AMERSFOÖKISCH DAOELAD
DE INSTELLING VAN BEDRIJFSRADEN
(JMUIDER VISCHHANDEL H. GLASTRA Co.
De Verdwenen Delora
Donderdag 18 December 1930
1 -DE EEMlANDEft"
29e Jaargang No. 146
HET VOORONTWERP VAN
MINISTER VERSCHUUR
Twee overwegende
bezwaren
Eet meer visch
Dan blijft ge slank, gezond en frisch!
EEN SPEELHOL ONTDEKT
FEUILLETON
„Ifs a long way to Tipperary", luidde het
refrein van een populair Engelsch soldaten
liedje in den oorlogstijd. liet is ook een
lange, moeilijke weg om te komen tot den
toe drijf svrede, die zoozeer ge w ens ah t is voor
de ontwikkeling van ons bedrijfsleven en de
algemeenc volkswelvaart. Die bcdrijfsvrede
wij hebben het meermalen doen uitko
men dient gegrond te zijn op onderling
vertrouwen van arbeiders en werkgevers en
op een geest van hartelijke samenwerking,
voortgekomen uit het inzicht, dat de belan
gen van beide groepen niet tegenstrijdig
zijn, doch samengaan. De bedrijfsvrede moet
langzaam groeien, wij zouden bijna zeggen,
groeien tegen de verdrukking in; want die
groei wordt machtig tegengewerkt door de
socialistische en communistische propagan
da voor den klassenstrijd en het georgani
seerd zijn van groote massa's arbeiders in
vakvereenigingen, die op den grondslag van
den klassenstrijd staan.
Toch wanhopen wij niet aan het geleide
lijk veld winnen van betere inzichten in de
arbeiderswereld; maar dit proces kan niet
worden geforceerd. Elke dwang of verplich
ting tot samenwerking van arbeiders en
werkgevers is in dit opzicht uit den booze;
crp commando wordt men geen vriend van
lieden, die men wantrouwt, omdat men ze
principieel als vijanden heeft leeren be
schouwen. Het is een illusie, een ijdcl po
gen, door middel van de wet den bedrijfs
vrede te willen vestigen of bevorderen.
Intusschen denken niet allen zóó hier
over. De grootste onzer politieke partijen,
de R.K. Staatspartij, heeft zelfs op haar
programma staan dc invoering van bc-
drijfsraden, dat zijn door de wet geschapen
colleges, waarin vertegenwoordigers van de
organisaties en van w erkgevers er van arbei
ders in een bepaald bedrijf zitting hebben
en waaraan dan bepaalde bevoegdheden
zouden zijn toe te kennen. Die partij ver
wacht van deze verplichte samenwerking
van de twee groepen in het productieproces
een betere verstandhouding, een beter el
kaar begrijpen en dus bevordering van den
vrede in het bedrijf. Aan den anderen kant
willen ook de sociaal-demokraten de wette
lijke instelling van dergelijke colleges be
vorderen, onulat zij daarin een eersten stap
zien in de richting van een bedrijfsorgani
satie met regelende bevoegdheid, welke den
overgang van het particuliere naar het ge
socialiseerde bedrijf zal vergemakkelijken.
Gegeven nu het feit, dat de beide genoem
de partijen tezamen over een meerderheid
in onze volksvertegenwoordiging beschik
ken, behoeft het geen verwondering te
baren, dat dc tegenwoordige minister van
Arbeid, Handel en Nijverheid aan den aan
drang uit de kringen der Katholieke cn z.g.
moderne of sociaal-dcmokratische vakorga
nisaties op instelling van Bedrijfsraden ge
volg heeft willen geven. Hij heeft een voor
ontwerp tot regeling der Bedrijfsraden bij
den Hoogen Raad van Arbeid ingediend cn
tevens, krachtens een goede gewoonte, aan
den inhoud van dit voorontwerp publiciteit
gegeven. Zoo zijn dan ook wij in staat ons
daarover uit te spreken. En dan treft bet.
dat de minister daarin inderdaad met groote
gematigdheid te werk is gegaan. Hij heeft
getracht de door ons gesignaleerde klip te
omzeilen en het gevaar te bezweren, dat aan
ons bedrijfsleven een regeling zou worden
opgelegd, waarvoor de bedrijfsgenooten nog
lang niet rijp zijn, tot groote schade voor
dat bedrijfsleven.
De minister toch \erklaart uitdrukkelijk,
dat slechts in die bedrijven (of gedeelten
van bedrijven in bepaalde streken -van ons
land) bedrijfsraden zullen worden ingesteld,
waar het overleg tusschen de organisaties
van werkgevers en arbeiders reeds ver ge
noeg is voortgeschreden om te kunnen ver
wachten, dat partijen in deze samenwer
king geen „gedwongen fraaiigheid" zullen
zien. Dc minister wil slechts consolidecren,
wat op dit terrein reeds mocht zijn ge
groeid. Het is toch een niet te miskennen
feit, zoo redeneert hij, dat de vakorganisa
ties, oorspronkelijk 6lechts organisaties
voor het voeren van strijd, meer en meer
organen van overleg geworden zijn cn dat
in verschillende bedrijven dit overleg reeds
vaste vormen heeft aangenomen.
Nu zouden wij in de eerste plaats willen
opmerken, dat indien met de instelling van
Bedrijfsraden niets meer wordt beoogd dan
dóar, waar reeds geregeld overleg tusschen
de organisaties van werkgevers en arbeiders
bestaat, voor dat overleg een bepaald col
lege, van zekere samenstelling in het leven
te roepen, een tamelijk overbodig werk door
den wetgever wordt verricht; immers in
zulke bedrijven bestaat aan een bij de wet
vastgesteld orgaan voor dit doel geen be
hoefte; belanghebbenden hebben reeds zelf.
op allicht veel eenvoudiger, doeltreffender
en minder kostbare wijze contact met elkan
der weten te verkrijgen; zij hebben een af
zonderlijk lichaam voor dit doel, waarvan
de voorgeschreven samenstelling hen allicht
minder zal bevredigen dan de volkomen
vrijheid, welke zij thans genieten bij de re
geling van hun contact, hoegenaamd niet
noodig. Maar bovendien vragen wij ons af,
of de minister niet ten onrechte het steeds
veelvuldigcr plegen van overleg tusschen
de organisaties van werkgevers en arbeiders
beschouwt als een aanwijzing, dat de ver
houdingen inderdaad steeds meer vredelie
vend worden. Dit zou juist zijn, indien de
groote vakorganisaties haar klassenstrijd
standpunt prijsgaven. Maar men heeft nog
kort geleden gezien hij het conflict in de
typografie, een der weinige bedrijven waar
in het overleg tusschen de organisaties van
werkgevers en arbeiders zich heeft ontwik
keld tot een in onderdeelen gereglementeer
de bedrijfsorganisatie, dat de arbeidersvak-
vereeniging om enkele centen loonsverhoo-
ging bij het afloopen van het collectief con
tract de ganschc moeizaam opgebouwde or
ganisatie dreigde te vernietigen. Tot het
scheppen van een beteren geest onder de
daarbij aangesloten arbeiders heeft dit zoo
minutieus geregelde overleg dus blijkbaar
niet geleid
Aan de voorgestelde regeling is echter noc
een tweede overwegend bezwaar verbonden
De minister koppelt n.l. aan de bevoegdhe-
denider Bedrijfsraden als organen van over
leg /andere bevoegdheden, welke met de be
vordering van den bedrijfsvrede slechts in
zeer verwijderd verband staan, te weten het
geven van advies aan de autoriteiten over
bcdrijfsaangelegenheden en over Ontworpen
maatregelen, liet bedrijf betreffende, als
mede liet deelnemen aan de uitvoering der
sociale wetgeving en voorts arbitrage in
rechtsgeschillen over bedrijfsregelingen en
bemiddeling in arbeidsconflicten. Xu. vol
gens de bedoeling van den minister, slecht*
in enkele bedrijven (soms zelfs alleen voor
enkele streken van liet land) Bedrijfsraden
zullen worden ingesteld, ontstaat hierdoor
deze onbillijkheid, dat. enkele bedrijven of
gedeelten daarvan een bevoorrechte positie
zullen krijgen. Met name doet zich dit be
zwaar gevoelen bij de uitvoering der sociale
wetgeving. Bedrijven, of gedeelten daarvan,
die over een Bedrijfsraad beschikken, zullen
rechtstreeks daaraan kunnen medewerken
zij zullen zelfs, indien zij regelingen treffen
omtrent verschuiving van den arbeidstijd
krachtens de Arbeidswet 1919. 200 uren per
jaar langer moeien arbeiden dan andere be
drijven, die van een Bedrijfsraad verstoken
zijn.
Om deze redenen en tevens omdat het ge
vaar dreigt, dat in de toekomst aan de Be
drijfsraden verordenende bevoegdheid zal
worden toegekend en zij zich dan zullen
gaan ontwikkelen in de richting, welke naar
socialistisatie leidt, zou het ons leed doen,
indien deze regeling tot stand mocht komen.
VAN ONZE VEEMARKTEN.
De handel is wel gewoon aan stille mark
ten zoo omstreeks Kerstmis, en nu zijn ze
ook niet zooveel stiller dan andere jaren.
De aanvoer \oor dezen lijd wel normaal,
maar toch is er iets niet in den haak. Ook
op onze veemarkten heerscht een crisis.
Varkens zijn in geen jaren zoo goedkoop
geweest. Vette koeien, waarvan men nog
dezen zomer dacht dat er een groot tekort
aan was, zijn er nu zooveel aan de markt,
dat ze aan de abattoirs lang niet alle
zijn te plaatsen, vandaar dan ook sterk
verminderde prijzen. Algemeen wa6 de ver
wachting deze herfst, dat de vette koeien
wel zouden zakken in prijs, maar dan toch
niet vóór Febr. En 't is nog zeer de vraag
of ze de nu bereikte prijzen nog zullen
houden? 't Wordt steeds moeilijker een
voorspelling te doen. Denemarken blijft ook
nu, bij de verminderde prijzen nog steeds
vleesch aanvoeren. Men heeft daar trou
wens niet zooveel ander opzetgebied, dus
zal men hier voorloopig wel moeten blij
ven.
Rotterdam had een tamelijke aanvoer van
mager vee, kalf- cn melkvee. Er was een
zeer luie handel. Belgie kocht weinig, en
het melkvee ondervindt de terugsl-a.g van
hot vette vee. Vare koeien waren ook tegen
dc, nu sterk verminderde prijzen nog slecht
te plaatsen, alleen een uitgezochte beste
wordt nog gevraagd. Prijzen: voor kalf- cn
melkvee voor do goede soorten nog van
300 tot (een enkele) 400. Vare koeien
175—275.
In jong vee (guste;' en kalfvaarzen) was
iets meer vraag voor Brabant en Zeeland,
vandaar ook iets meer leven. Prijzen ble
ven stationnair 175.tot 240.In
graskalvercn was stille handel, en moeilijk
te plaatsen. Prijzen 75.tot 120.—. In
nuchtere kalveren was vlugge handel, met
eenige vraag voor België; ruim prijshou
dend. 15.tot 25.— per stuk.
De slaehtveemar.kten vertoonen nog
geenszins verbetering Rotterdam wra6
Maandag iets vaster. De voornaamste oor
zaak daarvan was dé in erge mate heer-
schende mist, waardoor de aanvoer zeer
ongeregeld was. In Amsterdam had de
markt Maandag een slechte afloop met
mindere prijzen. 'Rotterdam had Dinsdag
ook weer groote aanvoer met nauwelijks
of niet te handhaven prijzen, lste kw. 0.95
1.05, 2de kw. 0.850.95, 3de kw.
0.750.85 per K.G. geslacht.
Vette kalveren zijn deze week ruim aan
gevoerd. Misschien rekende dc handel al op
wat meer vraag voor de Kerstdagen, dit
was echter geenszins merkbaar. Alles kon
niet eens geplaatst worden niettegenstaan
de de prijzen met 2 a 3 cent per pond zak
ten. lste K\v- 0.5Q— ƒ0.52, 2de kw. 0.40
ƒ0.17, 3c kw. 0.3o—ƒ0.40 per pond le
vend.
De vette varkensmarkt geeft niet veel
verandering. Dc aanvoer regelt hier veelal
de prijs. Utrecht was zooals we reeds schre
ven ongeveer 1 cent lager Prijzen va»
2224 cent per pond.
TELEGRAM-ADRES: TELEFOON: 241 275
GLASTRA IJMUIDEN POSTGIRO: 29627
N.V.
IJMUIDEN (HOLLAND)
BANKIERS: KANTOOR EN PAKHUIS
HAARLEMSCHE BANK RIJKSVISCHHAL.
IJMUIDEN
Dr. A. VAN DER LAAN, Amsterdam, schrijft in „Voeding cn Hygiene", Nov. 1930):
dat visch in gemakkelijke verteerbaarhek', vleesch verre
overtreft";
dat \isch in „extra waarde", dat is de waai^lo ontleend aan
zijn gehalte aan vitamines en anorganische zouten, vleesfeh
eveneens overtreft";
in het buitenland schelvisch het geheele jaar door graag
wordt gegeten";
visch Aan is, in het algemeen gesproken, veel goedkoopar dan
vleesch, kost in het algemeen aan zuiver vischvleesch (zonder
kop. graten, ingewanden, vinnen enz.) onjfeveer de helft van
rundvleesch. (Luxe soorten tafelvisch, als zeclong, vergelijke
men met kalfsoesters en ossenhaas)
Wij willen aan deze belangrijke medcdeelingcn van Dr. v. d. LAAN nog
toevoegen: „let steeds op kwaliteit".
Door ons eigen inkoopkantoor te IJmuiden kunnen wij instaan voor de
beste kwaliteiten. „Direct van de aanvoerplaatsen naar den verbruiker", wil
zeggen, het beste uit het beste en tenminste 10—20 procent billijker dan
iet'.er ander.
Geeft U eens een proeforder voor een der soorten, als daar zijn: tarbot,
tong, kook- of bakschelvisch, kook- of bakschol, kabeljauw (dikke mooten of
staartstuk), levende bot etc.
lederen dag vcrsche garnalen. Zaterdags warme garnalen-croquèttcn en
vischkoekjes. Een groote sorteering visch conserven als zalm, sardines, etc. Ver
der stok visch, zilverblanke zoute visch, rolmops en gemarineerde haring.
Voor de a.s. Feestdagen: „De fijnste Zceuwsche Oesters", s. v. p.
TIJDIG bestellen.
Bel nog heden telef. 92 of een berichtje naar
UTRECHTSCHESTRAAT 40 AMERSFOORT TELEFOON 92
IJMUIDER VISCHHANDEL. H. GLASTRA Co. N.V. OPGERICHT MEI 1909
ALLEEN: UTRECHTSCHESTRAAT 40. TELEF. 92
HOOFDKANTOOR TE IJMUIDEN.
H.
AimreCRr
KERSTKRANSEN
KERSTSTAVEN
KERSTARTIKELEN VOOR
DE KERSTBOOM.
Arbeiders de slacht
offers
's-Gra venhage, 17 Dec. Bij de politic!
waren klachten binnengekomen, dat op het
Spui weer een speelhol gevestigd was. De
ondernemer zocht zijn slachtoffers onder
dc werklieden, die samenkomen in het
Volksgebouw op de Prinsegracht.
Er werd met steenen gedobbeld Wie min
der dan acht gooide kon zich weer inkoo-
pen. Het risico dat de ondernemer liep, was
zeer gering.
De inzetten beliepen wel meer dan 100
gulden. De ondernemer imponeerde de
mcnschen o.a. door te vragen wie er een
briefje van 40 gld. kon wisselen. Na zijn
arrestatie bleek het getoonde papiertje
valsch te zijn.
Zaterdag bereidde men een inval voor,
toen juist bericht kwam, dat het speelhuis
verplaatst was van Spui naar het Laak
havenkwartier. Daar betrapte men zes spe
lers op heeterdaad. Geld en steenen zijn in
beslag genomen.
BELANGRIJKE DIEFSTAL
OPGEHELDERD
Een niet zeer betrouwbare
buurman.
In Juli werd uit de woning van den
hoofdonderwijzer, den heer H. B. v. Veen,
wonende te Vccndam, uit een blikken trom-»
mei f 430 aan baar geld (papier; goud en
zilver), evenals f 10.000 geldswaardige pa
pieren ontvreemd.
Thans is het na ijverig speuren der rei
cherche gelukt den dader, een zekeren G.
de V., die onlangs gehuwd is, cn woont in
een huis naast den hoofdonderwijzers-te af-
restecren.
ITij -heeft een volledige bekentenis nJge-
icgd. Het géld heeft hij vVrbrasi én dé
waardevolle jiapieren indertijd, toen hij' dén
diefstal pleegde, in liet kanaal geworpen.
Dc man is tér beschikking* van dim öffii
cicr van Ju'stitic te Winschoten gesteld.
ZICHZELF IN DE MAAGSTREEK
GESTOKEN.
Door het uitschieter van
een mes.
In de transformatorenfabriek van Smit
te Nijmegen is Woensdag de werkman H.,
terwijl hij alleen in een der fabrieksafdeei
lingen werkzaam was, vermoedelijk door
het uitschieten van een mes, zoo' zwaar
aan dc borst verwond, dat hij bewusteloos
neerviel. Toen men hem vond was hij bui
ten kennis.
Hij werd onmiddellijk naar het Canisiusi
ziekenhuis vervoerd, waar hij eenige urort
later, zonder tot bewustzijn te zijn gekomeng
overleed.
ONTSLAG BIJ „DE SCHELDE".
Dinsdag is aan ongeveer 100 arbeiders
van de Kon. Mij. „de Schelde" te Vlissin-
gen ontslag aangezegd.
Stijfhoofdigheid is eigen aan kleine, vast
beradenheid aan groote zielen.
Door E. PHILLIPS OPPENHEIM.
Geautoriseerde vertaling van
I Mr. G. KELLER.
56
Ralph's oproep onthief mij, naar mijn ge
voelen, van elke belofte die ik aan Delora
had gedaan, en met ongeduld wachtte ik
den dag van morgen af, als ik weer te Lon
den zou zijn. Wat mij het meest vervulde,
nog meer dan de mededeeling van Dicky,
was de toon van de stem van Ralph, die
verried hoe groot belang hij zelf in de zaak
stelde. Zijn stem klonk haast als vroeger.
Toen ons middagmaal was afgeloopen,
vroeg ik aan Jack, of ik den volgenden
ochtend ge-ruik zou mogen maken van zijn
auto om mij naar Norwich te brengsn, daar
ik den trein van acht uur naar Londen wil
de pakken-.
„Met alle genoegen", verklaarde Jack,
terwijl hij mij met verbazing aankeek,
„maar wat ter wereld is er nu weer aan
de orde?"
„Niets, maar Ralph heeft getelefoneerd,
of ik even bij hem kon komen. Hij lijdt niet
aan overdreven praatzucht, maar hij stelt
er hoogen prijs op dat ik morgen overkom.
En nu begrijp je best, dat ik meer vertrou-
S®n héb in ja Napier, dan in eenige andere
auto, wanneer het er om gaat zulk een
vroegen trein te pakken."
„Als je wilt, dan breng ik je per auto
naar Londen", verklaarde Jack in een op
welling van hartelijkheid.
„Neen, dat vind ik niet noodig", verklaar
de ik .„Ik ben er misschien toch nog eerder
per trein en Ralph haalt mij aan het station
af. Intusschen ben ik je dankbaar voor je
goede bedoeling."
„Nu, dan zal ik Ferris al vast waarschu
wen", zeide Jack. terwijl hij een sigaar op
stak.
Jack's auto stelde mij ook nu weer niet
teleur. Precies om kwart voor acht reden
we het voorplein op van het station te Nor
wich. Ik ontbeet in den trein en een paar
minuten over elf stoomden we het station
van Liverpool Street binnen. Ralph's groote
Panhard stond te wachten, maar Ralph
was niet meegekomen. Hij was verhinderd,
naar de chauffeur mij mededeelde. Binnen
het half uur zat ik in de kamer van mijn
broeder, die mij hartelijk verwelkomde.
„Austen", zeide hij, „ik ben er niet ten
volle van verzekerd, dat ik je niet voor gek
laat loopen, maar jij bent. omtrent die
Delora's ook nog al om den tuin geleid.
Hier heb je het telegram van Dicky. Wat
lees je er uit Het is in ieder geval een
dure geschiedenis voor hem, zoo'n ver
kwister
liet. telegram luidde
Delora ongerust over bericht broeder.
Moet te Londen zijn wegens belangrijke
zaak. Vreest iets niet in orde. Alle
Co de telegrammen blijven onbeantwoord.
Wil navraag doen Milan Hotel. Zoo
mogelijk zoek Delora en vraag hem
dringend seinen per Chaldean Code."
Ik herlas het telegram een paar keeren
en yroeg to ent «Mag ik hei hetotoenj Ralph?
Ik wil er dadelijk mede naar het Milan
Hotel gaan."
„Zeker, ik laat de zaak heelemaal aan
jou over. Er lijkt mij toch iels niet in orde
in de geschiedenis."
„Dat er iets niet pluis is, daarvan ben ik
ook overtuigd, Ralph", antwoordde ik. „Ik
ben er al lang van overtuigd. Maar wat dit
beteekenen wil, kan ik op geen voeten of
vamen nagaan. Laat ik je maar bekennen,
dat de zaak reeds op heel wat tijd van me
beslag heeft gelegd en ik weet op het oogen-
blik toch niet veel meer dan toen ik be
gon."
„Maar de jonge dame kan je vermoede
lijk wel inlichten", merkte Ralph pein
zend op.
Ik knikte en vervolgde „Ik ben er niet
bijster op belust mij met andermans zaken
te bemoeien, dat weet je wel, Ralph. Maar
natuurlijk is dit bij de jonge dame na te
vragen ik ben echter bevreesd, dat er iets
niet in den haak is."
„In ieder geval", verklaarde Ralph, „is
het daarom nog niet gezegd, dat de jonge
dame er bij betrokken is."
„Van het tegendeel ben ik vrijwel over
tuigd!" verklaarde ik. „Wat mij hindert is,
dat ik tot de ontdekking zou moeten komen,
dat z;j -gemengd zou zijn in iets dat het dag
licht niet zou mogen zien. De Delora's
mogen in hun eigen land groote mannen
zijn, hier is zeker iets niet in orde met
onzen vriend."
„Je bent toch wel zeker", merkte Ralph
peinzend op, „dat hij werkelijk Delora is,
dat hij geen oplichter Is, bedoel ik?"
„Ik heb daar ook aan gedacht", ant
woordde ik, „maar hoe dan met het meisje?
Zij kent natuurlijk wel haar eigen oom, niet
waar? En zij heeft mij verzekerd, dat zij
ja^en ^hiereejt herhaaldelijk niet hem én,
aanraking is geweest. Neen, het is vast en
zeker een Delora! Maar je kunt natuur
lijk nooit weten, misschien is wel de heele
zaak een oplichterij. Misschien zijn de
Delora's, die Dicky in hun eigen land zulke
aardige kerels vindt, in de oude wereld
van een heel ander kaliber. In ieder geval,
Ralph, verdwijn ik met dat telegram. Ik
kom weer bij je terug, zoodra ik iets ont
dekt heb."
„Ik geloof toch niet", merkte Ralph met
een glimlachje op, „dat het je erg spijt, dat
je weer een aanleiding hebt om je nog eens
met deze zaak te bemoeien."
„Misschien heb je wel gelijk", antwoord
de ik, terwijl ik verdween.
Ik reed om te beginnen naar het hotelle
tje, waar ik het laatst Delora had ontmoet.
Maar liier stond ik voor een eigenaardige
moeilijkheid. Den naam Delora had nie
mand ooit gehoord. Ik gaf aan de houdster
van het pension zijn signalement zoo nauw
keurig mogelijk op en nu scheen zij zich
hem te herinneren.
„Do heer, dien u bedoelt, was vermoede
lijk zekere heer Henriquois. Hij is eergiste
ren vertrokken."
„En weet u misschien zijn nieuwe adres?"
Zij schudde ontkennend het hoofd en
antwoordde: „Hij vroeg om een reisgids
voor het vasteland, maar gaf geen nader
adres op en liet niets los omtrent zijn ver
dere plannen. Hij was een erg in zich zei
ven gekeerd man", liet zij er op volgen, ter
wijl zij mij een beetje nieuwsgierig aan
keek.
Ik bedankte haar en ging heen. Het was
moeilijk aan te nemen, dat hij in een der
gelijke inrichting eenige mededeelingen zou
hebben losgelaten omtrent zijn voornemens.
4k re#d naar het Milan Hotel en betrad de^
vestibule met eenige spanning. De portier
verwelkomde mij met een glimlach.
„Het doet mij genoegen, kapitein, dat v,
weer terug is. Heeft u ook bagage bij u?"
„Neen, geen stuk Ik ben nog niet zeker
of ik wel hier blijf"
„Ik heb de brieven, welke van morgen
voor u gekomen zijn, toch maar op uw ka
mer gebracht", deelde hij mede.
Ik knikte, maar veel belangstelling gei
voelde ik niet voor mijn correspondentie.
Ik nam Ashley een eindje ter zijde en zeide;
„Zeg, is juffrouw Delora hier nog gclo*
geerd?"
„Nog altijd, mijnheer."
„En haar gezelschapsjuffrouw ook?"
„Ja, mijnheer, maar ik ben er niet zeker
van, of zij thuis zijn; logeeren doen zij hier
nog wel."
„En mijnheer Delora? Is bij eindelijk bo
ven water?"
„Nog niet, mijnhec-r. De jonge dame heeft
mij gezegd, dat zij hem nu iederen dag
wachtende was."
„Telefoneer eens, om te zien of juffrouw
Delora thuis is?" vroeg ik.
Hij verdween een oogenblik in zijn hokje,
maar kort daarop kwam hij mij vertellen,
dat hij geen gehoor had gekregen. Op bijna
hetzelfde oogenblik zag ik echter in het
r*am van den kapper aan de overzijde, hoe
een bekende gestalte het notel binn-^ging.
Ik liet Ashley in den steek en een oogen
blik later stond ik van aangezicht tot aan
gezicht tegenover Felicia. Zij uitte een gil
letje toen zij mij zag, doch mét vreugde
constateerde ik, dat het; geen uiting van
angst, maar van blijdschap was.
r'Wordt .vervolgd), j