AMEOSFÓOKT5CH DAGBLAD Donderdag 11 Februari 1932 -DE EEMLANDER" 30e Jaargang No. 192 TWEEDE BLAD DE VERDUISTERINGEN TE ALKMAAR TIJDELIJKE KORTING OP JAARWEDDEN Veel critiek op het ontwerp RESTRICTIE-CIJFERS VOOR JAVA-SUIKER HET TEMPO DER ZUIDER ZEEWERKEN EEN LEVEN OM EEN LEVEN Het O. M. eischf drie jaar gevangenisstraf In de oerjóddgmorgen heropende zit- ung der Alkmaarsche rechtbank was bet woord a<an het 031, Dc ofl'icier zeide, blijkens hel Hand els- blad, in zijn requisitoir, dat het voor hem pijnlijk is te moeten optreden tegen iemand, die hier als pleiter steeds ridder lijk en met open vizier heeft eestreden. Ili} moet evenwel zijn persoonlijke gevoelens ter zijde stellen en voor de wet optreden. Naar. aanleiding van geruchten stelde spre ker een onderzoek in. Verdachte werd in \oorloopige hechtenis gesteld, maar we gens zijn slechten gezondheidstoestand daaruit ontslagen, toen hij zijn woord gaf niet te zullen ontvluchten. Uitvoerig ging spreker de stichting en den bestuursvorm van het „Huis van Zessen" na. Verdachte beeft de effecten van Amsterdam naar Alk maar gebracht, maar het bestuur had kun hen weten, dat bij de Nederlandscbe Bank geen open be waarneming bestaal. Verdachte bad dan ook een geheel ander doel. Hij bad alleen beheerrecht, maar niet bet recht de effecten te verkoopen. Het be trof bier wel degelijk een instelling van weldadigheid. Spr. aclitte verduistering vol gens artikel 323 wettig en overtuigend be wezen. Ten aanzien der effecten beeft ver dachte een bekentenis gedaan, al ontkent hij den onzet. Verdachte beeft familieleden gesteund met bedragen, die hij onmogelijk uit zijn privé-kas kon betalen. Spr. noemt bet wettig en overtuigend be wijs geleverd en neemt als verduisterd be drag een som aan van 10.150. Dat bet delict gepleegd werd door iemand als ver dachte, maakt de zaak des te ernstiger. Hier is een doorloopende verduistering, wat ge heel iets anders is dan dat men zich eens vergrijpt om uit moeilijkheden te komen. Spr. eischic tegen verdachte een gevange nisstraf van drie jaren. Verdachte heeft steeds hoop gehad, dat dc zaak in verband met zijn gezondheidstoestand niet zal wor den voortgezet. Hij trachtte zelfs bij den minister op medische gronden de zaak stop te zetten en heeft ten slotte tevergeefs verzet tegen de dagvaarding gevoerd. Na de reeds daar door in hoogere instanties gevallen uit spraken zal dit optimisme wel voor een groot deel verdwenen zijn. Gezien de rela- lies van verdachte met het buitenland vor dert spr. verdachte's onmiddellijke gevan genneming. Verdachte antwoordde hierop, dat hij nooit laf is geweest en als straf moet vol gen, zal hij zich daaraan niet onttrekken. Hij is thans straatarm. De goedheid van rhenscheh, die hij vroeger heeft geholpen, is niet evenredig aan hetgeen hij deed. Waarom wil men hem nu broodeloos ma ken, nu hij voor het eerst, na twee jaar weer een betrekking heeft gekregen. Hij verze kerde de rechtbank nadrukkelijk, dat hij zich niet door de vlucht aan zijn straf zal onttrekken en hoopte, dat de officier dit zal willen aanvaarden. Hei woord was hierna aan den verde diger mr. Langeveld, die de persoonlijkheid van mr. K. teekende en in het licht stelde wat bij voor Alkmaar was, zijn blazoen als advocaat is ongerept gebleven. Voorts schetste hij verdachte's huiselijke omstandigheden, daarbij wijzende op do heldhaftigheid van verdachte's vrouw, die te eenvoudig was opgevoed om zijn glorie tijd te genieten, doch die als een heldin in zijn zwaren tijd terzijde bleef staan. Reeds is hij gestraft door de regelen der advocaten en uitgesloten uit zijn katholiek millieu. Velen zien dit toch met leedver maak doch er zijn er ook, die van oordeel zijn, dat een man als mr. K. reeds genoeg gestraft is. Do eisch oordeelde pleiter zoo boog als bij nooit heeft kunnen verwachten en daar om zal hij reeds thans medcdcelen, dat van de zijde van de verdachte alles gedaan zal worden om de zaak juridisch anders belicht te krijgen dan de officier deed, wan neer de rechtbank bet door hem gewilde vonnis zal vellen. Het gaat niet aan alleen verdachte de dupe van de ellende te laten worden. Plei ter wees op de gebrekkige administratie voor verdachte gevoerd en betoogde met nadruk, dat de zusters nooit serieus ver antwoording hebben gevraagd. Voorts wees hij op bet verschil van 21000 op oen be drag van 100.000 waartoe twee deskun digen zijn gekomen. Er is slechts een huis- en keukenboek houding gevoerd. Kascontrole heeft er niet plaats gehad. De volle verantwoordelijkheid op ver dachte schuiven gaat niet. De fout zit in de Alkmaarsche boekhouding of te Amersfoort en strafrechterlijk kan men dit verdachte niet aanwrijven. Pleiter constateerde onder tal van details dat in beide zaken vrijspraak zal moeten volgen. 1-Iad verdachte morcele stevige lei ding van een ander gehad, dan zou het anders zijn gegaan. Het was hem echter te veel. voor den wind gegaan. Dank bracht hij den officier voor hel le veren van zijn betoog, waaruit medeleven sprak. Teleurstellend was evenwel zijn hard slot. Zich stellende op het standpunt, dat de rechtbank zich met den officier zou ver-, eenigen, wees hij er op, dat verdachte op den rand vau een wettelijk verjaringsrecht is geweest. Een jury zou zeker de zaak be zien van alle omstandigheden, en verdach te vrij spreken. Pleiter wees er op, dat verdachte in het proces volkomen zakelijk i& gebleven en deed een beroep op de rechtbank oro een oud-jurist niet zwaarder te straffen. Hij bleef op vrijspraak aandringen. De president verleende hierna liet woord aan verdachte, die zich aansloot bij hel pleidooi van mr. Langeveld en verklaarde het liefst niets te zeggen. Beleefd wilde hij de aandacht van de rechtbank er echter op vestigen, dat het niet zoo is als do officier zegt „dat hier van boos opzet sprake is". Het gckl is niet weggegaan aan mijn gezin of aan mijn vrouw, maar ten bate van menschen, tegenover wie ik zwak ben geweest, omdat ik moeilijk kon zien, dat ik het beter had dan mijn familie. Ik was de eenige, die-zich in de familie had opge werkt. De officier, die mij beter kent dan anderen, heeft van mij niets anders gezegd dan slecht. Hij weet van mijn leven veel goeds te vertellen. Dat hij dit heeft nagela ten, is iets wat ik betreur en ik boop, dat de rechtbank met mijn omstandigheden re kening zal houden. Nogmaals verzeker ik v»p mijn eerewoord, en ik hoop, dat men nog aan het eerewoord van een verdachte waar de hecht, dat men geen -vrees behoeft te koesteren, dat ik zal vluchten. Liever ga ik de gevangenis in, dan mijn vromv, die mij altijd trouw is gebleven en mijn zoontje in den steek te laten. De president verklaarde hierop het on derzoek gesloten en de uitspraak op 23 Fe bruari des morgens orn 10 uur. EERSTE KAMER CONSULAIRE DIENST. Bij K B. is Ie Cahi (Corsica) een vice- consulaat der Nederlanden opgericht en is dr. H. C. van der Ileyde benoemd tot vice- consul der Nederlanden aldaar, buiten be zwaar van 's I.ands schatkist. Het ressort van het vice-eonsulaat omvat Caléria, Cahi en l Hc-Housse. Van de leden van den Raad van State, Rekenkamer enz. Aan de orde was iri de vergadering van heden het wetsontwerp tot vaststelling van een tijdelijke korting op de jaarwedden van de leden van den Raad van State, de al- gemeene rekenkamer, de rechterlijke macht en de militair rechterlijke macht. De voorzitter geeft in overweging een debat over het salarisvraugstuk uit te stel len tot bij de algemeene beschouwingen over eenige weken, omdat dau hel vraag stuk weder ter sprake komt. De heer Ossen dorp (S. U.) meent dat dit vraagstuk hier aan dc orde is cn op pert bezwaren togen de salariskorting. Den toestand der rijksfinanciën acht hij niet zoodanig dat een korting is gerechtvaar digd. De ambtenaren en onderwijzers zijn steeds slecht betaald en wanneer het geld rijkelijk vloeit is het Rijk or niet zoo vlug bij in de tekorten der ambtenaren le voor zien. Spreker zet uiteen, dat de ambtenaren geen middelen hebben om zich te verzetten, in tegenstelling met de arbeiders in het vrije bedrijf. Daarom had de regeering in dezen zeer voorzichtig moeten zijn. De heer van Embdeu (V. D.) zegt, dat zijn fractie speciaal bezwaar heelt tegen do korting op de salarissen der rechterlijke macht, die reeds onvoldoende gesalarieerd wordt. Zij zal dus tegen het ontwerp slem- moD. De heer Nivard (R. K.) verklaarde zich tegen het ontwerp, ten eerste omdat de ambtenaren recht hebben op stabilisatie in hun salarissen; ten tweede omdat spreker een korting niet billijk acht, ten derde om dat liij deze korting ziet als een schakel in de keten van salarisverlagingen door de ïegeering ingeluid. De lieer de Savornin Lobman (C.H.) motiveert de stem zijner fractie voor het ontwerp. De lieer Janssen (It.-K.) ziet de salaris korting als onderdeel van een complex, noo- dig om door de crisis heen te komen. Ilij vraagt den minister hoe wij er thans fi nancieel voorstaan en hoe groot het tekort nog is. De heerM o 11 m a k er (S. D.) bespreekt de cumulatie van pensioenen, de non-a cti- viteitstractementen en de opeenstapeling van rijksfuncties. I-Iij betoogt dat hier te lande in dit opzicht tallooze misbruiken be staan en heeft speciaal liet oog op Tweede Kamerleden, wier functie hij onvereenig- baar acht met andere functies, die een ge- heele taak vragen. Thans is weder iemand benoemd tot lid van den Raad van State, die een aantal pensioenen zal genieten. Spr. noemt dit gepatenteerde corruptie. Minister De Geer betoogt, dat de laatste maanden zeker wel gerechtvaardigd hebben de regeeringshandeling van September. Cij fers kan spreker nu niet noemen, maar wèl staat vast, dat de toestand thans ernstiger is dan in September. In de Tweede Kamer heeft spreker reeds uiteengezet, waarom de rechterlijke macht in de salariskorting moest worden betrokken. Spreker merkt op, dat pensioen vaak een verzekering be- teekent tegen politiek risico, een maatre gel dienaangaande zal hoegenaamd niets beteckenen uit. bezuinigingsoogpunt. Het ontwerp wordt hierna aangenomen met 22 stemmen voor; tegen 16. Tegen stemden de sociaal-democraten, de vrijzinnig-democraten cn de R.-K. De Bruin, Visser, Serrarens en Nivard. Aan de orde is liet ontwerp „Steun uit 's Rijkskas in do financiering der kasbo- hoeften van do Gemeenten. De heer de Veer juicht het ontwerp toe cn acht het te juister tijd ingediend. Hij stelt de vraag of het Rijk er n.et toe zal moeten overgaan, definitieve leeningen aan de gemeenten te verstrekken De heer Dobbelmann vraagt 500.000 gulden kasgeld voor Nijmegen. De heer Slingenborg betoogt dat het in de wet opnemen van de voorwaarden ongerustheid heeft guAekt, Mij zou bet betreuren, als de ïegeering zic?j zou be moeien met de goraccntelijko bui9boudin gen. De heer Wibaut meent, dat cr geen enkele aanleiding is tot ongcrustheki. Minister de Geer betoogt, dat de wet slechts zal werken totdat de gemeenten we der voldoende kunnen leenen op de open rrmrkl. De inhoud der voorwaarden zal niet zoodanig zijn, dat wordt ingegrepen in de huishouding der gemeenten. De be doeling is, na te gaan, waarvoor de ge meenten het geld noodig hebben. Aan het verzoek van den heer Dobbelmann zal waarschijnlijk kunnen worden voldaan. Het ontwerp wordt aangenomen z.h.st., evenals het ontwerp dat grootero bevoegd heid geeft aan vroedvrouwen. De vergadering wordt gesloten. De oogst J933 beperkt tot bij nu anderhalf niillioen ton 's Graveri li age, 10 Febr. Wij vernemen van welingelichte zijde, dat thans dc res- trictie-cijfers van de Java-suikerindustrio voor oogst 1933 vaststaan en door het be stuur van de Visaco reeds aan de Interna tional Sugar council zijn medegedeeld. De beperking is gebaseerd op het. nor maal-product, d.w.z. de gemiddelde pro ductie per II. A. in de jaren 192$, 1929 en 1930 vermenigvuldigd met de grootste op pervlakte, in een dier jaren door de betrok ken fabriek beplant. Deze normaalproductie is op het oogenblik 2.9S1.047 ton. Naar wij vernemen staat thans vast, dat de oogst 1933 beperkt zal worden tot 1.496.351 ton. Een aantal fabrikanten, waaronder alle leden van de Visaco, die 75 van de Javaproductie omvat, hebben zich door af spraken tot een dergelijke beperking ver bonden. Een aantal fabrieken overwegen echter nog een grootero restrictie, e.q. go- heele sluiting, waardoor het niet uitgeslo ten is, dat dc productie ingekrompen zal worden tot 1.4 millioen ton. Dit zal echtet spoedig bekend worden. Van de niet-leden der Visaco zijn er eenige, die zich door geen afspraken wen- schen te binden, doch zij hebben wel hun voornemens aan het bestuur medegedeeld. Aangezien de planttijd eebter nadert, is het- zeer onwaarschijnlijk dat in die plan nen,nog verandering komt, zoodat de boven genoemde cijfers er wel niet door aangetast zullen worden. Voorts vernamen wij nog, dat omtrent de cijl'er» van Cuba nog niets vaststaat. Wel is een voórloopig cijfer genoemd, maar daar over zijn nog onderhandelingen gaande. Wat Cuba betreft is deze zaak eerst defini tief, wanneer de president zijn decreet uit gevaardigd heeft TWEEDE KAMER De waarde van een groot waterreser* voir in het centrum des lands in een verre toekomst Staatseiploitatie der gronden? DE REGEERING EN DE KON. HOLL. LLOYD. De heer Schouten heeft aan den Minis ter van Arbeid, Handel en Nijverheid ge vraagd of de minister thans aan de Kamer kon mededeelen, welke beslissing hij geno men heeft inzake de overeenkomst met de N.V. Koninklijke Hollandsche Lloyd, naar aanleiding van het besluit der Ka mer van 27 November 1931. Aan mr. Weiy wordt op zijn verzoek eer vol ontslag verleend als commies-griffier (wegens zijn benoeming tot rechter), mei ingang van een nader te bepalen dag. Zijn opvolger wordt benoemd Vrijdag 19 Febr. Voortgegaan wordt met de behandeling van do begrooting van bet Zuiderzeefonds 1932. De heer C o 1 ij n had overleg van de re geering met de Kamer over de uitgiften der gronden op prijs gesteld. Spreker be toogt, dat de grondslagen van het rapport- Lovink 1924 nog geldig zijn: versterking van onzen landbouw, thans niet het minst voor het verbouwen van bruodgraan, om zooveel mogelijk onafhankelijk te zijn vau bet buitenland. Spreker bepleit hot stre- ven tot vermeerdering van nationale pro- I ductio der goederen, die bier le lando nu uioeten worden ingevoerd. Spr. wijst op het belang der inpoldering voor dc toeneming onzer bevolking. De on zekere toekomst van den landbouw is juist een argument voor verdere inpoldering. Spr. overweegt, daar het volgend jaar een verkiezingsjaar is, thans oen princi- pieele uitspraak van de Kamer te vragen. De beer B i e r e ra a (Lib.) wijst op de waarde van een grootzoetwaterreservoir in bet centrum des lands in de verre toekomst Spr. is voor afwerking van den afsluit dijk. Voor verdere inpolderingen zijn be dragen voor afschrijving op do begroótin- gen noodzakelijk, zeker van twintig mil lioen, indien toch met verdere inpolderin gen zal worden voortgegaan. Spr. bestrijdt den heer van der Waerden ten aanzien van de Staatsexploitatie bij do inpoldering. Liet is goed dat de Regeering verdere werken thans tijdelijk wil stopzetten. De heer Wcitkamp (C.H.) acht Staats exploitatie der Zuiderzeegrondcn in de eer ste jaren een vraagstuk uitsluitend van doelmatigheid, niet van beginsel. Velen be- oordeclen den toestand van den landbouw, i og te optimistisch. Do beer E b e 1 s OLD.) wcnscht een spe cificatie van de o\erscbrijding der ramin gen. Als de internationale landbouwcrisis voorbij zal zijn, is het goed, een reserve aan cultuurgrond te hebben. De heer Lovink (C.H.) verkluart zicli vóór stopzetting der werken. Spr. gaat met den minister mede. De heer Rutgers van Rozenburg (C.H.) sluit zich aan bij den vorigen spre ker. De heer W ij n k o o p (Comm.) wil de ver* dere inpoldering in elk geval doen door gaan. De heer Kupers (S.D.) bepleit eveneens voortzetting der werken, en wel op ver schillende gronden, o.m. als object van werkverruiming. De heer Zandt (Staat. Ger.) acht voort zetting der werken iri dezen kommervolleii tijd niet verantwoord. Donderdag is minister Rcymer aan het woord. DR. SCHOKKING. "Voor de vacature in de Tweede Kamer, die ontstaan zal, als de heer Schokking het lidmaatschap van den Raad van State aan neemt, komt in de eerste plaats in aanmer king het oud-Kamerlid Ds. J. Langman, to Wassenaar. Wees ijskoud of brandend heet maar nooit lauw MULTATULI- Naar bet Engolsch van Morico Gerard door Emma A. I-L Robert trad liet vertrek door, kuste zijn moeder, eerst op de eene, toen op de andere wang cn tenslotte op haar blank voorhoofd. Ik ben zoo blij, dat ik je terug zie. Hij antwoordde niet zoo gauw; zij keek op in zijn gelaat en las daar eenige ver storing, of liever de weerspiegeling van iets, dat hem onaangenaam had aangedaan Wat heeft jo ergenis gewekt? vroeg zij, met eenige bezorgheid in den toon van haar stem. IT1j glimlachte haar toe en als hij lachte, had zijn gelaat een uitdrukking van zacht beid, waarvoor al het stroevo en strenge week. Wat begTijpt u mij toch gauw, moeder! Ik geloof, dat u mij beter kent, dan ik roijzelven. Misschien lieb ik je meer bestudeerd antwoordde zij- Maar vertel mij eens, wat het is. Ik zou graag den strijd hebben aan gebonden, maar ik heb er van afgezien. Daar ben ik blij om; er hoort dik wijls juist de grootste moed toe, om zich te bedwingen. Ik stelde de mijne dan wel op de proef, antwoordde Robert, terwijl hij aaD liet venster trad, en over de rivier uitkeek. Hij zag de praam om den hoek verdwijnen, daar de bedienden ze in de richting van hot .schuitenhuis voerden, dat stond daar, waar do oever zacht hellende afliep naar den rand van het water. Lady Darcy merkte met de voldoening van een moeder en ook niet voor de eerste maal, hoe schoon de krachtige lijnen van zijn gestalte uitkwa- men tegen zijn zorgvuldige kleeding, het snit van zijn fluweelen jas; rnaar weinigen konden zich met hem meten in kracht en bevalligheid. Toch was er één cn aan dien dacht Ro bert juist op dat oogenblik. Hij wendde zich om en zei: Zijn genade, de hertog van Bucking ham, heeft mij met slijk bespat, vandaag juist even na twaalven. Hij reed langs mij heen met zijn vrienden; zijn majesteit in liet midden, toen ik uit het koffiehuis van Lambert kwam op the strand. Het kan immers een ongeluk zijn ge weest, opperde, zijn moeder. Nen, hij deed het opzettelijk. Ilij reed mij lachende voorbij, maar, daar hij zoo gauw ging, was hij al weg, eer ik hen» volgen kon. Ik was te voet; mijn paard stond in den stal. Was dit niet het. geval geweest, dan zou onze reis tot morgen zijn uitgesteld, want dan had ik hem zeker voldoening gevraagd. Robert keek heel streng, terwijl hij die woorden sprak. Een huivering voer over het gelaat van Lady Darcy, terwijl ze zei: Ik ben blij. dat we gaan. Ik zou niet graag hebben, dat je met hem overhoop ag, hij kan met den Koning doen, wat hij wil. Ik ben niet bevreesd, antwoordde Robert. Hij is er ongedeerd afgekomen, voor dit maal tenminste, voegde hij er binnens monds bij. Lady Darcy haastte zich, van onderwerp te veranderen. Wat zit cr in dat pakje? vroeg zij. Een boek? Ja, een bundel gedichten van Master Dryden; zoo juist veerschenen. Hij liet het zijn moeder zien, terwijl hij het papier er af deed. Het. was gebonden in wit perkament, met. gouden letters op den rug en op den omslag. Lady Darcy liet een kreet van bewonde ring hooren; toen glimlachte zij: Ik kan wel raden, voor wie het is. Ja, Moeder. Het is een verjaans-present. Een bruidsgeschenk kon hi-t even goed zijn in z'n ongerepte witheid. Robert kreeg een kleur onder de gezonde olijftint van zijn huid 't Kon zijn, antwoordde hij. Ik vertrouw, dat het wel zoo id, ant woordde zij. meer zijn gedachten, dan zijn woorden volgend. Dien nacht sliep lady Darcy slecht en was blij, toen de ochtendzon haar een aan leiding bood om haar kamenier te bellen, dat. die haar haar chocolade bracht en haar daarna met klceden zou helpen. Overdenkingen van dingen, waarover zij zich voor een deel ongerust maakte, had den haar uren wakker liggen gevuld. Zou Robert slagen in het ondernemen, waartoe hij met zooveel ernst overging? Zij begreep de diepte van zijn natuur, de kracht cn den aard van zijn trouw; al* hij daagde, als hij overwon, wat misschien de vooroordeclen van een jong meissje waren, dan was lady Darcy niet bang voor den afloop. Niemand kon leven rnet haar zoon. zonder onder den indruk te komen van dc fijne beschaving, den adel van zijn karakter. Maar als hij nu teleurgesteld werd; als hem vriendschap word geboden, maar lief de geweigerd; eerbied, maar geen spoor van vuriger gevoelens? Lady Darcy vreesde, dat dan die neiging tot droefgeestig gepeins cn stroeve overden kingen, die school onder zijn vermogen voor meer teedere gevoelens, don man geheel overheerschen zou en een misantliroop van hem zou maken. Tegen den tijd, dat zij lcl&ar was om naar beneden te gaan, was Robert in den tuin in de weer Hij moest instructies geven aan de hoofdbedienden, voor binnen en buiten bet huis, want hij en lady Darcy zouden op z'n minst een zes weken wegblijven. HOOFDSTUK II. Hel Bosch. Lady Darcy en haar zoon reisden iri de familiekoets; de kamenier van haar lady schap zat ook binnenin. Het voertuig werd getrokken door vier paarden van krachti- gen bouw, maar zorgvuldig door Robert zei ven uitgekozen. Een lakei stond op den achtcrbok, of reed voorop, naast den koetsier, John Coleman, die al vele jaren in dienst van lady l>arcy was geweest. Longstaffe reed nu eens ach teraan,- dan weer vooruit met Maanlicht als ios paard, zoodat zijn heer, naar verkie zing. zijn plaats in dc koels voor het zadel kon verwisselen. De wegen waren tamelijk goed buiten Londen, zoolang men zich maar aan do hoofdaderan van het verkeer hield, maar zouden veel minder worden gedurende do laatste veertig of vijftig mijlen, wanneer zo door een minder bezocht district moesten reizen. Coleman kende den weg goed; hij had dien, op z'n minst, al zes malen heen cv terug afgelegd; al de mannen waren gewa pend, zelfs do koetsier, die een donderbus had, op een leeren uitsteeksel rustend, voor den bok. GeeD weg op dat tijdstip, die niet onvei lig gemaakt werd door losbandigen, struik^ roovera en landloopers; sommige van hen waren ontslagen soldaten, die geen eerlijke manier van leven meer konden of wilden vinden; enkele heeren van afkomst, zelfs adellijken van geboorte, achtten het niet benoden zich om een beurs te stelen, mits dit maar gedaan werd op een fatsoenlijke wijze; er waren er velen, die de ongelijk heid van het maatschappelijk leven tracht ten te vereffenen door te stelen van de rij ken, om van dien overvloed uit te d&eleit onder hen, die gebrek leden Het woord van den koning en het wettelijk gezag telden maar heel weinig; zelfs in Londen was liet, na het vallen van den avond, onveilig en op de buitenwegen bleef er van ruau. die zich niét verdedigen kon. niets nieer over. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 5