DAGBLAD
BRIEVEN VAN EEN
BRABANTSCHEN BOER
MQWkMtNfSPRIJS pei i maanden voor Amcrsioori r 2.10, per maand 0.75. per
week (=ct gratis verzekering regen ongelukken) f 0.17*/a.
DE EEMLANDEK
Maandag 3 Maart 1930
28e Jaargang Mo 207
Buitenlandse!) Overzicht
BUITENLAMP
EEN GESTOLEN KIND
Te langen leste
ontvlucht
WILLEM GROENHUIZEN®
GISTING IN SPANJE
beduchtheid voor
al^emeene staking
Fa. L. Luycx en Zn.
Buste-Houders en
Jarretelle-Gordels
DOOR A. A. L. GRAUMANS
Biooenland f/aaco per por per 3 maanden f S.- Afzonderlijke nummers t Of'j.
POSTREKENING 47910 TELEFOON INTERC 513
UITGAVE:VALKHOFF C9
PHI IS nFR «nVFHTFHTIFN '=seU '-OS ',le, in!*8"P v" oemjsnunmw
fttiJS UtH ftulCHltnlltn (Q25 L.cldadlahcld5tdvmtll,lin voord.
helfl .u dn, prill - Klem. Advcrtenilin „KEITIES bl| «oorujlbet.luio 1-5 cegell
50 c*nt elke re oei oeef 10 cent, dnetnnel pl.etsen I I.- BeMlsnuiiiiee. ertr. I 0.05
Eet gist in Spanje. Do rce;o
om de repabliek.
Het heeft, naar het ons wil voorkomen,
J allen zin do gebeurtenissen in Spanje mei
dc grootste aandacht te volgen, daar he)
niet uitgesloten is, dat op hot Pyreneosclie
schiereiland eerlang schokkende pol'tick*
gebeurtenissen plaats vinden. Primo de Ri-
J vera is wel van het tooneel verdwenen en
I vervangen door generaal Berenguer. de dic-
j latuur heeft, wel-is-wuar opgehouden te be-
I staan, maar stabiel zijn do toestanden ïri
1 Spanje echter nog geenszins Allerlei be
richten gewagen van gisting on vooral
wordt voortdurend dc roep om do republiek
I luider en nadrukkelijker.
De burgerlijke vrijheden in Spanje zijn.
I ondanks de regeeringswisselmg. nog niet
volkomen hersteld, zoodat dan ook -ei-
I scheidenen personen nog niet wordt4- toegc-
staan openlijk hun staatkundige opvattin-
I gen te kennen tc geven. De regeering om
I een voorbeeld te noemen hoeft dan ork
I een langen tijd geaarzeld, voordat zij aan
den voormaligcn minister-president San
chez Gucrra, die, zooals men weet, van con-
I servatievén huize is, toestemming gat op
een vergadering het woord te voeren. De
redevoering heeft nu echter plaats gehad,
maar voor de toehoorders is zij feitelijk een
I teleurstelling geweest den monarchisten
j stond hei niet aan. dat hij niet voor koning
\lforiso persoonlijk opkwam, terwijl de ra
dicale republikeinen liet betreurden dut
I Sanchez Guerra niet hun opvattingen on
derschreef. Niettemin «t rok het de aandac ht,
dat deze duidelijk to kennen paf. dat hij er
zich niet tegen zou verzetten, wanneer in
I Spanje de monarchie door uc republiek
werd vervangen. De'conservatieve spreker
kon niet de oogon sluiten voor liet teil.
dat de tegenwoordige Spannsche jeugd
voorstandster is van de republiek, zelfs al
is zij niét van huis uit rcpühlikeinsch ce-
zind. De druk en het wanbeheer dor dicta
tuur gedurende cenigc jaren zijn echter do
beste propaganda voor de instelling oener
republikeinschc grondwet geweest. In elk
geval stelde Sanchez Guerra den eisch. dat
een commissie zal worden ingesteld, die zoo
nauwkeurig en gestreng, mogelijk dient na
te gaan wie verantwoordelijk is voor de
dictatuur. liet toekomstige parlement
moest z. i. in slaat zijn slrafmaatrcgelci;
te nemen tegen de schuldigen.
Dc politieke hartstochten worden inmid
dels hoe langer hoe meer wakker geroepen,
met alleen in de hoofdstad, maar ook in dt
verschillende provincies; niet weinigen ach
ten het aannemelijk, dat 'een republiek, in
het leven geroepen met behulp van een
deel van 't leger, voorloopig stellig levens
vatbaar zou zijn. IIoc dit ook zij, ontkend
kan niet worden, dat dé meerderheid der
bevolking ongetwijfeld het standpunt in
neemt, dat door wijziging der grondwet de
rechten van 't volk opnieuw moeten wor
den gewaarborgd. Iemand als Sanchez
Guerra zou ondcrtusschen, al veroordeelt
hij de dictatuur ten zeerste en al is ook hij
er voor. dat de rechten van den koning
worden beperkt, bezwaarlijk als leider van
het nieuwe Spanje in a mmerking zou kun
nen komen. Hij hoeft, naar de radicalen van
gevoelen zijn, niet positief genoeg gespro
ken; blijkbaar kan hij zich nog niet vol
komen los maken van de monarchistische
traditie; als geestelijk leider der gematig
den slaat hij dan ook stellig een beter
figuur.
Stormachtige anti-monarchistische botuo-
gingen Ie Madrid hebben reeds op duide
lijke wijze de gezindheid vertolkt van een
deel der hoofdstedelijke bevolking. Bij deze
manifestaties heeft ook reeds bloed ge
vloeid. daar dc politie zich genoodzaakt zag
lusschenheide ie komen, loon al te duidelijk
dc roep „Weg met den koning!weerklonk
Bovendien heeft dc rcgcering aangekondigd
krachtig te zullen optreden, wanneer sooit-
gclijkc mailifésnties zich mochten herhalen.
In andere steden gist het evenzeer en
vooral in Valencia schijnt de toestand nog
al gespannen tc zijn. Wanneer niet ille
teeltenen bedriegen, zullen gedeeltelijke sta
kingen weldra een algemeen karakter gaan
ilragen. Wij moeten nu afwachten, of de
i eering-Berenguer ander alle omstandig
heden staat kan maken op het leger. Blijkt
een belangrijk deel daarvan tenslotte onbe
trouwbaar, dan is het niet uitgesloten, dat
vandaag of morgen weer een kroon over dc
straat 'jolt.
Door een bedelaarsbende
geëxploiteerd
Op een avond van de vurige week, aldus
vertelt de N. R. Ct., kwam ;n een der buiten
wijken van Boelapest een in lompen gehuld
jongetje var. ternauwernood vier jaar naar
een agent toe loopen. Billend van koude en
angst greep het de hand van den agent.
„Breng mij naar huis. oompje zei het jon
getje snikkende. „Ik wil' naar huis, naar
mijn moeder De politieagent probeerde het
jongetje uit te vragen, kon echter slechts
zooveel uit zijn onder snikken gesproken
woorden begrijpen, dat hij in lang niet was
thuis geweest, 'zijii moeder kwijt geraakt
was en thans- ergens \vns: weggeloopen. De
agent bracht het kind naar het bureau, van
waar hel per auto naar lie' hoofdcommis
sariaat werd gebracht
Daar bleek, dat he: jongetje Pista heette.
Wie zijne ouders vvarci., kun Pista niet zeg
gen en ook niet. wanneer hij hen het laatst
had gezien Hij wist Meehts, dat het toon
warm was en -lat hij in een tricotje
met zijn moeder uit was gegaan. Op ccnc
mooie plaats vv i.cn zij gaan zitten en had
den wat gegeten Onder het clcn had hij met
andere kinderen gestoeld en was wat van
zijn moeder weggeraakt. Hij was toen door
n man aangesproken en nog wat verder
weggegaan, waarc-p de man hem plutseline
ip zijn arm nam en mot hem wegholde Wat
er daarna gebeurd was, v. ist h'.i niet Slechts
Jat hij wakker werd in êcr.o vuile kamer,
waar veel mannen en- vrouwen waren. De
nan sprak hom toon heel ruw aan en toen
hij begon to sclucicn on smeekte, dat men
hem naar huis zon brengen, word hij afga
ranseld. Overdag werd Lij binnenshuis .ge-
LAIMG ES TRA AT 43.
Gedipl. Horlogemaker 1e klasse.
Reparatie-Inrichting aan huis.
TEL. 852.
houden, 's avonds placht een vrouw hem in
lompen to kleeden, op den arm te nemen
en met hem de st: aat op te gaan om te be
delen Hij werd mishandeld en leed honger
Verschillende malen had hij geprobeerd
weg te loopen, maar dan werd hij verschrik
kelijk geslagen. Per slot van rekening lukte
het hem echter loch hot huis uit tc komen
en tc vluchten.
Het onderzoek der politie bracht'*aan het
licht, dat de kleine Pista het kind was van
een loodgietersbaas, die begin September bij
de politie had aangegeven, dat zijn 3J4-jarig
zoomjc op een wandeling met zijn moeder
verdwenen was. Tot dusverre gelukte het
echter niet de onmcnscheu te vinden, die
hel kind hadden mishandeld
WEERBERICHT.
Hoogste barometerstand:
/Til) te Breslau.
Laagste barometerstand:
730.2 te Verdö.'
Verwachting:
Meest 7.vvakke Z. O. tot Z.
wind, nevelig tot licht of half
bewolkt, droog weer. iets
zachter
Madrid, 2S 'Febr. De regeering heeft
geweigerd Melquiades Alvarez, den gewe
zen Kamervoorzitter, en Lerroux; den '.ei-
der der republikeinen, vergunning tc ver-
lecnen de politieke redevoeringen te hou
den, die zij te Barcelona zouden uitspre
ken. In die stad hebben gisteren veel mon-
schen in de hoofdstraten willen betoogen.
De politie kwam tusschcnbcide; zes betoo-
gers werden gekwetst, twee aangehouden
Valencia. 2S Febr. De overheden zijn
bijeengekomen om den toestand te hespre
ken. dTc voortspruit uit do aankondiging
van n algemeene staking. Men besloot
de gehecle gendarmerie in dc hoofdstad
te conccntrecrcn.
LANGESTRAAT 49--1. - TEL. 190
Nieuwe Fransche modellen
ook in zwart en in kant.
REISPLANNEN VAN KONING
GEORGE.
Londen, 2S Febr. Gemeld wordt, dat
de koning in den zomer een officieel bezoek
zal brengen aan Griekenland. Oostenrijk,
Spanje en Portugal.
llvcnhout, 2ö Febr. 1930.
Mcnicr,
I Keb '11 nuuwke veur oew, jonk. waar ge
van zult staan to zien!
D n Tiest is aan 't vrijen.
Zoo ziede toch: d T is gin punnekc of r
past n dekseltje-n-op! Waant wie had da
nouw ooit kunnen donken, amico, dat da
blaauw stekelsvèrkskc nog 's mee n frum-
mes veur d n dag zouw komen
I -U laank hadden me in dc gitten dat
j mee hum 't een ui aantier nie kousjer was.
Dol er vva-d-aan haperde: dat ie w.i-d-m z'n
schild voerde da me riic w. .en mocliten
Hadden me s Zondagsmorgens wa d-
hcultjes geschoten op dc boogschuttersklup,
dan was ie mee van d eersten die 'm smeer
den. hn 't was teugeswoorig 'u witte raaf
as ie "s middags z'n pi-opke kwam leggen
in de „Gouwe terwijl ie zo'ncn licfebbei
was van n potje kaartspel motte weten!
Totdat veur 'nen dag of veertien golc-jen
Fielp, onzen bakker, zcc: „waar zit dieen
sallemaandcrschc Blaauwe toch teugeswoo
rig, waant me kw amen non maat tekort,
I begrepte.
„Die is lillekers vangen!" riep er eencn
van de buljèrt. Ecèê vroeg ik. „wa bc-
i doelde daarmee?"
-Wil ik juilie s wa vertellen? deed d n
Fielp toen heel geheimzinnig en toch boog
ie z u dik vollemaansgezicht- 'n end naai
vouien ovei t tafeltje, „wil ik jullie s zeg
gen wak denk...!' „Ollee, bal gehalu",
weerde d n Joep 'm af. ga-d-'n bietje meer
noordoostelijk zitten „dn Tiest is aan
d n schèrel", gong Fielp deur zonder z'n eigen
wn van d n Joep aan ie trekken.
,.Da besta niet schuÜdc-n-ik mee m'n
kop, „da's kwaadsprekerij." s
„Kwaadsprekerij? Kwaadsprekerijviel
d n bakker uit en z'non koj> wier eens zoo
rood als al lij, „kwaadsprekerij?" en toen
sloeg ie mee dc platte haand op t tafeltje
dat dc pilskes en de citroentjes van d'r ge
loof vielen en toen ha k d n Fielp sjuust
waar k 'in '.-mmen wou
..Ja, zee ik, „da's konkeldctoes!" En 'k
riep dn kastelein om nog "s vol te doen
De a and eren kwam mén hij ons staan, om
ons tarsltje-n-ann 't raam. waar wij nltij
zitten te proppen, achter zo'n blaauw liorre-
ke.
„En ik verasscreer oew wond d n bak
ker z n eigen op, „ik geef oew op 'n bricfke
da ze d n Tiest aan d' haak slaan!" En bij
elk woord douwde-n-io mee z'nen vetten
duim op t tafelblanike of ie centen uittelde
„Gin een wijf op heel de wereld, da zo'ncn
veugclverschrikkci i trouwt", zee d u Joep
ongcloovig. „Da zou dan toch nog lillek in
oew oogen kunnen druppen, Joep zee d n
bakker weer. „D n Blaauwe knept 't katje in
den donkerte en 'n katje.... 'n katje...
en toen streek d n Fielp sraco z'n worst-
vingers langs z'non kinnebak ,.nöuw 'k
zal nie veul zeggen, maar waar'guilie al
lemaal wel. s in zouw willen knijpen."
„Witte dan v. ie 't is?"' riepen z'-allc-
ma.al tegelijk. „Da zal ik nie weten".
ilcc d n Fielp heel vcurnaam. En toen riciit-
te-n-ie z'n eigen heclemaal op, keek ons
ecu veur een aan en zee: k breng er toch
zekers zeivers eiken dag m'n brood."
Toen kw am d u Tiest binnen.
„Ge zouw 'n dubbeltje geven om jouw tcu-
gesv.oorig 's te zien, Blaauwe'zee d'n Joep.
„Gooiemnddag samen', groette-n-ic zoo
kalm as ge'm zelden licuTt."
„Kijken wie gift"', en meteen vischlo d'n
Fielp de kaan. n uit de plaskes citroen niec-
suikcr en pils. ..Blaauwe wa bende weer
■aat, me' zitten al 11 haalt' uur op oew ic-
wachti i- en inet-ecn nam d n I-'u^lp eerst
ii slokske veur ie ih* kaarten i Tc él en zou.
..kcli dn Kruisweg nog gedaan na 'i Lof",
[ïekskezeerdè "d'n Blaauwe .droog, en daar
schoot me d'n bhkkci' in z'nen lach, anneo,
dat z n slokske citroen in 't blaauwe lior-
rekes-gaas hong.
Ja. jong. d'n Blaauwe cii d n Kruisweg,
houw me vast!
Wa-d-is flioén Tiest die én /.undaggemid-
dag genomen, amico. Toen me-n-allemaal
pasten en gongen „vrouwen", mee d'n lesten
slag m du kostte,-n-'in vice spie. korn-
d-éen wijf te Kort, Blaauwe', knipoogde d'n
Joep daar bar$tic-n-ul!es weer in 'nen lach
amico. gelachen dii-mc-emmen gedaan,
nefcë gescheurd emmeu me!
Toen d'n Fielp weer: „troost oew éigen
maar Tiest. ongelukkig in "i spel gelukkig
in dc liefde!"'
Maar d'n Blaauwe dee net of ie gek was!
Dio ka lirrde icvcraans dw ars overhencn en
dronk li col kalrakcs 'n paar pilskes. Wa
bende gij aan T bier gesukkeld, Tiest
•TOCg ik. nVerliefd hart is dorstig, ee,
troela zee d'n Joep die drie hazen had.
„Ollee, wie heet d'n vierden haas, wie is
d ïi troela'1„Ikke", bromde d'n Blaauwe,
die gin beste kaarun had. Ja, wie zal aan-
dei-s d'n troela zijn, oc?riepen ze van de
buljèrt en zwaar plonsden de keujen teugen
l'n v loer van de speulors om 's uit te lachen
Wa-d-emmen mén leut g'ad, amico, om
:1a blaauw stuk fréten.
Maar ondcrtusschen wiesten me nog niks.
i
D n bakker v.ouw verder,-» hikske uiuuien
om ginnën klaant'to verspeulen; maar hij
hiew bij hoog en bij Laag vol, da-d-ct met
d n Tiest zou was.
De bewijzen kwabopen dan ok van alle
kaantcn. D'n Joep had zeivers gezien dat
d'n Tiest z'n blaauwe stekels had laten af
hakken hij d'n barbier.
„En da nie alleen', verrnaide d'n Joep,
„h(j hec z'n eigen zelfs 'n schcike laten knip
pen!"
Janus d'n veldwachter had 'm getrappeerd
op heeterdaad (da's Janus z n lijfwoord)
veur de etelaazje van 'nen goudsmidswinkel
iu do stad, terwijl d'n kastelein van de
„Gouwe Koci" beweerde, dat ie een van z'n
beste klaanten aan i vei-sjteulen was mee
d'n Tiest. Ons pustorkv wiest 'r ok meer
van. Waant toen k 'm zoo laanks m'n neus-
weg zee „heddet al g'eürd menier pustoor,
van d'n Blaauwe'. toen viel io deur de
maand, deur tc zeggen, „lu'.-tut-tut, gij hed
det toch ok gedaan Div ,.'t Is dus waar?'
nachtc-n-ik. ..Wal schrok ic van z'n
eigen.
„Dat dn Tiest mee trouwplannen vond-
lopt in z'n blaauwen les)
,,'k Wit van nik», horre, zee ons pusto.r-
kc loon ineens en hij wapperde mee z'n
bluunkc. dunne luiandje zou zeemclappig
■cpren-neer. da-d-ik t mijne d'r wel van
dom;
Ik z°g oew, de bewijzen stapelden mee
d'i! dag op, maar giniuensch die nouw wist
w ie :1a knappe wefke was; zoons d'n l ielp
z n eigen uitgelaten h;ul. Ivn die zee 't nie,
bang a.-. ie was 'nen klaant te verspeulen.
En hij val nog liever van z'n geloof
ok al lopt ie dan mee 't kerkzakskc dan
dal ic 'nen klaant lot tippelen, zoodra me
dus mee z'n allen oj> T dooie spoor stin-
geic
Kil wie denk ie die 't geval opgelost hoe?
W ie
T rui!
Zoo ziede toch. ee. mee dicvn motte
dieven vangen. Ginnen manskerel die 't
wefke ontdokken kos. ut gm weken. Trui
laptc-n-T 'm in éóncn dag.
Van de weck op nen morgen gong d'n
Tiest over d'n weg en toen zee Trui zoo:
,wwa-d-is er toch mee d'n Blaauwe? Ge
beurt of ziet "ni nie meer. 'k Ileur jouw
zoo niks meer van iu vertellen uit de
„Gouwe' en ok z'n monika hc'k iu gin
weken g'eurd! Is ei' wn mee m?"
Eu toen hó'k Trui verteld wat er alle
maal gedocht wier en war 'i veur protjes
gengen van ïn'nen kammeraod
„E'n mee wie?' vroeg Trui.
..Da-d-is 't sjuust, zee ik, „mee wie?"
„Oh, ZOO.W", pcisde Trui haat dop. „zoo-
zoow, uan zumme da'd-'.s efkes uilzuukcn,
daar mot ik 'i mijne van ommen!"
Ziezoo, docht ik, nouw is d'n Blaauwe
verloren. En ik gong mee d'n gruunlen-
w agel op vve£.
't Was koud, vinnig! 'k Trok er mee d'n
Blek gééf van laanks s Middagges was
or nog al wat tc doen op d'n hof, zooda-d-
allcs bij mekare d'r nog al steuvig aange
pakt wier dieën dag en 't geval van d'n
Tiest me heelegaar deur m'nen kop gong
k Was 's avonds blij. da'k weer 's efkes
rust had bij de plattebuis mee m'n kraantje
en m'n pepke en 't bakske troost da glee
er in as 'n züul vvoordoke bij 'n verliefd
wefke.
'k as sjuust gekomen aan de markt
prijzen van 't vee, toen Trui inééns zéé:
itto wie 't zijn zal?'
„Wu zijn zal, wie zijn zal", bromde-n-ik
zo'n bietje, waant d'r is niks zoo nnmpc-
taant as da z-oevv bij oew lektuur in oe»v
rode vallen.
„Die inee d'n Tiest, ge wit wel,en met
een knecj) Trui één oog dicht en leunde
over do plattebuis as 'n toövcrheks die de
toekomst gaat vcurspellcn.
Ik lüsterdo mee al m'n ooreji.
„Wille vva-d-ik vandaag ge
docht cm? vroeg Trui laankzaam en na
drukkelijk, d'ren bril op 'I puntje van d'r
drup neus zettende
„Nouw?" vroeg ik. zeg t dan!"
Vaatje Bogcrs!"
'k lleurdo de klok likken: Dubbel-écn
(ons witte poes mee d'r twee zwarte vleks-
kes np d'rn buik) snorren; in de plattebuis
Jicurdc-ii-ik 't vuur zakken....
„Da'snog'zoo gek nie.' docht ik haard-
op: „heeë Trui das nog zoo gek nie, wa
ge daar zegt. Aantjc kan best 'nen vent
gebruiken op d'r godoeike en mee tl'r drie
jonk, maar heur is cfkes. is d'ren vouw-
tijd-al om?
En toen lichtte Trui d'ren schort op,
zooht in dien zak in hieuw me 'n dods-
beeleke veur m'n oogen.
„Kek,'' zee ze, „da-d-em ik er sjuust veur
opgezocht. C.radus Bogers is alweer 'n groot
jaar dood, d'n sukkclèèr en da-d-is nctuur-
lijk de geheinazinngheid van Aantjes en
Tïesto en da val me erg mee van d'n
Blaauwe; heel netjes! Niks van tc zeggen.'
„Neemaar. a-. ik or nouw nog 's goed ove
denk I rui, dan. zisset! 'k Herinner me
nouv. as d'n dag van giestcren da d'n
Bh.jiiwteugen Sundereklaus bij Aantjes
is wiesten slachten.cn dat ie me nog zee.
„Schoon, pront wefke da-d-Aantjr. 'i Zouw
zuude zijn as daar gienen vent op afstapte'
En toen em ik 'm nog gezeeci mee 'ncii gek
ken slag: „Stapte gij cr op af, Tiest,' maar
toen gooidc-n-ie du zóó wijd weg, en zee
„stikt gij de laamp maar aan! Trouwen is
niks veur mijn; leve de vrijheid.
Vs ze da gaan zeggen," zee Trui. „zitten
zal aan den haak! Let er op: Tiest en Aan
tje won-en n paai. Ln as ic ze krijgen kun
mee z'nen blaauwen rut tonkop en z'n veftig
jaren en z'nen vèrkcnstpcll. dat it zc dan
maar gauuw nimt ook Van tje hee'n schon
godoeike, n stuk of drie schoon-? melkbies-
teil. 'nen wennen stal en goei voer. veur
dieen zwerver." en toen borg Trui d'r dok
kement, t dodsbeeldekc, weer in d'ren zak
bij d'n oiuneugelijkcii inventaris die daar
altij in zit.
En amico, lieddel over d'n duvel, dan
trapte op z'nen stèèrt daar kwam sjuust
d'n Tiest binnen deur 't achterhuis.
„Navend samen, zee-t-ie, „koom 't ge
legen?"
,Kom binnen, hoe later op d'n avond,
hoe schonder volk," \Tiendelijkte Trui, da
Tiest er niks van begreep, „ga zitten, 'n
bakske koffie Blaauwe?
„Da's goeie," zee-t-ie „gère, waant da-d-
ontbrikt er nog al 's aan as g'as vent altij
alleen bent."
iLÏïjéF? -
Tj-ui knipte 'n ogeke nuar me en koikto
of z.c zoggen wouw: „Nouw??"
Maai verders kwammeu me nie. Me wa
ren al aan t tweede komrnekc en 't zovëlétc
pepke en d n Blaauwe begos al naar de klok
tc kijken om op tc slappen en zuchtte-n-s.
„Meurt hem s zuchten," nam Trui 'm da-
lek waar, „da-d-eb ik jouw nog nooit heuren
doen!"
Toen lachte dc Tiest 's wittckes.
„Is ci wa, Tiest?' vroeg ik vaderlijk.
Hij keek toen in z'n pepke. knikte en
bromde:
j.Jah! Ja, d'r is wa. Ik loop mc gekke
dingskes onder m'n pet."
„Of veur 't eerst van oew leven mee vcr-
staandige." snapte Trui en ze keek 'm deur
d'r ooghorkes heel fel aan. De Tiest schrok
ei 'n bietje van en toen zee-t-ie gul: „guilie
weten "t geleuf ik al, is nie?" en om de
beurt keek ie ons allebei 'n bietje lachend
aan.
E toen, amico, toen... toen snapte-n-ik
pos veur i eerst hoe glad -die Trui van
me is.
Da zc slim was in veul dingen, da wiest
Ik. maar zóó* Mee n dood-, doodonschuldig
gezicht en zoetsappig stemmeke of zc t zel-
vers nie gebeteren kon, zee ze: „Oh, ge
bedoelt dattc mee Aantjes, Tiest?"
En dn' viel d'n Blaauwe zoó raauw op z'n
maag, da z'n oogen al tien keer „ja" hadden
gezced, veur io 't zelvcrs wiest.
Ik docht da'k brook van 't lachen. *k
Sloeg in m'n alterasic mee m'n haand op
de gloeiende kachel en d'n Tiest z'nen mond
die gulpte-n-open da-d-ct er allemaal van
tochtte.
Eindelijk mork ie dat ic d'rin was getij)-
jïeld.
Maar daar raaien guilic ok maar naar,"
riep i", „dam vvicsten guilic ok nik# -
en hij schuierde-n-is deur z'n blaauwe ste
kei-lokken.
„Om d n dooien dood nie," verafisjreerde
Ti ui die d'r prooi nie meer los wo1 laten,
„dochte da me da-d-al nie laank vvicsten.
Blaauwe?' En as ik oew nen goeicn raad
mag geven," en toen wier d n Trui heel
sjcerjeue, as ik oew 'nen heelcn gooien
raad mag geven
„Ia, ollee," vroeg ie.
„Doen!" zee Trui. „Ge ben nouw veftig
jaren, dc gekste streken zulde zoo zuutjes-
aan wel kwijt zijn, anders rokie ze nooit
meer kwijt! hier wieren Trui d'r oogen
groot „en Aantje is as weduwvrouvvke
van d'r eigen wel verstaandig al schil ze
twintig jaren mee oew, raensch 'n aajider
zouw z'n vingers afbijten om nog zo'n wefke
te kunnen krijgen; pak et vast!
Tiest zat maar tc knikken.
Toen sloeg ie mee z'nen vust op z'nen
knie en zee: ,,'k doei *t
En hoe Trui dalek de flescli op tafel gezet
en eramen d'r alvast centje op genomen
mee z'n drie-kes.
Maar me mengen er nog nil verders (v
praten, eerst mot Aantjc uit de rouw zijn.
Dus amico. alles in vertrouwen, horre.
Van dc rest, dc bruiloft en zoo, mee
Mei denk ik, beurde nog wel!
Veul groeten van Trui en as altij vgin
horke minder van oewen
toet a \oo
DRé