Rubriek van Raadsel hoekje Oplossingen der raadsels uit 't vorige nummer. Voor grooteren. Voor kleineren. Om op te lossen. Voor grooteren. Voor kleineren. gen Hein en Frits een dag of veertien hier." Dat plan vond bijval. Gauw werd er naar 'Amsterdam geschreven en 't resultaat was, dat de neven al kwamen, toen de vacantie nog maar net begonnen was. Alle vier .waren ze overgegaan, al was 't niet alle maal even mooi, dus ze waren in een blijde stemming. Nu, met je vieren jongens bij elkaar hoef je je niet te vervelen. Elke dag werd begonnen mot zwemmen en verder doorgebracht met hand- en voetballen, fiet sen en wandelen. Al gauw kwam de jaarlijksche logeerpar tij bij Oom Daan ter sprake. „Daar zal wel niets van komen dezen lomer," zei Hein weinig bemoedigend. „Waarom niet?" vroeg Jaap verschrikt „Oom laat z'n huis verbouwen, zoodra hij nit Zwitserland terug komt" „Hoe weet Jij dat?" informeerde Dik on- geloovig. „Oom heeft er iets over aan Vader ge schreven", vertelde Hein. „Ja, en 't is ook gek, dat we nog heel niet weten, wanneer we komen mogen," vond Jaap. „Dat wijst er wel op, dat alles niet als gewoonlijk zal gaan," was Diks gevolgtrek king. En zoo schikten de jongelui zich in het feit, dat ze de vacantie op hun eigen manier moesten doorbrengen. Telkens kwa men er prentbriefkaarten uit Tirol, Zwit serland en de Rijnstreken, doch alleen met de namen er op van Tante en Oom. Op een morgen, dat de jongens van het zwembad terugkeerden, stond er een groote, grijze auto voor het huis. Vol bewonde ring bleef het viertal naar den mooien wagen staan kijken. ,,'t Is een Cardillac," zei Dik. „Neen, een Buick, hier staat 't," wees Hein aan. Maar Jaap was al naar binnen. Die was benieuwd van wie de auto was. Even later kwam hij terughollen en riep zenuwachtig tegen de anderen: „Oom Daan is er!" En toen rende hij weer naar de kamer. Al heel gauw stonden nu de vier jongens om Oom been en bestormden hem met vragen. Lachend hield Oom de handen voor de ooren en riep: „Jullie maakt me doof, hou op!" Het troepje kalmeerde. Ze zagen nu, dat er nog een vreemde heer in de kamer was. „Dat is een vriend van me," legde Oom uit „Hij heeft me met z'n auto hierheen ge bracht en we nemen jullio mee terug." „Naar... naar Putten?" vroeg Dik. „Ja, jullie vieren, m'n dierbare neven, neem ik zoo dadelijk mee naar Tante Els, die diep bedroefd is, dat we vergeten heb ben den brief eerder te schrijven." Een groot gejuich ging op. „Maken jullie je gauw klaar en pak 't noodigste in de koffers. De rest kan wel nagezonden worden," raadde Oom. „Maak vooral voort!" Dat hoefde geen tweemaal gezegd te wor den. Geen tien minuten later was 't heele stel gereed en waren de koffers gepakt op jongensmanier. Een haastig afscheid en daar stapten ze de mooie auto in. Ruimte was er genoeg: de bagage kon er nog bij. Nog even wuiven en daar gleed de auto zacht voort. „En de verbouwing?" vroeg Jaap, die vlak naast Oom zat. „Verbouwing? Welke verbouwing?" vroeg Oom verwonderd. Hein vertelde, wat hij van 'n vader ge hoord had. Dik voegdo er gauw bij, hoe teleurgesteld ze geweest waren. „Ik ga wèl bouwen," zei Oom, „maar niet aan m'n huis. Je vader heeft me verkeerd begrepen." „Wat bouwt u dan?" vroeg Hein nieuws gierig. „Ik wou in den tuin een paar muurtjes zetten om daar planten op en tegen te plaatsen en langs te laten klimmen en ook een kastje voor m'n cactussen en vetplan- ten." „Wat leuk!" vond Frits. „En dat wou ik jullie laten doen!" zei Oom. „Ons? Wij bouwen? Met steenen en echte kalk?" „Ja. Zouden jullie dat willen?" „Dol gewoon! Eenig! Moppig!" klonk 't door elkaar. „U weet altijd van die loukc dingen te bedenken," prees Jaap. Oom glunderde. „En kijken jullie nu maar eens uit,* raadde Oom. 't Was een mooie tocht Rus tig gleed de groote wagen langs de hosch- rijke wegen en vlugger dan ze gedacht had den waren ze in Putten. 't Werd een heerlijke vacantie, waarin dc jongens werkten als metselaars en tuinlui, want de muurtjes moeston ook beplant Maar pret maken en uitgaan werd niet ver geten. Daar zorgden de gastvrije Oom en Tante wel voor. En veel te gauw naar aller zin was de vacantie om. J. H. BRINKGREVE— ENTROP. (Nadruk verboden). 1. Kameleon. Meloen, kameel, molen, Koen, kom. 2. Doordat ik schrok van de wesp, reed ik tegen een boom. (Spree). Ik schrijf altijd onmiddellijk in nieuwe boeken mijn naam. (Don en Inn.) Hij maakte met zijn twee oudste broers een fietstocht door ons land. (Ebro). Wacht even, Hortense, in oen oogenblik ben ik klaar. (Seine en Aar). 3. Kroos, roos. <1. Een walrus. 1. Een kers. 2. G a n s Groeolo. fc ram r o o d knie 1 int O 1 s t O t fc o 3. Paard, paars. 4. Een hansworst. 1. Kruisraadsel. Op de beide kruisjeslijnen komt de naam van een badplaats in ons land. X X X X xxxxxxxxx X X X X lo rij een medeklinker. 2o een deel van een gebouw. 3o een boom. 4o een plaats in Limburg. 5o 't gevraagde woord. 6o een. plaats in Noord-Holland. 7o een bloem. So een Nederlandsch eilandje. 9o een medeklinker. 2. Neem eerst, het begin van iets en dan het einde, vervolgens een water in Noord-Holland en ten slotte een medeklinker, dan krijg je een vloei stof. 3. Begraven talen. Houd je hengel schuin, Frits! Zoo is het beter. Je bent eigenlijk wel mal; eisch liever schadevergoeding! Je hebt je jacht op de wesp aanschou welijk verteld. Hij trof in Scheveningen verscheiden kennissen aan. 4. Mijn geheel wordt met 10 letters ge schreven en noemt een plaats in de prov. Utrecht 10, 2, 3, 4 is een edel metaal. Een 7, 5, 8, 9 is een roofdier. 1, 2, 8, 9. 4, 5, 6 is een plaats in Zuid- Holland. Een 4, 8, 3, 9 vindt, men in elk vertrek. Een 7, 8, 5, 6 is een lichaamsdeel. 1. Ik ben een lang, rond voorwerp, Maar draait men mij eens om, Geloof maar, dat 'k als prul dan Heel stellig wederkom! 2. Vul de rijmwoorden in; Onze kleine broertje Hansje Deed heusch laatst een ronde** Want hij ging met Moeder uit. Of hij blij was, onze Met de tram ging hij naar stad. Fijn vond kleine Hansje 1 3. Met W ben ik een rivier in ons land, met z een groot vertrek, met b een zak of pak, met p een ijzer, hout of steen en met st een metaal. •1. Soms dien ik als oorbel; 'k Ben een kléine vrucht. Die zich best laat smaken. O, het is een klucht. Zooals 't jonge volkje Op mij is gesteld. En als Moes roept: Vlug komt aangesneld. Wie kan ons nu noemen? Heb je 't antwoord goed. Dan verdien je rood als bloed! (Nadruk verboden.) Beste Nichten cn Neven, Ik kan wel merken, dat het mooie weer in het land is, want bet aantal briefjes ie aardig verminderd. Jullie hebt zeker ge dacht, dat ik in Zwitserland prachtig weer heb gehad hé, omdat het verleden week hier ook goed weer was. Helaas moet ik jullie zeggen, dat ik slechts een paar minuten de zon heb gezien en voor de rost regen en zeer donker weer. Dit is evenwel geen reden geweest om de reis te laten mislukken; wij hebben het gehcele programma afgewerkt, schitterende tochten gemaakt en heerlijk sneeuwballen gegooid. Het was natuurlijk voor ons wel een kleine tegenvaller toen wij bij het nadoren van de Zwitsorsche grens niets dan regen zagen, temeer daar wij, toen we 's avonds, na het passeeren van Frankfort aan den Main, naar bed gin gen met schitterend weer. Maar och, we hebben ons door den regen niet laten ont moedigen, want in Holland waren we ook nogal eens gewend aan een buitje Deze week heb ik belaas nog geen tijd gehad om aan het reisverhaal te beginnen, zoodat ik dat heb moeten uitslellon tot vol gende week. Nu ga ik maar gauw verder mot het schrijven van DE CORRESPONDENTIE. W i p n e u s. Lsulc zog, die kleine poes jes; raag je ze allemaal houden; Ik hoop, dat je me volgendo week een langer brief je zult schrijven. Palmboom. Dat kan eon aardig reis je worden; wanneer ga jo naar die plaats toe? Ik kan je helaas niet helpen aan alles waar je me om gevraagd hebt. Nog wel be dankt voor je doekjes. Dimajo. Mijn dank voor je bonnen. Hoe gaat het ermee, is de pols al weer be ter; ik hoop het voor je. Tobias. Ja, ik heb zeer veel genoten, doch het weer was erg regenachtig. Koren bloemen zijn ook mijn lievelingsbloemen; ik vind ze erg fijn. Tompous. Je hebt dus een pretje te goed. Jullie gaan naar een mooie omge ving. Ben je er al eens geweest? Vooral Berg en dal en de duivelsberg zijn prach- «g- Bruinoog. Hoe is het met de repe tities gegaan; nogal mooie cijfers gehaald of laat dat nogal te wenschen over? Ja, het is nu dc tijd om tc zwemmen; als dc gelegenheid er is moet je haar aanpakken. Tjiftjaf. Huiswerk heb je op iedere school; daarvan leer je het meest. Enfin, het duurt nu niet lang meer of de vacantie is er en dan kun je heerlijk luieren. Ik wensch je veel plezier op het schoolreisje. Ja, ik ben er dikwijls geweest, het is een zeer mooie streek. Nijlpaard. Bedankt voor je bonnen. Ik kan je alleen maar aan een paar peli- kaantjes helpen. Ja, naar de kermis ben ik gewee3t, doch niet naar Assen, want toen do races waren zat ik nog in Zwitserland. N i c e. Dat. was dus een extra bofferd, dat je juist een boek kreeg, dat jc graag wilde lezen. Dat zal wel een leuk diner geweest zijn; ik zou haast willen vragen of ik volgende keer ook mag aanzitten. Kemphaantje. Dat is een leuke naam voor een zwarte poes; ik heb vroeger ook c.en zwarte poes gehad cn die heette pre cies zoo. - Roodborstje. Ja, ik ben gelukkig heelhuids terug gekomen. Er waren wel gevaarlijke, maar daarom niet minder mooie klimpartijen bij. Jammer, dat je de raadsels niet hebt kunnen vinden. Nog wel bedankt voor je gift, Clyvia. Wat. heb ik jou een langen tijd gemist; ik dacht dat je de raadsclru- briek vaarwel had gezegd, zoodat ik al weer een andere „Clivia" erbij gekregen heb. Bedankt voor je gift. Jij gaat ook een prettige vacantie tegemoet, D u i k e 1 a a r t je. Ja, daar in Assen is ook wel een kinderrubriek bij de courant. Oom Pim heeft je briefje zelf in handen gekregen, want hij is alweer terug van de reis. Ik vind het jammer, dat je me gaat verlaten; je was een van mijn trouwe mede dingsters. Ik hoop, dat je in Assen weer spoedig aardige vriendinnetjes en vriend jes cneen aardige raadscloom of -tante zult vinden. Cupido. Dat was vervelend zeg en juist zoo vlak voor je verjaardag! Enfin, nu zul je zeker Zondag je schade wel in halen hè? Nog wel gefeliciteerd met je ver jaardag, die je zooveel mooie cadcaux heeft bezorgd. Tom M ix. Bedankt voor je gift. Wat heeft eraan gescheeld, dat je twee weken te bed hebt gelegen? Ben je nu weer go- heel hersteld; ik hoop van wel! Kikker. De kermis was deze keer erg leuk hè? Ik ben ook in die emotiebaan geweest, waarin al die geesten waren. Was je daar niet bang in? Je bent nogal geluk kig geweest, dat je zooveel gewonnen hebt. Ik moet je eerlijk zeggen, dat ik het niet zoover heb kunnen brengen. Sprinkhaan. Ik ben maar oen week in Zwitserland geweest, doch ik had cr best een maand willen blijven. Ja, edel- weisz heb ik er ook gekocht; het is een prachtig zacht bloempje hè? Valk. Waar ga je heen met de groote vacantie? Ik hoop, dat j'e me zult vertel len van je buitcnlandsche reis; dat vind ik altijd aardig. Nog wel bedankt voor je gift. Zonneroosje. Bedankt voor je bon nen. Hoe is het gegaan met do repotities, zijn ze nogal meegevallen of bobben ze een paar benauwde oogenblikjes opgeleverd? De oplossingen. L COEVORDEN Oostburg E 1 s p e e t (Eerbeek) V o o r n e Ommen R ij a t Das E g N Holle vaten klinken het hardat, met de woorden; hart, tonton, valk, Holland, kies on bok. De prijs is doze woek voor Cupido, die hem Maandag aan ons bureau kan ko men afhalen. Nieuwe raadsels. L X X X x XXXXXXXXX X X 4 X X Op de kruisjeslijnen komt de naam van een plaats in Groningen. Op de le rij: een medeklinker. Op de 2e rij; eon insect. Op de 3e rij: een insect. Op de 4e rij: een overeenkomst tusschen staten. Op de 5e rij: het gevraagde woord. Op de 6e rij: een plaats in Noord-Hol land. Op de 7e rij: een plaats in Drente. Op de 8e rij: een afsluiting voor tuinen. Op de 9e rij: een medeklinker. II. Mijn geheel is een spreekwoord dat uit 4 woorden bestaat en met 23 letters wordt geschreven. 3, 10, 7, 5, 14, 15 is een zomersport, 12, 22, 13 is een waterkeering. 1, 4, 20, 16 is een stad in België. 21, 2, 8, 19, 6, 18, 15 is een plaats in Lim burg. 9, 4, 11, 23, 14 is een paars bloemetje. 10, 17, 19, 5 is een viervoetig dier. ONZE RUILHANDEL. Palmboom kan een filmfoto, een speldje cn een paar Cactusbonnen komen halen. Dimajo kan een boekenbon komen ha len. Tobias kan een paar Cactusbonnon, een filmfoto en een boekenbon komen ha len. Tompoes kan een paar Van Nelle's merken komen halen. J o b. v. P. Als je mij de bonnen stuurt, zal ik wel wat voetbalplaatjes voor je klaarleggen. N ij 1 p a a r d kan een paar Pelikaantjes komen halen. Roodborstje kan een Turmacbon, een paar Miss Blanchebonnen en een paar Amstelpcnningen komen halen. Clyvia kan een paar Cactusbonnen en een boekenbon halen. •Tos van L. Indien uw dochtertje mij bonnen toezendt zal ik haar zooveel mo gelijk teruggeven wat zij verlangt, natuur lijk zoolang de voorraad strekt. Tom Mix kan een paar Roodband- piaatjes en een filmfoto krijgen. Valk kan een paar Duifmcrken Hagen- bcckplaatjes, Pelikaantjes, Cactusbonnen en Sickeszpunten komen halen. Zonneroosje kan een filmfoto ko men halen. Alle bonnen en plaatjes kunnen Maan dagmiddag na 3 uur worden afgehaald. OOM PIM. In „Ons Eigen Tijdschrift", (uitg. van de fa. C. J. van Houten), vonden wij het vol gende artikel, dat jullie zeker zal interes seeren: HET INRICHTEN VAN EEN AQUARIUM door Kees Hana. Nu we alweer zoo zachtjes aan naar het voorjaar beginnen te loopen is de tijd ge komen, dat veel jongens (en meisjes) zin krijgen een klein stukje van het mooie jon ge leven daarbuiten in huis te halen. En vooral onder de jongens is er de nooit ver flauwende liefhebberij iets meer beweeg lijks in hun bezit te hebben. Vandaar dat ze, gewapend met schepnetten en jampot jes naar de slooten gaan om er stekeltjes, salamanders en meer dergelijk moois te halen. Zijn ze eenmaal met hun buit thuis, aangeland, dan begint het lieve leven pas, wat in het bizonder voor de buit niet zoo bar aangenaam is in vele gevallen. In de eerste plaats is er meermalen een verbod van vader of moeder om met het spul in huis te komen. Want „die keet" heet zoo'n ontzettende rommel te geven. Stekeltjes en waterspinnen verhulzen dan ook vaak naar het putje achter de keuken of wor den op hoog bevel weer naar hun geliefd slootje terug gebracht. Laten we echter hopen, dat vader zoo goed wil zijn een handje te helpen en dus de „rommel in huis" wat beperkt wordt, dan is de eerste hindernis al overwonnen. Maar nu stAat er direct alweer een twee- do voor de deur en die is meestal nog een heel stuk lastiger dan de eerste. Het gaat er nu om een geschikte verblijfplaats voor de diertjes te vinden en die dan ook zóó in te richten, dat ze 't er naar hun zin heb ben en ongestoord hun gewone slootleven- tje kunnen voortzetten. Ook de kwestie van het vereischte voer is niet altijd even eenvoudig. Hierop komen we echter later nog terug, eerst gaan we 't hebben over bet aquarium zelf. Het allerbeste is een gewone vierkante glazen bak. Ie dio er eenmaal, dan ga je hem met overleg In orde brengen, want het moet niet noodig wezen, dat Je hem bijv. na één of twee weken alweer moet schoonmaken en opnieuw inrichten. Dc visschen hebben, net als wij, zuurstof noodig om van te leven. Wij halen die door middel van onze longen uit de lucht, vis- scbon nemen baar op uit het water met behulp van hun kieuwen. Nu Is er In ge woon water echter maar een betrekkelijke kleine voorraad zuurstof, en deze zou al gauw geheel verbruikt zijn als niet de wa terplanten er voor zorgden, dat zij geregeld werd aangevuld. Om dus te voorkomen, dat de dieren zuurstofgebrek Krijgen en als gevolg daarvan aan de oppervlakte komen „luchthappon", dien je ook in je aquarium waterplanten te nemen. Alles wat je in sloot of vijver vindt is geschikt; goed af spoelen is altijd aan te radon. Enkele sloot- plantjes drijven gewoon los in 't water en hebben niet eens wortels, maar de meeston zijn niet zoo makkelijk, ze moeten een voedzamen bodom bobben willen ze goed gedijen. Vooral vederkruid (zoo genoemd naar zijn fijne blaadjes, die veel op veer tjes lijken) is nogal veeleischend. Het beste is wel eon bodemlaag te maken van kloi- kruimels, fijn turfmolm, of een mengseltje van deze twee. Dikker dan twee centimeter is niet noodig. Eroverheen strooi je een laag goed uitgewasschen rivierzand en klaar ben je. Duinzand zou ik liever maar niet gebruiken, want over 't algemeen be vat dat te veel kalk. Om do bak te vullen zonder dat de bodemlaag omgewoeld wordt zet je een schoteltje op het zand en laat daar de waterstraal op neerkomen, je hebt dan nergens last van. Het beplanten is al heel eenvoudig; als je geen wortels aan de plantjes kunt ont dekken, dan stop je ze maar zóó met het ondereinde in den bodem, nadat je eer9t allo bruine en rottende deelen eraf geknipt hebt. Wortelschieten doen ze allemaal heel makkelijk, behalve de twee soorten hoorn blad, die gewend zijn los te zweven. Van boven groeien deze steeds aan, terwijl ze van onderen ook vrij gauw weer afsterven. Voor óp het water laten kroos, roodkroos (azolla), kikkerbeet, watervorkjes, enz., zich uitstekend gebruiken. Zorg echter altijd, dat een deel van de oppervlakte zonder planten is. Daar kun je dan een stukje kurkschors laten drijven, waarvoor in het bizonder de salamanders erg veel liefheb berij toonen. Het aquarium moet goed in het licht staan, 's morgens of in de namiddag wat zon is heel goed, maar een plekje op 't Zui den in do volle zon is verkeerd. Het water zou te warm worden en in minder dan geen tijd zou alles volzitten met groene vlokken en draden, de algen. Na verloop van tijd zullen die er toch wel een beetje in komen, maar je kunt ze dan makkelijk in bedwang houden met een stuk of wat posthoornslakken. Men beweert vaak, dat een goed aquarium zoo om de paar dagen schoongemaakt moet worden, maar niets is minder waar. Zelfs is het heel verkeerd, want telkens zou de rust verstoord worden en de dieren zouden er niet aan durven denken nestjes te maken of eieren te leg gen. Nee, nooit moet je tot een geheele schoonmaak overgaan, hoogstens eens een paar doode plantendeelen weghalen en wat water bijvullen, dan heb je na een paar weken de voldoening een echt stukje sloot in huis te hebben. De planten zijn dan ge worteld en maken nieuwe uitloopers, ^ste- keltjes bouwen hun nestjes en salamanders leggen eitjes! Wat betreft de keus van beestjes, daar omtrent moet elk zijn eigen smaak maar volgen. Een paar algemeene opmerkingen zijn misschien van nut. Wie graag jongen van eeD of andere soort wil hebben doet het handigst zijn aquarium alléén voor die soort te reserveeren en er geen gezelschaps- bak van te maken. Van alles bij elkaar is natuurlijk ook leuk; een paar dieren bederven echter alles in gezelschap van anderen. Deze zijn: gecl- gerande watertorren, libellenlarven en tor renlarven. Dat is werkelijk addergebroed, niets laten ze met rust! Bittervoorntjes kunnen niet zonder een paar flinke eendenmossels omdat ze daar kuit in schieten. De mossels graven helaas den bodem om op een verschrikkelijke ma nier, dus géén klei of turf onder het zand nemen en alleen drijvende planten (hoorn blad, puntjeskroos, blaasjeskruid, water- vorkjes). Als de stekel vrouwtjes eenmaal de nest jes van eitjes voorzien hebben kun je ze beter naar de 6loot terug brengen, wan neer je tenminste zooveel mogelijk jongen wilt opfokken. Want al verdedigt hun va der ze dapper, toch zien de wijfjes meerma len kans er een paar naar binnen te slaan. Vlak na de geboorte zie je ze bijna niet, zoo klein en doorzichtig zijn ze. Volwassen salamanders eten graag hun jongen. Zijn er dus eenmaal eitjes aan de planten te zien, haal dan de ouden weg en wacht af, wat er komen zal. De jongen heb ben een bizonderheidje. Ze dragen aan twee kanten van hun hals mooie roode pluimpjes; dat zijn trosjes kieuwen, die de ademhaling regelen totdat de Jongetjes hiertoe in staat zijn. Alleraardigst is het te zien hoe gauw de üeeren al pogingen doen watervlooien te vangen. Kikkervischjes of dikkopjes kun je ook heel eenvoudig groot brengen. Begin met een plok eitjes te ha len en Iaat die rustig aan hun lot over, maar bekijk ze wèl geregeld. Na een dag of ^-at zie je dat de dikkopjes al duidelijk hun vorm hebben, terwijl ze nog in het „dril" zitten. En niet lang voor 't uitkomen spartelen ze al. Eten hoeven ze in het be gin niet te hebben, ze nemen kleine algjes, die ze overal op de planten en tegen de glaswanden opscharrelen. Velen zullen er wellicht over gaan tob ben, welk voer nu het meest geschikt is voor die uitgebreide diergaarde. In 't voor jaar en in den zomer kun je gemakkelijk het natuurlijke voer machtig worden. Dit heeft twee groote voordeelen, In de oorste plaats bestaat er niet beter en voorts hoeft het je geen cent te kosten! En wat dit „na tuurlijke voedsol" dan wel is? Water vlooien, kleine modderwurmpjes. Met eon neteldoeksch netje vang je de watervlooien enz. bij duizenden In een slootje of vijver, waar eendon of zwanen zwemmen. Salamandors zijn wat lastig In de kost soms doordat ze zoo verschrikkelijk slecht van gezicht zijn. Ze moeten de wurmpjes duidelijk zien bewegen voor ze toehappen. Voer altijd op dezelfde plaats in je aqua rium en zoo mogelijk ook ongeveer op denzolfdon tijd. Eons per dag is voldoende. Geef niet te veel, want de resten van den maaltijd gaan gauw beschimmelen en rot ten, wat oorzaak kan zijn van allerlei na righeid. Ziezoo, de algeraeone dingen weten Jul lie nu zoo'n beetje. Veel succ^iJ

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 20