KOOPT
NEDERLANDSCH FABRIKAAT
EEN PUNT VAN ZEER GROOT BELANG
WAAROM GEEN TEXTIEL NAAR JAVA?
KOOPT BIJ VOORKEUR
NED. FABRIKAAT
Hoe kan men den détailverkoop
van N. F. bevorderen?
K¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥¥
Paraat voor
Hollandsch fabrikaat
K¥>¥>>:¥>¥¥;¥¥¥¥>:¥:¥>>>>>:¥!
OOK VOOR INDIE VAN
GROOT BELANG
Zullen buitenlandsche producten
Indië veroveren?
De Nederlandsche Industrie
is de kurk waarop ons
land drijft
Aan hot verzoek van de redactie een en
ander hieromtrent tc schrijven zal ik gaar
ne, voorzoovcr ik hiertoe in staat en tot
oordeeli?n bevoegd bon.
Km bevordering van de detailverkoop van
Nederlandsche artikelen is slechts dan mo
gelijk wanneer alle verschillende catego-
riën, die hiertoe kunnen medewerken
zulks ook inderdaad willen doen, dat zijn
dus: fabrikanten, grossiers, winkeliers en
publiek.
Nog veel meer dan op het oogeriblik het
geval is dient de golieclc Nederlandsche
bevolking er in al haar geledingen van o
vertuigd te zijn, dat zeer zeker in de tegen
woordige tijdsomstandigheden de bevorde
ring van den verkoop van Nederlandsch fa
brikaat een punt van bet grootste belang
is.
Het is te betreuren dat deze overtuiging
lot nog toe in Nederland in veel mindere
mate is doorgedrongen dan in andere lan
den het geval is. Nederland heeft een bij
zonder groote bevolkingsdichtheid n.l. 226
per vierkante K.M., terwijl deze cijfers zijn
voor Duitschland 135, en voor Engeland 194.
De bevolkingsaanwas per jaar kan in Ne
derland worden gesteld op 100.000 personen.
Uit de beroepstelling in 1920 bleek, dat in
totaal in Nederland in cenig bedrijf of be
roep werkzaam waren, in ronde cijfers:
2.722.000 personen, hiervan waren werkzaam
(in ronde cijfers):
in de industrie
in den landbouw
in handel en transport
in visscherij
1.028.000
G22.500
533.300
19.600
De cijfers omtrent de volkstelling van 1930
zijn op het oogenblik nog niet bekend. De
toename van de geheele Nederlandsche be-
volking bedroeg in het tijdvak 1S991909
14,8 en m het tijdvak 1909—1920 17,2
terwijl voor wat betreft de toename van
degenen, die in de industrie werkzaam wa
ren gedurende bedoelde perioden deze be
droeg resp. 22Va en 29
Uit deze korte en droge opsomming blijkt
zeer duidelijk, dat dc Nederlandsche indu
strie dc kurk is waarop Nederland drijft.
Wanneer men tenslotte dan bedenkt, dat
op hc-t pogen blik zeker tenminste 150 mil-
lioen gulden jaarlijks moet worden opge
bracht door dc gezamenlijke Nederlandsche
belastingbetalers ter leniging van armoede
en werkloosheid, welk bedrag een jaar ge
leden op het toch reeds respectabele cijfer
van 75 millioen kon worden gesteld, dunkt
ons, dat verder commentaar omtrent do
wcnsclmlijkheid, neen, de gebiedende nood
zakelijkheid, om de Nederlandsche indu
strie te steunen, een niet te weerspreken feit
is.
Hoe kan nu de detailverkoop van bet Ne
'derlandscli fabrikaat worden bevorderd?
In de eerste plaats dient de Nederland
sclie fabrikant te zorgen, dat zijn artikelen
niet achter staan bij buitcnlandsche fabri
katftn en gelukkig voldoet bet Nederland
sche product, in hot, algemeen gesproken,
ook zeer zeker aan deze voorwaarde.
Dc Nederlandsche fabrikant moet ook
zorgen, dat bet publiek weet bij aankoop
met een artikel van Nederlandsch fabrikaat
tg d°en tc hebben. Wij weten zeer goed, dat
hot niet steeds gemakkelijk is voor fabri
aan deze voorwaarde tc voldoen.
Het :s voor verschillende fabrikanten dik
wijls ondoenlijk bun fabrikaten van hun
eigen naam te voorzien, omdat bij levering
van fabrikant aan grossier, deze laatsten
dikwijls er op gesteld zijn dat dc naam van
den fabrikant niet bekend wordt bij den
inkclier.
Ook moet niet worden vergeten, dat bet
van groot belang is, dat het publiek op een
voudige wijze onmiddellijk kan zien of men
met een artikel van Nederlandsch fabri
kaat te doen heeft. Daarom is bet zoo te
betreuren, dat niet veel meer, dan op het
oogenblik nog het geval is, gebruik wordt
gemaakt door dc Nederlandsche industrie
van de gelegenheid hun artikelen te voor
zien van bet V.N.F.-merk, waarvan in dit
nummer een afbeelding is opgenomen.
lïit nationalitictskenmerk, wettig eigen
dom der Verecniging „Nederlandsch Fabri
kaat", kan onder nadere goedkeuring van
het bestuur der Verecniging „Nederlandsch
Fabrikaat" worden aangebracht op artike
len en geeft een betrouwbare, practisclie
en eenvoudige voorlichting omtrent de
vraag of oen product afkomstig is van de
Nederlandsche industrie.
Dc winkelier dient in het oog te houden,
dat de bevordering van den bloei van de
Nederlandsche industrie zeer zeker ook
voor hem zelf van groot belang is.
De bovengenoemde cijfers wijzen liet wel
zeer duidelijk uit, dat achteruitgang van de
Nederlandsche industrie onmiddellijk ten
gevolge heeft verhoogde belastingdruk wat
de winkelier evenals elk ander Nederlan
der terstond aan den lijve ondervindt;maar
daarnaast dient de winkelier niet te verge
ten, dat con vermindering van dc koop
kracht van bet publiek en dus voor hem
een achteruitgang van de Nederlandsche
industrie een tweesnijdend zwaard is.
Voor degenen uit bet publiek, die zouden
meenen, dat het doel van de Verecniging
„Nederlandsch Fabrikaat" voor hem of
naar van geen belang is, omdat liij of zij
niet in de industrie werkzaam is, zij ge
wezen op het feit, dat de bevordering van
de Nederlandsche industrie in de eerste
plaats beteckcnt vermindering van den be
lastingdruk en in de tweede plaats ver
meerdering van werkgelegenheid, een feit,
dat voor zijn of haar kinderen toch ook
van het allergrootste belang is.
Bij slot van rekening kan dus de vraag op
welke wijze de detailverkoop van Neder
landsch fabrikaat kan worden bevorderd,
worden beantwoord met te wijzen op bet
feit, dat liet van het allergrootste belang
is, dat ieder landgenoot steeds meer wordt
doordrongen van bet feit, dat bevordering
van de Nederlandsche industrie een alge- j
meen landsbelang is, maar daarnaast dient
ook do belangstelling van onze gebeele be
volking te worden opgewekt voor betgeen
liier te lange wordt vervaardigd en hoe dit
wordt gemaakt.
Teneinde deze belangstelling te bevorde
ren kunnen zooveel verschillende midde
len worden toegepast. Om niet te uitvoerig
te worden zij volstaan met tc wijzen op de
verschillende manieren, waarop hol bestuur
der Verecniging „Nederlandsch Fabrikaat"
tracht in dezen werkzaam te zijn en kan
in dit verband o.a. worden gewezen op de
Nederlandsche industrieel? filmafdeeling
van de Vereeniging.
Dc Verecniging beschikt over een indu
strieel filmarchief, voor liet grootste ge
deelte in eigen beheer opgenomen; de
verlooning van dit filmmateriaal onder
vindt in steeds toenemende mate groote be
langstelling.
Door dc uitgave van kinderspelen heeft
bet Bestuur der Verecniging dc ervaring
gekregen, dat van dc zijde van onderwijs
autoriteiten on opgroeiend geslacht ook
groeiende gelangstcliing bestaat voor de
voortbrengselen van de Nederlandsche in
dustrie.
De winkelstand toont in steeds toenemen
de mate belangstelling door het organisee-
ren van Nederlandsch fabrikaat winkelwe
ken in samenwerking met de Verecniging
„Nederlandsch Fabrikaat".
Zie bier enkeie onderdeelen vermeld van
het veelzijdige werkprogramma van de Ver
eeniging „Nederlandsch Fabrikaat". Het is
een eerste vereischte dat de gedachte, aan
Nederlandsch fabrikaat de voorkeur te ge
ven, populair wordt gemaakt cn dat in
steeds toenemende mate ieder landgenoot,
onverschillig welke plaats hij of zij in de
maatschappij inneemt, doordrongen wordt
van de noodzakelijkheid aan voortbrengse
len van de Nederlandsche nijverheid de
voorkeur te geven.
Deze gedachte wint voortdurend cn geluk
kig in steeds sterkere mate, veld,
SNOEK,
Sccr. Ned. Fabrikaat.
w.
w.
v
'M
w.
¥>::-
Holland, help je eigen werkers,
Steun je eigen industrie!
Vecht voor Nederlandsche welvaart,
Met onibluschb're energie!
Holland koop als 't kan de waren
Waar gc zelf mee zijt gebaat,
Nederlanders, koopt uitsluitend
't Nederlandsche fabrikaat!
Help dc Vaderlandsche waren
Steeds het eerste „aan-den-anan"
Weet dat daardoor Hollandso'h werker
Moog'lijk arbeid krijgen kan!
Dat ge zoo on-z' eigen tobbers
Nog liet beste Hielpen gaat.
Daarom, 't eigen land teu zegen:
Koopt bet Hollandsch fabrikaat!
Laat liet vaderland U—leev'ren
Mies wat bet. bieden kan.
Doe de buitenlandsche waren
Waar maar moog'lijk, in de ban.
Eigen waar met t eigen wapen
Dat is 't waar bet hier om gaat
Van Delfzijl tot in Terneuzcn
Alleen Ncêrlandsch fabrikaat.
Mijdt dc 'buitcnlandsche gocd'ren
A'ls een nationaal gevaar
Koopt uitsluitend in deez' tijden
Pure Rood, Wit, Blauwe waar!
Helpt zoodoende wcrkeloozen
Naar de werkplaats! Van rle straat!
leder blijft zichzelf toch 't naaste,
Daarom: Hollandsch fabrikaat!
Holland laat de zaken bloeien
Met bet Nederlandsche gcld-
Bij den Nederlandschen koopman
Nederlandsche waar besteld!
Voor dc nationale welvaart
Thans daadwerkelijk paraat
Hier geldt bet „oranje" boven!
Koopt dus Ncêrlandsch fabrikaat!
(Alle rechten voorbehouden),
GROEGROE,
v
BRIEF UIT JAVA
Als men niet spoedig ingrijpt is
het voor Nederlandsche
industrie te laat
(Van onzen correspondent).
Dc pers houdt zich op bet oogenblik
druk bezig met de kwestie der Twentsche
textielindustrie. Zooals men weet, ijvert
een gedeelte der Indische bladen voor
overbrenging dezer industrie naar Java.
Het „Alg. Ind. Dagblad" heeft voor publi
catie van een beschouwing van een inge
wijde de enthousiaste voorstanders van
deze overbrenging wel wat ontnuchterd.
Er blijkt n.l. zonneklaar uit, dat de actie
voor een Indische textielnijverheid niet
van de Twentsclic fabrikanten zelf is uit
gegaan. Een medewerker van dit blad
schreef het volgende over deze textielkwes-
tic:
Wellicht beeft men zioh bij wijze van
dreigement in dien geest uitgelaten, doch
vast staat dat dc Twentsche fabrikanten
er geenerlei belang bij hebben om zich
bier te vestigen. Men voelt er ook niets
voor zijn kinderen naar Indië te zenden.
Waarom vestigt men hier dan geen be
drijven onder een buitenstaander als be
heerder? Dit willen de Twentenaren nu
eenmaal niet. Men wil familieleden in het
bedrijf.
De fabrikanten hebben een sterk senti
ment voor Twente. Zij zijn allen geboren
en getogen Twentenaren. Zij voelen zich
veel minder Hollander dan Twentenaar.
Bereikt men door liicr (in Indië) fabrie
ken te stichten werkverschaffing voor de
Twentsche bevolking? Neen, men verhaast
integendeel dc verdringing door Ooster-
sche industrieën.
Reeds 15 jaar is men trouwens tever
geefs bezig de Twentenaren voor Indië te
interesseeren cn onbekendheid met Indië
is geenszins de reden, dat de Twentenaren
zich hier niet vestigen; integendeel, dezen
zijn goed op de hoogte cn elk jaar wordt
Indië door ecnigen hunner bezocht.
De belangstelling voor Indie, die des
niettemin uit het telegram bleek, is waar
schijnlijk een gevolg van het bezoek van
den heer De Kat Angelino aam Nederland,
waarbij bij, in contact gekomen met prof.
dr. J. Wisselink, den lagen levensstan
daard der Indische bevolking, die textielnij
verheid hier mogelijk maakt, ter sprake
zal hebben gebracht.
Invloeden van buiten zullen de Twen
tenaren evenmin kunnen nopen tot dezen
maatregel over te gaan. Dc Twentsche fa
brikanten financieren bun bedrijven zelf
zonder bankcredieten. Ook dc liandel op
Indië, die in consignatie geschiedt, wordt
door hen zelf gefinancierd.
De cenige reden om zich voor vestiging
ecner industrie in Indië te interesseeren
zou nationaal sentiment zijn, doch de
Twentenaar voelt meer voor Twente dan
voor Holland, dat Twente verwaarloosde.
Brabant komt voor dergelijke plannen
niet in aanmerking, daar de Brabantsclie
industrie niet ingeschoten is op de Indi
sche markt.
Er wordt, wel voor dc overbrenging van
de industrie gewerkt, doch dit gaat niet
uit van de Twentsche fabrikanten.
Hier in Indië, zou de stoot daartoe moe
ten uitgaan van de importeurs, die den
handel willen behouden, want de invoer
van Nederlandsche tcxtielgocdcren gaat
meer en meer achteruit cn het vestigen
van bedrijven in Indie stelt deze ln staat
de Indische markt te beïnvloeden ten
gunste van de uit Nederland afkomstige
producten.
De fabrikanten in Europa hebben be
trekkelijk weinig interesse voor de impor
teurs cn zoeken een andere markt voor
hun producten, als de zaken minder goed
gaan. De Japanners volgen echter een ge
heel ander systeem; zij passen zioh in de
eerste plaats aan bij de behoeften van den
inlander evenals de Duitschens doen. De
Japanner en de Duitschcr vragen: „wat wil
je hebben", een methode die door de Ne
derlanders te veel werd verwaarloosd.
De tweede belanghebbende is de regcc-
ring, daar de industrie werkgelegenheid
zal scheppen.
De oplossing is, dat regeering cn impor
teurs samengaan bij de bevordering van
de vestiging eencr textielindustrie in In
dië;
Thans beeft men kans, dat Japan hier
den handel verovert en als China eenmaal
een betere organisatie heeft, zal de markt
overstroomd worden door goedkoopc in
dustrieproducten, want de Chineezcn kun
nen beter naar hier importeeren dan naar
bun eigen land, waar bet ontbreekt aan
wogen en zekerheid dat men betaling zal
ontvangen. Door -hot daar tc lande heer-
schende gebrek zal men ontzaglijk goed
koop kunnen producecrcn.
Als men niet spoedig ingrijpt, is liet voor
de Nederlandsche industrie te laat. Indië
zal dan door buitenlandsche producten
worden veroverd en wellicht vestigen bui
tenlanders er hun industrieën. Het is een
anomalie, dat een land met lioogeren le
vensstandaard dergelijke massagoederen
levert aan een land met een lageren. Bin
nenkort zal deze toestand noodwendig
verdwijnen.
Het is een fout, dat Twente zich blind
6taart op de grooto massa-artikclcn, waar
in bet de concurrentie toch niet zal kun
nen volhouden voqr een gebied waarop
liet politiek cn economisch geencrlei in
vloed meer heeft, zooals b.v. de Engclscbo
industrie in het Britsche rijk wel heeft.
Daarom zal men een andere richting moe
ten inslaan.
Het buitenland levert aan Nederland voor
millioencn cn millioenen aan textielpro
ducten waarvoor een hoogcre kunde vcr-
cischt is dan „voor dc massa-textielproduc
ten. Twente vervaardigt slechts, wat men
in elk Oosterscli land vervaardigt. Al dc
producten, waarvoor een lioogere techniek
vereischt is, komen uit 't buitenland.
Om een voorbeeld te noemen, levert een
kleine Zwitserschc fabriek aan Nederland
jaarlijks voor twee ton aan gordijnen.
Brocaatstoffcn, dassenstoffen, fancyslof-
fen, vilthoeden, enz. enz. worden geen van
alle in Nederland gemaakt.
Een algemeen belang voor do productie
van stoffen, waarvoor hoogerc textieltech
niek vereischt is, is dat do grondstoffen
daarbij slechts 10 pet. van do waarde van
het product hebben cn dc technische ar
beid 80 A 90 pet.; bij dc massa-producten
is de verhouding omgekeerd. Deze eerste
producten eischen dus in verhouding veel
meer arbeidskrachten en hun vervaardi
ging schept meer werkgelegenheid.
Het is daarom lo betreuren, dat de
Twentsche industrie niet moer aandacht
besteedt aan dc vervaardiging van produc
ten, voor welke het niet dc Oostersclie
concurrentie beeft tc duchten cn voor In
dië en voor Nederland is van liet grootste
belang dat Nederland hier een eigen in
dustrie bevordert, voordat buitenlanders
overgaan tot dc vestiging van fabrieken
in deze landen, daar men daardoor do
werkgelegenheid en dus do welvaart ver
groot, de markt behoudt voor den Neder
landschen handel en liet. nationaal senti
ment bevredigt Er zijn vele plaatsen, die
voor een keus van een dergelijke indus
trie in aanmerking zouden komen, doch
het zou onmogelijk zijn thans een keus tc
doen, voordat men alle factoren kent met
het oog op de elcctricitcit, water, werkvolk,
enz.
Voorname vereischten zijn: centrale lig
ging op Java, nabijheid van een groote
haven en een plaats niet benedenstrooms,
omdat men daar niet beschikt over het
aan de x'ercischtc voldoend water. Daar
er vele plaatsen zijn, die zich goed voor de
industrie leenen, het werkvolk bier goed
koop is, zoodat men met goed succes de
concurrentie tegen andere Oostersche lan
den zou kunnen volhouden, is cr geen re
den waarom een dergelijk plan niet zou
slagen.
Do regeering kan fabricatie van gewe
ven stoffen hier aanlokkelijker maken door
opheffing van allerlei belemmeringen zoo-
als invoerrechten op de grondstof, garons
en machines en benoodigdheden enz.
De tarieven voor cleclrischc energie zijn
hier eenigc malen hoogcr dan in Europa
cn Japan, de spoor- cn boot vrachten idem;
daar moet eerst verandering in komen
voor zich hier een textielindustrie kan ont
wikkelen.
Hoe het in dc toekomst zal gaan, valt
nog niet tc zeggen. In ieder geval geloo-
ven wij, dat een oplossing dezer kwestie
niet gemakkelijk is cn de volle aandacht
van alle betrokkenen eischt, zoowel bier
als in Nederland.
IS HET U BEKEND:
Dat onze bevolking jaarlijks met meer
dan 100.000 personen toeneemt?
Dat meer dan 50 procent onzer werkende
andgenooten hun bestaan moeten vinden in
Ce Nederlandsche Industrie?
Dat in ons land per jaar ongeveer honderd
vijftig millioen gulden moet worden uitge
geven a oor de leniging der gevolgen van
armoede?
Dat. duizenden artikelen uit den vreemde
worden betrokken (b.v. aardewerk, clectro-
motoren, kachels, klinknagels, radiotoren,
rijwielen, schoenen, stecnen, tapijten, enz.
enz.), welke even goed, zoo niet beter, in
ons land kunnen worden vervaardigd?
Dat elke gulden onnoodig voor een niet
s'edcrlandsch artikel besteed, tengevolge
leeft toenemende werkloosheid, en dus toe
nemende verarming en toenemende belas
tingdruk?
Dat de Vereeniging Nederlandsch Fabri
kaat ten doel heeftde bevordering van dc
ontwikkeling der Nationale Industrie en den
.verkoop van Nederlandsche artikelen, als
deze gelijkwaardig zijn met Buitcnlandsche;?.