AMTEP5FÖÖRT3CE DACBL® BINNENLAND. TWEEDE BLAD .DE EEMIANDERT Maandag 16 Juli 1298 DE MIJNRAMP TE BRUNSSUM ZIEKTEGEVALLEN „INSULINDE" BEGRAFENIS MR. DR. J. WYTEMA BRAND TE ZAANDAM N.V. COMPAGNIE LYONNAISE „GLUCK AUF" ERNSTIG MOTORONGELUK FEUILLETON. De Verdwenen Noodmunten 27c JAARGANG No. 13 HOE HET ONGELUK GESCHIEDDE Een berichtgever van het Hbld. uit de mijn streek meldt: Op de afdeeling S, twintig minuten ten oosten van den mijnzctel, geschiedde de ramp. Het was in de zoogenaamde opbraak, 500 meter diep. Deze koker klimt daar 30 meter naar boven. Dc ontploffing moet verschrikke lijk zijn geweest. De lier werd geheel vernield. Wagens van den mijnspoorweg werden door elkaar geslingerd. In deze afdeeling ontstond natuurlijk een groote paniek. Dc middngplceg was na het gebeurde toch nog afgedaald, doch keerde terug wegens gevaar voor mijngas. Om vijf uur in den namiddag verspreidde deze zich door het dorp; het was juist loondag. De menschcn hielden zich kalm; wel ontstond na tuurlijk een geweldige oploop nuar tic mijn Mijnpolitie en marechaussee's handhaafden de orde. Hetgeen gemakkelijk geschiedde, daar de bevolking zich merkwaardig rustig hield. Om kwart na twee was reeds geestelijk hulp aanwezig. Drie paters-lazuristcn wnren op de mijn; écn ervan daalde met de reddingsbrigade af. Beneden werden sommigen der slachtoffers de laatste heilige sacramenten toegediend. Dc paters-lazaristen bleven tot half drie 's nachts de gewonden bijstaan. Nader vernemen wij, dot de moeste slacht offers den verstikkingsdood zijn gestorven; slechts enkelen zijn aan hun verwondingen overleden. Door kolenstof en vei schroeiing liet zich alles natuurlijk verschrikkelijker aanzien. Het volk bespreekt bruut de schuldvraag. In mijnwerkerskringen klaagden men over onvoldoende waarschuwing. Het gebruik van electrische mijnlampen schijnt op dit punt ook bezwaarlijk te wezen, daar benzinelampen beter waarschuwen. De schuldquaestie zal bezwaar lijk opgelost kunnen worden, door de schie- mcester, die de verantwoordelijkheid bad voor het schieten met dynamiet, zelf omgekomen is. De begrafenis zal waarschijnlijk 'h'nsdag plaats hebben, wanneer van de zijde van de justitie tenminste geen bezwaren worden ge maakt. Onder de acht dooden bevinden zich zes katholieken en twee hervormden. Eén der om gekomenen is vader van zeven kinderen. Vijf er van hooren te Brunssum zelf thuis. Dc ver misten worden als verloren beschouwd, aan gezien het zoeken nog wel één a twee weken kan duren. Te Brunssum zijn alle feesten afgelast. De voetbalwedstrijden en volksconcerten gaan niet door. Het prijsschieten der burgerwacht is eveneens uitgesteld. Wij vernemen, dat van de drie gewonden, die in het St.-Josephs-hospitaal te Heerlen zijn opgenomen, één is overleden. De beide anderen verkecren, de omstandigheden in aanmerking genomen, in goede gezondheid. r A. P. FOR TANIER. f Te Antibes is overleden, in den leeftijd van 62 jaar, de heer A. P. Fortanier, oud-notnris te Zierikzee en oud-directeur der voormalige Mij voor Zekerheidsstelling voor Ambtenaren en beambten te Amsterdam. Nu reorganisatie dezer instelling was hij geruimen tijd direc teur der Int. Handel- en Crediet-Mij. te Am sterdam. De overledene was ridder in de Orde van het Legioen \an Eer. PERSONALIA. Tot Ieeraar-lcidstcr aan de koloniule school voor meisjes en vrouwen te 's Graver.hqge is benoemd mej. M. Heyning, wijkverpleegster van het algemeen ziekenhuis te Doetinchem. VRAGEN VAN HET KAMERLID ALBARDA DE BEHANDELING DER MAIL De heer Albarda, lid der Tweede Kamer, heeft den ministers van Waterstaat en van Koloniën de volgende vragen gesteld 1. Hebben de ministers een onderzoek inge steld naar de waarheid der berichten, dat reeds op de heenreis ven de „Insulinde" aan boord van dat vaartuig van den Rotterdamschen Lloyd zich een dertigtal gevallen van een ver moedelijk besmettelijke keelziekte hebben voor gedaan, en zijn zij bereid de uitkomsten van dat onderzoek mede te deelen 2. Zijn dc ministers ven oordeel dot, alvo rens met dc „Insulinde" de reis naai Neder land werd ondernomen, de noodige maatre gelen zijn getroffen om dot schip te ontsmet ten Zoo ja, hoe is het dan te verklaren, dat op de terugreis zich opnieuw een aantal ge vallen van besmettelijke ziekte hebben voor gedaan, waarbij cenige met doodelijken of- loop 5. Zijn de bevoegde autoriteiten in Neder- iandsch-Indië behoorlijk in kennis gesteld met het feit, dat zich aan boord van de „Insulinde" een aantal verontrustende ziektegevallen had don voorgedaan Zoo neen, wie is dan in ge breke gebleven van de noodige mededeelingen te doen Zoo ja, welke maatregelen hebben dan die autoriteiten genomen om voor do pos-, sagiers, die met dot schip dc reis naar Europa' wilden ondernemen, gevaar van besmetting zoovee1 mogelijk te voorkomen 4. Moet uit het gebeurde worden afgeleid, dat het toezicht van regeeringswege onvol doende is geweest, of dat dc wettelijke voor schriften niet toereikend zijn om in zulke ge vallen de noodige voorschriften in het belang der gezondheid te geven 5. Indien dc vierde vraag bevestigend wordt beantwoord, welke muatregclon denken dc ministers dan te nemen, om in de toekomst dergelijke gebeurtenissen zooveel mogelijk te voorkomen Op gezag van het Staatstoezicht op de Volksgezondheid kan worden medegedeeld, dat het op grond van de Sanitaire Conventie van Parijs (ÏQ26) overbodig is de door het s.s. Insulinde medegevoerde mail welke ziekte ook aan boord heerscht of geheerscht mag hebben aan eenigen maatregel van ont smetting tc onderwerpen. Ten opzichte van de z.g. losse correspon dentie, de brieven, die aan boord geschreven zijn en waarvan het dus mogelijk is, dat deze met zieken in aanraking zijn geweest, zullen in ieder geval de noodige ontsmettingsmidde len worden toegepast. VELE ROTTERDAUSCHE BURGERS BRENGEN DEN OVERLEDENE EEN LAATSTEN GROET EEN STOET VAN 23 RIJTUIGEN EEN MAN VOL HECHTE EN STERKE LIEFDE VOOR ROTTERDAM EN VAN DIEP-RELIGIEUZE GEVOELENS EEN HOUTZAGERIJ IN DE VLAMMEN OPGEGAAN Zondagmiddag is te Zaandam te 5 uur door onbekende oorzaak brand uitgebroken in do houtzaagfabriek „De Breeuwer", staande aan het einde van de Harcnmakerstraat in het Wcsteinderveld van dc N.V. Houthandel van gebr.' Endt. Toen de brandweer ter plaatse kwam, stond dc van hout gebouwde zagerij geheel in brand en was het duidelijk dat er geen houden nar. zou zijn. De brandweer, die zich lon^s alle paden en stegen toegong had verschaft, be paalde zich in hoofdzaak tot bescherming van de machinekamers van het ketelhuis en den houtvoorraad. Hierin is zij geheel geslaagd Dc fubriek brandde tot den grond toe uf, ter wijl een betrekkelijk kleine hoeveelheid hout verloren ging. De schade wordt door verzekering ged.'kt. Utrechtscheweg 10 Tel 179 Amersfoor PRACHT SORTEERING VOILE-FOULARD EN TUSSOR JAPONNEN VOOR DE WARME DAGEN Zaterdagmiddag heeft onder groote belang stelling van de zijde van de Rotterdamsche burgerij de teraardebestelling plaats gehad van het stoffelijk overschot van burgemeester Wytema. Voor het sterfhuis aan den W estzccdijk had den zich zeer vele belangstellenden tezamen geschoord, toen het stoffelijk omhulsel werd uitgedragen. In de volgrijtuigcn namen achter eenvolgens plaats de vertegenwoordigers van H. M. de Koningin, C. W. baron Swcerts de Landas .Wyborgh, dc vertegenwoordiger van Z. K. H. de Prins, luitenant ter zee lc kl. J. W. Termijtelcn, de echtgenootc van den overle dene. diens kinderen en de verdere familiele den. de Commissaris der Koningin in Zuid- Holland, jhr. mr. dr. H. A. van Kurnebeek, de waarnemend-burgemeester, mr. A. de Jong, de wethouders, de gemeente-secretaris, mr. M. C Suringh, directeur van het gasbedrijf, als oud ste hoofd in gemeentedienst, de waarnemend hoofdcommissaris von politie D. A. Cospers, de gemeente-ontvanger P. C. v. d. Have en mr. A. Th. Peiffer, chef van het kabinet van den burgemeester. Nadat een achttien kransen op den blocni- wagen wuren geladen, en aan de lijkkoets een kians was gehecht van dc familie en een van de gemeente Haarlem, vertrok de stoet, terwijl de dichte hagen van hen, die hier den doode de laatste eer bewezen, eerbiedig het hoofd ontblootten. Langs den weg', dien de stoet nom, stond hei publiek in dichte rijen. Op den Coolsingel werd voor het stadhuis halt gehouden. Hier was dc belangstelling enorm, doch de politie had uitgebreide orde maatregelen genomen, zoodat nergens de ge ringste verstoring der orde plaats vond. Óp het bordes van het Stadhuis hadden zich nagenoeg olie gemeenteraadsleden opgesteld Hier werd namens het gemeentebestuur een krans aan den lijkwagen gehangen. De raads- 'eden sloten zich vervolgens in volgrijtuigcn bij den stoet, die thans uit niet minder dan 23 rijtuigen stond, aan. Op den weg naór de begraafplaats was even eens dc belangstelling overstelpend. Even voor de stoet de begraafplaats bereikte, bracht de Bond von Vrijwillige Brandweervereenigingen met de omfloerste vaandels der aangesloten vereeenigingen een stille hulde. In de oprijlaan bracht een detachement po- litictroepen> onder commando van luitenant Antheunissen. de ecibetuigingen. Op het kerkhof zelf weien slechts een be* perkt aantal belongstellendcn toegelaten. On der hen waren de ambtsgenooten van de om liggende gemeenten, terwijl ook de gemeente besturen van Haarlem cn Dordrecht, waar mr. Wytema vroeger was werkzaam geweest, ver tegenwoordigd waren. Voorts waren er de hooi den der verschillende gemeentebedrijven, en vele umbtenaren der secretarie, vertegenwoor digers van do Kamer van Koophandel, vele consuls, leden van de rechterlijke macht, de burgemeesters van Den Hang cn Alkmaar, vooraanstaanden op het gebied van handel en geestelijk leven, uit onderwijskringen en uit de kringen van wetenschap. Nadat dc kist in de groeve was neergelaten heeft de waarnemend burgemeester, mr. A. de Jong, het woord gevoerd. Hij herinnerde cr aan, dat reeds in de laatste zitting van den gemeenteraad, de ontslapene is herdacht en hier staan wij nu aan zijn graf. Spreker ziet niet voorbij den pracMigcn zonneschijn, die cr is, maar toch is het hier het oord van den ko ning der verschrikking. Hier is de plaats, waar lichaam en ziel gescheiden worden, hier worden de familiebetrekkingen vaneen gescheurd; hiei komt een einde aan de vriendschapsbetrekkin gen. Hier moet men prijsgeven, alles wat men op deze wereld aan waarde bezit. Zoo is het ook met onzen burgemeester. Spreker hcrin- ncdc er aan, dat het ziekbed vele maanden heeft geduurd. Ten slotte is ook voor den ont slapene bewaarheid geworden, dat men de laat ste schrede alléén doet. W ij weten niet, wat er in zijn ziel is omgegaan Het verheugt spr., dot de belangstelling zoo groot is, niet alleen uit Rotterdam, ook verte genwoordigers uit Dordrecht en Huarlem, had den hier willen spreken. Spr. meent, dat men den overledene grooten dank verschuldigd is oor dc toewijding aan de publieke zauk. Elke begrafenis moet ons iets leeren, moor hier kun- nen wij ook iets lecren van den ontslapene zelf Hij had een liefde voor Rotterdam, hecht er. sterk, en zei spreker, laten wij raadsleden zijn .'Oepstem verstaan, en iets meenemen van dc lieifde, die hij voor Rotterdam gevoelde, dan zullen de raadsleden, hoe verschillend ook in politiek inzicht, steeds op den voorgrond stel len de eendrachtige liefde voor de stad, wiei belangen aan hun zorg is toevertrouwd. Duoi- door zullen wij zijn nagedachtenis op dc meest sympathieke wijze eeien Ds J. C. H. S c h o t e n had het getroffen, dat in de beschouwingen, die de bladen aar. den overledene hebben gewijd, getuigd werd, dat hij voor alles mensch was. Hij was, zei spreker, de mcnsch, die naar boven ziet, die- niet onderging in de materie, maar die gedra gen werd door de eeuwigheidsgedachte. H.j was een man van diep religieuze gevoelens; diep in zijn ziel leefde God als het allerhoogste, ai uitte hij dit gevoel misschien niet zooals on deren zouden wenschcn Spreker wes op 't voorrecht zulk een man, zulk een vader te hebben gehad. Dc Heer heeft gegeven. God heeft genomen. De nabestaan den. die zooveel in hem verliezen, zullen nu moeten leeren te fluisteren De naam des Hoe r»n is geloofd. Wie dot kan zeggen, dankt zijn Heer lot in den dood. Rust mijn ziel, uw God is Koning, aldus ein digde spreker. De oudste zoon heeft in de allereerste plaats tien vertegenwoordigers van het koninklijk huis verzocht den meest eerbiedigen dank tte willen overbrengen aan H. M. de Koningin en aan Z K. H den Prins. Het blijkt welk ccn magistraat de gemeente, welk een man mijn «nocder, welk een vader zijn kinderen, welk een vriend zijn vrienden heoben verloren. Hij dank te allen voor dc aan den doodc bewezen eer. Op dc Nenijto vijf minu^n stilte. Als laatste eerbetoon aan de nagedachtenis van burgemeester W''ytcma, tevens eerc-voor- zitter van de Nenijto 1028 tc Rotterdam, wer den Zaterdagmiddag van 4 uur het tijdstip ven aankomst van den rouwstoet op de alge- meene begraafplaats te Crooswijk tot 4 uur 'j min alle machinerieën op do tentoonstelling stopgezet. HOT NED. OPENLUCHT MUSEUM Dc tiende ulgemeenc vergudcring. De 10e algemeene vergadering van de Ver Het Ned. Openluchtmuseum, gisteren op den Waterborg tc Arnhem gehouden, werd bijge woond door den eerc-voorzittcr, den pas hie» te lande teruggekeerden oud-gouverneur van Suriname, mr A. J. A. A baron van Heem stra, wiert de voorzitter, dc heer F A. Hoe- fer, denk bracht voor het vele, dot hot open luchtmuseum hem is verschuldigd. Dank brucht de voorzitter voorts aan den Commissaris dc» Koningin in Gelderland, die het openluchtmu seum een warm hart toedraagt en aan het Arnrhemsche gemeentebestuur, dat steeds medewerking verleent. Dc voorzitter droeg na zijn openingsrede de leiding der vergadering op aan den ecrc- voorzitter. Fan lauwerkrans, aan het begin der bijeen komst op dc bestuurstafel neergelegd, legde de heer Van Heemstra den grijzen, maar nog steeds met enthousiasme bezielden voorzitter op de schouders. De vergadering werd met een gcmeenschap- pelijken maaltijd der bestuursleden besloten. Zwoegende delvers in 't donkere duister, Daalden op zoek naar het git-zwarte goud. Net als reeds jaren werd als naar gewoonte, 't Alles, hun leven, der aard' toevertrouwd. Evenals anders is vader vertrokken, Kleuterkes brachten ten afscheid ccn zoen 't Kleinste mocht paatje, den tobbenden werker Tot aan dc straat uitgeleide zelfs doen. En als voorheen, zooals jaren geschied was Spoedt men ter arbeid. Als t aanvangsuur slaat, Dreunen machines al bonkend als altijd, Knarsend en gierend: „Gliick auf, kameraad Raad'loozc moeders en ragende kleintjes Wachten vergeefsch op hun dierbaren held. Staren wanhopig in bitt'rc vert wij fling, Als hen het vrees'lijke nieuws wordt gemeld. Hopen alsnog op een wonder als 't ware, Zoeken en wachtend in razende smart. Biddend, verlangend en sussend het kloppen Van het onrustig cn bloedende hart. Schijnbaar bezeten vliegt men dan in doodsangst, 't Vrccs'lijk tooneel van het mingebied af Nu niet als vroeger, dc thuiskomst wordt anders: Vadertje keert nooit. Dc mijn werd zijn graf. Hoort ge, mijn Holland, het kleppende klokje, Dat, ons hier noodende. t scheidingsuur slaat? Eerbied den HELDEN en én met die rouwen, 't Vaderland groet U. Gluck auf, kameraad. GROEGROE. (Alle rechten voorbehouden). TWEE MOTORRIJWIELEN IN BOTSING EEN DOODE EN TWEE GEWONDEN Gistermorgen heeft op den Haarlemmerweg een ernstig motor-ongeval plaats gehad, ten gevolge waarvan drie personen verwond wer den, waarvan inmiddels een is overleden. In de vroeger ochtenduren waren uit Am sterdam vertrokken de motorschipper W. Hcu- keld, wonende aan do Transvaalkudc tc Am sterdam en diens schoonzoon Menno dc Vries, wonende te Maastricht, om een motor, welke tc Hcarl cm in reparatie was gegeven terug te ludcn. Zij bereden een motorrijwiel en waren juist bij do stad gekomen, toen uit de tegen overgestelde richting een motorrijder uit Haar lem aankwam, die signalen gaf, doch door h«-t tweetal niet tijdig werd opgemerkt Een botsing volgde, tengevolge waarvan Heukels en De Vries op den weg geslingecrd werden cn d<- mo toirijc'or over den kop sloeg. Beide eerstge- noemden bleken zeer ernstig verwond te zijn. De motorrijder was bewusteloos. Per auto-brancard werden Heukels en De Vries naar het St. EJisnbcth-gasthuis te Hoar- lem overgebracht. Daar is Heukels in don loop vun den morgen overleden. De toestand van De Vries is neg zeer zorgwekkend. Door J. S. FLETCHER. Geautoriseerde vertaling, uit het Engclsch door MR. G. KELLER. 26 „Metaalriep hij uit. „Laten we eens zien wat hij hierin heeft gestopt!" Het onderzoek van die kistjes leverde ver- ressend rcsultuat op. Het waren er in het ge heel twaalf. Stever.ege en zijn metgezel zetten ze op het bed en maakten ze stuk voor stuk open. Zij bleken alle met zilverwerk gevuld te zijn, netjes gesorteerd cn in zeemleer gewik keld. De cene kist bevatte theelepeltjes, do andere dessertlepels, een derde kleine, een vierde g'roote vorken; d>? grootste Bevatte groente- en soeplepels. Op de meeste voor werpen prijkten familiewapens en het was al les zwaar massief zilver. Verder lagen in de bergplaats nog groote doozon, woarin massief zilveren zoutvaatjes, suikervazen, olie- cn azijnstellen, presenteerbladen enz. waren ge borgen. Blijkbaar waren zij afkomstig van dief stallen uit heerenhuizen en toen de gansche verzameling uitgespreid op het bed lag, kon den zij eerst zien, welk een waarde in die kist Was geborgen. „Toch niet erg waarschijnlijk, det hij dit al les'achter had willen laten," merkte Stevenege op. „Neen, hij was wel degelijk van plan hier terug te komen. Maar wat ligt hier heel onder aan Hij haalde een bundel, blijkbaar oude ver geelde couranten voor den dag, die met een rood bandje waren samengebonden; tusschen het koord was een zwortgekaft schoolschrift gestoken. Vast overtuigd, dat die bundelge- wichtiger onthullingen zou opleveren don al wat zij tot nog toe hadden gevonden, ging Stevenege op een stoel zitten en maakte het bandje los, dat alles bijeenhield. De coui anten waren «He van zeer oude do- tums. Zij waren in verschillende steden ver schenen, een paar tc Londen, de meeste hoofd zakelijk in steden in Zuid-Engeland. In elk blad was een stukje zorgvuldig omluiald met blauw potlood of roode inkt. En elk stukje bevatte het bericht omtrent het terechtsoan voor een rechtbank of een gerechtshof van een verdachte, die nu eens als Septimus Tyson, dan weer als Samuel Thomson, soms ook als Steven Tilmore, ook wel eens met een anderen naam, waarvan de voorletters echter steeds S. en T. waren, werd aangeduid. Nu eens werd diefstal, dan weer inbraak ten laste gelegd cn de straf was soms een paar maanden gevan genis en ook wel een paar jaar dwangurbeid. „Een wonderlijke vent toch ze i Stevenege. „Kijk eens, wat hij heeft gedaan. Hij heeft zoo veel mogelijk getracht bijeen te brengen wat in dc couranten omtrent zijn daden werd ver meld blijkbaar vond hü dat boeiende lectuur. Maar wij hebben hier een aardige verzameling vonnissen bij de hand, zeker acht of tienl Moor wat zou er in het schrift staan?" Het schoolschrift bleek bij opening nog maagdelijk tc zijn. Dc gelinieerde bladzijden bevatten geen regel schrift; het was blijkbaar gekocht voor een doel, dat de kooper niet had kunnen verwezenlijken. Doch cr lag tusschen de bladzijden een knipsel uit een courant, dat Stevenege zijn metgezel voorlas. Het luidde „Samson Turner, alias Samuel Thomson, letterzetter, stond gisteren terecht voor dc strafrechtbank voor Surrey te Guildford, beklaagd van diefstal van een diamanten ring ter waarde von 30 pond, ten nadeelc van John Good, juwelier in de High street, Woking. Verdachte, die bekende en van wien bleek, dat hij reeds herhaalde malen gevangenisstraf had ondergaan, werd tot vijf jaar dwangarbeid veroo-rdecld. Nadat deze zaak wus afgedaan heeft rechter Twcddlemaine warme hulde gebracht uan den sergeant-detective J. Penthony, be- hoorend tot het personeel van Scotland Yard, voor zijn groote scherpzinnigheid en zijn taaie volharding, die door de ar restatie van verdachte bekroond werden." Met een uitroep van voldoening legde Ste venege het courantenknipsel ter zijde. „Zoo, dat is ten minste wat. Ik ken Pentho ny; hij begint op jaren tc komen en een paar juoi geleden heeft hij zijn ontslag genomen. Het ongeluk wil, dat ik zijn adres niet weet, doch dat zal men in Scotland Yard wel geno teerd hebben. Ik moi.t met dien Penthony eens praten. Nu, we hebben zeker wel het een en onder ontdekt, ik zou alleen wel den datum van dc courant, waarin dit stukje heeft ge staan, willen weten. Wc weten volstrekt niet, wanneer dit vonnis te Guildford is uitgespro ken." „Waarom zou hij dien heelen rommel be waard hebben?" vroeg de rechercheur. „Och', om allerlei redenen! Uit excentriciteit! Uit ijdelheid! Uit zelfingenomenheid; de men taliteit van een misdadiger is vol raadsels. Hij vond het prettig zijn eigen veroordccling te lezen. Ik vermoed, dut hij dit schoolschrift heeft gekocht met het plan om al die omhaal de berichten uit le knippen n ze naar tijdsorde op te plakken. Ik zou echter graag willen weten op welken datum dat von nis te Guildford is uitgesproken, maar ik kon het van Penthony wel te weten komen. Vijf jaar niet Nu, hij heeft hier in York al ceni ge jaren ongestoord en rustig (vcorzoovcr wij ten minste weten) het vak van letterzetter be oefend, zoodat dit zaakje van Guildford al tamelijk oud moet zijn. Intusschen Hij zette er zich toe om alles weer in de kist te pakken, waarna hij deze sloot en op haar oude plaats terugschoof. Doch het uit knipsel betreffende de rechtzaak te Guildford stak hij bij zich en teen hij in het centrum der stad was teruggekeerd, begaf hij zich naar het telegraafkantoor, vanwaar hij een uitvoe rig telegram verzond aan ccn collega in Scot land Yaid, waarin hij dezen verzocht onmid dellijk den voormuligen sergeant-detective Penthony op te zoeken cn hem te vragen zich met hem, Stevenege, tc Alanschester in ver binding te stellen „Ik wil zooveel mogelijk tc weten komen omtrent dien Tyson," zei hij tot zijn metge zel toen zij afscheid van elkaar namen. „Ik ga nog altijd met de gedachte om. dot Ty son op de een of andere wijze in connectie heeft gestaan met dien Whatmore Tyson is blijkbaar een Londenaar of in i'.'der geval her komstig uit Zuid Engeland. Whatmore heef*- vroeger eenigc jaren te Londen gewoond én 't is mogelijk, dut zij met elkaar in aanraking zijn gekomen. Er is nog heel wat onverklaard vun de gebeurtenissen, die zich op het kasteel Alanschester hebben afgespeeld I" I Hij bracht vervolgens een afscheidsbezoek aan Callaway, wien hij de uitkomsten van zijn onderzoek in Tyson's woning mededeelde cn met wien hij wijders afspraak maakte omtrent' het publiceeren van berichten betreffende de znak. Daarop keerde hij naar Alanschester te rug. Zijn eerste bezoek gold Detterling, wien hij ook mededeelde, wat hij dien dag had ge daan. Doch Detterling had zijnerzijds niets nieuws; van Whatmore had hij niets gehoord. „Ten minste niets zekers", liet hij er op vol gen. „Het eenigc, wat wij hebben \ernomen, is dat een heidebewoner, zekere Outes, een persoon heeft gezien die eenigszins beunt- woordde aan het signalement vun Whatmore en die de Siltwaiteheide overstak ongeveer twee uur nadat 't onderzoek was verdaagd-. Maar hij zag hem op een afstand." „Welke richting is dat uit vroeg Steve nege. „Zuid-Oostelijke richting, een woeste en ver loten streek, maar door die heide over tc ste ken bereikt men een zijtak von den spoorweg, ongeveer achttien mijl van hier. Intusschen heb ik olie stations, het zijn er maar drie, per te lefoon gevraagd of zij mij iets bijzonders kon den mededcelen, doch zij hadden geen nieuws". „Toen ik hierheen ging, schoot mij wat te binnen. Zou iemand zich niet in dut oude kas teel kunnen verbergen? Dat is een ding vol hoekjes cn gaatjes ,,'t Is alleen dc vraag, hoc dan nan eten te komen. Intusschen, -'t is mogelijk. Vooral om dat Whatmore beter dan iemand andei's den weg in dat oude bouwwerk kent Stevenege keerde naar zijn hotel terug, zich afvragende, waarom Detterling nooit op dat idee was gekomen In d. gang von het „Dravende Hert" overhandigde dp por tier hem een brief, die naur hij zei dc, zoo even was gekomen. Met hanepooten van letters was daarop zijn adres geschreven. De detecticvc begaf zich naar de rookkamer en scheurde daar de vuile enveloppe van goed- kopp papier open. Het v/as een anoniem briefje en de naam van Barbie Lonsdale werd in den aanvang genoemd. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1928 | | pagina 5