AME0SFGORTSCH DAGBLAD
Woensdag 10 Juni 19?1
-DE EEMLANDER"
29e Jaargang No. 288
TOESTANDEN BIJ DE
WERKVERSCHAFFING
WILLEM GROENHUIZEN
JUWELIER
VLIEGONGELUK TE EELDE
De vlieger overleden; het
toestel vernield
DE MOORD OP LANS
ROOSJE KOHLER-VAN
GELDER
DE AARDBEVING IN ONS
LAND
TWEEDE KAMER
Voortgezet debat over de inter
pellatie-De Visser
Besloten wordt de volgende week Dinsdag
een aantal ontwerpen te behandelen waar
onder die tot heffing van statisiiekrecht.
Hierna is aan de orde de eindstem
ming over het ontwerp tot regeling van het
muziekauteursrecht. Het ontwerp wordt
aangenomen met 57 tegen 16 stemmen.
Tegen stemden de vrijz. dem., de liberalen,
de communisten, Floris Vos en de Chr. Hist
Snoeck Henkemans, mej. Katz, Lovink en
van Boetzelaer.
Hierna i6 aan de orde de interpellatie de
Visser over de toestanden bij de werkver
6chaffing. Interpellant betoogt dat het ka
pitalisme niet in 6taat is de werkloosheid
op te heffen. Van de honderd duizenden
werkloozen worden er slechts 10.000 aan
werk geholpen, die naar een verbannings
oord gaan waar zij onder de meest ongun
stige voorwaarden moeten werken.
Spr. betoogt, dat zoowel huisvesting, ge
neeskundige verzorging, behandeling en
eten te wen6chcn overlaten. Wat de loonen
betreft, houdt de regeering zich niet aan
vastgestelde bepalingen. Spr. stelt naar aan
leiding hiervan een 10-tal vragen.
Minister Ruys antwoordt, dat sinds de
werkloosheidinterpellatie's van drie maan
den geleden de werkloosheid niet is vermin
derd en dat tegen het najaar vergrooting
der werkloosheid verwacht wordt. De over
heid kan slechts weinig doen; waar klach
ten zijn, worden die zeer gerechtigd onder
zocht. Spr. cischt dat de toestand bij de
werkverschaffing aan de behoorlijke etschen
voldoen.
De woning- en voedselvoorziening kan
zoo gaat minister Ruys voort geen aan
leiding geven tot gegronde klachten en is
vaak beter dan in het vrije bedrijf. Ieder die
klachten behoorlijk uit, krijgt daartoe vol
op gelegenheid. De inlichtingen die de heer
De Visser gaf over de loonen zijn onjuist.
Spr. zal echter nagaan of veranderingen ga-
wenscht zijn.
De heer De Viss r repliceert en dient
twee moties in, die geen van beide gesteund
worden.
De heer Eb els dringt aan op bespoedi
ging der uitvoering van openbare werken.
De heer Kuiper wenscht beter behar
tiging van het gezinsverband.
De heer Drop betoogt dat uitvoering van
groote werken dienstbaar kan worden ge
maakt aan bestrijding der werkloosheid,
dat de huisvesting lang niet. voldoende is
en dat de loonen te laag zijn.
De heer Bakker betoogt dat bij werk
verschaffingen steeds misstanden zullen blij
ven bestaan en dat de regeering van goe
den wil heeft blijk gegeven.
De heer v. d. Heide dringt aan op op
heffing van beperkende bepalingen bij werk
verschaffing, die hun zin verloren hebben,
omdat werkverschaffing een normaal ver
schijnsel is geworden.
Minister Ruys zegt, dat de regeering
zich tot verschillende gemeenten wendde,
teneinde werkverruiming te verkrijgen. Den
laatsten tijd is te dien opzichte iets be
reikt in Oss en Boxmeer. De Regeering
overweegt inventarisatie van werkverrui
mingsobjecten. De kwestie van de beper
kende bepalingen zal Spr. voorleggen aan
de contactcommissie.
De interpellatie wordt gesloten en daar
mede de vergadering.
Tel. 852. Gevestigd 1885
MODERN HANDGEDREVEN
ZILVERENWERKEN.
VERLOFSOFFICIEREN VAN LAND
EN ZEEMACHT.
Algemeene vergadering te Breda.
De Algemeene Vereeniging van Verlofs-
cfficieren der Ncderlandsche Land- en Zee
macht hield te Breda haar algemeene ver
gadering, onder presidium van prof. mr.
J. C. Kiclstra.
Na afdoening van een aantal bestuurs-
en vereenigingsaangelegenheden werd het
woord verleend aan generaal van Dam van
Isselt, die een voordracht hield over: De
Tiendaagsche veldtocht van 1831".
In de ontvangstzaal van het gemeente
huis had daarop een officiecle receptie
plaats van de Vereeniging. Burgemeester
van Sonsbeeck verwelkomde de gasten, zijn
waardeering uitende voor de wijze, waarop
de Land- en Zeemacht haar taak vervult
Door de goede zorgen van „Breda Voor
uit" werd tijdens de ontvangst ten stadhui-
ze een torenconcert gegeven door den stads-
beiaardier. Jacques Maassen.
In den loop van den namiddag werd een
bezoek gebracht aan de Kon. Mil. Acade
mie; daarna werd een autotocht gemaakt
door de omstreken der stad.
De Minister van Defensie was op dit con
gres vertegenwoordigd door kolonel Mathol
de Jong, garnizoenscommandant. Mede wa
ren ter receptie aanwezig generaal Donk,
bevelhebber der derde Divisie en kolonel
Van der Horst, gouverneur der K.M.A.
STICHTING HOENDERLOO.
Zomervergadering te Hoenderloo.
De bestuurderen en commissarissen van
de stichting het Doorgangshuis Hoenderloo,
te Hoenderloo, aldaar in zomervergadering
bijeengekomen.
Herbenoemd is als penningmeester de
heer H. L. van Eeghcn, te Amsterdam; in
de bestuursvaeatures ontstaan door aftre
den van de hecren ds. H. A. C. Snethlage,
te Den Haag, jhr. mr. C. G. C. Quarles van
Ufford, te Utrecht en dr. Th. Egidius, te
Hoenderloo, gekozen de heeren R. J. J. v. d
Broek, Dordrecht; mr. II E. Cost Budde,
's-Gravenhage en ds. Th. L. W. Ravensteyn,
uit Utrecht. Tot commissarissen werd be
noemd de heeren mr. G. E. van Walsum,
Rotterdam; mr. D. Crena de long, te Am
sterdam en ir. Burger, te Groningen.
Wat aangaat de financien zij medege
deeld dat aan giften in afgeloopen jaar ont
vangen werd totaal een bedrag van 25000;
aan contribution 7700; en aan legaten
15000. De bedrijven van „Hoenderloo" le
verden dit jaar een winst van 1500.
In de groote zaal van Nyegaarde is 's rnid
dags een samenkomst gehouden, ter her
denking van het 25-jarig bestaan van dit
paviljoen, het huis voor de schoolgaande
jongens.
De voorzitter, mr. H. de Bie, uit Rotter
dam gaf een kort overzicht van de oprich
ting van dit paviljoen.
Na hem hebben nog verscheidene aanwe
zigen het woord gevoerd.
(N.R.Ct.).
DE NIEUWE SPAANSCHE GEZANT.
"sGravenhage, 9 Juni. Gisteravond
is hier ter stede aangekomen de nieuwe
Spaansche gezant de heer Vicente Gonzalez
Arnao, die in de plaats van graaf de Pra-
dère de Spaansche republiek bij ons Hof
zal vertegenwoordigen.
De afgetreden gezant graaf de Pradère,
heeft hedenmiddag de residentie verlaten
en zich per auto naar Parijs begeven. Hij
is voornemens vandaar naar Madrid te rei
zen.
De heer H. Hindriks van een hoogte
van 100 Al. neergestort.
Groningen, 9 Juni. De bekende Gro-
ningsche sportvlieger, de heer H. Hindriks,
is hedenavond te ongeveer kwart over acht,
toen hij op het vliegveld Eelde wilde opstij
gen, van een hoogte van ongeveer 100 Me
ter neergestort.
Het toestel kwam terecht op het auto-
parkeerterrein buiten het vliegveld en werd
totaal vernield. De motor werd op een af
stand van twintig a dertig meter van de
plaats van het ongeval gevonden. Enkele
bewoners, die het ongeluk zagen gebeuren,
snelden naar de plaats des onheils en be
vrijdden den heer Hindriks uit zijn toestel
„De Grijze Roadstar". Dr. Kiestra uit Eelde
was spoedig ter plaatse, evenals do Gro-
ning6che politiedokter Dr. Nathans. Beide
artsenconstateerden bij den heer Hindriks
een bovenenkelbreuk en een ernstige kaak-
fractuur. De gewonde is naar het R.K. Zie
kenhuis te Groningen overgebracht.
De heer II. Hindriks heeft zich bizonder
verdienstelijk gemaakt voor de tot stand-
koming van het vliegveld te Eelde.
Nader wordt gemeld, dat de heer Hin
driks kort na aankomst in het ziekenhuis
aan de bekomen verwondingen is overle
den, nadat een spoed-operatie geen redding
had gebracht.
De heer Hindriks was gehuwd. Hij had
geen kinderen.
Van O. wordt 19 Juni in
vrijheid gesteld
Amsterdam, 9 Juni. Naar wij verne
men zal de cx-procuratieftouder van O., die
wegens malversatie door hei Hof te Den
Bosch werd veroordeeld tot VA jaar gevan
genisstraf met aftrek der geheel preventie
ve hechtenis 19 Juni a.s. in vrijheid zal wor
den gesteld. Zooals men zich zal herinne
ren werd van O. verdacht de moord op
den heer Lans te hebben gepleegd, doch
in hooger beroep werd hij hiervan door
het Bossche Hof vrijgesproken.
HET AUTO-ONGELUK BIJ
HEERENVEEN.
's-Gravenhage, 9 Juni. Naar wij ver
nemen, heeft de brigade-commandant van
de Kon. Marechaussee uit Heerenveen, na
den chauffeur van de V., den bestuurder
van den auto, waarmee in Heerenveen
Zaterdagavond het noodlottige ongeval
plaats had, te dezer stede te hebben ver
hoord, heengezonden, nadat proces-verbaal
was opgemaakt.
HOFBERICHTEN.
H.M de Koningin en H.K-H. Prinses Ju
liana zijn voornemens MaanJag 15 Juni des
avonds half. 9 van Amsterdam naar Parijs
te vertrekken
Z.K.H. de Prins za! Maandag a.s. niet
slechts het 6e internationale congres voor
militaire geneeskunde openen en een be-
bezoek brengen aan de tentoonstelling Ier
gelegenheid van dat congres, maar zal ook
een gedeelte van het diner bijwonen en zich
daarna naar het Hollandsche Spoorstation
begeven ten einde te 9.24 uur met de Ko
ningin en de Prinses de reis naar de Fran-
sche hoofdstad te maken.
Gehuldigd in de Haagsche
Passage^bioscoop
'sGravenhage, 9 Juni. Hedenavond
heeft in de Passage-bioscoop de huldiging
plaats gehad van mevr. Roosje Kohier
Van Gelder, de.bekende Nedcrlandsche re-
vue-artiste, die de vorige week per K.L.M.
van Batavia naar Amsterdam is komen v!ie-
een.
In de Passage en in de bioscoop was veel
publiek gekomen om de huldiging bij te
wonen Het muziekkorps „Klein maar Dap
per" was in de Passage opgesteld en speel
de eenige vroolijke marschen ter verwel
koming van mevr. Kohier.
In dc zaal werd mevr. Kohier met luid
applaus begroet, terwijl de muziek het „Wil
helmus" en „Lang zal zij leven" inzette. In
dc pauze had de eigenlijke huldiging plaats.
De heer Henri ter Hall trad op het tooneel
naar voren en huldigde mevr. Kohier als
de koene vliegster, wier naam in de an
nalen van de Nederlandsche vlieggeschie-
denis steeds geboekstaafd zal blijven. Hij
heette haar in Den Haag weer van harte
welkom en bracht haar de huldebetuigin
gen over van het geheele Haagsche pu
bliek. In de hulde betrok de heer Ter Hall
ook de directie van de K.L M., de piloten
en den mecanicien voor de schitterende
wijze waarop zij den tocht BataviaAm
sterdam hebben volbracht. Namens het co
mité bood spreker een bloemstuk aan in
den vorm van een vliegmachine, geheel van
rozen.
Na de toespraak van den heer Ter Hall
sprak de heer van Kinsbergen, directeur
van de Passagebioscoop, nog enkele vrien
delijke woorden tot mevr. Kohier, waarna
deze allen hartelijk dank zegde en ook van
haar kant hulde bracht aan de bemaning
van liet vliegtuig voor de kranige prestatie
van de vorige week.
Na afloop van de voorstelling was in den
foyer gelegenheid mevr. Kohier geluk te
wenschen.
Officieele mededeeling van het
Meteorologisch Instituut
te De Bilt
Uit de binnengekomen berichten blijkt
wel, dat de jongste aardbeving over ons ge-
heele land is waargenomen. Het sterkst
nabij de Noordzeekust. Zij is de sterkste ge
weest van alle bevingen waarvan hier aan-
teekening is gehouden. Het is do -ie 6ederl
1926 die in ons land is gevoeld. In den
nacht van 5 op 6 Januari 1926 werd een
aardbeving waargenomen afkomstig uit
de Eiffel, die vooral in Limburg werd ge
voeld. maar ook nog op enkele plaatsen in
Groningen, Friesland en Zuid-Holland.
Uit dezelfde hoek, n.l. uit de omgeving
van Bonn, was de beving van 14 Jan. 1928
afkomstig.
Van de 61 berichten kwamen 52 uit Lim
burg, het verst verwijderde punt van waar-
DE STATIONSWEG.
De Stationsweg is een 6traat-„je"
(Straat of weg is te royaal!). v
Want dat deze weg te smal is
Snappen we hier allemaal!
's Morgens „poten" groenteboeren
Hun vehikel lang6 't trottoir
Ook de melkman zet z'n „winkel"
Kar of motor 6teévast daar!
En dit kan ook moeilijk anders.
Bij 't bedienen van een klant
Moet de „handel" even rusten
En verblijven aan den kant.
Auto's die bewoners wachten
Staan geduldig in de rij
Met dat al kan het verkeer daar
Niet precies er niet voorbij!
Onbehoorlijk groote „bussen"
Zoeken zich een doortocht daar.
Zijn voor wat er stilstaat en ook
Voor wat rijdt een pracht-gevaar;
Wie hier met z'n auto spartelt
En mis loopt dit straten-kwaad
Is chauffeur en nog daarboven
Een benzine-acrobaat!
Als men de grimassen aanziet
Die men daar schier daag'lijk6ch maakt
Vraagt men: „Hoe is het toch moog'lijk,
Dat niet alles wordt gekraakt?!"
Hier chauffeeren is: laveeren
Van de mee6t gewaagde 60ort
De Stationsweg is te 6mal voor,
't Razend drukke Amersfoort,
Daarom deze weg verbreeden
Ict6 wat hier gemakk'lijk kan!
En vooral niet langer wachten,
Pak de zaak met spoed hier én!
Spaar ons de verkeers-misère
Periodieken ergernis
Niet de put gaan dempen als het
Kalf weer prompt verdronken is!
Breeder maken 't 6malle straatje
Wat Stationsweg heet. 't Is tijd!
Als een goeden weg hier weg blijft
Sneuvelt hier de veiligheid
Ga de breedte breeder maken
Werk de 6mallc breedte weg!
Weg deez' weg! Maak de Stationsweg,
Tot een flinken breeden weg
GROEGROE.
(Alle rechten voorbehouden).
neming was Haarlem. Verder verdient de
beving van 1 op 2 Mei 1928 vermelding, die
haar epicentrum in ons land had, vermoe
delijk ,in de streek UtrechtDen Bosch
NijmegenArnhem.
Van deze zeer zwakke beving kwam
slechts een zevental berichten binnen. Een
dergelijk geval van een aardbeving van Ne-
derlandschen oorsprong kwam voor op 17
Maart 1S83 en werd waargenomen binnen
den driehoek Den HaagAlkmaarUtrecht.
SCHAKING EN OPLICHTING.
Arnhem, 9 Juni. Voor de Arnheinsche
rechtbank stond heden terecht de 26-jarige
decoratieschilder W. C. M„ wegens scha
king van een 19-jarig meisje en oplichting
van den Belg D. voor een bedrag van 16.000
francs.
In een pension te Arnhem leerde hij het
meisje Van B., de pleegdochter van den
pensionhouder, kennen. Daar de vader geen
toestemming tot een huwelijk wilde geven,
is M. er met het meisje van door gegaan
en leefde geruimen tijd met haar te Ant
werpen. Hier werkte hij zich in in een han
delszaak van D. en lichtte dezo voor 16.000
francs op. Hij heeft een zeer avontuurlijk
leven achter den rug.
In den laatsten tijd gaf hij zich herhaal
delijk uit voor filmster.
De officier van justitie eischte twee jaar
gevangenisstraf.
De rechtbank gelastte een onderzoek naar
verd.'s geestvermogens.
Zij die door edele gedachten vergezeld
zijn, zijn nooit alleen. SLDNEY.
Naar het Engelsch van BERT A PUCK
I door Mr. G. KELLER.
38
Er sneed Farquhar jets door de zic-1, toen
hij waarnam ho9 Shèila met dien blozenden,
aardigen jongen naar de danszaal stapte.
Het gevolg was, dat toen kort daarop me
vrouw Power en de graaf uit die zaal terug
keerden, een beetje nieuwsgierig hoe het den
beiden jongelui gevaren was na een half mr
aan zich zelf te zijn overgelaten, de ledige
koffiekopjes op een rommelige tafel vonden
Waar was het meisje gebleven De heer, in
wiens gezelschap zij haar hadden achterge-
gelaten, zat aan de tafel, die ongeveer den
ganschen avond was gereserveerd gebleven,
met
Neen maar Wat is er nu aan de hand?
riep de kleine mevrouw Power in de groot
ste verbazing uit. Inez
In gezelschap van den graaf snelde zij
naar de nog zoo laat dmeerende.
Mijn lieve Inez Wat is er gebeurd
Met haar champagneglas, dat zij ju:st aan
haar lippen wilde brengen, in de hand vroeg
Inez Cottrell kalm Waarom zou er iets
gebeurd zijn
Maar ik dacht, dat je op weg was naar
Egypte Hoe komt dat Wij verkeerden
allen in de heilige overtuiging, dat je in je
Isotto was gestapt en dat je goea en we op
weg was naar Marseille, met het plan naar
Cairo door te reizen
Na een slokje champagne te hebben grrno
men, zette madame Cottrell haar glas weer
neer en keek haar vroegere schoolvriendin
met éen onverschilligen blik aan Alvorens
haai* blik weer naar Farquhar te wenden
zeide zij op nonchalanten toon
Ja, ik ben wel vertrokken, maar ben ten
slotte hierheen gegaan. Ik was van p!ar.
veranderd, anders niet
Sheila danste intu6schen met don jongen
student, die haar had aangesproken, daar
na met een anderen, vervolgens met den
graaf, en ten slotte met vele anderen. Al
leen niet met kapitein Farquhar; dien zag
zij met madame Cottreil dansen en aan
haar tafel zitten, om later weer met haar
ten dans te gaan. Nu zij hem eenmaal weer
binnen haar bereik had, liet madame Cot
trell hem niet meer los Zij had haar klau
wen diep in haar prooi geslagen! Maar
trots zij dit ook constateerde, was Sheila
toch van één ding diep overtuigd: haar vij
and keek woedend en was doedend en zijn
oogen waren niet van haar af. En terwijl zij
zich met den jongen Ultimus liet wiegen
op de tonen van een „blue", overpeinsde zij:
Ik had gevreesd dat het een vreesdijke
avond voor me zou worden, maar zooals de
zaken nu loopen, ben ik van ganscher harte
verheugd dat ik mijn ouden vijand hier heb
ontmoet en ik ben verrukt over wat ik zie
gebeuren. Ik vind het begin van mijn va-
cantie eenvoudig goddelijk.
Intusschen overpeinsde Farquhar, terwijl
I hij naar de tafel ging om mevrouw Cottrell6
waaier te halen: Maar bij alle goden!
Wie heeft dan toch die parels gestolen? Zij
kan het niet gedaan hebben, hoewel het
niemand anders kan gedaan hebben... Hoe
kom ik er achter? Ik zou mijn verdiensten
voor een heel seizoen er voor over hebben
om ds waarheid te weten.
HOOFDSTUK XX.
De man die nooit werd opgemerkt.
Den volsonden morgen gebeurde er iets,
dat aan Darol Farquhar de absolute zeker
heid gaf, ten minste voor het oogenblik, dat
Sheila Curtis de dievegge .van de parels
was.
Laten we in hot kort vertellen, wat tot die
zekerheid aanleiding gaf.
Van den kant van de ijsbaan, waar hij
van des morgens tien uur tot zonsondergang
druk in de weer was om de eerste schreden
op het, gladde vlak te leiden van leerlingen,
die misschien nooit meer zouden schaatsen
rijden, hoorde hij on\er\vacht6 zijn naam
roepen:
Hallo, Farquhar!
Hij bleef staan op het pad van platgetre
den sneeuw, dat naar den ingang van de,
kleedkamers voerde, waar de bezookers
hun schaatsen aandeden en keek naar de
richting vanwaar de 6tem was gekomen.
Daar stond een kleine, volkomen onopval
lende man, die hem toewuifde.
—.Ken je me nog?
Ik zou je niet meer kennen! Natuurlijk
herinner ik je me best! antwoordde Far
quhar, die zich onmiddellijk dat komische
ventje herinnerde, dat met hem bij hetzelf
de bataljon had gediend en zijn luitenant
was geweest. Ik zal Winkley niet gauw ver
geten. i
Zij drukten elkander hartelijk de hand.
Farquhar had altijd wat gevoeld voor lui
tenant Winkley, die door zijn uiterlijk aan
leiding gaf hem „een klein onderkruipsel"
te noemen. Hij behoorde tot dat slag van
lui, die zich liefst op den achtergrond hou
den en zich zoo onzichtbaar weten te ma
ken als de vlinder, die in een beukenbosch
sprekend gelijkt op den onderkant van een
beukenblad.
Hij drong zich nooit op en als hij
aan anderen werd voorgesteld, dan ver
gaten deze onmiddellijk zijn aanwezigheid.
Ware hij niet aan ze voorgesteld, dan zou
den zij zich ook nooit bewust zijn geweest,
dat hij in hun tegenwoordigheid was ge
weest. Men noemde hem een onschuldig
mannetje en de vrouwen letten heelemaal
niet op hem. Winkley, die Farquhar be
schouwde als het toppunt van volmaakt
heid op het stuk van sport en lichamelijke
ontwikkeling, had zich in den ouden tijd
als het ware vastgeklampt aan zijn knap
pen kapitein, gelijk de verschoppelingen in
de natuur zich vaak hechten aan hun beter
toegeruste broeders.
Ja, ik was er zeker van, dat jij het
waart, zeide hij. Men heeft me medegedeeld,
dat je hier optrad als leermeester in het
schaatsenrijden. Ik heh je eenige malen
naar de baan zien gaan en er vandaan zien
komen.
Maar waarom heb je me dan niet eens
aangeklampt?
Nu, je leek het me nog al druk te heb
ben met de gastenGisteravond bij het
galamaal in de groote zaal goed geslaagd,
vind je niet heb ik je zien dansen.
Bij alle goden, heb jij me toen gezien?
En ik heb je tot op dit oogenblik nooit in
de gaten gekregen!
Vriendelijk merkte Winkley op: Niemand
merkt me ooit op.
Och kom! Was het eenige antwoord
van Farquhar.
Winkley liet zijn oogen gaan over de ijs
baan. Deze was op dit oogenblik, een half
uurtje voor de lunch, vrijwel ledig. Alleen
liepen er eenige baanvegers over het ijs, die
de poedersneeuw van de baan wegveegden.
En dan krabbelde de Engelscho schooljon
gen Teddie achter een ouden 6toel als steun
over het ijs, onvermoeid in het oefenen.
Daar heb je een van mijn slachtoffers,
merkte Farquhar op, met een knik in de
richting van den knaap.
Zoo? Hoe vindt je je positie? Is het
een aardig leven?
't Kon slechter.
Aan het eind van den oorlog hadt je,
meen ik, me verteld, dat je je zou associ-
eeren met een familielid van je?
Dat heb ik ook gedaan, maar op den
duur leek het me toch niet....
En wat heb jij om handen?
Ik? Na een oogenblik zwijgens: och,
niet veel zaaks.
Ik begrijp je, zei Farquhar, zonder van
eenige verwondering over dit antwoord blijk
te geven, je hebt je vroeger baantje weer
ter hand genomen.
Inderdaad, antwoordde Winkley.
Toen hij bij bet bataljon werd ingelijfd,
was aan kapitein Farquhar medegedeeld,
dat hij een beroemdheid in zijn vak was.
De kolonel had hem verteld, dat dat nie
tige ventje, dat altijd in de buurt van de
can tine wa6 te vinden en daar liep rond te
drentelen als een kip die de pip heeft, in
het dagelijksch leven een der knapste par
ticuliere dotectieven van Londen was.
z1,Wordt vervolgd).