AMERSFOORÏSCH DAGBLAD
DE MUZIEK IN DEN AETHER
NIEUWS VAN DEN ZWARTEN DISCUS
Zaterdag 18 April 1931
„DE EEMLANDEET
29e Jaargang No. 245
Van 19—26 April
RAAD VAN HILVERSUM
Alle moties verworpen
BEETH0VENS EERSTE
DOOR MENGELBERG
Amusementsmuziek
Wie wil kiezen uit de keur van muzikale
gerechten, welke de onderscheidene om-
roepstations ons zoo gul voorzetten, moet
zich beperken. Het is wel noodig ook, want
er zijn grenzen gesteld aan het opnemings
vermogen van den rnensch. Als men bij
voorbeeld
Zondag
alles, wat er al zoo in den aether te doen
i6 op zou willen pikken, dan blijft er geen
tijd over voor andere dingen. De muzick-
con6umpt.ie is ontzaglijk toegenomen en
soms vragen we ons wel eens af, of er nog
wel waarlijk geluisterd wordt. Luiste
ren en de radio „aanzetten" zijn twee din
gen! Vooralsnog willen we niet wanhopen
en om 3.00 eens luteteren naar het Praag-
sche strijkkwartet, dat onder de auspiciën
der A.V.R.O. voor het station Hilver
sum Smetana's kwartet „Uit mijn leven"
6poelt. Smetana was de eerste nationaal-
Tsjechische componist van beteekenis. Hij
stierf in 1584, wat ons de garantie geeft,
dat deze muziek u vertrouwd in de ooren
zal klinken. Ze is niet nieuw meer. Om
815 begint de studio-opvoering van „La
Bohème" van Puccini. Deze Italiaan is wel
licht een der meest populaire auteurs uit
het Italië van gisteren (f 1924) en de tra
gische opera „La Bohème" 6taat nog steeds
in het middelpunt van de belangstelling. In
de Radiobode heeft Casper Höweler een uit
stekende essay over de muziek can het
werk geschreven, die wij zeer ter lezing
kunnen aanbevelen. De uitzending is niet
compleet: het 2e bedrijf (waarin Musette
en Marcel elkaar in de armen vallen) wordt
overgeslagen. Maar het leeuwendeel van
deze reeks tafereelen uit het artistenleven
blijft ons gelukkig gespaard. Aandacht
verdient zonder eenige bedenking ook de
K.R.O., die over
Huizen om 10.30 de grandiooze „Missa
in die festo" van onzen onvergetelijken Die-
penbrock (t 1921) uitzendt. Piet Kallen-
bach, de bekende Bosscher dirigent van het
koor der Sint Jans Kathedraal die tijdens
Diepcnbrocks loven reeds zooveel belang
stelling voor don componist heeft getoond,
leidt de uitvoering.
Het lijkt er een beetje op, alsof er tus-
echen Daventry en de Duitsche omroepsta-
tions een edele wedijver bestaat. Beide lan
den zenden namelijk voor den derden keer
gelijktijdig een Bach-cantate uit, die voor
dezen Zondag door Bach geschreven is.
Om 2.20 geeft
Daventry (national) de cantate „Du
Hirte Israels" voor tenoor- en bas-solo,
koor en orkest. Ook Berlijn heeft deze
B-ach-canfcate op haar programma doch om
10.50. Men weet, dat het de bedoeling van
den Duitschen omroep is van de bekende
kerkcantates van Bach iedere week één uit
te voeren en wel op den dag. waarvoor Bach
bet werk geschreven heeft. Prof. Straubo
'de „Thomaner-kantor" leidt Als hij de slot
noten gedirigeerd heeft kan men een uurtje
later Daventry beluisteren. Een aardige
vergelijkende 6tudie! Wie Furtwaengler,
'den slanken voortvarenden dirigent met
zijn Berlijnsche „Philharmoniker" nog eens
wil hooren, stemt af op
Berlijn, om 7.20. De groote C dur sym-
phonie van Schubert. d!e de meester ge
schreven heeft toen hij zijn vroegen dood
reeds voelde naderen, staat op het program
ma. Daarna volgt als een vreemde vogel
de Prelude 1'après-midi d'un faune
van Debussy. En als deze brooze klanken
langzaam tot uw bewustzijn doorgedrongen
zijn, kunt ge u laten vergasten op de vroo-
lijke guitenstreken van Tijl Uilenspiegel,
door Strauss verklankt.
Zondag is het een waar gedrang in den
aether en men kan alles te kust en te keur
uit de geheimzinnigheid der radiogolven
zeven. Zoo ook geeft
Heilsberg om 7.20 de volledige opera
Samson et Dalila van Saint-Saéns. Eerste
rangs solisten verschijnen op het appèl als
Sigrid Onegin en Otto Wolf en Leo Blech
dirigeert. Het gegeven van het werk is ta
melijk uitvoerig, doch vrijwel geheel ge
volgd naar het bekende bijbelverhaal. Bij
zondere aandacht verdient de bekende aria
van Dalila uit het tweede bedrijf: „Mon
coeur s'ouvro a ta voix", hetgeen hier na
tuurlijk wordt: „Mein Herz erschlieszet
sich". De opera, (één der weinige bijbel
sclie!) speelt te Gaza in Palestina 1150 jaar
voor Christus.
Kalundborg vraagt te 755 n.m. onze
aandacht voor de eerste rhapsodie voor kla
rinet en orkest van Debussy. Dit fijn-ge
kleurde werk hoort men zóó zelden, dat
de vrienden van Debussy het stuk niet
voorbij mogen laten gaan evenmin als een
ander voortreffelijk werk uit dien tijd, doch
van Ravel: Introduction et Allegro voor de
mooie combinatie harp, fluit, klarinet en
strijkkwartet. We moeten wel een stroep
zetten onder onze aankondigingen voor
vandaag, maar dat kunnen we eigenlijk
niet doen zonder te signaleeren, dat
Müblacker om 7.35 de zeldzaam gees
tige en kinderlijk-onschuldige opera van
Domenico Ginarosa (1749—1801) geeft. Het
is een Italiaanscho opera-buffa van bijzon
der 6terke karakteristiek. De Duit6chers
hebben de namen der hoofdpersonen ver
anderd. U zult den naam Roms tegenko
men, een rijke koopman. Deze Roms hfceft
drie aanminnige dochters: Beatrice, Lisetto
en Karoline. Behalve deze drie gnatieën be
zit Roms ook een boekhouder: Sander. San-
der en Karoline zijn In het geheim ge
trouwd. Er komt een graaf op de proppen,
die Graaf Tiefcnthal heet. Natuurlijk is
dit iemand op zoek naar een bruid. Roms
wil hem Lisette uithuwelijken, maar de
graaf voelt daar hoegenaamd niets voor.
Hij heeft een oogje op Karoline. Hier heb
ben we het conflict natuurlijk: Karoline is
al getrouwd. Haar zuster Lisette is echter
afgunstig en maakt een „scène" door
's nachts het huis bij elkaar te roepen. Ka
roline moet naar een klooster om van alle
moeilijkheden af te zijn. Maar als Sander
Roms vertelt, dat hij reeds 2 maanden met
Karolientje getrouwd is, vergeeft Papa
hen en zogent het huwelijk. De verbolgen
graaf wordt getroost en neemt heel ridder
lijk genoegen met de toch niet gansch on
appetijtelijke Lisette. Een subliem opera-
tjo!
Omdat Zondag zoo'n drukke radiodag is
geven wij dien dag van de programma's
iets meer in onze rubriek. Dit gaat ten
koste van de overige dagen; we kunnen
het onmogelijk anders regelen.
Maandag.
Hilversum heeft een algemeen pro
gramma, dat de A.V.R.O. verzorgt. Willem
Zonderland organist en muziekdirecteur te
Leeuwarden verzorgt een orgelconcert,
waarop hij o.a. een preludium en fuga van
Bach in f klein zal spelen. Di Moorlag zingt
een vrijwel onbekende cantate van Teleman
om 8.00. Telemann (Georg Philips) was een
tijdgenoot van Bach (J. S.) en lcofdo van
18811767 Hij is dus eenige jaren (20!)
ouder geworden dan Bach. Telemann was
een zeldzaam vruchtbaar talent, een veel
schrijver in velerlei opzicht Dat hij ten
onrechte in het vergeetboek is geraakt staat
wel vast Zijn stijl stond sterk onder in
vloed van de Franschen. Vandaar ook do
„Grieksche" cantate Ino, de rampzalige
moeder, wier kinderen allen door den on-
barmhartigen vader gedood worden. In
Frankrijk was dit soort Grieksche drama's
zeer geliefd.
Allerlei verlokkende delicatessen van
Maandag over Huizen, Langenberg, Mühl-
acker en Milaan moeten we weerstand bie
den. Zelfs de „Grieksche" opera „Adriadne
auf Naxos", welke door Münchcn verzorgd
wordt kan alleen in het voorbijgaan ge
meld worden.
Dinsdag.
Hilversum 2.30. Zeker, zéér de moeite
waard! Het Hollandsch Strijkkwartet speelt
Beethoven opus 59 No 3» Wie heeft echter
gelegenheid om op zoo'n middag te luiste
ren? Om 6.30 zal dat boter ganan. Dan zingt
To van der Sluys met Barend Renden
aan den viougel Spaansche volksliederen.
Laat ons hopen, dat de zangeres er iets
bij zal vertellen, want zóó zonder moer zijn
de liederen niet toegankelijk. Interessant
zal we! de Suite van Joaquin Turina zijn:
„Poema cn forraa de Canciones" (Stem
mingsstuk in den vorm van liederen).
Huizen geeft om 8.15 het Requiem van
Verdi onder leiding van Hubert Cuypers.
Eenige weken geleden heeft Cuypers het
zelfde werk in gelijke bezetting (do Chris
telijke Oratorium Vcrccniging en de beken-
de Ncderlandsche vocalisten) te Keulen voor
de W. D. R. uitgevoerd.
Warschau zorgt voor de Cavaleria
Rusticana om 7.50 maar op de gramofoon,
hetwelk eigenlijk geen kunst, noch sport
is. Risico is er voor geen duit aan verbon
den!
Woensdag.
Een kalm dagje voor den Nederlandschcn
muziek-omroep. Als ik vrij was dan zou ik
afstemmen op
Daventry (National) en wel om 7.20 om
„Israël in Egypt" van Ilaendel te hooren.
De Engclsche verzorging der Oratoria van
Haendel munten doorgaans uit door nauw
gezetheid en klank en do leider Sir Henry
Wood is een man van veelzijdige ervaring.
Kalundborg zorgt om 8.50 n.m. voor
cembalomuzick; het cembaloconcert in C.
van Carl Philipp Emanuel Bach, den twee
den zoon van den groot. Cantor wordt dan
uitgezonden. Philipp Emanuel was hofccm-
halist van Frederik dén Grooten gedurende
27 jaar en het lijdt geen twijfel, dat de
voortreffelijke componist toen vele cembalo
werken geschreven heeft. Hij beschikte over
dc voor dien tijd superieure vleugels van
Silbcrmann, die ieeds tamelijk forsch van
toon zijn geweest volgens de berichten
althans.
Langenberg. Hier vertelt iemand iets
over de „Ornamentiek in de muziek", het
geen belangwekkend kan zijn. Orrnament
cn fundement zijn twee belangrijke uiter
sten der muziek en de moeite van een
vluchtig onderzoek per radio meer dan
waard. De toespraak begint om 10.40 v.m.
Toelichtingen ontbreken natuurlijk niet.
Donderdag.
II i 1 v e r s u m. Ongeveer 9.30 „das Lied
von der Erde" door do A.V.R O.-zorg uitge
zonden vanuit het Concertgebouw. Mahlers
laatste symphonische werk gaat hier met
twee buitengewone solisten: Itc6ette Anday,
de phenomenale alt en Jacq. Urlus, onzen
nationalen trots.
P a r ij 6 laat eindelijk eens iets goeds hoo
ren. Om 7.20 begint „Die Entführung aus
dem Serail" van Mozart, die de K.R.O op
Vrijdag om S.00 eveneens uitzendt. Mozart
schreef het werk in 1782. Hierin geeft hij
reacties op den toenrnaligen zeer geliefden
„Turkschcn" smaak. De hoofdpersonen zijn
Constanze, Blonde (sopranen), Belmouto (te
nor), Pedrillo (tenor) en Osmin (bas). De
6preexpartij is Selim Bassa. Constance en
Blonde zijn in de macht van Bassa geraakt
en opgesloten in den harem. B- lmonte zoekt
zijn geliefde Constance, die haar in den
Serail van Baesa ontdekt Deze neemt hem
als bouwkundige aan. Bcnunte geholpen
door zijn dienaar Pedrillo (oen heerlijk zon
nige figuur) trachten in het derde bedrijf de
beide meisjes te redden hetgeen niet gelukt.
Er 6taan eenice hoofden op hel spel, temeer,
daar Bassa in Belmonte den zoon van een
vijand ontdekt. Toch wordt Se im Basso ont
roerd en schenkt allen de vrijheid. Mozart
heeft on6 met deze opera een van zijn koste
lijkste werken vol humor en diep gevoel na
gelaten.
Vrijdag.
speelt onze beste Noderlandscho harpiste
Rosa Spier om 2.00 voor de A.V.R.O. over
Hilversum eenige charmante 6tukken
van Rameau, Paradisie die de kunstenares-
se zelf voor haar instrument ai rangeerde
Budapest zendt (6 50 namdc bekende
opera „Aida" van Verdi uit, welke zonder
tooneel, zonder handeling dus minder goed
te volgen is. De V.P R.O. zorgt om 8.30 voor
con mooi concert. Dan speelt Willem An-
driessen door bemiddeling van den zender
Hilversum twee sonates vnn Beethoven
voor piano. De K.R.O. geeft de Entführung
om 8.00 over Huizen en Heilsberg
geeft een „onbekende" Chopin aan de open
baarheid prijs te 6.20. Inderdaad is do cel
losonate een volkomen onbekend werk. In
één menschenleven lioort men het 6tuk mis
schien éénmaal.
Zaterdag.
De V.A.R.A. geeft om 8.00 „die Jahreszei-
ten" van Haydn, een oratorium, dat zóó be
kend en geliefd is, dat nadere uiteenzettin
gen mede in verband met onze plaateruimte
overbodig zijn.
P. T.
CANDIDATEN GEMEENTERAAD TE
BARNEVELD DER S.G.P.
Barneveld. 16 April. De S.G.P. heeft
voor de gemeenteraadsverkiezingen de vol
gende candidaten gesteld:
1. J. Veenendaal, Esveld (aftr); 2. L. Co-
zijnsen, alhier; 3. H. van Ommen, Essen;
4. C. Huigenbosch, Garderbroek; 5. F. van
Deelcn, Voorthuizen; 6 H. Endendijk, Ter-
schuur; 7. G J. Broekhuis, alhier.
KERK EN TOREN TE KOOTWIJK
GERESTAUREERD.
Barneveld. 16 April. Dinsdag 28 April
a.s. zullen de kerk en toren te Kootwijk, na
een grondig herstel te hebben ondergaan,
door den voorzitter van het comité voor de
restauratie, den heer J. Westrik, burge
meester alhier, aan de kerkvoogden te
Kootwijk worden overgedragen.
Vooraf zal de heer mr. H. Biaupot ten
Cate in „het Hilletje" aldaar den genoo-
digden een Geldersche koffietafel aanbie
den.
De T ribune>kwesiie weer
aan de orde
Hilversum. Nog een heelen mid
dag van 2 uur tot bij zessen heeft Jo
Raad besteed aan do bosprekingen over dc
interpellatie-Meijer inzake do houding van
B. en W. t.a.v. do Tribune-kwestie.
We zullen ons met het oog op de ruimte
tot het allerbelangrijkste beperken. Trou
wens er werden vele dingen twee- ja zelfs
meermalen gezegd. Hot belangrijkste was
dan de houding van de drie rechtsche
raadsfracties die van B. en W., zonder den
Raad te kennen, verzochten welke maat
regelen deze meenden te moeten treffen La.
v de Tribune en de daad van B. en W„
cMe ook zonder den Raad er in te kennen
zich tot het bestuur der Openbare Lees
zaal hadden gewend met een verzoek de
Tribune in het vergifkastje to plaatsen. En
kele raadsleden verdedigden do houding
der drie genoemde fracties.
Het uitvoerigst was wel de heer Bron
wer (R.K.) Zijn redeneering kwam hier op
neer: „Wij zullen zelf wel weten, wat wc
zullen doen on ik kan met geen mogelijk
heid verklaren, dat een dergelijk stand
punt, als we hier hebben ingenomen, niet
te een of ander tijd nog niet eens zal wor
den ingenomen. Dat ons verzoek niet ter
kennis van den Raad is gebracht, ligt niet
aan ons. Als B. en W het hadden willen
doen, zou daartegen mijnerzijds geen bo
zwaar zijn geweest."
De heer Veen (V.D.) bestreed dit stand
punt, omdat het z.j. zou leiden tot een Raad
in don Raad.
Prof. dr. J. H. Gunning Wzn. (Lib.) sprak
het nog iets 6terker uit „Dc drie rechtsche
fracties hebben het niet-actieve college van
B. en W. tot activiteit aangespoord en
daaraan hebben B. en W. gehoor gegeven.
Dat doet me leed. Wat de drie fracties heb
ben gedaan, is niet zonder bedenking. Haar
beroep op het formeele recht gaat niet op.
Zij vormen op deze wijze een parlement
achter een parlement" en eenigzins als een
dreigende waarschuwing hoorden we: „Ala
men dit in r™kUjk wil brengen, dan zullen
de verhoudingen in den Raad geheel ver
anderen.
Mr. Kindermann (Lib.) deed een aanval
op het college van B. en W. en zou aan
een motie, die critick inhield op de hou
ding van het college, zijn stem niet ont
houden.
In zijn repliek was de heer Meijer, de lri-
terpellant. nog beslister dan de heer Guri-
nlng. Ik zal een motie indienen, waardoor
gij erkennen kunt, dat ge onjuist hebt ge
handeld. Verwerpt gij die motie, dan zullen
de verhoudingen stellig veranderen, want
dan zullen we meer gaan vragen: „Steekt
daar soms Iets achter bij de heeren De
motie kwam en luidde*
„De Raad acht het onjuist, dat drie recht
sche fracties zich inzake de Tribunekwes
tie met een adres tot B. en W. hebben ge
wend en dat B. en W. naar aanleiding daar
van een besluit hebben genomen, dat zij
niet eigenaar beweging ter kennis van den
Rnad hebben gebracht."
Maar de heer Gunning, blijkbaar weer
heil ziende in een eigen motie, die alleen
op B. en W. critiek uitoefende, diende dez®
motie in:
Dc Raad is van mcening dat de door B.
on W. genomen maatregel naar aanleiding
van een verzoek der drie rechtsche raads
fracties, achterwege had dienen te blijven."
Herinneringen aan
Grieg
De phonografie-technische vorderingen
van de laatste jaren hebben kunstenaar,
publiek en den handil dicht bij elkaar ge
bracht. Wat vroeger ondenkbaar was: de
eerste 6ymphonie van Beethoven in uw
hutekamer, is thans zeer wel mogelijk. De
belangengemeenschap tusschen kunstenaar,
publiek en gramofoonmaatschappij is tot op
heden niet zonder artistieke gevolgen, die
voldoening schonken, gebleven. Zeg niet,
dat de muziek als ding-van-den-geest er ge
heel buiten gehouden wordt of dat er met
liet heilig huisje-voor-vilen: Muziek met
een hoofdletter gesold wordt. Dit is soms
waar, doch in de meeste gevallen niet. De
gramofoon van vandaag is een opvoedings
middel par exellencc in het gezin, waar
kindaren zijn: groote kinderen of kleine
kinderen. Het nut van de mechanische mu
ziek door middel van gramofoonplaten is
echter bijna geheel afhankelijk van de ma
nier, waarop men de rauziak wil dienen.
Want het is een stellige waarheid, dat de
gramofoon de moeite van het aanhooren en
weer opnieuw aanhooren in elk opzicht
waard te. Liefde en aandacht voor muziek
kan door de gramofoon ontwikkeld worden.
Van muziek houden beteekent: muziek die
nen en deze dienst moet de meest omvat
tende zijn. welke men zich denken kan.
Niet steeds is de muziekvriend bereid om
„hun" Bach, „hun" Chopm te hooren. Hij
heeft oogenhlikken, waarin hij sterk ver
langt naar muziek, welke wij slechts amu
sement noemen. Om de waarheid te zeggen:
mij is een vitale „blues" liever dan een
saaie symphonie. Dikwijls kan het woord
sonate me soms een rilling van afgrijzen
bezorgen. Het hangt er geheel van af, wie
die sonate, die symphonie of die blues
schreef
We kunnen tegenwoordig niet meer bul
ten de muziek. Ieder heeft er mee te maken,
direct of indirect, willens of onwillens. De
„onmuzikale" vader laat toch zijn kinde
ren muziektes geven; hij luistert naar de
radio of ergert zich eraan; hij hoort er
gens beneden een gramofoon en vindt de
plaat moppig of saai. Later zwicht hij voor
een gramofoon en zet zich langzamerhand
in een aardig platenarchiefjeNu het
zóóver gekomen is wil da krant zich ook
niet aan dien invloed onttrekken.
Wij zullen in het vervolg een veertien-
daagsche kroniek wijden aan nieuw-ver-
schenen platen. In de wir-war der aanbie
dingen kan een enkel woord mogelijk den
belangstellenden lezer op het spoor bren
gen, dat hij volgen wil. Bij deze beschou
wingen is natuurlijk van voorkeur geen
sprake serieuze en amusementsmuziek
zij is ons even welkom. Als ten minste de
reproductie een lust voor de ooren is
Hie Master's V o 1 c a bracht een
mooie plaat uit met Fóte-Dieu a Seville van
Albeniz (D 1888). De bekende Amerikaan-
6che dirigent Stokowski (die van Schotsch-
Poolsche komaf is) arrangeerde het werk
voor zijn orkest, het Philadelphia Symph.
Orchestra. Albeniz toch is hoofdzakelijk
Spaansch componist van piano werken ge
weest. doch zijn oeuvre vraAgt als het ware
om orkestratie. Stokow6ky vond een mooi
coloriet, gaf zijn solofagottist, althoboïst en
andere blazers aardige trekjes en zoo werd
een aantrekkelijk, kteurig geheel verkregen.
Leo Block dirigeerde voor H.M.V. de Ju
belouverture van Weber (C 2041). De bassen
zijn wat zwak en een zekere haast bij da
snelle achtsten figuren valt niet te ontken
nen. Het tweede thema heeft „Schmelz" en
over het geheel is er in den klank veel te
roemen. Da ouverture sluit met den oor-
6pronkelijken slothymne: „Heil, dir im Sie-
gerkranz".
Een bijzonder verzorgde opname gaf
H.M.V. in het licht met de „Messiah"-ouver-
ture van Handel. Het London Symphonie
Oréhestra onder laiding van Dr. Malcolm
Sargent vertolkte het geheel zeer bcheërseht
en volkomen evenwichtig van klank. Mis
schien kan men eenig bezwaar hebben te
gen de zware opmaten, maar het pianis-
simmo is prachtig, de diep a tonen der
strijkbassen zijn zelf6 in dit pianlssimmo
sonoor. De andere zijde geeft de Pastorale
symphonie, eveneens uit de Messias en
eveneens superieur.
Een aardige plaat is H.M.V. DB 1258,
waarop het 6pel van den voortraffelijken
pianist Arthur Rubinstein is vastgelegd. Hij
6peelt mooi van opvatting de Caprice
in b klein van Brahms en La cathédrale
englouti van Debussy. Arthur is geen broer
of neef van Anton; denkt men daarom?
Dr. Willem Mengelb?rg speelde met het
Philharmonisch orkest te New-York de
eerste svmphonie van Beethoven voor H M.
V. D 1867/70. Het is duidelijk op te merken,
welk een macht Mengelberg op het orkest
heeft. Ofwel, hoe volmaakt het technisch
apparaat, dat wij orkest noemen reageert
op de onzegbare en nauwelijks waar te ne
men nuanceeringen in klank, fraseering en
tempo, waarvan Mengelberg zich hij de in
terpretatie bedient. Een afloopend figuurtje
wordt iets gerekt, een enkel markant ac-
coord krijgt een gevoelig accent, een stac
cato heeft niets te veel en niets te weinig.
Daze serie van 4 platen is een groote aan
winst voor liefhebbers van Beethovens wer
ken. Men moet bij het bespelen der platen
er even om denken, dat derde deel der
9vmphonie op de 2da plaat staat. Het 2.1e
deel (andante) is vastgelegd op den derden
discue.
Gounod heeft bij H.M.V. weer een beurt
gëhad. Elise Rethberg zingt in bet Fransch
het lied „lc roi da Thule" en de „Juweclen-
aria", (DB 1456) met orkestbegeleiding. In
tonatie cn uitdrukkingskracht dezer zan
geres is onberispelijk, evenals de uitspraak
van het Fransch.
Parlophoon te uitgakomen (onder
meer) met twee violisten van grooten naam.
De eerste, welke we hier vermelden is Hu-
bermann, die imposant de aria „op de G-
snaar" van Bach speelt, (P 9878). D?ze
naam is zooals bekend mag zijn fout
Bach heeft deze „Aria" geschreven voor
strijkorkest; het stuk staat niet in G, maar
in D en is opgenomen in de derde D-dur
Suite. Ilubermann maakte gebruik van het
bekende arrangement en waet zijn viool te
laten zingen op een manier, die geheel
eigen is. Zijn voordracht is hartstochtelijk
en magistraal. De andere zijde geeft de
wals in A-dur van Brahms, die in het ori
gineel (walsen voor piano vierhandig) in
As-dur staat. Het tempo is wat langzaam;
maar bij sneller afspelen komen we in Bes
en B terecht wat dan weer veel te hoog
is.
Tossy Spiwakowsky hooren wij in zijn
grootste kracht in Wieniawsky's Scherzo
(P 9548). Op de keerzijde sluimeren de „Sla
vische Tanzweisen" van DvorAk-Kreislcr,
die op den naald wachten om springlevend
in de lucht rond te buitelen. Spiwakowsky's
linkerhand en stokvoering is bewonderens
waardig vast. Zijn dubbelspel zou verblin
dend zijn, als men er naar kijken moest.
Thans is het vreugde voor het gehoor. Het
eenige, wat iemand misschien minder aan
trekkelijk lijkt kan de tamelijk pénótrante
toon van Spiwakowsky's instrument zijn.
Ik voor mij houd echter van dezen kern-
achtigen toonvorming.
Een goede orkestpïaat is de Slavische
Phapsodie door het Weiszmann-Symphonie
Orchest (P 9557), doch zij gaf ons geen aan
leiding tot bijzondere opmerkingen. Het is
een vroolijk allerlei van nationale Slavische
liederen. De opname is goed verzorgd.
Een ander vroolijk en stemmte allerlei
(in gepaste afwisseling) is E 11063, welke
den titel draagt: „Golden memories of
Grieg". Urbach arrangeerde de stultken van
den populaircn talentvollen Noorschen
Meester zeer goed. We krijgen achtereen
volgens brokjes uit het pianoconcert, de
complete dans van Anitra en andere deelen
uit de Peer Gyntsuite, „Ich liebo dich",
Solvejgs lied enz. enz. Een plaat, die bij do
vrienden van Grieg aangename herinnerin
gen zal wakker roepen.
De laatste vier platen zijn alle door Par
lophoon uitgebracht.
TIGGERS.
Amusements- en dansmuziek.
Slechts een drietal platen van Parlophoon
vragen in dit onderdeel van deze rubriek de
aandacht- Allereerst een all waardigste
potpourri van Zimmer „Echo d^r Welt",
gespeeld door het bekende orkest Dobbri
(B 12434 beide kanten). De potpourri is in
denzelfden geeet als de beroemde wereld
reis van de Zeppelin, met dit verschil, dat
de verschillende landen, die bezocht wor
den, door een spreker worden aangekon
digd in het Duitsch. Deze meneer schijnt
een geweldige eerbied voor Amerika te heb
ben! Dobbri zou zijn naam niet zoo met
eere dragen in d3 wereld der amusements
muziek. als hij niet had gezorgd voor een
klankrijke uitvoering, die bovendien keurig
van rythme is.
De plaat R 878 brenpt de bekende foxtrott
..Sweet «u.? just you", gespeeld door Joe
Vcnnutis Blue Four, en een prachtige
piano-solo van Earl Hinss: Caution Blues.
Het tempo is uitstekend en de variaties in
de rechterhand om van te watertanden, ten
minste voor bewonderaars van gesyncopeer
de pianomuziek.
Ten slotte voor liefhebbers van „hot" de
plaat R 865: Louis Armstrong met zijn band
in twee zuiver Amerikaanscho iazz-num-
mers, zoowel wat de band betreft als hot
gezoneen refrein: The Peanut Vendor (Ko-
vacs Laios speelt dezen foxtrott voleende
week ook voor de A.V.R.O.) en You're lucky
to me.
Rr.