spinebsfoororsch dagblad
HET ONBEREIKBARE
Dinsdag 12 November 1929
28e Jaargang No. 115
BINNENLAND
VERWARRING VAN RECHTEN EN
WENiCHtN
DE MARINE EN DE
DRAADLOOZE
Een gedenkdag
NV. COMPAGNIE LYONNA1SE
EXPOSITIE
Bontmantels, Middag- en Avondjaponnen
OPENING DER KLINIEK
VOOR MISVORMDEN
IN HOLLAND STOND
EEiS HUIS
Het staat er nog
FEUILLETON.
-DE EEMLAMDEU",
Een weg om loyaal uit te maken waar
de grenzen zijn
Vernieuwing geen uitbreiding
der verdragen
De Haageche Courant schrijft:
De Belgische bladen hebben zich met een
zekere vreugde geworpen op een uitlating
van minister Beelaerts in zijn memorie van
antwoord op het afdeelingsverslag der
Tweede Kamer: dat de Nederlandsche mi
nister van Butenlandsche Zaken het recht
van België op de herziening van de tracta-
ten van 1839 erkent.
Waarom men zich hierover in België blij
zou moeten maken, is ons niet recht
duidelijk. Steeds immers, sedert de door
haar aanvaarde resolutie, door de mi
nisters van buitenlandsche zaen der grooto
mogendheden 17 Juni 1919 te Parijs aange
nomen. heeft de Nederlandsche Regeering
zich tot die herziening ten volle bereid ver
klaard en daarvan voortdurend, niet
slechts door woorden, maar ook door daden
getuigd. En op dit standpunt staat de Re
geering nog steeds, en met de meest moge
lijke welwillendheid tegenover de belangen
van België, doch zonder het spreekt toch
wel vanzelf de belangen van het eigen
land uit 't oog te verliezen.
Nog minder duidelijk is het, hoe de
„6oir" uit 's ministers woorden kan aflei
den. dat onze Regeering nu 't recht mist,
om don Belgischen eisch van een direct ka
naal tusschcn de Antwerpsche havens en
den Moerdijk af te wijzen Uit de indertijd
gepubliceerde stukken is toch het Neder
landsche standpunt wel duidelijk gebleken.
Waaraan mon hier te lande moet medewer
ken en dit ook gaarne wil doen is een
herziening van het verdrag in verband met
de sedert 1839 op meer dan één punt be-
lanprijk gewijzigde omstandigheden, doch
binnen de perken, in genoemd verdrag ge
steld. Op vernieuwing, moderni
seering, van de oude overeenkomst kan
België redht doen gelden, niet op uitbrei
ding.
Wèl het is uitdrukkelijk van Neder
landsche zijde geconstateerd is de Ne
derlandsche regeering bereid om buiten de
grenzen van het verdrag op verschillende
punten een tegemoetkomende houding aan
te nemen tegenover gerechtvaardigde ver
langens van België, mits aan Belgische zij
de van een gelijke houding blijkt tegenover
ons. Aan welwillendheid ontbreekt het
daarbij Jaan Nederlandsohen kant zeer ze
ker niet. Maar men moet niet verwarren:
de rechten, welke voor België voortvloeien
uit het verdrag van 1839 en welke voor her
ziening vatbaar zijn binnen de in dat ver
drag gestelde perken: en de wenschen,
welke België koestert doch die buiten
deze perken vallen. Gaat in deze wenschen
België zóó ver, dat onze regeering van in
williging een ernstige benadeeling van Ne
derlandsche belangen vreest, dan kan zij
niet anders doen dan vriendelijk doch be
slist weigeren. Dit nu is met bedoeld ka
naal het geval.
Mocht men, ook officieel, in België de
verwarring van rechten en wenschen vol
houden en inderdaad voor een herziening
van het verdrag blijven vasthouden aan
het van Nederlandschen kant zoo brslist
afgewezen kanaal, dan zou men tot in den
treure tegenover elkander kunnen blijven
staan. Dit zou voor de goede verstandhou
ding tusschcn beide nabuurlanden heel
jammer zijn.
Maar gelukkig is er een weg om loyaal
uit te maken, w&èr hier de grenzen van de
rechten van België en die van Nederland
liggen: een juridische vraag van volken
rechtelijken aard. die vrij van allen politie-
ken invloed dient te woeden beantwoord.
Dien weg heeft minister Beelaerts bij her
haling aangewezen en hij wijst hem ook n u
weer aan; het Parmenente Hof van Inter
nationale Justitie, inderdaad het aangewe
zen orgaan om in dezen te beslissen als
partijen het niet eens kunr.en worden. Zon
der den ongunstigen schijn te wekken, dat
het van de omstandigheden wM profiteeren
om te trachten van ons land méér af te
dwingen dan rechtens geoorloofd is, kan
o.i. België niet weigeren, dezen weg in te
slaan.
'e Gravenhage, 9 November. Heden
is het juist een kwarteeuw geleden dat
h=t eerste met draadloze telegrafie uitgo
ruste Nederlandsche oorlogschip, Hr. Ms.
pantserschip Hertog Hendrik, onder bevel
van den kapitein ter zee A. H. Hoekwater,
naar Ncderlandsch-Indië trok.
Aan boord bevond zich een radio-instal
latie, geleverd door de Maatschappij Tele
funken; de luitenant ter zee 2e klasse Van
Itcrson en de adelborst te klasse Holtzap
pel, waren met de leiding der proefnemin
gen met dit eerste Marina-scheepsstation
belast.
Op den avond van den 9en November
1904, van het Engelsche Kanaal, waar
zwaar stormweer het schip heftig deed te
keer gaan en de teere ontvangtoestellen
herhaaldelijk onklaar maakte, werd de
draadlooze verbinding tusschcn een Neder
landsch schip en een Nederlandsch station
aan den wal, beide onder beheer van onze
Marine, officieel geopend door een aanbie
dingstelegram van hulde van den common
dant van Hr. Ms. Hertog Hendrik aan H. M.
de-Koningin, welk telegram via een aan de
stengen van Hr. Ms. Wassenaar te Am
sterdam opgehangen antenne, uit het Loo
werd beantwoord.
De origineela papierstrook waarop dit
eerste officieele telegram werd opgenomen,
berust in het Historisch Scheepvaart-
Museum te Amsterdam
In de Amsterdamsche bladen was be
kend gemaakt dat den familieleden van
opvarenden van Hr. Ms. Hertog Hendrik
gelegenheid word gegeven kosteloos tele
grammen aan hun naar Nederlandsche-
ïndiö vertrekkenden nabestaanden te ver
zenden: den geheelen avond stroomden de
telegrammen door de werfpoort aan de
Gruote Kattenburgerstraat binnen, en wel
dra werden tallooze groeten en goede wen
schen door den aether naar Hr. Ms. Hertog
Hendrik verzonden. De draadlooze telegra
fie had, hoewel slechts in beperkten kring,
haar intrede gedaan in het Nederlandsche
volksleven.
Nog geen maand later, op St. Nicolaas-
dag 1904, onderteekende de minister van
Marine vice-admiraal Ellis, een besluit,
waarbij de kapitein-luitenant ter zee Hoven
benoemd werd tot chef van den Dienst der
Draadlooze Telegrafie bij de Marine.
De oudste draadlooze dienst in Neder
land werd hiermede in het leven geroepen
Naar wij vernemen zal den 9en December
a.s. op het Marine-Etablissement te Am
sterdam dit feit worden herdacht.
UTflECHTSCHIWEG 10 - TEL. 179 - AMERSFOORT
Het levenswerk van dr. Murk
Jansen te Leiden
Perspectieven van de
ortbopaedie
Leiden, 11 Nov. In tegenwoordigheid
van verschillende autoriteiten heeft heden
middag de officieele opening plaats gehad
van de kliniek voor misvormden, welke aan
de Meczenstraat te Leiden door dc Neder
landsche Vereeniging voor Misvormden is
opgericht en den naam zal dragen van
„Anna-kllfolek" naar raej. Anna Groll, de
verdienstelijke penningmeesteres der ver-
eeniging, die gedurende een groot aantal
jaren zeer veel voor de vereeniging heeft
gedaan.
De voorzitter, tevens directeur der kli
niek. dr. Murk Jansen, heette, alvorens het
woord te geven aan den Minister van Ar
beid. Nijverheid en Handel, mr. T. J. Ver
schuur. dio dc officieele openingsrede zou
houden, dc aanwezigen welkom, in het bij
zonder den minister, in wiens aanwezig
heid hij het bewijs zag van de belangstel
ling der regeering.
Na verder de andere autoriteiten te heb
ben welkom geheeten. betoogde spreker dat
het lot der lichamelijk gebrekkigen in don
loop der eeuwen een der donkerste blad
zijden in de geschiedenis der beschaving
vormt. Voor 2000 jaren werden de mis
vormden gedood; vijf eeuwen geleden wer
den zij nog verstooten; voor honderd jaren
nog verwaarloosd.
Eerst de laatste halvo eeuw heeft in het
lot der misvormden een grooten ommekeer
gebracht.
De anti- en aseptische wondbehandeling
opende wegen, waardoor tal van af wij kin
gen, die tevoren ongeneeslijk schenen, voor
de behandeling toegankelijk werden ge
maakt. Weinig jar°n later kwam de Rönt-
genbehandeling nieuw licht werpen op tal
van duistere ziektebeelden en het beender
stelsel. De techniek zorgde voor fijne en
vernuftige hulpmiddelen en zoo werd de
opheffing van een groot aantal lichamelijK
gebrekkigen uit een toestand van maat
schappelijke minderwaardigheid tot vol
waardigheid mogelijk gemaakt.
Spr. gaf vervolgens een overzicht van de
vorderingen, die deze wetenschap en hare
beoefening de laatste jaren hebben ge
maakt en naast de wetenschap heeft de
naastenliefde het hare gedaan.
Na uiteengezet te hebben, wat hierdoor
op dit terrein reeds tot stand is gekomen
en wat ook de regeering reeds op dit gebied
heeft gedaan, zette spreker uiteen, dat met
dat al de zorg voor lichamelijk gebrekkigen
in ons land toch nog achter staat bij lie
in de naburige landen. In verband hiermede
betoogde spreker, dat het niet te ontkennen
valt, dat de regeering door wettelijke rega
ling het programma der zorg voor mis
vormden zou kunnen doen uitvoeren met
een grondigheid, die voor particuliere on
dernemingen nauwelijks te bereiken is.
Daar tegenover staat, dat wettelijke
dwang een deel van de blijdschap wegneemt
die het vrijwillig streven naar anderer ge
luk in onszelven wekt.
Deze kliniek i6 bestemd voor uitsluitend
lichamelij'k gebrekkigen, zoowol als voor
aandoeningen van beenderen, spieren en
gewrichten op (e nemen en haar doel is,
door de uitsluitende bestudeering dier aan
doeningen de methoden der behandeling
zoo mogelijk tot een hooger peil op te voe
ren. de middelen ter voorkoming dier aan
doeningen op te sporen °n de kennis van
een en ander over Nederland te verbreiden
door een staf van werkers en werksters te
kweeken, die later ook buiten de kliniek
hun kennis zullen aanwenden tot nut van
ons volk.
Rede van minister Verschuur.
Na de rede van dr. Murk Jansen nam
de Minister van Arbeid, Nijverheid en Han
del, mr. T. J. Verschuur, het woord.
Voor u. aldus zeide spreker tot dr. Murk
Jansen, is. het heden de dag der dagen, nu
gij uw ideaal verwezenlijkt ziet. Ook voor
de Vereeniging voor Misvormden is dit een
gewichtige dag en niet het minst voor haar
ijverige 6ecrctaresse-penningmeesteresse,
mej. A. E. Groll. die tal van Jpren hare
onschatbare diensten heeft verleend.
Doch ook voor de regeering is deze dag
er een van bijzondere beteekenis in veler
lei opzicht. Ten eerste voor de wetenschap
der orthopaedic, een jonge wetenschap, wel
ke echter in de laatste jaren een groote
vlucht heeft genomen. In deze ontwikke
ling heeft dr. Murk Jansen een belangrijk
aandeel gehad. Zijn reputatie is er een van
internationale beteekenis en daarmede is
de wetenschappelijke beteekenis van
dr. Murk Jansen en van de inrichting zij
ner kliniek ten deele geteekend.
Op geen enkel terrein blijkt meer, dat de
Slaat slechts aanvullend behoeft op te tre
den. dan hier. Uit hetgeen hier door par
ticulieren is tot stand gebracht blijkt, dat
er een rijkdom wordt geschapen, dien de
Staat niet leveren kan. Een koude post op
de begrooting en enkele kille guldens geven
niet die ethische beteekenis, welke het par
ticulier initiatief geven kan.
De minister uitte vervolgens den wensch.
dat het werk van dr. Murk Janseri en van
zijn kliniek aan de volksgezondheid ten
ggoede mocht komen.
Als gij, aldus de minister, straks uw
eerste schrede gaat zetten op wat gij thans
tot stand hebt gebracht, dan zal dit zijn
inder toekenning van de versierselen van
ie orde van den Nederlandschen Leeuw. De
Reggering toch heeft haar waardeering voor
uw werk willen uitdrukken en het heeft
H .M. de Koningin behaagt U tot ridder in
deze orde te benoemen.
De Minister verklaare hierna de kliniek
voor geopend.
Vervolgens heeft namens de Ned. Maat
schappij tot Bevordering der Geneeskunst,
prof. Nijhoff. dr. Murk Jansen met de ope
ning zijner kliniek geluk gewenscht.
Hierna heeft prof. dr. J. A. J. Barge,
voorzitter der medische faculteit van de
Leidsche universiteit, dr. Murk Jansen na
mens deze toegesproken.
DE KINDERVERLAMMING.
Sluiting te Roermond van de
bewaarscholen.
In overleg met den schoolarts, den heer
L. Stijns en den heer J. G. Brantjens, in
specteur der volksgezondheid te Nijmegen
hebben B. en W. van Roermond besloten
om, in verband met het optreden der kin
derverlamming. alle bewaarscholen voor
een maand te sluiten.
Te Beek en Donk (niet te Roermond,
zooals in een vorig nummer abusievelijk
werd vermeld) zijn drie gevallen van kin
derverlamming geconstateerd.
GEEN ALASTRIM.
Het geneeskundig onderzoek heeft uitge
wezen, dat het 6-jarig dochtertje van P. te
Alphen aan den Rijn, niet lijdende was aan
alastrim.
INTERNATIONAAL OPLICHTER TE
AMSTERDAM IN BEWARING GESTELD.
De man van het halve millioen.
Te Amsterdam is in het huis van bewa
ring opgesloten, na uitlevering door de
Franscho justitie, de oplichter Lupeski, die
tezamen met een zekeren Dupont luim een
half jaar geleden een bankinstelling in de
hoofdstad voor een bedrag van ca. een half
millioen gulden heeft opgelicht door middel
van een valsche chèque Dupont. die als do
hoofddader wordt beschouwd zit in een
Frnnsche gevangenis opgesloten Vermoed
wordt, dat men Lupeski. na hem hier te
hebben gehoord, zal uitleveren aan een der
drie landen. Zwitserland. België en
Duitschland, waar men hem eveneens voor
oplichting zoekt.
AMERSFOORTSCHE FILM IN AMICITIA.
Dat vind ik leuk: een film zoowaar
Van onze eigen Stad
We hebben zoo een buitenkans
In lange niet gehad.
En weet U wat het mooiste is
Dat is de moog'lijkheid,
Ons zelf te zien op 't witte doek.
Dat was een aardigheid 1
Ga dus naar „Amicitia"
En kijk of U zich ziet.
En zijt ge manco op het doek
Is het zoo erg nog niet-
Want moog lijk leert die film U dan
Iets wat ge nog niet wist.
En wordt U daardoor voor de Stad
Volbloed-propagandist
Dees' rolprent gansch de wereld doorl
W fj door 't geschrift en woord,
Met 't zelfde doel: bekendheid aan
Ons mooie Amersfoort!
GROEGROE.
(Alle rechten voorbehouden).
In 't Verloren Hoeksken van Hot Laatste
Nieuws, het Brusselsche blad, schrijft Ran-,
nah het volgende sympathieke stukje:
Vijftien jaar is het nu geleden.
In radeloozen angst keerden een millioen
landgenooten zich naar Nederland.
Boven de dijken zagen zij do molens en
de torens, die wenkten:
Komt
Geen uit het millioen, was hij ook als de
Bijbelschc Job zoo ellendig en zoo arm, of
hij kreeg hulp en hand en haard, en troost;
zoo hartelijk en zoo open, zoo algemeen en
zoo onverdroten, dat door geen ander volk
ooit een mooiere bladzijde is geschreven in
•1e vergulde historie der gastvrijheid.
In Holland stond een huis.
Het staat er nog.
Geen uit het millioen, is hij ook nu ge
ankerd in het kloekste eigen beton, of hij
zal in dezen lijd aan dat huis terugdenken.
De weg was donker. De regen sloeg
schuin. De ziel was zwaar Het hart was
leeg. Van kop tot teen, het deed alles pijn.
(n den einder ronkte 't kanon.
In Holland stond een huis.
Weet ge 't nog?
De kamer was zoo warm. Het licht was
zoo klaar. Er waren stoelen Er waren Riek
je en Tien, Hein en Jan, Betsy en tante Da,
en de afgemeten heer en de uitgestreken
mevrouw des huizes: van allen zoudt go
eerst de welkome gast zijn. dan de vriend,
ten slotte de onmisbare broerier.
Van veel, waar ge nu met ecnig heimwee
aan terugdenkt en dat zeer schoon en zeer
goed is, en dat ge ook als een blinkend be
zit voor de eigen mcnschen droomt, hadt
ge toen de handen vol tot over den rand.
Kom. In Holland staat een huis. Een an-
ler huis te ontzent staat.
Hoe er ook last en list tusschen ginder
en hier zijn opgerezen de twee huizen
begroeten elkander, en onze molens en onzo
torens, de torens en de molens ginder.
Vijftien jaar is het geleden.
Ginder en hier wordt nu weer eens ge-
lacht met onverstoorbare genegenheid en
net onverwoestbare dankbaarheid aan den
tragischcn tijd, waarop we elkander ont
lekten.
Uw deur gaat open. Daar slaan de heer
.-•n mevrouw uit "t Hollandsch huis, niet
langer afgemeten, noch uitgestreken, en
tante Da, en al dc anderen.
Welkom!...
Ten minste zoo stel ik mij dat graag
voor, nu het al vijftion jaar is geleden.
Niemand is werkelijk vrij, dan wanneer
geen ander hem kan dwingen iets te doen,
wat hij zelf verkeerd acht.
POLSTOI.
(BEYOND)
Öoor JOHN GALSWORTHY voor Nederland
bewerkt door
'J. KUYLMAN. mjli
43
Hij ging vlug door naar de hal, luisterde
een oogenblik en opende vervolgens de eet
kamerdeur. Fiorsen liep op en neer, bleek
en rusteloos. Hij bleef stilstaan en staarde
Winston met bleek gelaat aan. Deze laat
ste zeide
„Hoe gaat het met je? Is Gyp niet thuis?"
„Neen."
Iets in dit „neen" wekte een vage
wroeging in Winston. Door Gyp ver
laten te worden! Toen verhardde zijn
hart zich weder. De vent was een mispunt,
dat stond vast, dat had altijd bij hem vast
gestaan.
„Baby ziet er goed uit," zeide bij.
Fiorsen wendde zich om en begon weder
op en neer te loopen.
„Waar is Gyp? Ik wil dat ze thuis komt
Ik heb haar noodig."
Winston haalde zijn horloge voor den
dag.
,,'t Is nog niet laat." En plotseling voeldr
hij grooten weerzin tegen de rol dien hij
speelde. Om het kind in zijn macht te krij
gen; en Gyp in veiligheid te brengen, alles
goed en wel! Maar dit voorwenden, dat hij
er niets van afwist, stuitte h,em tegen de
borst. Hij wendde zich om en ging heen
Het bracht alles in gevaar, maar hij kon
er niets aan doen. Hij kon hier niet blijven
en voortgaan met huichelen. Zou Betty al
uit de voeten zijn? Hij ging naar het salon
terug. Daar waren ze ze gingen juist
langs het huis heen. Over een minuut of
vijf zouden ze bij den draai zijn. Hij bleef
voor bet venster staan wachten. Als die
vent maar niet binnenkwam! Door den tus-
schenmuur kon hij hem nog steeds de eet
kamer hooren op en neer loopen. Wat duur
de een minuut toch lang! Er waren er reeds
drie verloopen, toen hij de eetkamerdeur
hoorde openen en Fiorsen de vestibule door
naar de voordeur hoorde gaan. Wat zou hij
in den zin hebben zooals hij daar blee*
staan alsof hij luisterde? En plotseing hoor
de hij hem zuchten. Het was een geluid
zooals hémzelvcn menigmaal was ontsnapt,
als hij in vroeger dagen stond te wachten,
luisterend naar schreden. Had deze kere!
dan werkelijk lief? Bijna even hevig als hij
zelf had liefgehad? En met een plotselin?
felleren afkeer van dit spionneeren, ging hij
verder cn zeide.
„Ik kan niet langer wachten. Ik moet
weg."
Fiorsen schrok. Blijkbaar had hij-zich al
leen gewaand, en Winston dacht:
„Waarachtig, hij ziet er slecht uit!"
„Adieu!" zeide hij, doch de woorden.
..Doe mijn groeten aan Gyp," bestierven
hem op de lippen.
„Adieu!" zeide Fiorsen hem na. En Win
ston ging het bureautje door, zich bewust
van die hopelooze gestalte die daar nog bij
de halfopen deur stond. Betty was nergens
te zien; zij moest dus den draai al bereikt
hebben. Zijn zending was geslaagd, doch
hij voelde hierover geen bijzondere voldoe
ning. Om den hoek vond hij zijn convooi, en
nadat de kinderwagen boven op de cab was
eeheschen, gingen zij met spoed verder. Hij
had gezegd dat hij een en ander in de cab
wel zou meededen, doch de eenige opmer
king die hij maakte, was:
„Jullie gaat morgen allemaal naar Mil
denham."
En Betty die hem vanaf hun eerste ont
moeting, zoo vele jaren geleden, gevreesd
had, keek van ter zijde naar zijn profiel,
zonder verdere vragen te durven doen. Voor
zij thuis waren, stapte Winston aan een
postkantoor af, en zond dit telegram:
„Gyp en kind bij mij, brief volgt. Win
ston."
Dit ontlastte een geweten, waarop de ge
stalte van dien man in de deuropening
zwaar drukte: bovendien was het ook wel
noodig, want Fiorsen mocht anders eens
naar de politie gaan. De rest moest maar
wachten tot hij met Gyp gesproken had. Er
was nog veel te doen, en het was laat vóór
zij gingen dineeren, en eerst toen Markey
was heengegaan, konden zij samen praten.
Dicht bij de openslaande tuindeuren waar
Markey twee hydrangeas had geplaatst
op zijn eièen verantwoording gekocht, ten
teeken van onuitgesproken voldoening
opende Gyp het gesprek. Zij hield niets ach
ter, en vertelde het geheele treurige fiasco
van hun huwelijk. Toen zij aan Daphne
Wing en haar ontdekking in de muziekka
mer kwam, kon zij de gloeiende punt van
haar vaders sigaar heftig zien beven. Deze
beleediging zijn aangebedene aangedaan
leek Winston zoo ondenkbaar, dat hij een
oogenblik haar verhaal onderbrak door op
te staan en de kamer op en neer te loopen.
In haar eigen huisin haar eigen huis,
zoo waarachtig! En daarna was zij ge
woon met hem doorgegaan! Hij kwam naar
zijn stoel terug, en onderbrak haar niet we
der, doch zijn zwijgen beangstigde haar
bijna.
Toen zij aan de voorvallen van dien dag
kwam, aarzelde zij. Moest zij hem ook ver
tellen van Roseck was dit wel verslaii
dig. of noodzakelijk? Haar groote openhar
tigheid, die alles of niets gaf, en deel van
haar aard was, behield de overhand, en zij
ging verder, en behalve dan het zenuwach
tige heen en weer bewegen van zijn schoen,
gaf Winston geen enkel teeken van ergernis
meer. Toen zij geëindigd had, stond hij op
en doofde zorgvuldig zijn stompje sigaar
tegen de vensterbank, en toen, terwijl hij
haar gadesloeg zooals zij daar als uitgeput
achterover in haar stoel leunde, zeide hij
„Bij God!" en wendde zijn gelaat af naar
het venster.
Op dat uur, voor de schouwburgen uitgin
gen, lag er een loome rust over de Londen-
sche straten: in deze rustige straat werd
het stadsgerucht enkel gebroken door het
ruzieën van een dronken vrouwspersoon
tegen haar man, terwijl zij samen naar hui»
zwaaiden, on de tonen van de viool van een
straatmuzikant, die trachtte zijn schade in
te halen na een slechten dag.
Het geluid ergerde Winston eenigermate.
naar het hem herinnerde aan die twee ver
vloekte vreemdelingen, door wie zij zoo bt-
handeld was. O, als hij ze eens voor de punt
van eon degen had om ze dergelijke din
gen eens voor goed af te leeren! Hij hoorde
haar zeggen:
„Vader, ik zou zijn schuld graag betalen.
Dan zou alles zijn zooals het was, voor ik
hem trouwde."
IliJ liet een ongeduldig geluid hooren. Hi)
voelde er niets voor om vurige kolen op
iemands hoofd te stapelen.
„En ik wil mij er ook van vergewissen
dat het meisje goed bezorgd is, totdat zij
door haar moeilijken tijd heen is. Misschien
zou ik daar wat van het geld van dat an
dere geld voor kunnen gebruiken, als het
mijne allemaal is vastgezet?"
Het was louter woede, en geen misprij
zing van haar impuls, die hem deed aarze
len: geld cn wraak konden bij hem nooit
samengaan. Gyp ging verder:
„Ik wil het gevoel hebben dat ik nooit met
nem getrouwd geweest ben. Misschien wa
ren zijn schulden daar allemaal een deel
van wie zal T't zeggen? Toe, laat me dat
doen!"
Winston keek haar aan. Wat leek zij op
haar, toen zij dat „toe" zei. Wat leek zij
toch sprekend op haar zooals zij daar
achter in dien ouden stoel weggedoken zat,
en met haar gezicht in de schaduw. Een
soort van geestesvervoering kwam over
hem. Hij had haar teruggekregen hij had
haar weder terug.
_ZL ÏWordt vervolgd.J