AH ERSFOOEfflSCH DAGBLAD
DE BRAND VAN
ONS PAVILJOEN
Feuilleton
Woensdag 1 Juli 1931
-DE EEMLANDER-
30e jaargang No. 1
KORTSLUITING UITGESLOTEN
„Reusachtige lucifers"
WILLEM GROENHUIZEN
JUWELIER
ACHTERSTELLING VAN
INLANDSCH HOUT
UIT PARIJS
De geheele brand duurde iets
minder dan drie kwartier
Het is een groot woord, doch het kan
onmogelijk anders beschouwd worden dan
als een nationale ramp. Niets, maar dan
ook niets is overgebleven van de grandiose
schepping van de architecten Zweedijk en
Moojen, niets is er over van al die pracht,
die de bewondering en eerbied afdwong
van een ieder, die dit paviljoen heeft be
zocht. Tegen half vijf werd de brand ont
dekt, er kan bijna niet gezegd worden, dat
de brand werd ontdekt, want van alle kan
ten laaide het vuur op, de vlammen scho
ten ten hemel, als ware een reusachtige
krant in brand gestoken. De geheele brand
duurde slechts iets minder dan drie kwar
tier, want om 5 uur reeds stortten de 50
meter hooge torens met een donderend ge
weld naar beneden. En heden is er slechts
een kaal terrein, waarop een partij rooken-
de asch ligt, die nog steeds door de brand
weer wordt nat gespoten.
Slechts de linkerzijde, waar het particu
liere paviljoen, het zee-aquarium en de too-
neelzaal liggen, werd gespaard, overigens
bestaat er van de geheele schepping niets
meer. De kantoren, de teekenkamers, alle
plannen, het is alles vernield en er zal ook
nooit worden uitgevonden, waaraan deze
verschrikkelijke ramp is te wijten. Er wordt
van Fransche zijde gesproken van kortslui
ting. Het is uitgesloten, want tot vijf uur,
het moment, dat de torens ineenstortten,
brandde het licht in het hoofdgebouw,
brandden de lichten in de restaurants, die
op enkele honderden meters van het hoofd
gebouw zijn gelegen, doch die niettemin
voor hun electrisch licht op dezelfde cen
trale zijn aangesloten. En hoe ware het
mogelijk, dat kortsluiting de oorzaak was,
indien zooals het geval was, het gebouw te
gelijkertijd van alle zijden branddde? Het is
uitgesloten, zeggen wij nogmaals, ofschoon
wel nooit zal worden uitgevonden wat de
oorzaak was. Alles kan de oorzaak zijn,
het is welbeschouwd onverantwoordelijk
om kunstschatten, die niet te vervangen
zijn in tentoonstellingsgebouwen van deze
constructie een plaats te geven.,
Bij de opening 'van het gebouw' was ik
met den architect Zweedijk achter de scher
men, zag*ik de naakte constructie, die aan
de zijde, die voor het publiek bestemd is,
bedekt is met pleister, pleisterornamonten,
die met in gips gedoopte bundels vezel wor
den bevestigd. Achter de schermen evenwel
ziet men niets dan hout, hout en nogmaals
hout De enorme torens werden geschrnacd
door enorme balken, die van den grond af
rechtstreeks doorliepen tot het allerhoogste
punt van de torens. Reusachtige lucifers,
die eenvoudig als geleiders dienen voor het
kleinste vonkje vuur. Het geheele dak uit
kleine plankjes, de verbindingen van hout,
alles geconstrueerd uit brandbaar materiaal
en daarin geeft men plaats aan museum
stukken, die men in bruikleen heeft gekre
gen.
Ik weet het het heeft weinig nut, nu een
maal de ramp voorbij is, hierover te spre
ken, maar wat zullen de gevolgen zijn voor
do tentoonstelling. Het zal tot nadenken
stemmen en wellicht zullen vele landen
stukken terug trekken, alvorens een twee
de onheil zich voordoet. De brand van Hol
land heeft eveneens den brand over doen
slaan naar het veel verder gelegen paviljoen
van Palestina en een klein restaurant, die
in vlammen opgingen.
Gelukkig vallen er geen menschenlevens
te betreuren, ofschoon de commissaris-gene-
raai, de heer Moojen en zijne echtgenoote,
die achter het gebouw hun woning hadden,
uit het raam moesten ontvluchten. De
chauffeur van den heer Moojen wist zich
ternauwernood te redden.
En de arme Balineezen, die in het dorpje
achter het hoofdgebouw hunne slaapplaat
sen hadden, moesten zich in den killen och
tend in veiligheid brengen, ofschoon doze
gebouwen gelukkig niet werden aangetast
De wonderschoone Mendoet-tcmpel, alle
schatten, die door het Bataafsche Genoot
schap en het Lcidsch Museum werden af
gestaan, alles ging verloren, zoo ook de
prachtige wandschilderingen van Sayers en
Paulides, de dierama's van Eland, die voor
Chicago bestemd waren en een verzameling
van schitterende oude zeekaarten, die zich
in de Maritieme afdeeling bevonden. Ook
de heer Moojen, die toen het Koloniaal In
stituut en het Lcidsch Museum slechts een
gedeelte van de eerst toegezegde stukken
toezond, in de hall van het hoofdgebouw
een groot gedeelte van zijn eigen verzame
ling weefsels en krissen ten toon spreidde
is zwaar getroffen. De oude beeldhouwwerk
jes, de schitterende wapenen, meestal
ooesaka's, zullen nooit kunnen worden ge
remplaceerd en wat ook een assurantie-
maatschappij mag vergoeden, dit verlies is
nooit goed te maken.
Een vreemde omstandigheid is nog, dat
gisteravond tegen twaalf uur een brand
alarm werd gemaakt en de „pompiers" ver
geefs zich bij het paviljoen meldden. Een
weggegooide sigaret is uitgesloten, daar het
gebouw des avonds om zes uur wordt geslo
ten en een begin van brand dan kort daar
op zou zijn moeten uitgebroken.
Wat precies verloren is gegaan weet men
nog niet. De heer Moojen noch één der an
dere autoriteiten waren heden te bereiken,
daar zij doende waren voor zoover moge
lijk een onderzoek in te stellen naar de
eventueele oorzaak, een onderzoek, dat zoo
als ik reeds herhaald opmerkte, volkomen
nutteloos zal blijken. Gelukkigerwijze had
den de musea in Holland nog niet alles ge
zonden, dat beloofd werd. De hoer Moojen
was juist kort geleden nog naar Holland
gegaan om op spoed aan te dringen. We
mogen dankbaar zijn, dat de laatste zen
dingen nog niet gearriveerd zijn en deze
althans gered zijn.
Wat wederopbouw aangaat, niets is on
waarschijnlijker. De plannen zijn verloren
gegaan, men heeft meer dan acht maanden
hard gewerkt, hoe is het mogelijk nog wat
te doen? De Internationale Koloniale Ten
toonstelling te Parijs is voor Holland beëin
digd, beëindigd op de meest tragische wijze
en de tentoonstelling mist het schö-.'mste
gebouw, dat te Vinccnnes werd gebouwd.
Parijs, 28 Juni 1931.
A. P.
VERDUISTERING DOOR EEN
POSTAMBTENAAR,
Amsterdam, 30 Juni. De Haarlem-
sche Rechtbank veroordeelde destijds den
besteller der posterijen J. D. to Haarlem
wegens verduistering tot tien maanden ge
vangenisstraf. De ambtenaar had zich uit
een postzak eenigo aangeteekende stukken
toegeëigend, waarin voor pl.m. 15.000 aan
contanten en eenige effecten bevatten. Veer
tienduizend gulden werden bij D. terugge
vonden, de effecten had hij verscheurd.
De officier kwam van dit vonnis in appèl
en de pocureur-generaal eischte een ge
vangenisstraf van een jaar en zes maan
den.
Het Hof, heden arrest wijzend, veroor
deelde hem tot een gevangenisstraf van
ëén jaar en zes maanden met aftrek van
zeven maanden voorloopige hechtenis.
MODERN HANDGEDREVEN
ZILVERENWERKEN.
DE LOONSVERLAGING IN. INDIë.
Openbare vergadering en
krijgstucht
Op vragen van het Tweede Kamerlid van
cler Houven betreffende het mogelijk ma
ken van een openbare vergadering, toegan
kelijk voor allo marinepersoneel, beneden
den rang van officier, ter bespreking van
het voornemen der Indische Regeering tot
verlaging der loonen, heeft do Minister van
Defensie geantwoord, dat het hem bekend
is, dat door het Comité tot behartiging van
de Algemeene Belangen van het Marine
personeel beneden den rang van officier
(C.A.M.B.O.) te Rotterdam een openbare ver
gadering is uitgeschreven, waar de be
stuurders J. H. de Nijs en D. C. A. de Zwart
als sprekers zouden optreden.
Deze vergadering 9tond in verband met
het voornemen der Indische Regeering tot
verlaging der loonen, onder welke verla
ging voor zoover tot nu toe bekend ook het
marinepersoneel, dat binnen de keerkrin
gen dient, zou zijn begrepen.
Door de commandant van de mariniers-
kazerne aldaar is aan zijn onderhebbenden
medegedeeld, dat het Zijn Hoogedelgestren
ge uit een oogpunt van krijgstucht onge-
wenscht voorkwam, dat onderofficieren en
manschappen op een gezamenlijke verga
dering, die, openbaar zijnde, dus ook door
derden kon worden bijgewoond, zouden sa
menkomen ter bespreking van een maatre
gel, die bij do Regeering in overweging
was en waarbij niet anders dan de bedoe
ling kon voorzitten om te trachten op die
overwegingen door eenigerlei protestuiting
invloed te oefenen.
Door genoemden commandant is overi
gens het bijwonen der vergadering niet ver
boden en evenmin het houdenvan een
openbare vergadering onmogelijk gemaakt
De gevraagde principieele beslissing kan
door den Minister niet genomen worden,
omdat het onderwerp en de wijze van be
spreking van zoo uiteenloopcnden aard
kunnen zijn, dat niet yan te voren Ran
worden gezegd of al of niet in strijd za)
worden gehandeld met het Reglement op
de Krijgstucht. Elk voorkomend geval za)
op zichzelf moeten worden beoordeeld.
DE POSTVLUCHTEN.
De P.H.A.G.R.
Amsterdam, 30 JünT. Bij de K.L.M i6
bericht gekomen dat de P.H.A.G.R. om
5.00 uur uit Calcutta is vertrokken; om 9.30
uur te Allahabad is geland, om 10.20 uur
vandaar vertrokken en om 15.30 uur te Jod-
phur aangekomen.
Het 19e retourvliegtulg.
Het 19e retourvliegtuig is heden te 5.00
uur uit Calcutta vertrokken en na een tus
schenlanding van 9.30 tot 10.20 te Alahabad
te 15.30 uur in Jobpur aangekomen.
DE GEVAARLIJKE ZEE.
Baders in levensgevaar.
's-G r a v e n h ag e, 30 Juni. Aan het
Noorderstrand is gisteravond bil het zwem
men in zee verdronken de 17-jarige jongen
G. den H. uit Rijswijk. Vermoedelijk was hij
in zee gegaan op het hulpgeroep van het
16-jarige meisje J. R. uit de fiekkelaan, dat
aan het einde van een golfbreker in levens
gevaar verkeerde. Dit meisje ie later door
handreiking gered kunnen worden.
De zee had bij het Groene Huisje bijna
nog een slachtoffer gcëiöcht. De 25-jarige
mej. H. v. d. M„ wonende aan den Gevers
Dcynootweg werd door den stroom meege
sleurd. maar tevens tegen een golfbreker
geslagen, waardoor zij gered kon worden.
Instelling eener Studies
commissie
Op initiatief van de groep „Inlandsche
Houthandel" van den Nedcrlandschen Hout
bond werd dezer dagen te Arnhem een be
spreking gehouden, waaraan, behalve ver
tegenwoordigers van een 7-tal vooraan
staande houtfirma"e en zagerijen, ook deel
namen vertegenwoordigers van het Staats
boschbeheer, de Koninklijke Houtvesterij
"t Loo, de Nederlandsche Verecniging van
Rentmeesters, de Vereeniging „Het Grond
bezit" en de Nederlandsche Heidemaat
schappij.
Aanleiding tot deze bespreking was de
noodtoestand in den inlandschcn houthan
del, waartoe niet weinig bijdraagt de ach
terstelling, die zich vooral den laatsten tijd
openbaart bij de uitvoering van groote wer
ken, van het inlandsche hout bij buiten-
landsch en Surinaamsch hout
Deze achterstelling, die reeds een zeer be
denkelijk karakter heeft gekregen, geldt ook
voor soorten, waarvan de hoedanigheid,
naar het schijnt, bij ons inlandsche eiken
hout ten achter staat.
Voorts wordt vrij veel z.g. bestekhout-, ge
heel op maat gezaagd, uit het buitenland
ingevoerd, hetgeen den Nederlandschen
houtzagerijen het werk en den Nederland
schen boschbouw de levering van het hout
geheel uit handen neemt
Er werd een commissie ingesteld om het
vraagstuk van de verdrukking van het in
landscho hout in ons land in studie te ne
men en stappen te beramen om in het be
lang van de gemeenschap het gebruik van
inlandsch hout te bevorderen. Zij houdt zich
aanbevolen voor het verkrijgen van inlich
tingen en gegevens, die met het doel, waar
voor zij in het leven is geroepen, verband
houden.
De commissie is samengesteld al6 volgt:
J. H. Jager Gerlings, inspecteur van het
Staatsboschbeheer te Utrecht, voorzitter;
jhr. A. J. B. v. Suchtelen v. d. Haere, opper
houtvester van het Koninklijk Domein 't Loo
te 't Loo; J. S van Braam, secr. van de
Vereen, van Rentmeesters en van de Vereen.
„Het Grondbezit" te Rijswijk; Ant. van
Dam, lid der firma Ant. van Dam en Zn.,
houthandel te Bunnik; G. Wijma, lid der
firma G. Wijma en Zn., houthandel te Apel
doorn; M. de Vries, hoofdambtenaar der
Nederlandsche Heidemaatschappij te Arn
hem, secretaris.
NOODLOTTIGE VAL VAN EEN WIEL-
RIJDSTER.
Tilburg, 30 Juni (V.D.) Gisteravond om
10 uur js op den Nieuwen Goirleschenweg
alhier de ongeveer 30-jarige wielrijdster A.
van Dijk van haar rijwiel gevallen. Juist
passeerde een vrachtauto met aanhangwa
gen. De vrouw kreeg een der achterwielen
over het hoofd en was op slag dood Zij
was gehuwd en moeder van drie kinderen.
MOORDAANSLAG OP ZIJN VROEGERE
VERLOOFDE.
De dader springt onder een auto.
Lonneker, 30 Juni Op het Mercurius-
plein te Lonneker heeft vanmorgen een 26-
jarige man een moordaanslag gepleegd op
zijn daar wonende vroegere verloofde, wie
hij met een scheermes verschillende ver
wondingen toebracht. Het meisje is in ern-
stigen toestand naar het ziekenhuis in En-
srhedé overgebracht. De dader, die ge
vlucht was, heeft zich later bij de politie te
Enschedé gemeld
Toen deze hem naar het bureau wilde
overbrengen, 6prong de man plotseling on
der een auto en werd overreden Hij is in
zorgwekkenden toestand naar het R.K. zie
kenhuis overgebracht.
ZWERVEND KOOPMAN VERMOORD.
Acht Jaren blijft de straf
voor beide schuldigen.
Het Bossche Gerechtshof deed in hooger
beroep uitspraak tegen D. van O., die in
vereeniging met de Poolsche vrouw B. M.
den zwervenden koopman Berend Tap, in
een schuur op het gebied „De Rot" onder
Cuyk, zoodanig met een haanspik heeft ge
slagen, dat de ongelukkige aan de gevol
gen overleed. Verdachten hadden hun
slachtoffer in een sloot geworpen, en hem
met peper en chloor bestrooid, waarna zij
zijn bezit aan kramcrijen hebben verdeeld.
Het gerechtshof veroordeelde verdachte
lot dezelfde straf als door de rechtbank op
gelegd, acht jaar gevangenisstraf, doch
met aftrek van voorarrest.
Daarna verscheen in hooger beroep de
hoofdschuldige, de vrouw B. M., gedetineerd
te Rotterdam. De vrouw kwam de recht
zaal binnen met het gevangenismasker
voor. Haar hooger beroep was te laat in
gesteld, zoodat bij eisch en uitspraak van
het gerechtshof hel beroep niet ontvanke
lijk werd verklaard en bij gevolg ook voor
de vrouw de straf van acht jaar gehand
haafd wordt,
INBRAAK IN DEN HAAG.
Diefstal van horloges.
's-Gravenhage, 30 Juni. In den nacht
van Zaterdag op Zondag is inbraak gepleegd
in het perceel Koningstraat 94, waarin is
gevestigd de horlogezaak van den heer J.
K. Met een steen was de etalageruit ver
brijzeld, waarna een tiental armbandhorlo
ges werden ontvreemd.
De politie toog onmiddellijk op onderzoek
uit en slaagde er na korten tijd in de dieven
te arresteeren. Het bleken te zijn de 35-jarige
koopman, K. J. L„ alhier en de 23-jarigo
straatmaker J. W. P. S., in een woonwagen
verblijf houdend.
De gestolen horloges werden door de po
litie in beslag genomen.
De daders, die een bekentenis aflegden
zijn in verzekerde bewaring gesteld.
POGING TOT DOODSLAG»
Het geval te Nederhorst den
Berg.
Amsterdam, 30 Juni. De Vijfde Ka
mer der Amsterdamsche Rechtbank ver
oordeelde heden den 21 jarigen arbeider J.
S. uit Drente, die te Nederhorst den Berg
iemand met een me9 zware verwondingen
had toegebracht, wegens poging tot dood
slag tot vijf maanden gevangenisstraf met
aftrek van twee maanden voorloopige hech
tenis.
Het O.M. had negen maanden geëischt.
UITWISSELING VAN HOOGLEERAREN.
De ontvangst van prof. Do
Smedt.
Maandagmiddag te vier uur heeft in de
Senaatskamer der Leidsche Universiteit do
officieele ontvangst plaats gehad van prof.
De Smedt, hoogleeraar, die aa de Leid
sche Universiteit collegos zullen geven in
ruil voor de colleges, door Leidsche hoog
leeraren in België te houden.
De rector magnificus der Leidsche Uni
versiteit, prof. dr. J. Fh. Vogel, die vorige
week Donderdag prof. De Smedt bij zijn
eerste voordracht in het Physisch Labora
torium reeds namens don Academischen
Senaat had verwelkomd, zeide in zijn toe
spraak tot prof. De Smedt, er prijs op te
stellen, dat woord van welkomst te herha
len in de oude Senaatskamer, het eigenlijk
centrum van de over zooveel gebouwen
verdeelde Universiteit.
Hierop dankte prof. De Smedt voor de
vriendelijke ontvangst en de woorden van
den rector magnificus, waarmede de korte
bijeenkomst, die een intiem karakter droeg,
ten einde was.
Zich te schikken is de kunst eener vrije
ziel.
SPITTELER.
Naar hel Engelsch van BERTA PUCK
door Mr G KELLER
53
Ga toch terug, kerel! Ga maar met mij
mede, met je ouden vriend Jean!
Farquhar hoorde die woorden niet, maar
wel gevoelde hij blijkbaar den vriendelijken
greep van Jean's hand en instinctmatig liet
hij zich er door beïnvloeden. Hij liet de
spijlen los, wendde zich af van het hek.
Zijn gelaat werd minder gespannen en roer
loos bleef hij staan, alsof hij afwachtte wat
er verder met hem zou gebeuren.
Ga met mij mede. zei Jean en hem
6teeds bij den arm houdend, liep deze met
hem over het b «sneeuwde pad tusschen de
struiken door naar bet hotel terug. Met wijd
open oogen liet Farquhar zich gehoorzaam
leiden. Zij kwamen tenslotte weer bij den
nachtportier, die roerloos was blijven staan.
Hij deed een pas naar voren en bood zijn
arm aan. Maar de Franschman knikte van
neen, terwijl hij met zijn vrije hand een
afwijzend gebaar maakte. Intusschen bleef
hij Darol vast houden ze waren nog niet
alle moeilijkheden te boven, gevoelde hij,
Met langzame schreden bleef de portier
echter de achterhoede vormen.
De 6toep op, Darol, moedigde Jean
hem vriendelijk aan. Zij gingen de stoep
op, betraden de vestibule, waar 6ki's en
toboggans opgestapeld lagen, kwamen zoo
in de half verlichte voorhal, waar twee
gedaanten ze opwachtten; mevr. Power, die
als een markiezin met haar grijze haren,
haar mutsje, haar breed golvenden japon
en haar muiltjes zoo weggeloopcn scheen
van een achttiendceflwsche gravure, en
naast haar 6tond Sheila, wier hand zij
omklemd hield. Zij had die 6teeds vast
gehouden en in spanning wachtten zij den
terugkeer der beide mannen af. Jcan liep
steeds nog Farquhar geleidend, naar hen
toe, en legde een vinger op zijn lippen om
ze het zwijgen op te leggen. Roerloos ble
ven ze staan maar Sheila had haar oogen
onafgewend gericht op den slaapwandelaar.
Darol weifelde even, trachtte zich los te
maken uit de hand van zijn vriend. Zou
hij niet verder mee willen? Inderdaad bleef
hij 6taan en keek Sheila aan.
Goede genade! fluisterde mevrouw
Power.
Mijn hemel! dacht Jean in hevige
«panning, wat moet ik beginnen? Straks
wordt hij wakker, ziet waar hij is, en de
plotselinge verrassing brengt hem geheel
van streek en dan loopt alles mis
Maar toen Farquhar Sheila aankeek,
kwam er op zijn gelaat een andere uitdruk
king. In den tuin waren de trekken er van
reeds minder strak geworden. Nu ontspan
den zij zich en er kwam een glimlachje op
zijn gezicht, wat verlegen, maar toch vrien
delijk. De trance, waarbij zijn geest elders
toefde, waaraan zijn vriend wel richting
kon geven, doch geen einde vermocht te
maken, was eindelijk verbroken door de
aanwezigheid van het meisje. Maar wat
ging nu gebeuren? Wat zou Darol's volgend
gebaar zijn? Zijn lippen opende zich, maar
er kwam geen geluid over, zij bewogen zich
enkel, vormend een naam: Sheila!
Zij bleef hem aankijken, de anderen hiel
den den adem in zou hij ontwaken?
In spanning wachtten zij op wat gebeuren
zou Het lachje verdween van Farqu-
har's gelaat en kreeg weer de doodsche
trekken van den bewusteloozen slaapwan
delaar. Hij deed een 6chrede en in volko
men slapenden toestand liet hij zich door
zijn vriend geleiden, dt trap op, tot de
eerste verdieping, dan den gang door, ten
slotte naar zijn kamer heel aan het eind.
Tien minuten later kwam de jonge
Franschman weer benéden bij de dames,
die hem in de vestibule opwachtten.
U behoeft zich niet verder ongerust
over hem te maken; 't is alles in orde met
hem, verzekerde hij glimlachend, doch met
ernstige oogen. Ik heb hem te bed ge
bracht en hij 6laapt nu als een kind. Hij
zal er van nacht wel niet weer uitstappen
die goede jongen!
Heeft u zijn raam weer gesloten? vroeg
mevrouw Power bezorgd. En de deur?
Het eerste natuurlijk wel, maar van
zijn deur blijf ik af! riep hij met een lachje
uit. Die heb ik als altijd op een kier laten
staan; hij slaapt altijd met open deur!
Waarom? vroeg Sheila.
Dat heeft hij nooit medegedeeld. Op
het kasteel deed hij dat ook altijd. Ik ken
de reden. Vannacht zal hij intusschen niet
weer gaan 6poken, juffrouw Curtis. Hij
6laapt nu echt en niet in trance. Portier!
Ja, meneer.
Wil je er voor zorgen, dat het kamer
meisje vanmorgen den kapitein niet wekt
en wacht tot hij belt? En zou het je mo
gelijk zijn ons aan een glas warme melk
te helpen? Ik zou zoo denken, dat ons dat
wel goed zou doen.
Maar mag ik eens vragen, zei me
vrouw Power enkele oogenblikken later,
terwijl zij van hun glas warme melk geno
ten, wat u zou meenen, dat de oorzaak is,
dat de jonge man zoo eigenaardig heeft
gehandeld?
Vind u dat zoo wonderlijk, dat hij na
al de emoties, die hij achter den rug had
zoo ongewoon heeft gehandeld? Het is een
flinken vent, sterk als een paard, maar
met zenuwen als een volbloed. Zou u den
ken, dat het gebeurde in den ochtend van
gisteren voor hem niets beteekende? Die
dag van spannend afwachten na die af
6chuwelijke vertooning? Er zullen wel lui
zijn, die zoo iets als een grap opvatten,
maar voor Darol moet het, voor zoover ik
hem ken, afschuwelijk geweest zijn. We
hebben gistei avond samen gegeten, maar
hij was afgetrokken, steeds vervuld van het
gebeurde en in zijn 6laap heeft het hem
niet losgelaten. In een droom heeft hij toen
iets doorleefd, wat wij niet weten en waar
we nooit achter zullen komen.
Sheila wendde' haar van vermoeienis of
opwinding bleek gelaaj; naar hem met de
vraag:
Waarom zullen we er nooit achter ko
men? Ik wil maar zeggen: vraagt U het
hem niet?
Dat zou niets geven, juffrouw Curtl6
hij zal het zelf niet weten, er zelfs geen
vermoeden van hebben. Tenzij het een snel
vervagende herinnering aan een droom
mocht zijn. zal Darol morgenochtend zich
niet herinneren, dat wij hem vannacht in
actie hebben gezien.
HOOFDSTUK XXVIII.
Teruggeroepen.
Den volgenden morgen gebeurde er iets
buitengewoon onverwachts: Sheila 6tapte
in den expre6-trein naar Parijs teneinde
zoo spoedig mogelijk naar Engeland terug
te keeren. En dat, terwijl er nog heel wat
ontbrak aan de veertien dagen, die zij zich
had voorgenomen in Zwitserland te ver
blijven. Maar alles was dan ook totaal on
verwachts gekomen. Slechts aan de buiten
gewone vernuftige medewerking van den
portier had zij het te danken, dat zij een
plaats in den exprestrein had kunnen ver
overen en zonder de hevigste inspanning
van het tranen vergietende kamermeisje
zou het haar niet gelukt zijn zoo tijdig ge
kleed en gepakt te zijn dat zij met haar
bagage nog juist op tijd naar het station
kon sleden, om den eeisten trein te pak
ken. Van afscheid nemen was geen 6prake
geweest, ze had zelfs geen afscheidsgroet
kunnen wisselen met haar zilverharige
beschermengel, mevrouw Power. Het was
een fooraelooze haast om weg te komen,
een wilde vlucht ten slotte.
(Wordt vervolgd).