AMERSFOQffiTSCH DAGBLAD
De Eerste Nieuwe Hollanrisclie Maatjesharing!
Donderdag 21 Mei 193f
-DE EEMLAMDER"
29e Jaargang No. 272
De Eerste Nieuwe Hollandsche Maatjesharing!
IJMUIDER VISCHHANDEL
ALS DE RAAD VAN ARBEID
INSPECTEERT...
Enkele zaken behandeld voor
het kantongerecht
BLAUWE WEEK ACTIE
De Eerste Nieuwe Hollandsche Maatjesharing!
De Eerste Nieuwe Hollandsche Maatjesharing!
thans verkrijgbaar. Koopt U ze alleen daar, waar U
verzekerd is ook NIEUWE en HOLLANDSCHE Maatjes
haring te krygen, dus in den
UTRECHTSCHESTR. 40 TELEF. 92.
Onze kwaliteit is extra fyn, en .buitengewoon billijk
Vergeet niet naar onze Pic-nic pakketten te vragen.
Velen vergeten zegeltjes te plakken
en anderen bezitten zelfs geen
rentekaart!
De kantongerechtszitting van gisteren
hood weinig variaties. Een belangrijk deel
van de zitting werd in beslag genomen
door de behandeling van zaken, welke door
den Raad van Arbeid waren aangebracht.
Hieruit bleek, dat, indien een ambtenaar
van den R. v. A. op inspectie gaat, deze
geen vergeef6chcn tocht maakt. Integen
deel, dan blijkt nog maar al te goed, dat
nog velen onbekend zijn met hetgeen men
volgens de arbeidswet cn volgens de wette
lijke verzekering heeft te doen. Het laten
werken na bezetten tijd, het niet plakken
van zegels en het niet in het bezit hebben
van een rentekaart behoort nog niet tot de
uitzonderingen.
Zoo was er o.a. een werkgever, die ver
zuimd had voor een lid van zijn personeel
rentezegels te plakken. Dit was niet de
eerste maal, want verleden jaar was hij
reeds veroordeeld omdat hij 63 en 43 zegels
had vergeten te plakken. Nu had hij als
eenig excuus, dat hij de rentekaart te laat
had ontvangen en niet meer wist op welke
data de zegels geplakt moesten worden
Het waren in totaal 25 zegels geweest, ter
waarde van 22.50.
De ambtenaar van het O. M., mr. Zijlstra,
eischte de. minimum boete, n.l. 25 X 0.50
12.50, met welken cisch de kanton
rechter, mr. Van Son, accoord ging.
Een andere werkgever was verbaliseerd
omdat hij gezegd had de rentekaart van een
zijner knechts niet in bezit te hebben, al
hoewel hij inderdaad deze kaart wèl in zijn
bureau had liggen. Deze historie bleik ech
ter niet zoo eenvoudig als zij wel leek.
Verdachte had eerst gezegd: „Ik heb hem
niet". Later toen zijn knecht bewèerde, dat
hij hem ook niet had, heeft verdachte zijn
vrouw verzocht het bureau nog eens goed
te doorzoeken, met het rcsültaat, dat de
kaart wel te voorschijn kwam. Volgens do
knecht zou de bedrijfsleider gezegd heb
ben: „Breng hem maar naar den raad van
arbeid en zeg dat jo hem thuis hebt ge
vonden".
De bedrijfsleider: „Je bent niet lekker".
Het O. M.: „Denkt u er aan, dat u waar
heid spreekt, u staat onder aede. Heeft de
baas ook niet gezegd: „Draai er maar een
punt aan"?"
De bedrijfsleider: „Ja, er zijn zooveel pun
ten, ik heb de ontbrekende zegels op de
kaart erbij geplakt en deze wat vuil ge
maakt; ik dacht dat mijn patroon dat be
doelde. Tegen de knecht heb ik gezegd:
„Zeg, dat hij bij de baas thuis gevonden
is."
De vrouw van verdachte vertelde dezelfde
historie en getuigde, dat zij de kaart in het
bureau van haar man hesft gevonden.
De behandeling van deze zaak werd 8
dagen uitgesteld om den verbalisant te
kunnen hooren.
Een arbeider uit Hoevelaken had op het
verzoek van den betrokken ambtenaar geen
rentekaart kunnen toonen; hij had zelfs nog
nooit zoo'n ding gehad! Hij was op verzoek
naar den Raad van Arbeid gegaan op het
bepaalde uur, doch had daar zoo lang moe
ten wachten, dat hij maar weg is gegaan
om zijn werk niet te verzuimen.
De ambtenaar van het O. M. merkte hier
bij op, dat het ook niet in den haak is, dat
men zoo lang mocht wachten als men op
een bepaald uur ontboden is. Ook deze zaak
werd 8 dagen aangehouden om dan ver
balisant te kunnen hooren.
Een andere arbeider, die een maand voor
de steunregeling had gewerkt in de ge
meente Nijkerk, zonder een rentekaart te
bezitten, werd veroordeeld tot 1 boete
subs. 1 dag hechtenis.
Overtreding van de Arbeidswet.
Een filiaalhouder alhier, die een lid van
zijn personeel des avonds na bezetten tijd
arbeid had laten verrichten, werd voor deze
overtreding beboet met 4 subs. 2 dagen
hechtenis.
Een bakker alhier, die zélf vóór het be
paalde uur arbeid had verricht in zijn bak
kerij, werd voor diens ijver beloond met 1
boete subs. 1 dag hechtenis.
Een landbouwer uit Bunschoten had ver
zuimd om een hem behoorende sloot te on
derhouden, ook zelfs nadat hij door1 het
waterschap erop attent was gemaakt, dat
er op een bepaalden datum een tweede
schouw zou worden gehouden.
Verdachte beweerde, dat het perceel
waardoor de sloot liep, was verhuurd met
de bepaling, dat de huurder de sloot moest
schoonhouden. De kantonrechter wees hem
er echter op, dat hij zelf aansprakelijk
blijft. Het slot van het liedjo was, dat de
landbouwer 5 boete zal moeten betalen of
2 dagen hechtenis zal moeten ondergaan.
De boterkwestie.
De zaak tegen den boter bereider alhier,
welke verleden week is behandeld, werd
gisteren voortgezet. Mr. Stadig trad als
gemachtigde voor verdachte op en wees
erop, dat volgens den huldigen toestand
geen enkele boter bereider in zijn eigen ge
zin margarine zou mogen gebruiken. De
ambtenaar van het O.M. interpreteerde de
botcrwet anders en was van oordeel, dat
hier wel degelijk een straf zal moeten vol
gen, reden waarvan hij persisteerde bij zijn
verleden week genomen requisitoir, waar
bij hij 10.- boete subs. 4 dagen hechte
nis had geëischt.
De kantonrechter zal in deze zaak over
14 dagen schriftelijk vonnis wijzen.
Tenslotte werd de dronkaard, die voor
dronkenschap hij derde herhaling terecht
stond gevonnist. Het rapport van D6. van
Hengel luidde gunstig; men wilde hem nog
een kans geven; reden waarom hij
werd veroordeeld tot een voorwaardelijke
hechtenis van drie weken met den proef
tijd van 2 jaar en de bepaling doet zich
o.m. gedurende dien tijd bij een geheel-
onthoudersvereeniging zal aansluiten en
de wenken van de rcclasseeringsvereeni-
ging zal opvolgen.
DE AFWATERING VAN DE
GELDERSCHE VALLEI.
De scheepvaartbelangen in het
gedrang?
Naar wij vernemen zal de commissie,
welke eenigen tijd geleden is ingesteld ter
bestudeering van het vraagstuk van de af
watering der Geldersche Valle op 8 Juni a.s.
worden geïnstalleerd. Deze commissie zal,
naar ons van betrouwbare zijde werd mede
gedeeld, alleen het vraagstuk van de af
watering behandelen. Het zou in de bedoe
ling liggen om eventueele verbetering door
de boeren onderling te laten bekostigen,
zoodat het vermoeden, dat de scheepvaart-
belangen niet bij deze zaak betrokken zul
len worden, wel gegrond zou zijn. Het zou
dan ook om die redenen zijn, dat in deze
commissie geen vertegenwoordiger der Ka
mer van Koophandel zitting heeft gekre
gen.
Meeting van het plaatselijk
Drankweer Comité
Telken jare houdt de geheelonthouders-
beweging tusschen Hemelvaartsdag en
Pinksteren een landelijke propaganda voor
geheelonthouding en in verband daarmede
had er gisteravond in het plantsoen nabij
de H. v. Viandenstraat een openluchtmee
ting plaats van het Amensfoortsch drank-
weer comité.
Te ruim 8 uur opende de heer J Dam
mes, voorzitter van het A.D.C. deze bij
eenkomst, die door circa 200 personen was
bezocht. Hij wees op het feit dat weliswaar
het gebruik van jenever en brandewijn in
de laatste jaren in ons land is afgenomen,
doch het alcoholgebruik thans meer plaats
vindt door het gebruik van wijnen, likeu
ren en bier, dat spr. even gevaarlijk noemt.
Ook wijst spr. op het toenemende snelver
keer en bepleit in dit verband een steed6
scherpere actie tegen het alcoholgebruik.
Rede van den heer Oorschot.
Als eerste spreker trad daarop do heer
Oorschot uit Amsterdam naar voren
die zijn rede aanvangt met er op te wijzen
dat er nu wel oen bijzondere rede is om do
drankbestrijding meer dan ooit op den voor
grond te plaatsen. Immers is de Plaatselij
ke Keuze, die door de Tweede Kamer twee
maal is aangenomen, ook tweemaal door de
Eerste Kamer verworpen. Minister Ver
schuur achtte het wetsontwerp onaanne
melijk en het kamerlid Van der Heijden,
die bij de jongste debatten over do Drank
wetherziening dc Plaatselijke Keuze ander
maal bij initiatiefvoorstel aan de orde had
gesteld, heeft het pleit verloren. Spr. her
innert hierbij aan een uitlating van het
kamerlid dr. Kortcnhorst, waarbij deze o.a.
gezegd heeft, dat dc geheelonthouders door
hun fanatisme veel hadden bedorven. Uit
voerig behandelt hij dan het doel van de
Plaatselijke Keuze cn ontkent als zoude
zulks beteekenon een aanranding van dc
persoonlijke vrijheid. Spr. aanvaardt dan
ook de kwalificatie van fanatiekelingen.
Ook brengt de heer Oorschot de drankbe
strijding in verband met de hecrschcnde
werkeloosheid cn deelt ccnige staaltjes
•mede, waaruit blijkt dat het gedwongen
niets-doen leidt tot demoralisatie en ver
slapping van den strijd tegen de drankge
woonte.
Een ander voornaam feit voor de noodza
kelijkheid van een scherpere actie tegen
den drank noemt de lieer Oorschot verant
woordelijkheid tegenover de opgroeiende
generatic. Vooral de jongeren hebben er
zich Tekenschap van te geven, dat zij 'een
wereld hebben te veroveren waarin thans
brutaal egoisme nog iioogtij viert en de
drankellende zoo heel veel heeft bedorven.
Hij besluit dan Zijn rede met te Wijzen
op een gezegde van Margot Vos „Klein
krijgt de wereld ons nimmer", noch door
de kapitalen, die het drankverbruik ver
slindt, noch door uitlatingen van dr. Kor
tcnhorst, dat wij fanatiekelingen zijn. On6
idealisme voor een nieuwe samenleving is
onuitbluschbaar en in dit vertrouwen zul
len wij ons doel, mede door de drankbestrij
ding, eenmaal bereiken.
De heer Kultert aan het
woord.
In de plaats van den heer Wijkamp uit
Baarn, die bericht van verhindering had
gezonden, trad als tweede spreker op de
heer J. KI ui ter t uit Zci6t. Deze betoogt
dat het misschien in een tijd van vollen
vrede wel vreemd za.1 klinken dat hij de
aanwezigen oproept ten oorlog. Maar niet
ten oorlog op een wijze zooals we hebben
gekend in dc jaren 1014—18 doch een oor
log tegen het drankgebruik. Uitvoerig staat
spr. dan etil bij de act.ie van de diverse
Blauwe weekcomité's in den lande en doet
mededeelingen van datgene, wat hij op
Hemelvaartsdag op een landelijke betoo
ging voor Plaatselijke Keuze in Enschede
heeft medegemaakt. In het hijzonder gaat
spr. na de vele verkeersongevallen, die het
gevolg zijn van drankgebruik en wil daarbij
tevens wijzen op het feit dat ook in het
spoorwegbedrijf de alcohol ongelukken
heeft veroorzaakt. Door dc toenemende in
vloed van dc drankbestrijding onder het
spoorwegpersoneel is het reizen veel veili
ger geworden zegt spr. Nadat ook hij heeft
gewezen op het groote belang van do Plaat
selijke Keuze eindigt spr. zijn rede.
Bij deze openluchtmeeting werd voor het
èerst medewerking verleend door het pas
opgerichte onthouders zangkoor „Tot steun
in den strijd" onder leiding van den heer
Burgdorffer.
OPENBARE LEESZAAL.
Jaarverslag en rekening en
verantwoording.
Gisteravond heeft de vergadering plaats
gehad van de openbare leeszaal en biblio
theek alhier. Aan het aldaar uitgebrachte
jaarverslag cn dc rekening en verantwoor
ding ontlccnen wij het volgende:
Uit het jaarverslag bleek, dat het aan
tal leden in 1930 bedroeg 1790, waarvan 226
in de correspondentschappen. Het aantal
voreenigingen, dat dc leeszaal door een sub
sidie steunde, is niet onaanzienlijk geste
gen. Het aantal bezoekers was 16843, waar
van 1545 in de jeugdleeszaal. In totaal wer
den in het gebouw der leeszaal uitgeleend
56120 banden; in het filiaal Soesterkwar-
ticr 5211; in dc correspondentschappen
Sóesterberg 2496, Soest 2513 cn Woudenberg
3397; totaal 69727, welk cijfer ccnige stij-
gingvertoont bij het vorige jaar. De boe-
kónvoorraad is gestegen met 773 banden,
vajn 16843 tot 17616.
pc rekening cn vciVmhvoording voor 1930
ga.f een nadeelig saldo aan van 57Q.S1, ter
wijl de inkomsten en uitgaven Voor 1931
zijn gcraamcl op ƒ15.224.
PERSONALIA.
Voor de benoeming van een leerares in
de oude talen aan het gemeentelijk gym
nasium voor meisjes wordt No. 2 aanbevo
len mevr. L. Galeotti—Kok, alhier.
FANTASIEGEBAK
VRUCHTEN CAKE
OLDENBARNEVELDT CAKE.
OPENBAAR SLACHTHUIS.
Verlaging van weeg- en kooi
rechten.
Voor het wegen van een klein stuk vco
of eon half varken is thans een recht ver
schuldigd van 20 cent.
De firma Jac. Vos en Co. acht dit weeg-
recht. in verband met het groot aantal
vlecschwarcnvarkons, dat door haar weke
lijks wordt geslacht, onbillijk, te meer aan
gezien voor het wegen van exportvarkens,
indien tenminste 10 dieren van dezelfdo
soort en van denzclfden eigenaar ter slach
ting worden aangegeven, slechts 10 cents
per varken verschuldigd is. Door de firma
Vos zijn van 2 Dcc. 1930 tot 16 April 1931
gemiddeld 100 varkens per week geslacht
Dit groot aantal in aanmerking nemende,
komt B. en W. een weegtarief van 10 cent
per vleeschwarcnvarkcn billijk voor, indien
althans de firma Vos garandeert minstens
3000 varkens per jaar te wegen, welke ga
rantie deze firma heeft gesteld.
De koelrcchten voor exportslachtdicren
bedragen voor runderen 0.50 en voor kal
veren en varkens 0.30 per stuk per et
maal of gedeelte van een etmaal; derhalve
voor slachtdieren van vleeschawerenfabri-
kanlen respectievelijk f 1 en 0.60 per
etmaal.
De firma Xoack verzoekt nu de voor haar
gcldendo koelrechten van 1 en 0.60 op
dc helft te- willen terugbrengen.
Door de firma Noack zijn in 1930 ter
vleeschwarenbereiding aan het slachthuis
geslacht 417 runderen cn 276 kalveren, ter
wijl daarvan voor koeling werden bestemd
slechts 72 runderen, waarvoor gemiddeld
per stuk werd betaald ruim 2.
Ook de firma Vos heeft bezwaar gemaakt
tegen betaling van 0.60 kooirecht, per
vleeschwarenvarken, alzoo het dubbele van
dat voor exportvarkens. Dit is dan ook de
reden, dat zij slechts bij hooge uitzondering
vleeschwarenvarkcns laat koelen.
B. cn W. advisecren den Raad met het
oog op het groot aantal vleeschwarcnvar-
kens, runderen en kalveren, dat door de
firma Noack en de firma «Vos wordt ge
slacht het koelrecht voor slachtdieren
van vleeschwarenfabrikanten tot de helft
terug tc brengen, dus voor runderen te stel
len op 0.50 en voor kalveren en varkens
op 0.30 per stuk, per etmaal, of gedeelten
van een etmaal.
EEN ONBEKENDE VISCH.
Bij het verschijnen van dit nummer zal
er in één der étalages van den Vischhan-
del Glastra Co. een visch te zien zijn,
waarvan men het soort en de naam te
IJmuiden niet kon vaststellen. Men heeft
alle boeken uit de Bibliotheek geraadpleegd
doch men heeft geen afbeelding kunnen
vinden van de thans gevangen visch. Deze
beeft een metaalachtige kleur met lichtere
spikkels, waarvan een indruk uitgaat, dat
ze lichtgevend zijn. Het gewicht is onge
veer 100 pond. In de annonce op de eercte
pagina wordt het aangekondigd.
Naar het Engelsch van BERTA RUCK
door Mr. G. KELLER.
Des morgens kreeg zij les van hem, des mid
dags maakten ze autotoeren, des avonds was
hij haar gast aan tafel, waarna dan een be
zoek volgde aan de concertzaal of een bios
coop. Of er werd een dansje gemaakt, ten
slotte een partijtje gegokt. Want Inez was
een stiekeme, vaak winnende en verstokte
speelster. En altijd was kapitein Farquhar
in haar gezelschap, zoodat hij zich begon af
te vragen, waarvoor hij in het hotel ver
toefde. Hij was er gekomen om geld te slaan
uit de jacht naar vermaak van de gasten
maar toch niet op deze wijze. Dit was meer
dan waarvoor hij zich verbonden had.
Op een mooien namiddag maakte hij ten
slotte een einde aan den toestand. Dat ging
aldus in zijn werk.
Hij had zijn laatste les gegeven aan zijn
meest geliefden leerling, den jongen Fran-
schen graaf. De ernstig kijkende, vriende
lijke sportman noodigae hem in zijn soms
wel koddig Engelsch uit met hem een ritje
te maken in zijn two-seater. Farquhar nam
de uitnoodiging met beide handen aan, niet
enkel omdat hij den jongen man gaarne
mocht, maar omdat hij het onder de gegeven
.omstandigheden een .verademing vond, .Hij
trok dus gauw wat anders aan en vertrok
zonder de mededeeling achter te laten wat
hij was gaan doen of wanneer hij zou terug-
keeren. Vóór madame Cottrell haar mid
dagslaapje had geëindigd en voor de derde
maal van costuum was veranderd, was
Farquhar verdwenen en snelde hij in ijlende
vaart door de schitterende omstreken van
de badplaats.
De graaf, een bronskleurige maar blauw-
oogige Breton, was vlieger geweest bij het
Fransche leger en hij had ook langen tijd
in krijgsgevangenschap doorgebracht. Zij
spraken wel eens over dien somberen tijd,
doch niet dikwijls. Maar gaarne hadden zij
het over tal van andere dingen en mns. Po
wer, die kapitein Farquhar feitelijk als een
soort van doofstomme beschouwde, zou ver
baasd hebben gestaan, zoo zij er getuige
van had kunnen zijn, hoeveel hij had te ver
tellen zoodra hij maar buiten bereik van
haar vriendin Inez was en in gezelschap
van een anderen man. Het was een heerlijk
ritje, dat ze maakten, maar ten slotte moest
toch om den terugkeer worden gedacht.
Met een vaart van tachtig mijl werd het
hotel weer bereikt en hierop namen zij af
scheid van elkaar.
Neen, niet vaarwel, maar au revoir,
zei de Franschman. Hoe zegt ge dat in het
Engelsch?
Ik geloof niet, dat er in het Engelsch
een woord voor is, maar soms bedoelen we
het toch wel.
Laat ik dan hopen, dat het hier zoo
gemeend is. Ja, daar ben lk zelfs van over
tuigd, zeide de graaf met een glimlachje.
Ik voor mij heb in u een copain, een mak
ker gevonden en ik heb een voorgevoel, dat
we elkander op een gewichtig oogenblik in
het leven nog wel een6 zullen ontmoeten.
Ik hoop liet van harte.t
Met een hartelijken handdruk en een ge
vóél van oprechte vriendschap scheidden
zij.
Bij zijn terugkeer naar het hotel zag Far
quhar, terwijl hij door de draaideur de rijk
met spiegels versierde vestibule betrad, zich
opgewacht door den gérant van het hotel.
Met iets verwijtends in zijn stem zeide deze:
Kapitein Farquhar, madame Cottrell
heeft zich ongerust over u gemaakt! Zij
heeft gevraagd waar u wa6! Zij had u ver
wacht, kapitein!
Maar ik had geen enkele afspraak met
haar!
Neen, maar zulk een gast moet men
niet willens en wetens voor het hoofd stoo-
ten, merkte de gérant op met een veelzcg-
genden en tevens waarschuwenden blik.
Farquhar werd zich bewust, dat hij mis
schien binnen korten tijd voor een nieuwe
moeilijkheid zou komen te staan. Hij achtte
het niet onmogelijk, dat hij voor do keus
zou 6taan om ongenoegen te krijgen met
den gérant, wat hem dan zijn positie zou
kosten, of wel de gehoorzame dienaar moest
worden van die vrouw.
Kapitein Farquhar had met tegenzin een
cadeautje ontvangen, dat naar zijn kamer
was gebracht en dat bestond uit een arm
lang sigarettenpijpje van Chineesch jade,
zoo doorschijnend groen als zeewater. Ma
dame Gottrell had hem dit vereerd. Zeer
beleefd had hij haar verklaard, dat het erg
vriendelijk van haar was, maar dat zij het
werkelijk niet had moeten doen. Waarop
zij had geantwoord:
Waarom-zou ik niet? (haar levensmot
to, in leder geval zoo kwaad niet, wanneer
men sterk genoeg van aard i6 om zich er
consequent aan te houden). Het spreekt toch
vanzelf, dat leerlingen nu en dan een pre
sentje geven aan hun dansleeraar, hun
schermmeester, of hun tennis-instructeur....
Maar ik word zeer behoorlijk voor mijn
lessen betaald
Kapitein Farquhar, u heeft een nieuw
polshorloge bepaald dringend noodig, ver
klaarde zij, volstrekt'niet door zijn opmer
king uit het veld geslagen. Heusch, die oude
riem, die u om uw pols draagt
Ik zou hem voor niet6 ter wereld wil
len ruilen! verklaarde Farquhar met warm
tedie leelijke oude riem met horloge
had hij gedurende den ganschen oorlog ge
dragen.
Ze lette niet eens op wat hij zeide en ver
volgde: Ik moet toch eens zien wat zij in
goud of platina hebben.
Wat ik u bidden mag, doe het niet!
Zij was evenwel te dom en te koppig om
hem to begrijpen. Had die jongeman geen
moeite om rond te komen? Zou hij anders
de sport als beroep uitoefenen? Zij zag in
zijn armoede een gunstige omstandigheid.
Zijn salaris was niet zoo schitterend, dat
hij zich kon veroorloven ergens elders dan
in zijn hotel te eten. Waarom hem dan niet
mee uit eten genomen? Een auto hacThij
niet. Waarom hem dan niet meegenomen
in haar mooien Isotto Fraschini, die zoo
sierlijk en snel als een windhond over den
weg gleed? Hij bezat geen kostbaarheden,
van haar standpunt vond zij dat best.
Dat is hier voor u gebracht, monsieur,
zeide de kleine, in livrei gestoken chasseur
en legde op de tafel voor hem twee pakjes
neder, waarvan er een' zwaar verzegeld en
aangeteekend was.
Farquhar keek er moedeloos naar. Hij
liet zijn broodje weer op zijn bord vallen en
pakte in de eerste plaats het per post toe
gezonden pakje beet. Zonder zelfs te on
derzoeken vanwaar het was afgezonden,
stopte hij het ongezion in een der zakken.
van zijn sportcostuum. Met zijn gewone vrij
moedigheid kwam de beroepsdanser daar
tegen op: Wees nu niet flauw en kijk
eens, wat er in zit.
Darol Farquhar maakte de touwtjes los,
maar zijn gelaat ontspande zich toen hij
zag wat er in was gepakt: een pijp, de eeni-
ge soort pijp welke hem beviel, naar hij
aan den jongen Franschen graaf had ver
teld. De zijne was gebroken en nu zond
deze een andere. Leuk van den kerel! In de
doos lag bij de pijp een brief van hem, ge
dateerd uit een of ander plaatsje in Bre-
tagne, luidende:
Beste Farquhar,
Ik hoop, dat je dit in de beste orde zult
ontvangen. Ik had het te Londen besteld
en men heeft het vandaag aan mijn adres
alhier verzonden. Vandaar de vertraging.
Ik zou zeer gaarne nog wat langer zijn
gebleven in dat aquarium van wonderlijke
visschen, zoodat ik wat langer had kunnen
profiteeren van je uitstekend onderricht.
Maar het zou mo zeer aangenaam zijn, zoo
je in 6taat waart mijn jongere broeders op
te leiden in de beoefening van verschillen
de sportspelen. Mag ik je daarom wat voor
stellen? Het zou mij een groot genoegen
zijn, zoo je de reis wildet ondernemen naar
mijn kasteel om een paar weken bij ons
te komen logeeren. Onze banen zijn best
in orde, er is hier gelegenheid om te vis
schen cn te jagen en ik verzeker je, dat je
mijn moeder en ons allen hartelijk wel
kom zult zijn. Kom wanneer het je schikt.
Antwoord eens spoedig, hoe je over mijn
voorstel denkt.
Aanvaard, beste vriend en makker, intus-
schen de hartelijke groeten van
je toegenegen vriend
'Jean Lucie Ste Barbe de Kergouen.
j(Wordt yezrolgdfc