Cognac Vieux x x x
mwprn
A. Schoterman Zn.
Wijnhandel
Dames leest dit!
LIEBERMANN VOOR HET GERECHTSHOF
Be§ danopfóo. 42
per flesch f 3.75
Gevestigd 1878 - TELEFOON 14S
UTR.STRAAT 17
VERSCHOONINGS NOTA
VAN DEN VERDACHTE
„Veeniammer'- en
Uiscooto'oaok
B. SCHOOLEMAN
Hebt U een
Taxi of Auto noodig?
AANWINST VOOR
ARTIS
Slakken en zeepaardjes
HUMORHOEKJE
Feitencomplexen die ten laste
gelegd worden
'Amsterdam, li Jan. Voor da strafka
mer van het Gerechtshof alhier is heden
dan toch werkelijk een aanvang gemaakt
met de behandeling in-hooger-bcroep van
de strafzaak-Salomon Liebermann. Men zal
zich nog herinneren, dat deza behandeling
aanvankelijk geruimen tijd is uitgesteld op
verzoek van de verdedigers en toen einde
lijk op 3 December 1.1. de zaak dienen zou,
was het de thans 43-jarig3 Liebermann zelf,
die gezorgd bleek te hebben voor een Sinter
klaassurprise in den vorm van een lange
memorie, een z.g. verschooningsnota, welke
hij aan het Gerechtshof had doen overleg
gen. Het Hof, dat een nauwkeurige bestudee
ring dezar memorie noodzakelijk achtte,
stelde in verband hiermede de behandeling
der zaak tot hedenmorgen uit.
Zooals men weet is Liebermann door de
Rechtbank wegens het uitlokken en het rae-
deplegen van bidriegelijke bankbreuk ver
oordeeld tot drie jaren gevangenisstraf,
zonder aftrek van het voorarrest. Van dit
vonnis gingen verdachte cn ook de officier
die 3X jaar mèt aftrek had gevorderd
in booger beroep.
De tenlastelegging.
Wij kunnen den lezer thans gevoegelijk
het gebeurde met de „Veendaramer Hy
potheekbank" cn de daaruit voortgevloeide
gevolgen hebben wij kortelings, toen van
liet uitstel op 3 December nog niets bekend
was, geresumeerd een nieuwe uitvoerige
opsomming van al cfez? onverkwikkelijke
kwesties besparen. Slechts willen wij nog
even terugkomen op de uitgebreide dag
vaarding, welke destijds aan Liebermann is
beteekend. Liebermann zijn n.l. drie groepen
feiten en handalingen ten laste gelegd. Al
lereerst gaat het over de bekende te Hil
versum gehouden „staande vergadering", bij
welke gelegenheid de toen juist opgetreden
directeur der „Veendammer. da heer A. G.
Möhring een strooman van Liebermann,
die, na bij de behandeling der „Veendam-
mer"-strafzaak door de Rechtbank te zijn
vrijgesproken, door het Gerechtshof is ver
oordeeld tot één jaar cn drie maanden ge
vangenisstraf. met aftrek van zes mnd. voor
loopige hechtenis twe3 villa's cn het
kantoorgebouw der „Veendammer" te Hil
versum, twee 6tukken grond, twee auto's,
een vordering van de ..Veendammer" op
ader AVoltman en 26 hypothecaire schuld
vorderingen tot een bedrag van ruim
millioen op Licbermann's „Discontobank
voor Credletin6tellingen", v.-elka formeel de
koopster was van de „Vcenda&mer". doch
bij lange na niet goed voor dat bedrag. Al
lereerst wordt nu Liebermann aan deze door
Möhring gapleegde bcdriegelljkc bankbreuk,
het modeplegen, het uitlokken, medeplich
tigheid en het doen plegen tc-n laste gelegd
Subsidiair vermeldt de dagvaarding het
misdrijf van verduistering, waarbij ver
dachte achtereenvolgens opnieuw van me-
dcplegcn, medeplichtigheid, uitlokken en
doen plegen wordt beschuldigd.
Het tweede complex van feiten slaat op
de overdrachten, tijdens Möhring's direc
teurschap, van waardon der „Veendammer"
aan Liebermann. In de dagvaarding komen
negen nummers voor, vv.o. de geforceerde
aflossing van een aantal hypotheken in de
maanden Juni tot October 1927. Ook deze
feiten zijn geconstrueerd als bedriegelijke
bankbreuk als verduistering cn bovendien
nog als heling.
Wat tenslotte de laatste tenlastelegging
betreft, deze slaat op het feit, dat Lieber
mann's stroomanncn. die tcsamon het nieu
we „bsstuur" der „Veendammer" vormden,
er mede accoord zijn gegaan, dat na ver
koop der aandeelen. in September 1929. aan
L.W.S. Paardenkooper, de vordering van de
„Veendammer" op de „Discontobank" ver
vangen werd door een vordering op Paar-
denkooper, die volgens de dagvaarding bij
lange na niet goed was voor het bedrag van
vijf millioen, dat den koopprijs der „Veen
dammer" uitmaakte.
Een merkwaardigs omstandigheid bij dit
deel der tenlastelegging is, dat de officier
daarbij aanneemt, dat de „Discontobank'
thins plotseling niet goed was voor het ge-
hoei of grootendeels voldoen van een be
drag van vijf millioen! Ook hier is weer
6prak2 van medepleeen. medeplichtigheid,
uitlokken en doen plegen.
Volstaan wij tenslotte met er aan te her
inneren. dat Möhring nog 6teeds op vrije
voeten is; waarschijnlijk zal te zijnen aan
zien na de behandeling van Liebermann's
hooger beroep een beslissing inzake even
tueele gratie genomen worden Van de ove
rigen. die door de „Veendammer"-affaire
met den strafrechter in aanraking kwamen,
werd vader Woltman op 29 November 1928
door hetzelfde Gerechtshof veroordeeld tot
214 jaar en zijn zoon tot negen maanden
gevangenisstraf. Voor beiden iverden echter
negen in voorloopige hechtenis doorgebrach
te maanden in mindering gebracht. Mr. E.
M. B. Kortenocver, eertijds commissaris van
Liebermann's Discontobank en later bij
de overdracht der activa commissaris der
„Veendammer werd reeds door de Recht
bank, overeenkomstig den ei6ch van het O.
M„ vrijgesproken.
Mr. D. Giltay Veth, Liebermann's verde
diger bij de behandeling zijner zaak voor
de Rechtbank, 6telde zich na het vonnis
van dit college niet verder beschikbaar; de
verdediging in hooger baroep heeft Lieber
mann toen opgedragen aan mr. F. A. Ko-
kosky te Amsterdam cn mr. J. E. W. Duys
to Den Haag.
Liebermann, die eenigen tijd, door een
veldwachter bewaakt, achter in de zaal
heeft gezeten, wordt, als te kwart over 10
het Hof binnentreedt, naar de \crdachtcn-
bank gebracht.
Mij ziet er bleek en vermoeid uit.
Het Hof is samengesteld uit mr. J. M.
Jolles, president, mr W. Boekhoudt en mr.
J. G. Meilink, raadsheeren en mr. G. J. van
Guns, griffier.
Het M. wordt waargenomen door ad\*o-
caat-gener.i j mr. A. baron van Harinxma
tnoe Slootcii.
De president wendt zich dadelijk tot
Liebermann met de vraag, waarom hij in
hooger beroep is gegaan.
Liebermann: Omdat het vonnis van
de rechtbank kant nog wal raakte.
President: Wilt u nu uw bezwaren te
gen het vonnis kenbaar maken?
Liebermann: En het memorandum
dat ik heb ingediend
President: Ja, ja, dat is zoo. liet Hof
heeft daar met belangstelling kennis van
genomen.
Aangevangen wordt met het verhoor van
mr. G. J. Salrn, curator in het faillisse
ment van de Veendammer Hypotheekbank
on van de Discontobank voor credietinstel-
lingen. Zijn verhoor levert uit den aard der
zaak geen enkel nieuw gezichtspunt op.
Wij stippen er alleen uit aan, dat er op
25 Juni 1927 geen voldoende dekking van
de pandbriefhouders was, zoodat, toen er
nog 2 millioen aan de bank onttrokken
werd, de crediteuren hiervan groot nadeel
ondervonden. Voorts waren de boeken der
Discontobank, de instelling van Lieber
mann, sinds einde 1920 niet bijgehouden.
Voorts deelde mr. Salm mee, dat hij den
indruk heeft gekregen, dat L. bij de dading
te Brussel niets achtergehouden heeft.
Presidont: Hij heeft dus volgens u bij
de dading alles te goeder trouw afgestaan,
evenals Woltman?
Mr. Salm: Ja, die overtuiging heb ik.
Getuige deelt tenslotte mede, dat de
verwachting is, da', crediteuren in het fail
lissement der Veendammer in totaal 53 a
55 zullen ontzangen.
Mr Kokosky tot getuige: U kent na
tuurlijk het kassierscontract, waarvoor Lie
bermann en v. d. Toorn borg waren? Blijkt
volgens u daaruit, dat de vordering niets
waard was?
Mr. Salm: Ik weet niets anders dan dat
in plaats van de 2'A millioen nominaal, die
aan de Veendammer onttrokken is, een vor
dering op de Discontobank in do plaats is
gekomen.
Mr. Kokosky: Dus als de Discontobank
behoorlijke intenties had gehad, zou er
niets ernstigs gebeurd zijn!
Naar aanleiding van een opmerking van
mr. Duys wijst mr. Salm erop. dat curn
toren zich tot niets anders verbonden dan
dat zij er naar zouden streven om te be
reiken dat de vervolging tegen I,. zou wor
den gestaakt. In deze kwestie hebben cura
toren geheel bonafidt gehandeld.
Mr. Duys merkt dan op, dat door het
feit, dat curatoren niet gepubliceerd hebben
dat er nog gelden waren teruggekomen, de
pandbriefhou 1ers meer benadeeld zijn den
noodig waro geweest.
Mr. Salm: Wij vonden geen termen om
deze mededeclingcn tc doen, omdat hierdoor
ipeculalie in pardbrieven zou worden be
vorderd. Dc publicatie in da Telegraaf van
den heer Rademakers is vooi^ curatoren een
zeer onaangename verrassing gevvcesi.
Deze publicatie heeft dan ook den volgen
Jen dag beursfluctuatics tengevolge gehad.
Liebermann krijgt dan gelegenheid
het c n cn ander tot zijn verdediging op te
merken, waarvan hij dankba.ar gebruik
maakt. Herhaaldelijk komt het tusschen
hem en den president tot een woordcnscher-
mut icling.
„liet komt cr op neer'aldus de president,
„dat u in 192S twee millioen van de Veen
dammer in uw zak had."
Liebermann: Dat heb ik beschikbaar
gesteld aan groote menschen.
President: Ja, aan uw advocaten. U
Dioet niet vergeter, dat ondanks het be
schikbaar stellen^ het misdrijf al gepleegd
.vas. Ik houd me aan de tenlastelegging en
volgens deze is het misdrijf gepleegd op 2;
Juni 1927.
Liebermann (met een handgebaar)
Och, die tenlastelegging... Ik heb toch al
les afgestaan om de zaak te redden.
Dan komen de statuten van de Veendam
mer ter sprake. Onder het doorbladeren der
betreffende artikelen stelt Liebermann al
zijn breedsprakigheid ton toon.
Als hij opmerkt dat in 't bijzonder aan
artikel 48 in de praclljk lang niet altijd
wordt vastgehouden, merkt de pr3sident op.
„Zouden we een bespreking van deze kwes
tie niet liever uitstellen tot het verhoor van
mr. Van Nierop, die deskundig is op dat ge
bied?"
Liebermann: „Wet is wet."
Pres. „U wordt er hcusch niet door ge
schaad!"
M r. Duys: „Wel nsen!"
M r. Duys wijst e»' dan op dat or nu 53 A
55% wordt uitgekeerd. Als nu Woltman
zoo vraagt hij aan mr. Salm met het be-
necr der Veendammer op de gewone wijze
was doorgegaan, waren de pandbriefhou
ders er dan niet veel beroerder aan toe ge
weest? Mogen zij eigenlijk niet dankbaar
zijn, dat de zaak zoo geloopen is?
De volgende getuige is mr. A. S. van
Nierop, de andere curator in het faillis
sement van Veendammer en Discontobank.
Als de bekende plahnen van de Atlas Hy
potheekbank ter sprake worden gebracht,
morkt de presidont op: „Liebermann,
het Hof wil aannemen dat u wel wat zag
in de Atlasplannen. Misschien kan deze ver
zekering het debat wat bekorten."
Liebermann geeft dan een uiteenzet
ting van de wijze waarop de Atlas zou
werken.
In de randstaten zou als hypotheekrente
12 worden betaald, met 2 A 3 afsluit-
prov isie.
M r. Duys concludeert dan uit verschil
lende vragen dat men dc zaak niet be
grijpt.
Ik heb zegt Spr. weken noodig ge
had om mij In dc materie in te werken.
Ook ik heb meermalen gedacht, als ik de
zaken met L besprak: „nou zeg je maar
wat". Maar als L. dan alles uiteenzette,
kon ik niet anders zeggen dan. je hebt ge
lijk!
Als mr. Duvs dan op een gegeven mo
ment de heer Van Nierop op scherpen toon
ondeskundigheid verwijt, waardoor hij in
conflict komt met den president, zegt deze:
Een dergelijke toon wordt hier van U,
mijnheer Duys. niet geduld."
Hierna treedt m r. L. van Gigch Jr.
als derde getuige voor het hekje.
Getuige beroept zich op zijn ambtsgeheim,
hetgeen Liebermann doet opmerken: Ik wil
absoluut, dat de heer Van Gigch spreekt!
De heer Van Gigch blijft echter het ge
ven van elke getuigenis weigeren en legt
om zijn houding te motiveeren, een verkla
ring af, waarin hij het ambtsgeheim van
den advocaat verdedigt.
Mr. van Gicli Jr. legde de volgende ver
klaring af
Ik weet, dat de heer Liebermann mij van
mijn beroepsgeheim wcnscht te ontslaan
Dit lean echter niets aan mijn plicht tot ge
heimhouding veranderen, zooals in een
analoog geval voor den Hoogcn Raad ook
beslist is. Het spreekt toch vanzelf, dat in
dien hit voldoende zou zijn een advocaat
te dwingen als zijn cliënt hem er vrijheid
toe geeft, dit in het nadeel zou zijn van el-
kon client, die dat weigerde cn die dus zou
blijken iels tc vei bergen tc hebben. liet be
roepsgeheim is niet ingesteld ten behoeve
van een bepaalden Client doch van de
maatschappij.
Natuurlijk heeft dc lieer Liebermann
groot gelijk te verklaren, dat hij niets te
verbergen heeft en ik dus alles mag zeg
gen wat ik weet Het moet de groote troef
van elkc-n verdachte 2ijn, dat zonder vrees
tc kunnen zeggen cn! dc heer Liebermann
weet en heeft dat reeds voor zijn uitleve
ring geweten, dat ik zal blijven zwijgen. Ik
zeg niet dat mijn verklaringen iets te zijnen
nadeele zouckn opleveren, doch het kan ook
anders zijn. Dat kan de heer Liebermann
niet beoordeelen en kan ik zelf ternauwer
nood weten, omdat het afhankelijk is van
het inzicht van den rechter.
Het is duidelijk dat hoc standvastiger ik
weiger te getuigen des te sterker zullen de
verdachte en zijn verdediging daarop aan
dringen. Mijn stilzwijgendheid is echter
uitvloeisel van de voorschriften van dc ba
lie en wordt door alle NcderlandsChe cn
Franschc auteurs als vanzelfsprekend be
schouwd. Zelfs al is hij volkomen onschul
dig kan bovendien dit standpunt in het be
lang van den heer Liebermann zijn. De
eenige die cr waarschijnlijk nadeel van
heeft ben ik zelf.
Persoonlijk heb ik niets te verzwijgen.
Maar door niets te verklaren loat ik hei
\eld vrij aan den heer Liebermann en aan
zijn verdedigers voor elk, ook tegen mij ge
richt, systeem. Ik zal op geen enkele be
wering kunnen antwoorden, op geen enkele
tot mij gerichte beschuldiging mij kunnen
verdedigen. Ik ben mij er van bewust, dat
daarvan door do verdedigers ruim gebruik
kan worden gemaakt. En indien door hen
uitvoering wordt gegeven aan hun voorne
men, reeds aan onderscheiden pei-soncn
kenbaar gemaakt, te welen dat, indien ik
mij op mijn amb'.sgéheim zou blijven be
roepen of zou wegblijven, zij mij zouden af
maken cn vernietigen, dan is het gevaar
waarop ik doelde niet denkbeeldig. Ik zal
dit echter moeten dragen en ik zal op deze
wijzo den heer Liebermann waarschijnlijk
meer van dienst zijn dan ik ooit door mijn
getuigenis zou kunnen zijn. Mijn mnerlijk-
ste overtuiging verzet cr zich tegen mijn
geheimhoudingsplicht te breken, misschien
zelfs in strijd met mijn cliënt te komen of
mijn getuigenverklaringen in een eventueel
vonnis tegen mijn cliënt te zien gebruiken.
Ondanks het verzoek dus van den heer Lie-
berman om te getuigen, ondanks den klaar-
blijkelijkcn risico dien ik loop dat men,
wetende dat te dezer plaatse geen tegen
spraak te wachten is, zal trachten zooveel
mogelijk dc schuld op mijn schouders te
laden en rnij als advocaat te treffen, zal ik
blijven zwijgen omdat ik niet kan en niet
mag spreken.
Dc zaal is, bij het afleggen dezer verkla
ring, met een groot aantal advocaten ge
vuld, die, zacht onder elkaar fluisterend,
hun opmerkingen maken.
Maar ik kan niet toelaten dat dit gedis
kwalificeerd wordt als „afmaken" van mr.
Van Gigch
Mr. Van Gigch blijft zich op zijn ver-
schooningsrecht beroepen.
Op een vraag van den president aan
Liebermann of mr. Van Gigch zijn raads
man is geweest van Maart 1927 tot Januari
1928, antwoordt verd. bevestigend. Voorts
blijft verd. er op staan dat Liebermann
spreken zal.
Mr. Kokosky: „De motieven, welke ons
cr toe geleid hebben om mr. Van Gigch op
te roepen, zijn genomen in hel belang van
onzen cliënt. Maai* zou het ook niet mr.
Van Gigch's eigen belang zijn om voor het
publick te vertellen wat hij van do zaak
weet?"
Mr. Van Gigch: „Ik heb mijn eigen be
lang bij het bepalen van mijn houding ook
afgewogen; de vraag of mijn belangen ge
schaad of gebaat zullen zijn, moet ik in
bet midden laten."
De advocaat-generaal vraagt er actie
van(<dat mr. Van Gigch zich op zijn ambts
geheim beroept; voorts zou spr. beslist wil
len zien of bij elke vraag een beroep op
het ambtsgeheim opgaat.
Ook mr. Duys richt in dien geest een
verzoek tot het Hof.
Het Hof gaat hierna geruimen tijd in
raadkamer; na terugkeer deelt de presi
dent mede, dat naar het oordeel van het
Hof mr. Van Gigch zich terecht op zijn
ambtsgeheim heeft beroepen.
Vervolgens wordt gepauzeerd.
Na de pauze treedt de oud-directeur der
„Veendammer Hypotheekbank" J. J. Wolt
man als getuige voor het hekje. Uitvoerig
gaat de president met hem de besprekin
gen na, welke over verkoop van dc Bank
zijn gevoerd, besprekingen welke reeds bij
twee gelegenheden voor de rechtbank cn
bij een voor het Hof zijn gememoreerd.
Ook\ over de wijze, waarop de koopprijs
van de aandeelen tot stand is gekomen,
wordt in den breede gediscussieerd Wolt
man ontkent dat hij voor den rechter com
missaris verklaard heeft, dat hij den prijs
op dc disagio-calculatie heeft berekend.
Liebormann was mlllionair.
Op een Maag van den president aan
Liebermann, hoeveel zijn privé vermogen
wa6, .onafhankelijk van de „Veendammer
antwoordt verd.: „Minstens een millioen!
Voor ik in Holland kwtfm was ik inillio-
nair!"
Pres.- „Maar u hebt al dat geld weer
verloren! In al uw uitvoerige memories
komt geen woord voor over uw privé-ver-
raogen!
Liebermann: „Ik heb alles uitgcge\en!"
Pres.: „Ja, het geld van dc „Veendam
mer"!"
Liebermann: „Ik heb betalingen verricht
aan Gedeyn, aan Schürmann
Pres.: „Dat was de advocaat *van Wolt
man, die moest u toch niet betalen!"
Liebermann: „t Komt er op neer, dat
Schürmann me er in heeft laten loo-
pen
Pres.. „Maar als we* dc rekening zïeri,
blijkt toch dat u, nadat u alles betaald had,
twee millioen had overgehouden. Dat was
het geld van de „Veendammer
Mr Duys merkt dan op, dat hij zich ook
oj) dit punt georiënteerd heeft door brie
ven te schrijven aan verschillende banken
waarhij Liebermann deposito's had. PI is
bereid van de betreffende stukken aan het
Hof over te leggen.
Pres.: „Ja, dat is alles goed en wel, maar
dat bewijst nog niet dat dit geld van Lie
bermann was."
Mr. Duys: „Ja, als wc zóó gaan redcnce-
ren, komen we er nooit!"
Liebermann (met een wanhopig gebaar):
„Zoo is mijn verdediging niet mogelijk!"
liet verhoor van Woltman wordt dan
weer voortgezet, waarbij mr. Duys den gc-
tuigc-deskundige mr. Van Nierop uitnoo-
digt zijn zienswijze te willen uiteenzetten.
Mr. Van Nierop betoogt dan, dat de bereke
ningen van Woltman niet kloppen, waarna
mr. Duys dc gelegenheid te baat neemt cn
aan mr. Van Nierop, in verband met het
incident van den ochtend, zijn \crontschul-
digingen aanbiedt. Hij zegt dat hij- cn dc
heer Van Nierop waarschijnlijk elkaar,
toen er sprake was van dc „Gooischc Hy
potheekbank", niet hebben begrepen.
Mr. Van Nierop gaat dan voort met zijn
zienswijze omtrent Woltmaifs berekenin
gen kenbaar te maken. Het wordt zoon
beetje een onderonsje voor de tafel cn als
Liebermann zich ook in het debat wil men
gen, maakt dc president er met een onge
duldig. „ik schei er uit!" een einde aan.
Dc zitting wordt dan geschorst tot Don
derdag a.s., te 10 uur.
Mr. Duys acht het dan noodzakelijk, cr
op te wijzen, dot op ambtsgeheimen uitzon
deringen mogelijk zijn. Aclit mr. Van Gigch
in dit geval geen ui zonderingsgeval aan
wezig Ook weet pl. dat mr. Van Gigch een
brief van Liebermann, aan hem, Van Gigch
gericht, aan een vriend heeft afgestaan.
Ook dat is toch gecji handhaving \an een
amisgchcirn Wat overigens de kwalifica
tie „afmaken" betreft, welke mr. Van Gigch
heeft gebezigd, pl zal in zijn pleidooi na
tuurlijk de rol der advociten ter sprake
brengen. Ik behoud mij daartoe aldus
mr. Duys alle rcch en voor en ik acht
dat dan ook mijn plicht.
Aangezien het seizoen teneinde is bren
gen wij de restanten wintermantels, hoeden
cn japonnen tot zeer verlaagde prijzen in
den verkoop. Ook dc allernieuwste welke
pas enkele weken in ons bezit zijn vallen
daaronder Komt U eens binnen zien, wij
toonen gaarne alles zonder eenige koop-
dwang „l'Hirondrlle" W. K. VAN ROS-
SUM. 1G/1S Langestraat.
VAN PERSI1JIVSTRAAT 19
TEL: 432.
Amsterdam, 14 Jan. Wie heeft
niet met bewondering de prachtige schelp
van een zeekat of porceleinslak (Cypraea
tigris L.) op het decoratieve huis van de
vingeslak of duivelsklauw (Pteroceras
Lambis L.) in de hand genomen en zich
daarbij verbaasd over hel feit, dat zulk een
wonder mooi bouwsel het uit kalkprimas
cn paarlemoer opgebouwde afscheidings-
prcduct is van den het slakkenlichaam al9
een huidplooi omhullenden mantel". Om
trent de bewoners dier exotische slakken
huizen, de -wonderlijke zeeslakken zelve,
met hare gesteelde oogen en uitstulpbare
voelhorens, adcmbuis cn kruipzool zullen
vel weinige bezoekers van het aquarium
een duidelijke voorstelling hebben. Dank
zij de deskundigo toewijding van den heer
J. A. v, d. Wetering de Rooy, hoofdmachi
nist van het s.s. „Johan de Wit', die deze
interessante dieren, samen met eenige In
dische oesters, een prachtige verzameling
koraalvisschen en een aantal zeepaardjes
uit do Middellandsche Zee met succes en
als geschenk voor Artis wist over te bren
gen, krijgt men thans in een der verwarm
de zcewateraquaria van de Kleine Zaal
van het Artisaquarium deze wonderlijke zee
slakken in levenden lijve voor oogen en kan
raen ze, met het daartoe vercischte geduld,
in hun merkwaardige levensuitingen gade
slaan Als heuglijk feit verdient voorts nog
vermeld te worden, dat Artis tegenwoordig
ook gedurende den winter zijn zeepaardjes
uitnemend in lc\cn houdt, zoodat de door
don heer Van der Weering de Rooy van
Port Said meegebrachte nieuwelingen zich
hier nanstonds in goed gezelschap bevon
den. Voorts moge er op gewezen worden,
dat sedert dc vorige week, do verlichting
bo\cn de bassins in dc groote zaal van het
Artisaquarium een belangrijke wijziging
heeft ondergaan. Do thans boven deze bas
sins brandende, zeer sterke daglichtlampen
geven volkomen do illusie van stralend
zonlicht. In verband hiermede en gezien
ook de uit een talrijk bezoek bijvende groo
te belangstelling voor het aquarium, zal dit
voorloopic ook na 15 dezer des namiddags
verlicht blijven. Het sluitingsuur van het
aquarium zal dan vijf uur v orden.
Dokter: Nu moet U naar huis gaan en rusten.
Patiënt: Maar dokter, dat kan ik niet.
Dokter: Waarom niet?
Patiënt: Ik heb moderne meubels.
(Passing Show)