Elastieke Kousen
L. J. LUYCX Zoon,
"AM ERSFOORTS CH DAGMAT)
BINNENLAND.
VAMPYfl STOFZUIGER
Banma
Gemakkelijke Betalinpondities
TWEEDE BLAD
Zaterdag 11 Februari 1928
EENZAAMHEID
EN GEMEENZAAMHEID
Prijs thans f 90.-
Na 15 Febr. e.k. f 98.-
Langestraat 49. Tel. 190.
in verschillende prijzen
UITLOKKEN VAN BRAND
STICHTING?
UIT DE STAATSCOURANT
FEUILLETON.
Martin's Verjongingskuur.
26e (AAR jANG EEM IAIN DER" No. 192
(Nadruk verboden).
Het gebeurt mij somwijlen, dot lezers
naar *»»>rieiding van de een of andere uit
spraak zich tot mij wenden met een ver-
trouwelijken brief. Het lezen van dergelifke
brieven geeft mij steeds een eigenaardige
gewaarwording. Is het, wanneer men er
goed over denkt, niet vreemd, dat we aldus
in verkeer staan met ons volmaakt onbe
kende personen? Een enkele is het, die van
2ijn bestaan een bewijs geeft, maar hoe-
velen zijn er. die zwijgend met den schrij
ver in gedaohtenw.'sseling freden?
Een woord is, wanneer men het neer
schrijft. zoo'n nietig ding. Maar we weten
niet, welk een invloed het onder bepaalde
omstandigheden kan uitoefenen. Ten goede
misschien, maar ongetwijfeld ook wel «-ens
ten kwade. Als we ons hiervan rekenschap
geven, gevoelen we een verantwoordelijk
heid, welke niet te dragen zou zijn, indien
we ons niet bewust waren, det menschen
werk, zelfs met den grootslen ernst en de
bes-e bedoelingen geschapen, onvermijde
lijk tekort schiet en omgekeerd een even
noodwendig misverstand bij den lezer vaak
onze aansprakelijkheid vermindert.
Het geschreven woord klinkt vaak zoo
anders dan de schrijver bedoelt. In een ge
sprek kan men een onbegrepen term toe
lichten. een te scherpe omschrijving ver
lachten, een oordeel verbloemen met ean
schakeering van toon Het oog en de stem
spieken mee en geven relief aan de uiting
welke, op schrift, daar koud en hard in
haaT onherroepelijkheid staat.
Hoe verschillend kan men zoo'n op
schrift gesteld stuk opnemenl Een schrifte-
liik gezegde is als een stuk ijzer, dat
ergens verliest. De smid, die het vindt,
trekt er profijt van en gebruikt het, om ei
een hoefijzer, een sleutel of een ander nut
tig voorwerp van te vervaardigen. Maar de
kwajongen, die het opraapt, gooit er buur-
man's ruiten mee in. Het is hetzelfde stuk
ijzer, maar het verschil ligt in 't opnemen
Voorzichtigheid past den schrijver met wat
hi.» de wereld inwerpt, maar voorzichtigheid
ook den lezer bij het opnemen van zijn
woord. Bij beiden moet de welwillendheid
voorzitten.
AI heeft het schriftelijk verkeer derhaive
gevaren, welke men in het mondeling ver
keer niet aantreft, tooh heeft het ook zijn
eigenaardige bekoring. Er is iets geheim
zinnigs in den onzichtbaren bond fusscher
den schrijver, wiens woorden ze tot zich
nemen. Dezelfde geheimzinnigheid, welke
zich opdringt, wanneer men voor de -adio
spieekt en zich herinnert, dat hetgeen hiei
in dit kleine vertiek wordt gezegd, in hon
derden huiskamers wordt aangehoord en
besoroken.
Wat gaat er om in de harten van onze
luisteraars? Instemming, verzet, spot mis
schien zelfs? We weten het niet en zullen
't nooit weten. Toch blijkt uit een enkelen
brief, hoe er een gemeenschapsband is ont
staan.
Het is niet alleen de schrijver of spreker,
die, zonder het zelf te beseffen, met de
overige menschheid verbonden is. Allen
staan wij in aanraking met anderen, terwijl
wij dit hoegenaamd niet vermoeden. Een
los daarheen geworpen opmerking daar
straks in den winkel, een blik vanmorgen
op stT38t, ze hebben ons in gemeenschap
met anderen gebracht, die nu aan ons den
ken, op het oogenblik, waarop wij ons mis
schien eenzaam gevoelen.
Eenzaam gevoelt zich de spreker in de
Hilversumsche of Huizensche cel; eenzaam
gevoelt zich de schrijver in zijn stille stu
deerkamer. Eenzaam gevoelen wij ons
allen, wanneer ons de aanraking met ziels
verwanten ontbreekt.
We behoeven, om ons eenzaam te^voelen,
niet alleen te zijn. Juist in e^n drukke om
geving kan de eenzaamheid ons benauwen.
De omstanders, hoe gezellig ze zijn, be
grijpen ons niet; ze toonen geen belang
stelling voor onze levensgeheimen. Onze
omgang met vrienden en huisgenooten is
vaak oppervlakkig; we hebben er zoo weinig
aan; de diepste behoeften van ons gemoed
bevredigen ze niet.
Dan kan het gebeuren, dat we, na ons stil
met een boek of een krant uit het gezel
schap te hebben teruggetrokken, uit het
gelezene een stem hooren fluisteren, die
weerklank wekt in ons gemoed. Heerlijke
mtdekking: we zijn niet alleen meer!
Wat een weldaad kan een rustig lees-
nurtje zijn! We voelen ons opgenomen in
een andere sfeer; we laten ons meesleepen
of komen in verzet, maar in elk geval krijgen
wij een oogenblik de ervaring, dat er dan
toch gemeenschap bestaat tusschen ons en
die verre en vreemde menschen, die, ver
spreid over de aarde, elk in hun kluis
wonen, schijnbaar afgesloten van de ver
dere wereld, maar inderdaad nauwer en
inniger met elkander verbonden dan zij,
die lichamelijk naast elkaar staan zonder
eikaars ziel te beroeren.
Heerlijke ontdekking, dat er een middel
is, dat gelijk Röntgen-stralen, steenen
wanden doorboort en geslo'.en deuren fOi-
ceert. Zoodat we met elkaar in gemeen
schap kunnen treden, ook als we meenen,
eenzaam te wezen.
We Hebben gemeenzaamheid noodig, wie
we ook zijn. Zij is het, die in troostelooze
oogenblikken ons leven redt. Toen Jean
Christophe, de held uit de bekende roman
van Romain Rolland, levensmoe was en
geen uitkomst meer zag. omdat hij in z in
kunst niet langer geloofde, bracht de post
hem een brief. Vier oude heeren In een
klein stadje, waarvan hij den naam niet
eens kende, Hadden zich verstout, een
dankbetuiging te sturen aan den compo
nist, wiens muziek hun op hun kwar'et-
avondjes steeds zooveel vreugde verschaf
te Jean Christophe was gered; hij wist nu,
niet alleen in de wereld te staan, doch door
onzichtbare banden aan zielsverwanten ver
bonden te zi)n.
Gemeenzaamheid is de kern van de
levensvreugde. In eenzaamheid ken onze
ziel niet gedijen, het is de wederzijdsche
wisselwerking, waarvan zij groeit. Het ont
vangen van nieuwe indrukken, maar daar
tegenover evenzeer het uitstorten van het
rigen gemoed, is levensbehoefte.
En het is gelukkig voor de schijnbaar
'.fgeslotenen in de wereld, dat er ook een
gemeenzaamheid tuéschen eenzsmen be
staat. Zij vormen een onzichtbaar verband,
waarvan geen ledenlijst of organisatie
omschreven is, maar dat hechter is don
menig zorgvuldig gereglementeerd lichaam
In eenzame oogenblikken putten deze ge-
meenzamen kracht uit Het besef van hun
onderlinge zielsverwantschap, welke z:ch
openbaart in het stille, geheimzinnige tee-
ken van den zwarten inktletter op het witte
papier.
H. G. CANNEGIETER.
OUDEN VAN DAGEN.
De oudste inwoonster van
Weert (L.) gehuldigd.
De oudste inwoonster van Weert, Cornelia
Paulina de Haan, is gisterochtend ter gelegen
heid van haar 102en verjaardag door een com
missie van pleutsgonooten gehuldigd. Voor het
woonhuis van de jarige heerschte een groote
drukte. Ook de burgemeester heeft een bezoek
aan de jarige gebracht.
RECLAMES.
Van T—4 regels 4 03. elke regel meer 1.—
CfLHGESm. OOJkL.26ö
ZIT JE MET EEN HUIS IN IE MAAG.
STEEK ER DAN DLN BRAND
MAAR INI
„een bekend verschijnsel in
-e omgeving van ui recht"
Een inwoner van Vinkcveen had in 1926 een
huis in die gemeente gekocht. Na ecnigen tijd
wilde hij er af en hij besprak de zaak met een
vriend. „Laat dat maar aan mij over", zei deze,
daarbij een gebaar van brandstichting makend
Inderduad stak laatstgenoemde een paar dagen
later een en ander in het huis in brand. Het
vuur bleef echter tot een miniemen omvang
beperkt.
De eigenaar van het huis heeft m verband
met deze brandstichting in 1926 terecht ge
staan voor de Utrechtsche rechtbank, die hem
en jaar gevanggenisstrof oplegde. In hocger
beroep vernietigde echter het Amsterdamsche
gerechtshof de dagvaard ng.
Tegen verd. werd echter een nieuwe gerech-
tolijke vervolging ingesteld en op 7 Januari
van het vorig jaar veroordeelde de Utrechtsche
techtbonk hem wegens het uitlokken van
brandstichting tot zes maanden gevangenis
straf.
Verd. ging van dit vonnis in hooger beroep,
zoodat het gerechtshof te Amsterdam zich
heden opnieuw met de zaak bezig hield.
De advocaat-generaal, mr Bauduin, zeide in
zijn requisitoir dot het in de omgeving van
Utrecht een bekend verschijnsel is, dat men
schen, die met huizen in hun maag zitten, in die
huizen brandstichten of ze in brand laten ste
ken. Spr. eischte vernietiging von het vonnis
der rechtbank en opnieuw rechtdoende, verd's
veroordeeling tot een jaar gevangenisstraf.
De verdediger, rru. A. Wierda uit Utrecht,
pleitte ontslag van rechtsvervolging of een
voorwaardelijke veroordeeling.
NEDERLAND EN DEN VOLKENBOND
De handel in wapenen, munitie
en oorlogsmateriaal.
Uit Genève wordt ons geseind:
In een mcdedeeling aan het secretariaat-gene
raal van den Volkenbond wijst de Nedcrland-
sche regeering erop, dat Nederland en Spanje
tot nu toe de eenigc landen zijn, die gevolg
hebben gegeven aan de motie, aangenomen door
de vergadering van den Volkenbond, op 22
September 1925, waarin den regeering aanbe
volen wordt om statistische opgaven omtrent
den handel in wapenen, munitie en oorlogsma-
ttlioal te publicccren. De Nederlandsche re-
gtering geeft kennis, dat zij deze pub'icatie zal
staken, indien haar voorbeeld niet door andere
landen gevolgd wordt.
Toegekend de bronzen eercmedaille Oranje
Ndssauorde aan mej. E. M. van der Hait,
dienstbode bij der» hcci G. B. J, Goiris, te Hil-
Icgcrsbeig.
IN MEMORIAM PROF. LORENTZ.
Een herdenkingsrede van Prof.
Einstein.
Gistermiddag is pref. Florentz in het Groot-
AuJitorium der Leidsche Universiteit vanwege
Jen Academischen Senaat in een plechtige bij
eenkomst herdacht. Prof Einstein hield een
herdenkingsrede.
Onder de vele belangstellenden waren prof.
Lungevin uit Parijs en prof Rutherford uit
Engeland, en vele hoogleeraren uit verschillen
de universiteitssteden.
Dc familie Lorentz was mede aanwezig.
Nader meldt men ons
Zoo groot w*ns de belangstelling voor deze
herdenking, dat reeds een uur voor den aan
vang dor plechtigheid een brcedc rij van wol
800 studenten «*n anderen, onder w!e talrijken
d e uit andore plaatsen hierheen waren g -ko
men, voor dc universiteit stond opgesteld,
wachtende om een plaats deelachtig te kun
nen word«'n. Nadat alle gereserveerde plant-
sen waren ingenomen, konden slechts we.nigen
nog ee plaats verkrijgen, zoodot de
metsten teleuig ste'd mostcn vertrekken. On
der de aanv/ez'gen merkten wij nog op inr.
van Beek Calroen als vertegenwoordiger van
den minister van Onderwijs, Kunsten en We
tenschappen en Jhr. Baud, kamerheer vnn Prin
ses Juliana. De plecht'ffhejd welke tc tweo uur
begon, was tegen drie geëindigd.
Dc if de van pref. E nstcin maakte een zeer
groote indruk en werd door de aanwezigen on
der doodsche stilte gevolgd.
AMBTEN A ARSBO ND EN GEST1CHTS-
Een Apeldoornsche motie.
Het Hoofdbestuur von den Contreien Ne-
dtrlandschen Ambtenoarsbond verzoekt ons
do vo'genden mot:e, die in een druk bezochte
vergadering van verplegend personeel te
Apeldoorn, met algemcenc stemmen we t?
oorgenomen, te publicecren
De vergadering von de afdneling Het Apel
doornsche Borch \an den C. N A B, gehou
den te Apeldoorn op Woensdag 8 Februari
1928;
gehoord de inleiding en de verdere bespre
kingen nopens het den voorzitter der afdee-
lïnpr gegeven ontslag als ver pleger aan het
gcst'cht Het Apeldoornsche Bosch
von oordeel, dat dit onts'ag een bevestiging
is von de meening. dat herha^delijk pogingen
tot intimidatie zijn aangewend
van oordeel, dat drt onttlog gegrond is op
motieven, die alleszins voor bestrijding vat
baar zijn
overwegende, dat van dit ontslag geen b**-
roep op hocger instantie epen staat
spreekt haar sterke afkeuring uit over dit
ontslag, gegeven aan een verp'uger, die, m 't
korte onderbreking von de oprichting van
het gesticht af, aan het Apeldoornsche Bosch
werkzaam is geweest
dringt ten sterkste aan op het scheppen
van een behoorlijke icchtsoositie. die, blijkens
den gang van zaken bij dit ontslag, aan he'
Apeldoornsche Bosch ten eenenmale ont
breekt
besluit deze motie ter publicatie aan te
bieden ©an de pers.
VAN EEN AUTOBUS GEVALLEN
Donderdagmiddag omstreeks half 1 is de elf
jarige W. v d E., wonende te Locsduin*»n op
den Haagweg van een nog rijdende autobus
der Wcstlandsche Stoomtram Maatschappij
gesprongen.
De jongen kwam te vallen, maar had ©ogen
schijnlijk geen letsel cpgeloorcn
In den loop van den middag voelde hij
z»ch echter m'nder goed worden 's Avonds
overleed hij De dokter constateerde een
bloeduitstorting in de hersenen tengevolge
van den val.
hET GEORGANISEERD
OVERLEG BIJ HEI RIJK
VEETrGENWOORDICERS VAN HET
(MODERNE) A C O.P E1J EEN
MINISTER VAN JliSTlTIE
de dub:ele vertegenwoor
diging r er neutrale
richting
Dinsdag 31 Januari werden dc heeren N.
van Hmte en F S. Noordhoff, respectievelijk
voorzitter en secretaris van het moderne Co
mité ter behartiging van de olgemeene belan
gen van Overheidspersoneel (A.C.O Pdoor
den Minister van Justitie in audiëntie ontvan
gen ter bespreking van de dubbele vertegen-
woorJiging det neutrale richting in de Cen
trale Commissie voor Georganiseerd Overleg
in Ambtenarenzaken.
Verder werd in deze audiëntie gesproken
over de toevoeging van den voorzitter der
Bijzondere Commissie voor Georganiseerd
Overleg voor de Ondcrwijzerszaken aan dc
organisatie-vertegenwoordigers, die deel van
de Centrale Commissie uitmaken, zonder dat
hetzij de Ccntialc Commissie, hetzij de orga-
nisutievertcgcnwoordigers, daarin zijn gekend.
De delegatie deed uitkomen, dat zij altijd
groote bezwaren tegen de dubbele vertegen
woordiging heeft gehad, doch thans is het
feit, dot deze richting nu ook in de Commhsio
voor de werkloosheidsverzekering van op con
tract aangesteld Overheidspersoneel een dub
bele vertegenwoordiging had gekregen, hoe
wel de beide neutrale Centralen tezamen min
der leden tellen dan het A.C.O.P. olleen, aan
leiding had gevonden deze audiëntie non to
v-agen.
Met dc toevoeging van den Voorziter der
Bijz. Commissie voor G. O. voor de Onder
wijzerszaken was naar de meening der dele
gatie met dc categorale vertegenwoordiging
een aanvang gemaakt, wat neerkomt op ver
brokkeling van het georganiseerd overleg,
waartegen niet ernstig genoeg kan worden
gewoarschuwd.
De Minister wees er op, dot het uitgangs
punt dat nl het georganiseerd overleg zou
bevatten eet» vertegenwoordiging van d*.- rich
tingen als zoodanig niet juist is. De Re
geering heeft zich bij de somenstelling ge
plaatst op het standpunt, dat het personeel
noor zijn organisaties, die de Regeering als
feitelirk gegeven heeft, te aanvaarden, zoo
volledig mogelijk moetrzijn vertegenwoordigd.
Uit dit standpunt vlócut mede voort, dat in
spcciole commissies de samenstelling van do
Centrale Commissie niet zondei meer moot»
gevend behoeft tc zijn.
Wat de toevoeging •*an den voorzitter der
Onderwijscommissie beircft, zoo deelde de
Minister mede, dat het hier slechts betrof een
voorziening met bet oog op de herziening van
hef Bezoldigingsbesluit, waarbij deze groote
personeelsgroep zeer is betrokken, terwijl zij
in de in dc Centrale Commissie vertegen
woordigde organisaties slechts voor een Hein
deel is georganiseerd Dot »n deze inciden-
teele voorziening de Centrale Commissie niet
vooraf is gekend, schreef dc Minister toe «an
den hier zoo wenschelijkcn spoed.
Daarna is tegenover den Minister nog uit
voerig bepleit een door het A C O.P in over
weging gegeven denkbeeld om de beide neu
trale Centraion elk door één lid in plaats van
twee te later» vertegenwoordigen.
EEN STELLING INGEWAAID.
Donderdagmorgen is in de Jan de Bouwonstraat
te Rotterdam een heistelling omgewaaid. Do
22-jarige heier T. S. uit dc DahÜnstiaot, dio
op dat oogenblik boven in de stelling zat, op
~ngcveer 21 meter hoogte, maakte de tuimeling
m.ee. De stelling bloei tegen p«»nd 9 aan die
straat hangen De heier waagde den spr«jpg
naar het dak onder hem cn bleef aan dc dak
goot hangen Hit wist zich in die goot tc wc-ker».
Hij bleek het linkerbeen gekneusd te hebben.
De geneeskundige dienst heeft hem per auto
•huis gebracht Van het pand, waartegen d©
stelling is gewaaid, zqn vele pannen vernield;
°en deel van den gevel is beschadigd
Bekennen dat men ongeliik had is erkennen
dat men verstandiger is geworden.
Dooi RAFAEL SABATINl
Uit het Engelsch doot C. M. G d. W.
Zachtjes, heel zachtjes bracht Garnache zijn
rechtei voet een weinig verdei rechts Plotseling
wendde hij zich geheel i echts, zoodat het jonge
meisje niet meer voot hem stond. Voordat men
kon begrijpen wat hij van plan was, was het
reeds geschied. Hij was vooruit gesprongen,
gieep den jongen man bij de borst van zijn
glimmend wambuis, sprong achteruit om made-
moisel'e aan den andeien kant tc beschermen,
wierp Matius op den giond, en zette zijn voet.
hoe bemodderd zijn rijlaars ook was, op dol
lar gen goed gevormden hals van den jongen
man „Als ge u vet toert, beste jongen", beet
hij hem toe, dan trap ik het leven uit uw
lichaam, alsof u een padde was
De manschappen deden een schrede voor
waarts. Maat hoe venijnig Garnache was, hi)
was kalm Als hij zijn kalmte nu weer verloor,
dan zou het spoedig met hem gedaan geweest
zijn Dat begreep hii, en hield het zich zelf
steeds voor, anders was er veel kans, dat hij
he» vergat
„Achteruit!" sprak hij met zulk een gebie
dende stem, dat zij bleven stilstaan en hem
met open mond aanstnarden. .Achteruit of hij
sterftr En de punt van zijn zwaard legde hij
2achtjea tegen de borst van den jongen man.
Verslagen sloegen zij de oogen op naar de
douairière om instructies te vragen Zij leunde
voorover, de glimlach was van haar lippen ver
dwenen; haar oogen stonden doodHijk ver
schrikt, haar boezem hijgde. Even te voren
had zij geglimlacht om de uitwendige reekenen
van angst op het gezicht van mademoiselle;
het jonge meisje had nu op haar beurt kunnen
glimlachen om den schrik die op het gelaat
van de markiezin te lezen stond Maar haar
aandurht was geheel gevestigd op de vlug uit-
gevo»*rde daad, die Garnache ten minste een
tijdelijk voordeel had doen behalen.
Zij keek om en aanschouwde het zonderlinge
tooneel: de onversaagde man stond daar hoog
opgericht, met den voet op Mnrius' borst, als
een fantastische figuur van een St George en
den draak Zij drukte de handen tegen de
borst; haar ocgen schitterden goedkeurend bij
die koene daad.
Maar Gamache hield zijn waakzame oogen
op de douairière gevestigd Hij zog den angst
cn de vrees die de schoonheid van haar ge
laat ontsierden, want hij hing af van haar,
hij moest zien hoe ver hij kon gaan om op
haar gevoel te werken.
„U glimlachte zooeven, mevrouw, toen het
uw j/.an was een man voor uw oogen te zien
slachten Nu glimlecht u niet meer, zie ik, bij
deze eerste schoone daad die ik u beloofde
te zullen volvoeren."
„Laat hem los", zei ze, en hoor stem was
niet veel luider dan fluisterend, vol afschuw
„Loet h*m los mijnheer, indien ge prijs stelt
op uw eigen '.even
„Tot dien prijs, ja ofschoon, geloof mtf.
u betaalt te veel voor zulk een treurig leven
als dit Maar u hecht er waarde aan en i*
ga er op in, en dan moet u mij vergeven In
dien ik veel terug eisch."
„Laat hem los en in Gods naam ga heen
Niem» nd zal u weerhouden," beloofde zij.
Hij glimlachte .Daarvoor moet ik eenige
z.'kerheid hebben Op uw belofte oLeen ver
trouw ik niet genoeg, mevrouw de Condillac
„Welke zekerheid kan ik u geven l iep
zij handenwringend uit. haar oogen waren ge
vestigd op het aschbleeke gezicht van haar
/oon vaal van angst en woede tezamen, waar
het zichtbaar was langs Gamache's zware
laars
„Verzoek oen van uw schavuiten mijn be
diende te toej>cn „tk heb hem achter gela
ten op het binnenplein."
Het bevel werd gegeven en een der moor-
denoors vertrok In gespannen, angstig stil
zwijgen wachtten zij zijn terugkeer af, dat
maar een oogenblik duuide.
Rabecque schrikte toen hij den toestand
overzag Garnache riep hem toe, dat hij den
mannen hun wapens moest ontnemen.
„Laat geen een weigeren of moeite geven",
vc-cgde hij e: bij, „of het reven van uw heer
en meester zal voor uw ongehoorzaamheid
boeten."
De douairière herhaalde zijn bevelen, in haar
angst was zij maar te zeei bereid Rebecque
begreep er niets van, jjnna? ging van den een
naar den andere en nam de wapenen in ont
vangst Hij legde ze ncde» op dc vensier bank
aan het uiteinde van do kome», zoonis Gsr-
neche hem verzoch: hatE In het tegenoverge
stelde gedeelte van de langwerpige kamer gal
Garnache de mannen bevel in een rij te gaan
staan Toen dit gedaan was, nam hij zijn voet
van zijn slachtoffers borsl af.
„Sta op", beval hij en Marius gehoorzaamde
gewillig
Garnache ging vlak achter den jongen man
staan. „Madame", zei hij, „uw zoon zal geen
kwaad geschieden, als hij maar verstandig is
Indien hij mij niet gehoojzaamt, of indien één
man in Ccndilla'* de hand tegen ons opheft,
is het een signaal voor mijnbeer de Cond'lhcs
dood Ma-'emoiselle, is het uw verlangen mij
naar Parijs te vergezellen
Da mijnheer", antwoordde zij onbevreesd
met schitterende oogen
„Dan zullen wij gaan Ga naast mijnheer de
Condillac stoan. Rabecque volg mij. Vooruit
mijnheer de Condillac U z»'lt wel zoo goed
willen zijn ons naar onze pna»di.\ te geleiden,
die op het binnenplein stan,.."
Zij vormden een vreemden s*o»-t, torn zij dc
zaal uit marcheerden, gevo'gd door den nor-
schcn blrk der moordenaars «*n hun meesteres
Garnache bleef op den drempel staan en keek
over zijn schouder.
„Is u voldaan, madame Heeft u voor één
dag genoeg schoone daden gezien vroeg hij
lochend Zij gaf geen antwoord, zij was doods
bleek tot haar lippen toe.
Garnache liep met zijn troepje de u»ngr»r-
zende voorkamer door, na de voorzorg ge
nomen te hebben de deur voor de markiezin
en haat mannen te sluiten door een donkere
gang kwamen zij op het binnenplein uit Hier
vond Marius tot zijn troost eenige manschap
pen tot he» garnizoen van Condillac behoo-
rende een stuk of tien ongeveer allen
min of meer gewapend, staande bij de paarden
van Garnache en zijn bediende Toen zij het
zonderlinge groepje, dat nu voor den dag
kwam, bespeurden, keken die kerels mef ver
bazing toe en daar het onthloote zwaard van
Garnache hun wel wat verdaebt voorkwam,
hielden zij rich voorbereid op alles, wat men
van hen zou kunnen eischen.
Op dat «ogenblik kreeg Marius een straaltje
van hoop Tot dusverre was Garnache don
toestand baas geweest. Maar de kans zou
stellig koeren, zoodr© Gamache en- zijn knecht
te paard waren ges*egen vooral als hij bedacht
hoe Vale ie hem moest hinderen Gamache
bemcrlte du gevaar echter even vlug als hij en
met een ontstellende snelheid had hij zijn maat-
tegelen genomen.
„Denk et nap'tei hij dreigend tot mijnheer
de Condrl'ac. „indien één van uw manschappen
zijn tanden laat zien neem u don in acht" Zij
ble/en strap op den drempel van het binnen
plein „U zult wel zoo goed willen z;;n hun te
verzoeken te vert'ekken door dien uitgang door
den tuin daar ginds
Marius aarzelde „En indien ik dot weiger V
vroeg hij, terwijl hij den rug tocgoekcrd hield
naar Gamache Dc manschappen kwamen in
beweging en losse woorden, woorden van ver
bazing en toom, werden door Gamache opge
vangen
„Wilt u niet zei Gamache dood bedaard.
„Mij dunkt u is te zeker van uw zaak," ant
woordde Marius en huichelde wantrouwen d-or
een kort lachje. Garnache begon ongeduldig
te worden Door uitstel werd zijn positie er
niet beter op.
„Mijnheer de Condillac," zei hij, hij sprak
snel en toch cp scherpen toon, zoodat rijn
woorden zeer beslist klonken. „Ik ben een des-
peraat man in een despernt°n toestand leder
oogenblik dat ik hier lunger draal, vermeeH"«-d
het gevaar waarin ik verkeer en vermindert
mijn bedaardheid. Indien u denkt te moeten
dralen in de hoop op een gelegenheid om de
kans tegen mij te doen keeren. dan moet u
wel krankzinnig wezen te d 'nken, dat ik dafc
rermitteeren zal. Mijnheer, u dient aan dez©
mannen bevel te geven onmiddellijk dit plein
door dien uitgang te verlaten of ik geef u mijn
woord van eer, dat ik u doorsteek, zooals u
daar staat."
V' (Wordt vervolgd.)