AH ERSF00K.T5CH DAOBIAB
Pracht collectie hoeden ook voor oudere Dames
Bmeemland
Willem Groenhuizen
Feuilleton
DE KANG~HE VAAS.
Woensdag 8 April 1931
-DE EEMLANDER-
29e Jaargang No 236
BELASTINGAANSLAG VAN
SCHIPPERS
DE WAARDE VAN ONZE
VLOOT
Lof voor het personeel
DE N.R.V. MET PASCHEN
TE NICE
ÉN.V. COMPAGNIE LYONNAISE
„HET KONINKLIJK PAASCH
KRUIS"
In het Stadion te Amsterdam
JUWELIER
GEEN RECLAME IN DEN
AETHER
Vragen van den heer Duymaer
van Twist aan den Minister
van Financiën
,EIke bestede gulden heeft een
militaire waarde van hom
derd centen".
Oft schrijfster in het „Hbd.", die zich
achter het pseudoniem „Annelèn" ver
schuilt. heeft een onderhoud gehad met
den vloot-commandant' vice-admiraaï
Quant, die den 30sten van deze maand den
zeelienst gaat verlaten. Na eerst op de be-
teekenis van de Hoögere Marine Krijgs
school te hebben gewezen kwam de admi
raal op den bouw van de „Java" en de
r.Suraatra", die een nieuwe periode van
onze Marine inluidde, daar sindsdien voor
den nieuwbouw de hoogste eischen van de
techniek hebben gegolden. In dit verband
verklaarde de heer Quant:
Alö ik mij onze vloot voor den geest
roep, zooals die was in de dagen, toen
ik in dienst kwam en daarmede den
huidigen toestand vergelijk, dan kan ik
tot mijn groote vreugde verklaren, dat
onze vloot door haar samenstelling,
zoowel constructief als in de onderdee-
len. belangrijk beter voor haar taak is
berekend dan ooit te voren. In mate-
neelen zin gesüroken vertegenwoordigt
Lhans iedere voor onze schepen bestede
gulden inderdaad een militaire waarde
van honderd centen.
Het personeel kwam natuurlijk eveneens
ter sprake en ook daarover was de com
mandant vol lof:
Wat het personeel aangaat, meen ik,
in het algemeen gesproken, te mogen
zeggen, dat juist in de periode, toen
onze vloot inzake haar materieele
waarde, niet beantwoordde aan den
modernen tijd, onze Marine altijd de
herschikking heeft gehad over ruim vol
doende en goed geoefend personeel. Ook
de geest is, behoudens een korte pe
riode in 1918, altijd behoorlijk geweest.
Natuurlijk heeft onze Marine, even
gord als alle andere bedrijven, haar
evoluties gekend. Er is toen inderdaad
een zeer kort moment geweest, waarop
gesproken kon worden van een niet in
alle rangen en alle opzichten betrouw
baar Marinepersoneel, maar. vooral in
den tegenwoordigen tijd, heb ik voor
den geest en de houding nict6 dan lof
van laag tot hoog.
UIT DE STAATSCOURANT.
Voornaamste Kon. besluiten enz.
uit tie Staatscourant van heden
avond.
Benoemd tot secretaris van de Raden van
Beroep voor de directe belastingen Nos. 1 cn
2 te Amsterdam, mr. K. J. Korthals Altcs,
advocaat en procureur te Amsterdam;
benoemd tot notaris te Axel J. Sanoy,
cand.-notaris te Sluis;
benoemd tot griffier bij. het kantongerecht
te Almelo, mr. W. L. Bruist, thans idem te
Doesburg; te Breukelen-Nijenrode mr. J. C.
Bloem, thans idem te de Lemmer; te Ber
gen op Zoom mr. J. N M. Hendrichs, waar
nemend griffier; te Purmcrend mr. H. E.
Vlaanderen, advocaat en procureur, tevens
waarnemend griffier bij het gerechtshof te
Amsterdam; te Medemblik mr. F. W, A.
Kuyper Boone, advocaat en procureur te
Maassluis, waarnemend ambtenaar bij het
O. M. der kantongerechten, ter standplaats
te Schiedam.
benoemd tot gewoon hoogleeraar in de
faculteit der letteren en wijsbegcerto aan
'de Rijksuniversiteit te Leiden om onderwijs
te geven in de Romaansche taal en letter
kunde dr. C. de Boer, lector aan die uni
versiteit;
bij beschikking van den directeur-gene
raal der P.T.T. wordt met ingang van 1 Mei
1931 aangewezen als directeur van 't P T.T.-
kantoor te Doorn de referendaris tweede
klasse der P.T.T. J. M. Blote, te Haarlem
(Postkantoor).
Een der wagons van den
trein uitgebrand
Men schrijft ons d.d. 5 April uit Nice:
Gisteravond arriveerde alhier een gezel
schap van 90 personen, allen leden van de
Nedcrlandsche Reis Vereeniging. onder lei
ding van de heeren J A. Addens, T. J Ad
dens en P. C. Sant. De trein, waarmede het
gezelschap reisde, had drie uur vertraging
De oorzaak hiervan was, dat een der wa
gons IIo klsse, behoorende aan de Zwitser-
sche Spoorwegen, dicht bij dè Fransch-Ita-
liaansche grens in brand geraakte.
Hoewel een der reizigers het treinperso
neel attent maakte op een duidelijk merk
baren brandlucht, werd hierop aanvankelijk
niet de noodige acht geslagen.
Het spreekt vanzelf, dat wanneor gereden
wordt met een snelheid van 80 K.M. per
uur, tunnel in, tunnel uit, de geweldige zui
ging als een blaasbalg werkt, waardoor liet
vuur snel om zich heen grijpt. Het duurde
dan ook niet lang of vinnige tongen lekten
langs de wanden van het 3e compartement.
IToewel brandbluschmiddclen in den trein
aanwezig waren, bleek, dat het treinperso
neel niet met het gebruik daarvan op de
hoogte was.
Een der passagiers trok daarop aan d»
noodrem.
Nadat de trein tot stilstand was gebracht,
werd de wagon ontruimd.
Daarna reed de trein, met den nog steeds
brandenden wagen, die een spookachtig
licht verspreidde, in den donkeren nacht
verder, tot aan Fontan Sacrge, een halte
vóór het grensstation Brail, waarna hij
werd uitgerangeerd en uitbrandde.
De N.R.V.'ers kwamen allen in goeden
welstand aan.
IN EET STADHUIS TE MAASTRICHT
INGEBROKEN.
Te Maastricht is Vrijdagnacht ingebroken
in het stadhuis. De dief, die zich waar
schijnlijk heeft laten insluiten, hoeft op de
afdeeling belastingen uit een geldkistje
ongeveer 1400 ontvreemd, gedeeltelijk be
stemd tot toeslag op de huren voor de wer-
keloozen. De politie doet onderzoek.
UTRECHTSCHEWEG 10 TEL. 179 AMERSFOORT
Spreekkoor door 2500 meisjes
van de R.K. Jeugdbeweging.
Amsterdam, 6 April. De R.K. Meisjes
leden van de Amsterdamsche afdeeling „De
Graal" versterkt met die uit Rotterdam,
Den Haag, Leiden, Haarlem en tal van dor
pen uit het Bisdom Haarlem, hebben he
denmiddag (2en Paaschdag) voor een bijna
uitverkocht Stadion een uitvoering gegeven
van een leekenspel getiteld „Het Koninklijk
Paaschkruis" geschreven door mej. 'van
der Kallen, van de congregatio van de
Vrouwen van Nazareth.
De opvoering van dit massa spel is in
alle opzichten voor de strijfster en uitvoe
renden een groot succes geworden. In het
midden van het grasveld was een groot
zwart kruis opgericht, waaromheen een
verhooging afgedekt door kostbare klee-
den. In de vorm van een roos schaarden
de graalmmsjes zich met hun leidsters on
der de armen van dit groote kruis. De meis
jes die. in een twintigtal groepen verdeeld
waren hadden zich gekleed in lange afhan
gende losse kleederen in zachte en helle
kleuren. Onbewegelijk stonden zij daar,
en het geheel beschenen door het zonlicht,
maakte een grootschen indruk. In het eer
ste deel zegden de meisjes, wat zij wilden,
kunnen cn hopen. Hierna volgde het „Ko
ninklijk Paaschkruis" in drie deelen een
beurtgesprek door het koor der beschou
wenden en dat der Overgegevenen. in den
reciteertoon opgezegd, terwijl een aantal
bazuinen op het dak van het Stadion opge
steld den toon aangaven en inleidden. Mot
hand en armbeweging, werd het geheel vol
maakt. Van al de torens woeien de graal-
vlaggen. In de Koningsloge had de bis
schop van Haarlem Mgr. J. D J. Aengenent
plaats genomen met zijn secretarissen, de
ministers Verschuur en Ruys do Beercn
brouck, Baron van Wijnberg, en Mgr.
Tascin, de Gemeentesecretaris J. J. Roovers
de R.K. Gerneenteraads- cn Statenleden,
het hoofdbestuur van do Graal, talrijke
pastoors en kapelaans uit het bisdom Haar
l'em en vele Eerw. Zusters en broeders van
diverse kloosterinstellingen. Na afloop van
het spreekkoor vond een defilè plaats langs
Haarlem's Bisschop; de meisjes brachten
allen den Romeinschen groet Het applaus
dat minutenlang aanhield was zeer zeker
ten volle verdiend. Met tientallen autobus
sen, vrachtwagens en particuliere auto's
werden de meisjes naar de stations ver
voerd waar de extra treinen gereed ston
den. Door de politie en tramdirectie waren
goede maatregelen getroffen zoodat het ko
men en gaan van de duizenden belangstel
lenden een zeer ordelijk verloop had.
GESTOLEN AUTO'S TE ROTTERDAM.
Gelukkige afloop.
Rotterdam, 7 April. Een inwoner
van Den Haag heeft op Pinkstermaandag
aldaar aangifte bij de politie gedaan dat
hij zijn auto vermiste. IJet. signalement van
de auto werd rondgezonden cn het gelukte
later in dien middag den Rottcrdamsclic
politie om de auto terug to vinden. De 25-
jarige koopman B. v. L. uit Den Haag, die
erin zat, werd gearresteerd. Hij verklaarde
echter een vriend te zijn van den eigenaar
en diens auto geleend te hebben, weliswaar
zonder diers voorkennis, doch ook zonder
diefstal te hebben gepleegd, want hij was
heilig van plan de auto des avonds weer
terug te brengen. De eigenaar van de auto
werd gewaarschuwd cn kwam naar Rotter
dam waar hij in het politiebureau geruimen
tijd met den „dief' heeft geconfereerd. Het
eind van het liedje was dat de beide vrien
den, geheel verzoend, te zarnen in den wa-
Gedipl. horlogemaker
Tel. 852. Langestraat 43.
Gevestigd 1885
gen weer naar huis reden. Do aanklacht
werd ingetrokken en de politie kreeg een
bedankje voor haar kranige recherche.
Voorts is op dienzelfdcn dag een auto
van een Rotterdamsch ingezetene, die voor
zijn woning aan de Schecprnakershaven had
gestaan, gestolen door eenige jongens dio
er een ritje mee hebben gemaakt en ver
volgens met de auto op de Bierhaven tegen
een boom zijn gereden. Daar hebben zij de
auto laten staan die spoedig weer terug ge
vonden word en teruggebracht bij den eige
naar
Aan de politiek meer
dan genoeg
Het Handelsblad schrijft:
In een hoofdartikel van do „Radio-Gids"
van de V.A.R.A. bepleit v. L. de invoering
van radio-advertenties. Schrijver verwijst
naar het buitenland, waar „de radio-om
roep uit deze radio-advertenties een aar
dig centje trekt, zonder dat de omroep er
zelf ook maar het minste onder lijdt". Wc
zullen het betoog van v. L. niet op den voet
\olgen, maar 't i6 toch wel noodig onmid
dol lijk tegen dit denkbeeld verzet aan te
teekenen. Een van de weinige dingen, waar
op de omroep in ons land tot dusverre
trotsch kan zijn, is zijn volkomen onafhan
kelijkheid van aether-reclame; in elk geva'.
werd in ons land tot nu toe nooit het luis-
tergenoegon (op welk uur van den dag ook)
vergald door gesproken advertenties. Wie
voor reclarne-doelcinden zeer in 't bijzon
der de luisteraars en radio-amateurs wil
bereiken, kan in de omroepbladen adver-
teeren, maar men behoudc den zendtijd
voor de programma's, liet is al erg genoeg
dat de polilick daar is binnengedrongen.
Omroepverenigingen, die geen kans zien
do haar toebedeelde uren tc vullen wegens
gebrek aan financiën, moeten dat niet ver
halen op haar luisteraars, die van de radio
iels anders verlangen dan wat zij vinden
in de advertentiekolommen van hun dag
blad Een omroep-vereeniging is geen ge
woon commercieel bedrijf, haar kosten
heeft zij te dekken uit hetgeen de luisteraars
haar wenschen af te dragen. In ruil daar
voor den toch al ten gevolge der verdeeld
heid karig toegemeten zendtijd, te misbrui
ken voor reclame, lijkt ons onaanvaardbaar.
Ware er genoeg zendtijd voor ^iedereen
en genoeg beschikbare golven men zou
desnoods een aparten reclame-zender kun
nen bouwen. Nu dit niet kan, spare men de
luisteraars. We schreven reeds vroeger, dat
zelf6 verecnigingsmededeelingen naar onze
uieening slechts bij uitzondering in den
aether thui6 behooren, ook daarvoor zijn
de vereenigingsbladcn. Maar advertenties:
de V.A.R A. hale het paard van Troje niet
binnen, laat Nederland in dat opzicht al
thans een hooge plaats in de radio-wereld
blijven innemen!
MOTOR-ONGELUK.
Duo-rijder op slag gedood.
Leiden, 7 April. Zondagavond is te
Oegstgeest ter hoogte van de Drie witte
palen een motorrijder over den kop gesla
gen, bij welk ongeval de duo-rijder, de 27-
jarige M. P., uit Voorschoten, van de duo
werd geslingerd cn op slag gedood.
Een hart vol idealen is meester van de
toekomst.
Uit het Engelsch door
J. S. FLETSCHER.
32
Getch liet ons geen tijd voor overpeinzin
gen; hij riam nu de leiding en gaf ons en
zelfs oom Joseph verschillende bevelen. Wij
moesten helpen om de boot te lossen en
daarna de bagage, zooals ik verwacht had,
naar den toren brengen. Daar gaf oom
Joseph mij eenige dekens en kussens.
,3enjamin, je moet nu alles doen om te
zorgen, dat de jongedame een warm nestje
krijgt", zeide hij op zoetsappigen toon. „We
zijn hier niet in een eerste-rangs hclel, toch
zullen wij het ons zoo aangenaam mogelijk
te maken."
Wij waren in een benedenkamer van den
toren; Getch had een lantaarn aangesto
ken, zoodat wij in die kelderachtige ruimte
in staat waren om te zien wat wij deden.
Ik maakte in een hoekje een slaapgelegen
heid voor Pepita en dropg er bij haar op
aan om te gaan liggen. Oom Joseph, dat
moet ik bekennen, was voor haar zeer
vriendelijk en zorgzaam; hij vroeg mij om
te zoeken of ik voor haar iets te eten kon
vinden. Pepita verlangde niets, alleen dat
ik bij haar zou blijven. Ik deed dat en
maakte het haar zoo gemakkelijk mogelijk
met een paar dekens. En ik was zeer dank
baar, dat zij binnen eenige minuten vast in
slaap was. Ik zelf zou ook gaarne geslopen
hebben, want ik was doodmoe, maar ik
was angstig en niet op mijn gemak. Aan de
eenc zijde voelde ik, dat wij weinig te vree
zen hadden van oom Joseph, die, hoe gesle
pen en gemeen hij ook mocht zijn, ons niet
gemeen zou behandelen, maar ik was niet
zoo zeker van Getch, die, daaraan twijfelde
ik niet, geen gewetenswroeging zou hebben
ons den nek om te draaien om zijn eigen
leven te redden. Terwijl ik naast Pepita's
geïmproviseerd bed zat, met mijn rug tegen
den muur, sloeg ik hem gade en vroeg mij
af of wij onder zijn toezicht zouden blijven
en voor hoe lang. Niets wees er op, dat
hij zou terugkécren. Hij had zijn lantaarn
zoo gezet, dat haar licht niet door een ope
ning in den muur naar buiten kon schij
nen. Oom Joseph zat daarbij met hem op
gedempten toon te praten. Getch maakte
een flesch sterke drank open en beide na
men daaruit een glas. Zij gedroegen zich
zeer netjes en kalm; men had kunnen ver
onderstellen, dat zij een huiselijk praatje
hielden. Eindelijk viel ik van moeheid in
een vasten slaap. Toen ik even plotseling
weer wakker werd, was Getch niet meer te
zien.
De morgenzon scheen door de venster
openingen boven in den Oostclijken muur
en ik hoorde het geschreeuw der zeevogels
en het kwetteren van de kraaien, die boven
rond den toren vlogen. Pepita was nog in
diepen slaap zij ademde kalm en regelma
tig .In een anderen hoek, begraven in de
kens, lag oom Joseph vast in slaap, zachtjes
snorkend. Zijn handen lagen gevouwen over
zijn buik zijn mond was half open. Naast
hem stond de gedoofde lantaarn en de
flesch met glazen doch Getch was er niet.
Ik stond op en voelde mij stijf en pijnlijk
door het liggen op mijn harde legerstede.
In de duisternis van den nacht had ik niet
kunnen onderscheiden wat wij uit de boot
hadden gedragen Thans zag ik, dat oom
Joseph goed geproviandeerd was, met blik
jes, vruchten, brood voor eenige dagen, kof
fie, thee, twee kisten met flesschen bier en
sterken drank. ITet zien van al die pro
viand stelde mij geenszins gerust, want
daaruit was op te maken, dat onze gevan
genschap nog eenigen tijd zou duren. Het
was echter al iets, dat wij van Getch be
vrijd wazen. Verlost van hem kon ik oom
Joseph gemakkelijker misleiden, en een
poging wagen om een voorbijgaand schip
te seinen. Ongelukkigerwijze, dat wist ik
uit ondervinding, gebeurde het hoogst zel
den, dat er schepen in de buurt van Meslie
Eiland kwamen edoch, de mogelijkheid
bestond. Ik ging naar buiten en zeer ver
langend om zekerheid omtrent Getch te
krijgen, ging ik eerst naar de landings
plaats om te zien of de boot daar nog lag.
Zij was er niet en dus was hij 's nachts
vertrokken.
HOOFDSTUK XVI.
De bruine hand.
Het was een prachtige zomermorgen en
in gewone omstandighden zou ik van de
natuur hebben genoten. De zon rees aan
den wolkenioozen hemel, die zijn diep
blauw weerkaatste in de kabbelende gol
ven, door een zacht briesje landwaarts dei
nend en uitstroomend op het vlakke strand
Het was zoo helder in de atmosfeer, dat ik
alle plaatsen langs de kust kon onderschei
den, terwijl vele kenbare punten in het bin
nenland zich duidelijk afteekenden. Een
twaalftal zou ik kunnen noemen, als de
grijze toren van onze kerk in Middlebourne,
hot beukenbosch bij Belconbury Beacon,
vijftien mijlen naar het oosten, de hooge
gebouwen van Kingshaven en de slanke
masten der schepen in de dokken daar ter
plaatse. Hoe dichtbij had ik het gevoeld,
dat alles op dezen klaren morgen ook leek,
had ik het gevoel, dat Pepita en ik daar
zoover van verwijderd waren, alsof wij op
een eiland woonden in de Stille Zuidzee.
En voor die gevoelens was een deugdelijke
reden, namelijk den bijzonderen toestand
der kust. Tot op grootcn afstand der kust
was de zee ondiep en dus het strand moei
lijk te bereiken. In de haven van Kings
haven kon men slechts binnenkomen door
een vaargeul, op grooten afstand van Mes
lie Eiland gelegen, terwijl de visschersvaar-
tuigen, thuis behoorende te Middlebourne
en YVreddlesham, een route moesten nemen
die aan de andere zijde op grooten afstand
langs het eiland voerde. Om kort te gaan,
Meslie Eiland lag uit de route van schepen,
van welke grootte dan ook. Van de groote
schepen, gaande of komende van Kingsha
ven, moet het eiland in de verte den in
druk hebben gegeven van een molshoop in
het water. Door zijn ligging dichtbij Ie
kust was er ook geen enkele reden om op
het eiland een vuurtoren te plaatsen. Dat
alles overwegende begreep ik, dat er niet
veel kans was, dat iemand ons zou bevrij
den uit deze eigenaardige gevangenisstraf.
Voorzoover ik kon nagaan wist niemand
dat Getch ons hierheen had gebracht, tenzij
ons vertrek uit de Shooting Star was gezien
door Mandhu Khan. Daarop viel weinig
tc rekenen. Ongetwijfeld was kapitein Mari
gold ijverig op zoek naar zijn dochter en
zat Keziah ook niet stil, terwijl Cherry ze
ker zijn beste beentje zou voorzetten om
ons op te sporen. Maar wie kon nu droomen
dat wij naar dit eiland waren gebracht
Daar zaten wij nu, dichtbij hen, en, zooals
ik gezegd heb, hadden wij even goed op Sa
moa kunnen zitten.
Te hoog aangeslagen
Door den heer Duymaer van Twist wa
ren 4 Maart j.I. do volgende vragen aan den
minister van Financiën gesteld:
lo. Is het den minister bekend, dat in
de maanden Mei, Juni of Juli de Ncder-
landsche schippers zich op een der daar
voor aangewezen belastingkantoren hebben
te melden, ten einde een bewijs van aan
gifte voor de Rijtfstnkomstenbelasting tc
bekomen en tevene- daar ter plaatse de hun
op to leggen belasting te voldoen, zonder
welke betaling hun het bewijs komt te ont
breken, dat noodig is om het beroep te
kunnen voortzetten?
2o. Is het juist, dat de schippers, waar
onder er velen zijn, die len gevolge van on
voldoend genoten onderwijs geen boekhou
ding kunnen overleggen, een aanslag in de
Rijksinkomstenbclasting wordt opgelegd
aan de hand van een uniform lijstje, hou
dende opgaven van een te berekenen inko
men naar de tonnenmaat van het schip?
3o. Weet de minister, dat reeds over het
belastingjaar 1930/1931 het bedoeldo lijstje
van inkomsten ver uitging boven het wer
kelijke door den schipper genoten inko
men?
■lo. Op welke wijze zal voor het komend
belastingjaar het inkomen van den Neder-
landschen schipper worden vastgesteld en
welke zekerheid bestaat er, dat betaald
wordt naar het inkomen, dat genoten is?
Thans heeft minister de Geer hierop ge
antwoord:
1 on 2. Deze beide vragen worden beves
tigend beantwoord, met dien verstande,
dat de in de tweede vraag omschreven wij
ze van liandelen wel i6 waar niet voor allo,
maar toch voor de groote meerderheid der
schippers wordt gevolgd.
3 en 4. Op deze beide vragen, waarom
trent alle informaties nog niet zijn ingeko
men, hoopt de ondergeteekende binnenkort
terug te komen
KOLENDAMPVERGIFTIGING.
62-jarige man het slachtoffer.
Leiden, 7 April. Hedenmorgen is in het
stooklokaal der Ned. Rotogravure Mij. do
62-jarige portier J. S. dood aangetroffen,
door kolendamp vergiftigd. Blijkbaar bad
hij, omdat het daar warmer was dan in do
portierskamer, de nacht doorgebracht. Aan
gezien echter de ramen van het stooklokaal
gesloten waren, konden de zich ontwikke
lende kolendampgassen geen uitweg vil
den, met voormeld gevolg.
GARAGE UITGEBRAND.
Te SliedrechT.
Sliedrecht, 7 April. Hedenmiddag
omstreeks half vijf ontdekte men in do
autobus van Hartog in de garage van Broc-
re brand. Men trachtte dezen brand te blus-
schen, doch voor men het vuur kon mees
ter worden, sloegen de vlammen zoo fel uit
de bus, dat deze niet meer te redden viel.
De brandweer werd gewaarschuwd, doch
men kon niet verhinderen, dat de geheele
garage een prooi der vlammen werd. Alleen
de muren staan nog overeind. Verbrand
zijn de autobus, die niet verzekerd was, een
vrachtauto, drie rijtuigen cn divers klein
materiaal.
De oorzaak van den brand is vermoedelijk
tc zoeken in het feit, dat een brandende si
gaar of sigaret in de bus werd achtergela
ten.
Waarom waren wij hier do vraag liet
mij niet los. Oppervlakkig bekeken leek
het niet moeilijk een antwoord op die vraag
te geven. Of hij werkelijk gestolen had of
niet, het stond bij mij vast, dat mijn acht
baar familielid, oom Joseph Krevin, in het
bezit was van de Kang-he vaas en dat de
schurkachtige eigenaar van de Shooting
Star zijn medeplichtige was. Als ik de ver
schillende dingen, die mij bekend waren,
samenvatte, scheen het mij toe, dat oom
Joseph, Cousins en Getch medeplichtigen
waren in een complot om juffrouw Elling-
ham te berooven van haar kostbare Chinec-
sche vaas. Waarschijnlijk bracht Cousins
de diefstal ten uitvoer en gaf hij de vaas
aan oom Joseph in het vischmandje, dat
Keziah onder de toilettafel in de slaapka
mer vond; oom Joseph deed de buit over
in zijn oude tasch. Intusschon werd Cousins
op Gallowstree Point vermoord waarom
en door wicn De hemel, weet het Keziah
en ik vertelden aan oom Josepr dat Con-
sins was vermoord, oom Joseph pakte zijn
biezen met tasch en al. Vermoedelijk ging
hij toen naar Fliman's End en werd van
daar door Getch in een boot naar de Shoo
ting Star in Wreddlesham gebracht. Onge
twijfeld heeft hij gedacht, dat hij geduren
de den dag of den volgenden nacht van
Wreddelsham weg kon komen en zeer ze
ker ook waren zijn gastheer en hij tot de
conclusie gekomen dat dit onmogelijk was,
omdat elk station en eiken weg werd be
waakt. Zoo bleef hij gezellig en veilig in
Shooting Star totdat Pepita en ik kwa
men. Nu was hij niet langer veilig en daar
om bracht Getch hem naar Meslie Eiland
en ons eveneens. Maar hoe verwachtte
hij te ontsnappen van het eiland cn waar
heen
<Wordt vervolgd)
i