AMERSFOQffiTSCH DAGBLAD De Eerste Nieuwe Hollanrisclie Maatjesharing! Donderdag 21 Mei 193f -DE EEMLAMDER" 29e Jaargang No. 272 De Eerste Nieuwe Hollandsche Maatjesharing! IJMUIDER VISCHHANDEL ALS DE RAAD VAN ARBEID INSPECTEERT... Enkele zaken behandeld voor het kantongerecht BLAUWE WEEK ACTIE De Eerste Nieuwe Hollandsche Maatjesharing! De Eerste Nieuwe Hollandsche Maatjesharing! thans verkrijgbaar. Koopt U ze alleen daar, waar U verzekerd is ook NIEUWE en HOLLANDSCHE Maatjes haring te krygen, dus in den UTRECHTSCHESTR. 40 TELEF. 92. Onze kwaliteit is extra fyn, en .buitengewoon billijk Vergeet niet naar onze Pic-nic pakketten te vragen. Velen vergeten zegeltjes te plakken en anderen bezitten zelfs geen rentekaart! De kantongerechtszitting van gisteren hood weinig variaties. Een belangrijk deel van de zitting werd in beslag genomen door de behandeling van zaken, welke door den Raad van Arbeid waren aangebracht. Hieruit bleek, dat, indien een ambtenaar van den R. v. A. op inspectie gaat, deze geen vergeef6chcn tocht maakt. Integen deel, dan blijkt nog maar al te goed, dat nog velen onbekend zijn met hetgeen men volgens de arbeidswet cn volgens de wette lijke verzekering heeft te doen. Het laten werken na bezetten tijd, het niet plakken van zegels en het niet in het bezit hebben van een rentekaart behoort nog niet tot de uitzonderingen. Zoo was er o.a. een werkgever, die ver zuimd had voor een lid van zijn personeel rentezegels te plakken. Dit was niet de eerste maal, want verleden jaar was hij reeds veroordeeld omdat hij 63 en 43 zegels had vergeten te plakken. Nu had hij als eenig excuus, dat hij de rentekaart te laat had ontvangen en niet meer wist op welke data de zegels geplakt moesten worden Het waren in totaal 25 zegels geweest, ter waarde van 22.50. De ambtenaar van het O. M., mr. Zijlstra, eischte de. minimum boete, n.l. 25 X 0.50 12.50, met welken cisch de kanton rechter, mr. Van Son, accoord ging. Een andere werkgever was verbaliseerd omdat hij gezegd had de rentekaart van een zijner knechts niet in bezit te hebben, al hoewel hij inderdaad deze kaart wèl in zijn bureau had liggen. Deze historie bleik ech ter niet zoo eenvoudig als zij wel leek. Verdachte had eerst gezegd: „Ik heb hem niet". Later toen zijn knecht bewèerde, dat hij hem ook niet had, heeft verdachte zijn vrouw verzocht het bureau nog eens goed te doorzoeken, met het rcsültaat, dat de kaart wel te voorschijn kwam. Volgens do knecht zou de bedrijfsleider gezegd heb ben: „Breng hem maar naar den raad van arbeid en zeg dat jo hem thuis hebt ge vonden". De bedrijfsleider: „Je bent niet lekker". Het O. M.: „Denkt u er aan, dat u waar heid spreekt, u staat onder aede. Heeft de baas ook niet gezegd: „Draai er maar een punt aan"?" De bedrijfsleider: „Ja, er zijn zooveel pun ten, ik heb de ontbrekende zegels op de kaart erbij geplakt en deze wat vuil ge maakt; ik dacht dat mijn patroon dat be doelde. Tegen de knecht heb ik gezegd: „Zeg, dat hij bij de baas thuis gevonden is." De vrouw van verdachte vertelde dezelfde historie en getuigde, dat zij de kaart in het bureau van haar man hesft gevonden. De behandeling van deze zaak werd 8 dagen uitgesteld om den verbalisant te kunnen hooren. Een arbeider uit Hoevelaken had op het verzoek van den betrokken ambtenaar geen rentekaart kunnen toonen; hij had zelfs nog nooit zoo'n ding gehad! Hij was op verzoek naar den Raad van Arbeid gegaan op het bepaalde uur, doch had daar zoo lang moe ten wachten, dat hij maar weg is gegaan om zijn werk niet te verzuimen. De ambtenaar van het O. M. merkte hier bij op, dat het ook niet in den haak is, dat men zoo lang mocht wachten als men op een bepaald uur ontboden is. Ook deze zaak werd 8 dagen aangehouden om dan ver balisant te kunnen hooren. Een andere arbeider, die een maand voor de steunregeling had gewerkt in de ge meente Nijkerk, zonder een rentekaart te bezitten, werd veroordeeld tot 1 boete subs. 1 dag hechtenis. Overtreding van de Arbeidswet. Een filiaalhouder alhier, die een lid van zijn personeel des avonds na bezetten tijd arbeid had laten verrichten, werd voor deze overtreding beboet met 4 subs. 2 dagen hechtenis. Een bakker alhier, die zélf vóór het be paalde uur arbeid had verricht in zijn bak kerij, werd voor diens ijver beloond met 1 boete subs. 1 dag hechtenis. Een landbouwer uit Bunschoten had ver zuimd om een hem behoorende sloot te on derhouden, ook zelfs nadat hij door1 het waterschap erop attent was gemaakt, dat er op een bepaalden datum een tweede schouw zou worden gehouden. Verdachte beweerde, dat het perceel waardoor de sloot liep, was verhuurd met de bepaling, dat de huurder de sloot moest schoonhouden. De kantonrechter wees hem er echter op, dat hij zelf aansprakelijk blijft. Het slot van het liedjo was, dat de landbouwer 5 boete zal moeten betalen of 2 dagen hechtenis zal moeten ondergaan. De boterkwestie. De zaak tegen den boter bereider alhier, welke verleden week is behandeld, werd gisteren voortgezet. Mr. Stadig trad als gemachtigde voor verdachte op en wees erop, dat volgens den huldigen toestand geen enkele boter bereider in zijn eigen ge zin margarine zou mogen gebruiken. De ambtenaar van het O.M. interpreteerde de botcrwet anders en was van oordeel, dat hier wel degelijk een straf zal moeten vol gen, reden waarvan hij persisteerde bij zijn verleden week genomen requisitoir, waar bij hij 10.- boete subs. 4 dagen hechte nis had geëischt. De kantonrechter zal in deze zaak over 14 dagen schriftelijk vonnis wijzen. Tenslotte werd de dronkaard, die voor dronkenschap hij derde herhaling terecht stond gevonnist. Het rapport van D6. van Hengel luidde gunstig; men wilde hem nog een kans geven; reden waarom hij werd veroordeeld tot een voorwaardelijke hechtenis van drie weken met den proef tijd van 2 jaar en de bepaling doet zich o.m. gedurende dien tijd bij een geheel- onthoudersvereeniging zal aansluiten en de wenken van de rcclasseeringsvereeni- ging zal opvolgen. DE AFWATERING VAN DE GELDERSCHE VALLEI. De scheepvaartbelangen in het gedrang? Naar wij vernemen zal de commissie, welke eenigen tijd geleden is ingesteld ter bestudeering van het vraagstuk van de af watering der Geldersche Valle op 8 Juni a.s. worden geïnstalleerd. Deze commissie zal, naar ons van betrouwbare zijde werd mede gedeeld, alleen het vraagstuk van de af watering behandelen. Het zou in de bedoe ling liggen om eventueele verbetering door de boeren onderling te laten bekostigen, zoodat het vermoeden, dat de scheepvaart- belangen niet bij deze zaak betrokken zul len worden, wel gegrond zou zijn. Het zou dan ook om die redenen zijn, dat in deze commissie geen vertegenwoordiger der Ka mer van Koophandel zitting heeft gekre gen. Meeting van het plaatselijk Drankweer Comité Telken jare houdt de geheelonthouders- beweging tusschen Hemelvaartsdag en Pinksteren een landelijke propaganda voor geheelonthouding en in verband daarmede had er gisteravond in het plantsoen nabij de H. v. Viandenstraat een openluchtmee ting plaats van het Amensfoortsch drank- weer comité. Te ruim 8 uur opende de heer J Dam mes, voorzitter van het A.D.C. deze bij eenkomst, die door circa 200 personen was bezocht. Hij wees op het feit dat weliswaar het gebruik van jenever en brandewijn in de laatste jaren in ons land is afgenomen, doch het alcoholgebruik thans meer plaats vindt door het gebruik van wijnen, likeu ren en bier, dat spr. even gevaarlijk noemt. Ook wijst spr. op het toenemende snelver keer en bepleit in dit verband een steed6 scherpere actie tegen het alcoholgebruik. Rede van den heer Oorschot. Als eerste spreker trad daarop do heer Oorschot uit Amsterdam naar voren die zijn rede aanvangt met er op te wijzen dat er nu wel oen bijzondere rede is om do drankbestrijding meer dan ooit op den voor grond te plaatsen. Immers is de Plaatselij ke Keuze, die door de Tweede Kamer twee maal is aangenomen, ook tweemaal door de Eerste Kamer verworpen. Minister Ver schuur achtte het wetsontwerp onaanne melijk en het kamerlid Van der Heijden, die bij de jongste debatten over do Drank wetherziening dc Plaatselijke Keuze ander maal bij initiatiefvoorstel aan de orde had gesteld, heeft het pleit verloren. Spr. her innert hierbij aan een uitlating van het kamerlid dr. Kortcnhorst, waarbij deze o.a. gezegd heeft, dat dc geheelonthouders door hun fanatisme veel hadden bedorven. Uit voerig behandelt hij dan het doel van de Plaatselijke Keuze cn ontkent als zoude zulks beteekenon een aanranding van dc persoonlijke vrijheid. Spr. aanvaardt dan ook de kwalificatie van fanatiekelingen. Ook brengt de heer Oorschot de drankbe strijding in verband met de hecrschcnde werkeloosheid cn deelt ccnige staaltjes •mede, waaruit blijkt dat het gedwongen niets-doen leidt tot demoralisatie en ver slapping van den strijd tegen de drankge woonte. Een ander voornaam feit voor de noodza kelijkheid van een scherpere actie tegen den drank noemt de lieer Oorschot verant woordelijkheid tegenover de opgroeiende generatic. Vooral de jongeren hebben er zich Tekenschap van te geven, dat zij 'een wereld hebben te veroveren waarin thans brutaal egoisme nog iioogtij viert en de drankellende zoo heel veel heeft bedorven. Hij besluit dan Zijn rede met te Wijzen op een gezegde van Margot Vos „Klein krijgt de wereld ons nimmer", noch door de kapitalen, die het drankverbruik ver slindt, noch door uitlatingen van dr. Kor tcnhorst, dat wij fanatiekelingen zijn. On6 idealisme voor een nieuwe samenleving is onuitbluschbaar en in dit vertrouwen zul len wij ons doel, mede door de drankbestrij ding, eenmaal bereiken. De heer Kultert aan het woord. In de plaats van den heer Wijkamp uit Baarn, die bericht van verhindering had gezonden, trad als tweede spreker op de heer J. KI ui ter t uit Zci6t. Deze betoogt dat het misschien in een tijd van vollen vrede wel vreemd za.1 klinken dat hij de aanwezigen oproept ten oorlog. Maar niet ten oorlog op een wijze zooals we hebben gekend in dc jaren 1014—18 doch een oor log tegen het drankgebruik. Uitvoerig staat spr. dan etil bij de act.ie van de diverse Blauwe weekcomité's in den lande en doet mededeelingen van datgene, wat hij op Hemelvaartsdag op een landelijke betoo ging voor Plaatselijke Keuze in Enschede heeft medegemaakt. In het hijzonder gaat spr. na de vele verkeersongevallen, die het gevolg zijn van drankgebruik en wil daarbij tevens wijzen op het feit dat ook in het spoorwegbedrijf de alcohol ongelukken heeft veroorzaakt. Door dc toenemende in vloed van dc drankbestrijding onder het spoorwegpersoneel is het reizen veel veili ger geworden zegt spr. Nadat ook hij heeft gewezen op het groote belang van do Plaat selijke Keuze eindigt spr. zijn rede. Bij deze openluchtmeeting werd voor het èerst medewerking verleend door het pas opgerichte onthouders zangkoor „Tot steun in den strijd" onder leiding van den heer Burgdorffer. OPENBARE LEESZAAL. Jaarverslag en rekening en verantwoording. Gisteravond heeft de vergadering plaats gehad van de openbare leeszaal en biblio theek alhier. Aan het aldaar uitgebrachte jaarverslag cn dc rekening en verantwoor ding ontlccnen wij het volgende: Uit het jaarverslag bleek, dat het aan tal leden in 1930 bedroeg 1790, waarvan 226 in de correspondentschappen. Het aantal voreenigingen, dat dc leeszaal door een sub sidie steunde, is niet onaanzienlijk geste gen. Het aantal bezoekers was 16843, waar van 1545 in de jeugdleeszaal. In totaal wer den in het gebouw der leeszaal uitgeleend 56120 banden; in het filiaal Soesterkwar- ticr 5211; in dc correspondentschappen Sóesterberg 2496, Soest 2513 cn Woudenberg 3397; totaal 69727, welk cijfer ccnige stij- gingvertoont bij het vorige jaar. De boe- kónvoorraad is gestegen met 773 banden, vajn 16843 tot 17616. pc rekening cn vciVmhvoording voor 1930 ga.f een nadeelig saldo aan van 57Q.S1, ter wijl de inkomsten en uitgaven Voor 1931 zijn gcraamcl op ƒ15.224. PERSONALIA. Voor de benoeming van een leerares in de oude talen aan het gemeentelijk gym nasium voor meisjes wordt No. 2 aanbevo len mevr. L. Galeotti—Kok, alhier. FANTASIEGEBAK VRUCHTEN CAKE OLDENBARNEVELDT CAKE. OPENBAAR SLACHTHUIS. Verlaging van weeg- en kooi rechten. Voor het wegen van een klein stuk vco of eon half varken is thans een recht ver schuldigd van 20 cent. De firma Jac. Vos en Co. acht dit weeg- recht. in verband met het groot aantal vlecschwarcnvarkons, dat door haar weke lijks wordt geslacht, onbillijk, te meer aan gezien voor het wegen van exportvarkens, indien tenminste 10 dieren van dezelfdo soort en van denzclfden eigenaar ter slach ting worden aangegeven, slechts 10 cents per varken verschuldigd is. Door de firma Vos zijn van 2 Dcc. 1930 tot 16 April 1931 gemiddeld 100 varkens per week geslacht Dit groot aantal in aanmerking nemende, komt B. en W. een weegtarief van 10 cent per vleeschwarcnvarkcn billijk voor, indien althans de firma Vos garandeert minstens 3000 varkens per jaar te wegen, welke ga rantie deze firma heeft gesteld. De koelrcchten voor exportslachtdicren bedragen voor runderen 0.50 en voor kal veren en varkens 0.30 per stuk per et maal of gedeelte van een etmaal; derhalve voor slachtdieren van vleeschawerenfabri- kanlen respectievelijk f 1 en 0.60 per etmaal. De firma Xoack verzoekt nu de voor haar gcldendo koelrechten van 1 en 0.60 op dc helft te- willen terugbrengen. Door de firma Noack zijn in 1930 ter vleeschwarenbereiding aan het slachthuis geslacht 417 runderen cn 276 kalveren, ter wijl daarvan voor koeling werden bestemd slechts 72 runderen, waarvoor gemiddeld per stuk werd betaald ruim 2. Ook de firma Vos heeft bezwaar gemaakt tegen betaling van 0.60 kooirecht, per vleeschwarenvarken, alzoo het dubbele van dat voor exportvarkens. Dit is dan ook de reden, dat zij slechts bij hooge uitzondering vleeschwarenvarkcns laat koelen. B. cn W. advisecren den Raad met het oog op het groot aantal vleeschwarcnvar- kens, runderen en kalveren, dat door de firma Noack en de firma «Vos wordt ge slacht het koelrecht voor slachtdieren van vleeschwarenfabrikanten tot de helft terug tc brengen, dus voor runderen te stel len op 0.50 en voor kalveren en varkens op 0.30 per stuk, per etmaal, of gedeelten van een etmaal. EEN ONBEKENDE VISCH. Bij het verschijnen van dit nummer zal er in één der étalages van den Vischhan- del Glastra Co. een visch te zien zijn, waarvan men het soort en de naam te IJmuiden niet kon vaststellen. Men heeft alle boeken uit de Bibliotheek geraadpleegd doch men heeft geen afbeelding kunnen vinden van de thans gevangen visch. Deze beeft een metaalachtige kleur met lichtere spikkels, waarvan een indruk uitgaat, dat ze lichtgevend zijn. Het gewicht is onge veer 100 pond. In de annonce op de eercte pagina wordt het aangekondigd. Naar het Engelsch van BERTA RUCK door Mr. G. KELLER. Des morgens kreeg zij les van hem, des mid dags maakten ze autotoeren, des avonds was hij haar gast aan tafel, waarna dan een be zoek volgde aan de concertzaal of een bios coop. Of er werd een dansje gemaakt, ten slotte een partijtje gegokt. Want Inez was een stiekeme, vaak winnende en verstokte speelster. En altijd was kapitein Farquhar in haar gezelschap, zoodat hij zich begon af te vragen, waarvoor hij in het hotel ver toefde. Hij was er gekomen om geld te slaan uit de jacht naar vermaak van de gasten maar toch niet op deze wijze. Dit was meer dan waarvoor hij zich verbonden had. Op een mooien namiddag maakte hij ten slotte een einde aan den toestand. Dat ging aldus in zijn werk. Hij had zijn laatste les gegeven aan zijn meest geliefden leerling, den jongen Fran- schen graaf. De ernstig kijkende, vriende lijke sportman noodigae hem in zijn soms wel koddig Engelsch uit met hem een ritje te maken in zijn two-seater. Farquhar nam de uitnoodiging met beide handen aan, niet enkel omdat hij den jongen man gaarne mocht, maar omdat hij het onder de gegeven .omstandigheden een .verademing vond, .Hij trok dus gauw wat anders aan en vertrok zonder de mededeeling achter te laten wat hij was gaan doen of wanneer hij zou terug- keeren. Vóór madame Cottrell haar mid dagslaapje had geëindigd en voor de derde maal van costuum was veranderd, was Farquhar verdwenen en snelde hij in ijlende vaart door de schitterende omstreken van de badplaats. De graaf, een bronskleurige maar blauw- oogige Breton, was vlieger geweest bij het Fransche leger en hij had ook langen tijd in krijgsgevangenschap doorgebracht. Zij spraken wel eens over dien somberen tijd, doch niet dikwijls. Maar gaarne hadden zij het over tal van andere dingen en mns. Po wer, die kapitein Farquhar feitelijk als een soort van doofstomme beschouwde, zou ver baasd hebben gestaan, zoo zij er getuige van had kunnen zijn, hoeveel hij had te ver tellen zoodra hij maar buiten bereik van haar vriendin Inez was en in gezelschap van een anderen man. Het was een heerlijk ritje, dat ze maakten, maar ten slotte moest toch om den terugkeer worden gedacht. Met een vaart van tachtig mijl werd het hotel weer bereikt en hierop namen zij af scheid van elkaar. Neen, niet vaarwel, maar au revoir, zei de Franschman. Hoe zegt ge dat in het Engelsch? Ik geloof niet, dat er in het Engelsch een woord voor is, maar soms bedoelen we het toch wel. Laat ik dan hopen, dat het hier zoo gemeend is. Ja, daar ben lk zelfs van over tuigd, zeide de graaf met een glimlachje. Ik voor mij heb in u een copain, een mak ker gevonden en ik heb een voorgevoel, dat we elkander op een gewichtig oogenblik in het leven nog wel een6 zullen ontmoeten. Ik hoop liet van harte.t Met een hartelijken handdruk en een ge vóél van oprechte vriendschap scheidden zij. Bij zijn terugkeer naar het hotel zag Far quhar, terwijl hij door de draaideur de rijk met spiegels versierde vestibule betrad, zich opgewacht door den gérant van het hotel. Met iets verwijtends in zijn stem zeide deze: Kapitein Farquhar, madame Cottrell heeft zich ongerust over u gemaakt! Zij heeft gevraagd waar u wa6! Zij had u ver wacht, kapitein! Maar ik had geen enkele afspraak met haar! Neen, maar zulk een gast moet men niet willens en wetens voor het hoofd stoo- ten, merkte de gérant op met een veelzcg- genden en tevens waarschuwenden blik. Farquhar werd zich bewust, dat hij mis schien binnen korten tijd voor een nieuwe moeilijkheid zou komen te staan. Hij achtte het niet onmogelijk, dat hij voor do keus zou 6taan om ongenoegen te krijgen met den gérant, wat hem dan zijn positie zou kosten, of wel de gehoorzame dienaar moest worden van die vrouw. Kapitein Farquhar had met tegenzin een cadeautje ontvangen, dat naar zijn kamer was gebracht en dat bestond uit een arm lang sigarettenpijpje van Chineesch jade, zoo doorschijnend groen als zeewater. Ma dame Gottrell had hem dit vereerd. Zeer beleefd had hij haar verklaard, dat het erg vriendelijk van haar was, maar dat zij het werkelijk niet had moeten doen. Waarop zij had geantwoord: Waarom-zou ik niet? (haar levensmot to, in leder geval zoo kwaad niet, wanneer men sterk genoeg van aard i6 om zich er consequent aan te houden). Het spreekt toch vanzelf, dat leerlingen nu en dan een pre sentje geven aan hun dansleeraar, hun schermmeester, of hun tennis-instructeur.... Maar ik word zeer behoorlijk voor mijn lessen betaald Kapitein Farquhar, u heeft een nieuw polshorloge bepaald dringend noodig, ver klaarde zij, volstrekt'niet door zijn opmer king uit het veld geslagen. Heusch, die oude riem, die u om uw pols draagt Ik zou hem voor niet6 ter wereld wil len ruilen! verklaarde Farquhar met warm tedie leelijke oude riem met horloge had hij gedurende den ganschen oorlog ge dragen. Ze lette niet eens op wat hij zeide en ver volgde: Ik moet toch eens zien wat zij in goud of platina hebben. Wat ik u bidden mag, doe het niet! Zij was evenwel te dom en te koppig om hem to begrijpen. Had die jongeman geen moeite om rond te komen? Zou hij anders de sport als beroep uitoefenen? Zij zag in zijn armoede een gunstige omstandigheid. Zijn salaris was niet zoo schitterend, dat hij zich kon veroorloven ergens elders dan in zijn hotel te eten. Waarom hem dan niet mee uit eten genomen? Een auto hacThij niet. Waarom hem dan niet meegenomen in haar mooien Isotto Fraschini, die zoo sierlijk en snel als een windhond over den weg gleed? Hij bezat geen kostbaarheden, van haar standpunt vond zij dat best. Dat is hier voor u gebracht, monsieur, zeide de kleine, in livrei gestoken chasseur en legde op de tafel voor hem twee pakjes neder, waarvan er een' zwaar verzegeld en aangeteekend was. Farquhar keek er moedeloos naar. Hij liet zijn broodje weer op zijn bord vallen en pakte in de eerste plaats het per post toe gezonden pakje beet. Zonder zelfs te on derzoeken vanwaar het was afgezonden, stopte hij het ongezion in een der zakken. van zijn sportcostuum. Met zijn gewone vrij moedigheid kwam de beroepsdanser daar tegen op: Wees nu niet flauw en kijk eens, wat er in zit. Darol Farquhar maakte de touwtjes los, maar zijn gelaat ontspande zich toen hij zag wat er in was gepakt: een pijp, de eeni- ge soort pijp welke hem beviel, naar hij aan den jongen Franschen graaf had ver teld. De zijne was gebroken en nu zond deze een andere. Leuk van den kerel! In de doos lag bij de pijp een brief van hem, ge dateerd uit een of ander plaatsje in Bre- tagne, luidende: Beste Farquhar, Ik hoop, dat je dit in de beste orde zult ontvangen. Ik had het te Londen besteld en men heeft het vandaag aan mijn adres alhier verzonden. Vandaar de vertraging. Ik zou zeer gaarne nog wat langer zijn gebleven in dat aquarium van wonderlijke visschen, zoodat ik wat langer had kunnen profiteeren van je uitstekend onderricht. Maar het zou mo zeer aangenaam zijn, zoo je in 6taat waart mijn jongere broeders op te leiden in de beoefening van verschillen de sportspelen. Mag ik je daarom wat voor stellen? Het zou mij een groot genoegen zijn, zoo je de reis wildet ondernemen naar mijn kasteel om een paar weken bij ons te komen logeeren. Onze banen zijn best in orde, er is hier gelegenheid om te vis schen cn te jagen en ik verzeker je, dat je mijn moeder en ons allen hartelijk wel kom zult zijn. Kom wanneer het je schikt. Antwoord eens spoedig, hoe je over mijn voorstel denkt. Aanvaard, beste vriend en makker, intus- schen de hartelijke groeten van je toegenegen vriend 'Jean Lucie Ste Barbe de Kergouen. j(Wordt yezrolgdfc

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 5