter tc gering. Eisch 10.— boete. NED. PROTESTANTENBOND. De voorganger der afdeeling Bussum van den Ned. Protestantenbond, ds. A. R. de Jong, heeft ter behandeling op de eerstvolgende af- deelingsvergadering een voorstel ingediend on een tweeden voorganger, cn wel ven rechts- vrijzinnige richting, te benoemen. Hij heeft verklaard, slechts de hc-llt van zijn honorarium te willen ontvangen cn meent daardoor cle aan* stelling van ccn tweeden voorganger te be vorderen. Hr-t bestuur ontraadt den leden het nemei. ven een zoo ingrijpende beslissing zonder voldoende- voorbereiaing en adviseert, na over leg met ds. De Jong en met diens volle in stemming, tot het instellen van een ruim on derzoek door middel van een vragenlijst naar de wenschen van de loden betreffende predi king en godsdienstonderwijs, hot behouder van verschillende sprekers op 26 beurten o! een klein getal sprekers, die ieder acht- h '.ienmaal 'sjaars in een Zondagsdienst voor gaan. Uiterlijk Mei 1928 zal het bestgur, reke ning houdend met de ingekomen antwoorden, voorstellen dienen te doen. Als tweede catecheet der afdeeling is in func tie getreden ds. J. H. Smit Sibirga. ERNSTIG MOTORONGEVAL EEN BEKEND INGEZETENE VAN LEIDEN VERONGELUKT Gistermorgen omstreeks half negen had op den Lcidscheweg onder Voorschoten een zeer ernstig motor-ongeluk plaats gehad, waarbij de heer M. Koorts, architect te Leiden om het leven is gekomen. De expediteur J. J. kwam met ccn vrachtauto achteruit het terrein van den heer D. afrijden, toqn uit de richting Leiden dc heer Kocrts per motorrijwiel wilde passec- rcn. Vermoedelijk heeft hij de auto n;et zien uaniomen cn zijn vaart niet tijdig genoeg kun nen inhouden, zoodut hij tegen dc auto opbotsü- en over den kop in do sloot langs den weg te recht kwam. Dr. Van der Stoel uit Voorscho ten verleende de eerste hulp aan het slacht offer, dot behalve een ernstig beenfractuur ook een zware hersenschudding bekomen had. Per ziekenauto werd dc heer Kocrts naar hot Aca demisch ziekenhuis tc Leiden overgebracht, waar hij korten tijd na aankomst is overleden. De heer Kocrts was ccn zeer bekend Lcidcnoar. O.a. was hij jarenlang bestuurslid van de 3 October-verecniging. Ook in sportkringen, speciaal zeilerskringen, was de heer Koorts een zeer geziene, figvui DOOD DOOR SCHULD Een wugenbestuurder der N. Z.H.T.M. voor dc rcchtbonk. Voorde Hnnrlemsche Rechtbank had zich Donderdagmiddag te verantwoorden de. 27- jarige wagenbestuurder J. van K., geboren te Haarlem, aan wiens schi/.d volgens de dag vaarding de dood te wijten is van Govert Goosscns. Op 21 Juli 1927 deed de verdachte dienst als wagenbestuurder op. een tramtrein van de N Z H T.M. Hij reed te Heemstede in do richting van het eindpunt Grocnendaal. Ter hoogte van het Raadhuis gekomen, op het zoogenaamde schuine pad, naderde van de te genovergestelde richting genoemde Goossens op een driewielig transportrijwicl, die wegens de situatie aldaar noch naar links, noch naar rechts kon uitwijken. Hoewel verdachte een vrij uitzicht van circa 40 ii 50 M. had, heelt hij hoogst loekeloos cn onvoorzichtig, althans niet tijdig, geremd, tengevolge waarvan hij Goossens heeft aan on omver gereden. Deze is tusschen de tramwagens gevallen cn werd aan den schedc-l en aan de linkerzijde getrof fen; er ontstonden uitgebreide hersenverwon- dingen, zoodat het slachtoffer kort na dc aan rijding ovei leden is Na ccn langdurig getuigenverhoor vroeg de officier van justitie een nieuw onderzoek, om dat hem do juiste afstond tusschen den tram wagen en het transportrijwicl op den dog van hot ongeluk niet duidelijk geworden was. De verdediger, mr. Witlox, uit s-Hertogen- bosch, adviseur der R.K Vcreeniging van Spoor- en Tramwegpersoneel, zag geen nut In een nieuw onderzoek. Mede omdat de ver dachte nu a! zoo lang onder den druk der beschuldiging geleefd heeft, vroeg p'eiter aan dc rechtbank, den verdachte nu onmiddellijk vrij te spreken. Na in raadkamer geweest te zijn, deelde do president mede, dat de rechtbank geen termen had gevonden om een nieuw onderzoek te ge lasten. Dc rechtbank bepaalde de uitspraak op a.s. Donderdag Mocht zij intusschen een nieuw onderzoek gewenscht achten, dan za! daartoe lost worden gegeven. De officier van justitie eischtc, als dc recht bank den verdachte schuldig mocht achten, certien dagen hechtenis. Mr Witlox verklaarde niets van dezen cisch te begrijpen Hij bleef op vrijspraak aandrin gen; subsidiair vroeg hij een voorwaardelijke vcroordeeling VERLAGrNG VAN HET BRIEFPORT NAAR NED.-INDIE. Met ingang von T November a.s. wordt het port der brieven naar Ned. Indië bij verzen ding per zeepost verlaagd. Voor brieven van een gewicht van niet meer don 20 gram is dan slechts het gewone binnenlondsche briefport van 7Ys cent ver schuldigd. De aandacht zij erop gevestigd, dat hot port der brieven naar Ned.-Indië per üandmail ongewijzigd blijft, nl. 10 cent. Het is gemakkelijk toejuiching te behalen als men te Athene de Atheners prijst. Geautoriseerde vertalin gnaai het Engclsch van WALTER BESANT. door Mej. E. HOOGEWERF. „Ja, ju", zei Mrs. Arundel. „En toch voor Woensdag, waarde Sir Samuel. Voor Woens dag ter wille van ons allen I" „Wnarde Mrs. Arundel, het zal morgen plaats hebben." Tegen twaalf was Elsie terug in Half Moon Sticet, waar George wachtte. „ïk heb nog een poging gewaagd", zei ze, met tranen in de oogen. „Maar het was te ver- geefsch. Zij was al even verhard jegens jou, als jegens Atheïsten. Verwonderlijk, dat ze zoo weinig vertrouwen bezit. Be geloof, dat dat komt, door haar geld-makcn in de City. Al thans, dit zou Edmund Gray zoo zeggen. Nu van middag hoop ik dc zaak tot een einde te krijgen. O, George, is het mogelijk? Is het Woensdag al onze trouwdag nu aan staande Woensdag?... Zal die onheilspellen de wolk dan afgedreven zijn, en HOOFDSTUK XXXIB Volledige bekentenis Zondagmiddag al vroeg ging Elsie op haar zending uit. Ze verkeerde in groote spanning, want ze stond aan het begin van een hoogst- belangrijke onderneming', die groot beleid eischte. Hc-t was genoeg, meer dan genoeg, dat haar getuigen, de een na den ander, in staat zouden zijn, Mr. Dering te identificeercn met Mr. Edmund Gray, maar, hoe veel sterker zou ze staan als zij een volledig verslag van de heele zaak kon geven, geschreven door den- gene, die het alles bedreven had. Dot be wuste verslag nu te krijgen, was het doel van haar samentreffen met den meester, dien mid dag. Maar zij was vol hoop; deels, omdat zc haar invloed kende op den philosoof, en, deels omdat ze zooals iedere vrouw, die zich zelve eerbiedigt, gewoon was gedaan te krijgen, pre cies wat zij verlangde door vriendelijk vra gen en vleien, of door eenvoudig hnra gang te gaan. De Meester wachtte haar; dit mocht eigenlijk niet voorkomen Maar zij was wat laat en hij wat ongeduldig. Hij had haar immers zoovéél te zeggen en te leeren en ze hadden maar vijf korte uren voor zich. Was dit nu de ijver van een studente Maar, juist op dit oogenblik deed ze fle deur open en trad buiten adem en met stra- lenden glimlach met beide handen uitgesto ken op hem toe; zijn leerlinge, zijn dochter; de dochter van de Nieuwe Menschheid; en hij vergat zijn ergernis, vatte haar handen in de zijne en kuste haar het voorhoofd. „Kind", zuchtte hij, „je bent wel laat, maar je bent er dan tochl Jc bent mij zoo lief ge worden- zie je, dat ik niet hebben kan, dat je een minuut tc laat komt. Het is mij zulk een geluk, zulk een vreugde voor het heden en een belofte voor de toekomst, dat ik zoo'n leerlinge heb. Zet je hoed af; ik heb een stoel voor je bij het venster geschoven en ga dan daar rustig aan tafel zitten. Hier is je aanteekenboek. Heb jc nog eens overdacht, wat ik je laatst zei? Dat is goed. Laten we den weer beginnen, op het punt, waar we toen opgehouden zijn: het wekken van den geest tot samenwerking, wat beduidt het wekken van de Nieuwe Mensch heid". Hij praatte, twee uur achtereen, steeds het vertrek op en neer stoppend, en af en toe eer.s stilstaand voor zijn leerlinge, om met des tc meer kracht tc betoogen de punten, waar het hoofdzakelijk op aankwam. Zij luisterde met groote aandacht. Nu stelde ze een vraag; dan maakte ze een aantcekening. Want haar belangstelling in hetgeen de Meester sprak, was niet geveinsd. Zij hield er van, zijn geestdriftige taal te hooren. Zelve raakte zij zoo zeer in vervoering, dat ze het eigenlijk doel van haar komst geheel uit het oog verloor. Hij sprak dien middag dan ook met meci bezieling dan ooit Was dc Profeet waorlijk een man van over de zeventig? Want zijn geest was jong; zijn stem klonk zelfs nog jeugdig, terwijl hij dc glorie verkondigde van het wereldrijk, waarin geen eigendom meer be stond. Hij hield op en het visioen, dat hij had ge wekt, trok weg. Ze waren terug in Gray's Inn, waar iedere trap, iedere kamer, is gewijd aan de belangen van den Eigendom. Hij hield op met profctceren en begon te redeneeren, wat lang zoo verheffend niet was om te hooren. Eindelijk hield hij hier ook mee op ,Je hebt nu, lieve kind, wel zóóveel gehoord als je geestelijk verteren kunt. Ik heb al ge merkt, dat gedurende de laatste twee, of drie minuten je blikken afdwaalden en je zeker niet meer bij machte was je aandacht te bepalen bij wat ik zei. Laat ons het dan ook hierbij laten. Het is bij vieren", zei hij, zijn horloge voor clcn dag halend. „Zullen we naar den Hall gaan?" „Nog niet. We hoeven daar nog- niet te zijn vóór zessen. Dus hebben we ruim twee uren vóór ons. Laten we die aangenamer doorbren gen, dan door alleen te zitten in den Hall. U moc-t toegeven, dat die toch stoffig is. Wc zullen over andere dingen spreken; over ons zelven niet over mij, want ik ben een heel onbeduidende persoon; maar over u, waarde Meester!" Zc was nu op het punt, om haar huichelarij ten uitvoer tc brengen. Ze schaamde er zich geweldig over; maar het moest. „Over mij?" vroeg de Meester. „Wat zou ei nu over mij te proten vollen?" „O, maar toch zoo veel nietwaar?" Ze vatte zijn rechterhand en hield die vast in de hare, daar ze zeer goed wist, dat die lief» koozing hem zoo aangenaam aandeed. „Meester, wat een wonderlijk toeval heeft mij toch hier heen geleid? Ik heb er George ook van gesproken. George Austin, mijn verloofde, zooals u weet, en Atheïsten, mijn broer". 'Zo keek oplettend naar hem op, maar er vief geen teeken van een herkennen waar te nemen van deze beide namen. Edmund Gray had dan ook nooit van hen gehoord. „Ik heb hen gesproken van u cn van uw groot werk, en hoe u mij alles cn alles leert. Maar als zc mij vragen wie u is, waar u geleefd heeft cn alles van u, dan kan ik hen niets ver tellen. O, ik weet, het komt er wel niets op aan voor mij en mijn vrienden, maar waarde meester: we moeten op de toekomst bedacht zijn. Als uw leer zich verspreid heeft over heej de wereld, zullen de menschen ook wat willen weten van den man, die het eerst die leer ver kondigde. Wie zal dan in staat zijn hen in to lichten? Niemand: u is alleen, u heeft geen vrouw of kinderen. U moest een autobiografie schrijven." „Een enkelen keer heb ik er wel eens over gedocht, dit te doen, maar maar „U is altijd bezig met te werken voor de wereld. U heeft natuurlijk geen tijd. Dat be grijp ik best, en het is u onaangenaam om uw gedachten van het heden terug te voeren naar het verleden, niet waar?" „Ja, ja. Juist. Zóó is het, kind". „En toch, u moet toegeven, dat het niet meer dan natuurlijk isr dat de wereld alles van u weten wilWie was dc groote Edmund Gray? Zij zullen alles van u wiüen weten, iedere bijzonderheid waar u geboren werd waar u uw opvoeding genootwie uw leer meesters waren wat u leidde tot de studie van de menschheid, met haar vraagstukken; waar u woonde; of u getrouwd was en wie; wie uw vrienden waren O er komt geen eind aan de belangstelling van de we reld, betreffende haar groote mannen". „Misschien Hij stond op en keek aix het venster. Als de mensch iets heel üenge-* naams ondervindt, heeft hij altijd behoefte zich tc bewegen. „Ik geef toe, dat ik nooit aan dit alles gedacht heb. En toch, je hebt gelijk"/ „Nu, ik heb er aan gedacht al dien tijd, dat ik het geluk had, door u ontvangen te wor-* den! Meester, wilt u mij vertrouwen? Zal ik uw biografe worden? U zoudt er géén kunnen vinden, die meer met u ophad. U heeft mij enkel dc stol te verstrakken. Laat ik u nu nog een pa.?* vragen stalen, om te i-ègin- nen, waaruit u dan meteen zal blijken den" aard van de dingen, die ik weten wil". (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1927 | | pagina 5