STERVEND SEIZOEN EN STERVEND CIRCUS EEN BROOM ZON EN ZOMER INDISCHE FLITSEN Leven in Indië voorheen en thans HET SPIEGELEI WALCHEREN, ZEELAND'S BLOEIENDE TUIN Vroeger, d.w.z. zoo'n vijftien jaar gele en, wist ieder, die familie of vrienden in idiè had, dat men er liecl weinig Euro- ecsclie artikelen kon krijgen en gingen er roote pakken naar het warme land, met llerloi cadcaux en bestellingen, levensmid den en onontbeerlijkheden voor Europe nen, dio een zekere luxe gewoon zijn ge- lakt. Er waren enkele Europecschc win ds in de groote plaatsen, maar alles was lar peperduur en pas na den grooten oor- g is dat beduidend veranderd en kan men >k m Indiè van alles koopen. De concur- jm|e is ook dAAr groot geworden en veel liinppeesche zaken zijn als uit den grond jr^ezen en beijveren zich het nieuwste en Biste te toonon, zoodat het haast ovcr- idig is geworden, om veel uit Europa te ten komen en meo te brengen. En ■reen die kranten leest, weet wel dat raiontccl de malaise op Java speciaal raar wordt gevoeld en men cr voor „bijna |js" allerlei dingen in kan slaan, zoodat fhecle toestand er veranderd is en het op Ie plaatsen tegenwoordig zeer goedkoop De Buitenbezittingen vallen or niet on- daar blijft het leven duur en dat maakt ig hetzelfde grooto verschil als steeds, aar op Java hoort men van levcnsmidde- pprijzen die ongekend zijn en bijna als fer negentienveertien, toen men nog voor pe cents een ei kocht, voor een kwartje m kip en bedienden huurde voor cenigc guldens per maand. Ook thans is dat het geval: oen baboe ontvangt op Java niet meer dan tien gul den per maand momenteel, eon kokkie of huisjongen vijftien en velen loopen nog zonder werk, omdat cr zoo ontzaglijk veel Europeanen terug moesten komen naar het eigen land en anderen werkloos zijn, dus geheel aangewezen op steun en wat gespaard geld, zoodat van bedienden geen sprake meer kan zijn. Men las reeds uit de Indische, berichten, dat hier en daar een soort kolonie wordt in gericht voor vverkloozo Europeanen met hun gezinnen en elk zal wel wenschen, dat er spoedig een eind mag komen aan dezen wantoestand en deprimecrende crisis. De Europeaan die met z'n gezin in een kam pong terecht komt, is vrecselijk te beklagen en zij die Indië niet kennen, hebben daar van geen begrip. Ze oordeelen, dat het daar tenminste niet koud is, de men- schen er met minder klecren toe kun nen, geen brandstof noodig hebben en van rijst met toebehooren goedkoop kunnen le ven, wat natuurlijk allemaal waar is. Een gezin zonder eenige inkomsten cn zonder spaarpot, is er in Europa nog erger aan toe, oind at aldic dingen hier voel duurder zijn cn het leven in ccn Hollandsche achter buurt óók vreoselijk is. Maarwie Indië wél kent, zal be klemd denken aan al die landgenooton in den kampong, die voorgoed allo energie cn rnood er bij in zullen schieten on later als de toestand zich wat hersteld heeft, niet meer passen in de Europeescho Maatschap pij en geen fut meer zullen hebben voor het aanvaarden van een ccnigszins belangrijke werkkring. Niets is zoo deprimeerend als werkloos rondloopen en in een warm kli maat is dat nog veel erger; men boet z'n energie erbij in en dat is héél erg. Er wordt veel gedaan voor de crisisslachtoffcrs, óók in Indië, maar genoeg kan er niet gedaan worden om al die wantoestanden te voorko men en op te heffen om onze landgenooton te behoeden voor afzakken, voor wegdrij ven uit de Europecschc Maatschappij, waar in ze toch Loorën. Zij en... hun kinderen voor wie het haast nog erger is, omdat hun heele toekomst is bedorven cn verstoord. De kinderen der Europeanen die niet meer naar ccn goede Hollandscho school kunnen gaan, omdat er geen geld meer voor is, om dat ze geen voldoendo kleeren hebben en geen vervoermiddel kunnen betalen, zijn er ellendig aan toe, want ccn gocdo oplei ding, ontwikkeling en kennis is dubbel noo dig tegenwoordig, om zich ccn plaats in de Maatschappij te verzekeren. Van „in do kost doen" in een grootere plaats, waar goede onderwijsinrichtingen zijn, is geen sprake meer; voor dc ouders der kinderen die in kleine plaatsen of op ondernemingen wonen, van naar Holland zenden hecle- maal niet meer, en bezorgd vragen wo ons af, waar het heen moet, als al die Euro- peesche kinders zonder voldoende opleiding blijven en zoo achterop raken. De familie leden in Holland denken zelden diep cn intens na over Indische toestanden, omvat ten het niet en vinden familio in Indië meestal iets dat té ver af is, om je op een zelfde wijze om te bekommeren als om je familie en vrienden hier. Toch zouden er meestal velen hier in Holland zijn, die best in staat zijn tot helpen, die best zoo'n ge zin kunnen steunen, of een of meer kinde ren ter opvoeding bij zich kunnen nemen, om er bruikbare mcnschen van te maken cn tenminste liün toekomst wat te verze keren, waarmee ze dc ouders zoo'n grooto dienst zouden bewijzen. Moet elk niet iets doen in dezen wonderlijken tijd cn moeten wc niet allemaal meewerken om de gevol gen van de crisis te beperken cn niet kin deren de vruchten to laten plukken van dezen ontwrichten tijd; vruchten die hun hééle leven een bitteren nasmaak kunnen geven? „Do it now" en help uw kennissen cn familie in Indië, als dat in uw vermo gen is. van vreugde gestorven. De Duitsche componiste Emilo Sulzbach ie van vreugde gestorven bij het luisteren naar do uitzending van een zijner werken door den zender van Frankfort. door II. G. CANNEGIETER. Het moet onlangs crgcn6 gebeurd zijn, dat ccn onzer groote handelsmagnaten af stapte in een bekend internationaal hotel. Hij had een drukken ochtend gehad en was moe van de reis. Hij voelde behoefte aan rust en wilde, na zonder omslag gauw even iets te hebben gegeten, zich in zijn appar tementen terugtrekken. Zoodra hij zich in dc eetzaal had neer gezet, omringde licm een zwerm van be dienden. Gemelijk vroeg de gast, of men toch geen drukte wou maken; hij had nergens trek in dan eenvoudigweg in een spiegelei. „Maar dat treft u, meneer", riep dc ober uit, „onze kok beeft op dat gebied juist iets nieuws uitgevonden; het is de specia liteit van ons huis". En voordat de handclsmagnaat zich ver zetten kon, stond de kok voor hem, ver gezeld van den bij-kok en den chef-keuken meester, cn nam hem een uitvoerig ver hoor af. Hoe wilde meneer zijn epicgclei gebruiken? Moest het gegarneerd worden met wildbraad on visch, of opgediend in ccn saus van garnalen! Meneer kon kiezen uit twaalf verschillende spiegelei-gerech ten met bijbehoorende soepen en wijnen cn HA AG SC HE BRIEVEN Het zomerseizoen cn daarmede dc zomer- schc Haagsche bedrijvigheid spoedt met ras- sche schreden ten einde. Zou do mooio Augustusmaand ons bijkans doen vergeten dat slechts korten tijd ons scheidt van de herfst met zijn mist en regen, zoo zijn hot wel de Schcveningsche vermakclijkheidspro- gramma's die ons daaraan ^herinneren. In circus en Kurhaus-Cabarct loopen reeds de laatste programma's, terwijl do hotels aanstalten maken om te sluiten. Misschien echter, dat bij blijvend zomerweer enkele hotels langer open blijven, dan tot 1 of 15 September, wanneer in normale gevallen het seizoen ten einde is. Het seizoen is echter verre van normaal geweest. De economische crisis is op den gang van zaken van zeer grooten invloed geweest. Wel is nog niet juist te zeggen hoo dc uitkomsten in do verschillende bedrijven zijn, doch wel staat vast dat het totaal aan tal binnen- cn buitenlanders, die in de Sche yeningsche hotels hebben gelogeerd minder is dan dat van vorige jaren, niettegenstaan de de sterk verlaagde prijzen, die echter voor een burgermansbeurs immer nog te hoog blijven. Niet alleen evenwel was het bezoek min der, doch ook de vertering en hot aantal con sumpties per persoon liep o\er het algemeen terug, hetgeen wel duidelijk bewijst, dat vrij wel iedereen bezuinigt en op een lager ni veau gaat leven. Verschillende Schevcningschc bedrijven hebben daarbij ernstig van dc warmte tc lij don gehad. Circus en Kurhaut-Cabaret. trek ken tijdens dc hittegolf ccn minimum aantal bezoekers en speciaal het eerste was som mige avonden zoo leeg, dat vervroegde slui ting wellicht voordeeliger zou zijn geweest. Een merkwaardig verschijnsel in het cir cus was, dat ook op de warme avonden de goedkoopo staanplaatsen gretig aftrek vonden on dc duurdere rangen als regel slechts matig bezet waren. Of dit alleen een crisis-verschijnsel is, of dat het mede ccn ge volg is van dc o.i. minder gelukkige keuze van, directeur Friedlandor bij de samenstel ling der programma's, is moeilijk uit tc ma ken. Een circus-revue-show, zooals in dc laat sto programma's na de pauze vertoond werd, moge voor het publiek uit dc provincie veel aantrekkelijks bezitten, het mondain publiek dat in schouwburg en variété in het winter seizoen revues to over te zien krijgt, vraagt van het circus wat anders. Dat publiek wil in het circus zien de oude romantiek en wil zich inleven in dc echter circussfeer van brieschende paarden eb gewaagde dieren- dressuur. En dat kreeg men bij circus Maxo alleen voor de papze, tc, zien. Het voorpro gramma was dan ook steeds hot beste, het geen reeds een gebrek is, want in een goed circusprogramma behoort een climax te zit ten, die haar hoogtepunt vindt in een slot nummer dat pakt. Bewondering heeft keer op keer gewekt het optreden van een 73-jarigo lioogcschool- rijdstor, dio met een bewonderenswaardige vitaliteit haar paarden voorleidde in liet dansen en springen op dc maat van dc ko permuziek, dat het een lievo lust is. Dezo 73-jarige artiste was hot kon haast niet anders, want „pur sang ne peut men- tir" van het oude circusgcslacht Renz. Een dergelijke naam wekt weemoedige herinnc ringen aan den tijd toen het circus nog op zijn hoogtepunt was en vrouwen als Frau Theresc Benz geen zeldzaamheid waren. Der gelijke figuren worden als liet ware in de piste geboren ensterven or. Dat alles is echter uit den tijd. Het circus sterft lang zaam maar zeker en in dit opzicht is «There so Rcnz con der laatsto der Mohikanen. Binnen enkele dagen zal zij uit dc Resi dontic uittrekken om elders weer duizenden in vervoering to brengen. „Rust" is vooi haar slechts een klank. „Rust" zoo zegt zij „wanneer? Het is het noodlot Van ons circus-artisten, dat wij niet kunnen leven buiten de lucht van dc stallen, buiten het licht der schijnwerpers cn buiten het telkens opklaterend applaus van liet publiek". Ziet dat teokent c^e ras-echte circus-artiste, voor wie eigenlijk in onze jachtige gemeen schap geen tijd meer is. Scheveningcn sluit dus. Het laatste woko- Jijksche vuurfestijn behoort reeds tot het ver leden. Een zeker bewijs, dat voor de mondai ne mensch het zomerseizoen ten einde is en het winterseizoen begint, ook al stoort de na tuur zich daar niet aan. Schouwburgen en bioscopen zetten reeds hun beste beentje voor en beginnen weer hun moordendo concurrentie om publiek te trekken. Het is de eeuwigdurende kringloop van hef leven in een moderne stad, waaraan nu con- maal niet tc ontkomen is. Een kringloop, die intusschen de buitcnmensch naar de stad trekt en de stedeling naar buiten doet verlangen. toespijzen. Wat moest het zijn? Spiegele! la dit of spiegelei la dat? Do bij-kok cn dc chef-kcukenmeestcr 6tondcn al met het potlood in do hand, om do bestelling to notcercn. Maar de vermoeide lumnelsmagnaat werd boos. Hij wilde niets anders dan een ge woon, doodeenvoudig spiegelei met een kop koffie. Niets meer en nict6 minder. „Ja, meneer, maar dat gaat niet. U be grijpt, dc eer van ons huis cn de kunst van liet \ak. Maar ik meen uw bedoeling to radön. Hier heb ik hetgeen u vermoedelijk op hot oog hebt: recept nummer negen. Truffels, wijnsaus, mozaïek van ossenhaas, lever cn kalfsoesters. Zal ik dit voor u la ten klaarmaken: recept nummer negen: spiegelei A la Reine dc Bclutschistan?" Eerst toen de kok zag, dat het ernst werd met do boosheid van den vermoeiden gast, trok hij zich terug. Maar nu werd do kwes tie moeilijk. Do gérant werd te hulp geroe pen en met don bij-kok on den keukenmees ter, den ober cn de zeventien kellners hield de kok krijgsraad. Een spiegelei zonder meer?! Hoe maakt men dat klaar? Niemand, die dc oplossing wist. Totdat de piccolo zich herinnerde, dat hij bij zijn grootmoeder, ccn oude boerin op het land, wel eens ccn spiegelei had gegeten. IJlings reden kok, bij-kok cn chcf-keuken- mooster met de auto naar het opgegeven adres cn, gelukkig, toen ze terugkwamen, konden ze den gast eindelijk een gewoon spiegelei voorzetten. Deze geschiedenis is niet zoo zonderling als zo schijnt. Zo komt dagelijks voor. Onze tijd heeft alle dingen ingewikkeld gemaakt en is het recept van grootmoeder vergeten. Wat is eenvoudiger dan een ontwapende wereld cn ccn doelmatig georganiseerde wereldverhouding? Maar wie in het hotel van do internationale diplomatie zulk een eenvoudig spijsjc vraagt, ziet de oogen van alle deskundigen met ontsteltenis op zich gericht. Het zou to gemakkelijk gaan! Daar moeten sausen omheen cn samcngesteldo garnituren, waaronder men het gcwcnschlo voedsel niet meer herkent. Waartoe zou kokskunst cn kcllncrsbckwaamhcid dienen, als de toebereiding niet zoo ingewikkeld mogelijk werd gemaakt? Dus: waarde gast, wachten! Weroldvrede, wercldhuishouding. Niet meer vechten, maar samenwerken. Niet meer vernielen, maar bouwen. Het is te eenvoudig, om zoo maar zonder meer opgediend te worden. Hierover moet lang en breed gediscussi eerd, cn gedelibereerd. Wie bakt in een in ternationaal hotel zoo maar gewoonweg ccn spiegelei?! Grootmoeder kent het recept. IIet boeren-< maal bestaat uit enkele eenvoudige ingre diënten. Bij brood en boonen blijft men ge zond. Ilct leven berust op enkele fundamen- tcelc waarden. Liefde, rechtvaardigheid, opr rechtheid, gemeenschapszinMaar wat heeft de moderne beschaving ul niet om deze eenvoudigheden hccngeklutst cn ge stampt om ze voor deze wereld aannemelijk tc maken! Hoe gecompliceerd hebben wij alles ge maakt! Beu van alle rompslomp zetten wij ons neer en wij.smeeken onze tafelbedien den: „Maak ons gelukkig met het eenvou dige spiegolei, zooals onze grootmoeder het bakte!" door J. R. TH. CAMPERT. I. Dien middag lag de zee weergaloos-effen en blauw voor ons. Ver week de einder jSveg in een tnllendo nevel, die boven het water te dansen stond. Een enkele schuit dreef loom over het spiegelende water en de uren gingen voorbij, gingen voorbij Hoog, brandend en hittc-stralend stond een metalen zon aan den wolkcloozen hcrael. In den nacht tevoren was de wind gaan liggen cn geen koelte meer ademde over het land. Hèl-wit blakerden de dui nen; gloeiend-sneeuwen bergen, die Wal- jcheren omsloten ft.v Uren hadden wij zoó gelegen, te traag en tc verzaad om ons te bewegen. De harde zon strak op ons huis. Van den duintop af keken wij over het water, dat onder ons wegvloeide zoo stil en gelaten en nauw- lijks-bewogen naar gindsche verten waar tegen het donkere silhouet van een boot. Achter ons lag Walcheren. Het koren was tot volle wasdom gerijpt; de volle, vette aren wachtten enkel nog den feilen, blik- kerenden zeis. Aerncchtig in den smallen schaduw van oen enkelen boom rustten dc dieren. ïj| Wit an stof slingerden zich dc wegen door het land, dc stille wegen, die Walche- ren's dorpen verbinden. Nergens ëénig leven. Oppermachtig en verpletterend laai de de zomer over water cn land; alleen het ijverige stoomt lammetje sjouwde op de ge zette tijden dwaas cn puffend door dezo volkomen rust alsof het daartegen wilde protcstocren; een komische demonstra tie, een al te luidruchtig vertoon. Warm koesterde het zand onze leden en hot was also* cr niets anders meer was dan dit; wij TO'arcn deel van dit geheel en anders niets en net was goed zoo, zwijgend en verlo eren Alles voltrok zich rondom onswij rea geerden niet. Wij lieten het gebeuren; wij waren in dit zomersch landschap enkel een paar passende ornamenten. Onze oogen staarden over het water cn over Walcheren's domeinen. Omsloten door den veiligen ban der duinen lag daar de .kleine hof, die Walcheren heet. g Breed en machtig verrees de steencn toren van Westkapelle in liet warmte-tril- lend zwerk, verder naar rechts school ach ter de donkere bosschages Domburg, alleen één spits torentje verraadde zijn aanwezig heid cn zóó was het overal. Aan de smalle torenspitsen herkenden wij de dorpen: Oostkapclle en Serooskorke. Vrouwenpolder en Koudekerko Slank, ijl cn gracieus sliertte de Midclel- burgsche Lange Jan de lucht in. Wit in dien zomerschcn brand. Maar gróót verhieven zich de kranen van Vlissingta. Daar moest het levon kloppen cn daveren, daar stond het werk niet stil, daar sloeg het liart van den arbeid. En dichterbij nu, Zoutelande, gevlijd aan den voet der duinen. Een kerkje, con hand jevol huizen. Het lag er zoo veilig en zoo vertrouwd, welhaast hulpeloos Uren duurdo deze droom van zon en zomer. Dc tijd verliep, het water vloeide terug, de stranden werden grooter, lang zaam daalde de zon, maar de droom ging niet verloren, vordieptc zichHot licht werd minder wit en het leek wel of een aanvankelijk schuchtere innigheid op dit alles beslag ging leggen. Een heimelijke sfeer weefde zich over het land en wij wis ten niet meer of het leven sterven ging of nu eerst beginnen moest. Licht breidde de schemering zich uit, de zon lag op den horizon fli nog eenmaal zette zij hemel en aarde in vlam. De toppen der duinen waren rood, róód ook liep hei water aan cn dre\cn de scliaarschc wolken, die op kwamen zetten, langs de luchtc-zee. Een even speelschc, koele wind rimpelde langs het water, éven maar, éven maar... Dc dieren op het land ontwaakten uit hun loomheid, begonnen tc grazen. Langs do kronkelende wegen keerden do kleine figu ren van hoeren terug naar do dorpen. Ei gens sloeg een hond aan. Bleek stond een vroege cn smalle maan aan de lucht en de eerste ster ving aan te fonkelen middelburg. Het was nog dezen zomer dat ik voor en kele dagen in Middelburg verbleef om op nieuw te ondervinden welk ccn diepen en wcldadigcn invloed van deze plaats uit gaat. Elk jaar, dat ik er kwam, mocht ik het weer ondergaan: de rust, de groote cn goe de rust, die over je valt zoodra je uit het station komt. Voor weinige uren nog sloeg het leven heftig en gejaagd, de treinreis verdoofde deze emoties niet, maar één voet stap in Middelburg ènhet wonder is geschied. In den avond kom ie er aan. Het sche merende licht van den zomeravond valt over het stadje en hult het zacht en om zichtig binnen zijn verteodcring. Tegen den diop-blauwen hemel spitsen de silhouetten: de Lange Jan, slank en recht, het stadhuis, grillig en bizar. Overweldigend komt do stilte jc tegemoet, veroverend cn plotseling weet jc: dit is het, hiernaar heb je ver langd temidden van het jagend geweld der groote steden, naar déze rust, dio nu voor korten tijd mijn hart en mijn geest in be slag zal nemen. Jc ontdekt het wezen der stad, het laat niet meer van je af... Langzaam loop je de stationsbmg over, het breede kanaal, het water dat effen, met af en toe een nauwelijks-speurbaro rimpe ling, en helder den avondhemel weerspie gelt. Stralend en vér staat een ster to fon kelen. Langs het water: de boomen zwij gend en geduldig, trouwe wachters, enkele schepen liggen er gemeerd. Dan ga je de stad binnen. Ik zal u nooit kunnen zeggen wat het wonder van deze plaats is. Men voelt of men voelt het niet, men is er vatbaar voor of het gaat reso luut langs je heen. Maar wie ontvankelijk blijkt voor deze sfeer van stilte en rust, bot.eekent zij veel, zéér veel. Zij wordt hem een onmisbare factor in zijn leven cn al leen met zoo iemand wil ik dwalen door Middelburg. Over de Abdy, langs den Dam, dc bolwerken en de singels. Als ik van de Abdy spreek, raak ik bij mijzelf een tcedere snaar aan. Daar, en daar alleen beluister jo het hart der we reld. Onder dc hooge, ruischende boomen, tusschcn de oude, eeuwen-tartende gebou wen besloten hangt de stilte zuiver cn on gerept. De rest valt waardeloos weg. Het heeft geen zin meer. In den zomeravond weerklinken je trage voetstappen cr ongewoon-hard. Ga zitten, er zijn lage houten banken. Door het dichte loover zie je hier cn daar de lucht, meer sterren ontbloeien en ginds wordt waar achtig een straatlantaren ontstoken. Een late vogel slaat, dan valt de stilte dieper nog en onontkoombaar. Je bent alleen, het is goed om zóó alléén te zijn, want wat ter wereld verliest niet zijn beteekenis binnen het ongestoord bestek van deze rust, van dezen avond, van dit ademend cn tceder wonder? Aan deze sfeer raakt een mensch verslaafd en slechts met moeite ontruk Je jezelf aan den ban, die het hart gevangen houdt. Rondom de stad liggen de bolwerken. Zij omvatten haar gelijk een kostelijk kleinood. Donker slingeren de paden van brug tot brug, stijgend, dalend langs het lago water. Wees stil, want dit is het rijk der beminden. Het zou u nooit vergeven worden, wanneer hier anders dan gefluis terd werd, de laantjes zijn vervuld van ge fluisterde èn verzwegen geheimen. Een zoen, een zachte lach, do koestering van een handlicht en mysterieus ademt cr de verliefdheid. Er hangt een geur of eeuwig en altijd er de meidoorns bloeien. Buiten een even eenzame en sentimenteel- gestcinde ziel zult gij cr niemand ontmoe ten dan de elkaar tcedcr-omstrengcld hou dende paren. Wandel er alleen als verlief de cn stoor niet „den kleinen, koesterenden gleed der paren" of... ontvlucht met mij deze gevaarlijke zóno voor het te laat is. Naar de singels, want dAAr, op do grenzen van stad en land hervindt gij weer de rust Daar vormt het lago hout geen donkere bosschages, daar hangt geen meidoorngeur maar de koele nachtwind, aanstrijkend van over het land, brengt geuren van weiden cn akkers. DAAr spant dc hemel zichtbaar hoven je en zie: allerwegen nu fonkelen do sterren boAcn de goede veste Middelburg. In mijn jaren, toen ik er woonde, was er in Middelburg een kleine, bescheiden boek handel. Zoo'n donkere, verstoven zaak in een oud stadje. Er brandde altijd achterin een wankel gaslicht en de grijze, gezetto eigenaar begroette mij altijd met een soor! vaderlijke genegenheid. Want tezamen had den wij ccn vriendin: de Muze. Ilij dweepte met Bildcrdijk, Tollens, Ilelmers c.a. en ik las en herlas in dio dagen Kloos. Het was een teeder en zorgzaam-gekoesterd geheim; onze liefde voor poëzie. Om mij een genoe gen te doen vroeg hij met groote tusschen- poozen, maar hij dééd het tenminste, wel eens wat bundels gedichten in commissie Meestal leden deze een saai, monotoon bo staan gedurende enkele weken in zijn étalage en verdwenen dan weer naar den uitgever, tenzij... tenzij ik er een boekin van behield. 's Middags na schooltijd verscheen ik in den winkel. Als hij mij zag kwam de baas al ongevraagd met oen stapeltje aandra gen, plakte liet voor mij neer op den toon bank en voegde cr meestal vernietigend aan toe: „Nou d'r is weer niet veel bii!" Wat voor een zakenman een zeer on-zake- lijlce opmerking was. Ik was eigenzinnig genoeg om zijn oordeel in den wind te slaan. Boutens' Lente-maan achtte hij war taal, Leopold's eersten bundel, wél, liet ie best mogelijk dat hij een minder fatsoenlijk woord gebruikte ter qualificatie, maar mii boeiden deze verzen Wie voor poëzie ontvankelijk is, wordt daarin op wonderlijk-krachtige wijze ge sterkt door het Walchersche landschap en zijn sfeer. Natuurlijk: goede dichtkunst valt overal te waardeeren: bij het haardvuur, in de duinen, op school en op kantoor. Maai de omstandigheden hebben toch ook hun invloed ènwerken zij ergens zóó mee als op Walcheren? Ik zou bijna den para dox willen watren dat wie geen dichter is, wordt het daar! Want dc beste gezel der Muze, waarmee deze liet diepst vertrouwd is, zal toch zeker wel zijn de stilte. En waar vindt go deze zóó intens, zóó alles omvattend en doordringend? In de stilto vervormen do gedachten en aandoeningen zich als vanzelf tot woorden, goboron od een zuiver rythme. Zij zetten zich voort, zij beginnen te leven en groeien somtijds tot het klein en verrukkelijk wonder dat ge dicht heet. Gij weet niet eens meer waar het vandaan kwam on hoe het eerste woord ontstond. Plotseling was het er cn een maal zóó ver scheen het wel of vorder alles vanzelf gebeurde, of het een eigenmachtig leven begon, of het buiten u om ontstond en gij zelf cr ver van bleef. Ik overdrijf: ik weet even goed als u dat gedichten ook groeien onder Andere om standigheden, maar ik zie zoo graag dit verband gelegd, dit verband dat wil wijzen op den samenhang tusschen mijn eiland cn dc poëzie en als niemand hot. dan doet, waarom zou ik dan niet eens deze bemin nelijke cn opzettelijke vergissing begaan. In déze liefde voor Walcheren sta ik niet alleen en het zal wel haast overbodig zijn om in dit verband nog eens te wijzen op Boutons' Openluchtspel „Middolburgsch overgang" waarin hier cn daar zijn talent op z'n gelukkigst naar voren trad; O aarde's eelste vrucht, o voedend brood, dat daag'lijks van ons weert den harden dood, hoe vindt mijn hand dc kracht u weer te breken! Uw smaak zal al mijn levensdagen zijn in elk opstandig leed do medicijn, on mijn verharde hart in tranen weeken! Ik heb één smart geproefd, die feller is dan 't branden van uw zelfverduurd gemis, de pijn, die klein're pijnen doet vergeten: eerst toen ik, eigen hongeren ten spijt, niet stillen kon der kinderen gekrijt. toen leerde ik u te geven en u te eten. Een omgeving als Walcheren voedt het dichtorschap, omdat men er meer dan ergens anders is aangewezen op zichzelf, omdat de pracht van het landschap cn do bedwelming der zee invloed moéten uit oefenen, omdat nergens de luchten zoo ma teloos hoepelen en de winden ever geen ander domein zoo breed en zilt waaien, omdat de mcnschen er iets hebben meege kregen van deze elementen, zoodat hun oogen helder en zuiver zijn, hun woorden sterk van eenvoudige wijsheid, krachtig hun handen, die de aarde dienen en het water bestrijden Geen land cn geen volk zijn mij liever. Uitg. G. W. den Boer, Middelburg.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 15