:ftHEB5F00Kr§CH DAGBLAD
Verhuring van Lips safe-loketten
Maisori de Jager Zn.,
Vanille Batons
Frou Frou
De Wettige Erfgenaam
Vrijdag 1 Februari 1929
.DE EEMLAMDER"
27e Jaargang No. 181
DE NORMALISEERING
VAN DE WESTER SCHELDE
kanalen en
strategie
Geen internationalisatie
N.V. MIDDENSTANDS-BANK
Deskundige voorlichting bij
den aan- en verkoop
van Effecten.
Verzilveren van coupons
Handelscredieten
Incasseer ingen
Spaar-deposita's rente 4
geen stoom meer
Verschillende voordeelen
FEUILLETON.
Een andere GroofiNeder;
landsche politiek.
Aan het derde artikel van het onderhoud
is het volgende ontleend
Over de zaak van het Schelde-beheer zijn
onze inlichtingen niet zoo belangrijk als
over die van de Rijn- en Schelde-verbin-
dende wateren. Wel viel het ons op, dat
men in de bevoegde Belgische kringen niet
langer meent met allerlei denkbeeldige
grieven voor den dag te moeten komen. Het
bleek, dat Ir. Tobie Claes, toen hij indertijd
verkl'ftide, dat Nederland steeds aan al
zijn verplichtingen voldaan had op de
Schelde, een meening verkondigde, welke
door het heele ingenieurscorps te Brussel
en te Antwerpen gedeeld wordt. Ook de
Waalsche ingenieurs twijfelden niet aan
den goeden wil van hun Nederlandsche
collega's. Het is nog niet lang geleden, dat
Ir. van Wetteren uit Luik verklaarde zoo
dra er wat hapert op den weg tusschen
Luik en de Zuid-Willemsvaart, zijn de Ne
derlanders ons steeds voor om de zaak-
zoo goed mogelijk te herstellen.
Van de grie^enpsychose is men volkomen
genezen de laatste opflakkering dier ziek
te is juist llvmans* houding tegenover den
heer Tobie Claes geweest, of liever tegen
óver Minister Lippens, onder wien deze
rondborstige Vlaming ressorteerde. Naar
wij hoorden is het echter zeer waarschtio-
lijk. dat juist dit incident llvmans—Lip
pens aanleiding is geweest om Hymans dit
maal bii het opstellen van de jongste nota
niet geheel aan zichzelf over te laten.
Jntusschen wil men nu toch wel iets meer
bekomen op de Schelde geen enkel poli
tiek recht weliswaar van de beruchte
reserve is er gvsen snrakè meer! Wat men
wel hoopt te verkrijgen, is de mogelijkheid
om de rivier langzamerhand te normali-
eeeren. Nederland kan daarbij heel wat
grond winren en voor Antwerpen ver
krijgt rnen dan e°n veel beteren zeevaart-
weg. De rongste Nederlandsche voorstellen
echter hebben ook op dit punt de Beleren
teleurgesteld zoodra men tot normalisee-
ring overgaat, moet men zekerheid hebben
dnt de onmisbare gronden zullen onteigend
kunnen worden. Dat België. noch de-com
missie van beheer zelf zullen mogen ont
eigenen, wil men te Brussel graag toege
ven, maar men' wil de zekerheid, dat de
onteigening geschieden zal, wanneer de
technici ze noodzakelijk achten: ..een sj-
tuatie, waarbij de koppige eigenaar van
een rnosselbank de uitvoering van werken
die mfllioenen kosten, kan doen staken,
lijkt ons met billijk", aldus een Belgisch
ingenieur
Wat de kosten betreft, fs men thans te
Brussel en te Antwerpen algemeen van
oordeel, dat er geen enkele goede grond
bestaat orn Nederlandsche betaling te
eischen van werken, die Belgische belan
gen moeten dienen. Wil Nederland, om re
doncn van souvereiniteit, liever zelf een
deel betalen, of leveren sommige werken
(drooglegging) voordeden op voor beide
partijen, dan zal men het over die geld-
quaestie zeer gemakkelijk eens worden. De
discussie over de „rekening", welke een
paar jaren geleden zulk een Iiomerlschen
omvang nam, kan sis gesloten beschouwd
worden.
F.en andere quaestie, welke voorgoed van
de baan lijkt te zijn, is die der intematio
naliscering van het Schelde-beheer; in ge
zaghebbende kringen wordt er niet meer
aan gedacht en waar er hier of daar nog
«en dilettant-politicus is, die met zulke
planDen voor den dag komt, wordt hij zelfs
door een blad als het Antwerpsche Han
delsblad terecht gewezen.
ResumpUe.
Wanneer wij nu resumeeren alles wat
wij over deze quaestie in Belgiè hebben
kunnen vernemen, dan komen wij. tot de
volgende stellingen
I. Het annexionisme heeft in de officieelc
en gezaghebbende kringen niets meer te
bpteekenen. Het is ook allerminst een volks
beweging Het is geworden wat de zooge
naamde Dietsche beweging hier te lande
is het liefhebberijtje van een aantal in-
tellectueeJen. Natuurlijk kunnen dergelijke
liefhebberijtjes het ernstige politieko work
wel eens verstoren. Naarmate dit werk
echter beter gedaan wordt, verliest het rel
letje aan wat het nog voor beteekenis zou
kunnen hebben.
II. Wat de verbinding tusschen Rijn en
Schelde betreft, vraagt men alleen een vei
li gen weg. Wij hebben den indruk gekre
gen, dat men genoegen zou nemen met het
project van Konijnenburg. Met zekerheid,
met volstrekte zekerheid, kunnen wij echter
zeggen, dat de Belgen niet over een paar
kilometers min of meer zullen „zeuren"; de
vraag of de nieuwe waterweg links of
rechts van Bergen-op-Zoom zal loopen, ach
ten zij niet belangrijk zjj willen echter be
vrijd worden van de noodzakelijkheid om
den stroom van binnenvaartschepen op den
zeevaartweg der Wester-Schelde te laten
uitmonden. Ook aan het Hellegat wordt
groot belang gehecht. Toen wij de vraag
stelden, of men het project van Konijnen
burg. in geval nadere bestudeering ervan
uitwijst, dat het technisch aan alle eischen
voldoet, als een goede oplossing zou aan
vaarden. werd ons 'n bevestigend antwoord
gegeven. In dit verband willen wij er toch
even op wijzen, dat men in de Belgische in
genieurskringen grooten eerbied heeft voor
de kennis en het kunnen onzer waterbouw
kundigen 'n hoogleeraar aan de Gentsche
Ingenieursschool sprak ons o.m. met den
groolsten eerbied over oud Minister Lely,
wiens overlijden hij pas vernomen had.
III. Op de Wester-Schelde wenscht België
thans niets meer dan de uitbreiding van het
nu geldende regiem voor zoover dit noodig
is, om een rustigen arbeid ter normalisee
ring van de rivier mogelijk te maken.
IV. Wordt er aan deze Belgische verlan
gens betreffende de Zeeuwsche wateren vol
daan, dan is België van zijn kant bereid de
best mogelijke verbinding te geven met zijn
eigen knnalennet in het Oosten on ook met
den nieuwen waterweg tusschen Luik eri
Antwerpen, die het ontworpen heeft. Over
de waarschijnlijkheid, dat dit nieuwe ka
naal. dat volgens de plannen voor schepen
van 1300 ton zou gemaakt worden met de
mogelijkheid orn het later ook bevaarbaar
te maken voor schepen van 2000 ton. inder
daad gegraven worden zal, hebben wij sris-
teren reeds het noódige gezegd. Een enkele
opmerking dient daar echter nog aan toe
gevoegd te worden de Belgen beweren
namelijk, dat het van groot belang is, in tijd
van oorlog of van crisis, een verbinding ge
heel op eigen grond te hebben, die dus niet
door Maastricht loopt. De waarde van het
argument ontgaat ons: het moet toch im
mers niet moeilijk zijn met de moderne
artillerie een kanaal op een paar kilometers
afstand onbruikbaar te maken.
Een oordeel over deze technisch-milltalre
quaestie willen wij ons echter niet aanma
tigen. Van belang is alleen, dat het argu
ment een groote rol speelt in het debat over
de directe kanaalverbinding. LuikAntwer
pen.
Chantage of reciprociteit.
Wat de werkelijkheid zoo bijzonder ge
compliceerd maakt, is, dat er zeer dikwijls
tallooze namen bestaan voor een zelfde
ding. Alles hangt of van het standpunt
voor Amersloori en Omssrckcn
Langegracht No. 4 Telefoon 304
AME3SFOORT
Directie: A. H. MARTENS.
men denke bijv. maar eens aan den leelijken
naam, dien sommigen Freudianen geven
aan de eenvoudige operatie, waarbij een
moeder haar kleinen jongen kusL Het zou
ons dan ook geenszins verwonderen, als dat
gene, wat de Belgen reciprociteit noemen,
hier te lande door enkelen chaptage zou
worden geheeten.
Zij hebben geen recht ons daar buiten (e
houden op de Maas.; de moderne internatio
nale opvatting eischtenz.
Wij zijn van meening, dat men de rechts*
quaestie hier beter kan laten rusten het
recht op de Maas evenals dat op den weg
naar Antwerpen is buitengewoon gecompli
ceerd sinds 1339 hebben zich. vooral op de
Maas, allerlei feiten voorgedaan, welke men
bijna een eeuw geleden niet voorzien had
er zijn belangrijke precedenten geweest en
er is meer dan eens, vooral van Belgische
zijde, van het formeele geschreven recht
afgeweken. Daarenboven bevond het recht
van 1839 zich voor een totaal anderen toe
stand dan die van thans, welke een resul
taat ls van de' moderne techniek
Zeer terecht schreef de heer Nijpels dan
ook dezer dagen in een Handelsblad-artikel
over de Belgische kanalen „Voor goede
buren, en zelfs voor slechte, ls procedeeren
het laatste middel, waar ze toe moeten over
gaan."
aat ons de zaak hier rustig bekijken.
Rotterdam wil steeds meer hebben en Ant
werpen ook België wil zoo rijk worden als
het kan en Nederland tracht ook zijn volks
welvaart steeds te verhoogen. Niets is na
tuurlijker en de eenige gelukikge oplossing
van een dergelijke (vermeende) tegenstelling
van belangen is de 9amenwerkine. waar
door beiden tegelijk hun mogelijkheden uit
breiden.
Er dient thans te worden nagegaan. In
hoever het huidige Belgische standpunt,
zooals wij het hier omschreven hebben, zulk
een vruchtbare samenwerking mogelijk
maakt.
Wat wij met zekerheid zeggen kunnen is,
dat er in de Belgische openbare meening
een zeer machtige strooming is ten gunste
van een dergelijke samenwerking er is niet
alleen de toenemende macht der Vlaam*che
beweging, waarvan hot zoogenaamde natio*
nalisme slechts een voorloopig blijkbaar
nog onmisbare maar op zichzelf beschouwd
zeker niet belangrijke uiting is daarnaast
is er in alle partijen een steeds toenemend
verlangen naar den terugkeer tot een poli
tiek van onzijdigheid tusschen de groote
mogendheden ten slotte is er de steeds
toenemende economische tegenstelling met
Frankrijk, die België als het ware bevrijdt
van de al te nauwe banden, die het in den
eersten tijd na den oorlog met Frankrijk
verbond
Jaren geleden zeide de oud-rainister Van
de Vijvere reeds in een debat over het Fran-
sche douane-tarief, dat België zich naar het
Noorden moest richten, om daar. op voet
van gelijkheid, tot samenwerking te komen.
Een zeer gezaghebbende persoonlijkheid uit
den Antwerpschen groothandel zeide ons
thans; „We zijn Frankrijk beu." Franqui,
de groote man der machtige Société Géné
rale (in den volksmond heet het, dat hij zoo
wath alf België hoeft gekocht) wordt door
wie hem goed kennen, als „een man van
Noordelijke aspiraties" gekarakteriseerd;de
Banque de Bruxelles, de ernstigste concur
rent van de Société Générale had tot voor
kort den naam van zeer Franschgezind te
zijn dit is thans aan 't veranderen de
groep Heinemann (Sofina en andere groote
ondernemingen) In deze Banque de Brusel*
les wil van oen oriënteering naar het Zui
den niet langer weten. Hetzelfde geldt van
tal van groote industrieeJen uit het Walen
land en natuurlijk ook van de groeiende
Vlaamsche economische macht onder lei
ding van de „Algemeen© Bankvereeniging
en Bank van Leuven" wier deposito's ver
leden jaar tot anderhalf milliard franken
stegen.
Er is een nieuw België aan 't worden,
waarmede Nederland zonder gevaren en
zelfs met voordeel kan samenwerken. Wel
licht zal er zich nu ook een reëele Groot-
Nederlandsche beweging kunnen ontwikke
len, die niet langer zal bestaan in het naar
eikaars hoofden slingeren van historische
herinneringen, maar die de krachten zal
vereenigen, welke samen nieuwe materieelé
en geestelijke rijkdommen zullen scheppen
voor de beide staatsvolkeren en de heide
„stammen" die deze lage landen bij de zee
bewonen, tusschen Frankrijk en Duitsch
land en de wijde, open zee.
Volledige clcctrischc tractie ov
ie lijn Amsterdam
Rotterdam.
UIT DE STAATSCOURANT.
Benoemd tot Ridder der Oranje Nassau-
orde L. F. Verdoorn, administrateur van de
Banjoemasche Volksbank.
Op verzoek eervol ontslagen met 1 Sept.
a s. met dank voor de belangrijke diensten,
dr. L. II. Siertsemn, als gewoon hoogleeraar
aan de Tech. Hoogeschool te Delft.
Benoemd tot leden bij de Rijkscommissie
voor graadmeting en waterpassing I'rof. Ir.
J. W. Dieperink, hoogleeraar in de geodesie
aan de Landbouw Hoogeschool te Wagenin
gen en Prof. Ir. W. Schermerhorn. hoog
leeraar in de geodesie aan de Technische
Hoogeschool te Delft
Opnieuw benoemd tot leden van de Rijks
commissie \oor de ontwatering L. F. J. M.
baron van Voorst tot Voorst, te Twello, en
Ir. J. P. van I.onkhuyzen te Arnhem, en be
noemd tot leden van die commissie Ir. A. L.
de Gelder te "s-IIertogenbosch cn Ir. E. J.
Kern pees te. Arnhem.
Met ingang van 16 Maart op verzoek eer
vol ontslagen uit den zeedienst: de officier
van gezondheid 1e klasse G. D. Maas;
bevorderd tot officier van gezondheid lo
klasse die der 2de klasse S. van Dam;
met ingang van 1 April op verzoek eer
vol ontslagen A. J. van Niekerk, als chef-
drukker bij de Topographische Inrichting.
met ingang van 21 December 1928 eervol
ontslagen uit den militairen dienst de Ad
judant in Buitengewonen Dienst van- ie
Koningin, de reserve-luitenant-kolonel Jhr.
H. A. van Reigersberg Versluys van het le
Regiment Huzaren.
J. S. THEUNISSBN. f
In den ouderdom van 79 jaar fs te Den
Haag overleden de heer J. S. Theunissen.
oud-officier der artillerie en gep. technisch
hoofdambtenaar
De verassching zal plaats hebben Zater
dag as. in het Crematorium te Velsen na
ankomst van trein 13.16 halte Driehuis—
Westerveld.
REV. SOC. PARTIJ.
Sneevliet eerste op de lijst.
Het feit. dat Stenhuis zich wegens ziek
te heeft teruggetrokken, brengt geen enke
le verandering in de bestaande plannen tot
oprichting der Revolutionnair Socialis
tische Partij, zoo meldt men aan „liet
Volk". Het voorloopig comité kwam Maan
dag in vergadering bijeen en besloot de op
2 en 3 Februari a.s. aangekondigde lande
lijke bijeenkomst te laten doorgaan. Voor
gesteld zal worden, aan de Kamerverkie
zingen deel te nemen en Sneevliet als no.
1 op de Rjst te plaatsen.
Naar Het Volk verneemt, ligt hot in de
bedooling van de directie der Nederland
sche Spoorwegen, de tractie op het traject
Amsterdam—Rotterdam in de toekomst
volledig electrisch te maken.
Men weet, dat de persopen trainen, die de
verbinding tusschen de hoofdstad en Rot
terdam onderhouden, sinds 1 October 1927
met electrische tractie worden gedreven. De
internationale treinen op dit traject, als
mede de pnssagierstrelnen naar cn van het
Zuiden en de goederentreinen, worden nog
met stoomlocomotieven voortbewogen. Dit
levert evenwel in de practljk verschillende
bezwaren op. Zoo zet zich door den rook
op de voedingsdraden van het electrische
net een roetlaag af. Wanneer op de plaats,
waar deze roetafzetting zich bevindt, een
motorwagen passeert, krijgt men vee! \njur-
werk. Dit eeeP allereerst beschadiging aan
den voedingsdraad, want waar vuur is,
daar smelt het metaal. Vandaar, dat de
dire.ctie van do spoorwegen reeds geruimen
tijd overwoegt om de stoomlocomotieven té
vervangen door electrische.
De eenige moei lijheid. die zich daarbij
nog voordoet, ts een electrische verwarming
van de wagons der doorgaande treinen
Deze bevatten dikwijls Belgische en Fran-
sche rijtuigen en eerst na onderlnndclii**
gen zal men kunnen komen tot het p'aat-
sen van de verwarmingsapparaten. Die on
derhandelingen zullen echter geen moei
lijkheden opleveren.
De tractie door middel van electrische
locomotieven levert verschillende voordee
len op. Men kan sneller optrekken cn een
beduidend grootere snelheid ontwikkelen.
Voorts is de capaciteit van een electrische
locomotief bij gelijk gewicht grooter dan
van een sloonvlocomotief.
Een ander groot voordeel 16, dat men bij
electrische tractie ongeveer de helft van
het aantal locomotieven noodig heeft van
dat bij stoomtrnctle. De stoom-locomotieven
toch moeten geregeld, na een aantal be
drijf* uren nagezien worden, terwijl dit bij
electrische locomotieven niet noodig is.
Ook vi.or de goederentreinen zullen de
nieuwe electrische locomotieven gebezigd
worden. 7ij kunnen de zware treinen met
een snelheid van 60 K.M. vervoeren en zul
len op den dag tusschen de rassacderstrei-
nen worden gelegd, zonder dat vertraging
daarvan het gevolg behoeft te zijn. De lo
comotieven. die de directie van de N. S.
denkt te gebruiken, zullen 2500 P.K. kun
nen ontwikkelen en voorzien ziin van do
z.g. as-motoren met tramophanging.
JHR A, H. DE STUER8, f.
Na een langdurig lijden is in den ouder-
dom van 64 jaar to den Haag in het Roode
Kruis Ziekenhuis overleden jhr. A. II. de
Stuera. die in vroegere jaren administra
teur van een suikerfabriek in ïndië is ge
weest en daarna administrateur van de
goudmijnen op Celebes.
De verasscbing zal plaats vinden op Za
terdag 2 Februari a.s te Westerveld na
aankomst van trein 11.46.
Langestraat 56 Telef 115.
Zoek de waarheid zelf; dat is vruchtbaar
der dan de onwaarheid van anderen in het
licht te stellen.
Door E. PHILIPS OPPKNIIKIM.
Geautoriseerde vertaling van Mej. E. J. B.
-8
„Deze dingen worden van mij verwacht",
Snerkte hij op.
„U zou-4 anders kunnen leven, als u wilde.
Er is bijv. een groote leege plaats m de we
reld dcT politiek U soudt gemakkelijk oen
leider kunnen worden van de denkers U kon
een nieuwen weg wijzen aan de jongelui van
Ow generatiedie zijn allen zeex frivool. Dit
schijnt op uw weg te liggen. Het zou mij niet
lijken, maar ik ben een heiden dat is u niet.
Waarom wenscht e er «en te worden U volgt
ftiet uw natuur".
„Ik v/raag mij af, hoe u weet wat mijn
aatuuar is".
„Ik voel voot het psychische", verzekerde
rij hem. „Vreemd genoeg" trekt u mij aan Ik
Zou gruag uw mentoi willen zijn. Het zou niet
goed voor u zijn, maar het zou mij amusee-
len".
„ik ben bereid uw gehoorzame pvpil te
rijn" verklaarde hij. „U en Eustatius zullen
mijn opvoeding voltooien. U zult zien dat ik
Zeer buigzaam ben".
Zij keek hem een oogenblik peinzend aan.
Daarop keerde zij zich om
rrKom met mii mee", noodigde zifjiem uit.
nJk wensoh u mijn boeken te 'oonen.
Hij volgde haar dooi da k&nvera dia nu op~
nieuw vol menschen was, naar buiten, naar de
hall. Hij merkte op, dat het een eigenaardig
heid van haar was, langs haar gasten te loo
pen, alsof ze ze nauwelijks zag een eigen
aardigheid, die zij zich scheen te hebben aan
gewend, want niemand hield hen op, hoe
wel er verscheidene meuwaangekom.enen wa
ren. Zij voerde hem door de hall en naar be
neden naar een gang, verlicht door lampions;
aan het einde daarvan stend zij stil.
„Dit is een kamer welke weinig menschen
hebben gezien", zeide zij, een deur openend
en hem toelatend. „Hoe vindt u die
Hij keek nieuwsgierig rond. Het was een
vierkante kamer, niet grcot, met zwarte en
witte wanden, een wit karpet en zwarte gordij
nen, een reusachtige divan van zwa-t satijn
en gr note fauteuils met zwart en oranje kus
sens. Er waren boekenplanken in alle moge
lijke hoeken, een tal el, waarop een onyx lees
lampje, bedekt met tijdschriften en bladen.
Een flatrwe geur van Turksche tabak hing in
het vertrek, vermengd met een ander parfum,
een parfum, waartegen hij een vagen tegen
zin had. Het licht was gedempt door zware
gekleurde kappen.
„Bevalt mijn kamer u vroeg zij.
„Zij is ongewoon", antwoordde hij.
Zij stond voor hem, haar armen hingen
langs haaT haar zijde, haar oogon zochten de
zijne. Tegen den achtergrond van zwarte gor
dijnen herinnerde zij* hem een oogenbKk aan
"haar eerste verschijning. Haar gelaat en ar
men schenen weer onnatuurlijk wit. hel rood
van hear lippen overheerscht- alles. En boven
al was er weer de vraag in h«aT oogen, de
zwakke, ironische uitdaging, waarmede zij
hem eerst had opgemerkt.
Nu fluisterde zij.
Ondanks al zijn onervarenheid was hij zich
instinctief bewust dat het de eeuwige uitda
ging was, waarmede hij te doen had de uit-
noodiging, die geen weigering kent. Een le-
nigkeeT van zijn puriteinsche gevoelens maak
te plotseling een einde aan de lijdelijke stem
ming waarop hij zich tot nu toe had laten
drijven. Hij haatte het zachte tikken van de
Chineesche klok met haar mystieke figuren,
het cnerveerend parfum, ós zwarte divan met
zijn oranjekussensmeer dan ooit haatte hij
den spotlach van haar rooden mond, de
ocgen, die in zijn ziel lazen, de rechte lijnen
van haar rustig lichaam. De toestand veran
derde bijna even spöedig, ais hij was ent-
staan. Zij stend neg op dezelfde plek, maar
slechts het uiterlijk der dingen was hetzelfde
gebleven.
„Zeg mij, waarom u kwam vroeg zij, ter
wijl zij naar de deur ging. „Wat doet u m dit
wespennest Was het nieuwsgierigheid
„Neen".
„Wat is het don drong zij nan.
Jlk wenschte. dat ik u goed genoeg kende
om cp deze vraag te kunnen antwoorden", zei
hii.
„U zult de g.Lgenheid hebben", beloofde
zij. „Wat van mijn zirde veel gezegd is, on
der deze omstandigheden".
Zij voerde hem tenig naar het atelier, langs
o?n anderen weg die nist over de ontvang
kamer liep. Zij st^n^en op den drempel.
,,Wilt u dansen vroeg zij.
„Ik kan riet dansen".
Z'j zweeg een oogenblik. Daarop legde zji
haar hand op.zjjn arm.
..Laat ons haer ergens gaan zitten", zeide
zii.
„Ik ben moe ik wersch wffn".
Zij gingen naar de ontvangkamer Francis
kwam tot het bewustzifn van een grocte ver
rassing. Cn^er de kleine groep nieuwaange-
komen gasten bevond zich Monica»
HOOFDSTUK XIX
„The Rake's Progress", Inchte Monicp, ter
wijl zij neerzonk op een d;van in een hoeft
van hr-t ate'ier en noest zich plaats maakte
voor Francis. ï'c had niet gedacht dat wij
je hi' r zouden vinden".
„Ik bsn nog meer verbaasd u hier te vin
don", antwoorddie hij.
^Die z:t P gaf zij toe. „Ik hen ïnet Felicia
op srhcol geweest, weet je en hoewel zij veel
van iemands gcdvlJ vergt, ben ik altijd met
haar in aanraking gebleven. Bobby en Edna
wilden haar dolgraag zien dansen, dus nam
ik ze na tafel mee. Wéét je wel, dat ik je
de heele week niet heb g-zien. neef Francis?"
.Ik had het heel druk," zeide hii
„Ja, dat weet ik antwoordde zii snel. rMw
het kcopen van pennies voor polo. paarden.
kl?edirg. lunches in restaurants, en het be-
sch"=rmen van cp^rette^".
,Deze dmgen zijn een noodzakelijk onder
deel van het leven, dat jk voornemens ben te»
leiden."
„Je zult je n« zes weken doodvervelen*
waai schuwde zij hem. „Jk zou een v»nd1 bete*
mentor vcor je zijn dan Eustatius Er is we
zenlijk niets in de wereld zoo zinloos als he»
„vroclijke" leven volgens zijn opvatting daar.
van"
„Dat zal Jk moeten ondervinden"
„Ben je niet borg, dat het avontuur je iets
zal kosten van je gevoel van eigenwaarde
wa-gde zij.
Hii haalde de schouders op.
„Na een leven van tueht kan het zijn, da»
do reactie b^korirer voor mij heeft".
„Dat denk ik ni't", verklaarde zij. JL^shan*
d gbeid op zichzelf trekt je niet aan. daar ben
ik zeker van. IrnËen dat zoo was zou 3c je
kunnen bewijzen, dat „society" je preries het-
zolfrlc kan Huden"
„Lo^gs moeilijker weg", herinnerde hij haar.
„Misschien", moest zij «rkenncn. „Het bljjft
echter een feit, dot ik mij zeer bezorgd ©v«r
je maak, Francis Ik ben vreeseÜfk bang, dat
je cm een rf andere onbekende reden, je !e«
ven verkeerd begint Er is zooveel mooiere
voor je te deen dan je op te winden in mi*-
der'aard'g® pleotsen"
„Bijvoorbeeld
„Je moest j° ender fafcsoenlifke menschen
beg'-ven an trouwen"
.Ik zal nooit trouwen", antwoordde hij, „cn
de fatsoenlijke menschen, die 3c ontmoet hek
zij"» meestal x'ervelend",
„Vrijgezel
..Uit overtuiging'*.
Zij zuchtte.
,.Ik wiMe, dat ik een paar minuten kon spre
ken met d*»n iorg'n man, dien ik op de
ren tPellird h»"h ontmoet,"
„Ik ben dezelfde".
„Je bent veranderd", verzekerde zii be*
droef-*. ^Je was toen een koppig* jongen,
maar je wa<= t^mi Me natuurlijk Nu maak t«
mij beng. Er is iets sombers fn je uiterlijk
in je koel zoeken van verstrooiing IV wiJAe
*rv> gra^g, dat je anders wos. Francis. Wil je?
mii niet de hand drukken en een goede vriend
van mjj ziin Wd mij niet laten bewijzen,
dat ik gelijk heb? Zou dat niet een aange
name manier van leven zijn
„Mijn plannen zijn gemaakt", verklaarde hjj
op harden toon.
„Maar vaaram zou f* *man TO^houden",
protesteerde zij „Je z"lt je ju'#t gelukkig voe
len aan hef eind van dp^ weg".
..Hoe weet I# det r vroeg fci? „Wtf hebben
allen iets van het beest ir> '-os"
-• ■- Woedt