vAM SEDSF OOKI51H DAGBIAB
27e Jaargang
„DE EEMIANDER"
Donderdag 11 October 1928
No. 87
TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
DE BRUG OVER DE
EE. .[DRACHT
N.V. COMPAGNIE LYONNAISE
Nieuwe Parijsche en Weensche Hoeden
PROF. DR. A. H. DE
HARTOG
Een profetische figuur
RIJKSWEG AMSTER
DAM- ROTTERDAM
Bezoek van het
Kamerlid K; ter Laan
FEULLETON.
Het Geheimzinnige
Genootschap
PIT DE STAATSCOURANT
benoemd tot ridder in de Oranje Nassau-
orde mr. A. J. v. d. Hoeven, burgemeester van
Tholen; tot officier in die orde B. C. D. Haane-
graaff, algemeen voorzitter van den Raad van
Beheer van de Nenyto 1928 te Rotterdam; de
bronzen eere-medaille dier orde toegekend aan
Pvan Kapteijn te Vreeswijk, conducteur bij de
Tram- en Bargedienst-vereeniging;
op verzoek eervol ontslagen dr. W. A. Tim
merman als geneeskundige bij het Rijks-Sero-
logisch instituut;
benoemd tot lid van den Voogdijraad Rot
terdam I dr. W. E. van Wijk, directeur van
het Instituut „De Arend" tot ontwikkeling van
de rijpere jeugd en mr. F. A. M. Kavadino,
advocaat en procureur, beiden te Rotterdam;
benoemd tot adjunct-commies bij het HJ3.
der Posterijen en Telegrafie W. J. Rotteveel,
thans klerk;
benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S. te
Steenwijk M. van Zuiden, onder toekenning
van eervol ontslag als tijdelijk leeraar aan de
Rijks H. B. S. te Utrecht;
tijdelijk benoemd tot leeraar aan de R. H. B-
8. te Zierikzee dr. W. J. Klein Wassink te
Paterswolde;
met wijziging van het K. B. van 22 Aug. '28
is aan dr. H. Bouman te rekenen van af I Sep
tember 1928 eervol ontslag verleend als leeraar
aan de R. H. B. S. te Purmerend.
Openingsrede ran Minister
van der Vegte
Dinsdagavond is een aanvang gemaakt met
de teestclijkhcden, verbonden aan de opening
van de brug over de Eendracht. Te ongC'
veer 4 uur kwamen verschillende autoriteiten
en genoodigden in een schoollokaal van de
openbare lagere school to Tholen bijeen, al
waar een verkeerstentoonstelling werd ge
opend door den burgemeester van Tholen, mr
Van der Hoeven. Als inleiding sprak de secre
taris van het feestcomité, de heer Amsing, de
aanwezigen toe.
De burgemeester opende dc tentoonstelling
hierop met een toespraak.
Om 5 uur werd de tentoonstelling voor het
publiek geopend.
DE ANTWERPSCHE WERELDTENTOON
STELLING 1950.
Bezoek van een Nejeilondsche
delegatie.
Een Nederlandsche delegatie, bestaande uit
de heeren van der Waelst, Herings, van Hen
gel, Snoeck en Ruys, de laatste consul-gene
raal der Nederlanden te Antwerpen, is officieel
ontvangen door het uitvoerend comité van da
Antwerpsche wereldtentoonstelling 1930. Ma:
tougin, president van het comité, bood de de
legatie een lunch aan, waarna men naar het
terrein der aanstaande tentoonstelling reed en
de reeds in uitvoering zijnde werken bezocht.
Later werd de delegatie nog ten huize van den
heer van den Rroeck, president van den raad
van beheer der tentoonstelling, op een thee
ontvangen.
Zoowel over de ligging van het tentoonstel
lingsterrein als over den stand der werken
lieten de leden der Nederlandsche delegatie
zich zeer gunstig uit.
BURGERBEVOLKING EN LUCHTAAN
VALLEN.
Voorlichting van burgemeesters.
Dinsdagmiddag heeft ten stadhui ze een ver
gadering plaats gehad van burgemeesters van
rond Leiden liggende gemeenten onder voor
zitterschap van den loco-burgemeester van
Leiden, de heer Aug. L. Reimcringor. In deze
bijeenkomst heeft majoor Carp uit Den Haag
een overzicht gegeven van de wijze, waarop
de burgorlijke bevolking beveiligd dient te
worden in geval van luchteanvullen tijdens een
oorlog.
DE TORPEDOBOOTJAGERS.
Blijkens bij het departement van Defensie in
gekomen bericht zijn de torpedobootjagers „Dc
Ruijter" en „Evertsen" 9 October uit Marseille
vertrokken ter voortzetting van de reis naar
Oost-Indië. De onderofficieren van deze sche
pen legden bloemen op het graf van den
bootsman de Rijcke.
Hedenmiddag heeft de in gebruikstelling van
de nieuwe brug over de Eendracht plaeits ge
had, waarbij door Z-Ex. den minister van Wa*
teistaat, Mr. H. v. d. Vegte oen rede werd
uitgesproken.
De Minister ging terug in de geschiedenis
van Tholen en omstreken, waaraan dc heer
A. Hollcstelle, lid van het Zceuwschc Genoot-
schaap, indertijd een interessante studie ge
wijd heeft.
Het land, dat ge hier vóór en om U ziet,
aldus spreker het blijkt uit het genoemdo
werk, is om een huiselijke uitdrukking te
gebruiken aan de opgezetenen niet cadeau
gedaanom het te krijgenom te houden
om het tot ontwikkeling te brencren. is veel
strijd moeten worden gestreden, is veel leed
moeten worden geleden.
De rampen, die er woedden, waren vele. Zijn
het wellicht dezo rampen geweest, die cr toe
hebben geleid', dat de wil van Tholcn's be
volking is gestaald, dat haar energie is ge
prikkeld en dat zij zich een bestuur heeft
gevormd, dat zou komen tot de daad. zooals
die in dit schoone kunstwerk tot uiting komt?
Het indijken van den grond, het instandhou
den, het versterken, het herstellen van dijken,
als dat noodig is, het tot ontwikkeling brengen
van dien grond, dit alles ligt in een en dezeifdo
lijn. Haar afgezonderde ligging ten spijt heeft
Tholen reeds vrij spoedig aan het algemeen©
verkeer deelgenomen. Dc aanleg van de brug
komt dan ook aan wcnschen, die in verband
met dat verkeer reeds lang zijn gekoesterd
tegemoet deze brug voorziet dus in een steeds
meer dringende behoefte.
Ook deze brug Tholen h'eeft ze niet cadeau
gekregen. Van 1912 af, vervolgde spr., maakt
deze aangelegenheid een onderwerp van ovci-
leg uit tusschen dc gemeente Tholen eener- en
de provincie en het Rijk anderzijds, van 1912
of zijn plannen voor. dc brug gemaakt, het
plan, dat thans is uitgevoerd, is. meent spr.,
het vijfde. Subsidie is gevraagd en subsidie is
indertijd ook in beginsel toegezegd, maar als
burgemeester en wethouders van Tholen nié*
in Juni 1924 het cordate besluit hadden ge
nomen, de brug te bouwen zonder steun van
provincie of Rijk, dan is spr. niet geheel ze
ker of er wel oen van ons vandaag in de ge
legenheid zou zijn, zijn voet op dit kunstwerk
te zetten.
Door den bouw van deze brug verruimt de
stad Tholen de vrijheid van beweging zoo van
zijn bewoners els van al de bewoners van het
eiland, vergroot met de mogelijkheid van haar
ontwikkeling en spant zij perspectieven van
wijde strekking.
Namens de regecring bood spr. het bestuuT
van Tholen zijn hartelijke gelukwenschen daar
voor aan en sprak de hoop uit. dat het de
stad en daarmede ook het eiland in een door
de verbinding met Noord-Brabant bij voort
during wel moge gaan. Daarna verklaarde
spr. de brug tusnehen Tholen en Noord-Bra
bant voor geopend.
UTRECHTSCHEWEQ 10. - TEL. 179. - AMERSFOORT
MOORD OP EEN BRUILOFT.
TO jaar gevangenisstraf
geëischt.
In den laten avond van den Isten Juli had
in dc buurtschap de Lutte, onder Oldenzaal,
een misdaad plaats, waarvan J. H. H. het slacht
offer is geworden. De moordenaar, de 20-ja-
rigc Hermanus Josef K., bakkersknecht te Los
ser, die voordien nooit met de politie in aan
raking is geweest, had in den vorigen winter
een kwestie gehad met H. omdat deze praatjes
over hem had rondgestrooid cn hem boven'
dien met zijn beide broers had mishandeld. In
den avond van den Isten Juli bevonden ver«
öachte en H. zich op een bruiloft ten huize van
G. J. Z. waar verd. de hand ter verzoening
reikte. H. wilde hierop niet ingaan, doch gaf
K een slag in het gezicht, waardoor deze een
bloedneus opliep. Verdachte trok hierop zijn
mes, doch zijn vrienden hielden hem tegen cn
ren van hem nam hem het mes cf. Verdachte
dronk dien avond evenals alle gasten een flin
ker» borrel en kreeg in den loop van den avond
nog verschillende plagerijen von H te slikken.
Inplauts dat zijn vrienden hem beletten te vech
ten, gaven zij hem het mes terug en wezen hem
nog eens nadrukkelijk op dc vele beleedigingen
die H. hem al- had toegevoegd.
Vcrd. werd steeds boozer en op een gege-
'er« oogenblik liep hij op den niets kwaads
vermoedenden H. toe, dien hij in het hart stak,
tengevolge waarvan deze onmiddellijk overleed
De zaak kwam gisteren onder zeer grootc
be langstelling van het publick voor dc recht
bank te Almelo voor. Nadat tien getuigen
chsigc en drie décharge gehoord waren,
eischto het O. M., waargenomen door mr. Blok,
wegens moord tien jear gevangenisstraf.
Dc verdediger, mr. Noyon uit Enschedé,
achtte niet moord, door zware mishandeling den
dood tengevolge hebbend bewezen. PI. hoopte,
dat do rechtbank in aanmerking za! nemen
dat verd. gunstig bekend staat en hij door zijn
z g. „vrienden" opgehitst was. Spr. verzocht
dan ook de uiterste clementie.
ALS WE TH. VOS KAMERLID
WORDT.
Reconstructickansen van het col
lego van B. cn W.
Naar aanleiding van het bericht over het
bedanken van den heer Walrave Boissevain als
Kamerlid en het aanwijzen van dr. I. H. J. Vos
als zijn opvolgei, waardoor tc Amsterdam een
wethoudersvacature zou ontstaan, heeft dc Tel.
in raadskringen gevraagd, wat hiervan in de
toekoipst het gevolg zou zijn.
Het blad vernam, dat reeds cenigen tijd
geleden op uitnoodiging van de raadsfractie
van den Vrijheidsbond,_eenige partijen gepolst
zijn over een eventueel bezetten van den zetel
van dr. Vos door een' vrijheidsbonder cn wel
door mr. Rutgers. Toen stond evenwel het af
treden van dr. Vos als wethouder nog niet
vast, zoodat deze bijeenkomst op niets is uit-
geloopen. Wanneer het nu definitief blijkt, dat
dr. Vos als wethouder bedankt, wat wedeT af
hankelijk is van zijn plaats op de lijst voor de
volgende Kamerverkiezingen, welke zoodanig
zal moeten zijn, dat hij ook in 1929 Kamer
lid zal blijven, dan zullen er opnieuw bespre
kingen tusschen de fracties in den raad worden
gehouden. Bij de christelijk-historischen, anti
revolutionairen en vrijz.-democraten wordt ei
veel voor gevoeld, dat men niet direct de
opengevallen plaats door een vrijheidsbonder
wil doen bezetten, doch dat eerst gesproken
wordt over de mogelijkheden tot reconstructie
van het college van B. en W., waarbij dan
ongetwijfeld ook met de soc.-dcmocraten zal
worden onderhandeld. Hierbij zal dan ook blij
ken, of dezen nog steeds blijven vasthouden
aan him cisch van drie zetels in het college.
DE GIFT VOOR EEN ZIEKENHUIS TE
VLISSINGEN.
Het bericht, dat aan de gemeente Vlis-
singen 250.000 is geschonken voor een nieuw
ziekenhuis, wordt onjuist genoemd in dien zin,
dat dit bedrog is toegezegd aan de enkele
joien geleden door ds. Hogerzeijl opgerichte
veieeniging Bethseda, die ten doel heeft, een
Prctestantsch ziekenhuis op te richten, doch
aanvankelijk niet verder kwam dan een som
an 12,000. In dezen gift zit dus een aan
leiding tot dc veronderstelling, dat ér van een
nieuw gemeentelijk ziekenhuis niets zal komen.
Een van de vurigste en welsprekendste
redenaars van ons volk
Heden viert een merkwaardig mon zijn zil
veren ambtsjubileum prof. dr. A. H. de Har-
t°3'r predikant bij de Ncderlondsch Hervormde
Kerk te Amsterdam.
Men weet hetzijn werkzaamheden blijven
allerminst tot de hoofdstad beperkt. Tiental
len spreekbeurten vervult hij in alle groote
steden van ons land. In Utrecht treedt hij vaak
in cursus-voordrachten op voor de Stadszen-
ding en andere lichamen. De reintie met onze
stad uit zich nog op andere manierhij is
immers ook bijzonder hoogleeraar aan onze
Rijks-Universiteit. Voorts behoort hij al van
de oprichting af tot dc getrouwstc docenten
aan de Internationale School voor Wijsbegeer
te in Amersfoort. Hoe vaak is hij ook niet
op debatavonden opgetreden tegen Vrijdenkers
en Dageraad-menschcn.
Hij werkt niet alleen door het gesproken
woord, al ligt hier mischien zijn fort. Ook in
geschrifte heeft hij zich veelvuldig uitgespro
ken. Reeds als betrekkelijk jong predikant be
gon hij het door hem alleen geredigeerde
„Nieuwe Banen", tal van boeken en brochures
schreef hij over Religie en Weienschap, en
de laa'ste jaren is „De Toortsdrager" voor
hem een middel om zich tot velen te richten,
die hij voelt op een of andere wijze te kun
nen dienen. Naast belangstelling voor de diep
ste problemen van theologie en filosofie, naast
zijn werkzaamheden als prediker en pastor, en
niet 't minst als apologeet van het Christen
dom, noemen wij zijn hartstochtelijke belang
stelling voor de muziek, inderdaad is deze
merkwaardige figuur een zeer veelzijdig
mensch.
Prof. Dr. A. H. DE HARTOG.
Heden herdenkt hij zijn zilveren predikants
jubileum cn onwillekeurig komen dus zijn roe
ping cn talent als prediker het meest op den
voorgrond.
Hoe ver staat deze kanselredenaar van het
versleten type van dominees af, dat de mees
ten die vijandig staan tegenover de kerk, nog
altijd als een der motieven aanvoeren voor
hun afkeer. Wij zeggen niet dat de Ned. Herv.
Kerk dergelijke types niet meer telt, maar het
feit dat ook een figuur als De Hartog in haar
madden leeft, moest de kcrkelijk-vijandigen
toch wel tot nadenken stemmen.
De Hartog is een van dc vurigste en wel
sprekendste redenaars van ons volk. Zijn tem
perament er» vitaliteit staan in volslagen con
trast met dc mentaliteit onzer lauwe Wester
standen. Misschien is hij na wijlen dr. Kuyper
onze voortreffelijkste improvisator.
Dit zeggen wij niet omdat wij bewonde
raars door dik en dun van De Hartog zijn. Mis
schien heeft hij wel van zulke vereerders. Wij
voor ons echter beminnen een gansch anderen
vorm van welsprekendheid dan de zijne. Maar
wij hebben desondanks een groote bewon
dering voor zijn geweldige gaven op dit ter
rein. Hij verstaat de kunst om de diepste
vraagstukken in een helderen door-
zichtigcn vorm tc gieten, om tc boeien cn meo
te sleepen door een pathetisch-hartstochtclijke
voordracht, een raak eenvoudig beeld, ont
leend aan de allcdaagsche werkelijkheid, maar
betooverend van werking, een woord vorming
die typisch-de Hartog is.
Hij is voor onzen tijd een krocht van be-
teekenis. De negentiende eeuw heeft door een
vaak verdorrend intellectualisme veel kwaad
gedaan op religieus gebied; zij heeft tal van
geesten op een dwaalspoor gebracht cn van
de centrale waarheden afgevoerd.
Er is in de twintigste eeuw een gelukkig©
kentering ingetreden. Men is „nieuwe banen"
opgegaan en heeft zich toegewend tot de in
nerlijke volstrekte waarde der „Heilsfeiten".
Het is nauwelijks te zeggen, welke figuren in
ons land deze kentering het meest hebben ge
steund cn gestuwd. Niemand zal ontkennen dot
prof. de Hartog een der herauten en Toorts
dragers is geweest. Als zoodanig reikt zijn in
vloed tot ver over don kansel zijner gemeente.
Onder dc predikanten is het aantal profe
tische figuren niet groot. Dat prof. dr. dc Har-
Hartog tot deze groep gerekend mag worden
staat vast. Zijn woord is altijd geweest wek
kend, stuwend, open-borend.
Het heeft velen gegrepen en tot een die
pere bezinning gebroéht op de vraagstukken
van God cn Wereld, Leven en Dood.
Verzet van den Polder Nieuwkoop
en Noorden
Men schrijft ons: Het verzet tegen het tracé
van den Rijksweg AmsterdamRottcrdar») om
en bij Nieuwkoop op de wijze, zoools de Rijks
waterstaat dit momenteel wil, groeit steeds
aan; een verzet, dat gebaseerd is op de be
langen van het groot-sncl-verkeer, zoowel als
op die van de streek.
Thans weder hebben Dijkgraaf en Heemra
den van den polder Nieuwkoop en Noorden
in een gedocumenteerd request hunne bezwaren
aan den Minister van Waterstaat bekend ge
maakt. Het Polderbestuur toont daarbij aan,
dat op deze wijze het nimmer mogelijk is, dat
een vaste brug wordt gelegd, zonder dat de
gehccle streek ontredderd wordt.
Dezer dogen bracht ook het lid van de
Tweede Kamer, de heer K. ter Laan, burge
meester te Zaandam, een bezoek aan Nieuw
koop. Dc burgemeester cn secretaris van
Nieuwkoop leidden den heer Ter Laan per auto
rond, terwijl vanaf den dorpstoren een duide
lijk beeld van den toestand verkregen werd.
De heer Ter Laan gaf tc kennen het bezwaar
volkomen te deelen en zcide zijn medewerking
toe.
EEN AANKLACHT VAN ANTI
MILITARISTEN.
Wegens vrijheidsberooving op den
landstormdog.
Naar aan het Vad. wordt medegedeeld, is
namens een achttal anti-militairisten, die we
gens verspreiding van strooibiljetten van anti-
militairistischhe strekking op 27 September j.I.
den nationalen Landstormdag werden aange
houden door de politie een aanklacht ter zake
wederrechtelijke vrijheidsberooving bij don of
ficier van justitie bij de rechtbank to den Haag
ingediend.
Het Ned. Corr. Bureau heeft den officier
van justitie, mr. Luyken Glashorst, gevraagd
of een aanklacht in dien zin bij hem was in
gekomen, doch de officier wenschte uit begin
seloverweging geen medcdeeling aan de pers
te verstrekken.
Naar het Engelsch van I. S. FLETCHER
door Met A- T.
41
„Wat was je schuld niet vroeg Jimmie.
Kentover keek hulpeloos de straat op en
af. Hij scheen versuft en verward. „Het zijn
de dames, mijnheer 1" zei hij eindelijk. „Ik
heb ze verloren".
Jimmie toonde geen verbazing, noch toorn.
Iets zeide hem, dat dit geen oogenblik voor
verbaziiig of toorn was; het was meer een
oogenblik voor een kalme oefening van zijn
scherpzinnigheid en gezond verstond.
„Houd je kalm, Kentover", zei hij rustig.
„Het helpt niets om je op die manier van
streek te maken".
Kentover kreeg zijn zakdoek en veegde «cn
het voorhoofd af.
„Ik hen van streek, mijnheer", antwoordde
hij, zich verontschuldigend. „Ik heb zoo n zorg
gedragen de dames in het oog te houdencn
toen
„Ik wil weten wat er gebeurd is zei Jimnue.
^Zeg me alleen de feiten kort weg
„Er valt niet veel te vertellen, mijnheer
antwoordde Kentover, steeds treurig. »loen
wij wegreden bezochten de dames verschil en-
de winkels in de Oxford Street en de Regen
Street. Ik wachtte overal aan dc deur, tot zij
weer buiten kwam. Ongeveer één uur waren
wij in de Regent Street. Juffrouw Tnckett zei,
dat zij wilde lunchen en dat zij dat bij Cion-
chard zouden doen. Zij zond de auto weg en
zei den chauffeur om half drie terug te komen.
Toen hij weg was drong zij cr op aan dat ik
zou gaai eten. Ik herinnerde haar aan wat u
gezegd had, maor zij zcide dat zij bij Blanchard
goed bezorgd zouden zijn cn dat ik haar ln
ieder geval wel één uur kon verlaten. Zij bleef
cr op aandringen en gaf mij vijf shilling voor
mijn eten, mijnheer. Ik bracht ze bij Blanchard
binnen droeg haar enkele kleine pakjes no,
en zag dat juffrouw Trickett., een tafeltje uit
koos. En ik, ging ook niet vei weg alleen
moor naar een eethuis, dot ik ken, dicht bij
ik was precies een uur en tien minuten weg.
Maor toen ik terugkwam, mijnheer, waren ze
verdwenen
„Misschien is er niets b'jzonders", zeide
Jimmie. „Misschien zijn ze van plan veranderd
maar als dat het ge 'al was, hadden zij een
boodschap mot>*n achterlaten. Of misschien
gingen zij dichtbij boodsche-pen doen. Heb
je op haar gewacht
„Ik wachtte tot het anderhalve uur om was,
mijnheer, en de chauifeur met de auto terug
kwam. Daar zij niet naar buiten kwamen, ging
ik naar binnen. Zij waren er niet. Toen vroeg
ik den man aan de deur, of hij de dames ge
zien had, die ik begeleidde. Hij zeide ja zij
waren drie kwartier te voren met een heer
heengegaan".
„Met een heer I" riep Jimmie uit.
„Ja, mijnheer, die met een auto gekomei.
was en haast scheen te hebben. Zij schenen al
len haast te hebben, toen zij het restaurant
verlieten".
„Heeft de man iets gezegd, hoe die heer ei
uit zag vToeg Jimmie.
„Hij zei, dot het een man van middelbaren
leeftijd was, die er als een dokter uitzag. En
het was een particuliere auto".
Jimmie schudde het hoofd.
„Wat heb je gedaan, Kentover zei hij.
„Ik stapte dadelijk in de auto, mijnheer, en
ging naar het Cairo-hotel om het u te zeggen
U was niet thuis, toen probeerde ik uw clubs
De auto staat hier om den hoek".
Jimmie dacht na over deze inlichting cn ver
wikkeling. Toen keerde hij zich om.
„Kom mee", zei hij. „Wij zullen naar Blan
chard gaan".
Hij zei Kentover bij hem in de auto te ko
men en toen zij onderweg waren, richtte lui
zich tot hem.
„I -nat ik even denken", zei hij peinzend
„Kentover, herinner je je of mijn tante iets
tegen mij gezegd heeft, voordat zij wegging
over de plaats waar zij en juffrouw Walsden
zouden gaan lunchen
„Ja, mijnheer", antwoordde Kentover dade
lijk. „Zij noemde Blanchard, toen u de dames
in de auto hielp".
„Oh I" zei Jimmie. „Dat kan een reden zijn.
Denk je, dat je den kellner kunt vinden die de
dames bediende, Kentover En ik moet ook
den man aan de deur zien".
„Ik kan ze vinden, als zij nog dienst heb
ben, mijnheer", antwoordde Kentover. „Zij
gaan heen op bepaalde uren. Ik ken den kell
ner omdat hij de bestelling van juffrouw Tric
kett aannam voordat ik heenging".
De man aan de deur stond er nog toen Jim
mie en Kentover voor het restaurant reden en
hij bevestigde alles wat de knecht gezegd had
Hij herinnerde zich Je beide dames; hij herin
nerde zich ook dat Kentover haar vergezeld
had. Hij herinnerde zich ook, dat kwan
voor twee een geleerd uitziend heer van mid
delbaren leeftijd, donker, met een gouden bril
in een particuliere auto voorreed en hem zei
de, dat hij twee dames zocht, die hij mecmie
dat daar lunchten een dame van middel
baren leeftijd en ©en jonge. Hij had dezen 'heer
binnen laten gaan en een paar minuten latei
hem zien heengaan met de beide dames, die
Kentover eerst begeleid had. Zij gingen allen
heen in de auto. Had hij toevallig gezien wel
ken kant zij uitgingen? Ja de auto draaide
dc Regent Street in.
De kellner, die juffrouw Trickett bediend had
bevestigde eveneens deze feiten. Hij had den
heer met de gouden bril gezien. Deze was
binnengekomen, had rondgekeken, was naai
juffrouw Tricket gegaan, cn hod hoar blijk
baar tot haar verbazing aangesproken. Zij had
zich nog- meer verbaasd getoond over hetgeen
hij tot haar gezegd had, had dadelijk haar
rekening betaald, haar pakjes bijeengenomen
en was met de jonge dame en den heer heen
gegaan. Had hij iets gehoord van hetgeen de
heer zeide of van hetgeen' juffrouw Trickett tot
den heer zeide Hij had iets hooren zeggen
van een ongeluk, maar hij wist niet zeker, wie
het gezegd had.
Jimmie verliet het restaurant in diep ge
peins. Hij zond de auto weg cn liep enkele
minuten de Regent Street af, zwijgend en
Kentover dicht in zijn büurt. Eindelijk bleef
hij staan cn keek zijn knecht aan.
„Kentover", zei hij, „ik geloof, dat ik be
grijp hoe dit gedaan is. Het was gemakkelijk
genoeg te doen zooals zij het gedaan hebben,
maar bij den hemel, ik bad nooit gedacht dot
zij mijn tante ook zouden ontvoeren I"
„Niet, mijnheer?" zei Kentover, die in het
duister tastte, waarom iemand- die tot zijn
heer in betrekking stond, ontvoerd zou wor
den „Zoo, mijnheerl U zegt ontvoeren?"
„Ik zed ontvoeren", antwoordde Jimmie.
„Echt ouder wetsch ontvoeren. De zaak is,
Kentover, iemand heeft juffrouw Walsden ont
voerd en daar zij haar niet van mijn tante
konden scheiden, hebben zij die ook meege
nomen I En de vraag wat moet er gedaan
worden?"
Voor Kentover, die zich voor het eerst van
zijn leven voor een toestand geplaatst zag,
die hem vreemd was, behalve in zeer roman
tische boeken, bestond er slechts één maniei
om deze gewichtige vraag te beantwoorden.
Toch keek hij zijn meester wat twijfelend aon,
alsof hij niet geheel zeker was, wat dc ge
dachten van mijnheer Trickett omtrent dit
punt konden zijn
,Nu, mijnheer", antwoordde hij schroom
vallig, „natuurlijk als het mijn zaak was
.Beschouw het als je zaak." antwoordde
Jimmie „Wat zou je doen?"
Kentover wreef zijn kin. Hij was toch ten
slotte niet zoo heel zeker.
„Wat mij voorkomt, dot dadelijk zou moe
ten gebeuren, mijnheer/ zei hij, is de po
litic. Maar d» politic
„Juist," merkte Jimmie op, „ik begrijp wat
je bedoelt, Kentover. De politie is de poli
tie"
„Jurist, mijnheer," ze: Kcntver. „Precies. Da
eenige gelegenheid, dat ik ooit de politie moest
gebruiken een geval var. diefstal vond
ik ze zeer bereidwillig maar belemmerd.
Bureaucratie denk ik, mijnheer".
bureaucratie," herhaalde zijn heer. „Juist
Kentover. Bureaucratic! En dat bctcekent
uitstel."
Kentover zuchtte diep cn keek de straat op
en af. Toen kreeg hij een ingeving
„Particuliere detectives, mijnheer I Hoe zou
dat zijn?" vroeg hij. „Ik heb gehoord, dat zij
vlugger zijn dan wat men den oudbakken der
tective kan noemen. Er staan nltijd een
menigte advertenties van hen in de couranten
mijnheer".
(Wordt vervolgd.)