VOOR HET KIND
DE ADELAAR
OP DENNENHEUVEL
VOGELVREUGD
WAAROM ANNIE ZICH
DOOF HIELD
pvWVWWWVWWWWWWVWvl
LINNEN PAKJES
SPEELPAKJES,
OVER-ALLS.
AARDIGE BLOUSES.
JEANS BROEKEN.
BLAZERS.
LANGESTRAAT 40
Telefoon 224.
AAAAAA
Grootst gesorteerd speciaal-
huis in Kinderkleeding,
door
C. E. DE LILLE HOGER WAARD.
Hoofdstuk I.
Een Vervelend Voornitzicht?
Met een knorrig gezicht dronk Lock haar
melkbeker leeg. Ze was geweldig uit haar
humeur. En de reden was heusch niet denk
beeldig, in haar eigen oogen ten minste!
Moeder had haar zoo juist verteld, dat zij
met Vader in do groote vacantic naar
Zwitserland zou gaan in de hoop, dat Va
der daar genezing voor zijn reeds eenigen
lijd sluimerende kwaal vinden zou!
„En en waarom mag ik niet mee?"
.vroeg Loek boos.
„Omdat Vader naar een soort zickcn-in-
ricliting gaat en ik zelf een ander pension
zoeken, moet," antwoordde mevrouw do
Bont,
„Maar dan kan ik mot u meegaan!" riep
Loek uit,
„Nee, kindje! dat gaat niet!" zei Moeder,
d;e deed, alsof zij de boozc bui van baar
dQchtertjo niet opmerkte.
..Ik wil met u mcc!" hield Lock koppig
vol.
„En ik wil, dat je Holland blijft!" zei
Moeder voor baar doen ongewoon streng.
Even keek Löek Moeder verbaasd aan.
Niet dikwijls sprak Moedor op zóó beslis
ten toon tegen haar en zij wist bij ondervin
ding, dat als Moeder zóó begon, tegenspre
ken ni'e.t h.ielp en zij dus liet verstandigst
deed aljhaijs voovlpópigL— óypr.'d'e zaak
lie haar zoo geheul-vervulde, tfi zwijgen.
Maar vervelend, was hot en bleef het!
Als zc maar zusjes en broertjes had, zou
den ze gezelligheid aan elkaar gehad heb
ben, maar ze was ook Óltijd alleen! Alleen
met Vader'en Moeder en nu die naar Zwit
serland gingen, was ze heelemaal alleen en
dat juist in de groote vacantic, die weldra
zou aanbreken! Andere jaren was zc met
Vader en Móeder op reis geweest, maar dit
jaarwaar zou ze haar vacantie nu
doorbrengen? Oeh, 't deed er eigenlijk niet
toe! Zc mocht immers tocli niet mee naar
Zwitserland en dc rest. kwam er niet op
aan!
Moeder zuchtte eens hij het zien van dat
ontevreden gezichtje tegenover haar aan de
ontbijttafel, terwijl Vader nog boven was.
Zij had het. in den laatsten tijd niet gemak
kelijk: een zickelijkcn man en een dochter
tje, dat steeds zelfzuchtiger scheen te wor
den.
Daar Loek eenig kind was, had ze altijd
gekregen, wat haar hartje begeerde en was
zij een meisje geworden, dat zich moeilijk in
het onvermijdelijke schikken kon, als liet
haar tegenliep. Hoc lieel anders waren de
kinderen van haar zijster, dat vroolijke
troepje, dat in een dorp in Gelderland
woonde!
Als Loek daar dc vacantie eens zou kun
nen doorbrengen! 't Zou haar stellig goed
doen cn ze zou er zich zeker naar anderen
lecren schikken. Bovendien w.as de lucht er
heel gezond!
t Plan hacl dus alles vóór. Zij moest er
ceils met haar man van gedachten over wis
selen. Terwijl hij genezing in de Zwitsersche
bergen hoopte te vinden, zou hun dochter
tje wellicht een heilzame kuur in liet een
voudige Gcldcrsclie dorp ondergaan.
Of Loek, die eigenlijk een kleine nuf was,
zich daar gelukkig voelen zou? Mevrouw do
Bont was overtuigd, dat haar zuster zeker
den weg naar het hart van haar dochtcrtjo
vinden moest, ook al zou die weg misschien
lang zijn en zelfs gevaarlijke bochten ver-
loonen, waarin kans op botsingen niet uit
gesloten was. Loek had veel goeds; 't. kwam
alleen niet altijd naar buiten, doordat zij
zich achter een lioogen, kouden muur van
zelfzucht verschuilde, een muur, die geen
enkel zonnestraaltje doorliet. Maar Tante
Truus, Oom Bert en hun vroolijk vijftal zou
den zich niet door Looks kuren uit het veld
laten slaan.
Hoe langer mevrouw dc Bont over haar
plannetje nadacht, hoe meer zij er voor be
gon te voelen. En nadat Loek met een knor
rig gezicht naar school was gegaan en me
vrouw dc Bont met baar man een en ander
besproken hnd, schreef zij een langen brief
aan baar zuster cn verzocht haar daarin
tijdens hun verblijf in Zwitserland haar
dochtertje in haar gezin op te willen ne-
tten* J$ f
Natuurlijk werd er niet met Lock over het
Geldersche plan gesproken, vóór er ant
woord van Dennenheuvel kwam. In de da
gen, welke mevrouw de Bont hier op wacht
te, werd zij door dc onhandelbaarheid van
haar dochtertje nog versterkt in haar op
vatting, dat een verblijf op Dennenheuvel
haar in alle opzichten veel goed zou doen.
In den avond van den tweeden dag kwam
er een lange brief van haar zuster, waarin
deze o.a. schreef:
„Maak je over Loek niet bezorgd. Natuur
lijk kan zij in dc groote vacantic bij ons
komen cn het halve dozijntje vol maken. De
kinderen verheugen zich nu al op haar
komst en Jaapje'is op 't oogenblik bezig
haar naam óp zijn leesplankje te leggen. Al
len vragen bonderd- uit naar het nichtje
uit de stad, dat zij helaas veel te weinig
kennen, iets wat nu echter goedgemaakt
kan worden. Alleen Miek, die een cqhte rob
bedoes js. scheen zich even te bedenken en
vroeg mij'toen. of Look een „heel ergo nuf"
zo.u zijn. Ik heb dio vraag onbeantwoord ge
lalen en twijfel niet. of de beide nichtjes zul
len in den omgang elkanders scherpe kant
jes afvijlen en liet opperbest samen kunnen
vinden.
„Ik wel!"
Als je hier was, zou je moeten lachen om
al de plannen, welke de jeugd nu al maakt
en je zou er uit begrijpen,.hoe gezellig Look
't hij ons hebben zal. Als zij even graag hij
ons wil komen, als wij haar zullen ontvan
gen, is de zaak in orde..."
Een warm en dankbaar gevoel vervulde
mevrouw de Bont bij het lezen van den brief
«en-zij twijfelde er.gCeji oogenblik aan, of 't
zou een goede vacantie voor haar kind v ol
den.
Den voJgoiidon morgen aan het ontbijt
was Locks boózc bui nog altijd niet gezakt
en al deed Moeder, of zij er niets vaii be
merkte, liet hinderde haar toch.
Terwijl Loek met lange tanden zat te
eten, begon Moeder:
„En ben je nu heelemaal niet verlangend,
to weten, waar je dc groote vacantie zult
doorbrengen, Loek?"
,,'t Kan me niks schelen!" luidde het on
vriendelijke antwoord. „Als ik niet met u
mee kan gaan
„Kun je toch nog wel een prettige vacan
tie hebben," maakte Moeder den zin af.
,,'k Zou niet weten hoe!" mompelde Loek.
Even keek Loek Moeder vragend aan. Zou
zc dan toch?
„M... mag ik met u mee?" vroeg zij.
„Nee kindje, dat kan helaas niet, al spijt
het mij erg!"
Nu keek Loek Moeder opnieuw vragend
aan. Zou liet Moeder heusch'spijten, dat zc
niet mee kon? Aan die mogelijkheid had ze
eigenlijk heelemaal niet gedacht, te zeer
vervuld als zij geweest was van haar eigen
teleurstelling!
Haar gezichtje had een zachtere uitdruk
king aangenomen. Dit ontging mevrouw do
Bont niet, terwijl zij voortging:
„En nu heb ik iets bedacht, waardoor jc,
hoop ik, toch een prettige vacantie hebben
zult. Ik schreef aan Tante Truus om haar
te vragen, of jc op Dennenheuvel logeeren
mag
„En?" vroeg Lock, terwijl de spanning,
welke op lïaar gezichtje te lezen stond, dui
delijk verried, dat liet antwoord haar niet
onverschillig was.
„Tante schrijft, dat je van harte welkom
bent en allen zich op jc komst verheugen."
„Hoera!" riep Loek op eens verheugd uit.
„Moes, je bent een schat, dat jc dftt bedacht
hebt!"
Glimlachend knikte mevrouw de Bont
haar dochtertje toe. 't Zou alles nog goed
worden in dc vacantie!
En toen zij Loek vertelde van Jaapje en
zijn leesplankje, was haar dochtertje heele
maal vertcederd. Wat kreeg zc nu op eens
gezellig veel broertjes en zusjes! O, zc had
natuurlijk het allerliefst, met Vader cn Moe
der mee op reis gegaan, maar nu dit niet
kon en alles haar eerst onverschillig ge
weest was, kwam daar plotseling Dennen
heuvel met zijn bewoners als een heerlijke
verrassing!
't Zou best gezellig worden en voor kleine
Jaapje bracht ze eén extraatje mee in haar
koffer. Moeder zou dat stellig goedvinden!
(Wordt vervolgd.)
(Nadruk verboden.)
„Klein vogeltje, wat fluit, jc mooi,
Zeg, heb je zoo'n plezier?"
„Wou jij dat weten, kindjelief?
Kijk dan eens even hier!
Vier eitjes liggen in mijn nest,
Mijn vrouwtje broedt ze uit!
Vandaar dat ik zoo vroolijk ben
En heel den dag maar fluit!"
„Zeg vogeltje, nu ik dat weet,
'k Beloof het op mijn woord
Nu zal ik er voor zorgen, hoor.
Dat niets jc vjeugde stoort!
Fluit jij maar blij en lustig dóór,
Er komt geen mensch bij 't nest!
En 'k jaag ook alle poesjes weg,
Dat vind je zeker best!"
R. WINKEL.
(Nadruk verboden).
door
C. E. DE LILLE HOGER WAARD.
„Annie! Ann ie!" klonk het van beneden.
In haar rustig kamertje op de zolderver
dieping zat Annie Bolt.verdiept in haar
hoek, dat zc dien morgen uit de. schoolbiblio
theek meegebracht had. Maar al hield zij
zich ook doof, de jongodarno -verstond Moe
ders stem wel. Hoor, daar klonk het weer:
„Annie! Ann ie! A nilie!"
Waarvoor zou Moeder haar noudig heb
ben? Natuurlijk weer voor liet 'één of ande
re vervelende werkje 111 huis! Als 't nu nog
een boodschap was, zou ze wel komen, maar
Moeder had uitdrukkelijk gezegd, dat zij
dien middag t was Woensdag geen
boodschappen had. Dus zou 't vóór iets in
huis zijn. Misschien wel een kous stoppen
of aardappels schillen! Bit! Zij lilde al bij
het denkbeeld. Alle andere meisjes, met wie
ze op school ging, hadden thuis een-dienst
meisje, alleen Rika Broers cn z ij niet.
Maar Rika Broers was ook „zoo n kaal
kind!" zooals Annie liefdeloos bij zichzelf
opmerkte. Nee, die tolde niet mee!
Toch moest ze Moeder niet te veel laten
merken, dat zij zich bij de andere meisjes
achtergesteld voelde, want Moeder had er
immers al over gesproken, haar vau die
school af te nemen en naar een andere
school te laten gaan, waar meer meisjes
waren, wier Moeders er geen dionstmeisje
op nahielden. En ze vond het juist zoo pret
tig op die school met die aardige meisjes!
Alleen was zij doodsbenauwd, dat zc zouden
merken, dat Moeder thuis al 't werk deed
niet eens een werkvrouw er op nahield! Zij
stelde dan ook al het mogelijke in het werk
om dit te verbloemen en tot nu toe was 't
haar gelukt, al verkeerde Annie in voortdu-
renden angst, dat.zij er toch achter zouden
komen.
Hoe mooi Annie het bock "ook 'vond,' zij
kon er haar gedachten nieL heelemaal bij
houden. 't Was wel vervelend, (Jat Moeder
haar zoo dikwijls aan het wqrk. zette,, mpar
als Moeder haar voor. straf van .die
school nam.... Nee, dat niet!. Dan was 't
maar beter, Moeder nu en dan liefst zoo
weinig mogelijk! te helpen. Als Moeder
weer riep, zou ze dan maar naar beneden
gaan, hoe vervelend.het ook was!
Even wachten nog. Maar hoc Annie haar
ooren ook inspande, zij hoorde zich niet
meer roepen. Moeder zou zoo wel weer be
ginnen. Annie wist bij ondervinding, dat
Moeder zich niet uit het veld liet slaan,
haar desnoods zou komen halen
Maar n u kwam Moeder toch niet en zij
riep ook niet meer! Nog wat wachten!
Alles bleef stil! Zou ze loCjh maar uit zich
zelf naar beneden gaan? Net doen, of 't
heelemaal toevallig was cn zc Moeder niet
gehoord had? O, Moeder zou 't wel.begrij
pen, Moeder kon soms ,rfloor je heen kijken!"
zooals haar broertje Bert laatst zei. En mis
schien kreeg ze nog wel een standje, om
dat ze n u pas kwam! Nee, 't. was maar be
ter boven te blijven! Als Moeder haar wer
kelijk noodig had, zou Moeder wel aangc
houden hebben, 'f. Kon ook best, dat 't nu
niet meer noodig was. Ja, dat zou 't natuur
lijk zijn!
Annio verdiepte zich opnieuw in haar
boek en dacht zelfs niet meer aan datgene,
wat haar zooeven beziggehouden had.
Moeder liet haar met rust cn dat was voor
liet zelfzuchtige meisje, dat niet graag in
haar lectuur gestoord werd, het voornaam
ste.
Ze was dan ook zóó in haar bock ver
diept, dat ze heelemaal geen stemmen bene
den in de gang hoorde, ook niet, dat de
voordeur dichtgetrokken werd en een ru
moerig troepje met Moeder uitging. Al
ze 't gehoord hadja, dan zou zc mis
schien iets van de toedracht der zaak ver
moed hebben. Maar nu ontging haar dit cn
was ze zelfs zóó in haar boek verdiept, dat
zc aan geen tijd dacht, vóór haar blik toe
vallig naar haar wekkertje, dwaalde cn....
het al half vijf was!
Maar dan had Moeder al lang theegedron
ken enhaar niet voor een kopje thee
geroepen! Plotseling bedacht Annie met
schrik, dat Moeder haar immers toch
roepen had. Zou dat misschien voor de thee
zijn geweest? Neen, dat kon onmogelijk,
want Annie had duidelijk gezien, dat het
toen nog geen twee uur was. Dat was het
niet geweest.
Maar waarom liad Moeder haar dan niet
voor de thee geroepen? Zou Moeder boos
zijn, omdat zij, Annie, op haar eerder roepen
niet gekomen was? 't Was natuurlijk haar
bedoeling niet geweest, zóó lang boven te
blijven, maar ze liad door dat prachtige ver
haal alles om zich heen vergeten.
Zc zou nu maar naar beneden gaan cn
zoo verstandig zijn, niet meer om thee te
vragen. Misschien kon ze nog wel iets voor
Moeder doen, ook zonder dat Moeder er om
vroeg. Zou zc dc tafel vast gaan dekken?
....Moeder was altijd bezig, bezig voor hen
en zij, o! wat was ze toch eigenlijk
een naar spook, dat ze Moeder maar liet
werken, zonder ooit eens uit zichzelf een
handje te helpen!
Ze zag er vreeselijk tegen op, naar bene
den te gaan. Wat zou Moeder wel zeggen?
En wat kon z ij zeggen om zich te veront
schuldigen?.
Door nog langer boven te blijven, maakte
zij de zaak niet beter. Eindelijk moest
ze toch naar beneden!
„Dan maar dadelijk!" besloot zij en zich
plotseling vermannend, liep Annio corst do
zolder cn daarna dc beneden trap af. Wat
was het stil in huis! Zou Moeder dan niet
in dc keuken bezig zijn cn Bert in de huis
kamer? Vader kwam pas tegen zessen thuis.
Hem miste zc dus nog niet.
Eerst eens in do huiskamer kijken! Daar
was niemand. Bert was dus zeker uit en
Moeder toch in do keuken. Maarin do
keukon was Moeder al evenmin. Plotseling
hoorde Annie zichzelf roepen;
„Moeder! Moes!"
Geen antwoord.
„Moeder! Moos! Moo-dèr!" klonk het weer;
Een tergend stilzwijgen volgde.
Moeder was niet in huis! Maar waar was
Moeder dan wel? Uitgegaan, natuurlijk!
Moeder kon elk oogenblik thuiskomen om
voor het eten tc zorgen.
Eens oven voor het raam in dc huiskamer
kijken. In den erker kon zij de straat naar
weerskanten afzien. Maar hoe Annio ook
tuurde, Moeder kwam er niet aan.
E11 dc wijzers van de klok, die onder licfc
lozen op eens een paar uur overgeslagen
schenen te hebben, leken nu wel stil to
staan. Vijf minuten over half vijf! Ze was
dus pas vijf minuten berieden, maar dio
vijf minuten leken baar een uur.
Weer stond Annie in den erker en weer
keek zij tc vergeefs naar allo kanten.
Kwart vóór vijf was 't eindelijk cn nog
was Moeder niet terug! Als Moeder onder
weg maar geen ongeluk gekregen had!
't Was tegenwoordig zoo druk op straat met
al dio auto'sl
Annie barstte plotseling in tranen uit.
Kwam Moeder, dan nooit thuis? Weer liep
zc naar den erker cn weer was het een vcr-
gecfsclio tocht.
A 11 e s had zc in dit oogenblik wel voor
Moeder willen doen, als, alsMoeder
maar weer thuis kwam!
Eensklaps begon zij dc tafel te dekken.
Als ze wilde, kon zij dat netjes doen cn na
tuurlijk wilde zij! 't Leidde meteen haar ge
dachten wat af cn ze had zich voorgeno
men: niet meer in den erker naar Moeder
uit te kijken, vóór zij geheel met haar werk
klaar was.
Juist toen dc klok vijf slagen hooren liet,
was de tafel in de puntjes gedekt, spitste
Annie dc ooren, hoorde zij den sleutel in de
voordeur steken ensnelde zij Moedor
tegemoet, die met Bert thuis kwam.
Dat was een blijdschap! 't Was, of ze Moe
der in geen jaren gezien had en zo om
armde Moeder en kuste haar, waar ze maar
kon.
Moeder begreep Annie's vreugde wel cn
daar zij nu niet op haar dochtertje brom
men wilde, ging zij zwijgend dc huiskamer
binnen om plotseling op den drempel to
blijven stilstaan cn verrast uit te roepen:
„Nee maar! Wie heeft hier zoo keurig ge
dekt?"
„Ik, Moeder!" antwoordde Annie en haar
gezichtje stond heel vroolijk.
Moeder vertelde nu, hoo ze even vóór
twee Annie verscheiden malen geroepen
had om met Tante Truus, neefje Tom, Bert
en haar mee naar den bioscoop te gaan.
Tante was hqp komen halen voor een pracht
film. Maar toen Annie niet scheen te wil
len komen, had Moeder het roepen eindelijk
maar opgegeven en waren zc zonder haar
gegaan.
O, wat had Annie nu een vreeselijke spijt!
Dat zij zichzelve dat aangedaan had! Maar
't zou anders worden, ook al zat er geen
uitgangetje achter! Dat nam Annie zich stel
lig voor.
En 't werd ook anders. Voortaan kwam
zij onmiddellijk, als zij geroepen werd, en
ging zij op vrije middagen zelfs niet naar
boven of naar buiten, vóór zij eerst aan
Moeder gevraagd had, of zij haar ook hel
pen kon.
En toen er weer eens een mooie film was
op een Woensdagmiddag, mocht zij er met
Moeder heen.
Het werd een heerlijke middag!
(Nadruk verboden).
OPLOSSING VAN DEN REBUS UIT 'T 1
VORIGE NUMMER,
Drie muzikanten stonden op een pleint
Piet Hein te spelen.
{Nadruk verboden).