KINDERRUBRIEK
PS2
It
De Rubriek van Oom Karei.
Nu, wet heb ik jelui een vorige maal gezegd!
Het kon wel eens gebeuren, dat wc al vlugger
don we zouden verwachten de sneeuw- en ijs-
pret kregen. En zie, daar is het deze week nl
gekomen. H^t begon eerst zachtjes aan, dun
ne, ijle vlokjes en eigenlijk dnr.ht ik niet. dat
het zou doorzetten. Maar jawel hoor, die dun-*
tvc vlokjes werden al dikker en dikker en larg-
zaam maar zeker kwam er een wit laagje op
den grond En den volgenden ochtend leek
het, alsof we al degen achtereen sneeuw had
den gehad Jelui vond dot zeker wel fijn hè.
toen je zag hoeveel sneeuw er ol ep de stra
ten lag en je zult het wel erg onplez'erjg ge
vonden hebben, dat ei neg' niet meer is geko
men. Maar heb maar geduld. Het is pos een
begin. Er2al hctiScK d?zen winter nog we'
meer komen. En a] lag er neg maar weinig
sneeuw, toch hebben jelui al heerlijk kunne»
genieten. Want er zijn nl heel wat priksleden
voor ren dag gekomen. Vooral in de lanen op
den berg was het e*-g druk. Daar bHrtt d-»
'sneeuw altijd larger liggen en kun je fi:n ven
de hellingen «Wijden. Alleen moeten jehri ai
tijd erg voorzichtig zijn boorDezer dage»»
zóg ik ook een jongetje nvt een prikslee
Met ven flink vnartje kwam hij de VondcHnat
afzetten en zoo hard <^rg hij. dat hii riet
bemerkte. dnt bij vlak voor cm auto tererh'
kwam. Gel kk:g mankte de chauffeur pauw een
wending en wist hij daardoor ren ongeluk t-
voorkomen; maar anders zou h^t jongetje hrc'*
letiiik terecht zün gekomen. Prik- en bobde**
rijden is wel heel aa-dig. maar je moet tocb
nooit vergeten, dat het groote verkeer ew
heusch niet voor opzij kan gaan. Maar als je
voemic'tig bent. behoeven er toch geen on
getukken lc gebeuren Dan kun je evenwel ge
nieten. En weet jc wat je ook nooit moet doen?
Sneeuv/baPen gooien naaT menschen die or
een flets zitten. Natuurl 'k mag je net zoo hard
sneeuwballen gooi-n als je wilt. Ik heb er vroe
ger, heusch ook wel braaf aan meegedaan,
Maar op fietsende menschen moet je nief
gooien. Daarvan zag ik toevallig Woensdag
een beel leelijk gevolg. Enkele jongens waren
ook dapper aan het gooien en mikken op een
fietser. De bal wa» raak.'' Precies in de man
zijn nek. Maar zeker door dc schrik verloor
hij zijn stuur, slipte en viel op den grond,
waaruoor hij z.ch heel erg bezeerde- Nu we :k
wel wat jelui zul.on zeggen: dat doen wij t ,t.
.Maar toch zie ük nog heel veel kinderen, die
.er drvders over dznkcn. Daarom veitel ik maa.
eens wat er' het gevolg vun kon zijn. Maoj
met cat alles hebben jelui toch aiweer vast een
voorp.oefje gehad van de winterpret. Eu»
vooap.oeije, dat jc best gesmaakt zal hebben l
De*© week en zeer waarschijnlijk a.tijd in h.t
vervolg zuilen julic meer can twee, soms drie
of vijl" raadsels in ce krant vinden. Dat is op
rei zoek van enkele neefjes en nichtjes, die ke
ver wat gemakkelijker raaosels wilden, ook
voor de kleineren. Nu, dat vind ik best, maar
nis de raadsels gemakkelijker zijn. kunnen jeU j
■er ook best crie of vier oplossen. Je zuit zcS
wel zien, aot ze heel gemakkelijk zijn.
Muar nu schrijf ik jelui verder niet ineer_ ia
'deze krant, want ik heb ol veel to veel ruimte
.cn beslag genomen.
0, ja neg tot slot een verzoek aan jelui alle
maal. Ik kan weer een heeleboel raadsels, mop
pen, versjes, gedichtjes, verhaaltjes, enz. ge
bruiken. Willen jelui dat goed m je oorer
knoopen. En wie me daaraan helpt, doet me
een heel gioot plezier en is een prachtige me
dewerker of medewerkster aan onze krant
Doen jelui het I Afgesproken.
RAADSELS.
De oplossingen ven de vorige raadsels wa-j
ren
1, Ik hoorde, dat de scha ver over dc hon
derd gulden bedroeg. (Haver)
Gingen Jacob Iet en Johon samen fietsen.
(Bh-ten)
Dat hecle verhaal is bedrog geweest. (Rcggc)
De slager stond een kwartier voor den over
weg te wachten. (Gerst)
Arend, mes, boor, sommen, koe, gros,
boord.
Deze weck is de prijs gewonnen door K a ra-
pioen, die hem ao». Mnnndog aan ons bureau
kon komr ifhalen.
r
NIEUWE RAADSELS.
L
Mijn geheel is een spreekwoord, dat bestaal
uit 43 letters en 12 woorden.:
35. 41, 1, 17 is een ri\ior in Nederland.
39, ?2. 36, 5 is een drank.
42, 25, 41, 30, 12, 1, 38 is een rivier op
Java.
35. 41, 40, 27, 36, 25, 43, 6 is een vrucht.
25 14. 7. 20 is ren bloem.
42, 8r 25, 6, 26, 15 is oen groot Sacnda-
oiland
1, TE. 2. 41, 22 gtorvf-i men cp school.
34. I. 41. 2 leert men op school.
35, 37. 33, 3 is ren vogel.
4, 11, 6 is een boom.
9. 19 30, 41 is een meisjesnaam.
10, 24, 25. 39 is een rendier.
T3, 5, 2, 23, 11, 25 is een plaats in N«*ord-
Hol!and.
2, 41, 6, 16, 26, 3. 59, 25. 1, 41. 18 is een
straat in Amersfoort
31, 5. 25. 42, 26, 30 is een jongensnaam.
21 25, 29. 3 is een bloem.
28, 8, 5, 40 is het tegenover gestelde van
Intro.
Ing^z. door Duinviooltjc.
II.
Ik hen vleesch, r.remt men mijn eerste deel
weg, dan ken ik nog vleesch.
Vöt voor vleesch is dit?
ni.
Hun jolige stemmetje-, 't blije geroep,
Het is m een vrouw en niet in een man.
Hm is in een kroes en niet in een kon.
Het is in een varken en nirt in het spek.
Je zult het niet raden, al .raadt je jc gek.
Ingcz door „Kampioen"
IV.
Hier ziet ge het visitekaartje van oen mijn
heer. wens naam int dezelfde lettors best&ot
els rijn beroep (vak) is.
Wat is d;<* m»r"bf>ei
KAREL KREEM.
VAN DE OPSTELLENWEDSTRIJD.
Hier v-olgt nu één opstel van „Storm-
v o ge 1" oud 13 jaar.
Het heet:
HET MIHDERSLOT.
Vaak hadden wij over het Muiderslot hooren
proten, als een slot dat nog zoo mooi in zijn
oude toestand was gelaten. En toen wij van de
zomer in Muiderberg gelegeerd waren beslo
ten wij, „mijn vader en ik" per fiets hrt nabu
rige slót Mui-Yn te gaan bezoeken Eerst moes
ten wij dc straatweg velgen, die ons bij dn
Hakkclaarsbrag bracht cn gingen toen in rich
ting Amsterdam verder. Mijn vader was borvjf
voer ongelukken cn zei„Laten wij ocht«>. oir
kaar fietsen," maar dit viel ons mee, Cirtdnf
de auto's e5W>ar niet mochten achterhalen en
spoedig bereikten wij de smalle straten in MW-
den cn sloegen even vcor de beruchte tol rechfp
af Het Muider«let stond niet vér van d<* rijkiv
straatweg af Toen stopten we af en ik trek
non de bel. Even daarna kwam een juffrouw,
die ons opendeed cn we gingen over de op©
hra'brug near binnen. Toen zei de juffrouw c
,U moet even wachten tot er meer personen
zijn, don gaan we tegelijk. Wc kwamen toen
cp het binnrnple;n, in het midden stond een
waterput En aan de muur hingen oen pner
oude fakkels. Telkens ging de bel en kwamen
er steeds nver mc-nschen binnen. Eindelijk was
het genoeg en girgen wc dc toren br,l'l»mm°n
en kwamen we in de gevangenis van Fiom V,
daar was een kanon uit dc oude tijd in het
kle-'n afgebeeld, er waren een paar oude wei
Dcr.s van vroeger en cn' e'.e boeken We gi>gen
vervo'gsns naar de slaapkamer van Hooft,
daar was een "keurig opgemaakt bed met
prachtig beeldhouwwerk cn daarnaast hing de
bddowarmer en nog enkele schilderijen, toen
gingen we do trap af en kwamen in de woon
kamer van Hooft. Order dc trap was een lo
geerbed, het was in die dagen een grooto eer,
als een gast in dc woonkamer mocht slapen.
Cp d© tafel stond een inktkoker cn een voeren
penhouder. In de hoek stond een prachtig spin
newiel cn de haard was versierd met een mooie
soreuk. Ook in«l'e voltrekken stonden oude
stoelen cn overal prachtige koperen kaarsen
kronen en gezrlljg uitgebouwde zitjus om naar
buiten te kijken. De ridderzaal was een prach
tig vertrek. In het midden een groote lange
tofel met banVn er omheen, waar vroeger vcr-
gaderirgen werden gehouden. In dc hoek stord
e<*n marmeren tofel om het geld op te lot 4
klinken of het wel echt was, op die tafel lag
een bijbel met echt lwcn band. Ook was daar
dc offirieele ingang van dit vertrek. De vnoe-
gere muur was afgebroken, waarachter een
luik was, waar de gevangenen zoo in hun ker
ker werden geworpen. Nu gingen wij naar de
keuken. Onder de schouw hing een broodpit,
waaraan vroeger vloesch gebraden werd en er
een bel ging om dc kok te waarschuwen als
he» aanbrandde. Een groote bos sleutels hing
aan dc muur, boven dc tafel hangt een lan
taarn. Een mccie trog staat in cep hoek. een
viizel erop
Een vreund gezicht was het, dat wij in die
oud rwetschc keuken on de aanrecht o.a. zagen
een fluitketel cn een nlltiminium melkkoker en
meer nieuwerwetsche artrV len (die keuken
wordt door de slotbewaarders bewoond en ge-
brariVt). Verder gaan v;jj naar Hooft's studeer
vertrek Daar zien* wïi twee boekenkasten vol
met boeken, prachtige schilderden aan de
muur, ook zagen wij daar een bekendmaking
aan de muur hangen, waarin het slct in 1828
voor afbraak werd verkocht, wat gelukkig niet
is doorgegaan. Wij keken door een der ven
sters naar huiten en zogen voor ons Vggen het
fort Pampus cn daarachter de finale der Olym
pische zeilwedstrijden De Blsschooskanur
stond mot een lift in verbinding met de keuken
waar het eten door been ging/ Wij zagen ooV
nog oen geldkist, woar drie personen elk een
sleutel van hadden en moesten er don alle drie
bij weren anders kon dc gel Mast niet gecp°nd
worden. De bakkerij was onder in het slot.
waarin oen groote put was. Nu moesten wy
nog even de gevangenis bekijken weer oen ge-
vargene gezeten heeft die Floris de Vijfde ver
moord hrd. die door de hongersdood is geste
ven. Zoo htrMen wij alles bekeken en hebben
ir>eo nis souvenir een boekje met rwsichte»
meegenomen die daar te koop waren. Wc heb
ben een prettige en leerzame middag gehad
-
CORRESPONDENTIE.
Kampioen. Prettig is det, als je zoo
goed bedacht wordt. Dot zal wel. Dot was ook
a«rd'g. Ja, het is er nu de tijd voor.
Cupido. Zoo, dat hoor ik van iedereen
Wat jammei hé, het is maar te hop-*n dat he»
gauw weer heel is. Zou ze het doen denk je
Blondje. Ja, leuk vinJt je niet. Wie is
dnt Hri> je een eigpn kamertje
B o b b i c. Dut he1 Ik gemerkt, jc gaat
nu zeker je schade weer inhalen Ja, dat gaat
Ja, die hebben het nu niets prettig.
C1 y v i a. Ben je nu weer hrêbmaal be
ter, niet ir er ziek worden, hoer Dnt vond je
teler wel fijn hè
Weerwolf. Dus je was er blij mee, dot
doet me p'ezier. B-n jc weer heelemnol beter.
Hebben iuMie e>n Radio Het is wel gezellig.
Vinkje. Dat mag ik jc eigenlijk nir*,
rertellen. Ik heb een Innge baard. Nu moet je
ren volgende maal maar eens goed kijken.
h~or.
Pr ine. Ben je er blij mee. dat vindt ik
«*"-g prettig. Je hebt zoo'n manl'»ke raam uit
gekozen dus kon ik dat niet weten. Sprirgm
ze goed
S n e en w witje. Ha-teÏÏjk welkom, hoor
Heo meer er mee d~cn, d-^s te aard-per is h~tj
Lilliputter. Ja, het begiet nu aardig
Vond te vorden. "Wat een repetities, ik zou er
d'rizclip van wórden.
Regendronie. Niet meer verget°n,
hoe<r. Dus Srt Nicolons heeft voor jou ook
geed gereden.
Kwik. D»ts nog net op tijd Dat is zeker
wri prettig l
Zonnestraaltje. Ze waren toch dif
nut zeo moeilijk. Is het nu weer over. Ja,
natuurlijk. Laat ze ook maar een naam opzocti
kp*\
Meidoorn. O, ik ?ïe dat jc er" al bij
b^ut. JJart^liik welkom, hoor. Heel graag.
Krulleból. Heb ie u- prijs nut gekre
gen, Ik hoor er niets van. Waar zijn de raad-
«o'e d(*7(» kre»
Mier Dit tras natuurlijk moer een
jr-np. Mï^t bij is er wftl. h^ov. Nog wél g^felf-
ofo-rd; Ze va-en niet mnri'ijk.
Spin. Jo, het is altijd een heel feest. Je
hebt het keurig gedaan, hoor. Dat is niet zoo
erg.
.Meizoentje. Ik wel, jij ook hè. Jam
mer, vindt jc niet. Ja, een vergissing is men-
schelijk. Je moet het haar maar niet al te kwa
lijk nemen.
Balscmientje. Het lijkt mij beter van
niet. Misschien later eens. Ja, toen was ik er
ook. Ja, dot is zckeir een heerlijke tij 1.
Robbedoes. Dus ze hebben jc aardig
voor de gek gehouden. Dat was een heel nut
tig cadeau, dat zul je nu zekér wel goed ge
bruiken. Ja. hcor ik heb een prcttigen nvond
gehad.
nntyeg^3 7
EEN SINT-NICOLAASVERTELLING.
Schreiend 2at Beppïc de Wael op oen kou-
den Decembermorgen non het ontbijt.
„Toey Bep, eet nu toch wat nn, 't is al over
achten," zuchtte Mietje terwijl zc met een kop
je rtïec de kamer uitging.
TJk kan met, ik ken heusch niet," snikte Bep.
Telkens nam ze een klein slokje mcllv probceT-
de op <Se manier hanr boterham door te krij
gen.
.Eerst mijn tosch toe-deun, nu mijn mantel
halen, alscn daar relden de tranen wecy
opnieuw over Bèps wangetjes-
Buiten zag 't er recht jriést uir. Een enkele
natte, lossige sneeuwvloka feD üit den lood-
grij2en hemel op den bevroren grond. Meur in
Bcps hoitjc zag 't nog veel droeviger uit; de
heele kamer, 't hecle huis, de wereld, alles was
eren treurig, votid Bep; want sede.rt een groote
wee2< leg Bcps moedertje zoo heel erg ziek in
bed.
En zo waren meestal maar met haar beidjes,
sedert papa een jaar geleden naar ïndië was
gegaan.
Toen hadden ze nog Sint-Nicolaasavond met
hun drieën gevierd en p^)u had zoo'n mooie
zeeofficiers uniform aangetrokken en nu was
vader 200 heel ver weg. En daarboven lag
moedertje met koortsige oogen mnar onrustig
op 't kussen te woelen. En tante Truus, die cl-
tyd prettige ding-en deed als ze kwam logee-
ren, zat nu maar stilletjes bij moeder boven.
„Foei, Bep, dan toch," en Mietje, een beetje
ongeduldig, pakte Bep wat ruw bij den arm.
„Kijk, tiaar is tunte Truus ook ol, treuzelkous,
die je bcm."
Tante streek Bep medelijdend over 't blonde
haar.
„Mag ik mors even goeiendng zeggen
vroeg Bep met een erg slikkerig. benauwd
stemmetje.
,Jk zou 't maar niet doen, kindlief; moeder
valt juist in slaap. Je drinkt vandaag koffie
bij mevrouw De Bruin, niet waar
„Ja. tante."
„Nu, dan zal ik zorgen dat je om vier uur
een poosje stiletjes bij moeder mag zitten
hoor."
„Alsjeblieft."
Zachtjes liet tante Bep uit. Hu, vrat was
't koud, maar toch wel prettig, die wind op
'r gloeiend behuild gezichje.
Ze hoefde niet om to kijken moeder was
er toch niet om haar toe te wuiven. O, wat
vervelend, daar kwam Henri van Horst aan
een vroolijke wilde jongen. Die zag nu juist
hnnr betraand gez'cht cn jongens zeggen toch
al zoo gauw, dat meisjes flauw en kleingeestig
en aanstellerig zijn.
Henri zat op school in Beps klasze waren
even oud en gingen nogal dikwijls samen néar
huis.
„Hoe is 't met je mama T'
„Niet erg goed, 't zelfde, altijd, koorts."
Bep krapte met haar oogen.
„'t Treft erg jammer, Bep, juist nu met
Smt-Niklaas." zei Henri zacht en oen beetje'
verlegen. Hij had er al tegen opgezien om me»
Bep te spreken. Een beetje onhandig pakte hijf
hanr hand.
„Jongens. Bep,' wat rijn je handen koud.'*
„Och, Hon, ik heb mijn handschoenen verj
get-n."
„Doe die ven mn maar ann, ik heb 2e al
weken h\ mijn jekker zitten... e... ver...
verleden jaar wos 't leuk bij jullie.' weet t*
wel dat ik to^n je papa's pet op mocht en de
degen om
Ja," knikte Bep„O, Han, 't is zoo vree-
seliïk dit moeder ziek is; ik ben zoo ongerust
en denk aldoor zulke nare dingen." Daar huil
de ze opnieuw.
Han zei rwt veel meer, muar hij moest tel
kens cr aan denken dnt 't hecle school" over»
morgen pret ?ou hebben, behalve Bep, di*
vroolïike jri'ge B^p.
Om vier uur' 't was :ól dónker, de l-chten
waren overal al op, haastten de schoolkinde-
Silene. Ik hoop dot er heel gauw, weer
een heeleboel- verholen in je. hoofd komen to
zitten.*"Want ik kan Tc goed gebruiken. Dot
was een leuk idee.
B r u i n o o g. Dat is heel mooi, fk heb
het vTOcger ook gelezen. Dot is nog eens pret
tig. Neg wel gefcliriteerl.
Prins. Ben je er blij nve, dat vindt ik
Devente'plaaljes Maar cis u de nu-mmers en
namen van andere plaatjes od wilt gev^n kunt
u (als ik ze tenminste heb) die wel' krijgen.
OOM KAREL.
ren zich naar huis. Er was nog zoo veel te
doenverrossingetv en grappige dingen be
denken of even nog langs de winkels kijken
Overmorgen Sint-Nicolaas. Han dacht aan
niets anders. Zou hij de lang' gewenschte
timmcydoos krijgen met al die afdeelingen cn
met die grove en fijne spijkers en met zoo'n
zaagdie ging zoo heerlijk, zoo echt tim-
merrr.'ainsachtig door 't houten den nog
lekkers, chocolade, borstplaatArm Boppie-
toch. Zo liep zoo kleumerig met habr handen
irv -zijn ijswantcn voor hem uit-
„Zoo, Han."
,,/t.Zic.t er in het dorp echt uit, hè?"
„Jfl; die prenten, hè ^rv-dje lekkere van*
kekf..."
Ze was stil, keek bedrukt in de verte naar
hoor huis. Beneden was alles donker Alleen
boven scheen 't licht door dc gordijnen. Hoe
zou 't zijn
„Nu, Han, ik ben er. DagWacht, hier, je
ijshandschoenen, ze zijn lekker worm geweest
dank je wel"
Ze lachte even vrierdelijk en ging toen door
.den donkeren tuin de keukendeur in.
Mietje stond voor 't fornuis
„Mie, hoe is 't vrccg Bep angstig.
,He«ri wat beter don vanmorgen, hartje."
„Is 't wnnr, heusch waar?" O, Beps oogen
straalden vnn plezier.
„Ja, je moet je vilten pantoffeltjes aandoen
en heel stilletjes boven komen zitten," zei tan*
tc
En dear zat ze nu vlok bij 't ledikant. Tel
kens knil*te tnnte haar vriendelijk toe, en
moeder sliep echt rustig.
Buiten woeien de kale tokken van de oude
kastanjeboom om 't huis: de wind gierde*
loeide en ren enkele sneeuwvlok viel uit den
donkeren hemel.
„t Kan niet heerlijker," dachten dc WncVren
op school „Dat was nu zoo'n echte Sint-Ni-
colaas. Alles was wit cn 't sneeuwde nog
stfv^s maar door."
Mijnheer schreef sommen op 't bord. De
brvnne cn blauwe oogen keken wel naar de
cijfers, mnnr de gedschiendie sprongen,
zocals alleen gedachten moar kunnen ringen:
die waren overal anders dan bij do cijfers.
Mijnheer begreep ook dat er van sommen-
maken niets zou komen. De lveelc klasse mocht
dan ook vrij teekénen en toen tot slot zingen
van
ZiM de moajysfcWjnt door de boomer».
Makkers staakt uw wild geraas
't Heerlijk avondje is gekomen.
*t Avondje van Sinterklaas.
Bep zong blij mee cn Han knikte haar toe.
„Nu zal jij vanavond, ook pret hebben, Bep,"
zei hij vroolijk onder 't naar huis gaon.
„Jö,.rDoar wo. kunnen 't niet echt vieren, zie
je, al is moetier veel beter; ze is toch nog
erg zwak en tante en ik mogen wd boven
theedrinken, maar moeder blijft in bed opzit
ten 'en1 dan veel pakjes zullen er niet ko
men. Ik heb voor moeder- een naaldenboekje
gemaakt en voor tante oen kleedje, maar moor
/liet cn moeder is veeTte ziek geweest om er
iets non tc doen. En Sint-Nfklans moet toch
wel een beetje 'door de vaders en moediers ge
holncn en geraden worden. Wat jy. Hun?"
Han knPtc lachend.
't Zou een saaie boel bij Bep-zjjn. Toch zag
ze'er zoo blij cn tevreden uit n»r Kaar moe
der wcct beter werd.
„Moeder, heeft u ook iets aardigs voor een
me'sje kwam Han binnenstormen
Moeder keek haar w:H©n krulT®bor eens la
cher <i nan.: ^hoc bedoel*je dat, Hon?"
„Och, verleden jaar was het zoo leuk bij
weet u wel: tóen was hear vader'er nog,
manr nu blüft mevrouw in bed. YLi.fyt, roe. zqo
triest; en'Sint-Nicolaasils'dje haar ma ér
niet in den steek laat'. Mevrouw Heeft haar
veilonglirstje rrb^doen niet opgestuurd naar
Spanje. B: .wil Sint-Nic^aas wel-e en handje
he^en voor. Berp". He;ft u nieti-ts erg
aardig meisjesachtigs Bep is" 'zoo'n echte
goeierd, nooit kwaad als je eens bij ongeluk?
tegen haar aanduwt e»\ niet zoo gek bang en
peuterig op haar kleeron; heelomaul geen nuf.*
„Ik heb niels, Hya Heb je zojf niet iets."
„'t Is alles zoo oud en kapot©en gescheurd
bock... tint gaat niet... mijn poard-ntoom...
dat is zonde r hcllonmijn pistool ja nog
goed, maar Bop houdy niet» van schieten, t*
stopt haor ooren toe voor de knallen. Dus
dat «raat niet... of... ja, daar is ze dolkop,
daar is zc niet van weg tc slaan maur
Hens vroolijk gezicht betrok„Die kan ik
niet misen."
„Wat kun je niet missen, Hon?" vroeg «KK©
edr.
„Mijn twee kleine konijntje*, dof witje met
roodc oogjes cn *t haaskonijntje, zc ritten
saampjes in 't oudiv hok jc. Dïijn andere zevert
zhten in 't groote, nieuwe hok."
„O,jrt. Hor., uls je 20 niet missen krmL
dan moet jc zo houden; dat weet jo zelf 't
best."
„Jo moeder" cn Hen liep flultondp door de
gang. O.wat oen groote kist en een mand,
cn Rlkn die er in eens haar schort over gooide*
„Nieti in mijn keuken kijken. Hansje; er is ol
iets door een zwarten knecht gebracht."
Han sprong in do hoogte nog maai c*i*
paar uur en danwas dc pret in vollen
gvmgDie B.^p,- ze kon zoo vmgen of 50
even een konijntje vast mocht houden on of co
cr een- voeren mocht.
Han liep dooy de bijkeuken de schuw in. De
lamp uit d© keuken maakte 't heele «rhuuiqjta
licht; daar stonden zijn konijnen. Hij aaide z«V
voel de ze wat koolHij had «r negen, iput
die kleintjes meeaneeuwdo Y ery
wat stil was 't hier. Je hoorde niets als 't go*
knabbel aan de koolblaren Heerlijk, dot Y
nu Sint-N'colnasovond was
De koekoek sloeg vijf... duar bovèn
de verte, achter die ramen, daar zot Bep
bij baar moedor; zc zou zeker niet veel
zond^rs krijgén„Vooruit dun maar jónr.
gens." De kleine konijntjes werden uit 't hok
genomen en in een mand gezet. Het hok ma($n
te Han schoon met een Ijver, en een haast, dak
hij er heelemnal warm van werd Nu vAr$c)v
hooi cn wat boèrokoolblnren in dé ruif, 't hpk
op zijn kruiwagen zetten en dan straks, n/>
eten hec! geheimzinnig ze noar Beps hiflp
k'nrien.
„Hon. je vader is tKuis, "ik doe 'e eten op.
Wosch jo handen toch," bromde Rika.
„Heb je nog iets gevonden Hon
moeder.
,^Ja, ze krijgt zc, .die twee kleintjes"
„Dat is aardig."
Tante Truus bukte maar aldoor in cc*n
en er kwam telkens wat nieuws uït Dan wap
voor mama een lop zij, een puar Indische
muiltjes; <Inn een pop, een grappig Indioch
boek voor Bep.
„Och, die vader," lachte Bep blij.
Moeder keel; zoo vroolijk, zc was zoo jbjij
met haar nnaldenbo^k. Tante Truus had vaders
poitrct inïdden op tofel gezet een vaasje irvet
margrieten er achter.
St. Nicojaas stuurde Bep een koffer met allo»
mooi keurige ibcren vcor hoor pop die Bep
"Verjongde ze ann to passen.
„O, wat aardig," riep tante Truus terwijl tc
een klein bootje »crt de kist hooide;
„Daar sprien de Jovnansch© jongens zeker
-moe."-.
„Wat zou Han dht mooi en aardig vinden
Moeder, mng Han 't hebben; mag fk 't Han ge
ven Hij is zoo dol op schuitjes cn bootjes.
Zal ik 't even brengen, 't heel voorzichtig op
de stoep zetten Toe, moesje, mag 't 7*
„Jawel, Bep, maar doe je cape om, 't is zoo
koud.".
De sneeuw viel nu heel dicht en Bep in haar
schoolcupc, de puntmuts op, leek heusch wot
op een kaboutertje. Ze stapte ferm door de
dikke sneeuw on hield 't bootje voorzichtig
vost
Heel stil was de laan nu, er was niemo rui
te zien. A'leen in de verte stonde de spoor
wagen en ging dc post het eene hek in, "t an
dere uit. Je zag het aan 't lantaarntje dat h#
op de borst droog. En daar, nchtcr tuinen op
't smalle pandje, daar bewoog iets kobouter-
achtigs door den sneeuwnvond.
O, dat fijne, mooie, lichte bootje f Hon zoor
er dol blij mee zijn. Hij wos zoo goedig voce
haar geweest cn wot heerlijk dat moeder bo
tor wosBep kon 't niet laton heel zachtjes
te zingen „Smf-Ni' laas, goed hofig man
Maar stil. nu 't hek binnen, dan *t bootje lh
't zachte Indische vloei op do stoep zetten, bel
len en weghollen.
O, wnt belde die Bep hard „Dat is Sfnt-
Nifclaas," hoorde ze Huns vader zeggen. Zo
kroop achter een dennetje en zag, hoe mijn
heer von Horst 't kleine boctjc c/ppakte en do
deur weer dichtdeed. Nu weer gauw naar huis.
naar moeder, naar de lichte kamer cn deft
koffer met de poppekleeren.
Wat lachten Mietje en tante Trurus.
„O. daar is Bep pie Bep kijk eens wat Sint**
Nico'aos nu voor je brachtO, lieve mensch,
nog eens toe," en Mietje boog zich haast dub
bel van 't lachen over een groote kist, waarin
iets zat.
„Voor mij Wat is 't OBep stond
sprakeloos. Toen sprorg ze in de hoogte, klap
te in de handen en riep„Die lieve doóden
van beesten, zc kennen me, kijk, ze eten al*
door kool ze zijn he-lemaal niet verlegen.-
Mogen zc naar boven V
,L>ie smeerpoesen in mevrom. s kamer,^
lachte Mietje, maar tontc Truus gaf een knip-
ooej" en 700 stónd even later 't konijnenhok^
op de turfbak voor moma's bed.
rik weet ni-t wie ik de liefste vind 't witje
met zijn^r-oode oogjes of 't schattige haas-
konijntje," zei Bep, dir geknield log tirsschcn
mama's ledikant ej, 't hokje met dc altijd maat
knabbelde konijntjes„Zcgr moeder V*
rJn, Bep"
..Ze 2ün niet von Sint-Niklans, 2e zijn van
Han. Ik hrb 2e dikwijls voor'hem mogen voe»»
ren... Waaraan denkt u, mor©;?"
"Aon tvree aardige Sint-Nikloosjes hier h
de laej». dm el'-OQT nu eens een groot plezier
hebjv»n gctloan."
t Was de narht van 5 op 6 December, So
SW-Nicolaasnncht.
Dc sneeuw jo-g t^^ de ramen.
De konim^ies VnebWldon neg op oen lleSb
stukje verrel in Mi-iA biil-eu^m h.i Han'si
reso nnrhtlVh» reovercehtig mooi
slanke Javnansche bootje. -