AMEOSFOOrarSCH DAGBLAD Bieeeelaed Feoilletoe Woensdag 3 Augustus 1932 -DE EEMLANDER" 31e Jaargang No. 29 TWEEDE BLAD EEN LANDSBELANG VAN DE EERSTE ORDE Onze landbouw en export STIKSTOFCONFERENTIE N.V. COMPAGNIE LYONNAISE GEDURENDE DE MAAND AUGUSTUS 7 UUR N.M. GESLOTEN UIT DE STAATSCOURANT GEBRUIK VAN NEDERL. KOLEN VERJAARDAG VAN DE KONINGIN MOEDER Fortinbras' Toovermacht De onhoudbare toestand ten opzicfa te van de Duitsche deviezen: regeling De wijze, waarop Duitschland, door het steeds bezwarender maken van de devie zen-regeling, de betalingen aan de Neder* landsche leveranciers, óók van solvente af nemers in genoemd land, belemmert en dikwijls praktisch bijna onmogelijk maakt, heeft de grenzen van het toelaatbare reeds lang overschreden. Aan ieder, die met de export naar Duitschland heeft te maken, is dit feit be kend en in allerlei toonaarden is herhaal delijk ingrijpen van onze overheid ver zocht, doch gewacht wordt nog steeds, te vergeefs, op maatregelen van onze regee ring om aan dezen wantoestand snel en af doend een einde te maken. En dat, waar het middel tot ingrijpen toch zóó voor de hand ligt, hoewel er natuurlijk bezwaren, zelfs groote bezwaren, aan verbonden kun nen en zullen zijn. Wat echter het zwaarst is, moet ook het zwaarst wegen, en wanneer wij dan zien, hoe, door de ongelukkige deviezen-regeling onze export naar Duitschland wij wil len ons bepalen tot bekend terrein en dus slechts de export van kaas noemen, hoe wel er natuurlijk véél meer is dermate in de klem is geraakt, dat het bestaan van de kaasproducenten en den kaas handel op losse schrooevcn is gezet en beide het totalen ondergang wor den bedreigd, dan zal het toch wel dui delijk zijn, dat een landsbelang van de éérste orde op het spel staat, een ingrij pen van onze Regeering geboden is en dit de sympathie van landbouwer en expor teur zal hebben. Wel nimmer zal onze groote landbou wende bevolking, de handel en andere groe pen, met méér sympathie en steun achter I de Regeering staan, dan wanneer deze mocht besluiten: „Zoo kan het niet langer er moeten krachtige maatregelen worden genomen". Men behoeft de moeilijkheden van Duitschland niet te onderschatten en men kan de vrees voor den koers van de Mark daar begrijpen, doch evenmin behoeft te worden geaarzeld om, met volkomen be sef van den ernst der zaak, te zeggen: „Wanneer wij niet voor onze exportbelan gen zorgen, gaan onze landbouw en ex- porthandel, èn daarmede ook onze Gul den, ten onder; wij moeten er dus voor wa ken, dat wij worden betaald voor onze le veringen aan Duitschland, gelijk Duitsch land ook verlangt en bereikt, dat het wordt betaald voor de leveringen, aan ons gedaan". En waar Duitschland aan ons véél meer levert dan wij aan Duitschland, is de ver rekening eenvoudig: wij hebben het heft in banden en betalen aan Duitschland dat gene, wat wij na aftrek van onze vorderin gen, nog schuldig zijn. Niemand kan daarin een onvriendelijke daad tegenover een bevriend land zien, ook Duitschland niet, want wanneer men krijgt hetgeen men tenslotte te vorderen óver heeft, is aan alle eischen voldaan. Onze fout is, dat wij te lang en te veel hebben gevraagd wat wij zelf eenvoudig en eerlijk kunnen toepassen. In de bladen hebben wij dezer dagen kun nen lezen, hoe het kleine Zwitserland te genover het groote Frankrijk een economi- schen maatregel met een tegen-maatregel an dezelfde strekking heeft beantwoord, waardoor de belangen van de Zwitsersche exporteurs eerst bedreigd onmiddel lijk weder veilig zijn gesteld. Zouden wij dan ook niet voor onze belangen tegenover Duitschland kunnen zorgen?! Bij de behandeling van de crisis-zuivel- wet in de Staten-Generaal is den melkvee houders een prijs voor de melk, liggende tusschen de 5 en 6 ct. per liter, in uitzicht gesteld. Hoe wil nu de regeering, ondanks alle werkelijk lofwaardig streven, om door middel van genoemde wet zooveel mogelijk de in nood verkeerende veeboeren te hel pen, beantwoorden aan de gevestigde ver wachtingen, óók bij de kaasproducenten, wanneer de kaasprijzen. tengevolge van dc export-moeilijkheden, zich voortdurend in dalende lijn blijven bewegen, zooals het ge val is? De kaasprijzen vormen toch de fundee- ring, waarop, voor den kaasproducent, dc in uitzicht gestelde richtprijs van 5 k 6 ct. per tot kaas verwerkte liter melk ge grond moet zijn! Wanneer die kaasprijzen zóó laag loopen als thans reeds duidelijk is te zien dat zij zullen loopen, indien de Duitsche deviezen-regeling en dóardoor de export, niet verbetert, zal dc met de beste bedoelingen gemaakte Crisis-Zuivelwet niet aan het doel kunnen beantwoorden, want de toeslag, welke door die Wet aan de boeren kan worden gegeven, kan, al zal deze natuurlijk iets helpen, niet vol doende zijn, om onder zulke omstandighe den tot een prijs van ruim 5 ct. per liter melk te komen, en groote teleurstelling en ontstemming bij de in hunne verwachtin gen getroffen boeren zullen het gevolg zijn. En dat is nog niet hetérgste, doch de boeren zullen ten gronde gaan! Eveneens vele zuivcl-exporteurs, waaronder een groote kapitaalsvernietiging, evenals bij de boeren thans reeds heeft plaats gehad. Dat daarom onze Regeering ten spoedig ste afdoend ingrijpe door een verrokenings- regeling met Duitschland te bepalen, even als dat lancl zijn deviezen-voorschriften af kondigt men noeme de regeling, zoo als men wil en dat alle belanghebbenden dan toonen, dat zij met hun sympathie achter de Regeering staan. De exportbe langen van de zuivel-artikclen behoeven dringend te worden behartigd op buiten gewone wijze! Natuurlijk verdient óók de export naar Andere landen, zooals bijvoorbeeld Spanje, de bijzondere aandacht, doch waar de als een grovo onbillijkheid gevoelde deviezen- egeling van Duitschland wel het grootste struikelblok voor de kaas-export mag woorden genoemd, hebben wij déarop thans eens speciaal willen wijzen. Misschien is het nog niet te laat, hoewel de toestand precair is; dat men dan nu ook onmiddellijk de noodige maatregelen neme! Een gróót landsbelang staat cp het spel! Nederlandschc Verceniging van Kaashandelaren. Noord-Hollandsche Verg:, van Kaas handelaren. Friesche Vereeniging van Zuivel* exporteurs. Voorbereidingen tot het vormen van een kartel UTRECHTSCHEWEG 10 TEL. 179 AMERSFOORT 's-G ravenhage, 3 Aug. Sinds Maandag j.l. liceft in het Palace-hotel te Schevenin- gen een zeer belangrijke conferentie plaats van stikstofproducenfcn uit dt verschillen de landen. Zooals bekend, is ccnigen lijd geleden de convention dc rindusliic de lazot (C.I.A.), de internationale vereeniging \an stikstof- producenten, uiteengevallen, hierdoor waren de verschillende bestaande overeenkomsten betreffende de te volgen prijspolitiek buiten werking gekomen. Een felle concurrentie strijd is het gevolg van deze omstandighe den geweest en daardoor werden de betrok ken groepen al spoedig gedwongen, contact met elkaar te zoeken. Verschillende conferenties zijn gehouden, zooals in Montreux, Boedapest, Schevenin- cn en andere plaatsen, doch een direct resultaat leverden deze besprekingen niet op. In alle 6tilte en onder dc grootste geheim houding heeft men echter aan een kartel overeenkomst verder gewerkt en getracht zal worden, deze binnen korten lijd tot stand te doen komen. Strikt vertrouwelijke besprekingen zijn Maandag j.l. in het Palaecliotcl aangevan gen en duren nog steeds voort. Speciale opdrachten zijn aan dc hotel directies en aan de portiers gegevens om de gedelegeer den in de meest volstrekte rust te laten en de vertrouwelijkheid der conferentie onder alle omstandigheden ie handhaven. Officieclc communiqué's worden niet ver strekt; in elk geval niet voordat er een be paald resultaat is bereikt. Naar ons echter ter oore kwam, is het doel der conferentie: het voeling houden van de producenten van synthetische stik stof met de producenten van natuurlijke stikstof. Met deze laatste groep is natuurlijk Chili bedoeld, dat, zooals bekend, de grootste en belangrijkste concurrent der synthetische stikstofindustrie is. Voorts kan worden medegedeeld, dat men de overeenkomst wil zoeken in een rich ting, welke aan beide groepen van produ centen een plaats op de wereldmarkt ver zekert en in plaats van een strijd op leven en dood een zekere productie- en verkoops mogelijkheid openlaat. De besprekingen zouden ten doel hebben voor elk der groepen een bepaald contin gent op de wereldmarkt aan te wijzen. Men betwijfelde of overeenstemming te dien aanzien wel zoo gemakkelijk zou kun nen worden bereikt; men schijnt reeds en kele malen op het punt te hebben gestaan tot overeenstemming te komen, doch steeds kwamen er weer nieuwe moeilijkheden tus schen. Gisteravond hadden de Engclsche gedele geerden besloten te vertrekken, maar op liet laatste oogenblik stelden zij hun ver trek uit. Heden verluidde, dat zij vanavond zullen afreizen, doch van andere zijde vernamen wij, dat dit nog heclemaal niet zeker is en dat het afhangt van den loop der bespre kingen, welke hedenmiddag worden voort gezet. IIoc dit ook zij, men houdt er ernstig re kening mede, dat de conferentie heden nog afloopt, al is het dan zonder tot een gefor muleerde overeenstemming te zijn gekomen. De onderhandelingen kunnen C :ii later worden voortgezet. Ter conferentie zijn aanwezig: van Duit sche zijde dr. Jacobi, gelieimrat dr. Schmitz en Von Harbou; de Engclsche groep (de Im perial Chemical Industries) door de heeren Spijer, Whetmoore en Mitchell. Van Chili zijn de voornaamste gedelegeer den Santa Kruz en Welpley. De Staatsmijnen in Nederland zijn verte genwoordigd door dr. Frowein, de Mekog door dr. Holtrop en ir Kessler. Voorts zijn nog gedelegeerden aanwezig uit België, Noorwegen, Italië, Frankrijk, Tjecho-Slowakije en Polen. De conferentie is heden tot laat in den avond voortgezet. De Engclsche gedelegeer den, die aanvankelijk heden den Haag zou den verlaten, hebben hun vertrek uitgesteld tot morgenavond. Wij vernemen, dat de besprekingen om tot een internationaal kartel te komen, goeden voortgang maakten, doch dat men cr nog niet in geslaagd is tot een definitieve regeling te geraken. ERNSTIG VERKEERSONGELUK TE HALFWEG Amsterdam, 2 Aug. Op den Haarlem merweg onder Halfweg heeft hedenmiddag een ernstig verkeersongeluk plaats gehad. Door het gevaarlijke z.g. „snijden" is een auto uit Rotterdam, waarin vier personen gczclen waren en welke werd bestuurd door ir. II., in botsing gekomen met den wagen van den bioscoopdirecteur D. uit Amster dam, in welke auto eveneens vier personen waren gezeten. Dc auto van ir. II. reed met zeer groote snelheid en verliet plotseling met een groote S-bocht dc file, komende uit dc richting Haarlem. De wagen kwam toen recht op de auto van den lieer D. aan. De heer H. remde toen krachtig, met het ge volg, dat de auto slipte en dwars voor den Amsterdamschcn wagen kwam te staan waarna deze laatste-in volle vaart de auto uit Rotterdam aanreed. Beide voertuigen werden ernstig beschadigd. Wonder boven wonder bekwam geen der acht inzittenden eenig letsel. Door de politie is proces-ver baal tegen den Rotterdamschcn automobi list opgemaakt. Met een kraanwagen zijn de auto's weggesleept. Bij K. B. is toegekend de aan de orde van Oranjc-Nasau verbonden eere-medaillc in brons aan: rnej. M. Faas, dienstbode bij mevr. de wed. Mcvncken, geboren v. d. Hcyden, te Rotterdam; is met ingang van 1 Augustus 1932 bij het departement van financiën bevorderd tot adjunct-commies mej. W. J. Vintgcs, thans schrijver lc klasse. Bij beschikking van den minister van financiën zijn verplaatst de ontvangers der directe belastingen, enz. P. B. Arkenbout, van St. Ocdcnrodc naar Oudenbosch, F. Grcidanus, van Vorden naar Grocnlo en II. Booy van Wyhe naar Ileinkcnszand. Bij K. B. is den luit.-kolonel met den ti- tuiairen rang van kolonel K. E. Oudendijk van den staf der artillerie, hoofd der IVe afdceling B. van liet departement van de fensie op het daartoe door hem gedaan ver zoek, met ingang van 15 Augustus 1932 een eervol ontslag uit den militairen dienst verleend. Zachte aandrang van de regeering Naar wij vernemqn, hebben de minister van Staat, minister van binncnlandsche zaken, klachten bereikt, dat verschillende publiekrechtelijke lichamen nog niet vol doende doordrongen zijn van mcnschelijk- heid, dat zooveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van de producten der Nederland schc mijnen, hoewel daarop herhaaldelijk door de regeering is gewezen. Ten eindo een zoo groot mogelijken afzet te bevor deren, heeft de minister thans aan den heer ir. G. F. II. Houben opgedragen, zich in overleg met de rijkscommissie voor de werkverruiming, ter zake in verbinding te stellen met die lichamen, waarvan het bekend is, dat zij nog niet voldoende aan den wensch der regeering hebben gevolg gegeven. JONGEN OVERREDEN. D o k k u m, 2 Aug. De 9-jarige Ype de Jong, te Genum, zat gisteren op een rijden de wagen en kwam zoodanig te vallen, dat een der wielen hem over het lichaam ging. Het ventje is tengevolge van zware inwen dige kwetsuren in het ziekenhuis te Leeu warden overleden. BRAND TE MONSTER. Maandagmiddag is in de woning van den heer A. v. d. Kaay aan den Monstcr- scheweg te 's-Gravenzande brand ont staan. De voorkamer brandde geheel uit, terwijl de zolder en het dak belangrijke waterschade bekwamen. De schade wordt door verzekering gedekt. De brand is ver moedelijk ontstaan doordat een der bewo ners zijn kleeren met benzine schoonmaak te en daarbij rookte. 's Gravenhage, 2 Aug. Ter gelegen heid van den verjaardag van II. M. do Ko ningin-Moeder wapperde heden de natio nale vlag van den Iïaagschcn toren en van vele openbare gebouwen en particuliere wo ningen, terwijl ook diverse gezantschapsge bouwen de vlag hadden uitgestoken. De trams waren gepavoiseerd, de bussen vlag den en het Lange Voorhout prijkte evenals de departementen met de gebruikelijke ver sieringen en verlichtingornamentcn. Ten paleize aan het Voorhout maakten velen gebruik van de gelegenheid tot teckc- ning der felicitatieregisters. In den middag van 35 uur gaf het Haagsch Harmonie-orkest onder leiding van den hesr Zeldcnrust een concert op het Newtonplcin en vanavond van half 2 tot half 10 musiceert het jongcliedcncorps „Juliana" op het Lange Voorhout onder lei ding van den heer Jouvenaar. Voorts werden in het Kurhaus, in „De Bataaf" en in enkele andere inrichtingen vanmiddag kindervoorstellingen gegeven. BOSSCHEN OPENGESTELD. Bij beschikking van den minister van economische zaken en arbeid en van finan ciën, zijn als een landgoed in den zin van art. 1. der natuurschoon wet 192S erkend de aan .den lieer Dr. E, J. Bosch Ridder van Rosenthal te Lochem toebehoorendo gron den ter groote van GO H.A. ten O. van Gorssel. Dc gronden die uit twee complexen be staan zijn voor het grootste gedeelte be- boscht. Wandelaars hebben vrijen toegang. HET DEENSCH-NOORSCHE CONFLICT. Het hof zal heden uitspraak doen. 's-G ravenhage, 2 Aug. Het Permanen te Ilof van Internationale Justitie zal mor gen (Woensdag) te vier uur in het Vredes paleis een openbare zitting houden, waarin liet Hof zijn beslissing zai mededeelen met betrekking tot het verzoek tot het nemen van conservatoire maatregelen tegen de Dccnsche regeering, op 18 Juli j.l., door de Noorsche regeering ingediend, betreffende liet juridisch statuut van bepaalde gedeel ten in Zuid-Oost Groenland. OVERBOORD GEVALLEN EN VERDRONKEN. Rotterdam, 2 Aug. De achtjarige jongen A. B. Langeslag, wonende aan boord van het schip „Vertrouwen", dat in de Maashaven alhier lag, is vanmorgen over boord gevallen en verdronken. Het lijk van den jongen is opgehaald. Elk groot leed neemt een belangrijk deel van het innerlijke van zijn slachtoffer in beslag. naar het Engelsch van William Locke door J. E. d. B. K. S3 Na een oogenblik wachten werd de deur opengemaakt door een grove, sletterige vrouw, met een rood gezicht, die in een armoedige kleine vestibule stond. Ze zag bet meisje met wonderlijk verglaasde blik aan en waggelde, toen ze de hand aan haar 'Verwarde haren bracht. Wat wenscht u Monsieur Fortinbras, bracht Félise mei moeite uit. verschrikt door de afschuwe lijke verschijning. Monsieur Fortinbras; zij bootste de heldere stem van het jonge meisje na. Ja mevrouw, zei Félise. Waarop de vrouw haar in echte dronke manstaal toesnauwde. Zij wist wat Fortin bras d enheelen dag uitvoerde. Zij beklaag de zich niet. Maar als lichte dames van Hive Gauche zoo onfatsoenlijk waren om hem aan huis op te zoeken, dan zou zij wel manieren leeren. Dit was maar een eqkele van de zinnen, die de dood ver schrikte Félise werden toegesnauwd. Het vas als een lawine, maar het duurde kort, .want daar sprak een welbekende stem, die^ vreemd klonk door de drift, waaraan ze uiting gaf: Wat is er? En Fortinbras verscheen. Toen hij het witte gezichtje van zijn dochter zag, sloeg hij de handc-n \oor zijn gezicht en met een uitdrukking van af- grijnzen in zijn oogen deinsde hij terug. Toen: Tais-toi, brulde hij en de vrouw met autoriteit bij den arm grijpende, duwde hij haar een kamer in, terwijl Félise bevend op den drempel staan bleef. Na een paar minuten verscheen hij weer,.nam hoed en overjas en ouden zijden hoed van een kap stok en Félise een tceken gevende, dat zo mee moest gaan, ging hij zijn huis uit en sloeg de deur achter zich dicht. Vader en dochter waren nu op onzijdig terrein, aan het eind van het donkere, kwa lijk riekende portaal. Wat in 's hemelsnaam kem je hier doen, Félise? Ik kwam om mijn moeder te zien. Het flinke, vriendelijke gezicht van den man kreeg opeens oude trekken. Zijn on derlip zakte naar omlaag. Onder de zware wenkbrauwen staarden de zachte, blauwe oogen vol wanhopige vertwijfeling. Je "moeder? Ja, waar is zij? Hij haalde diep adem. Je moeder, ja, die is in een ziekenver pleging, lieve kind. Niemand mag haar zien, zelfs ik niet. Ilij nam haar bij den arm en duwde haar naar de trap. Kom, kom kindje, we moeten voort maken. Je begrijpt wel, ik heb je niet ver teld dat je moeder zoo zi^k was. om je niet ongerus-t te maken. Maar die vreeselijke vrouw, vader, riep ze. En de alpenbloem, waaruit honig wordt gemaakt, zag er uit als een bevroren lelie tje van dalen. Op het tusschenportaal ging ze voor hem staan en zag hem strak aan. Die vrouw dat Hij zwaaide met zijn arm. Dat, zei hij op bitteren toon, een aanhaling citeerende, is een vrouw van geen beteekenis. Oh, riep Félise. Ze wist iets af van de elementaire grof heid en de ruwheid van het leven. Zij voel de zich geschokt tot in liet diepst van haar wezen. Kom, zei Fortinbras en hij strekte zijn hand uit. Maar zij trok zich terug. Kom, beval hij. Er is geen tijd te verliezen. We moeten weg. Waar moeten we heen? vroeg zij. Naar de Gare Montparnasse. Je moet dadelijk terug naar Chartres. Ik wil nooit meer terug naar tante Clothildc, zei Félise. Maar wat is er gebeurd? Wat is er dan toch in 's hemelsnaam gebeurd? vroeg hij, terwijl zij vlug de trappen afdaalden. Buiten adem, in afgebroken zinnen ver telde zij het hem. Op de binnenplaats stond hij stil en bracht de hand aan het hoofd. Maar wat moet ik met je doen? Goede hemel, wat moét ik met je doen in deze vreeselijke stad? Is er dan geen hotel in Parijs? vroeg ze koel. ITij lachte bitter. Er zijn vele hotels. Daar is Ritz en Meurice en het Elysée Palace. O, ja, hotels genoeg. Ik heb genoeg geld, zei ze. Neen, neen, mijn kind, antwoordde hij. Niet in een hotel. Dat zou me gek maken. Daar valt me iets in. Kom maar mee. Een oogenblik later bracht een motor omnibus vader en dochter, beiden stil en verdrietig, naar den anderen oever van de Seine. HOOFDSTUK XII. De zware voordeur op de Boulevard St. Germain werd open gedaan toen Fortin bras gescheld had en ze kwamen in een warme, marmeren vestibule, waar klcedcn lagen tusschen palmen en beelden. Vlak te genover de deur was het fijn gesmeden ijzeren hek, dat toegang gaf tot de lift. Al les wees op een levensstandaard, zoo geheel verschillend van dien van de Reu Maugra- bine, dat Félise, niettegenstaande de ziel- verdoovende ontgoochelingen, een uitroep van verbazing niet kon weerhouden. Wie woont hier? Lucilla Merriton, een Amenkaansch meisje. Ik hoop vurig dat ze thuis is, zei Fortinbras, de liftdeur openend. We moeten maar eens gaan zien. Ilij drukte op de knop voor de tweede verdieping en de lift vloog de hoogte in. Het portaal was even weelderig ingericht. Een keurig dienstmeisje kwam te oor- schijn. Mademoiselle Merriton was thuis, maar ze was juist aan tafel gegaan. For tinbras nam een kaartje uit een kale klei ne portefeuille. Zeg aan Mademoiselle, dat het een dringende zaak geldt. De dienstbode ging weer weg en liet hen staan in een kleine wachtkamer, die aan de andere zijde uitkwam op een hall met kunstig aangebrachte zachte verlich ting en naar Félisc's onervaren oordeel een museum was van kostbare, mooie voor werpen. Op den geboenden vloer lagen vreemde diierenhuiden. Antieke kasten met koperen beslag, wonderlijke stoelen met rechte ruggen, zooal6 zij in de sa- cristien van dc oudste kerken in de Dor- dogne had gezien, en gebeeldhouwde tafels 6tonden langs de muren, waartegen in ver gulde lijsten schilderijen hingen van oude meesters, die zij gewoon was „heilige schil derijen" te noemen. In een zacht geheimzinnig halfduister straalde in een hoek van de hall 't witte marmer van dc Venus de Medici. Op den drempel staande, keek ze verwonderd rond, toen opeens een deur openging en in het helle licht, dat naar buiten geworpen werd, verscheen een slanke tengere figuur, die met uitgestoken hand op haar vader toe kwam. Félise verschool zich achter hem. Wel Fortinbras, welke goede genius voert je hierheen? De jonge dame had een diepe stem en sprak wat langzaam. Neem 't die malle Célcste niet kwalijk, dat zij je hier in de kou liet staan. Kom dadelijk binnen. Ze gi$>g hen voor naar de hall en, Félise, in het oog krijgend, zag ze Fortinbras vra gend aan. Dat is mijn dochtertje, Lucilla. Wat, is dat Félise? Met bevallig gebaar stak ze de beide handen uit. Ik ben zoo blij je te zien. Ik heb zoo veel van je g2hoord door Corinna Hastings. Ze logeerde hier een nacht, toen ze naar Londen ging, weet je. Maar waarom, terwijl ze «leeds Féli- se's handen vasthield, -waarom heb je haar altijd zoo ver van ons gehouden, Fortin bras? Dat vind ik niets aardig van je. (Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 5