AMËPSFÖOIffSClH DAGBLAD MINISTER DE GEE AAN HET WOORD Woensdag 11 November 1931 -DE EEMIANDEET 30e Jaargang No. 116 DE SALARISKORTING De begrooting van P.T.T. UIT DE STAATSCOURANT DE REGEERING DE PERS Het Kostbare Meesterstukje TWEEDE KAMER Het offer van H.M. de Koningin bedraagt veel meer dan 10 pCt. van haar totaalinkomen Besloten wordt in avondvergadering te Behandelen na de postbegrooting de begroo ting van justitie. Bij de voortzetting van de ajgemeene be schouwingen der rijksbegrooting bespreekt minister R u y s eerst ecnigc speciale pun ten. Door middel van een circulaire heeft hij het gebruik door de gemeenten van Nederlandsche steenkolen bevorderd. De autonomie van de gemeenten wordt niet onnoodig aangetast. Van de onderdeden van den Staat moeten echter ook groote bezui nigingen geeischt worden. De werkverschaf fing wordt zooveel mogelijk bevorderd. Do regccring is bereid met behoud der 300 bijslag de kassen voor de landarbeiders in 6taat te stellen tot een reglementaire uit peering van 13 in plaats van 7 weken. liet ontwerp tot beperking van den invoer kan voor den landbouwer van groote bctee- kenis zijn. In verband met de depressie in het Noord-Hollandscli luindersbedrijf heeft de regeering besloten steun te verlecncn aan den aardappelteelt in Noord-Holland. Spr. bestrijdt het socialisme, dat zijn in ziens de zielsbehoeften van den mensch niet verstaat. Met den heer Marchant is spreker het eens, dat er is een tekort aan organisatie en een te veel van een naar eigen inzicht gebruikte vrijheid. Spr. be toogt verder, dat onze exportbedrijven mo gelijkheden van bestaan moeten behouden. Daarom ligt hier een taak voor de regee- ring om overleg te plegen met de bedrijven. Dc regeering verzet- zich daarbij tegen een loondaling, die sterker dan noodig is. De minister zette de noodzakelijkheid van inkrimping der uitgaven en van verbetering van de handelsbalans uiteen. Overwogen dient daarom of overtollige invoer in ge heel moet worden geweerd. Minister R u y s hoopt dat het gewetens vol verantwoordelijkheidsgevoel dat hij in de Kamer heeft ontmoet, zal doordringen in heel het volk en dat zoo noodig met ge latenheid zal worden gedragen een terug keer tot een lager levenspeil. Minister De Geer betoogt, dat de saldi van vóór 1920, die de heer Albarda als dek kingsmiddelen wilde bezigen, reeds lang hun bestemming hebben gevonden op den kapitaaldicnst. Het tweede dekkingsmiddel van den heer Albarda, 25 bezuiniging op defensie, wijst spreker ook af, evenals verhooging der inkomstenbelasting, die thans het draagkrachtbeginsel niet zou dienen. Ook 6preker is van meening, dat met de voorgestelde verhooging der benzinebelas ting de laatste stap gezet is. De minister bespreekt voorts de salariskorting en be- .toogt, dat. de indexcijfers op zichzelf geen rechtsgrond vormen voor korting. Het in dexcijfer vormt een aanknoopingspunt in verband met de noodzakelijke bezuiniging In verband met de uitspraak van den heer Kersten, dat hij hoopte dat. het Kon. huis voor zou gaan met bezuiniging, deelt spreker mede, dat de Koningin-Moeder en de Prinses 10 van haar inkomen laten staan en dat de Koningin vermindering v an pacht toestond, zoodat het inkomen uit het kroondomein zeer is gedaald. Het offer van II. M. bedraagt veel meer dan 10 van haar totaal-inkomen. Tenslotte zet dc minister uiteen, dat dc korting van de uit keeringen aan de gemeenten geen schen ding van beloften beteekent. De termijn van 5 jaren, in de wet op do financieelc ver houding genoemd, beteekent slechts, dat het bedrag niet voor onbepaaldon tijd zou gelden. Op een vraag van den heer Vliegen of gemeentelijke obligaties betrouwbaar zijn antwoordt de minister, dat dit een kwestie is van appreciatie. Do minister zegt, dat het de vraag is of onze generatie misschien een opbloei van de wereld zal beleven. Maar thans moeten vvü met vertrouwen mogelijkheden schep pen voor laxcrc nieuwe welvaart. Na repliek van den heer Braat wordt de vergadering geschorst tot 8 uur. De vergadering wordt te 8 uur heropend Aan dc orde is de bcgrooting van het P. T. T.-bedrijf. De heer v. d. Bilt (V.-B.) pleit voor ta. riefsverlaging en verklaart veel waardee ring to hebben voor de wijze, waarop het bedrijf van de P.T.T. is gerationaliseerd, doch spreker vreest toch dat men het doel voorbij is geschoten. De coulance ten op zich te van het publiek is er niet op voor uitgegaan. Voort6 wil spreker het telegraaf verkeer gestimuleerd zien. De heer Boon (V.-B.). het radiovraag- stuk besprekend, vraagt o.a. nadere inlich tingen omtrent het zendervraagstuk, do zendtijdverruiming, de uitzending naar In- die, do 5 overschot voor de kleine par tijen, de politiek in den aether en over een mogelijke beroepsinstantie. Spreker dringt aan op een proef met het Gleichwellen- systeem. De heer Schaepman (Bi-K.) pleit voor een vluggere verzending van dc dagbladen, vooral wat betreft de distributie over het platteland. Ook de tarieven acht hij veel te hoog. Speciaal wenscht 6preker de telefoon- en telegraafdienst meer ondergeschikt te maken aan het gebruik door dc pers, als zijnde een algemeen belang Dc heer Krijger (C.-If.) staal, wat de zcndtijdverdeeling betreft, aan de zijde van den minister. Wèl waarschuwt hij tegen willekeur ten opzichte der omroepvereeni- gingen en dringt aan op het scheppen van een beroepsinstantie. De heer T e u 1 i n g s (R.-K.) verdedigt de huidige wijze van zéndtijdverdecling cn hoopt op een komende trouwe, hechte sa menwerking tusschen de groote omroep vereenigingen. Bij het bepalen van de wijze waarop, het algemeen programma moet worden samengesteld, dient men rekening te houden met dc vraag, welke vereeniging dat programma uitzendt. Dit in verband met het geval der N.C.R.V Ook deze spreker wcnscht een beroepsinstantie. Dc heer Bakker (C.-II.) pleit voor di verse personeelsbelangen bij het P.T.T.-be drijf. In het bizonder wat dc bcvordcrings kansen betreft. De heer Van D ij k (A.-R.) wijst cr op. dat er geen duidelijke verhouding schijnt te bestaan tusschen de radioconlrölccommis- sie en dc algcmcene programma-commissie. Er is sprake van verwarring van bevoegd heid, gezien de afbreking va^ de uitzen ding der N.C.R.V. op den hervormingsdag, die volgens spreker onrechtmatig geschied de. Men heeft niet tijdig gewaarschuwd, voorts heeft men gebruik gemaakt van een sanctie, die niet voor dit geval gegeven was Spreker zegt het zeer te betreuren indien het algemeen programma tot een laffe kleurloosheid gedoemd zou zijn. Dc heer Van Braambeek (S.-D.) cn Mej. S u z e Groeneweg (S.-D.) pleiten voor diverse personeelsbelangen. Dc heer Guit (R. K.) dringt aan op de invoering van den acht-urcndag bij het P. T. T.-bedrijf, voorts op een tariefsver laging over de ganschc linie, als zijnde een dringende cisch des tijds. Dc heer D u ij s (S. D. A. P.) vraagt maat regelen tegen een der groote radio-omroep- vcreenigingen, die volgens spreker al sinds jaren doende is een behoorlijke uitzending te saboteeren. Voorts oefent spreker scherpe critiek uit op de gestic van dc radio-con- trólccommissies. De heer Slotemakcr de Bruine (C. H.) dc samenwerking tusschen de groo te omroepvereenigingen besprekende, zegt niet overtuigd te zijn van den onwil van de A.V.R.O, tot samenwerking. Spr. laat ruimte voor de mogelijkheid, dat de Minis ter de A.V.R.O. een zeker cachet heeft op gedrongen. De heer L. de Visser (C. P.) wil drin gend verbetering in de werktijden van het P. T. T.-personcel. Een tweetal moties wor den niet voldoende ondersteund en komen dus niet in behandeling. De heer Drop (S. D. A. P.) wenscht de C. A. O.'s ook voor het P. T. T.-bedrijf bin dend te zien verklaard. De heer van Dis (S. G. P.) noemt de onderbreking van de N. C. R. V.-uitzen ding een onrechtmatige daad. Minister Reijmer, aan het woord ko mende, brengt dank voor de weinige critiek. die op het bedrijf der P. T. T. is geoefend. Wat dc verlaging der porti betreft, zou het niet. verantwoord zijn thans tot verlaging over te gaan. Rationalisatie is doorgevoerd zonder de belangen van den dienst en van het publiek te schaden. De medewerking van het P. T. T.-bedrijf aan persbe- langen voldoet aan redelijke eischen; met de belangen van het personeel zal op de meest nauwgezette wijze rekening worden gehouden. Invoering van den 8-urigen werkdag zou neerkomen op een toename van gemiddeld 500 man personeel. Wat de radiokwestie aangaat, een ideaal is spreker als er vrede in den aether zou hcerschen, doch hij vreest, dat daarvan wel nimmer sprake zal kunnen zijn. De kwes tie van de politiek in den aether houdt nauw verband met de zcndtijdverdeeling der groote omroepvereenigingen. De basis van het zcndtijdbesluit is samenwerking. De A.V.R.O. maakt die onmogelijk. Dc minister zegt de A.V.R.O. eenvoudig niet anders te zien dan de andere omroepvereenigingen. Spreker zegt bij dc verdeeling bestaande feiten te hebben geregistreerd- Voor het Glcichwellensystccm voelt spreker niets. Preventieve controle kan nog niet worden gemist. De taak van de controlecommissies is zwaar en moeilijk. «Het is begrijpelijk, dat de beslissingen aan critiek bloot staan. Ook een beroepsinstantie zou daaraan niet ontkomen. Spr. zegt het instellen van een beroepsinstantie sterk te overwegen, doch eerst dc resultaten van dc commissie-Koo ien te willen afwachten. De kwestie van de afbreking der N. C. R. V.-uitzending besprekende, verklaart dc minister, dat hij in afwachting van een nader onderzoek, dc straf, de N. C. R. V. opgelegd, heeft opgeschort. Dc begrooting is daarop z. h. s. aange nomen, nadat do artikelsgewijzc behande ling enkele minuten heeft geduurd. De vergadering wordt te 1.30 uur ver daagd. DS. T. W. STUTTERHEIM. y Tc Nijmegen is Zondag overleden, 86 jaar oud, dc emeritus-predikant T. W. Stuttcr- heim. Hij heeft 46 jaar het predikambt ver vuld, de eerste 3 jaren bij de Luthcrsche ge meente te Middelburg, daarna 3 jaren bij de Luthcrsche gemeente te Stadskanaal. Daarna heeft hij gedurende 50 jaren de Ned. Herv. kerk gediend. Achtereenvolgens bij de gemeenten tc Oosterland (Zeeland), Aus- lerlitz (Utrecht) en 30 jaren te Ginneken. Up verzoek is kapitein A. L. Schlinge- mann eervol ontslagen als secretaris der lcgercommissic; benoemd tot kantonrechtcr-plaatsvcrvan- gcr in het kanton Oostburg M. Gonlag, in specteur der directe belasting enz. aldaar; benoemd bij de landmacht tot officier van gezondheid tweede klasse J. A. M. Kamberg, arts; benoemd bij dc landmacht tot reserve- paardenarts 2c klasse II. Kniggc, veearts. Benoemd tot ridder in dc orde van Oranje Nassau dr. C. C. van der Heide, geneesheer- directeur van het kinderziekenhuis te Arn hem. Aan den kapitein ter zee D. Scalongne is vergunning verleend tot het aannemen der Dannebrogsorde van Denemarken (com mandeur 2e klasse), hern geschonken door Z. M. den koning van Denemarken). Op zijn verzoek met 15 November eervol ontslagen met dank, mr. C. G. J. Varen kamp, als kantonrechter-plaatsvervanger in het kanton 's-Gravcnhagc Op zijn verzoek eervol ontslagen met dank jhr. mr. W. H. Nahuys als lid van het college van regenten over dc gevangenis tc Winschoten. Herbenoemd lot secretaris van den voog dijraad tc Tiel jhr. mr. E. J. J. van Lidth de Jeudc. Bij beschikking van den directeur-gene raal der P.T.T. is met ingang van 16 Ja nuari 1932 aangewezen als directeur van het telegraaf, en telefoonkantoor te Dor drecht, Y. Bakker, thans directeur van het telegraaf en telefoonkantoor te Leeuwar den. Geen uitbreiding der op- r uiï ngs artikelen Uit de Memorie van Antwoord op Hoofd stuk IV der Rijksbegrooting (Justitie) blijkt dat ook de minister meent, dat het wen- schelijk is, dat de pers zich een zekere matiging oplegt bij het publicccrcn van bij zonderheden betreffende moordaanslagen, zedendelicten enz. Ilij zou echter in dezen allereerst willen vertrouwen op krachten, in den kring der periodieken zelf in de goede richting werkzaam, daar een invloed oefenen op de pers van regeeringswege, indien niet strikt noodzakelijk, in beginsel moet worden vermeden. Overigens merkt de minister op, dat ten aanzien van "tt zedelijk evenwicht van de jeugd ook een taak is weggelegd voor ouders cn opvoeders. Dc dagbladen toch worden in de eerste plaats voor volwasse nen geschreven. Het ligt op den weg van ouders en opvoeders cr voor te waken, dat zij niet in handen van al te jeugdigen komen. liet bedoelde dagblad (Do Tribune, Red.) houdt de minister in het oog. Wat betreft de vraag, of de bestaande wettelijke bepa lingen tot het tegengaan van t publicccrcn van staatsgevaarlijke artikelen voldoende zijn inderdaad, aldus de minister, zullen strafwet cn strafvordering, uit haar aard van bindende algerneenc maatregelen, voor afdoende bestrijding van het strafwaardige wel steeds practische moeilijkheden opleve ren, terwijl op dit bepaalde terrein de uit sluiting door dc Grondwet van preventieve censuur aan radicale oplossingen in den weg staat, doch van de noodzakelijk heid van aanvullingen is dc minister nog niet overtuigd. Na nauwgezette overweging van de be staande opruiïngsartikclcn is de minister niet tot de conclusie gekomen, dat uitbrei ding voorshands door de feiten geboden is. Aan een strafbepaling tegen het schrif telijk of in anderen vorm openlijk tot oor log aanhitsen bestaat naar 't oordeel van den minister, gezien den in binnen- cn bui tenland bekenden vredelievenden aard onzer bevolking, geen behoefte. A7 BLIJVEN! Juist voor dc-hol van o>*s slatioi» Is ook nog een portiek Vooral bij regenachtig ntrf Een zegen voor 't publiek! Soms wordt aldaar een fiets geplaats. Door hem die binnen wacht Dat mag, want nergens is 't verbod Daartoe daar aangebracht! Edoch het mag toch blijkbaar niet Want menigmaal gebeurt 't Dat men een rijwiel daar gestald, Brutaal naar buiten sleurt! Wie 't doet dat is me ook bekend Maar 'k zeg het nu nog niet Toch is het zaak dat men een „car" Daar ongehinderd liet. Wanneer dc spoordireclic zegt Dat daar geen fiets mag staan, Men brenge een verbod aldaar Per bord heel duid lijk aan! Dan is 't wat anders! Nu is 't vrij Men blijvc van een fiets Al staat hij daar dan in den hoek Heel doodgewoon voor niets Het is niet noodig dat een „car" llier ruw verwijderd wordt Wie 't wel doet, schiet in burgerplicht Nadrukkelijk te kort! Blijf dus van deze fietsen af En plaag geen vrouw of man Die nadien haast het stalen ros, Schier niet meer vinden kan! 't Zijn onbevoegden die het doen Dat weet ik positief Wie and'rer fietsen graag versjouwt Hij worde fietsendief Dat 's lucratief en zoo een man Weet net hoe of «het gaat Hij accepteert ten minste nog Gevolgen van zTi daad Wie hier dc fietsen stil „verstopt" Doet kinderachtig klein Hij doet 't geniepig en moet dus, Beslist een lafaard zijn! GROEGROE. (Alle rechten voorbehouden). OPZEGGING DER C.A.O. IN HET MIJNBEDRIJF? Mededeeling in de contact-commissie. II c e r I e n, 10 Nov. Maandag kwam do contact-commissie voor het mijnbedrijf bij een. Nadat verschillende punten waren be sproken, wijdde aan het slot der vergade ring de voorzitter nog ecnigc beschouwin gen aan dc moeilijke positie, waarin de Nederlandsche mijnen verkeeren cn dio sinds de laatste bijeenkomst der contact commissie nog slechter is geworden tenge volge van de daling van het pond sterling. In deze omstandigheden maakt het bij do directies een punt van ernstige overweging uit, of zij de bestaande collectieve loon- en arbeidsovereenkomst kunnen bestendigen. Hoewel op bet oogenblik daaromtrent nog geen mederlcelingen kunnen worden gedaan, achten de directies het geenszins uitgesloten, dat zij eerlang met bepaalde voorstellen bij de contact-commissie zullen moeten komen. V.A.R.A, CONTRA DEN STAAT. 'sGravenhage, 10 Nov. Op de rol van de eerste kamer der Haagsche rechtbank kwam heden mede voor de zaak van de V. A. R. A. tegen den Staat, in welke zaak de V. A. R. A. zegt, dat een te Leiden gehouden radio-rede van den heer Zwertbroek on rechtmatig zou zijn afgebroken op grond waarvan zij schadevergoeding van den Staat vorderde. De rechtbank bepaalde dc pleidooien in deze zaak op 26 Januari 1932, des voormid dags om half 11. Om een tempel te kunnen bouwen, moe ten de arbeiders daaraan hoog kunnen klimmen. .Uit het. Engclsch door Mej. C. M. G. de W 28 Ik geloof niet, zei ze heel langzaam, terwijl zij de oogen vestigde op den man tegenover zich, dat cr ergens op dc wereld ccn stukje zou wezen, waar ik meer op ge steld zou wezen dan op dit. Ik ben een voudig dol op het ding. Willem wist geen raad. Dc oude man is cr ook zoo op gesteld. Je hebt het aan mij cadeau gegeven, lulic voelde tot haar grootcn spijt, dat ze een kleur kreeg. Deze verzekering werd niet tegengespro ken. Je moet niet denken, dat ik inhalig en hard ben als ik je aan de afspraak houd. Noen. juffrouw Julie. Als u cr op staat, 'dan zult u natuurlijk het stukje krijgen. En mag ik er mee doen wat ik wil? Ja, natuurlijk. Julië bleef dc koo bij dc horens vasthou den. Heel goed, zei ze. Na het avondeten zal ik je vragen het mij ter hand tc stellen, 'dan zal* ik het op oen veilige plaats bewa ren. .Willem loosde een 'diepen zucht. Het scheelde niet veel of hij schreide. Julie ver- wenschtc zich zelf om dc rol, die zij speel de. Haar ecnlge troost was, dat zij han delde zoowel in zijn belang als in liet hare. Tegen achten kwam Oom Si thuis. In het beste humeur van de wereld ging hij aan tafel zitten om tc soupeeren. Wat zelden gebeurde, hij was zeer conversabel. ITct was duidelijk, dat hij nog zeer vervuld was van het schilderstukje. Zonder ccn oogenblik toe tc geven dat Willems vermoe den waarheid bevatte en dat het stukje ccn echte Van Roon was, had hij er nog eens over gepraat met zijn vriend Thornton, met wicn bij in den trein gezeten had; cn hij had met hein afgesproken, dat deze zijn vriend, den lieer Duponnel, den beroemden Parijschc deskundige. Donderdagmiddag zcu meebrengen. Mijnheer Duponnct, die meer wist van Van Roon dan een andere levende ziel en die cr dc laatste tien jaar verscheidene in handen had gehad, zou in staat zijn positief tc verklaren of Willem ongelijk cn S. Godgc gelijk had of. met ccn eerbiedig gebaar, waarvoor Julie hem wel aan zij;; langen nc.is had willen trekken „of andersom". Nu was het oogenblik gekomen waarop Julie dc stem moest verheffen. Heel bedaard zei ze, dat Willem haar het stukje had cadeau gegeven. De oude man staarde baar letterlijk aan. Het was echter duidelijk, dat de man nog zoozeer vervuld was van mijnheer Dupon nct en de lioogere mogelijkheden, dat hij eerst niet in staat was dc koene bewering van Julie te begrijpen. Om den toestand nog eens duidelijk tc maken, herhaalde Julie heel kalm dc woor den van zooeveiL Aan jou cadeau gegeven! zcide oude man, wicn nu eindelijk een licht begon op te gaan. Hoe meen je dat? Aan jou gegeven? Kalm, vol geduld, trachtte Julie do zaak duidelijk lc maken. Eu in tusschen waren haar oogen wantrouwend cp het gezicht van Oom Si gevestigd. Ilij voor zich geloof de dat hij liet geval gemakkelijker opnam dan zij verwacht Jiad Aan jou cadeau ge geven, herhaalde hij steeds bij zich zelf. Maar cr volgde geen uitbarsting. Ilij word wat groen in liet gezicht, anders niet. Eindelijk richtte Lij het woord tot Willem. Jongen, wat beteekent dat? Is dat meisje dol? De zachtzinnigheid van zijn toon was verwonderlijk. Willem gaf een verklaring zoo goed dat mogelijk was. Mot kwam er ongelukkig zonder overtuiging uit cn op dat oogenblik was Julie verre van trotsch op licm. Maar zo was evenmin Irotsch op zich zelf. De rol, die zij speelde, was niet schitterend, men kan er van zeggen wat men wil. En Wil- lem's verlegenheid was akelig om aan te zien. Ilij stotterde cn werd rood cn zenuw achtig cn de slem van dien goeden, vrien delij ken mijnheer werd al meer en meer verwijtend. IToc kon je zoo iels doen? zei hij. Je wist toch even goed als ik, mijn jongen, dat ik je precies geven zou wat het ding waard is precies evenveel. En daar zat hij te 6oupeeren als een toonbeeld van welwil lendheid en geestdrift. Oude siang, zeiden de Vurige oogen, die Julie op hom vestigde. Een oogenblik was bot. of do oude ellen deling ging schreien. Maar neen, hij verge noegde zich met een zacht snuiven, anders niet. HOOFDSTUK XXIII. Toen het lijd was naar bed te gaan cn Julie naar haar zolderkamertje ging, was ze tot het besluit gekomen dat ze geen halvo maatregelen moest nemen. Zij was meer dan ooit bang voor Oom Si. Er was iets in dat gesnuif aan den avonddisch, in dat jammerend gezicht over gekwetste ge voeligheid, in die neergeslagen oogen, iets dat haar veel ongeruster maakte dan een uitbarsting van woedo gedaan zou hebben. Vuor zoo iets huichelachtigs moest ze op passen. Er was licht in het atelier. Ze zag een lichte 6trcep onder de deur. Julie klopte. Zo hoorde duidelijk „binnen" roepen. Wil lem was met toewijding bezig aan liet stukje; die laatsto pogingen bewezen dui delijk dat het een meesterstuk was. Er was geen twijfel meer aan. ITeb je het eindelijk schoon gekregen? zei Julie. Zo trachtte dit op een luchthar- tigen toon te zeggen, maar het gelukte niet Ontroering cn inspanning kon ze niet ge makkelijk verbergen cn actcercn neen, dot kon ze niet zoo go«»cI als Oom Si. Ja, zei Willem, met een trilling van verrukking in zijn stem. En kijk, wat is het prachtig! Julio stemde dit toe. Ja, prachtig! En ze haatte zicli zelve, omdat ze zoo beefde. En nu moesten wij liet op een veilige plaats opbergen. Hij wierp haar een vluchtigcn blik toe. Maar juffrouw Julie, staat het hier dan Diet veilig? Ik zou denken van niet, brandde op de punt van haar tong. Maar Oom Si'6 mees terlijk gesnuif herinnerde haar voorzichtig tc zijn. Ach! zei ze, ilc 'denk dat ik beter zal; kunnen slapen als ik cr zelf zorg voor draag. En dit klonk zeer afdoend. Met een diepen zucht, die Julie een cN 'endig govocl gaf, overhandigde Willem haar het schilderstukje. Als u eens wist, als u maar half be sefte hoe gelukkig dat mooie stukje den goeden ouden man zou maken. Julie had een ellendig gevoel, toen ze hals over kop naar liaar kamer vloog. Zij tastte naar haar kaars, stak die aan en be gon haar schat dadelijk in haar koffer te pakken. Zij duwdo zooveel van haar klee- ren, als ze maar kon, in den koffer; deed hem zorgvuldig op slot en stak den 6leutcl in haar beurs. Toen kleedde zij zich uit, deed haar gebed, blies de kaars uit en kroop in bed met een gevoel van walging, getemperd door grimmige voldaanheid over zich zelf. HOOFDSTUK XXIV. Den volgenden morgen aan het ontbijt verwachtte Julie met spanning wat er nu weer gebeuren zou. Tot haar verbazing ging echter alles zijn gewonen gang, be halve dat Oom Si misschien een beetje vriendelijker was dan gewoonlijk. sprak Jn het geheel niet over de Van Roon, maar in zijn manier van doen, hoe hij zijn ge bakken ham en zijn koffie naar zijn mond bracht, in alles nam hij het air van een goed mensch. diep gekrenkt in zijn gevoel. Niets van dit alles ontging zijn nichtje >on wat van meer belang was. het ontging Willem ook niet. Maar de uitwerking was zeer verschillend op dio twee personen. Terwijl Julie niets vuriger verlangde dan d't oude monster een slag op zijn langen neus te geven, scheen Willem moeite ld hebben zijn tranen in te houden. Wordt yeryolgd, j

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 5