AMERSFOORTSCIH DAGBiAB
Binnenland
Willem Groenhuizen
Feuilleton
DE KANÖTHÊ VAAS.
Maandag 9 Maart 1931
-DE EEMLANDEET
29e Jaarrang No. 212
EEN DEMONSTRATIE MET
EEN RELLETJE
E. FRANKENHUIS
'T ZAND 3
DE RAMP VAN DE
„NOORDPOOL"
^N.V. COMPAGNIE LYONNAISE
PRIMA KAMEELHAAR MANTELS
VANAF F 32.50
BRAND TE DEN HELDER
Meubelpakhuis verwoest
NOODLANDING VAN EEN
DUITSCH VLIEGTUIG
DEENSCH VLEESCH IN
NEDERLAND
Geen belemmering van
den invoer
Doeken uit een optocht
verwijderd
Amsterdam, 8 Maart. Hedenmorgen
heeft de Internationale Roode Hulp in Carré
een vergadering gehouden, waar o.a. de heer
De Visser heeft gesproken.
Na afloop van de bijeenkomst werd een
stoet geformeerd tot het houden van een
demonstratie.
Door de politie, die sterk vertegenwoor
digd was, was als voorwaarde gesteld, da?
geen doeken of transparanten mochten wor
den meegevoerd, waarop stond „Weg met
de politie-terreur" of „Weg met de Klasse
justitie."
In den stoet liepen ongeveer 400 man mee
Op de Weteringschans bij het Huis vao
Bewaring werd het gewone geschreeuw aan
geheven. Zoo werd het Leidscheplein be
reikt. Plotseling verscheen daar een doek
Ken paar agenten wilden het in beslag
met 't opschrift „Weg met de politie-terreur
nemen, waardoor een vechtpartij ontstond
Een der agenten, die naar het doek greep
kreeg een vuistslag in het gelaat. De troep
werd daarna uit elkaar geslagen en onder
hevig verzet werd de man, die der agent
een vuistslag had toegediend, een haven
arbeider, overgebracht naar het Leidsche
plein.
De troep verzamelde zich echter weer en
trok verder langs den Overtoom naar de
Jacob van Lcnncpstraat. Daar kwam weer
een doek met een verboden opschrift te voor
schijn. Het verdween echter weer op. het
eerste bevel van de politie. Door de Kinker
straat werd tenslotte de Elandsgracht be
reikt, waar de stoet werd ontbonden.
W. K. VAN DEB BILT VERTROKKEN.
Amsterdam, 8 Maart De multi-mil-
lionnair W. K. van der Bilt is hedenmor
gen om 5.40 uur aan boord van zijn luxe-
jacht „Alva" naar Southampton vertrok
ken. Gisteren hebben mr. van der Bilt en
zijn echtgenoot* do stad bezocht. Zij ge
bruikten de lunch in het Amstelhotcl.
DE POSTVLUCHTEN.
De P.H.A.F.K
Amsterdam, 7 Maart. Bij de K.L.M
is bericht binnengekomen, dat de P.H.A.F.K
om 5.35 uur uit Medan is gestart en om 7 5->
uur in Alorstar is aangekomen. Vandaar
vertrok het toestel om 8.50 uur en landde
om 13.55 uur in Bangkok.
Aneta-Vaz Dias meldt dat bij de K.L.M.
bericht is ontvangen, dat de P.H.A.F.K. Zon
dag t* 5 uur uit Bangkok is vertrokken en
te 11.05 uur te Akyab is aangekomen. Alles
is wel aan boord. Morgen wordt de reis
voortgezet.
De P.HJLE.Z
Bij de K.L.M. is bericht ingekomen, dat
de P H.A.E.Z. om 5.27 uur uit Medan is ver
trokken en om 11.37 uur in Palembang is
geland. Vandaar vertrok het toestel om
Voor allo familiefeesten koopt men
vol vertrouwen de geschenken In
goud of zilver bij:
12.20 uur en landde om 15.31 uur in Batavia
Het vertrok weer om 15.49 uur en landde te
16.32 uur in Bandoeng.
Het elfde postvliegtuig
Bij de K.L.M. is tericht binnengekomen,
dat het elfde postvliegtuig, dat Vrijdag uit
Batavia is vertrokken, te Medan nog post
heeft ingeladen. In totaal is thans aan
boord 184.5 K.G. post en 6.7 K.G. vracht.
Het dertiende postvliegtuig.
Aneta-Vaz-Dias meldt: BIJ de K.L.M. is
bericht ingekomen, dat het dertiende post
vliegtuig, de P.H.A.-F.L. Zaterdag om 7.10
uit Saloniki is vertrokken, te 9.20 werd een
tusschenlanding te Athene gemaakt, om
11.10 weer vandaar vertrokken arriveerde
het toestel to 16.50 te Mereamatruh.
Aneta-Vaz-Dias meldt, dat bij de K.L.M.
radiografisch bericht is ingekomen, dat het
edrtiende postvliegtuig Zondag uil Mersa-
matruh i6 vertrokken en te Bagdad is ge
land. Morgen wordt de rei6 voortgezet.
Teraardebestelling van
zeven slachtoffers
Londen, 8 Maart (V.D.). Op indrukwek
kende wijze heeft gisteren op de begraaf
plaats van Fraserburgh de teraardebestel
ling plaats gehad van zeven slachtoffers
van de ramp der „Noordpool Yra 132". Aan
het hoofd van de rouwstoet liepen do burgc
meester, raadsleden en havenautoriteiten.
Er waren vierduizend belangstellenden.
De Nederlandsche consul te Aberdeen
Reid en de bemanning van de thans in de
haven van Aberdeen liggende Proef IJmui-
den 11 waren mede aanwezig. De lijkkisten
waren bedekt met de Nederlandsche drie
kleur. Er waren vele kransen o.m van de
bemanning van de Proef, waarvan de leden
ook als slippendragere fungeerden.
De pogingen de lijken der twee noz ver
miste slachtoffers te bergen, zij gisteren nog
tevergeef6ch geweest.
OVERREDEN EN GEDOOD.
Vader van acht kindoren het
slachtoffer.
Groningen, 7 Maart. Tusschen do
rails op het rangeerterrein te Haren is liet
lijk gevonden van een man. dat later bleek
te zijn de gehuwde arbeider-rangeerder J.
Boxma. De man was vader van acht kinde
ren. Hij was tijdelijk werkzaam op het ran
geerterrein te Haren en is vermoedelijk
door een rangeerende machine gegrepen en
overreden.
De machinist van de machine heeft van
het ongeluk niets gemerkt.
UTRECHTSCHEWEG 10 TEL. 179 AMERSFOORT
De marinebrandweer verleent
assistentie Spuitgasten
door de 'ikoude bei
vangen
Den Helder, 7 Maart. Hedennacht
omstreeks 1 uur werd brand ontdekt in
het meubclpakhuis van den Heer Covers
aan den Dijkweg, alhier. De gemeente
brandweer en de brandweer van de marine
en de politie die onmiddellijk niet mate
riaal uitrukte, tastten gezamenlijk met on
geveer 8 stralen liet vuur aan Kei. drieta
spuitgasten werd door de felle koude be
vangen. Ken van hen moest naar het hos
pi taal worden vervoerd, daar hij ook rook
vergiftiging had gekregen.
Van de marine zijn ongeveer een hon
derd manschappen aanwezig geweest, om
het vuur te helpen blusschen.
De oorzaak van den brand is nog niet
bekend. Vast staat, dat het vuur op de
bovenverdieping van het pakhuis is ont
staan Een auto en vele voorradi-n werden
een prooi der vlammen. De auto was niet,
de voorraden wel verzekeid Het pakhuis
benevens ongeveer een 40 A 50-tal inboe
dels werden eveneens door het vuur ver
nietigd. Het is niet bekend hoeveel van
deze inboedels waren verzekerd.
HET LOT VAN VELDZICHT.
Ernstige bezwaren
Blijkens het Voorloopig Verslag der Twee
de Kamer, inzake de wijziging van de Jus
titiebogrooting 1930, bestond bij verscheide
ne leden ernstig bezwaar tegen de ophef
fing van het Rijksopvoedingsgesticht „Veld
zicht" te Avereest. Indien deze tot stand
komt, zullen slechts twee Rijksopvoedings
gestichten voor jongens overblijven. Dit nu
achtten deze leden te weinig Ook achtten
zij een belangrijk bezwaar tegen de voor
gestelde opheffing daarin gelegen, dat die
tot uitbreiding van de overige gestichten zal
leiden. Groote gestichten achtten zijn ongo-
wenscht. De moderne opvattingen op dit
punt gaan ook in de richting van kleinere
gestichten met toepassing van het paviljoen
stelsel.
Vele andere leden juichten de inkrimping
van de Rijksopvoedingsgestichten toe.
KRANIG OPTREDEN.
Tengevolge van een aanrijding in dc J. F.
Heyestraat te Amsterdam tusschen een met
paard bespannen vuilniswagen der Stads
reiniging en een personenauto sloeg het
paard op hol. In de Jac. van Lennepstraat
werd het paard door een ogent in de neus
vleugels gegrepen. Het gelukte den agent,
die ongeveer 150 Meter werd medegesleurd,
ten slotte, het paard tot staan te brengen.
VOOR DE MINDER BEDEELDEN
Aandrang tct goedkoope voed
sel verschaffing.
Amsterdam, 7 Maart. Dc lieer Adolf
Bruinsma heeft heden het volgende tele
gram gezonden aan B. en W. Met hot
oog op dc weersgesteldheid en de daar ten
gevolge van ontstane ontberingen voor de
minderbedeelden, verzoekt ondergetcekun
de de goedkoope voedselvcrschaffing van
warme spijzen, welke stopgezet is, zoo
spoedig mogelijk weder te doen plaats heb
ben.
LIJKDIENST OP HET LOO.
Voor wijlen mej. W. K. Ste-
geman.
Apeldoorn 7 Maart. Hedeumorgen
om kwart over negen werd in de kapel van
Langestraat 43.
Gedipl. horlogemaker le klasse.
Reparatieinrichting aan huls.
Tel. 852.
het Koninklijk Paleis Het Loo een lijkdienst
gehouden ter nagedachtenis van de over
ledene opzichteres van het office van H. M.
de Koningin, mej. W. K. Stegeman.
Deze dienst werd bijgewoond door de Ko
ningin, de Prinses en het bijna voltallig
personeel der Hofhouding, dat daarvoor
uit Den Haag was overgekomen. Na afloop
werd het stoffelijk overschot door het d.d.
personeel in de gereedstaande lijkauto ge
dragen voor de teraardebestelling op de
Oosterbcgraafplaats te Amsterdam.
Het toestel verbrand, de pasi
sagiers in veiligheid
Uit Oldenzaal wordt gemeld:
Het Duitsche postvliegtuig D 1338, van de.
Luft Hansa, dat Zaterdagnamiddag om twee
uur op Schiphol was opgestegen voor een
vlucht naar Berlijn, heeft boven den Fle-
ringer esch onder de gemeente Tubbergen
wegens brand moeten dalen. De landing
geschiedde vlot. Het geheele vliegtuig is
daar verbrand. De inzittenden waron drie
Duitsche en twee Kngelscho passagiers en
vier rnan bezetting, onder wie dc piloot
KunslJer.
Een der Engelschen 6prong te vroeg uit
het vliegtuig en werd nogal ernstig gewond
AI de anderen kwamen met den schrik vrij
Ook de post en bagage werden gered.
De piloot deelde ons mede, dat wegens
een defect een noodlanding gemaakt moest
worden, welke zeer vlot geschiedde en dat
daarbij een der passagiers, toen hij op den
hard bevroren grond uitstapte, was geval
len en zich licht had verwond. Eerst toen
do landing plaats had, zou volgens dezen
zegsman de brand zijn ontstaan.
Wij troffen het gezelschap in opgewekte
stemming aan op het nabijgelegen buiten
goed Huize Hcrinckhavo van de familie Von
Bónninghausen, waar allen gulle gastvrij
heid genoten. Ooggetuigen deelden ons me
de, dat zij reeds zware rookkolommon uit
het vliegtuig hadden zien te voorschijn ko
men toen het nog wel een paar honderd
meter boven den grond was, zoodat het toen
reeds in brand 6tond. Ook deelden zij ons
mede, dat dc gewonde passagier reeds op
vrij groote hoogte naar beneden was ge
sprongen, zeker uit angst voor brandge
vaar. Vermoed wordt, dat kortsluiting dc
oorzaak van den brand is.
Het geheele gezelschap werd in twee
auto's naar Oldenzaal gebracht.
De inspecteur van het luchtvaartbureau
arriveerde Zaterdagavond uit Den Haag
in Tubbergen.
NIEUWE STUDIO VOOR DEN K.R.O.
Zaterdagavond is te Hilversum de nieuwe
studio van den K.R.O. in gebruik genomen.
De aartsbisschop van Utrecht, mgr. Jansen,
heeft hat gebouw, aan de Emmastraat no.
52, ingewijd. De plechtigheid droeg, wegens
dc vasten, een bescheiden karakter.
KONINGIN EN PRINSES.
Apeldoorn, 7 Maart. H.M. de Ko
ningin en H.K.H. Prinses Juliana arriveer
den gistermiddag om half één per auto op
het Loo De Prinses bracht des middags per
auto oen bezoek aan Uddcl cn Elspcet
Het oordeel van den secretaris
der Holl. Mij. v. Landbouw
In verband met de in den laatsten tijd
aan de orde gekomen kwestie van den in
voer van Deensch vleesch in Nederland
deelt do Tel. aangaande het standpunt van
do Hollandscho Maatschappij van Land
bouw het volgende mee naar aanleiding
van een onderhoud met den secretaris dier
maatschappij, den heer Huisman.
„Wij weten", aldus de heer Huisman,
,dat het publiek liever Nederlandsch
vleesch koopt en het wil dus als het om
een of andere reden Deensch gebruikt, in
geen geval denzelfden prijs daarvoor beta
len. Wij willen voor alles concurrentie mo
gelijkheid en daarvoor is noodig een on-
derscheidingsteekcn. Wij vragen geen be
lemmering van den invoer.
De verbruiker moet voor de keuze ge
steld kunnen worden. Het Deensch vleesch
is in geen enkel opzicht minderwaardig en
voor de consumptie inderdaad geschikt,
doch het is zelfs den leek duidelijk, dat hier
vleesch van versch gekocht goed Neder
landsch vee een voorsprong moet hebben
op (gekoeld) Deensch vleesch, dat enkele da
gen oud is.
De eenigen, die met den huldigen gang
van zaken gehaat zijn, zijn de slagers, die
m.i. een ongeoorloofde winst maken. Dat is
er nu de oorzaak van, dat de invoer van
Deensch vleesch zöo'n omvang heeft aange
nomen, dat het percentage voor den Haag
b.v. ongeveer 40 pCt. van het totaal ver
bruik bedraagt In Februari 1929 ia Duitech-
land begonnen hooge invoerrechten te hef
fen op Deensch vleesch. Toen Denemarken
in dit groote afzetgebied zich belemmerd
zag, is natuurlijk omgekeken naar nieuwe
markten en daarvoor kwam Nederland al
lereerst in aanmerking, daar het geogra-
fisoh gunstig gelegen is, geen Invoerrechten
heft en het niet noodig oordeelt Deensch
vleesch in tegenstelling met b.v. Argen-
tijnsch duidelijk met „buitonlandsch" te be
stempelen.
Toch werden alleen in den Haag van 1
Januari tot 1 Augustus omstreeks twintig
duizend Dccnsche koeien geslacht inge
voerd. Vele slachters werden daardoor
broodeloos. De geheele vleeschinvoer be
droeg over 1930 ongeveer elf mlllioen K.G.
hetgeen gelijk staat aan een totaal van vier
en-veertig duizendbeesten ter waarde van
tien millioen gulden.
Wat wij den gemeentebesturen vroegen
aldus dc heer Huisman was slechte
bedoeld als eerlijkheidsmaatregel, geon
protectie.
Het is te hopen, zoo besloot de heer Huis
man, dat onzen veehouders die het a!
zwaar genoeg hebben, deze eerlijkheids
maatregelen, zonder welke zli indirect be
nadeeld worden, niet onthouden blijven".
UIT DE STAATSCOURANT.
Voornaamst* K.B. bonoomin-
gen enz. uit de Staats eoarant
ran hedenavond.
Bij K.B. is aan J. A. Drijber óp zijn ver
zoek eervol ontslag verleend met ingang
van 1 Mei als burgemeester der gemeente
Sliedrccht met dankbetuiging voor de dien
eten door hem als burgemeesterbewezen
en is hij benoemd tot officier in de orde van
Oranje-Naseau.
HET IJS OP DE ZUIDERZEE.
Nieuwendam, 8 Maart. Bulten de
Oranjesluizen is dc Zuiderzee met zwaar
grondijs bedekt. Do zeilvaart vanaf Amster
dam naar Pampus is gestaakt.
Het groote, het scheppende en het blijven
de is zichzelf altijd een geheimenis.
Uit het Engelsch door
J. S. FLETSCHER
6
*Familiezilver, jongen!" riep zij uit. „Neen,
heusch niet het zal wel iets belangrijkers
zijn dan een stel lepels en vorken, dat Joe
Krevin hier brengt. Maar het dient ner
gens toe veronderstellingen te maken. Ben,
naar wat hij in zijn schild voert het loopt
naar elf uur en het is tijd om naar bed te
gaan. Ik ga sluiten."
Zij ging de gang door om grootvaders
klok op te winden en daarna in de waran
da om te zien hoe het weer was en welk
weer voor den volgenden dag te verwachten
was. Ik volgde haar. Het was een zeer rus-
tiee nacht; het was bijna bladstil en alles
wat wij hoorden was het zachto geruisch
der golven op het strand. De maan stond
boven ons, de lucht was licht bewolkt en
boven de zee en het strand was het mistig.
Wij zagen noch de donkere groep boomen
bij Middlebourne Grange en het voorgeberg
te aan de andere zijde van den inham, noch
de galg aan het einde der landtong. Het
was geen zware mist, want, terwijl wij
daarnaar keken, loste hij zich op en war
relde weg over de met strandkruid en helm
begroeide vlakten en hij kronkelde zich
langs het kreupelhout, dat als een heg van
het dorp tot de kust was geplant. Eens, toen
ik uit mijn raam keek, verbeeldde ik mij
dat die warrelende mistvlagen geesten wa
ren de geesten van zeeroovers on smok
kelaars, die daar opgehangen waren aan
de oude galg
Wij traden uit de waranda en genoten
van de zoete geur der jasmijn, toen plotse
ling de nachtelijke stilte werd verbroken
door een gil. Zulk een doordringenden gil
had ik nog nooit gehoord en ik hoop die
ook niet voor een tweeden keer te hooren
de gil van een menschclijk wezen in
doodsnood en onmiskenbaar de gil van een
man. Wij hoorden daarvan een korte echo
tegen ons huis cn daarna was het stil en
Keziah greep zich vast aan een pilaar van
de waranda.
„Goede hemel, Ben!" hijgde zij. „Wat
wat is dat? O!" Want de gil herhaalde zich
korter en zachter dezen keer; afgebroken,
alsof de keel en de mond, die dat geluid
gaven, waren vastgepakt en de kreet ge
smoord, voor hij zijn volle kracht had. En
toen werd het nog stiller dan voorheen. Ik
hoorde mijn hart kloppen en ik zag Keziah
de hand op de borst leggen.
„Waar was dat?" vroeg zij zachtjes.
„Daar ginds Gallowstree Point", ant
woordde ik. „Wat.."
„Daar!" riep zij uit. Juist daar, Ben!"
„Welnu?" vroeg ik.
„Wat gebeurt daar ginds? Ik ben be
nieuwd of of dat iets te maken heeft
met hetgeen waarover wij spraken?"
Ik begon te begrijpen wat zij bedoelde en
draaide mij om naar den trap in de gang
„Zal ik hem roepen?"
„Neen! Neen! Maar we moeten gaan
kijken. Sluit de deur en ga mee!"
Ik trok de deur dicht en wij slopen door
den tuin en over het gras naar het strand
Plotseling greep Keziah mijn arm en stond
met een ruk stil.
„Luister, Ben! Wat hoor ik daar riem
slagen?"
Ik bleef ook stil staan ora goed te luis
teren. Ik hoorde een geluid en eerst dacht
ik, dat het niets anders v\as dan het schu
rend geluid van den getijstroom langs «ie
rotsen. Maar nu begreep ik, dat haar ver
onderstelling juist was. Iemand roeide een
boot weg, een beetje links, tusschen Gallows
tree Point en Fliman's End; hij trok stevig
cn vlug aan zijn riemen.
„Ja", zeide ik, „als er geen wolken voor
de maan waren..." Plotseling zag ik een
licht. Uit de laan, die leidde van het dorp
naar de kust, kwam een geelroods licht
vlek. die heen en weer slingerde, cn daarbij
hoorden wij 6temmen.
..Veller!" riep ik uit. „Dat is zijn dieven
lantaarn, Keziah! Hij moet die gillen ook
gehoord hebben en hij heeft iemand bij
zich"
Wij gingen Veller en zijn lantaarn tege
moet en toen wij in den lichtcirkel daar
van kwamen, stonden wij tegenover hemen
kapitein Marigold Hij, de kapitein, was
van een vriend, bij wien hij den avond had
doorgebracht, gekomen en had Veller in de
dorpsstraat ontmoet on een oogenblik met
hem gesproken. Dat vredige gesprek werd
door de gillen verbroken
..En als dat niet het gillen van een arme
sterveling in doodsnood waren, juffrouw",
zeide kapitein Marigold, „dan mag je mij
een Hollander noemen en dat ben ik zeker
niet. Heeft u dat geschreeuw gehoord, juf
frouw?"
„Tweemaal", antwoordde Keziah. „En
zoo juist hoorden wij riemslagen daar in
die richting!"
Wij bleven allen staan en luisterden, ter
wijl wij ons inspanden om de mist te door
booren. Wij hoorden echter niets meer; het
geluid der riemen drong niet meer tot
onze ooren door.
Veller ging nu met zijn lantaarn voorop
en wij volgden langzaam en vol vrees in de
richting vanwaar wij dachten dat de kro
ten waren gekomen.
Kapitein Marigold was de eerste, die het
vreeselijke ontdekte, dat wij te zien kregen
cn dat nooit zouden vergeten. Misschien
waren zijn oogen schorper dan de onze,
misschien stond hij op een gunstiger
plaats, in ieder geval hij zag het eerder dan
wij.
„God in den hemel!" riep hij uit en hij
viel bijna achterover tegen Veller aan.
„Kijk eens!"
Wij hadden toen den hoek der rotsen
bereikt, waarop de oude galg onwrikbaar
stond en daar, in het schijnsel van de lan
taarn, 6tond de galg eenzaam en griezelig.
En daaraan was een man vastgebonden,
een mager, klein mannetje. Ik zag in een
oogopslag hoe hij was vastgebonden. Een
eind touw, nieuw touw, was onmeedoogend
strak rond zijn hals en de paal gewonden.
Hij was geworgd, gestikt, of hoe je het wilt
noemen en één blik was voldoende om te
zien, dat hij werkelijk morsdood was. Zijn
hoofd hing naar beneden, zijn armen en
handen hingen slap langs zijn lichaam, zijn
beenen bengelden tegen de glibberige rots.
En toen Veller naar hem toeging en zijn
hoofd oplichtte, zag ik dat zijn tong uit
den mond hing en dat de oogen op een
akelige wijze uitpuilden en opengesperd
waren.
Kapitein Marigold sprak het eerst. Hij
schoot vooruit naast ;ien veldwachter en
pakte den doode bij zijn rechterhand.
„Warm!" riep hij uit. „Nog warm! Do
man is pas een paar minuten dood! En
jullie hebt riemslagen gehoord?"
Hij greep Veller'e lantaarn en liet die
over het water schijnen in de richting, die
Keziah en ik aangaven. Maar men had
even goed kurjnen probeeren om den nacht
met een lucifer te verlichten do lan
taarn wierp slechte een klein vlekje licht
op de roomkleurige branding voor onze
voeten. Wij wendden ons weer tot de galg
en haar afschuwelijke last. De twee man
nen haalden messen te voorschijn cn be
gonnen het touw door te snijden, waarmede
de doode was gebonden aan den paal.
„Neem alles goed op. voor wij hem af
nemen, juffrouw Heckitt!" zeide kapitein
Marigold. „Enjij ook jongen! Jullie getui
genis, over hetgeen Jullie gezien hebt, zal
noodig zijn. Neem het goed In Je op!"
„Daarvoor behoef je je niet bijzonder In
te spannen", antwoordde Keziah zeer kalm.
„Wij hebben beiden oogen in ons hoofd en
hebben al genoeg gezien. Maar wie ie
dat?"
Noch Veller, noch kapitein Marigold
hadden den man'ooit gezien. Hij was, zoo
als ik reeds opmèrktê, een mager, klein
mannetje en hoewel hij dood was en op
een vreeselijke wijze om het leven ge
bracht, kwam de gedachte toch bij mij op,
dat hij al de kenmerken had van-een door
en door gemeen sujet
(Wordt vervolgd^