tii VOOR GRAMAFOONS F. H. LOMANS, Utr.str. 15 luieuws van °~zwarim ELECTRO- EN RADIO-TECHNISCH BUREAU F. H. LORflANS - Utr.str. 15 Tel. 843 Wij vertegenwoordigen de bekende DUCRETET en PHILIPS toestellen Betaling in overleg met den kooper De nieuwste Edison- en Tri Ergcnplaten voorradig GRETA GARBO EN RAMON N0VARR0 SPELEN SAMEN IN DE VERFILMING VAN „MATA HARI" ALLERLEI VAN 18 TOT 25 OCTOBER. Hilversu m. Zondag. Het Dresdcnor Kreuzchor hoeft door al de zeven eeuwen van zijn bestaan heen een vast contact mot het leven behouden. Het koor werd niot dager van oen oude traditie zonder meer, dus los van het dagelijksche heden, maar voortdurend hebben hun lei ders gezocht naar sterke represcntaticvo mu ziek van hun tijd. Dit is ook een traditie! En zoo hoorcn wij vandaag in den aether (8.15—9.15) koorwerken van Bruckner, dio we anders nooit ontmoeten. U zult zeggen: Bruckner is al lang dood. Maar zijn muziek en vooral do beide motetten „Os justi" en „Virg Jes6c" mogen we zonder bezwaar re kenen tot de nieuwe muziok de niouwsto muziek is van heden. Het eerste motet werd door Bruckner geschreven in 1879 (hetzelfde jaar van zijn eveneens vrijwel onbekende strijkkwintet) en is feitelijk een graduale (deel van een mis) ovenals hot 6 jaar later gecomponeerde motet „Virga jesso'\ Het Kreuzchor heeft naast deze Bruckner-novi- tcitcn vele nieuwere werken op zijn reper toire, die vrijwel overal oen goed en dank baar gehoor vinden. Zou dit onze koorzang- zingende muziekliefhebbers niets zeggen? Huizen. Jos. Vranke» geeft weer een Palestrina- concert (2.30—4.15). Van het „Canticum can- licorum" hij onze Protestantsche lezers bekend als het Hooglied van Salomo wor don vijf deelen uitgevoerd. Palestrina (1526 —1594) blijft oen figuur in den ontwikke lingsgang der muziek van onoverzienbaar groote beteckcnis. Hij heeft dit zeer nadruk kelijk niet alléén voor de Katholieke kerk al schreef hij uitsluitend kerkelijke muziek Want Schii tz en Bach (of wie de Europee- schc muziek voor meer dan de helft steunt) kondon hun werken niet geschreven hebben zonder kennis van Palestrina's missen. Do vocale meerstemmigheid van Palestrina is zoo tot een volkomen eigen iets in den a capella zang uitgegroeid, dat men van Pa- lestrinastijl spreekt of van Palostrljnscho ruuzick. Dit moet iemand, die niet veel van muziek afweet, toch wel iets te denken ge ven. Palestrina's muziek is geen muziek welke den tijd verdrijft. Zij is de muziek der tijdcloosheid. Men denkt niet aan tijd als men een fragment uit zijn werken hoort; het is muziek, met meesterhand geschreven gehoorzamend aan de diepste' wetten der vrome ontroeringen, welke zich in klanken sublimeerden. B r e s 1 a u. 1* Ik zou niet graag "durven beweren, dat Hermann Buchal iemand van Europcescho reputatie is. Want is ook heel toevallig, dat ik iets van hem gehoord heb; iemand speel de eens pianovariaties over een Balkan liedje en die waren niet slecht. Deze Buchal nu (1S84 geboren) is een Silezlör, bestudeer de de noodige dingen, die een muzikant nu eenmaal moet weten in Berlijn (Instituut voor kerkmuziek) en werd daarna lcoraar en directeur van het conservatorium in Breslau. De zender van de stad zijner inwo ning verzorgd thans (6.50 nam.) de vervluch tiging van zijn nieuwe oratorium „Maria, die Froudcnrciche" verwijt me ephtcr niets, als u constateert, dat zijn muziek een grog is van Mendelssohn met wat nieuwe kruiden smakkelijk gemaakt. Niettemin ik 'doe geen voorspellingen. M n c h o il Die Kurt Thomas is een actief heer; waar om ook niet, in deze tijden! Vandaag om 6.55 vinden wc hem over dit station een piano-sonate voor vier handen spelende en een a capcllo-koortje dirigecrcndc, dat do sprookjesachtige naam draagt van: „die sic- ben kerzen". Goed, de naam doet er niet toe Maar wie een koorwerk van Thomas (gel) 3904) hoort, zal kunnen opmerken, dat zelfs deze vertegenwoordiger van de nicuwero generatie zekere attavistische neigingen ver toont. Zo gaan allen terug op Mendelssohn, of op Niels W. Gade. als het niet anders kan. Dat is zoo op 't eerste gezicht niets erg, nietwaar. Maar in feite is dit wel zoo Attavi,sme is con macht, waartegen geniale mcnschen positie moeten innemen. Attavis- me is een teruggang in ontwikkeling het is niet synoniem met handhaven eencr tra ditie. Onwillens komen in een compositie soms klankcomplexen naar voren, die niet in dc structuur thuis hooron, die als com pensatie dienst doen. Compensatie voor de verplichtingen tot hot noodzakelijk deelne men aan de muzikale stroomingen van den nieuwen tijd. Het gaat sommige mcnschon o, zoo moeilijk af om met hun tijd niet slechts mcc te gaan alleen, doch om met hun tijd waarlijk intensief één tc zijn. Het geen toch dc eenigstc methode lijkt om cr het beste van te maken, wat or van tc ma ken is. Maar komaan, Kurt Thomas schreef goede „Singkanons" en oen zeer verdienste lijke fluitsonaté; waarom zou dit koortje ere tegenvallen? D a v o n t r y. In deze rubriek' signalecrcn wij na al cenigc weken achtereen de Daventry-Bach- cantates. Leipzig heeft onvoorzien zijn plan om iedere weck één van Bach's kerkcanta ~es uit te voeren moeten opgeven. Wie weet komen ze na het vacantie-rustje van den winter weer op de programma's. Dat wij iedere wreek de Daventry-üitzending met een paar woorden bespreek vindt zijn oor zaak in de groote waardeering, die wij heb ben voor do onderneming om Bach in waar beid meer tot het volk 1c laten spreken. Zijn muziek hoeft evenals alle goede werken een zending; zij is draagster van con ze delijk bewustzijn. Dit ervaren wij niet door het trouw aonhooren van tien of vijftig con certen. .Turen en jaren gaan voorbij voor we tot de diepe erkenning komen van het feit, dat muziek oen bepaalde sociologische en een zedelijke strekking heeft. Bach's kerkcanta tos spreken van deze overtuiging voortdurend; het gaat bij dc uitvoering ook steeds om dit groote één ding: dc zuiver heid cn de onbaatzuchtigheid van de mu- zie. Dc uitvoerenden zijn mijnentwege be genadigde musici, niet meer. niet minder dan dienaren van oen groote zaak. Jammer dat publiek, pers cn kwade vrienden hert samendringen tot een hoopje Baljazzo's... Of nu de Bachcantatc No. 180 „Schmucke dich, o liebe Scele" beter zal slagen door de medewerking van Jo Vincents glashelder orgaan is niet te voren tc zeggen. Zingen vooral is: bezielen, vormgevingMaar daar gaat het in onze. bespreking nu niet om. Dc aria, welke zij zal singen is do i'hythmisch eenigszins verstarde, doch bc (tende: „Lobenssonne". Ik had nog wat willen zeggen over de 4e qymphonie van Hcnncberg (kont u den an?), maar dut gaat nlot meer. Maandag. >.B e r lij n. Neen, dól bedoel ik niet. U moet dc Ne- deflandschc stations niet ncgceron'cn zon- dej* verder na te denken do buitenlanders ncjnen. Maar er is al zooveel gezegd over „der Messias" van Haendol, en dat do Duit- scho bowerking eigenlijk niet goed is on dat je eigonlijk moet zingen: „I know that my Redeemer livctli", in stedo van ,,Ich wcisz dass mein Erlösen lebt" daarom sprjng ik maar gauw dc grenzen over. Wat mevrouw Alio Schüffcr er bij moot doen, is me niet duidelijk. Want dc suite opus 22 van Alois Ilaba zal wel voor strijk kwartet zijn. Vermoedelijk deugt hot pro gramma niot. Maar dc naam Ilaba moet u eens onthouden. Hóba is een Tsclicch, een Bohemer (geb. 1894) cn een hoogst origineel figuur. Ilij heeft dc sterke behoefte om de „gaten", die er in ons muzieksystcem zijn tusschon de halve tonen (b.v. c—cis) aan tc vallen met kwart- cn tegenwoordig zelfs met zosde lonen. Haba baseert dezo vin ding op de muziek der oude Grieken cn het is ook een niet te miskennen feit, dat de klankverfijning in de toonhoogten hierdoor plotseling vertwee- en verdriedubbeld is. In onze vakbladen heeft Alois Haba zijn stelsel indertijd uitvoerig toegelicht; lvij compo neert ook in z.g. „viortcltonsystcm cn cr is zelfs een dubbele vleugel (met 2 zangbo doms cn 2 stel snaren boven elkaar) voor hem geconstrueerd. Het instrument hoeft. 2 klavieren; het bovenste is een kwarttoon hooger gestemd dan het onderste. Hóba heeft inmiddels niet steeds in vierde tonen gecomponeerd; eerst vanaf opus 7 is hij daartoe overgegaan. Zijn strijkkwartet, dat Ik indertijd gehoord heb, is meer intcrcs- «ant cn knap dan ontroerend. Donderdag. I I a rn bur g. Ernst Toc-h (geb. 18S7) i6 een uiterst be weeglijk componist. Hij is een rasmuzikant, die aanvankelijk oen prettig-aandoende stemmingsmuziek schreef, maar later zijn eigen uitdrukkingswijze meer afdoende ge vonden heeft. Vooral won zijn muziek aan snelheid van tempo en aan levendigheid der rhythmiek; doch gelijk mot deze vorderin gen begon zich een nivellceringsproccs te voltrekken. Hot is namelijk niot buitenge sloten, dat Toch een componist wordt met dezelfde goede kwaliteiten als oen 1ste klas kleermaker. Hij maukt muziek nnor do mode, goed van coupe, goed van kwaliteit, mot een zekere zwier en een tikje brutali teit.... maar levensopenbaring 6chcnkt zij niet. Als wc zeggen, dat er zóó tientallen componisten zijn, dan is dit niet onjuist; alleen maar een schrale troost voor Toch. Om 7.20 nam. komt hij een uurtje in uw huiskamer muziek maken. Misschien zult u dan zeggen, dat u jets op den mouw is ge speld; óf door Toch óf door mij. Ik hoop, dat het laat6te wóar mag zijn voor den componist. W eencn. t Is een wonder, die radio! En we acccp- teeren maar. Wccnen geeft, nieuwe muziek orn 8.00, namelijk werk van Ilindemith cn van Honcgger. Honcgger „dasz wird sie in teressieren"! Ook in verband met het voor gaande. Zijn symphonic van 1930! Hoe zou die zijn? Zes of tien vraagteekens. Woensdag. Hilversum. Het Vura-orkcst onder Huzo dc Groot heeft soms uitnemende vond sten. Ik geloof niet. dat de twee iliupso- dieën van Bartök voor viool en orkest rebels in Nederland geklonken hebben. Wat. Bar- tók ons in deze beide rhapsodieën zal bren gen is ook voor mij een verrassing. De componist is iemand met een geweldige ervaring als musicus; dus wc kunnen wel wat belangwekkendst van hem verwachten. De Marosszékcr Tünzc van zijn landgenoot Kodüly hoorcn we meer in de radio, maar toch niet zoo vaak, dat men een Ncdcrlnnd- sche uitvoering niet zou wenschen. Oslo. Zeker, ik weet het: Richard Strau-rs diri geert in Davcntry on zijn Simphonia do- rnestiva gaat en Parijs neemt officieel zijn nieuwe (radio) zender in gebruik, inaar tccb wijs ik op het concert van Madeleine Grey (7.20). Deze zangeres (uit Parijs) is nu iemand, die er alles voor over heeft ook reputatie, en dat. zegt wat orn dc wil van de muziek to laten zegevieren. Zij staat op 't standpunt van den waren kunstenaar: dc reproduccnt is middelaar tusschcn monsch- heid en kunstwerk. Dc kunstenaar is OC» dienen wezen, een priester. Dit, wat ik hier zeg, geldt voor Madeleine Grey van ccn tien jaar geleden. Of deze houding genoog kracht heeft gehad, dat het muziekleven haar niet kunnen doen buigen en krommen weet ik niet. Hilversum. Onze jonge musici komen nog wel eens goed voor den dag, als ze voor dc microfoon moeten spelen. Sophie Joósten begml Avro- recital (11.00) met de sonate in D groote terts (in het vervolg dc onderdcclen opge ven) cn speelt daarna Alborado del Gra- cioso van Ravcl. Dit „Alborado" is één der mooiste werken uit de bundel „Mioirs vün Ravel, dezelfde waarin ook „Oiseaux Iris- tes" staat. Alborado beteekent aubade de morgenhymuc van den Gracioso. van den hofnar, dezen altljcl vroolijkcn, koste- lijken maar goodhartigen spotter. Het pi anostuk is ongemeen moeilijk (gliss'incii, rhytmischo complicaties o.d.) maar ook on gemeen boeiend. '8 Avonds heeft de A.V.R.O. Hyra Hess met Mengelberg cn zijn orkest voor de mi crofoon. Het vierde pianoconcert van Beet hoven leent zich voortreffelijk voor do uit zending. Het is licht van kleur, doorschij nend geïnstrumenteerd. Vrijdag. Hilversum. Met zekere gevoelens van hurgerlrots ontmoette ik do beeltenis van den popu laire» ütrcchtschcn violist Arie Nootoboom, die behalve .„getapt", ook een uitstekend musicus is, voor zijn werk althans. Hij speelt weer voor dc Avro-microfoon cn schijnt voel succes tc hebben. Iluizc n. Ilot K.R.O.-orkest deelt zijn arbeid bijna regelmatig in tweeën. Het geeft deels popu laire muziek, deels serieuze muziek. Voor dit concert van 8.30—11.00 werd een goed programma samcngsteld uitsluitend Fran- scho muziek. Boromüustftr. Slechts een korte vermelding: Dr. Karl Nef geeft werk van Zwitserschc hedendaag- sche componisten. (7.20). Zaterdag. Het gewone amusement, waaronder als hijzonder o.m. dc zelden uitgevoerde .ope ra" (eigenlijk zangspel) van Hay dn: „der Apotheker" (Oslo 7.2ó). P. T. H ambu r g. Muzikaal Duitschland herdenkt nog steeds met weemoed den knappen en veelzijdigen componist Rudi. Stephan. Stephen werd in 1887 geboren en viel in den strijd tegen dc Russen in 1915 (bij Tarnopol). Deze jonge man droog in zich de vónk; hij had in zich de kracht om de Duitschc muziek los te maken van het literaire gedrang on gedoe rondom de toonkunst. Met andere woordon: hij poogde een reëclc, een absolute muziek te schrijven zonder programmatischen in slag. Dat was rondweg gozegd voor de hartstochtelijke Strausiancn (den Richard) de verfoeilijkste ketterij. Maar Rudi Ste phan liet op 32-jarigcn leeftijd het leven voor liet vaderland on vermaakte do menschhcid zijn zééd bescheiden oeuvre. Omstreeks 8.35 (want dc 7c symphonic van Schubert duurt. één uur) kan men zijn „Muziek voor orchest" hooren. Belangrijk zijn verder voor dezen dag liet Davcntry-Sibeliusprogramma (10.00), de Praagschc uitzending van nieuwe Tschechi- schc muziek (8.50) cn het Debussy-program- ma van Parijs (Eiffel) om 8.20. Maar met dit laat6tc hooft men zitten knoeien cn wordt u een arrangemenijc van „la cathé- drulc cnglouti" voorgezett on zoo meer. Dinsdag. II i 1 v c rs u m. Zcowat kwart voor twaalf of iets eerder zal ik lui6toron naar Frans Hasselaar's orgelconcert. Dc rest zal ik ongetwijfeld niet hoorcil, want het gaat rnij om de Fuge et Choral van Honcgger. Arthur Honcgger (geb. 1892) schroef deze „two pieces for the organ" hij Chester in London uitgege ven in 1915. Hij stond toen nog geheel on der den invloed van do muzikale pleiadcn van Parijs, do „Six". Deze zes componisten waren eendrachtig en geestdriftige vrinden voor elkaar cn recomponeerden met een overgave en een bezieling, die alleen hierom aandoenlijk moest. zijn. In die .jaren kon hun muziek hij wijze van spreken niot gewaagd genoeg klinken. Maar later is Honcgger wat van zijn overmoedigheid te ruggekomen; hoewel de eerlijkheid gebiedt ie zeggen, dat van de zes Iïonneggcr het min6t zich aan polytonalc avonturen tc goed hoeft gedaan. Het ecnigc stuk dat bepaald geforceerd klinkt is zijn rapsodie voor 2 fluiten, klarinet en piano. Overigens heeft hij zich met de rechtschapenheid van ons majeur en mineur geheel vertrouwd gehou den- Odeon. Wie iüks van grOole schoonheid wil hoo rcn, luistere eens een kwartiertje naar de vlalen O 6790 on O 6791. Hier 6pecit een en semble uit dc Staatskapcl to Berlin „Einc kJoino Nachtmusik" van Mozart. Een „ge woon" stuk zult u zeggen, maar zóó óf, zóó één van strook, zóó superieur van voor dracht, zóó doelbewust van phraseering cn dynamiek, dat u zeker blij zult zijn naar mijn raad geluisterd te hobbcn. Meer amusement en ook wat minder van kwaliteit is het spel van Arthur Guttmann cn zijn „Universum Sinfonikcr" die waarlijk nog wat van het universum, de waro muziek mochton loeren. Zij spelen voor de Lustspielouverture yan Kelcr Bela en (bloos maar niet) het treurig gcarran- geerdo Frühlihgsliod van Mendelssohn. Dit pianowork i« zoo onoordeelkundig en 6ma- keloos-ordinair voor tingeltangelorkest ge zet, dat we Odeon er niet mee mogen gc- lukwcnechcn. Jammer genoeg. Een andere plaat van groote beteckcnis is de Odeon O 4992, waarop Taubers inter pretatie van don Proloog tot de Bajazzo van Leoncavallo is vastgelegd, Dr. Wois- mann (dezelfde die zoo voortreffelijk Mo- zarts Serenade liet spelen) begeleidt Tau- bor met het orkest: mooi van klank-even- wicht. Taubor zelf is op het toppunt van een brillante. gloedvolle en bezielende voor dracht. Het slot alleen zinkt wat onder zijn gewoon niveau van hartstochtelijke» zang. P. T. „Red" Mc Kenzic and the Celestial Beings. In de bekende New Rhythm-style Series is een merkwaardige plaat uitgekomen, 'lie een oogcnblikje aandacht waard is. In dc N.R.S.S. is het no. 89, Parlophone brengt, de plaat onder R 1003, Odeon onder OR 1003. Aan den eon kant kant spelen „Red" Mc Kenzic and the Celestial Beings „I cant believe you're in love with mo", aan den anderen kant staat ..Little Girl", ge speeld door Vcnuti cn zijn Blue Four. Met deze aankondiging hadden wij misschien kunnen volstaan, ware hot niet, dat met deze plaol een min of moer nieuwe richting wordt ingeslagen. Parlophone zegt ervan in een begeleidend geschriftje, dat deze record niet alleen een wolkome nieuwigheid zal zijn voor hen, die verstrooiing zoeken in de meer vooruitstrevende sferen der rythmi- sche interpretatie, maar bovendien zooveel nieuwe >rigineele vondsten bevat, dat hier gesproken mag worden van een mijlpaal. Allereerst iets over de band. The Celestial Beings bestaan i.iet permanent; het is geen vaste band, doch samengesteld uit artisten, die „geleend' zijn van bestaande Amcri kaanschc orkesten, waarin zij solo-instru menton bospclon. Leider en zanger is Red Mc Kenzic, een bekend hot-zanger; alt-saxo foon cn klarinet Jimmy Dorscy; tenor saxo foon Colman Hawkins; trompet Muggsy Spanier, solist uil Ted Lewis' band; piano Jack Rusin; banjo Eddie Condon; guilaar Jack Bland; slrijk-bas Al Morgan cn drum mer Frank Billings. Zooals men ziet staan er in dit ensemble vijf rythme- tegenover drie melodie-instru menten. Het lijkt ccn gedurfd experiment, en als wij hieraan toevoegen, dat cr zelfs geen poging gedaan wordt om dc twee saxofoons cn de trompet samen tc doen klinken, maar dal in plaats daarvan, wanneer die drie ge- btuikl worden op hetzelfde oogenblik, zij altijd „tegen elkaar in" spelen, in tegenge stelde beweging, dan zal de lezer allicht lot do conclusie komen, dat het rythme hier hoofdzaak is, cn dc melodie maai- dunnetjes En toch is dnt niet zoo; men behoeft cr do plaat maar voor te hoorcn! Dc banjo en de guitaar, die het rythme oil dcrstcunen leveren namelijk geen o vórm a tig geluidsvolume, omdat zij op een specialo manier worden gebruikt. Zij verdubbelen elkaar nooit. Zij spelen als het ware samen in rangorde, cn worden eigenlijk één instru ment, de guilaar voor do lagere, do banjo voor dc lioogcre registers. Het succes van deze vondst is natuurlijk afhankelijk van de mate. waarin banjo en guitaar zich tezamen bewegen in het rythme. Zoor merkwaardig op deze plaat is ook eon solo voor tenor-saxofoon door Hawkins en de hol-solo in dc tweede helft van het laatste refrein. Waarschijnlijk zal men zich afvragen, welk inslrumont deze solo speelt Het is heolcmaa! geen instrumenthet js „blue-blowing" door .Mc Kenzic. Wat dit nieuwe werkwoord beteekent, kan deze re cord U lecrcn. (Wie helpt ons aan ccn Hol landse!) woord?) Het is een soort „hum- ming'\ melodie maken dus met gesloten lip pen, waarbij do slem gemoduleerd wordt door de handen schotelvormig om den mond tc plaatsen. Al met al een zeer interessante plaat, die men oonige malen moet hebben gehoord, om al haar eigenaardige schoonheden ten volle te waardeeren. Aan de keerzijde staat, zooals gezegd, de Quick Step „Little Girl", gespeeld door .Toe Venuti (mooie pianosolo!) Dezelfde band van Venuti speelt op Parlo phone R 982 (eveneens een plaat uit de New Rhythm Style) een oude bekend'.*. Dinah. Men zou haast zeggen, een hot-jazz para frase van een bekend jazz-nummer van een paar Jaar geleden! Maar do Revellers zullen hun geliefde Dinah niet meer terugkennen. Aan den anderen kant staat ook een aardig nummer: „Alexanders Ragtime Band", een fox gespeeld door de O.K. Rhvthrn Kings; prachtig streng van rythme en mooi van toonvorming. Nog twee platen uit deze 6eric vragen om bespreking: Parlophone R 1013 cn R 954. De eerste is van Armstrong: Little Joe, een fox, en „What's the use?, gespeeld door Frankic Trumbauer dc tweede brengt dc beide Rumbas, die <vij in onze vorige rubriek van Decca. bespraken: African Lament en Mama Inez. Beide dansen worden gespeeld door The Cuban Rumba Orchestra, in een tempo, dat de dames „zalig' zullen noemen. In ccn van onze vorige rubrieken hebben wij aangekondigd den foxtrott „The Peanut Vendor", die sindsdien zich al een zekere populariteit heeft verworven. Thans is hij naar Duitschland overgewaaid, waar hij den titel „Der Erdnuss-verkaufcr" heeft gek re gen. Dajos Bela speelt hem voor Odeon op O 11511. Bela kan veel, cn zijn band heeft (terecht) een groote vermaardheid ge kregen. Maar een nummer als dit moet hij aan Louis Armstrong of Spike Hughes over laten! Rr. In de Metro Goldwyn Mayer studio's zijn de opnamen begonnen voor de nieuwe film gebaseerd op het leven van Mata llari. In deze film zullen de hoofdrollen vervuld worden door Greta Garbo en Ra mon Novarrö. Greta Garbo's vorige film was „Susan f.enox", gebaseerd op het boek van Dnvid Graham Philips, terwijl Ilamon Novaaro's laatste film getiteld was „Son of India." Reeds lang bestond het plan om deze beide stars samen in ccn film te laten op treden en dc algemeenc opinie is, dat de film „Mata llari" het best geschikt is voor hun beider capaciteiten In deze film komt een scène voor, die gespeeld wordt in absolute duisternis cn waarbij de spelers slechts te raden zijn door het bewegen van twee brandende sigaretten. Do handeling kan men zich verder voorstellen door den tekst en do intonatie der slemmen. VERMOEIDHEID BIJ FIETSEN OF WANDELEN. Misschien is het nog niet algemeen ha kend, dat het eten van een paar klontjes suiker vaak zoo verkwikkend werkt, indien men oen «eind gefietst of gewandeld heeft. Het is daarom aan tc rad'en, wanneer men op marech gaat een klein trommeltje met klontjes suiker mede li nemen. EEN NIEUWE MODEDWAASHEID. Marjorie King, een filmster uil Holly wood, heeft een nieuwe mode bedacht. Zij liet op haar schoenzolen de beginletters van haar naam in rclieflctters uitsnijden, zoodat iedereen, zoodra dc filmster op zan- digen bodem liep, dadelijk het monogram M.K. kon zien. Op het 6trand van de Cali- fornische badplaatsen zag men spoedig daarop verschillende dames, die deze mo de hadden nagevolgd cn aldus letterlijk de voetsporen van de aangebeden filmster volgden.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 17