'N WERELD, Dl
DE OMROEP IN HET JAAR 2000
Een toekomstbeeld
STEMMINGSBEELDEN
UIT OUD-JAPAN
door
W. GOUDRIAAN
te Tokio.
Zelfs in het verre Europa beseft men, dat
de toestanden in Japan zich snel wijzigen,
dat de stoomwals der Westersehe bescha
ving bezig is met een nivelleringsproces,
waardoor alle typische en schilderachtige
dineren uit het Japansche lev°n onverbid
delijk uit den weg worden geruimd. Het
zal niet zoo heel lang meer duren, of men
vindt in een Japansche stad dezelfde een
tonige drukte als in een Europcescho en
dan zal de wereld iets verloren hebben.
De verandering is thans gelukkig nog
niet geheel en al voltrokken. Als de tourist
langs de Ginza loopt, do „groote witte weg"
van Tokio, ziet hij nog veel merkwaardige,
soms vreemde, maar altijd interessante din
gen. Iedereen, die daar loopt, wordt aller
eerst ondergebracht in de groep, waartoe
hij kennelijk behoort, en elke groep heeft
haar eigen geschiedenis.
Een mengeling van oud- en
nieuw-Japan.
Op het eerste gezicht treft ons reeds dc
bonte verscheidenheid in de kleeding, een
verscheidenheid, die onze kleinkinderen
nooit zullen aanschouwen. Een groot ge
deelte van de mannen draagt reeds Euro-
peesche kleeding en soms ziet men de won
derlijkste en lcelijkste combinaties van de
oude Japansche en deze buitenlandsche
kleeding. De vrouwen zijn meer conserva
tief en houden zich over het algemeen aan
de traditionele kleederdracht, met uitzon
dering van de meisjes, die de scholen be
zoeken of hun eigen brood verdienen. De
kimono is echter voor de Japansche vrouw
meer flatteus en bovendien praktischer in
dc echt-Japansche huizen. Waar deze hui
zen wel niet zoo spoedig verdwenen zullen
zijn, zal men de kimono ook nog wel eeni-
gen tijd zich zien handhaven.
De Ginza schijnt U misschien tamelijk
primitief toe vergeleken met het centrum
van een Europeesche stad, doch voor den
Japanner is zij het toppunt van al wat mo
dern is. De warenhuizen van vier of zes
verdiepingen mogen er zijn en zelfs de
ouderweteche winkels doen alles om er zoo
Westersch mogelijk uit to zien. Verder
hcerscht er op straat, althans overdag, ecu
drukte, waar zelfs een Amerikaansch ste
deling niet over te klagen heeft. Trams,
auto's, fietsen en door paarden of mcnschen
voortgetrokken wagens wisselen af met een,
enkele rickshaw en het is haast onmogelijk
om de volte te passee^en, terwijl op de
trottoirs de: 'drükte al niet mihdèr groot is.i
Zindelijkheid bij de grootste
armoede.
De meeste mcnschen, die men hier ziet,
zijn arm wanhopig arm zelfs. Doch het
ia een armoede, die hen niet hun fatsoen en
gevoel van eigenwaarde doet verliezen. Er
zijn geen bedelaars en er 'is geen vuil of
onzindelijkheid. De Japanners hebben ge
leerd, om met w einig geld veel te doen cn
om in kleinigheden genoegen te vinden.
Men behoeft maar de tevreden gezichten te
zien van de menigten, die op hun feestda
gen naar de bergen of naar de zee trekken,
om te heseffen, hoe ver een arn-e Japanner
staat boven een armen Europeaan.
Die jongeman in zijn versleten uniform is
geen militair of politieagent, maar een van
de duizenden studenten, die er te Tokio zijn.
Hij heeft menig vergelijkend examen achter
(ten rug cn menige schoolkameraad op weg
naar eenzelfde doel zien afvallen. Zijn
ouders hebben zich groote opofferingen
moeten getroosten voor hem cn hijzelf heeft
zich ongetwijfeld tot het uitersto moeten in
spannen om het zoover te brengen. Kennis
wordt in het Oosten niet zoo gemakkelijk
verworven als bij ons. Er is eigenlijk iets
zieligs in dien student; zijn vale huid spreekt
van ondervoeding, zijn dikke brilleglazen
van lang studeeren bij slecht licht en zijn
klceding van bittere armoede. Welk ^een
teleurstelling wacht hem, wanneer hij afge
studeerd is en ondanks alle inspanning cn
opoffering tengevolge van de malaise geen
betrekking kan krijgenZulke jongelui
vormen het beste materiaal voor Moskou,
zeer tot ongerustheid der regeering.
Do emancipatie ook hier een
probleem.
Dit zedige jonge meisje in ccn half Oos-
tcrsch- half Westersch aandoende uniform
met een rok, die bij nadere beschouwing een
broek blijkt te zijn, is ook een studente,
maar natuurlijk op een meisjesschool. De
toestanden zijn sinds den tijd van haar
grootmoeder volslagen veranderd en zij ge
niet een vrijheid, die vroeger ongehoord zou
zijn, al is zij bij lange na niet zoo groot als
die, welke onze meisjes wordt toegestaan.
De strijd om de kennis is voor dit meisje
wel iets minder zwaar geweest dan voor
haar broers of neven en er stond voor haar
ook niet zooveel op het spel bij zoo'n verge
lijkend examen. Het gezin, wraartoe zij be
hoort, vormt voor haar nog altijd een zekere
bescherming. Zoo kan zij er vrijwel zeker
van zijn. dat zij zal trouwen; daar zullen
haar ouders ongetwijfeld voor zorgen, doch
zij zullen bij hun keus rekening houden met
de werischen van hun dochter. Deze heeft
naar alle waarschijnlijkheid wel Amcri-
kaansche films gezien en verhalen uit
„magazines" gelezen, waardoor zij een ver
baasde blik kon slaan in een vreemde
wereldDc opvoeding der meisjes is
dan ook een eenigszins moeilijk punt ge
worden in de Japansche samenleving. Vroe
ger werden zelfs bij de kleintjes jongens en
meisjes gescheiden gehouden; een plotse
linge verandering moet onvermijdelijk aan
leiding geven tot onverkwikkelijke voor
vallen. Doch een geleidelijke verandering
schijnt niet wel mogelijk, waar al het an
dere zich zoo snel wijzigt.
Hier komt een geheel ander meisje aan.4
Haar' korte ha^ elr! uitgetrokken1 wcffk-l
bramven, Europeesche kleeding en zijden
kousen stempelen haar tot een sténótypi'stej
op ccn of ander kantoor, een vertegenwoor
digster van een groep, die weliswaar nog
klein is, doch in aantal toeneemt. Op de
handelskantoren wordt steeds meer vrouwe
lijk personeel aangesteld; in kleine winkels
hebben zij reeds lang dienst gedaan als kas
sierster, doch thans is er TfCcn bedrijf van
eenige beteekenis, dat niet een of meer
vrouwen in dienst heeft. Zij werken ook als
busconducteur cn als verpleegster. De voor
vechtsters behalen zelfs een acadcmischen
graad en er wordt af en toe gesproken over
vrouwenkiesrecht voor de gemeenteraden
iets wat nog slechts enkele jaren geleden
iets ongehoords zou zijn geweest.
Dt oude tradities zijn teaL
Daarginds staan een paar oude dames, die
elkaar begroeten met diepe buigingen en
beleefde iniormaties naar dc gezondheid en
welstand van de wcderzijdsclie familie. Er
is misschien geen tweede land ter werold,
waar de vormen zoo door hoog cn laag in
acht worden genomen als in Japan. Zelfs
een rickshawkoelie of een boer staat erop,
dat hij met de hem toekomende beleefdheid
wordt behandeld. Mcnschen,» die lang, in
China hebben gewoond cn voor het eerst in
Japan komen, ondervinden dan ook tot hun
schade, dat zij Japansche bedienden niet op
dezelfde wijze kunnen behandelen als Chi
necsche. Doch als dc Japanner op Westersch
terrein komt, bijv. in een volle tram of op
een druk station, dan schijnt hij meteen ook
de Westersehe manier van doen aangeno
men te hebben.
De verkeersagent op het drukke kruis
punt is een aanzienlijk persoon in dc Japan
sche maatschappij. Dc meeste mcnschen, die
hem iets te vragen hebben, houden daarbij
den hoed in de hand, terwijl zijn eigen hou
ding kool-vormelijk en neerbuigend is. Zijn
positie heeft hij gedeeltelijk te danken aan
de traditie. Toen na de restauratie do mili
taire stand der Samocrai's gedwongen
werd om de twee geliefde zwaarden, het
symbool van hun bevoorrechte positie, op
te bergen, werden velen hunner politieagent,
zoodat dit nieuwe beroep iets verkreeg van
het aanzien van hun vroegere maatschap
pelijke positie. Populair zijn zij niet, want
zij mengen zich in het dagelijksch leven van
hun medcmenschcn in die mate, dat wij er
ons haast geen voorstelling van kunnen
vormen. Voor den politieagent zelf moet
het aanzien, dat hij in zijn betrekking ge
niet, goed maken dat zijn salaris van onge
veer 75.per maand eigenlijk in het ge
heel niet in overeenstemming is met zijn
stand cn afkomst. Toch zijn deze mannen
vrijwel over de geheelo linie eerlijk en on
omkoopbaar en, dc omstandigheden in aan
merking genomen, bekwaam voor hun
werk.
De Japanner stelt bolang in do
wereld om hem hoen.
Op den hoek van de straat staat ccn jon
getje druk te bellen. Op die wijze kondigt
hij aan, dat hij kranten verkoopt. Hij doet
schitterende zaken, want dc Japanners zijn
ijverige krantenlezers. Er zijn verscheidene
Tokiosche bladen met een oplaag van meer
dan een milliocn. Ook het buitcnlandsch
nieuws wordt goed verzorgd; meer dan de
helft der berichten heeft betrekking op
Amerika. De reporters staan mischicn nog
niet geheel op het peil van hun Europeesche
collega's, doch dat Is een kwestie van niet
al to langen tijd.
En daar ziet men misschien het meest
typische voorbeeld van echt-Japansch le
ven; eon groep Japanriöfb van het platte
land is tourist geworden in eigen land cn
loopt door de hoofdstad achter een gids.
een man met een vlag in de hand. Als zij
weer in hun woningen terug zijn, vertellen
zij hun buren cn konnissfen van de beroem
de Ginza en voor hun familie en intieme
vrienden brengen zij cadeautjes mee. Zulke
uitstapjes zijn iets verrukkelijks voor den
ecnvoudigen Japanner en liet is verrassend,
hoe zij kunnen genieten van kleinigheden.
Het loger is arm.
Tot onze verbazing zien wij zoowaar een
officier in de uniform van liet Japansche
leger op dc Ginza loopen. Dat is iets zeld
zaams. Er zijn officieren te Tokio, die nog
nooit in deze straat geweest zijn cn er zijn
er heel wat, die nog nooit in hun leven ccn
bioscoop hebbon bezocht. Zoowel het leger
nis de marino vormen een krachtige steun
voor het conservatisme. Deze man, die om
onbekende roden in do Gin2a verdwaald is,
leidt ongetwijfeld een zeer eenvoudig loven
cn als hij niet toevallig bij de gcneralo staf
of het ministerie van oorlog werkzaam is,
gaat hij met bijna niemand anders om dan
met de officieren van zijn eigen rogiraent.
Hij heeft een klein salaris, werkt hard cn
is bereid tot elke opoffering; hij is een
trouw en toegewijd dienaar van den staat
cn een ijverig beschermer van de oude Ja
pansche idealen.
De politicus ls arm-
Daar komt een optocht van arbeiders uan,
waaronder zich ook enkele vrouwen bevin
den. Zij dragen vaandels mee met opschrif
ten, die in Moskou geen slecht figuur zou
den maken. Zij zingen iets, wat men met
wat goeden wil voor de international© kan
houden. Een groot aantal politicagenten
houdt toezicht op den stoet; af cn toe halen
zo er een uit, die straks in de gevangenis
verder zal worden ondervraagd. Langs den
stoet rijdt in eon taxi een gewichtig
uitziend heer met hoogen hoed en rok. Dat
ls geen kanitalist, maar een politicus, die
vermoedelijk op weg is naar een vergade
ring van zijn partij. Een vorkiczingsram-
nagno kost minstens 50.000 yen en het sa
laris als afgevaardigde bedraagt 3000 ven
per jaar. Hoe lang zij zitting houden, is ton
'eerste, afhankelijk van de omstandigheden
maar het maximum is vier jaar. Van geld
verdienen ie in do Jnnanscho politiek dus
geen sprake. Slechts dc vurigste partijman
nen houden zich ermee op.
De restaurants weersplegolen
het Japansche leven.
Als men over de Ginza loopt, ruikt men
telkens de aanwezigheid van een restaurant.
Deze zijn hier dan ook in grootcn getale aan
wezig, in alle soorten en voor alle beurzen.
In dit typisch Japansch uitziend gobnu v
kunt U op alle uren van den dag een groot
aantal mcnschen gebraden oesters zien eten.
een gerecht, dat heerlijk smaakt. U zult rr
vermoedelijk ook weinig nnders kunnen
krijgen, behalve de traditionecle rijst, en
groene thee. In een andere dergelijke ge
legenheid is de specialiteit bijv. gebakken
paling, wat bij de rijst uitstekend smaakt,
dan wel gyunabe, ccn vleeschschotcl, die
vooral touristen gaarne eten. Mon vindt
hier ook tal van kleine restaurants, die
Europeesch eten sorveeren; nn de aard
beving van 1023 zijn zo als paddestoelen uit
den grond gekomen en de Japanners maken
er meer en moer gebruik van.
Hier zien wij plotseling een voel grooter
restaurant. Het meest worden wij getroffen
door de schoonheid van de kcllnerinncn.
Dat werpt een licht op een der vele veran
deringen, welke bezig zijn, zich in Japan te
voltrekken. Vanaf do zeventiende eeuw heb
ben n.l. de geisha's kleur, gratie en amuse
mentskunst tentoongespreid voor de dinee-
rondc Japannors. De geisha's zijn echter
altijd een kostbaar instituut geweest, dat
alleen voor dc zeer welgestclden was weg
gelegd; de hoogere kosten van het levens
onderhoud hebben zc dan ook meer cn meer
doen verdwijnen. Dat was een prachtkans
voor de restauranthouders; door alleen do
mooiste meisjes nis kcllnerinncn aan te
nemen, konden zij hun gasten aangenaam
bezig houden, ..'lfs diogencn onder do gas
ten, die niet eens zoo goed bij kas zijn. Do
geisha's bemerken zeer goed de gevolgen
van deze concurrentie cn sommigen hunner
verruilen reeds hun brocaten kimono's met
eOn coquet schortje.
Verdwijnende schoonheid.
Toch zijn er nog genoog ouderwetscho
theehuizen mot echte geisha's. Als wij deze
zijstraat inslaan, zullen wij er spoedig een
te zien krijgen, diep verscholen In een
mooien Japnnschen tuin. Als men binnen
komt, wordt men dadelijk aangenaam ver
rast door buigingen en glimlachjes en door
de onberispelijke zindelijkheid, die overal
hcerscht. De strenge eenvoud van 'de lange
dinerzaal, waar de gasten langs do wanden
zitten met lage tafeltjes van lakwerk voor
zich, de goisha's in hun gracicuse kimono's,
die straks zullen dansen of tokkelen op do
samison, het is alles van een zeldzame be
koring, maargedoemd om te verdwij
nen binnen zeer afzienbaren tijd.
Als wij verder loopen, komen wij aan een
oudenvctsch gebouw, waarxeon echt bosch
van lange palen voor staat met aan elke
paal oen smallon wimpel met groote Japan
sche opschriften. Dat is een ochte Japansche
schouwburg. Tijdens de voorstelling, die
acht uur duurt, heeft men tijd genoeg om
kennissen aan te spreken, te dineeren of
ondcrdrhnnd ontelbare kopjes thee te drin
ken. Alle rollen worden vortolkt door man
nen cn elke boroemdo tooncelspeler heeft
zijn groep van trouwe bewonderaars, die
hem luide toejuichen.
Men kan in Tokio echter ook zoor mo
derne Amorikaansche films zien, waarbij
hot merkwaardigste dc benshi of explica
teur is. Deze blijft voortdurend aan het
\voord; zonder hem zou het publiek van de
voorstelling weinig begrijpen, want do
groote massa kent geen Engelsch. Doch iok
buiten do drukke, half-Japansche, half-
Eurnpecsch© Ginza is er genoeg to zien in
Tokio. Door dezo smalle straat komen wij
in eon mooio woonwijk. Dc huizen en tui
nen liggen verborgen achter houten of bam
boe schuttingen of aarden muren cn van het
leven daarachter bemerkt men niets. Dok
1it is iets van het oude Japan, dat maar al
te spoedig zal verdwijnen, met do knielend
uitgovoerdo begroetingsceremonie en het
gebruik, om bi| het betreden van oen huis
do schoenen uit te trekken. Doch do pijn
lijke zindelijkheid, die men zelfs in de arm
ste huizen vindt, de eenvoudige, vriende
lijke en waardige toon der gesprekken zul
len blijvon.
Als wij weer terugkeoren uit de smalle
straat met de ongelijke steentjes, gaat de
zon reeds onder achter het dichte groene
woud binnen de muren van liet oude keizer
lijke palcis. het tastbare bewijs van den
frouw aan den Mikado, die het geheclc land
bij alle onderlinge verschillen vcrcenigt Op
dc Ginza is hht nu in don avond veel minder
druk; het avond- en nachtleven, zooals dc
Westerling dat kont, is in Japan zelfs in do
groote steden nog slechts in zeer beperkto
mate te bespeuren. Wel ziet men juist tegen
den avond draagbare kramen met snuiste
rijen, bloemen of huishoudelijke artikelen
langs de stralen verschijnen, doch deze blij
ven er niet lang slaan en lang voor midder
nacht zal de groote Witto Weg van Tokio
verlaten zijn.
RADIO
Omroep in het jaar 2000. Een blik
in de toekomst! Wat zal het jaar tweedui
zend ons niet allemaal kunnen brengen!
Want we leven immers in de eeuw van de
techniek! De eenc ingenieuze vinding is
nog niet uitgedacht; of over ccn volgende,
wellicht nog grootero vernuftigheid worden
de eerste berichten gepubliceerd. We staan
niet stil. Over do gehcele wereld werken
duizenden en nog eens duizenden mcn
schen om de techniek tc vervolmaken.
Willen we echter ons wagen aan een blik
in dc toekomst, een profetie „hoe het in het
jaar 2000, het begin van het derde duizend
tal jaren na Christus, zal zijn" dan doen
we er goed aan eerst eens een blik in het
verleden te werpen om te zien, hoe de ver
schillende vindingen zijn ontstaan en el
kaar hebben opgevolgd. Zeventig jaar gele
den tijd van petroleumlampen nv'eze-
rige pitjes, vvaartusschcn wij, moderne mcn
schen, gewend aan de zee van licht, die
onze goede Philipslampen zonder weerga
plegen te geven, niet zouden kunnen aar
den. Op het gebied van dc electriciteit kent
men slechts nog weinig: de telegraaf is liet
wonder van I860. Nóch van de. telefoon,
nóch van do elcctricitcitsfabrieken, die wij
nu kennen, wist men toen iets af, om van
de radio of dc aviatiek nog maar te zwij
gen! liet eleetrisehc licht, dat we tegen
woordig in de kleinste woningen vinden,
gold toen als een hooge uitzondering! En
kon zoo iemand uit 1S60 eens plotseling bij
avond in een groote stad van thans wor
den geplaatst, dan zou hij van verwonde
ring waarschijnlijk geen woord kunnen uit
brengen.
Dit alles moet men zich goed voor oogen
houden, wanneer men de technische ont
wikkelingsmogelijkheden van het jaar 2000
wil voorspellen.
Wat is thans het ideaal van den radiobe-
zitter'? Een ontvangtoestel, eenvoudig zon
der storingen en goedkoop! Een enkele be
dieningsknop met een 'ijzer, die men langs
de golflengten, die staan aangegeven op
de halfronde nummerschijf, kan laten glij
den. En elk van die vcrdeelstrcepjes van de
nummerschijf geeft een nieuwe klank en
een nieuw beeld uit alle deelen der wereld'.
Alles vrij van storingen of Mcxicaansché
honden, kortom de volmaakte radio, dat is
onze vvonsch!
Wc stellen ons al voor: Een enkele draal
aan do knop en voor ons zien we het ge
weldige tooneel van de Groote Metropoli-
tan-Opcra in Nevv-York.
Wc hooren het stemmen van het matige
orkest en we voelen als zaten we in een
I.oge. We voelen ons eigenlijk nog behage-
1 ijker, want nu zitten we inplaats van in
een loge, waar we angstig veel voor zouden
moeten betalen, in onzo luie stoel, dicht bij
de haard. Op een laag tafeltje staat het
scherm van den televisieontvanger de
kamer is donker, alleen gloeit op de schoor
steen, boven dc haard een diep-oranjc sche
merlampje. Het scherm van den televisie
ontvanger straalt een wit licht uit een
lichte druk op een hefboompje, het draaien
aan een conrlensatorknop en aan ons oog
zien wij Indische steden, Afrikaansche oer
wouden, Chineeschc steppen en Russische
sliceuw woestijnen voorbijtrekken, tenv ijl
ons oor tegelijkertijd alle klanken waar
neemt, die door deze gebieden in werkelijk
heid worden voortgebracht. Dat is het ver
langen van onzen tijd. In principe is de
vervulling van dat verlangen mogelijk. En
als de ontwikkeling in de stormpas van de
laatste jaren verder gaat, zal deze wensch
in het jaar 2000 zeer zeker vervuld zijn.
Op dezelfde wijze zullen langzamerhand
zender en ontvanger van ons radiotoestel
ontwikkeld worden. Men zal steeds reke
ning moeten houden met het feit, dat een
goede ontvangst slechts mogelijk is, als de
sterkte van den zender werkelijk boven
allo storingen gelegen is. Daarom zal er
natuurlijk naar steeds grootero energieën
worden gestreefd. In den betrekkelijken
korten tijd van 1925 tot 1930 is do sterkte
van dc Europeesche zenders ruim verhon
derdvoudigd. Van 1 tot twee kilowatt is zij
namelijk gestegen op 200 Kilowatt on meer;
Dan is er al heel weinig prophetisch talent
voor noodig om een vergrooting van de te
genwoordige zend-cnergie te voorspellen.
Het schijnt nog wel een fantastisch idee,
een zendsterkto van 10.000 of zelfs van
100.000 Kilowatt, maar even fantastisch was
50 jaar geleden het plan van een clcctrische
centrale van meerdere 100.000 Kilowatts en
daarvan bezitten wij tegenwoordig toch een
noemenswaardig getal. De reuzenzender
van liet jaar 2000 zal de noodige energie
uit het dan zeer zeker tot stand gekomen
Europocsch-Afrikaansche hoogspanningsnot
putton en als groot-afnemer zal deze zen
der de energie tegen voortdurende afname
van meerdere 10000 Kilowatts, economisch
goed te dragen zijn. Bij zcnd-energicön
van de grootte als hierboven genoemd,
werkt de ruimte tusschen aarde en Heavi-
side-laag echter niet meer als ruimte, doch
slechts als oppervlak. Dc verzwakking van
het zendveld heeft niet meer, zooals bij
kleinere zendsterkten, kwadraatsgowijze
plaats, doch slechts evenredig met de eer
ste macht van den afstand, hetgeen in <le
praktijk wil zoggen, dat zulk een toekomst-
reuzenzender op ieder punt van den aard
bol goed en met voldoende klanksterkte
ontvangen kan worden.
En hoe zal zulk een ultrasterke zender op
het ontvangtoestel inwerken? Toon b.v. Kö-
nigBwusterhausen zijn sterkte op 35 Kilo
watt bracht, zei men wel eens schertsender
wijze in Berlijn, dat men nu den zender
met een laarzenknecht zou kunnen hooren.
Inderdaad is het veld van dezen zender te
genwoordig zoo groot, dat men in Berlijn
mot de beste vierlampstoestellen, vooral bij
net-aansluitingen, geen buitenlandsche sta
tions meer kan opvangen, zoolang Kónigs-
v/usterhausen zendt. In nog grootcrc mate
zal dit verschijnsel optreden bij do buiten
gewoon sterke toekomst-zenders. Maar
reeds nu kennen wij zij het dan ook
slechts theoretisch do middelen om deze
„embarras de richessc" te ontzenuwen.
Deze middelen zullen in den loop van de
eerstvolgende tientallen van jaren reeds een
drukke toepassing vinden.
Kon goed metalen pantser voor den ge-
heelcn ontvanger en binnen dit pantser nog
extra-pantsers en spoelen, lampen en even
tueel om condensatoren, zoodat geen onge-
wonschte energie in den ontvanger kan
doordringen, zal dan worden aangebracht.
Tegenwoordig nu wij aan de veilige ca
bine's van het metalen verkeersvliegtuig
gewend zijn, lachen wij reeds om de waag-
halzjgc bamboeconstructies, waarin de vlie
geniers 20 jaar geleden hun eerste proeven
van aviatiek aflegden. Even hard zullen
onze kleinkinderen en diens spruiten weer
lachen om onze tegenwoordige ontvangers,
waarvan de gevoelige deelen geheel en al
zijn blootgesteld aan iedere willekeurige
aethertrilling. Afgeschermde raarn-anten-
ne's van verstelbare grootte, geven ons dan
gelegenheid slechts ccn zeer bepaaldo hoe
veelheid energie in het ontvangtoestel tic
te laten.
Tenslpttc moet dc selectiviteit van den
ontvanger zoo groot zijn, dat do sterke zon
dervelden dichtbijkoincnde golflengten niet
overvleugelen en de ontvangst daarvan
storen en verhinderen. Juist op dit gebied
moet nog veel gewerkt worden cn ligt nog
een groot terrein braak voor ovontucolc uit
vinders I Do theorie biedt hier verschillen
de mogelijkheden, waarvan wij slechts wil
len noemen de gedurenden den wereldoor
log ten gebruike bij de telegrafie uitgewerk
te dubbele trillingskring. Deze bestaat uit
twee parallel geschakelde, ten opzichte van
de op to vangen golflengten een klein wei-
nigje verschoven trillingskringen. De reso
nantie-kromme van deze dubbele trillings
kring is buitengewoon stijl en maakt dus
een verhoogde selectiviteit mogelijk. Over
het algemeen zal mon, wanneer men dc uit
vindingen der Jaatste jaren op het gebied
van trillingstechniek en radio nagaat (voor
al gedurende dc laatste jaren van den we
reldoorlog) een groot aantal ideeën kunnen
ontdekken; die voor den Omroep der toe
komst nog zeer vruchtbaar kunnen worden,
mits zij op do juiste wijze worden uitge
werkt.
Met zulke plaatsvaste reuzenzenders on
ontvangtoestellen zou een Omroep als hier
boven omschreven, zeer zeker mogelijk V.Ijn.
Maar de luisteraar cn toeschouwer (denk
aan de televisie!) van het jaar 2000 wil niet
alleen uitzendingen uit een zendstudio of
de een of andere beperkte ruimte hebben,
maar ook hoog-aclucclc oogonbliksrcporta-
ge vanuit alle deelen der wereld, waar iets
bijzonders voorvalt. De vervulling van deze
wensch vereischt een de geheelo wereld
omspannend net, een aantal factorijen met
•luizenden agenten, die uitgerust met een
keur van de krachtigste kortcgolfzenders
voor klank en beeld, overal te vinden zijn,
waar juist oen actueele gebeurtenis plaats
vindt cn die hun berichten tempo aan
't dichtstbijzijnde reuzenstation doorgeven,
waar zij verder doorgezonden worden.
Berichten! Dat wil zeggen, alles wat de
photografische lenzen van den photorepor-
tor weten vast te leggen, alles wat de mi
crofoon vermag op te nemen.
Zoo blijft slechts de vraag te beantwoor
den of een dergelijke cnormo organisatie,
als een wereldorganisatie van klankbeeld-
reportage verlangt, technisch en economisch
mogelijk is. Technisch in den loop van dc
eerstvolgende 70 jaar zonder twijfel. Want
na de enorme voortuitgang van de gerich
te kortegolfomroep gedurende de laatste
10 jaar, staat het vast, dat deze nieuwe ver
keersmogelijkheid in den loop van een
menschenleeftijd geheel volmaakt zal zijn
geworden. Maar economisch? Om deze
vraag to kunnen benntwoorden, behoeft
men slechts de ontwikkelingsgang van de
groote telegrambureaux, de reportage-agen
turen bij uitnemendheid, gedurende dc laat
ste 70 jaar te bcstudoeren.
Het is juist 70 Jaar geleden, dat Reuter,
op raad van Werner Siemens, het besluit
nam, de postduivenoverbrenging van be
richten op tc geven cn zich voortaan voor
de overbrenging van zijn actueele telegram
men te bedienen van de moderne telegraaf,
weliswaar in het stadium, waarin deze zich
toen bevond. En zoo als het altijd gaat met
nieuwe verkeersrnogclijkheden als telefoon,
morsotelegraaf, beursklokken enz., werd
ook dc telegraaf binnen korten tijd door
allo andcro reportago-ondernemingen ge
bruikt. Reuter breidde zijn onderneming,
met als basis de telegraaf, aanzienlijk uit,
cn Havas, Wolf en anderen volgden onmid
dellijk zijn voorbeeld. De uitvinding van do
fotografische platen was de onmiddellijke
aanleiding tot de folo-reportage cn do uit
vinding van de beeldtelegrafic bracht deze
roportagc in het snelverkeer over.
De veranderingen op optisch en acous-
tisch gebied zullen ook deze reportage-or-
canisaties volkomen wijzigen. Het is moge
lijk en zelfs waarschijnlijk, dat de beste af
nemers in hot jaar 2000 niet meer de re
dacties der dagbladon, maar de reuzenzen
ders, die overal ter wereld gebouwd zijn,
zullen zijn. Zelfs is het zeer goed denkbaar,
dat de gedrukte en van foto's voorziene
courant van onzen tijd in 2000 door den
Omroep in woord cn beeld sterk op den ach
tergrond zullen worden gedrongen. Van
verdringen zal waarschijnlijk gc-cn sprake,
zijn, daar geen mcnsch, vooral in den toc-
komstigen gejaagclen lijd, het geheele ra
diojournaal kan gaan volgen, om dc voor
hom belangrijke berichten daaruit te zif-
l'-n, hetgeen men met een courant wèl kan
doen. Slaan wij Bellamy's „Terugblik uit
het jaar 2000" op. dan vinden wij in dit
toch reeds bijna 50 jaar oude boek voor
spellingen, die in den tijd, waarin zij ge
schreven werdenvolkomen utopisch en
fantastisch hebben geschenen; na hetgeen
wij echter reeds hebben leeren kennen op
het gebied van radio-omroep en televisie
techniek, schijnen do gedachten van dezen
Amcrikaanschen phantast heel good moge
lijk te zijn cn als de verdere ontwikkclings-
gang hem op dezelfde wijze gelijk mag ge
ven, zullen wij in het jahr 2000 een wereld
omroep in woord en beeld bezitten, als
hierboven in korte trekken is weergegeven.