DE KONINKLIJKE JACHTVEREENIGING TIEN JAAR
DE EEMLANDEü
EEN GELUKWENSCH1
ABONNEMENTSPRIJS pCf 3 «aandeo voor Amersfoort *2.10. per maand f 0.75. per
PRIJS OER AOVERTENTIEN van 1—4 regels f 1.05 met inbegrip van eeo oewijsouinmer.
Donderdag 2 Mei 1929
27e Jaargang No. 256
AMERSFOORT LEEFT MEE
VOORJAAR 1917 DE EERSTE HONDEN
NOVEMBER 1919 DE
EERSTE JACHT
Opbloei van de ruitersport
- week (raC| gratis verzekering tegeD ongelukken) f 0.17'/v
f> innen land franco per post per 3 maanden f3.-. Afzonderlijke nummers I 0.05.
rOSTREKENING 47910 TELEFOON 1NTERC 513
DIRECTEUR UITGEVER! J.VALKIiOFF
1-elke regel meer f 0.25. Liefdadlgheids-advtrtentlco voor d«
helft vnn den prijs. Kleine AdvertentlSo „KEITJES" bij vooruitbetaling 5 regels
50 cent. elke regel meer 10 cent, drieman! plaatsen I.— Bewijsnummer «tra 0.05
Uit naam van de
ganóche burgerij
Do Koninklijke Nederlandsche JuclUVcr-
cniging viert haar tienjarig bestaan. Dat
we bij dr herdenking van dit jubileum niet
vullen volstaan met een sobere vermelding
ton hei feil in een kort bericht, doch ge
ineend h» hhen Ier gelegenheid van dit twee-
lustrum wat meer aandacht fc vestigen
op deze vereeniging moge zijn oorzaak v in-
den in.de omstandigheid, dat de zetel van
deze jubileerende ereeniging, »lic zeer ze
ker de grootste op liet gebied van .iacht- en
paardensport in deti lande genoemd kali
worden, gevestigd is in de stad onzer in-
coning. Immers steeds is er een nauwe
b i ml geweest tusschen Amersfoort en de
achtvereenigiiig. Een band, die in de eer
ste plaats lutar oorsprong vindt in liet feit,
dat onze stad als garnizoensplaats een
groot aantal leden van deze vereeniging
telt, terwijl ook de jachten, die de K. N. .1.
zoo vaak in de omgeving dezer gemeente
organiseert, zich steeds in een groote be
langstelling van de ingezetenen mogen ver
heugen. Zelf zijn wij steeds tegenwoordig
Iuj de meet en het is ons daarbij meer
dere malen opgevallen, dat dit samentref
fen van de deelnemers en deelneemsters
aan een jachlrit, door tallooze stadgenoo-
len met groote belangstelling wordt gade
geslagen en beschouwd wordt als een at
tractie, die rnen niet gaarne zou willen mis
sen. Als wij dit schrijven gaan onze ge
dachten onwillekeurig terug naar dat be
kende punt nabij het hotel Oud-Leusden,
de plaats \\;aar de K. N. J. V. reeds zoo
menig maal een jacht is begonnen. Lang
voor den tijd van vertrek heerschte daar
steeds een groote bedrijvigheid. De oppas
sers brengen de paarden aan van hen, die
zelf per auto of op andere wijze komen. De
groote grijze auto waarin de paarden van
elders worden vervoerd is reeds een oude
bekende geworden, die zelden of nooit ont
breekt. En terwijl het. vrijwillig muziek
corps van het Ie Regiment Huzaren onder
leiding van kapelmeester Klijnen den tijd
van wachten met het spelen van vroolijke
marschen kort, arriveeren voortdurend de
ruiters en de amazone's. De heeren, voor
zoover zij behooren tot het officierscorps,
in de uniformen van hun wapens, anderen
weer in het kleurige rijcostuum, de röode
las cn witte pantalon, een bonte mengeling,
die vooral wanneer de zon eveneens van
de partij is, aan het geheel zoo'n bijzonder
bekoorlijk aspect geeft. En door deze pret
tige drukte van kennis maken en voorstel
len, muziek en paardengetrappel, de pers
fotografen, haastig heen en weer loopend,
om menig vroolijk groepje op de gevoelige
plaat vast te leggen. Dan plotseling de wel
bekende stem van Tom Champion, het
klappen van den zweep van den jagermees-
ter. De honden zijn in aantocht, lustig
langs den grond snuffelend om een spoor
te ontdekken. En wanneer er een hij dit
ijverig zoeken wat al te ver afdwaalt dan
is een enkele roep van den jagermeester of
van den kennelhuntsman voldoende om
de meute weer bij elkaar te brengen. En bij
dat alles meestal een groote menigte be
langstellenden, die per pij wiel, auto of ook
wel te voet naar hier zijn gekomen, om ge
tuige te zijn van dit schilderachtig tafe
reeltje, dat wij zoo menigmaal, dank zij de
Jachtvereeniging mogen genieten en dat
wij niet gaarne zouden missen.
Amersfoort en de Koninklijke Nederland-
sche Jachtvereeniging, twee die nu eenmaal
bij elkaar behooren en niet te scheiden zijn.
Jlet lijdt dan ook geen twijfel of goheel
\ruersfoorl zal zich verheugen in het 10-
jarig beslaan, dat de K.N.J.V. thans her
denkt. Wij rneenen dan ook wel ditmaal
te spreken uit naam van de gansclie bur
gerij, wanneer wij hier de jubileerende ver-
eeniging onze hartelijke gelukwenschen
aanbieden met haar lOden verjaardag en
daarbij den wensch voegen. dat zij nog tot
in lengte van dagen moge groeien en bloeien
tot heil van de paardensport itt het alge
meen en het jachtrijden in het bijzonder
DE BURGEMEESTER .1.1.Y
'T WOORD:
WELWILLEND STADSBESTUUR
En een belangstellende
bevolking
KA TIEN JAREN
Vanaf dal oogenblik was e
succes verzekerd
Aan alle geschiedenis gaai een korte
vóórgeschiedenis vooraf. Nu, de vóórgeschie
denis van de Koninklijke Neder 1 andsche
Jachtvereeniging is niet bepaald zoo héél
kort te noemen. Met de voorbereidselen
toch werd een aanvang gemaakt, ruim
twee jaar vóór tot oprichting kon worden
overgegaan.
Men moet. zich even den toestand onmid
dellijk na den oorlog indenken, de Ko
ninklijke Veluwsche Jachtvereeniging had
in 1914 hare meute weggedaan en was niet
voornemens opnieuw honden aan te koo-
pen, over het algemeen heerschte een de-
pressiegevoel, men zag de toekomst van de
ruitersport donker in en wilde geen risico's
aanvaarden.
Niettemin waren eenige personen vast
besloten het jachtrijden achter de honden
weder in te voeren. Zij begrepen wel, dat
onder deze omstandigheden een vaag plan
geen kans van slagen zou kunnen hebben.
Men moest zich honden verschaffen cn met
deze honden gaan jagen, dan zou men zich
aansluiten en kon een deugdelijke organi
satie tot stand komen.
In het voorjaar 1917 slaagde de Heer H.
P. M. van der Aa er jn, zeven honden te
verkrijgen van de Rallye-Tulpin, eene meu
te uit de omstreken van LüTk. Het was zeer
moeilijk voor deze honden een onderkomen
te vinden en, m (lezen tijd van voedsel-
schaarschte, voor hunne voeding te zorgen.
Zij werden overgegeven aan Lt. W. A. M.
Westeroüen. \an Meeleren, d.ci er in slaag
de dank zij de medewerking van Kapi
tein A.. Captijn de houck n ender le bren
gen in het Depót ML t ailleur-Honden te
Waalsdorp bij 's-Gravenbage. Ook de finan
ciën moesten geregeld worden, want het
kostbare onderhoud kon moeilijk door twee
personen gedragen worden. De Kon. Mili
taire Sportverecniging, aan wie medewer
king gevraagd werd, meende zich afzijdig
te moeten houden; officieele hulp kon in
deze zorgvolle tijden niet gegeven worden.
Toch bleef de hulp niet uit; steun weid
gevonden bij Mevrouw J. M. Barones Ben-
tinck tot BuckhorstSpeelman, cn Jhr. Mr.
Dr. J. D. II. de Beaufort, die het belang
van de wederinvoering eener meute inza
gen en begrepen dat het. behoud van deze
zeven honden de eenige kans tot slagen
was.
Toen de oorlog ten einde liep, bood het
z.g. „Comité Foxhounds" bestaande uit Ba
rones Bentinck, Jhr. de Beaufort, van der
Aa en Westeroüen van Meeleren de hon
den ten geschenke aan de Kon. Veluwsche
Jachtvereeniging. Dit aanbod werd echter
niet aanvaard. Zeer zeker zouden de hón
den weder naar België zijn teruggegaan,
wanneer niet de toenmalige Directeur van
de opnieuw opgerichte Bijschool
Kolontl M. Groiulhout en de Instructeur
aan deze Inrichting, le Luitenant J. Knel
op zulk een ondubbelzinnige wijze hun
sympathie voor de zaak hadden kenbaar
gemaakt.
Aldus de vóórgeschiedenis. De Rijschool
te Amersfoort werd weder in werking ge
steld en zoodra in deze. voor de jachtsport
bij uitstek geschikte plaats, voldoende rui-
terofficieren bijeen waren, werd eene ver
gadering uitgeschreven en op 29 April 1919
het besluit genomen tot oprichting van de
N e de r 1 a n dsche Jaclitvereeniging
De Koninklijke Nederlandsehc Jacht
vereent ging vindt haar Centrum
Amersfoort, dank zij de ruime gelegen- j
hcid voor terreinrijden. Moge de:c om-
standighcid nog lang voortduren cn voor
Jubilarisse cn voor onze Gemeente.
Aan de Vereen iging bied ik gaarne
mijne hartelijke Gelukrccnschcn aan. Moge
zij nog menig jaar de leiding hebben
bij deze mooie sport.
v. liANDWlJCK
Burgemeester van Amersfoort
Dc menie rer&wikking na eori spr.oueade achtervolging, door het
landschap. In ovaal: Baron Rer.yers, voorzitter K. N. J. V.
heuveirijke
Bij Oud-Lcus-
den: de kleurige
jachtstoet op weg naar
de meet. Op den achtergrond
het pittoreske torentje, dat reeds
dikwijls de leden dsr K. N. J. V.
langs zijn voet zag trekken.
Het eerste Bestuur was als volgt samen
gesteld: W. J. lloytema, voorzitter W. A.
M. Westeroüen van Meeteren, secretaris; J.
Knel en W. Ei Mathon.
De honden waren inmiddels twee jaar
in Nederland en niettegenstaande de
voedselschaarschte uitstekend in condi
tie. Zij waren steeds onder leiding geweest
van Lt. Westeroüen van Meeteren, die ech
ter als gevolg van de mobilisatie herhaal
delijk afwezig was. In deze omstandighe
den ondervond hij krachtige hulp van zijne
echtgenoote, die wederom bij deze voor
eene vrouw zeer zware taak geholpen werd
door den geïnterneerden Engelsclien
ritmeester G. Nairno Reynolds.
Bij de oprichting der Vereeniging
werd de meute overgebracht naar
Amersfoort, waar zij eerst on
dergebracht werd in de afzon
deringsstal van het Veteri
nair Hospitaal, later in een
barak van het Kamp de
Vlasakkers. 27 Novem
ber 1919 werd de eerste
jacht achter de honden
gereden voor veld van
bijna 200 amazones en
ruiters. Vanaf dat oogen
blik was het succes der
vereeniging verzekerd.
Weinig vereenigingen
zullen echter hebben
moeten optornen tegen
zulk een berg van moei
lijkheden als de Neder-
landsche Jachtvereeni
ging. Letterlijk niemand
behalve de met name ge
noemde personen, had eenig
vertrouwen in de onderne
ming. Het. „doodgeboren kind
je' is de Vereeniging geduren
de meerdere jaren genoemd. E
geschiedenis heeft echter bewezen
dat de Nederlandsche Jachtver
ging recht van bestaan had en voldeed aan
eene behoefte. Begonnen met 51 leden sloot
het eerste dienstjaar met het getal 202 niet
tegenstaande in dat jaar slechts 11 jachten
konden worden gereden, met slechts drie
deplacementen.
Ritmeester W. J. van lloytema was een
voorzitter, zooals men behoefde in de eerste
jaren van een jonge, krachtige opbloeiende
vereeniging. Hij begreep wat de N.J.V. zou
kunnen worden en werkte in groote lijnen.
IIij was optimist, \ol vertrouwen en had
moed om te wagen. Zelf een vlot ruiter en
vroolijk mensch in gezelschap, spreker met
talent, was hij een gaarne geziene persoon
lijkheid bij de jachten. Lang mocht de Ver
eeniging hem niet behouden, daar hij op
i April 1921 onverwachts overleed.
Al was het succes der Vereeniging steeds
stijgend, de moeilijkheden werden aan het
Bestuur niet bespaard. Orn veel personen
van de sport te doen genieten moesten vele
en dure reizen met de meute gemaakt wor
den, het militaire personeel, dat in de eerste
jaren werkzaam was gesteld, moest vervan
gen worden door duur betaald burgerper
soneel. Aldus kwam Tom Champion in
dienst der Vereeniging. Langzaam, maar
zeker werden alle bezwaren overwonnen.
De meute bleef na de oprichting onder
leiding van Lt. Westeroüen van Meetere|),
'lie eerst den titel van Ilulpjagermeester
verkreeg en na een jaar tot Jagermeester
werd benoemd. Met de algemeene leiding
der jachten werd gedurende het eerste jaar
belast Ritmeester Jhr J. W Godin de Beau
fort.
Vanaf de eerste jacht was de Res. Luite
nant der Iluzarcn Jhr. H. Radermacher
Schor er. in functie als whipper-in. Thans
nog vervult Jhr. Schorer deze plaats, zij
liet ook met den tang van Iiulp-Jager
meester. Het vorig jaar werd hem een
grootsche hulde bereid, na het lijden van
zijn 250ste jacht
Op 1 Mei 1922 trad Lt. Westeroüen van
Meeteren af als Jagermeester cn werd op-
Zccr Geachte If eer Redacteur.
Volgaarne voldoe ik aan Uw verzoek een
inleidend woord te schrijven in het K. N.
J. V. nummer, hetwelk de Redactie van hel
Amersfoortscli Dagblad voornemens is uit
tc geven ter gelegenheid van het 10-ja rig
bestaan der Kon. Ned. Jachtvereeniging.
Het feit alleen dat door Uwe Redactie een
extra K. N. f. V. nummer wordt uitgegeven
wijst reeds op de zeer goede verstandhou
ding, welke er tusschen Amersfoort's bur
gers cn de jubileerende Vereeniging be
staat en gaarne geef ik dan ook uiting
aan de gevoelens van erkentelijkheid voor
de medewerking en tegemoetkoming welke
wij steeds, waar noodig, van Gemeentebe
stuur en inwoners mochten ondervinden.
Dat de zetel van het Bestuur der K. N.
J. V. tc Amersfoort geen louter toeval is,
moge wel blijken uit dc geschiedenis, ruim
50 jaar her. Toen werden door den toenma
lige n luitenant der Rijdende Artie. W. Ba
ron van Nagelt, pogingen aangewend een
soortgelijke vereeniging alhier op te rich
ten. Dc centrale ligging, dc wonderschoonc
omgeving, een welwillend stadsbestuur en
eene belangstellende bevolking, waren hier
aan zeker niet vreemd cn hebben 10 jaar
geleden in ruime mate bijgedragen tot de
oprichting der Kon. Ncd. Jachtvereeniging
tc Amersfoort.
Ten slotte een woord van hartelijken
dank aan U, Mijnheer de Hoofdredacteur,
Uw Dagblad op dezen dag aan de feest
vierende Vereeniging tc willen wijden.
Hoogachtend,
V. BURMANIA RENGERS,
Voorzitter K. N. J. V.
gevolgd door Jhr. S. M. S. A. A. de Marees
an Swindorcn, die gedurende twee jaar
dezo functie vervulde, om in 1924
Ier zijn© werkzaamheden over
i geven aan den tegenwoordi
ge» Jagermeester, Jhr. Y. D.
Quarles van Ufford. Reeds,
in 1920 mocht aan de jeug
dige vereeniging de eer tc
beurt vallen, dat Z. K. II.
de Prins der Nederlan
den het beschermheer
schap aanvaardde. Een
bijzondere onderschei
ding was het, toen H. M.
de Koningin aan de Ne
derlandsche Jachtver
eeniging op 28 Maart
1924, dus nog vóór de
Vereeniging vijf jaar be
stond, haar het praedi-
kaat „Koninklijke" ver
leende. Zeer zeker was er
alle reden tot vreugde,
toen in Mei 1924 het vijfja
rig bestaan der Koninklijke
Nederlandsche Jachtvereeni
ging gevierd werd met een
groot ruiterfeest op het sporl-
rrein Birlchoven. Als wij in het
algemeen het werk der Vereeniging
deze tien jaren nagaan, dan mag
geconstateerd worden, dat zij voor een
zeer groot deel heeft bijgedragen aan dcD
opbloei van de ruitersport na den oorlog.
Vooreerst da.n voor de burgerruiters. Als
wij eens nagaan, hoe de gelégcnheid voor
het terreinrijden voor burgers was vóór
den oorlog, vergeleken met thans, dan is
het verschil enorm. Vroegerslechts en
kele carousselvereenigingen, waarvan som
mige weieens een terreinrit organiseerden,
voorts eenige jachtvereenigingen, die
jachten hielden, maar ook jaren lang niets
deden, al naar mate het bestuur tijdelijk
meer of minder activiteit vertoonde. Van
eene regelmatige beoefening van het ter
reinrijden' was geen sprake.
Thans kan ieder burger regelmatig ge
durende het winterseizoen aan jachten
deelnemen, vooreerst aan de door de Kon.
Nederl. Jachtvereeniging uitgeschreven
jachten en bovendien aan de jachten van
de plaatselijke vereenigingen, die alle op
den leest der K.N.J.V. zijn geschoeid, cn op
dezelfde wijze werken. Wij geloovon dat.
dank zij dit systeem, de vereenigingen "niet
meer als vroeger, geheel afhankelijk zijn
van de activiteit van een voorzitter of se
cretaris, integendeel, er wordt gewerkt naar
vasten grondslag volgens een systeem, dal
ieder kent cn waarin ieder vertrouwen
heeft.
Dat de schier onbegrijpelijke uitbreiding
van de burgerruitersport aan de K.N.J.V.
voor een groot deel to danken is nie
mand zal het ontkennen.
Wat de militairen betreft, nemen wij
eerst de beroepsofficieren. Vóór den oorlog
werd veel aan de jachten deelgenomen van
de Kon. Veluwsche Jachtvereeniging en de
waarde daarvan werd volkomen erkend.
Helaas zou deze vereeniging na den oorlog
echter niet op denzelfden voet hebben kun
nen doorwerken met het oog op dc hooge
kosten en de beperking der Arnhemsche
terreinen. Het rijden van jachten in de
garnizoenen was absoluut afhankelijk van
dc activiteit van enkele officieren en bet