AMEXK5FOOI05CH DAGD1AB NIEUWE, BEWIJSSTUKKEN TEGEN v. M. Donderdag 12 September 1929 .DE EEMLANDEft", 28e Jaargang No. 63 UIT DEN LEVENSLOOP VAN VERDACHTE FEEST DER MARINIERS ONS LEGER IN EEN TE GROOT KLEED? ONZE SENAAT feuilleton! DOODEMANS ROTS. Dc Haagsche moord-aak Nog een oproepiog ITet is merkwaardig, hoe lang het duurt, éér een getuige, die werkelijk wat weel. zich bij dc politie aanmeldt. Het schijnt, of de menschen een zekere vrees koesteren, rnct de politie of justitie in aanraking te komen. Dinsdag heeft de politie, zooals reeds eerder gemeld, een belangrijken getuige gehoord, die verklaringen heeft afgelegd, welke voor. het onderzoek van het grootste belang zijn liet is de losse hulp-besteller V. die den verdachte goed kent Hij heeft hem den dag vóór den moord ontmoet, waarbij de verdachte cich tegenover hern heeft uitgelaten, dat hij naar het Bezuiden hout moest om geld te halen bij een uude dame. De Haagsche Courant heeft den hulpbe- stellor opgezocht, die het volgende mede deelde: Ik verliet Woensdagmiddag om onge- \eer \ier uur aan de achterzajde, bij de Gioote Kerk. hel postkantoor, waar ik eiken dag moet komen hooren, hoe mijn dienst \oor den volgenden dag is vastge steld, aldus de lieer A. Ik had opdracht ge kregen, dienzelfden avond om zes uur nog in te vallen en daar ik dus nog maar twee uur tijd had wou ik gauw naar huis gaan, om te eten. Ik woonde toen nog in do Piet Heinstraat en liep dus de Torenstraat in. Op den hoek \an den Noordwal ontmoette ik Kr. v. d. M., die uit de Joost v. u. Vondelstraat kwam. llij was gekleed in een donkergrijs pak, droeg een staand boord met een zwart dasje en was blootshoofds. Kr. v. d. M. verleide me, dat hij den vorigen dag in Amsterdam was geweest cn zich daar met een paar vriendinnetjes best had geamuseerdNaar Amsterdam? Maar hoe kom je dan aan dc centen? vro:g ik, waarop Kr. v. d. M. antwoordde: .,0, daar weet ik altijd wel aan te komen." En waar moet je nou naar toe? vroeg ik. Ik moet naar een oude dame op het Bezuidenhout, antwoordde Kr. v. d. M. Dan wil je misschien gelijk een briefje brengen bij mijn meisje, daar moet je dan toch langs. We hadden vanavond afge sproken, maar ik kan niet. Ik heb dienst. Laten we even in de bibliotheek gaan, dan kan ik het briefje schrijven. We gingen samen de bibliotheek in, zoo vervolgde de hulpbesteller zijn verhaal. Ik bracht mijn hoed in dc* garderobe' cn ondertusschen schreef Kr. v. d. M. mijn naam cn zijn eigen naam in 't bezoekers- register. We zijn toen naar binnen gegaan. Lk ging aanbeen ronde tafel het briefje voor mijn meisje zitten schrijven. Kr. v. d. M. wachtte op een bank. Toen wij weer uit de bibliotheek gingen heeft hij eerst nog bezwaren geopperd, om het briefje mee te nemen, want, zei hij: Maar ik raoet bij een oude dame zijn Keelemaal achteraan het Bezuidenhout Ik moet zien, dat ik geld krijg Anders zal ik dat wijf wel achterover trekken! Heeft Kr. v. d. M. u, voordat u daarop naar huis ging. nog meer gezegd? Ja. Hij zei, dat hij bij kennissen was in het Zuiderpark, waar hij sliep en 'smor gens ontbeet. Is dat briefje aan uw meisje op tijd bezorgd? Neen. Zondag sprak ik mijn meisje en toen vertelde zij, dat mijn briefje Woens dagavond pas om half elf in de bus ge stopt is. Hoe oordeelt u over Kr. v. cl. M.? Mij is altijd een raadsel voor me ge weest. Ik wist wel. dat hij zich met knoeie rijen .ophield, want een kennis van mij heeft hij ook al eens voor drie gulden ge nomen. Hij heeft mij altijd gezegd, dat hij in ver band met de rcclasseering onder curateele stond en dat hij in 1930 heelemaal vrij was. Dan zou hij geld krijgen van familie en kon hij een zaak beginnen. Over dat zoo genaamde „geheim" heeft hij nooit ge sproken. Wel heeft hij zich meermalen over de Schrijfkamer uitgelaten, omdat daar volgens hem onhoudbare toestanden hccrschten. Waardoor komt het. dat u zich giste ren pas als getuige hebt aangemeld? vroe gen wij verder. Die kennis van me dezelfde, die voor drie gulden door Kr. v. d. M. is op gelicht noemde mij een paar dagen ge leden diens naam in verband met den moord aan het Bezuidenhout Ik schrok er van cn dacht onmiddellijk aan mijn gc- spiek met Kr. v d. M., Woensdagmiddag bij den Noordwal. Ik kon het. tenslotte niet meer voor mezelf houden en heb gister middag orn 2 uur, toen ik uit de bestelling kwam, mijn verklaring afgelegd voor de politie. Men meldt ons uit Den I-Iaag: De in verband met den moord op me vrouw Odem gearresteerde Kr. cl. M. was vroeger klerk bij rle NA'. Eerste Drent- so'he Stoomtramweg-Maatschappij tclloogc- veen. llij wist zich dermate het vertrouwen der directie te verwerven, dat hij benoemd v.erd tot chef van het station Ernrnen dier maatschappij, welke functie hij verschei dene jaren bekleedde, totdat hij in 1925 we gens verduisteringen ontslagen en in 1926 rfocr dc Asser Rechtbank tot 6 maanden ge vangenisstraf veroordeeld werd Te Ernmen was Kr. v d. M. een algemeen geacht ingezetene, die vele vrienden liad en zich als een humaan mensch voordeed. Zijn ondergeschikten waardeerden hem zeer en in het algemeen scheen hij zich gaarne het lot van minderbedeelden aan te trekken. Velen hunner steunde hij met terdaad en in de arme buurten als Lom bok en Emmerzand was hij een bekende persoonlijkheid. Omtrent het mijn cn dijn had hij echter breede opvallingen; van verschillende in gezetenen „leende" hij geld, naar thans blijkt tot in de duizenden guldens. Geen zijner geldschieters sprak er echter over. want Kr. v. d. M. was, zooals ge zegd, geacht en genoot het vertrouwen van ieder, zoodat men niet over zijn lecningcn praatte, om hem niet. zooals dat heet „op dc straat" te brengen. Zijn „hulpvaardigheid" ging zoover, dat hij soms hypotheek beloofde aan arbei ders. opdat zij een huisje konden bouwen cn daardoor goedkooper wonen, terwijl hij geen geld had om zijn belofte in tc lossen, tenzij hij het zelf leende. De justitie schijnt echter al voor de ver duisteringen bij de E.D.S. aan den dag kwamen, hem van verkeerde practijken verdacht te hebben. Zij moet hem geruimen tijd in het oog gehouden hebben, zonder echter voldoende reden te hebben om in tc grijpen. De behandeling der verduisteringszaak trok destijds de aandacht door de eigenaar dige houding van Kr. v. d. M., een houding, die veel overeenkomst vertoont met de „pose", die hij thans schijnt aan te nemen. Ook toen ontkende hij alle schuld; hij zweeg of trachtte den indruk te vestigen, dat anderen schuldig waren. Menschen, die hem kennen, gelooven dan ook niet, dat hij lot een bekentenis te brengen zal zijn. Men aolit het tc Emmen mogelijk, dat een door de maatschappelijke tegenstellingen bij bem ontstaan innerlijk conflict, hem tot een wanhoopsdaad gedreven heeft en dat hij zich deswege niet schuldig gevoelt, omdat hij het zijn recht achtte van een be ter gesitueerde in casu mevrouw Odem te eischen, dat zij hem hielp, zooals hij anderen geholpen heeft. Deze verklaring een poging om hem in zekere mate te verontschuldigen wijst cr wel op hoezeer men den verdachte te Emmen indertijd achtte cn vertrouwde, zelfs al plaatsten verschillende handelin gen hem reeds lang in minder sunstig licht. Oproepingen. Voorts is nog het volgende de politie ter oore gekomen. Maandag tusschen twaalf en één uur zou een chauffeur, die ecnige oogcnblikken vertoefde aan een koffietent aan het Paul Krugerplein, daar verteld hebben, dat op den dag vóór den moord een persoon zich bij een barbier liet sche ren en daar een scheermes heeft laten aanzetten. Mij betaalde daarvoor 35 cent Den chauffeur wordt verzocht zich onver wijld tc melden bij de politic om nadere in lichtingen te ge\en. Men seint ons uit den Haag: In de moordzaak op het Bezuidenhout heeft zich bij cle politie aangemeld een in l woner van Den Haag, wien het scheermc-s, waarmee de moord gepleegd is, heeft toe behoord en die den verdachte herkende als dengene, aan wien hij het mos eenigo maanden geleden verkocht heeft Dc ver dachte heeft steeds ontkend het scheermes in bezit te hebben gehad. Ter gelegenheid der vaandeluitreiking Zuoals reeds is medegedeeld, zal het corps mariniers, dat tot heden toe geen vaandel bezat. Maandag 16 September a.s. uit han- j den van IT. M. de Koningin, een vaandel (ontvangen. Om dit heuglijke feit feestelijk j te vieren, zal op 13, li cn 15 September op I clc schietbanen te Rotterdam een onderlinge schietwedstrijd voor .het corps plaats heb ben, bij welken wedstrijd het mecsterscherp- schutterschap oj> gew eer van de Koninklijke Ncderlandsche Marine wordt verschoten. Zaterdagavond biedt de met het oog op deze feesten ingestelde commissie uit dc Rotterdamschc burgerij den officieren een feestmaaltijd aan in de officierensociëteit. Tegelijkertijd zal ïn den tuin van de Offi cierensociëteit dc Kon. Marinekapel uit den Helder een concert geven. Dit concert zal gevolgd worden door een militaire taptoe. Maandag na de vaandeluitreiking, wordt het geheele corps mariniers, dat in de straat tusschen stadhuis en postkantoor do ge weren aan rotten zet. in de groote burger zaal van het stadhuis officieel ontvangen. De waarnemend burgemeester, wethouder L de Groot, zal het dan toespreken. Na de receptie zal het corps gewapend langs het stadhuis défileeren. Op den avond van den zelfden dag wonen officieren, onderofficie ren en manschappen een tooneelvoorstel ling bij in den Grooten Schouwburg, hun aangeboden door het comité uit dc Rotter- damsche burgerij. ARBEIDSGEMEENSCHAP DER WOODBROOKERS. Ds. \V. Banning uit Barchc-m is tot be zoldigd directeur van de Arbeidsgemeen schap der Woodbrookcrs benoemd. Opheffing van een divisie schept dc mogelijkheid om het re stant voldoende kader tc geven Nog geen voldoende verlofskader Naar de Avondpost verneemt wordt mo menteel ernstig een reorganisatie van het leger overwogen Bij dit bericht teekent dc Avondpost aan: Bovenstaand bericht komt niet geheel cn al onverwachts. Het was nu langzamerhand wel duidelijk geworden, dat ons leger is gestoken in een tc groot kleed. Toen minister Van Dijk des tijds het leger reorganiseerde, werd reeds twijfel uitgesproken, of het wel mogelijk zou zijn. een organisatie als door dezen mi nister ontworpen, behoorlijk tc „bemannen" en te bewapenen, en de vraag werd toen reeds gedaan, of het niet beter zou zijn, het leger te formeeren in een kleiner for maat. Evenwel, de voorstanders van de organisatie-Van Dijk wonnen het pleit Met één stem meerderheid werd in de Kamer het plan-Van Dijk goedgekeurd. Kort daar op doken allerwcge bezwaren op. Men heeft toen de pas ingevoerde organisatie weten te handhaven, door er op te wijzen, dat het stelsel nog niet was doorgewerkt, dat eerst na ecnige jaren viel te oordeelen over do doeltreffendheid van de organisatie-Van Dijk, enz Na het optreden van minister Lambooy bleek wel, dat deze zich niet kon vereeni gen met den algemcenen opzet van de or ganisatie-Van Dijk. Niet in het minst poli tieke overwegingen moeten echter dezen minister hebben onthouden van sterk in grijpen. Intu6schcn zijn de fouten, die klp- ven aan de organisatie-Van Dijk, zoo dui delijk waarneembaar geworden, dat hand having van het bestaande stelsel niet wel doenlijk is. Aan hel einde van zijn regeer periode heeft minister Lambooy nog een zwakke poging ondernomen om althans een enkel gebrek in dc organisatie tot klei nere proporties terug te brengen, door per sectie een groep te doen vervallen. Maar. hiermede is men toch nog gcble\en bene den het direct wcnschelijkc. Thans schijnt een radicale herziening le worden overwogen. Dc opheffing van een divisie schept do mogelijkheid, de overblijvende divisies in de eerste plaats van het noodige kader te voorzien. Al de pogingen toch, tot nu toe ondernomen, om voor het leger het be- noodigde verlofskader te kweeken. hebben nog niet tot resultaat kunnen brengen, dat over voldoende verlofskader kan worden beschikt. Daarnaast bleek liet verspreid zijn van de kleine groep nog in het leger aan wezige beroepskader evenmin houdbaar. Reeds thans is het noodig gebleken, gedu rende cle herhalingsoefeningen het beroeps kader her- en derwaarts le dirigeeren ten einde in de behoefte aan kader te voorzien. Detachcering voor korten of langen tijd van beroepskader naar andere, soms ver-af gelegen garnizoenen, is regel geworden. De vermindering van de legerorganisatie met een divisie zal mede tot gevolg hebben, dat de troepen-eenheder. uit meer dienstplich tigen zullen zijn samen te stellen. En tenslotte zal het meer dan thans het geval is, mogelijk zijn, in de bewapening van de overblijvende divisies te voorzien. Niet onmogelijk is ook. dat uit deze reor ganisatie een aanzienlijke bezuiniging op de militaire uitgaven wordt verkregen, doordat toch in bevelvoering, legering van den troep enz. meerdere concentratie kan plaats hebben. Evenwel... ons bericht spreekt nog slechts van „overwogen". Het staat wei vast, dat een dergelijke vermindering der organisatie niet zonder krachtigen tegen stand zal komen. Want, al is clan in het leger het aantal dergenen, wien de bestaande omstandighe den allerminst bevredigen, niet gering... do invloed van hen. die de grootscheepscho leger-organisatie van thans bewonderen cn mitsdien zullen verdedigen, is niet te on derschatten. Een nieuwe voorzitter Bij K. B. is benoemd tot voorziter der Eerste Kamer, Mr. W. L. baron de Vos van Stecnwijk. Ds. G. DOEKES. y Bekend Gore.'. .oerd voorman. Ds. G. Doekes, em. pred. van de Gei Kerk van Nieuw dorp (bij Goes) is in den ouder dom van 56 jaar te Voorschoten overleden. De overledene studeerde aan de Theo!. School tc Kampen. Hij,aam rddc het pre dikambt in 1""S te ITeemse (O.). vanwaar hij in 1907 Nicuwdorp vertrok, welke gemeente hij diende tot aan zijn emeritaat in 1925. Ds. Doekes was een bekend ij veraai' voor cle Theol. School ie Kampen. Hij was redacteur van het. Gerof Weekblad „De Wachter" en redigeerde met ds. T. C. Ru li man n te Wassenaar het Handboek der O- ref. Kerken Ook publiceerde hij .rmerdero geschriften. een bundel meditaties „Hoe gt Uw goed." DR. N. J. BEVERSEN. Tijdelijk weer in dienst aan het Leldsch gymnasium. Aangezien Mcj. Asman, leerares in de klassieke talen aan het gymnasium tc Lei der. ziek van haar vacantie is teruggeko men is cle oud-rector van het gymnasium Dr. N. J. Beverscn tijdelijk met het geven van hare lessen belast. PREDIKANT TE WATER GERAAKT. Toch nog gepreekt. Men schrijft uit Gouda aan de Stand: De ochtenddienst in de St. Janskcrk al hier. ondervond Zondag een half uur ver traging. doordat het rijtuig, waarmede ds Wcsseldijk van Sluipwijk zich naar Gouda begaf, ter vervulling van een vacature- dienst, aan den Zwarteweg tc water ge raakte tengevolge van het schrikken van het paard. Door het stukslaan van een ruit wisten ds. W. en zijn hem vergezellende dochter weder op het droge te komen. Na zich thuis van droge kieèren te hebben voorzien, begaf ds. Wcsseldijk zich onrnid- delijk per auto naar hier, zoodat dc dienst ongeveer half elf kon aanvangen. EEN SMOKKELAUTO. Bij Kevelaar hebben Duitsche kommiezen een vrachtauto aangehouden, die van de Hollandsche grens kwam. De kommiezen kregen argwaan doordat cle beide inzitten den plotseling uit den auto sprongen en in de bosschcn verdwenen In de auto zijn 45 balen koffie cn een baal cacao gevonden Alles is in beslag genomen cn naar Cleef overgebracht. KONINKLIJKE PALEIZEN. Het Koninklijk Paleis Noordeinde te 's Gravenhage zal van Dinsdag 17 dezer af voor publieke bezichtiging gesloten zijn. Het ITuis ten Bosch is van Vrijdag 13 dezer af, tot nadere aankondiging, voor pu blieke bezichtiging gesloten. Een zacht antwoord keert de grimmig heid af. maar een kwetsend woord doet cle ♦corn oprijzen. Naar hel Etigelscb van A. T. QUILLER—COUCH. Hoe het thans in ons blad geëindigde feniLleton tot stand kwam. Eon verhaal van den schrijver zelf. Mijn verhaal werd begonnen in den laten zomer van 1886 en het was mijn eerste po ging om iels op papier te vertellen. Ik zeg niet opzet „op papier", want in mijn jeugd vertelde ik mijzelf verhaaltjes van den morgen tot den avond. Op mijn negentiende jaar was ik le Ox ford. En hier kwam de zucht om verhaaltjes te maken weer boven. Stevenson's „Treasure Island" gaf den stool er toe. Ik had gedu rende mijn geheelen schooltijd zoo'n beetje geschreven; een groote hoeveelheid slechte, bespiegelende gedichten, die ik verbrandde eer ik aan de eigenlijke bespiegeling toe w-as; en voorzag nu de „Oxford Magasine" niet lichte poesie, waarvan een groot ge deelte laler in een dun boekje, getiteld „Green Bays' werd herdrukt. Maar ik schreef weinig of geen proza. Mijn proza-op- slellen op school waren foei-leelijk. Ik had verkeerde modellen als voorbeeld gekozen en toen ik daarop op een zachte wijze gewe zen werd door den verstandigen, vriendelij ken leeraar, die de opstellen in de 6de klas se te Clifton nazag, was ik geheel ontmoe digd en schreef bijna niet meer. Ofschoon ik een groot aantal verhalen las, had ik, zooals gezegd, geen lust om zelf een verhaal te ver tellen en, voor zoover ik wist, ook geen aan leg. ITet verlangen kwam in mij op. toen ik ..Treasure Island" las. Ik begon als een leer ling van Stevenson en was in de keus van mijn meester goed geslaagd. De kiem van „Doodemans Rots" lag in een vermakelijk, in onze familie overgeleverd verhaaltje, dat ik hier laat volgen als uit treksel uit mijn vader's geschiedenis van Pelperro. een kleine haven aan de kust van Cornwall. De Richard Quiler, waarvón hij spreekt, is mijn overgrootvader. „In het oude huis van de Quiller's te Pelperro hing aan een balk een sleutel, waarnaar wij kinderen met ontzag en eer bied keken en dien wij nooit durfden aan raken, want Richard Quiller had den sleu tel van zijn brandkast aan een spijker ge hangen, met strenge opdracht, dat niemand die er af zou nemen, totdat hij terugkwam ('hetgeen nimmer geschiedde) en ik geloof, dat hij er nog hangt. Mijn broer Jan diende verscheidene jaren als bevelhebber op een gehuurden, gewapenden logger, die gebruikt werd om berichten over te brengen in den Franschen oorlog, terwijl Richard hem als ondergeschikt officier vergezelde. Zij namen deel aan het onzalige bombardement van Vlissingen in 1809. Kort daarna werdén zij, na een wanhopig gevecht met een zeeroo- ver, naar Algiers gebracht. Maar, na ernstig protest van den Britschen consul, vrijgela ten. Zij kwamen in een allerongelukkigste» toestand thuis, daar zij alles hadden verlo ren. behalve hun bijbel, die deze ongeluk kige zeelieden zeer hoog schatten, evenals hun afstammeling, in wiens bezit hij nu is. Omstreeks 1812 voeren deze zelfde broers in een gewapend koopvaardijschip naar het pjland Teneriffe. maar nadat zij dit eiland hadden verlaten, heeft niemand ooit meer iets van hen gehoord". ITier had ik nu het eenvoudig begin van een misterie; want de sleutel moest natuur lijk dienen om iets veel ongewoners dan een brandkast te ontsluiten. Er zat avontuur in dien sleutel dat was duidelijk genoeg, en nadat ik er ecnige weken over had gepie kerd, was mijn intrige gegroeid tot het geen nu volgt: Een gezin leeft in armoede, schoon het rijkelijk heeft te erven deze rijkdom is vlak bij hun huis begraven en de sleutel om dien schat te ontsluiten hangt dag en nacht boven hun hoofden. Het was ook spoedig uitgemaakt, dat dit gezin in Cornwall thuis behoorde en dat het tooneel van de avonturen op de kust van Cornwall lag, aangezien Cornwall het eenige stukje op de aarde was, waarvan ik meer dan een oppervlakkige kennis had. Tot zoover was alles in orde, maar waar uit moest die schat bestaan? En welke oor zaak kon er zijn, die de erfgenamen afhield van het bezit van hun erfenis? Toevallig worden deze twee vragen tegelijkertijd be antwoord. De kleine bibliotheek te Triniti een heerlijke kamer, waar dr. Johnson me nig uur aan zijn Dictionnaire zat te werken heeft tamelijk veel boeken over reizen en ontdekkingen, voor het grootste deel prach tige folianten, die links van de deur staan. Aan het bestudeeren van -deze boeken be steedde ik veel tijd, dien ik nuttiger aan de studie van meer belangrijke oude geschiede nis had kunnen besteden, en in één van hen ik meen dat' het Purchas was, maar kon er niet op zweren vond ik de geschiede nis van den Grooten Robijn van Ceylon. Kort daarna blies een aanteekening in Jule's uitgave van Marco Polo mijne verbeelding zoodanig aan, dat ik naar dit merkwaardige edelgesteente formeel op jacht ging! en ik spoorde alle autoriteiten, die ik maar raad plegen kon, op. De grootte van dezen robijn (zoo dik als een arm, zegt Marco Polo, ter wijl Maundervile, die een kunstenaar was en zeer nauwkeurig loog, zijn grootte op een voet in cle lengde en vijf vingers in doorsne de stelde), zijn kleur, aan vuur gelijk, cn het geheimzinnige en de volkomenheid van zijn verdwijning werkten samen om mij te be- tooveren. Geen enkele vorm van rijkdom wekt zulk een romantisch gevoel op als een edelgesteente met een hart er in en met een geschiedenis. Ik behoefde het slechts te voorzien van een soort vloek, evenredig aan zijn omvang en schoonheid, en ik had alles wat een verteller kon wenschcn. Maar zelfs een jacht naar een schat is niet veel bijzonders, als men geen twee par tijen heeft, die om den buit dingen, en aan een vloek, die er op rust, heeft men niets, tenzij men vechtersbazen heeft, die zorgen voor de slagen van het noodlot. ITet was met mijn verhaal nu zóó ver gevorderd, dat de schat begraven zou worden door een man, die zijn vriend en vertrouweling ver slagen had, ten einde den buit alleen te be zitten, eri die daarna zich bewust was ge worden van de vloek, die op zijn bezit rust te. De afstammelingen van deze beide man nen zouden mededingers zijn naar dien buit, terwijl ieder van hen de helft bezat van het geheim van de oplossing. Hierna vond ik, evenals George IV, een gesp uit. Mijn gesp had twee helften eri op ieder vat» cle helften zou het geheim van den schat zóódanig gegraveerd zijn. dat dit niet te be grijpen was, indien de helften niet ver- eenigd waren. Mijn intrige had nu een soort vorm aan genomen; maar zij had een ernstig gebrek. Zij wou niet van honk gaan. Ik mocht haar vleien, zooveel ik wilde, er kwam geen be weging in. Zelfs het slechtste boek moet een begin hebben deze overpeinzing was even ontmoedigend als duidelijk, want mijn boek had geen begin. En het is niet zeker, dat het dit ooit gevonden zou hebben, indien er geen gelukkig toeval in het spel was ge komen. In de groote vacantie van 1885 bracht ik ongeveer p*n masnd door u L'zard. zwer vende en Plato lezende. Aangezien ik toen betrekkelijk weinig van dit gedeelte van de kust wist, had ik een of twee gidsen van de omgeving onder in niijn koffer meege bracht. Op een avond, na een lange wan deling over de rotsen, legde ik Plato ter zijde om mij te verdiepen in een zekere „Geschiedenis en beschrijving van de pa rochie Mullyon", door haar herder E. G. Harvey, cn stiet op een gedeelte, dat de door elkaar liggende deelen van mijn ver haal plotseling op hun goede plaats bracht. Het gedeelte, dat ik bedoel, was het ver haal van een schipbreuk van de „Jonkheer Meester van de Wall", een Hollandsche bark, in den nacht van 25 Maart 1867. lk kan de beschrijving, die de predikant geeft, niet ten volle overnemen, maar in haar geheel en in vele onderdeelen is zij de ge schiedenis van de „Belle Fortune" van „Doodemans Rots". ITet schip brak 's nachts middendoor en iedereen verdronk, behalve een Grieksche matroos, die den volgenden morgen vroeg gevonden werd, terwijl hij langs de rotsen raar boven klauterde, tus schen Polurrian en Poljew. Het gedrag van dezen man was van het eerste oogenblik af geheimzinnig en zijn getuigenis bij het onderzoek naar de schipbreuk was, op zijn zachts gezegd, zonderling. Hij zeide: Mijn naam is Georgio Buffani lk was matroos op het schip, dat te Dordrecht thuis be hoort. Ik kwam aan boord te Batavia, maar ik weet niet hoe het schip heet. noch weet ik den naam van den kapitein." Toen men hem echter de officieele 1 iist van Neder- landsche Oost-Indiè-vaarders liet zien. wees hij naar een schip, in 1854 gebouwd en genaamd „Cosmopoliet". kapitein Kö- nig. Hij gaf toen het verhaal van de ramp, dat niemand kon tegenspreken en de jury sprak als oorzaak uit: ..Door een oneeval verdronken." De Griek boog en verdween uit de omgeving. JWordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1929 | | pagina 5