DE WISSELING AAN DE ARBEIDSINSPECTIE
EEN ONDERHOUD MET DEN
HEER ZAALBERG
Het beginselprogram van
zijn opvolger
Een vlooienplaag te
Amsterdam
DE NOOD IN DE TEXTIEL-
- INDUSTRIE
Onze Postvliegers
onderweg
Een die goed op de
hoogte is!
Hij vertelt waarom hij de arbeids
inspectie verliet en van zijn
ervaringen bij het dienst:
vak dat hij liefhad
's-Gravenhage, 23 Aug. Met het oog
op het aanstaand aftreden van den heer C.
J. Ph. Zaalberg als directeur-generaal van
den Arbeid en diens te verwachten benoe
ming tot directeur van de „Maatschappij
ter behartiging van de Nationale Scheep-
vaartbelangon" de in oprichting zijnde
financieringsmaatschappij, waarvan de
meerderheid dor aandeden in handen der
Regeering zal zijn en welke in het bijzon
der zal werken met voorschotten uit
's Rijks kas had een redacteur van het
Ned. Correspondentiebureau voor Dagbla
den een onderhoud met genoemden heer,
die zich op het tot hem gerichte verzoek
wel bereid verklaarde, een en ander over
zijn ervaringen als D.-G. en over zijn op
vatting van de hem wachtende taak mede
te doelen.
Wij vragen den heer Zaalberg allereerst
of er wellicht verband bestaat tusschen
diens ontslagaanvrage en het rapport van
de commissie-Weiter, waarvan de heer Z.
lid is en volgens welk rapport ook de ar
beidsinspectie eenige veeren zal moeten la
ten.
De heer Zaalberg antwoordde Ontkennend
en voegde eraan toe, dat zijn ontslagaan
vrage bij den minister reeds in Maart j.l.
is ingediend, dus lang voor de verschijning
van het rapport-Weiter. „Mijn opvatting is,
dat men beter een aantal GO-jarigen op
wachtgeld kan stellen dan de toetreding
van jongere krachten tot leidende functies
tegenhouden. In dien zin heb ik mij dan
ook in de op 9 Maart ingediende ontwerp-
begrooting van de arbeidsinspectie uitgela
ten, en daarbij met een tweetal districts
hoofden mijzelf als derde voorgedragen, nu
de wachtgeldregeling zoodanig vervroegd
heengaan heeft mogelijk gemaakt.
Evenmin staat mijn voorgenomen aftre
den in verband met de te verwachten be
noeming van directeur der scheepvaart-
bank, die eerst onlangs aan de orde is ge
komen.
Wat zijn ervaringen betreft als leider van
de arbeidsinspectie, verschafte de heer
Zaalberg ons inzage van zijn op 4 Augus
tus in de periodieke vergadering met de
districtshoofden, adviseurs en hoofdinspec
teurs gehouden afscheidsrede, met machti
ging, daarvan thans het een en ander te
publiceeren. Wij lazen daar:
„In de vollo overtuiging, dat ik in de
arbeidsinspectie mijn levenstaak zou vin
den, ben ik 32 jaar geleden in Gelderland
mijn werk begonnen en altijd heb ik mij
gelukkig gevoeld mij geheel te mogen en
te kunnen geven aan de belangen der ar
beiders. Het was voor mij een groot offer,
om uit den buitendienst, waarin ik rnij
geheel kon uitleven, over te gaan naar den
centralen dienst, die zooveel verder afstaat
van het bedrijfsleven en de menschen in
dat bedrijfsleven."
En verder: „Ik behoef in dezen kring
geen overzicht te geven van de groote wij
zigingen in het leven der arbeiders, die se
dert het begin dezer eeuw hebben plaats
gehad. Tot veel daarvan heeft de arbeids
inspectie het initiatief genomen, voor nog
meer hoeft zij den weg gebaand en met
taaie volharding heeft zij gewaakt voor de
handhaving van het eenmaal verkregene.
Toch wil ik een der allergrootste gebeurte
nissen in de geschiedenis der arbeidswet
geving naar voren halen, n.l. de invoering
van den achturendag in de arbeidswet-
Aalbersc. Ik verklein de groote beteekenis
van andere sociale wetten, zelfs van de
verzekeringswetten niet, wanneer ik den
achturendag de grootste verbetering noem
in den strijd om levensgeluk voor dc ar
beiders. Een gelukssensatie, maakte zich
van mij meester bij de aanneming dier wet,
waarop in de Tweede Kamer het 8-uren-
lied luide weerklonk...
Wij allen hebben de zekerheid, dat
in geen land ter wereld zooveel zorg aan
de handhaving van den S-urendag wordt
besteed als in Nederland en ik ben ervan
overtuigd, dat de arbeidsinspectie geen vu
riger wensch heeft dan om dezen zegen zoo
spoedig hét kan te doen deelachtig wor
den aan alle arbeiders, die er nog van ver
stoken zijn.
De groote vooruitgang die in deze perio
de op het gebie$ der arbeidshygiène en
veiligheid is tot stand gekomen, is mede
de vrucht van ons aller werk en ik prijs
mij gelukkig, dat ik daarin mijn deel heb
mogen bijdragen.
Rij mijn werk heb ik het groote voor
recht gehad, in aanraking te komen met
zeer velen die mijn leven hebben verrijkt
door licht en de kracht, die van hen
uitstraalden en door de vriendelijke, soms-
tijds vriendschappelijke gevoelens, die zij
mtf toonden. Van de groote werkers en
denkers op sociaal gebied, wier invloed ik
in sterke mate heb ondergaan, noem ik
slechts hen, die niet meer in leven zijn,
de vijf T's, Tak, Talma, Troelstra, Trcub
en Thomas, en bovenal dr. Nolens, de
grootfiguur, met wien ik vele maanden tij
dens de internationale conferenties mocht
samenzijn en samenwerken en met wien ik
kier te lande in tal van commissies en op
andere wijze aan eenzelfde werk heb mo
gen deelnemen.
Ik kan geen opsomming geven van de
zeer velen in dc arbeidsinspectie, met wie
de nauwe aanraking mij een vreugde is ge
weest en bepaal mij daarom tot de tweo
steunpilaren, die ons te vroeg ontnomon
zijn: in 1913 De Voogd, in 1918 van IJssel-
steyn. Die beiden hebben aan de arbeids
inspectie den vorm gegeven, dien zij thans
nog heeft en ik heb onder het bekwame en
energieke bestuur van van IJsselsteyn aan
zeer veel belangrijk en moeilijk werk mo
gen deelnemen, een leerschool zooals
slechts zelden iemand kan doorloopen.
Naast het inspectiewerk stond sedert 1914
veelsoortig crisiswerk en het veelomvatten
de Koninklijk Nationaal Steuncomité, waar-
van die beiden de ziel waren, tot van IJs
selsteyn minister werd en ik ook daar zijn
plaats mocht innemen en in volmaakte har
monie, berustend op warme vriendschap,
met De Vooys die taak voortzette en ten
einde bracht.
Als ik terugzie op het lot der arbeidsin
spectie en op mijn inspectiejaren,, dan
treedt de figuur Dc Vooys telkens naar vo
ren en groote dankbaarheid vervult mij
daarbij voor het zeer vele dat hij dank zij
zijn zeldzame gaven van hoofd en hart voor
de arbeidersbescherming en voor mij ge
weest is en zal blijven.
Ik verlaat de Arbeidsinspectie in een cri-
tieken tijd. Zij, die mijn ontslagaanvrage
gelezen hebben, weten, dat ik dit een voor
deel vind voor de Arbeidsinspectie en voor
andere belangen, die ik dan beter zal kun
nen dienen. Insiders weten, dat het werk,
dat ik in toenemende mate naast mijn ambt
heb moeten verrichten mij belemmerde om
te doen wat ik voor de Arbeidsinspectie
noodzakelijk acht. Het is wel een eigenaar
dig spel van het noodlot, dat ik, die steeds
cn overal, ook te Genève, heb verkondigd,
dat er een arbeidsinspectie moet zijn, die
uitsluitend de arbeidersbescherming tot
taak heeft, sedert 1914 overladen ben ge
weest met ander werk, niet alleen z.g. cri
siswerk, doch ook geheel andere zaken, zoo
als afvalwater, ambtenarenzaken, sta
tistiek, kinderberoepen, organisatie van den
Staatsdienst enverschillende technische
vraagstukken. Het was alles een gevolg van
de omstandigheid, dat de arbeidersinspcctic
meer dan eenig ander overheidsorgaan het
bedrijfsleven in al zijn onderdeelen kent en
in staat is, dc meest uiteenloopende werk
zaamheden te verrichten.
Het zal spoedig genoeg blijken, dat uit
mijn heengaan de winst voor de arbeidsin
spectie grooter is dan het verlies. Ik kijk
«tan nog iets verder dan de naaste toekomst,
die de arbeidsinspectie toch al voor moei
lijke vragen zal stellen en wel naar den
lijd die komen moet waarin het weer moge
lijk zal zijn, het wellicht verloren gegane te
herwinnen en voort te bouwen aan de ar
beidersbescherming. Want de verdwazing,
die de voortbrenging doet stilstaan, terwijl
de behoeften toenemen, zal eens een einde
hemen en het menschdom zal zijn onbe
grensde productieve krachten in het werk
stellen om door arbeid, die in zich zelf
vreugde zal zijn, aan allen de stoffelijke
welvaart te doen deelachtig worden, die het
mogelijk maakt, het geestes- en zielelevcn
zich te doen ontplooien in overeenstemming
met den aanleg voor hooger ontwikkeling,
dip den menschen is ingeschapen."
Wat het rapport-Weiter betreft, gaf de
heer Zaalberg als zijn vollo overtuiging te
kenner., dat de daarin voorgestelde maat
regelen noodzakelijk zijn en dat hij den
heer Weiter beschouwt als iemand, die zich
in het afgeloopen jaar in zeldzaam groote
mate verdienstelijk heeft gemaakt in het
pogen zooveel mogelijk ellende af te wen
den van ons volk, speciaal van hen, die uit
hun arbeid hun bestaan moeten verwerven.
Thans restte ons nog eenige vragen te
richten tot den aanstaanden directeur der
N.V. Maatschappij ter behartiging van de
Nationale Schcepvaartbelangen, omtrent
zijn verwachtingen ten deze.
Welken omvang denkt u, dat de te
verleenen credieten zullen aannemen?
Daar valt nog weinig of niets van te
zeggen. Zooals u weet, zijn in het wetsont
werp alleen de zes ton dit jaar voor den
Kon. IIoll. Lloyd opgenomen en geregeld.
Overigens is nog geen enkele rechtstreek-
sche aanvrage ingekomen. De reederijen
hadden wel om subsidie gevraagd, doch
dien weg is dc Regocring met haar wets
ontwerp niet opgegaan. Van credieten met
daaraan te verbinden strenge voorwaarden
wilde de Reedersvereeniging althans aan
vankelijk niet weten. Eerst tijdens de be
handeling van het wetsontwerp door de
Staten-Generaal is van enkele reederijen
instemming betuigd met dezen vorm van
hulp. Doch zooals ik reeds zeide, recht-
slreeksche aanvragen om crediet zijn, bui
ten den Holl. Lloyd, nog niet ingekomen.
Gaf dc- Regeering subsidiën zooals ver
schillende andere mogendheden in Europa
dan zou aan het loket van de nieuwe
bank wel gauw een file ontstaan.
Wat denkt u van de door de N.V. te
stellen voorwaarden?
Die zullen streng zijn. De N.V. is een
gemened bedrijf, waarin de Regeering de
overwegende meerderheid der aandeelen
zal bezitten en waarvan de credieten uit
's Rijks kas zullen moeten komen, na mach
tiging door de Staten-Generaal. En blijkens
de toelichting, die het wetsontwerp tot
voorbereiding dezer N.V. vergezelde, zal im
mers in het algemeen geen steun worden
verleend, dan nadat de betrokken onderne
ming oen behoorlijk reorganisatieplan zal
hebben overgelegd, dat een voldoende be
zuiniging waarborgt, terwijl van geval tot
geval zal moeten worden nagegaan of fusie
dan wel nauwe samenwerking tusschen de
hulpbehoevende maatschappijen mogelijk
'is. En ten slotte zal.er zakelijk onderpand
moeten zijn-
Dat daarbij wel eens aan te hoogo direc
tie-salarissen en ook aan de personeelsloo-
non zal moeten worden getornd, zal wel te
verwachten zijn, te meer waar de Neder-
landsche Scheepvaartondernemingen met
haar loonen, ook al tengevolge van den val
van het Pond en de Scandinavische kronen,
aan den top zijn gekomen.
Tenslotte zeide de heer Zaalberg dat do
opzet van het nieuwe bureau zéér beschei
den zal zijn. Hij hoopt met weinig men
schen het werk te kunnen verzetten.
Onderhoud met dr. Ir. A. H. W.
Hacko.
Bij een bezoek dat oen medewerker van
het Vaderland gebracht heeft aan den
opvolger van den heer Zaalberg, dr. ir. A. H.
W. Hacke, deelde deze mede
Deze benoeming stemt mij natuurlijk ge
lukkig; ofschoon: er zijn schaduwzijden.
Mijn benoeming is een uitvloeisel van do
bezuiniging, die, helaas, slachtoffers heeft
emaakt. Dat is ellendig. Vooral ook Zaal
berg zelf gaat hoen. Een onkreukbaar, broed
mensch, een man, die zijn eigen weg ging en
onder wien het een genot was te werken.
Van hem kan ik u geen goeds genoeg zeg
gen.
Waarom gaat hij weg? Een paleis-re
volutie?
Spreekt u dat toch tegen. Men zoekt
veel en veel geheimzinnigs achter die vrij
plotselinge mutatie. Maar Zaalberg zelf was
zoo eerlijk om, toen er sprake van was de
ambtenaren met 35 dienstjaren te doen af
vloeien, zich zelf het allereerst op die voor
dracht te plaatsen.
Hebt u nieuwe inzichten omtrent uw
taak?
In groote lijnen zal ik het beleid van
mijn voorganger volgen. Ik heb eerbied voor
zijn werk en liefde voor de Arbeidswet, zoo
als die nu is en functionneert. De wenschen
die ik heb en die ik zal trachten uit te voe
ren zijn uitvoerig behandeld in mijn proef
schrift. U kunt ze gecondenseerd in eenige
van de stellingen zoo overnemen:
Het zijn: le. Zoolang de volledige aanslui
ting tusschen Leerplicht- en Arbeidswet nog
niet is verkregen, is het gewcnscht, jongens
beneden den veortienjarigen leeftijd, die
aan hun leerplicht hebben voldaan, onder
bepaalde voorwaardon tot den bedrijfsar-
beid toe te laten. Onder leerplicht wordt in
dit geval mede verstaan het volgen van het
7e leerjaar.
2e. Een vergunning verleend op grond
van art. 28 7e lid der Arbeidswet behoort
te gelden voor alle ondernemingen in den
zelfden bedrijfstak.
3e. Het algemeen aanvangsuur voor
broodbakkerijen moet in alle gemeenten van
het Rijk gelijk zijn. De uitzondenngsbena-
lingen voor de groote bakkerijen moeten
daarnaast gehandhaafd blijven.
4e. De verkoop van klein versch brood
kan worden toegelaten van 8 uur des mor
gens af. M
5e. Het is wenschelijk, de couponboekjes,
bedoeld in art. 29 der Arbeidswet, te doen
gelden voor allo arbeiders van 16 jaar en
ouder; voor vrouwen en jeugdige personen
tot ten hoogste 10 uren per. dag en niet des
nachts of op Zondag.
6e. Artikel 64 sub 1 der Arbeidswet moet
worden ingetrokken.
7c. Controle op de naleving der bepalin
gen van de Arbeidswet mag slechts geschie
den door ambtenaren.
8e. De omstandigheid, dat een dor con
ventics van Gcnëve o.a. verbodsbepalingen
inhoudt voor den nachtarbeid van banket
bakkerspatroons en bij ratificeering deze
verbodsbepalingen ook in de Nederlandscho
Arbeidswet zouden moeten worden opgeno
men, is een onoverkomelijk bezwaar om deze
conventie te ratificeeren.
Wat do zesde stelling betreft, aldus dr.
Hacke, ik zie in het feit, dat al het confes-
sioneele ziekenhuispersoneel vrij is van de
wet. een groote onbillijkheid.
Wat mijn zevende stelling betreftU zipt
er uit, dat ik een groote tegenstander ben
van bedrijfsraden. Maar ik ben zulk een
overtuigd tegenstander van dat stelsel, om
dat de mooiste beginselen van onze mooie
Arbeidswet, de neutraliteit en de onafhan
kelijkheid van hen, die voor haar toepas
sing moeten waken, er ernstig gevaar door
gaan loopen. Want een goede contróle is
absoluut noodzakelijk uit een oogpunt van
rechtvaardigheid en ter wille van de con
currentie.
U bent, dus ook voorstander van het
vcrsche cadctje bij het ontbijt, als ik uw
vierde stelling bezie
Een overtuigd voorstander. Ik acht dat
geen kleinigheid, doch een aangelegenheid
van groot volksbelang om velerlei redenen.
Hebt u, over het algemeen gesproken,
nog andere wenschen en idealen
In het algemeen gaan al mijn idealen
in de richting van een „ideale" uitvoering
van de prachtige arbeidswetgeving, die wij
thans bezitten. En ik hoop óók, dat de
nieuwe Veiligheidswet spoedig in behande
ling zal komen.
En dan de Arbeidswet cn de Veiligheids
wet moeten over het geheele land' uniform
worden toegepast, dat zie ik als een van de
belangrijkste functies van den centralen
dienst.
Wat denkt u van de 40 uurs werkweek9
Daarvan ben ik een overtuigd tegen
stander voorloopig. Ik spreek hier deze
overtuiging niet uit uit hoofde van wen-
schelijkheid maar ik ontken de mogelijkheid
van werktijdverkorting. Concurreer en met
het buitenland is tóch al moeilijk, door een
verdere werktijdbeperking zou zij geheel
lamgeslagen worden.
En uw politieke richting
Die heb ik niet. Ik ben bij geen enkele
partij aangesloten en ik zie daarin een
voordeel.
leeraren en leerlingen van het lyceum.
Aan het graf ie niet gesproken. Alleen
heeft ds. Lodder, predikant der Ned. ITerv.
Gem. te Bussum, een gedeelte i,;t den Bijbel
voorgelezen, waarna de heer Odink, direc
teur van het Instituut Gooiland te Bussum,
de plechtigheid met gebed heeft gesloten.
Na afloop heeft men in het lyceum den
overleden rector met eenigo toespraken van
wege het bestuur en leeraren herdacht.
Amsterdam, 24 Aug. Do directeur van
den Gemeentelijken Geneeskundigen en
Gezondheidsdienst schrijft:
De aanvragen om hulp of verzoeken om
raad tegen de vlooienplaag, welke in huis
hcerscht na terugkomst van vacantia zijn
zóó talrijk, dat ik uwe hulp moet verzoe
ken raadgevingen ter algemeeno kennis te
brengen.
Indien de bewoners van een huis, die er
een poes of hond op na houden, met va
cantia gaan, worden deze dieren ergens
ondergebracht en het huis wordt weken
lang niet geschuierd of met dpn stofzuiger
bewerkt.
Vlooien leggen hun eitjes in naden van
vloeren, in kleeden; uit deze eieren ontwik
kelen zich bij deze hooge temperatuur snel
larven. Bij koud weer blijven deze larven
een tot twee jaar leven;" zoodra de tempe
ratuur stijgt, ontwikkelen zij zich tot kleine
vlooien. In deze warme zomerdagen groei'
de larve in een paar weken tot jeugdige
vloo uit. De larven voeden zich met stof
en vuiltjes; zij zuigen geen bloed.
Komt men nu in een woning, die eenige
weken heeft leeg gestaan, dan komen hon
derden katten- resp. hondenvlooien de men
schen bespringen, indien tevoron kat of
hond niet in het huis was losgelaten, die
de vlooien als het ware verzamelt.
Om de vlooien uit huis tc verwijderen is
het noodig de vertrekken met een stofzui
ger tot in alle hoekon te bewerken, klee
den moeten goed uitgeklopt worden, vloe
ren opgedweild met bleekpocderhoudend
water.
Wil men snel te werk gaan, don moeten
de vloerkleedcn kwistig bestrooid worden
met versch insectenpoeder cn na 24 uur al
les weggeruimd worden met den stofzuiger
of door schuieren.
Lysol, carbol, enz. zijn in dit geval niet
doel trof fend. Wel kan men probceren pe-
troleumhoudende stoffen, zooals shelltox,
Flit, Abis, enz., doch dan moeten de klee-
ren vrij kwistig met deze vloeistoffen be
sprenkeld worden.
Een onderhoud met de regeer
ring is aanstaande
Hengelo, 24 Aug. Hedenmorgen verga
derde ten gemeentehuize, alhier, het comité,
ingesteld door de textielgemeentcn in het
gebied van de Kamer van Koophandel cn
Fabrieken voor Twente, in verband met de
crisis in het textielbedrijf.
Het comité nam in studie de van een
aantal gemeentebesturen ontvangen mede-
deelingen en antwoorden op de aan deze
toegezonden vragen. Tot het opstellen van
een ontwerp-adres aan de regeering kon
evenwel nog niet worden overgegaan, om
dat enkele gemeentebesturen de gevraagde
gegevenens nog niet hadden verstrekt. Be
sloten werd aan deze gemeentebesturen te
verzoeken thans een snelle afdoening te
willen bevorderen.
Het comité is voornemens, binnen zeer
korten tijd, een onderhoud met de regee
ring aan te vragen, teneinde aan te drin
gen op het zeer spoedig treffen van maatre
gelen, die door het optreden in de laatste
dagen van de zijde van do Japansche in
dustrie niet langer kunnen uitblijven.
In den namiddag had onder leiding van
den heer J. M. Krijger Jr., burgemeester
van Vriezcnveen, éen bespreking plaats
met de z.g. kaloencommissie, een combina
tie van textielfabrikanten, welke in het le
ven is geroepen door het Verbond van Nc-
derlandsche Werkgevers en den Algemee-
nen R.K. Werkgevers Vereeniging.
Deze vergadering, waarover geen nadere
publicaties kunnen worden gedaan, had tot
resultaat, dat tot overeenstemming werd
gekomen over de richting, waarin verbe
tering van den toestand behoort to^vorden
gezocht.
BEGRAFENIS DR. L. YNTEMA.
Dinsdagmiddag is op de algemeene be
graafplaats te Bussum het stoffelijk over
schot van dr. L. Ynteraa, rector van het
Christelijk Lyceum, ter aarde besteld. Er
was zeer veel belangstelling.
Onder de aanwezigen waren de voorzit
ter van het bestuur van het lyceum, jhr.
F. A. Röell te 's-Graveland en verder leden
van het bestuur, dr. C. Rodenburg, direc
teur van de Chr. H. B. S. te Leeuwarden,
dr. M. Mulder, rector van het Chr. Lyceum
te Leeuwarden, dr. W. J. Kolkert, directeur
van de Chr. H.B.S. te Amsterdam en alle
VICTOR JURGENS. t
In Italië overleden.
Nijmegen, 24 Aug. In den ouderdom
van 51 jaar is tijdens een vacantiereis te
Canazei in Italië ten gevolge van een hart
kwaal plotseling overleden de heer Victor
Jurgens, tot voor enkele jaren mede-direr
teur van het groote Jurgens-concern, als
zoodanig hij blijk gaf van een groote werk
kracht en een bijzonder organisatietalent.
Dp overledene heeft jarenlang te Nijmegen
op „Brakkcnstein" gewoond en waa een
zeer beminnelijk man. die groote achting
genoot en zich een uitgebreiden vrienden
kring gevormd had. Zijn gezondheidstoe
stand liet de laatste jaren veel te wen
schen over en dwong hem zijn functie van
mede-directeur van het concern neer te
leggen. Vrij kort daarna vertrok hij naar
Goch, daarna naar Berlijn, waarna hij zich
te Aerdcnhout vestigde. Wijlen de heer Jur
gens was een zeer bekende figuur op het
gebied der paardensport.
De plechtige uitvaart en daarna de ter
aardebestelling, zal plaats vinden in de pa
rochiekerk in Meerwijk (Heilige Landstich
ting) alhier op een nader te bepalen datum,
(Telegraaf.)
18—8
18—8
19—8
20—8
21—8
22—8
23—8
24—8
Amsterdam
Budapest
Weenen
Athene
Mersuinatruh
Cairo
Gaza
Ruthawells
Bagdad
Boeshir
Djask
Karachi
Jodpoer
Jhansi
Calcutta
Akvab
Rangoon
BangKok
Medan
Batavia
Bandoeng
24—8
23—8
22—8
21—8
20—8
19—8
198
Vertrek van 't eerstvolgende postvlieg
tuig van Amsterdam 25 Augustus.
DE „OEHOE".
Do Oehoe is uit Calcutta vertrokken en
te Rangoon aangekomen.
De heer Erwin Granzow te Rotterdam,
correspondent van de Süddf-utsche Sonn-
tagspost, bijblad van do Münchcncr Neucsto
Nachrichten, heeft 50 antwoorden geschre
ven op vermoedelijk hem door dc redactie
gestolde vragen en deze antwoorden voor
zien van den titel: In Holland sieht es bose
aus! waarna hij doze illustreerde met tweo
poi trctten, van onze Koningin en van Prin
ses Juliana, welke noch goed gelijkend,
noch fraai zijn en welke wij ons niet her
inneren, ooit ergens anders gezien te heb
ben.
Verder Is de heer Granzow met zijn ant
woordon meer er naast dan raak, zoodat
we geen reden hebben de redactie met de
zen correspondent geluk te wenschen.
Eenige bewijzen voor hetgeen we boven
schreven:
Volgens den heer G. is de vrouw in Ne
derland op 21 jaar stemgerechtigd en kies-
waardig en zit er maar één vrouw in do
Tweede Kamer! In de kleeding der Arbei
ders Jeugd Centrale ziet hij een partij-uni
form en als populaire mannen in ons land
kent hij alleen Kovacs Lajos, Lagendaal,
Kees Pruis en Mengelberg.
Volgens hem heeft de Nederlandscho
Bank geen voldoende dekking voor de
bankbiljetten, terwijl hij In eiken maand
staat heeft kunnen lezen, dat de dekking
meer dan 100 percent bedraagt! Verder
knapt hij ons op met anderhalf millioen
werklooozen en hij verzekert, dat elk
schoolkind weet, dat Nederland economisch
afhankelijk is van Duitschland. De kinderen
weten het misschien niet, maar de grooten
in elk geval wel, dat wij veel meer van
Duitschland koopon dan Duitschland van
ons.
Als de heer Granzow ons lezende zag, zag
hij in onze hand de boeken van Cats, Von
del en van Ecden! Als eonig staatsbedrijf
kent hij de Staatsmijnen, maar het vervoer
is heelemaal in particuliere handen! Ook
kent hij geen enkele inrichting door een
philantroop gesticht.
Als staaltje voor onzen platten muziek
smaak haalt hij aan:
Laat 'en kraan tjingelaboem
er open staan
dann is 't gedaan
Heeft één lezer ooit van dat lied ge
hoord?
We hebben er werkelijk geen lust in,, den
heer Granzow verder op zijn dwaalwegen
te volgen, doch wilden enkel do redactie
er op wijzen, dat ze met zulko berichtge
vers haar lezers om den tuin leidt en zich
zelf ook lichtelijk bespottelijk maakt.
(Vad.)
ARBEID IN BROODBAKKERIJEN.
De verkoop op 31 Aug. a.s.
De minister van economische zaken cn
arbeid heeft vergund, dat in verband met
de viering van den verjaardag van H. M.
de Koningin in broodbakkerijen in alle
gemeenten des Rijks door hoofden of be
stuurders en door bakkersgezellen op
Woensdag 31 Aug. 1932, in afwijking van
het bepaalde bij de art. 35, tweede lid, on
36, derde lid, der Arbeidswet 1919, om 3
uur des voormiddags met den bakkers-
arbeid wordt aangevangen. Bovendien mag
voor zoover betreft broodbakkcrijen, aan
welke eene vergunning, als bedoeld in art.
37, eerste lid, der Arbeidswet 1919, is ver
leend, op dien dag reeds te 1 uur des
voormiddags met arbeid, bestaande in het
gereedmaken van deeg en ovens, worden
aangevangen.
Voorts heeft de minister aan hoofden of
bestuurders van broodbakkerijen in alle
gemeenten des rijks vergund, dat, in afwij
king van het bepaalde bij artikel 35, zesde
lid, der Arbeidswet 1919, op Woensdag 31
Aug. 1932, deeg of brood, dat na 8 uur des
namiddags van den vorigen dag gebakken
of opgewarmd is:
le. van half 8 uur des voormiddags af
uit het. gebouw met aanhoorigheden, waar
in zich de broodbakkerij bevindt, wordt
vervoerd;
c. van 8 uur des voormiddags af wordt
verkocht of afgeleverd.