.ftMERSFOODHSCH DAöBlAD Paedagogiek der abnormale jeugd De Plaatsvervanger Maandag 13 Mei 1929 27e Jaargang No. 264 EEN CONGRES TE DEN HAAG Een mijlpaal voor de „heil- paedagogiek" NEDERLAND EN BELGIE UIT HET BOUWBEDRIJF DE VLIEGBOOTEN INDIE NAAR FEUILLETON. .DE EEMLANDER'j De landelijke studiecommissie voor het buitengewoon L.O. bijeen Ter opening en inleiding van de „Lan delijke" Studiecommissie voor het buiten gewoon lager onderwijs, is te 'sGravenhage een bijeenkomst gehouden, onder voorzit terschap van ds. .T. L. Pierson uit Bilthoven. Namens den minister van Onderwijs werd deze bijeenkomst bijgewoond door dr. A. van Voorthuizen, inspecteur van het bui tengewoon lager onderwijs. Voorts waren onder de aanwezigen verschillende hoofd inspecteurs en inspecteurs van het onder wijs, vertegenwoordigers van gemeentebe sturen en van schoolbesturen cn andere belangstellenden. Bij den aanvang der vergadering heeft prof. Kohnstamm uit Amsterdam, die in verband met de vergadering van den On derwijsraad slechts korten tijd aanwezig kon zijn, enkele woorden gesproken. Van ganscher harte verheugde Spr. zich over de totstandkoming der commissie, waar hij van den aanvang af deze zaak groeiende heeft gezien. Spr. achtte deze zaak niet alleen belangrijk voor het bui tengewoon onderwijs, maar ook voor het onderwijs over de geheele lijn cn voor de geheele paedagogiek. Vervolgens heeft ds. Pierson. als voorzit ter van het Federatief Comité voor den landelijken studiecursus, de eigenlijke ope ningsrede voor deze bijeenkomst uitgespro ken. Op 22 Oct. 1927 kwamen op gelukkig ini tiatief van den inspecteur van het buiten gewoon 1. o. dr. Van Voorthuizen, een 16- tal pei'sonen te Amsterdam bijeen, als af gevaardigden van verschillende corporaties op onderwijsgebied, of als wethouder in onze groote steden, die hun belangstelling in de zaak van het b. 1. o. medebrachten. Doel waste komen tot een terbetering van de opleiding van leerkrachten bij het b. 1. o., welke dringend noodig werd geacht. Verschillende kringen waren vertegenwoor digd en daar de noodzakelijkheid werd ge voeld om door samenwerking iets tot stand te brengen, met behoud van ieders vol komen vrijheid, was de eenstemmigheid van zelf verkregen. Drie commissies, elk van drie leden, werden aangewezen uit de verschillende vertegenwoordigende corporaties: Voor de Neutrale delegatie uit de heeren prof. dr. Pb. Kohnstamm, dr. D. Herderschee en P. H. Schreuder voor de B.K. delegatie uit de heeren dr. P. J. M. van Gils (later ver vangen door dr. Th. Verhoeven), prof. dr. F. Koels en G. A. E. Christ, cn voor de Protè Chr. delegatie uit de heeren prof. dr. J. Waterink, ds. J. L. Pierson. dr. P. .T. W. \slt\ Gils cn P. II. Schreuder. terwijl dr. A. van Voorthuizen zich bereid verklaarde, het comité als adviseur terzijde te staan. De verwachting, dat reeds in het jaar 1928 de cursus zou kunnen aanvangen, bleek een te vrome wenscb. Een leerplan ontworpen door hel Federa tief Comité, werd inmiddels door den mi nister van Onderwijs aanvaard en finan- eieele steun voor 1929 werd toegezegd. Spr. stemde volkomen in met wat een der gedelegeerden van bei R. K. b. 1. o. hem schreef, toen de financieels hulp der re geering was toegezegd, en hij vertrouwde dat allen daarmede instemmen „Nu mei goeden moed aan den gang. Onder Gods zegen zal onze arbeid ongetwijfeld rijke vruchten dragen." Waar deze wil heerscht; is er inderdaad niets te vreezen. Die wil leve ook in het hart der onderwijzers, die door den cursus geholpen zullen worden om hun moeite volle en zelfverloochenende taak heter te vervullen. Of men in ons land zal komen tot het stichten van een seminarium, zooals te Zurich hestaai, heslisso de toekomst. Spr. geloofde, dat wij ons daarover niet liehben te hekommeren, cn wel omdat hij een vast vertrouwen heeft in ons eigen volks karakter, dat het niet noodig lieeft, andere volken na te doen, maar door zelfstandig verworven inzicht leert verstaan welke weg voor ons de beste cn doeltreffendste is. Op deze redo volgden bijvalsbetuigingen. Hierna was het woord aan den inspec teur voor het buit 1. o. als vertegenwoor diger van den Minister. Spreker begon met de vraag te stellen wat is de beteekenis van dezen dag voor het buitengewoon onderwijs? Hij meende, dat als de groote gebeurtenis op den voor grond mag worden geplaatst, de officieele erkenning van de opvoedkunde der abnor male jeugd als afzonderlijk wetenschappe lijk vak. Door de belangstelling, die van Rijkswege voor den cursus wordt getoond, komt het er voor de „heilpaedagogik" in Nederland in eens geheel anders voor te staan. Wij voelen, dat er op het bedoelde terrein reeds vrij wat in ons land is ge werkt. Namen als van A. J. .1. Schreuder en van dr. Herderschee cn van vele ande ren mogen met eere worden genoemd Tot nu toe heeft echter ontbroken een syste matische bestudeering van het aangegeven vak. Wat de paedagogiek der abnormale jeugd eigenlijk bedoelt, meende Spr. als volgt te kunnen omschrijvenzij tracht hetgeen er te vinden is aan medische en psychologi sche verschijnselen bij dc abnormale jeugd te gebruiken tot aanwijzingen voor de practische paedagogiek. Nu is het merkwaardig, dat dit nieuwe vak niet uit wetenschappelijke kringen is voortgekomen, maar. dat. het is ontstaan door de dringende behoefte aan welen- schappelijke voorlichting bij de menschen van de praktijk van het onderwijs. Dat deze zaak voortdurend aan de orde is ge weest. is een bewijs hoezeer de voorlich ting in den vorm van een cursus wérd go- wensclit. De groote moeite, die het heeft gekost, om den cursus tot stand te bren gen, vindt derhalve niet haar oorzaak in een Ie geringe aandrang van de zijde der leerkrachten bij het buitengewoon onder wijs, doch is een gevolg van de omstandig heid, dat zij, die als docenten moeten op treden. nog zoo weinig duidelijk omschre ven vinden, wat zij hebben te behandelen. Wij missen op dit oogenblik in Nederland nog een man of vrouw, die volkomen be voegd is de „heilpaedagogik" te docBérén. Mén kan er echter van overtuigd zijn. dat geen beter middel bestaat om een derge- 1 ij ken man Le doen geboren worden, dan liet in liet leven roepen van den cursus. Het belangrijkste dat de cursus kan doen is. naar Spr.'s oordeel, de deel nemers te doordringen van liet besef, dat de paedago gische behandeling, welke op het zwakzin nige kind wordt toegepast, berust op een juiste wadrdeering van de verschijnselen, die bij liet kind worden waargenomen. In aansluiting op dezqi opening van db studiecommissie heef! prof. Waterink uit Amsterdam een inleidende voordracht ge houden voor hel werk der commissie. Spr. heeft daarin uiteengezet, dal Je cur sus moet staan in het teeken der organi sche paedagogiek. Men rnoet hei leven zien als ecu plant, waarin alles samengroeit, maar met oneindige variatie. Aan de klei nen de misdeelden moeten gegeven worden de juiste bodem, het juiste licht en de-juiste warmte, opdat ook zij kunnen opgroeien. Daarnaast wees Spr. op de noodzakelijk heid orn, zoo de paedagogie ooit een tota liteit wil worden, liet abnormale kind tc bestudeeren. Deze studie kan ook voor de gezonden een zegen zijn. De Nederlandsche nota van antwoord De correspondent te Brussel der N.It Ct. meldt- Bij het departement van buitenlandsche zaken alhier zegt men, het Reuterbericht, volgens hetwelk do Nederlandsche nota van antwoord op een verwerping van allo Belgische eischcn zou neerkomen, te be schouwen als een middel om de volgens internationaal diplomatiek gebruik door de Belgische regeering in acht genomen dis eretie betreffende den inhoud van deze nota te breken. Het Belgische departement van buitenlandsche zaken zegt echter be sloten te zijn, zich door dergelijke midde len van zijn gedragslijn niet te laten af brengen en zal dan ook het Reuter-bericht dementeeren nóch bevestigen. De diplomatieke correspondent van de Daily Telegraph meldt: Nederland heeft de bepaalde Belgische voorstellen, welke in de laatste maanden zijn gedaan, verworpen en zich bereid ver klaard de onderhandelingen voort to zet ten op strikt zakelijke basis. Tevens geeft de Nederlandsejie regeering te verstaan, dat zij dc besprekingen niet kan voort zetten. indien de Belgische regeering vol hardt bij het gronden van haar eischen op vermeende rechten, afgeleid uit verdragen en overeenkomsten. De NedeiJandsche regeering heeft het denkbeeld aan de hand gedaan, dat deze internalionaalrechtelijke aanspraken van Belgié bij onderling goedvinden zullen worden gebracht voor het nieuwe Perma nente hof van internationale justitie, in verband met het feit. dat beide landen de „facultatieve clausule" van de statuten van dut hof hebben onderleekcnd. Het. antwoord van Brussel hierop zal met spanning worden afgewacht, niet al leen in Nederland, doch ook le Gcnève, cn door de mogendheden die de verdragen van 1839 hebben gewaarborgd. Want mo gelijk is het, dat België nog eens de lus- schenkomst van die mogendheden, d.w.z. Engeland en Frankrijk inroept, zoo niet van den Raad van den Volkenbond zelf. I zuim op 'Christelijke feestdagen zal worden j geicgeld. In de nieuwe o\ereenkomst zal een aan tal plaatsen, welke in de oude overeen komst waren genoemd, niet worden opge nomen, omdat men de mogelijkheid van doorvoering van de nieuwe voorwaarden voor deze plaatsen nog niet mogelijk acht te. Later zal onder het oog worden gezien, hoever de klassenlijst zal kunnen worden uitgebreid. Daarnaast zal nog voor eenigc plaatsen, na een onderzoek, worden vast gesteld of zij in deze klassenlijst kunnen worden opgenomen cn voor een andere plaats of handhaving op de oude plaats mogelijk is. Vóór 1 Juni zullen de organisaties een beslissing nemen. Dit zijn niet alleen Engeland cn Frankrijk, doch ook Rusland, Pruisen cn Oostenrijk, zoo teekent de N.R.Ct. hierbij aan. Overeenstemming inzake een nieuw C.A.O. Een vacantieregeÜDg Vrijdag is wederom een bespreking ge houden tusschen vertegenwoordigers van den Algem. Patroonsbond in de bouwbe drijven en de bestuurders \an de betrok ken werknemersorganisaties. Na uitNoerige discussies werd overeen stemming verkregen over de voorwaaiden voor eeti nieuwe collectieve arbeidsover eenkomst. Een en ander zal aan de goed keuring der resp. bondsinstanties worden j voorgelegd. Wordt dit compromis aan vaard, dan zal op dezen grondslag de overeenkomst worden afgesloten. De nieuwe overeenkomst, zal, naast de bepalingen van de oude overeenkomst, 2 cent loonsverhooging brengen voor eenige reeds vroeger overeengekomen plaatsen cn in 1930 een vacanlie van drie dagen. Noor deze vacantie zal met Juli worden begonnen met de financiering, waardoor tegelijkertijd de vergoeding wegens ver- STAKING HARINGVISSCHERIJ Begint heden op 100 schepen met 700 opvarenden Vanwege den Nederl. Bond van Chris telijke Fabrieks- en Transportarbeiders wordt medegedeeld, dat op een aan de Sclicveningsche reeders gesteld ultimatum geen bevredigend antwoord is ingekomen, zoodat hedenmorgen onder de opvarenden voor de haripgvisscherij staking uitbreekt. De staking zal een 100-tal schepen met plm. 700 volwassen opvarenden omvatten. WAARDEERING. Een herinnering aan de ijs- periode. Zaterdagmiddag heeft de burgemeester van Terschelling namens de burgerij van het eiland aan de bemanning van den ijs- breker „Volharding" een gouden eereme- daille uitgereikt als blijk v-au-waardeering voor bun moeilijke overtochten gedurende de ijsperiode in den afgeloopen winter. Ook aan piloot Sillevis en aan de twee meca niciens van de K. L. M., die in de moei lijke dagen de postverbinding in stand hebben gehouden tusschen het eiland en het vasteland, werden gouden medailles gezonden. Namens de equipage dankte ka pitein Alta voor de hulde. POSTBESTELLER VERDRONKEN. De hulpbesteller der posterijen G. Sjon- ger te Terhorne. die een deel van zijn be stelling, welke over water moet gebeuren, zou bezorgen, ging als gewoonlijk met zijn roeibootje op reis. Even buiten het dorp opde Home greep bij de stoomboot „De stad Zutfen" vast, om zich tot de sluis te laten meesleepen. Door een verkeerde handgreep of door de snelheid van de stoomboot kwam zijn roeibootje dwars en liep vol water, waarbij Sjonger is verdron ken. II bkl. JHR. DR. J. LOUDON Geruststellend bericht Dc berichtgever van het Hbld. meldt: De berichten omtrent den toestand van den Nederlandschcn gezant te Parijs jhr. dr. Loudon, zijn de laatste dagen zeer ge ruststellend. Men neemt aan, dat thans geen gevaar meer aanwezig is. GIFTEN. Wijlen mej. F. C. Rijpma, wed. N. W. de Boer, te Bolsward, heeft aair de Doopsge zinde gemeente aldaar een legaat van 1000 besproken. De kerkvoogdij der Ned. Hei v. gem. tc Rijswijk (Z.-Ii.) werd deze week verblijd met een anonieme gift van 1000 ter ge legenheid van de vervulling van de vaca ture in de tweede predikantsplaats, die 1 Januari gesticht werd. POSTALE ZEGEN. „Tante Pos" krijgt hier familie Ti' Naar ik hoor in 't Bergkwartier Binnenkort komt één der „Zusjes* Naar ons mooie Stadje hier. En niet slechts voor haar genoegen Komt dit goede, brave „mcnsch", Doch haar komst was er al tijden Een oprechte hartewensch. Want deez' „dame" neemt de zaken Van haar trouwe „zuster" waar, En de Korte grachtvisites f Brengen we nu spoedig déér. Onze Korte grachtsche „tante" Accepteert dat zonder strijd. Ze is voor geen cent jaloersch cn Denkt aan geen onhoff'lijkheid „Tantes" splinternieuwe „zusje" Speelt de gastvrouw net als zij. Ze serveert haar zegeningen Aan do dankb're burgerij Onze Bergkwartier bewoners Zijn geweldig in bun sas. En ze merken hoe attent of „Tante Pos" h ier voor hen was. Ze verliest verscheiden „klanten Druipen af met „stille-trom". Winst blijft toch in de „familie" En daar gaat 't per saldo om! Kom, o, kom, o lieve „dame" Hoort ons liart'lijk „Welkom" hier. Slijt Uw zegels, documenten Tn ons dankbaar Bergkwartier. Wil ors in Uw huis ontvangen Met ons Post-verdriet en -vreugd. Geef cn neem onz' dure centen Handel steeds naar eer cn deugd. Kom reeds eerder dan September. Er is al zoo lang gewacht. W il ons Bergkwartier verlossen Van die verre Kortegracht. Gooi Uw lang ontbeerde woning Voor de Bergbewoners los. „Tante Pos" is doodl Doch leve, Leve enze „Tante Pos"!! GROEGROE. (Alt rechten voorbehouden). Te Cochin aangekomen Bi| het Departement van Defensie is be richt ingekomen, dat de beide Dornier-Wal- vliegbootcn Zaterdag le 1.30 uur in Cochin zijn aangekomen. DE STAKING TE ZAANDAM. De werkwilligen. Zaterdagmiddag halfeen zijn opnieuw twintig werkwilligen uit Elburg aangeko men, die door de Schecpvaartvereenigmg „Noordzijn aangeworven om de houtboo ten tc lossen, welke dc bootwerkers gewei gerd hebben leeg tc maken. De Scheep- vaartverc viging „Noord" heeft nl. een con tract niet de boolwerkersorganisatie betref fende de lossing binnen boord. Nu de laat- sten het v.-crk hebben gestaakt, is de veree niging wel verplicht zelf de lossing ter hand te nemen. Verwacht wordt dan ook. dat nu, de „Wilton" voor de firma Pont straks ook de boot met gezaagd hout voor Bruynzecls fabrieken door dc Scheepvaarlv ereeniging „Noord" zal worden gelost. De Zaterdag aangekomen El burgers zul len eveneens op liet eiland der N.V. Hout handel v.li. William Pont worden onderge bracht. I Misschien ziet gij geen kwaad in de over al heerschende drink- sclicnkgevvoonlen zie er dan tenminste gevaar in. f door RICHARD MARSH. Vrij naar het Engelsch door C. M. G. de W. U Fluisterend sprak Talbot tot ziju vrouw „Wij zullen daar regelrecht naar toe gaan kom, zoo vlug als je kunt." En toen luider: „Daar het schijnt, dat John Eva ons den toegang tot ons eigen huis wil wei geren, zullen wij op verkenning uitgaan het helpt riiet veel of wij hier staan wach ten." Zij gingen de trap af en wandelden weg, zonder op het meisje te letten, dat vlak te gen den muur aanstond. „Ik heb het idee, dat het meisje de enve loppe gisteravond op mijn kamer gebracht heeft, en dat zij mij later heeft wakker ge maakt in dat geval is het mogelijk, dat wij hier een vriendin in huis hebben." „Ik zie nog niet in hoe ze ons helpen kan, al was ze ons goed gezind. „Neen, ik ook niet, maar dit is geen re den waarom wij er niet op hopen zouden, vooral op dit moment, nu de hoop het eeni ge is wat wij nog hebben." „Jack." „Betty." Nu maakten zo geen excusesSoeec elkaar bij den naam te noemen „Zeg, zijn de woorden van het volksliedje dat de menschen een poos geleden steeds herhaalden, niet„Houd er de moed maar in „Niet dat ik weet tot nu toe. maar je kuut niet goed verwachten, dat ik de bru taliteit van dien schavuit, je te durven buitensluiten, prettig vind. „Mij buiten laten staan Is dat liet voornaamste, dat je je aantrekt „Ja. toch het voornaamste ik heb liet gevoel of ik je in een mooien toestand ge bracht heb." „Dat is heel gek van je; daar kan jij toch niets aan doen. Je hebt het volstrekt niet gewild ik zelf wou meegaan, en ik ben heel blij dat ik meegegaan ban, als je mij maar laat begaan." „Ik ben bang, dat je niet beseft hoe moei lijk 't je gemaakt zal worden, als nu ja, bijvoorbeeld als ik persoonlijk een scher mutseling heb met John Eva ik verzeker je, dat ik na deze ondervinding veel lust heb liem zijn nek om te draaien." „Ik moet bekennen, dat ik daarbij liever niet tegenwoordig zou willen zijn en je jezelf bij die gelegenheid niet al te veel laat bezecren. Maar daar is het boschje en waar is Juffrouw Phoebc Op haar behoefden ze niet lang te wach ten. Zij was, zooals ze gezegd had, een apart paadje langs gekomen en ze hadden haar niet gezien, want nu riep ze hun iets toe. Dc stem achter lien vandaan, nu wat duidelijker, maar toch nog niet liard „Kom wat verder het bosch in, er zijn overal kijkgaten in liet huis je kunt nooit weten of ze kijken en wat ze zien of liooren." „Wat mij betreft mogen ze precies zien cn hooren wat ze willen waar ben je bang voor „Voor oom en tante, voornamelijk" Noor oom." Zij keek angstig om haar heen er was geen twijfel aan of haar zenuwachtig heid was echt en niet voorgewend. „U kent oom niet. Ilij zag er niets inDe vol zin eindigde met een huivering. „Ik kan er niet aan denken wat hij mij zou doen nis hij wist dat ik buitenshuis was en met u stond te praten. „Weet hij niet dat je hier bent „Denkt u dat ik hier zou wezen als hij het wist „Ik zou niet weten waarom niet, en nog minder begrijp ik waarom je bang bent voor je oom." „Dat komt omdat u liem niet kent, dat zei ik immers al. Het is niet te denken wat hij mij doen zou, als hij wist dat ik iets deed om u te helpen „Is u het geweest, die dien brief gister avond op mijn kamer gebracht heeft Het meisje schrikte ontzettend. Zij had haar mutsje afgezet, waarschijnlijk om minder in het oog le vallen. Haar gelaat was heel wit bij haar donker haar. Weder wierp zij angstige blikken om zich heen. „Een brief Wat v oor bl ief ik weet niets van een brief. Ik ik weet nergens van." „Ook- niet van het bezoek hier op Mon- nikslaiul van een mijnheer, Johnson ge naamd Haar angst scheen nog steeds toe te ne men. „U moet niet over zulke dingen spre ken neen, heusch niet. Ik zeg u immers, dat ik nergens van weet." „Ik vermoed, dat je liet huis bent uitge komen door een deur, waardoor wij kun nen binnengaan." „Dat is niet zoo. er is geen uitgang wan neer de luiken gesloten zijn." „Hoe kom je dan hier „Ik wist wat ze gingen doen. Toen b'en ik naar buiten geslopen, zonder dat ze het wisten. Zij wisten liet natuurlijk niet, an ders hadden ze mij dadelijk binnenge haald." „Maar waarom ben je naar buiten geslo pen Om ons een dienst te bewijzen Of ons een poets te bakken, zooals Sayers zoo even probeerde „Sayers Joe Sayers Het is gedeeltelijk Ier wille van hem, dat ik hier ben." „Wat nu Ter wille van hem De angst van het meisje was eenigszins geweken door haar boosheid en toorn. „Oom en tante willen mij met dien Joe Sayers laten trouwen. Ik Ik geloof dat oom bang is voor Toe, omdat hij te veel weet. ITij heeft geld, dat is zoo. Maar ik wil niet niet dien Joe Sayers trouwen, al had hij een schip vol geld." „Ik moet zeggen dat ik wat dat betreft aan jouw zijde sta en niet aan die van je oom en tante. Als hij innerlijk iets lijkt op wat hij uiterlijk is, dan is het geen schoon heid." „Een schoonheid Het is een duivel. Ik heb gezien hoe u hem daar straks het hek uitzette en en ik genoot ervan." „Het zou mij niet verwonderen als hij ecnigen tijd buiten moest blijven." „Neen. neen, er zijn plaatsen waar hij binnen kan komen. Niemand weet ze be ter dan hij." „Bedoel je, dat er plaatsen zijn. waar je het huis kunt binnenkomen wanneer de luiken gesloten zijn „Ik weet haast zeker dat hij binnen is." „Maar zei je dan niet, dat er geen enkele deur is. waar je in of uit kunt komen „Neen, die is er ook niet, maar op een andere manier ik zal het u laten zien. Dat is de reden waarom ik buiten gekomen ben. Maar ik geloof, dat mijn oom mij zou doodslaan als hij het wist." „Ja, dat denk ik ook." „Je afkeer vail Joe Sajers moet wel heel erg zijn, als het waar is wat je zegt cn je je leven in do waagschaal stelt om hem onaangenaam tc zijn. Hoe weet ik eigenlijk zelf niet." „Het is niet alleen omdat ik een hekel heb aan Joe Sayers er zit nog iets auders achter. Het is misschien beter dat ik het u maar vertel." Het mëïsjo scheen iets op haar hart te hebben, dat haar bezwaarde cn waarvan zij niet durfde spreken. Mevrouw Talbot had medelijden niet haar cn deed liaar best haar gerust te stellen. „Laat mij je even wat vertellen. Jo oom mag een geduchte man wezen cn sterk ook dat geloof ik ook graag, maar ik zeg je, dat hij geen ziertje sterker is dan mijnheer Talbot cn lang niet zulk een goed vriend als mijn man voor je wezen zal. En je zult mij misschien ook nog zoo'n kwade vrien- din niet vinden. Ik kan jc verzekeren, dat je geen spijt zult hebben over iets wat je voor ons doen zult. Wat wou je ons ver tellen „Iets over don ouden mijnbeer Talbot." „Wat dan „Hij hij hield van mij cn vertelde mi.f dingen waar mijn oom niets van wist. Had die bet geweten, dan had hij zeker wel een middel bedacht om mij weg te zenden." [Wordt vervolgd.?

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1929 | | pagina 5