arararagra St. EMI LION LAG ER BLOED OP DE DEURMAT? UTR:STR:17 Tel:145 Voortzetting van de behandeling De dochters van Lans gehoord Onderwys en vredesactie Wat is een „aan ieder bekende" traditie? AARDAPPELMEEL IN HET BROOD Nadeel voor het bakkersbedrijf HUMORHOEKJE s^lWI\HL[( Per flesch f 1.40. Per anker f 56 1924 DE ZAAK'LANS Heeft Bieling zijn feekening gechargeerd? '&-G r a v e n h a g e, 1? Sept. Het Haag- sche gerechtshof heeft hedenochtend de behandeling voortgezet van de moordzaak- jLans. De belangstelling was thans veel minder ilan gisteren. Bij een gehouden appèl-nominaal bleek, ïdat van de gedagvaarde getuigen 10 niet zijn verschenen. Als eerste getuige worSt heden gehoord 'de weduwe van den verslagens, mevr. P. iC. LansKroon. Deze verklaart, dat ver dachte tegen haar heeft gezegd, dat hij p iden bewusten dag vroeg was weggegaan. Hij heeft een uur genoemd, maar als ver dachte zegt „vroeg", dan moet dat. voor zes uur geweest zijn. De verslagene had op den moorddag te gen getuige gezegd, dat hij niet veel te doen had, en dat hij vroeg zou thuisko men. Hij kwam altijd om 6 uur thuis en [wanneer het later mocht worden, dan te lefoneerde hij even. Toen hij dien dag niet gebeld had, heb- fien getuige en haar dochter herhaaldelijk naar het kantoor getelefoneerd. Aangezien geen antwoord kwam, is de oudste dochter gaan kijken en daarbij deed zij de vrcese- iijke. ontdekking. De venslagene heeft verdachte altijd ten [volle vertrouwd, v. O. was echter niet geschikt (voor zijn werk, maar hij werd in dienst gehouden, omdat hij vrouw en kinderen had. Verdachte heeft Vrijdagmiddag met den accountant van Voorst een onderhoud ge had over voortzetting der zaken. Hierbij is ;ook ter sprake gekomen, dat verdachte di recteur zou worden. Verdachte ontkent, dat over het direc- 2teur worden gesproken is. Incident. "Wanneer mr. Kokcskv aan getuige eeni- $e vragen stelt en de procureur-generaal ieen opmerking maakt roept mr. Kokosky met stemverheffing uil: „Mijnheer de pro cureur-generaal, ik ben aan het woord en lik wensch niet. door u geïnterrumpeerd te [Worden. Na mij kunt u het woord krijgen". Mr. de Visser: LT hebt gisteren ook tel- fkens opmerkingen gemaakt, toen ik aan het woord was Ik licb daartegen geen be zwaar gemaakt. Mr. Kokosky: Maar ik heb er wel be lt waar legen. U is in deze zaak partij, Mr. de Visser: U -niet. Mr. Kokosky: Neen, ik niet, ik 6ta hier 5 oor den verdachte, maar u had hier niet [moeten zitten. Het is niet juist, dat in deze zaak het O.M. wordt waargenomen door iemand, die ook als officier bij de recht bank heeft gezeten. Als volgende getuige wordt gehoord mcj. P. C. Lans, die op den bewusten Donder- idagmiddag met haar moeder was wezen wandelen. Getuige is om kwart voor zes •thuisgekomen en na dat oogenblik is niet [getelefoneerd. De jongste dochter van den heer Lans {verklaart om kwart voor zessen te zijn thuis «gekomen. Er is toen niet getelefoneerd. Haar vader kwam meestal ongeveer 6 uur thuis. Als hij later kwam, telefoneerde hij. •Zij zegt niet te weten, hoe laat haar moeder idien dag thuis kwam. Zij heeft het kantoor ppgebeld en geen gehoor gekregen. Mr. Kokosky vraagt of 't dikwijls voor- Kwam dat haar vader later thuis kwam. Get.: „Neen. Niet den laatsten tijd/' Mr. Kokoksky: „U hebt de vorige maal verklaard, dat uw moeder en zuster iets later, u meende 6 uur 15 thuis gekomen is. V zegt het nu anders. Was het iets later of heel wat later? Uw moeder zeide, kwart voor zeven. Het moet later geweest zijn. •Wat denkt u daarvan?" Get. weel. het blijkbaar niet. Daarna komt getuige W. de Haas, vroeger lid der vennootschap, voor. Hij is den mor gen na den moord naar het pand Oostzee- 'dijk gegaan en heeft een gesprek met van P. gehad. Pres.: „Had hij het erover de zaak voort le zetten? Wat was uw indruk?'' Get.: „Ik had wel dien indruk, dat Van O. 8e zaak wilde voortzetten.' Hij verklaart [verder bloed op de deur van hef magazijn gezien te hebben en een vlek naast de mat. Vervolgens komt de getuige H. F. Bieling, Kunstschilder, die teekeningen van enkele bloedvlekken gemaakt heeft. De bloedvlekken bevonden zlcH op de deur ter hoogte van pl.m. 1.60 M., 't maakte den indruk of het achterhoofd legen de deur gegaan was. Ver der komt ter tafel een foto van de rnat met bloed er op. Het kwam getuige, gezien het bloed op dc deur, voor, dat Lans beneden gedood zou moeten zijn en dat men hein later naar hoven gebracht heeft. Hij ver klaart verder, dat ieder, die over de mat geloopen heeft, bloed aan zijn schoenen ge kregen moet hebben. Pres.: „Hoe groot was die plek bloed?'' Get.: „20, 25 c.M. middellijn. Het bloed van den vloer moet zich aan de mat mede gedeeld hebben." Proc.-genéraal: „U moet goed nagaan wat u zegt. De werkster heeft uitdrukkelijk ver klaard, dat er geen bloed op de mat is ge weest, dc politie evenzoo. Dc heer Lieber, verslaggever van Dc Voorwaarts, die gelijk met u in t huis geweest is, heeft gezegd tegen Bieling. dat dc leekening overdreven was cn den indruk maakte gechargeerd te zijn. De heer Tas, van de politie, heeft ge zegd: do heer Bieling is een kunstenaar en heeft gewerkt op de sensatie van het pu bliek. Getuige blijft er bij lot zijn dood toe, dat er bloed op de mat was en dat 't bloed van de deur vloeide. 1-Iij herhaalt zijn verkla- rinig, van dc deur liep het bloed in stralen naar beneden. Getuige zegt nooit op sen satie uit tc zijn, hij werkt niet op het pu bliek. Dc inspecteur van de Rollerdamsche po litie J. V. Tas wordt daarna verhoord. Pres.: ,„U -vond dc leekening van den lieer Bieling overdreven?" Oct.: „Ik weet zeker, dat er voor en ge deeltelijk over de mat heen een geringe hoeveelheid bloed lag.'' Ilij achtte 't niet de moeite waard om 't te fotografcercn. Mr. Kokosky komt er weer op terug, dat do mat in beslag genomen had moeten wor den. Hij concludeert, dat er in elk geval bloed op cle rnat lag, veel of weinig, 't doet er niet toe. Getuige S. S. de Korte heeft op 29 Nov. even voor 7 de sleutels van het kantoor pand aan mc-j. Lans gegeven cn is met haar het portaal ingegaan. Onderaan de trap zag hij een actetasch liggen cn een groote bloedvlek, reeds opgedroogd. Toen de heer Lans op 't geroep niet kwam, is De Korte de politie gaan waarschuwen; mej. Lans wachtte op het terrein. Toen cle Korte terug was, zijn beiden weer liet huis ingegaan en naar boven gegaan en hebben rechts van de trap boven een bloedvlek cn den kapot- ten hoed gevonden, en in de keuken lag het lijk van den heer Lans. Mr. Kokosky wijst op de onwaarschijn lijkheid, dat op dien tijd het bloed al gestold geweest zou zijn. Getuige mej. Chr. G. W. Lans verklaai t, dat Van O. ongeveer elf uur op den avond van den moord bij haar geweest is. Van O. zeide orn half zes naar huis gegaan te zijn. Verdachte: „Het is voor mij onverklaar baar, dat mej. Lans zegt, dat ik verklaard heb om half 6 naar liuis gegaan te zijn.'' President: „Uw vader heeft met u over een accountantsonderzoek gesproken. Hij vertrouwde-Van O.?" Get.: „Volkomen.'' Zij verklaart verder, dat om half zes haar zuster naar huis gegaan is op den bewus ten dag, haar moeder en zij kwamen tus- schcn kwart voor zeven en zeven uur thuis. Als haar vader later kwam, telefoneerde hij. President: „U hebt getelefoneerd en geen gehoor gekregen.'* Get.„Ja''. Zij vertelt daarna, hoe zij samen met De Korte naar het kantoor gegaan is en hoe zij het lijk van den heer Lans aantroffen. President: „Wie had den sleutel van het achterhek?" Get.: „Vader had er een, en Van O. cn ..Kees" (Bruinaars). Vader cn Van O. gin gen meest samen weg door het voorhek. Dc president doet nog enkele vragen om trent de door Van O. gedragen kleeren, waarover get. weinig inlichtingen geven kan. Alleen herinnert zij zich, dat in Van O.'s grijze pak een scheur zat. De zitting wordt geschorst tot 2.15 uur. Na heropening der zitting, om half due, wordt het getuigenverhoor voortgezet. Er wordt medegedeeld, dat de getuigen mej. C. Tinbergen en de heer P. C. van den Heuvel niet kunnen verschijnen wegens ziekte. De procureur-generaal ziet in ver band hiermede van het hooren dezer ge tuigen af, cn daar ook de verdediger hier mee accoord gaat, doet hij de verklaringen door hen voor de rechtbank te Rotterdam afgelegd, voorlezen. Vervolgens wordt getuige J. J. Lans ge hoord. Deze heeft den dag na den moord met van O. getelefoneerd, die zich toen met hem over den moord onderhouden heeft. Van O. zou ook gevraagd hebben, of ze dc zaak maar voort zouden zetten. Omtrent zijn vertrektijd had Van O. gezegd, dat de heer Lans en hij beiden den vbrigen avond met ja* cn hoed aan gestaan hadden, cn Lans t«n gezegd had: Ik blijf toch nog maar even. Mcj. J. R. Valk is om 10 over half G met mej. Tinbergen \an het kantoor der N.V. de Haas weggegaan door het voorhek, dal juist gesloten werd. Van O. cn de heer Lans waren er nog. Voor getuige, telefoonjuffrouw, weg ging, had zij vier stoppen ingezet, vandaar dat het privékantoor met de stad verbonden was. Toen zij later op den avond terug kwam, waren de stoppen er uit en ook een pennetje was eruit getrokken, zoodat er geen hel kon gaan. De president ondervraagt getuige verder, hoe zij 's avonds cle brandkast aangetrof fen heeft, get. heeft gezien, dat er papieren uitgehaald waren, die over den grond ver spreid waren. Het briefje van f25, dat door anderen gezien is, heeft zij echter niet op gemerkt. Getuige F. Wessel, die een kantoor heeft in dezelfde gang aan den Oostzeedijk, heeft cenige malen mcnschen in do gang hooren loopen. Ongeveer 10 minuten voor half 8 a 8 uur is mcj. Lans hij hem komen telcfo- ncpren naar cle politic. Getuige J. Zandman, agent van politie te Rotterdam, was op 29 November op het bureau cn kreeg bericht, dat door De Korte aan den Oostzeedijk assistentie was ge vraagd. Hij is er heengegaan cn heeft in het portaal van het kantoor van Dc Haas een plas bloed gezien. Naar dc mat heeft hij niet gekeken. Boven was het lijk van den heer Lans, met een plas gedeeltelijk geron nen bloed ernaast. De brandkast stond open; in de brandkast stond een onaange roerd bakje met geld; hij kreeg dan ook niet den indruk, dat een inbraak gepleegd was. Op een vraag van mr. Kokosky ant woordt getuige, dat het bloed in liet benc- denportaal cenigszins verspreid op den grond lag. Volgende getuige is de agent van politie M. A. de Graaf f; deze heeft op 29 Nov. tusschen 6.10 en 6.12 uur licht zien bran den op het kantoor \an dc Haas. Getuige kan zich niet meer herinneren, dat agent Brons tegen hem gezegd heeft, dat hij een paar dagen vóór den moord een man op verdachte wijze op de Admira liteitskade heeft zien loopen. die voortdu rend naar het perceel van de Haas keek. Mr. Kokosky: U hebt dal toch voor de rechtbank verklaard. Getuige: Dau zal het wel zoo zijn. Vervolgens is als getuige aan dc beurt commissaris S. Dijkstra, die de situatie in het kantoor van dc Haas eveneens heeft opgenomen. Toen \erdachle verscheen, vroeg deze wat er aan dc hand was, hoe wel hij dit al lang had kunnen hooren van dc vele menschen, die huiten ston den cn die wisten wat er gebeurd was. Ge tuige heeft daarop aan verdachte gezegd, dat Lans vermoord was. Verdachte schrok in het geheel niet en hij gedroeg zich niet als iemand, die zoo'n feit voor het eerst hoort. Getuige geeft voorts aan, waar hij overal bloed heeft aangetroffen, o.a. rechts op den grond in hét henedenportaal. M r. Kokoek y: Mie had bij het onder zoek dal dien avond is ingesteld cle lei ding en wie is dus verantwoordelijk voor alles wat verzuimd is? c t u i g e: Ik weet van geen verzuimen. M r. Kokosky: Daar zullen we het nog wel over hebben. Maar wie had de leiding? Getuige: De recht er-commissaris. M r. Kokosk y: M eet u er iets van, dat opdracht is gegeven, dat alles voor den volgenden ochtend 9 uur opgeruimd moest zijn? Getuige: Ik heb in overleg met mr. dc Visser tegen inspecteur Hermans ge zegd. dat den volgenden dag allc6 weer op geruimd kon worden. M r. de Visser: Getuige Dijkstra heeft medegedeeld, dat de leiding in handenwas van den rechter-commissaris. Dat is niet juist, want de feitelijke leiding berust in den aanvang steeds bij de* politie. En dat de leiding bij de politie is gebleven, blijkt wel uit het feit, dat de rechter-commissa ris eerder is weggegaan. Getuige: Er zal..dan een misverstand zijn geweest. Ik was van oordeel, dot de eigenlijke leiding hij den rechtcr-commis- earis was. Daarna werd gehoord de agent van po litie G. dc .long, die ter plaatse een on derzoek met den politiehond heeft inge steld. Het spoor leidde door het achterhek naar de Admiraliteitskade. Ook heeft get. den hond laten ruiken aan een handdoek, welke over het lijk van den heer Lans lag. Get. L. II. H. J. Vermaas, expeditie chef, 6loot in den regel het achterhek. De vijlen, die gebruikt werden, werclm op \erschillendc plaatsen bewaard, veelal op de plaats, waar men ze gebruikt had. Ook deze getuige heeft in het beneden- portaal een \lek bloed links op den grond gezien. Op de mat heeft hij echter niet gelet. Na een opmerking van verdachte geeft getuige toe, dat de vijlen ook wel beneden werden gebruikt. Mr. Kokosky: Hebt u op 29 Nov. een vijl gemist? Getuige: Neen. Mr. Kokosky: Heeft u daarna een vijl gemist? G e t.: Neen, dat was niet belangrijk. Mr. Kokosky: Juist, waar er meerdere vijlen waren cn vaststaat, dat een vijl mot wordt gemist, is het dus niet noodzakelijk dat men een vijl eerst uit het pakhuis zou moeten halen, voordat men haar zou kun nen gebruiken. Op een vraag van mr. Kokosky antwoordt ge t. nog, dat de politie hem gewaarschuwd had om niet in het bloed te trappen, dat in liet henedenportaal lag. Mr. Ko kos ky: Zoo, er was dan dus reden voor zoon waarschuwing. Wanneer de politie u niet gewaarschuwd had, zou u natuurlijk in het bloed getrapt hebben en dan onder het bloed hebben gezeten. Mr. Kokosky merkt nog op. dal Ijcl ook mogelijk is, dat iemand zich heeft la ten insluiten. M r. de Viseer: Inbrekers, die zich la ten insluiten, nemen gewoonlijk wapens mee en zoeken niet naar een vijl, waarvan ze niet welen, waar hij is. De president deelt mede, dat nog twee getuigen zullen worden gedagvaard. De zitting wordt hierna geschorst lot morgenochtend 10 uur, Het oordeel van Ds. Geelkerken over de uitspraak in de zaak:Schurer Naar aanleiding van dc uitspraak der Commissie van Beroep, welke het ontslag Van den onderwijzer, den heer Fedde Schu- rer, hem gegeven door het bestuur der Christelijke school te Lemmer, handhaaf de, schrijft dr. J. G. Geelkerken in Woord cn Geest het volgende: „Wij deelcn het standpunt van den heer Fedde Schurer in zake de verhouding van Christendom en oorlog, voorzoovcr ons dit hekend is, per soonlijk niet. Wij zijn geen voorstanders van eenzijdige nationale ontwapening cn volkswcerloosheid. Na het bovenstaande nadrukkelijk uitgesproken te hebben, moet het ons nu echter uit de pen, dat wij met dit al de mofiveëring van cle'uitspraak der Commissie van Beroep in de zaak-Schurcr en dus ook die uitspraak zelve niet anders dan hoogst bedenkelijk kunnen achten. Ei- wordt verklaard, dat de zienswijze van appellant omtrent hetgeen uit hel Chrisle lijk beginsel voortvloeit inzake het vervul len van militairen dienst in strijd is met' de Gereformeerde belijdenisschriften gelijk ze op dit punt steeds zijn opgevat en uitge legd." En er wordt beweerd, dat wie in cle Christelijke school werkzaam is, lot roeping heeft lager onderwijs te geven, op den grondslag der Gereformeerde belijdenis schriften in cle aan ieder bekende traditio- neelc bcleekenis. Wie stelt vast wat nor matieve Gereformeerde traditie is? Soms een Commissie van Beroep? En waaraan ontleent een „aan ieder bekende" traditie- haar bindend gezag? Aan de Gereformeer de communis opinio'? De Roomschc kerk heeft haar organen, die vaststellen wat traditie is en als zoodanig bindend gezag heeft. Maar dit is dan ook Roomsch, niet Gereformeerd. Naar Gereformeerd beginsel is cn dc traditie èn dc belijdenis èn haar uitlegging èn haar opvatting alleen en uit sluitend gezaghebbend wanneer zij ruston op dc Heilige Schrift, die alleen en uilslui tend dc norm is van denken cn doen. De 'Commissie van Beroep decreteert eenvou digweg: Men heeft zich te houden aan de aan ieder bekende bestaande traditioneele opvattingen. En als dit èn te dezer zake cn voor andere vraagstukken van onzen tijd voor onderwijzers cn anderen verplichtende gedragslijn wordt op poene van ontslag en dergelijke, inderdaad, dan maakt zich hier een hoos traditionalisme breed, dat het historisch gewordene stelt hoven de cischcn van het evangelie, de eïechen van Gods Woord, cn waartegen in naam van dal evangelie, het Gereformeerde beginsel, on verzoenlijke strijd tot het uiterste den Ge reformeerden Christen is geboden." HET WEEKBLAD „PAN". A msterdam, IS Sept. Het Amsterdam- sche gerechtshof heeft heden uitspraak ge daan in de strafzaak tegen d^n uitgever van het weekblad „Pan" J. II. E., die door de rechtbank op 21 April 1.1. tot 1000. boete subs. 50 dagen hechtenis werd ver oordeeld, wegens het verspreiden en in voorraad hebben van eenig geschrift, con- 6tootelijk voor de eerbaarheid. Het Hof vernietigde het voonis der recht bank. Opnieuw rechtdoende verklaarde het Hof dc feiten bewezen cn veroordeelde verd. tot een geldboete van 500 subs. 25 dagen hechtenis. De advocaat-generaal had bevestiging van het vonnis geëiecht. SPOORWEGRAAD. Dc minister van Waterstaat heeft aan den heer W. G. A. M. v. d. Lugt, lid van de Ka mer van Koophandel cn Fabrieken voor Rotterdam aldaar, op zijn verzoek eervol ontslag verleend als lid v an den Spoor weg? raad, met dankbetuiging voor dc in deze be trekking bewezen diensten. Benoemd tot lid van den Spoorwegraad tot 15 Februari 1933 de heer mr. R. Mees, lid van de afd. Grootbedrijf van de K. v. K. en Fabrieken te Rotterdam. VRAAGT WINKELIER OF N.V- HULSKO TELÏ200 AMERSFOORT Een bederf voor hel eerste volksvoedsel De heer Sal C. Rodrigues^ voorzitter der afdecling Amsterdam van den Bakkersge- zellcnbond, schrijft aan liet Volk: liet koninklijk besluit, waarbij wordt toe gestaan het gebruik van aardappelmeel bij dc broodproductie, zal menigeen tot cle vraag hebben gebracht of er ook gebrek aan goed tarwemeel bestaat, orn brood van te maken. Op deze vraag kan kort cn goed het antwoord luiden: neen, er is geen gebrek aan goede graansoorten, zoodat niet dc ge ringste aanleiding bestaat vreemde meng sels aan het brood toe tc voegen. Voor wie de overzichten van de graan markt bijhoudt, is het geen vraag of er een tekort aan graan is op dc wereldmarkt. Er is, gezien uit den gezichtshoek van kapita listisch belang, een ontzettend teveel aan graan. Met allerhande middelen is, naar oud recept, kunstmatig dc graanproductic be perkt. De deskundigen, wier oordeel als maatstaf dient op de wereldmarkt, zijn van oordcel, dat het laruc-oogstjaar 1930 buitengewoon gunstig zal zijn, zelfs wanneer de schatting naar den oogst voor Argentinië en Austra lië voorbarig hoog is, dan nog zal dc graan opbrengst die van het jaar 1929 overtreffen. De hittegolf is den tarwe-oogst. in Mistra' lie en Britsch-Inclië, in West** en Miclden- Europa, danig ten goede gekomen, lloe het zij. er is geen gebrek aan goede graansoor ten te bespeuren. Wat is er dan wel voor een ernstige reden aardappelmeel te willen toevoegen aan de broodfobricage? Er is geen andere reden, dan een ernstige poging van dc slechtst denkbare protectie voor den aardappelmcelhandel. Deze handel zal er niet wel bij varen. Aardappelmeel is weinig goedkooper dan de goede tarvvesoorten. welke voor een goed stuk brood gebruikt worden. Hot vreemde mengsel zal liet brood minder smakelijk maken. Het brood doel als volksvoedsel groot nut cn is onontbeerlijk. Maar laat dat eerste volksvoedsel niet in smaak en kwaliteit be dorven worden door mengsels van produc ten clic voor andere- doeleinden zeer ge schikt, maar voor brood buitengewoon on geschikt. goocht moeten worden. Iu 'tijden van nood is alles welkom. De oorlogstijd heeft bewezen dat alles gegeten wordt. Het was bijna geen brood dat den mcnschen voorgezet werd. Slechts clc vorm bleef be houden, maar dat kon niet anders. Thans een maatregel te gaan toepassen, waarvan' het cle vraag is of het iemand eenig nut zal geven, maar die bedoeld wordt als een groepsbelang, mag toch on der geen voorwaarde een gioot gemeen schapsbelang iu den weg staan. Het geldt hier het eerste volksvoedsel. ecu volksvoed sel dus van den eersten rang. Het Kon. besluit, nu nog slechts vaag cle protectie aandienende, zal straks de regee ring, indien in den aanvang roods niet ern stig v erzet komt tegen deze verknoeiing van het hoste volksvoedsel, aanleiding geven tot het openlijk voorstellen van een z.g. noodwetje, ter bevordering van den aardnp- pclmeclliandel. Er zijn tc groote belangen voor de volks massa bij betrokken, dan dat het Kon. be sluit voorbij kan worden gegaan. En wan neer do regeering groepsbelangen wil be hartigen, dan is het toch een zaak van wijs beleid met de poging, een groep te willen helpen, een andere groep der bevolking niet in den weg tc treden. IIcL belang van het bakkersbedrijf staat hier waarlijk in niet geringd ma to op het spel. Daar is geen woord te veel aan gezegd. Het publiek zal de goede broodsoorten moeten blijven koo- pen en zich niet laten afschepen met min* uer goecl brood tegen bijna denzelfden prijs. „Goeie help, jij bent ook modern ingericht, Hoe bevalt je die rommel „Nou, in het begin raakte ik wel eens in de war. Ik heb een poosje in de boekenkast geslapen en dc boeken in het bed opgeborgen, voor ik het merkte," (Passing Show).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1930 | | pagina 6