STERVEND SEIZOEN EN STERVEND CIRCUS
EEN BROOM
ZON EN ZOMER
INDISCHE FLITSEN
Leven in Indië voorheen en
thans
HET SPIEGELEI
WALCHEREN, ZEELAND'S
BLOEIENDE TUIN
Vroeger, d.w.z. zoo'n vijftien jaar gele
en, wist ieder, die familie of vrienden in
idiè had, dat men er liecl weinig Euro-
ecsclie artikelen kon krijgen en gingen er
roote pakken naar het warme land, met
llerloi cadcaux en bestellingen, levensmid
den en onontbeerlijkheden voor Europe
nen, dio een zekere luxe gewoon zijn ge-
lakt. Er waren enkele Europecschc win
ds in de groote plaatsen, maar alles was
lar peperduur en pas na den grooten oor-
g is dat beduidend veranderd en kan men
>k m Indiè van alles koopen. De concur-
jm|e is ook dAAr groot geworden en veel
liinppeesche zaken zijn als uit den grond
jr^ezen en beijveren zich het nieuwste en
Biste te toonon, zoodat het haast ovcr-
idig is geworden, om veel uit Europa te
ten komen en meo te brengen. En
■reen die kranten leest, weet wel dat
raiontccl de malaise op Java speciaal
raar wordt gevoeld en men cr voor „bijna
|js" allerlei dingen in kan slaan, zoodat
fhecle toestand er veranderd is en het op
Ie plaatsen tegenwoordig zeer goedkoop
De Buitenbezittingen vallen or niet on-
daar blijft het leven duur en dat maakt
ig hetzelfde grooto verschil als steeds,
aar op Java hoort men van levcnsmidde-
pprijzen die ongekend zijn en bijna als
fer negentienveertien, toen men nog voor
pe cents een ei kocht, voor een kwartje
m kip en bedienden huurde voor cenigc
guldens per maand.
Ook thans is dat het geval: oen baboe
ontvangt op Java niet meer dan tien gul
den per maand momenteel, eon kokkie of
huisjongen vijftien en velen loopen nog
zonder werk, omdat cr zoo ontzaglijk
veel Europeanen terug moesten komen
naar het eigen land en anderen werkloos
zijn, dus geheel aangewezen op steun en
wat gespaard geld, zoodat van bedienden
geen sprake meer kan zijn.
Men las reeds uit de Indische, berichten,
dat hier en daar een soort kolonie wordt in
gericht voor vverkloozo Europeanen met
hun gezinnen en elk zal wel wenschen, dat
er spoedig een eind mag komen aan dezen
wantoestand en deprimecrende crisis. De
Europeaan die met z'n gezin in een kam
pong terecht komt, is vrecselijk te beklagen
en zij die Indië niet kennen, hebben daar
van geen begrip. Ze oordeelen, dat het
daar tenminste niet koud is, de men-
schen er met minder klecren toe kun
nen, geen brandstof noodig hebben en van
rijst met toebehooren goedkoop kunnen le
ven, wat natuurlijk allemaal waar is. Een
gezin zonder eenige inkomsten cn zonder
spaarpot, is er in Europa nog erger aan toe,
oind at aldic dingen hier voel duurder zijn
cn het leven in ccn Hollandsche achter
buurt óók vreoselijk is.
Maarwie Indië wél kent, zal be
klemd denken aan al die landgenooton in
den kampong, die voorgoed allo energie
cn rnood er bij in zullen schieten on later
als de toestand zich wat hersteld heeft, niet
meer passen in de Europeescho Maatschap
pij en geen fut meer zullen hebben voor het
aanvaarden van een ccnigszins belangrijke
werkkring. Niets is zoo deprimeerend als
werkloos rondloopen en in een warm kli
maat is dat nog veel erger; men boet z'n
energie erbij in en dat is héél erg. Er wordt
veel gedaan voor de crisisslachtoffcrs, óók
in Indië, maar genoeg kan er niet gedaan
worden om al die wantoestanden te voorko
men en op te heffen om onze landgenooton
te behoeden voor afzakken, voor wegdrij
ven uit de Europecschc Maatschappij, waar
in ze toch Loorën. Zij en... hun kinderen
voor wie het haast nog erger is, omdat hun
heele toekomst is bedorven cn verstoord.
De kinderen der Europeanen die niet meer
naar ccn goede Hollandscho school kunnen
gaan, omdat er geen geld meer voor is, om
dat ze geen voldoendo kleeren hebben en
geen vervoermiddel kunnen betalen, zijn
er ellendig aan toe, want ccn gocdo oplei
ding, ontwikkeling en kennis is dubbel noo
dig tegenwoordig, om zich ccn plaats in de
Maatschappij te verzekeren. Van „in do
kost doen" in een grootere plaats, waar
goede onderwijsinrichtingen zijn, is geen
sprake meer; voor dc ouders der kinderen
die in kleine plaatsen of op ondernemingen
wonen, van naar Holland zenden hecle-
maal niet meer, en bezorgd vragen wo ons
af, waar het heen moet, als al die Euro-
peesche kinders zonder voldoende opleiding
blijven en zoo achterop raken. De familie
leden in Holland denken zelden diep cn
intens na over Indische toestanden, omvat
ten het niet en vinden familio in Indië
meestal iets dat té ver af is, om je op een
zelfde wijze om te bekommeren als om je
familie en vrienden hier. Toch zouden er
meestal velen hier in Holland zijn, die best
in staat zijn tot helpen, die best zoo'n ge
zin kunnen steunen, of een of meer kinde
ren ter opvoeding bij zich kunnen nemen,
om er bruikbare mcnschen van te maken
cn tenminste liün toekomst wat te verze
keren, waarmee ze dc ouders zoo'n grooto
dienst zouden bewijzen. Moet elk niet iets
doen in dezen wonderlijken tijd cn moeten
wc niet allemaal meewerken om de gevol
gen van de crisis te beperken cn niet kin
deren de vruchten to laten plukken van
dezen ontwrichten tijd; vruchten die hun
hééle leven een bitteren nasmaak kunnen
geven? „Do it now" en help uw kennissen
cn familie in Indië, als dat in uw vermo
gen is.
van vreugde gestorven.
De Duitsche componiste Emilo Sulzbach
ie van vreugde gestorven bij het luisteren
naar do uitzending van een zijner werken
door den zender van Frankfort.
door II. G. CANNEGIETER.
Het moet onlangs crgcn6 gebeurd zijn,
dat ccn onzer groote handelsmagnaten af
stapte in een bekend internationaal hotel.
Hij had een drukken ochtend gehad en was
moe van de reis. Hij voelde behoefte aan
rust en wilde, na zonder omslag gauw even
iets te hebben gegeten, zich in zijn appar
tementen terugtrekken.
Zoodra hij zich in dc eetzaal had neer
gezet, omringde licm een zwerm van be
dienden.
Gemelijk vroeg de gast, of men toch geen
drukte wou maken; hij had nergens trek in
dan eenvoudigweg in een spiegelei.
„Maar dat treft u, meneer", riep dc ober
uit, „onze kok beeft op dat gebied juist
iets nieuws uitgevonden; het is de specia
liteit van ons huis".
En voordat de handclsmagnaat zich ver
zetten kon, stond de kok voor hem, ver
gezeld van den bij-kok en den chef-keuken
meester, cn nam hem een uitvoerig ver
hoor af. Hoe wilde meneer zijn epicgclei
gebruiken? Moest het gegarneerd worden
met wildbraad on visch, of opgediend in
ccn saus van garnalen! Meneer kon kiezen
uit twaalf verschillende spiegelei-gerech
ten met bijbehoorende soepen en wijnen cn
HA AG SC HE BRIEVEN
Het zomerseizoen cn daarmede dc zomer-
schc Haagsche bedrijvigheid spoedt met ras-
sche schreden ten einde. Zou do mooio
Augustusmaand ons bijkans doen vergeten
dat slechts korten tijd ons scheidt van de
herfst met zijn mist en regen, zoo zijn hot
wel de Schcveningsche vermakclijkheidspro-
gramma's die ons daaraan ^herinneren.
In circus en Kurhaus-Cabarct loopen reeds
de laatste programma's, terwijl do hotels
aanstalten maken om te sluiten. Misschien
echter, dat bij blijvend zomerweer enkele
hotels langer open blijven, dan tot 1 of 15
September, wanneer in normale gevallen het
seizoen ten einde is.
Het seizoen is echter verre van normaal
geweest. De economische crisis is op den
gang van zaken van zeer grooten invloed
geweest. Wel is nog niet juist te zeggen hoo
dc uitkomsten in do verschillende bedrijven
zijn, doch wel staat vast dat het totaal aan
tal binnen- cn buitenlanders, die in de Sche
yeningsche hotels hebben gelogeerd minder
is dan dat van vorige jaren, niettegenstaan
de de sterk verlaagde prijzen, die echter voor
een burgermansbeurs immer nog te hoog
blijven.
Niet alleen evenwel was het bezoek min
der, doch ook de vertering en hot aantal con
sumpties per persoon liep o\er het algemeen
terug, hetgeen wel duidelijk bewijst, dat vrij
wel iedereen bezuinigt en op een lager ni
veau gaat leven.
Verschillende Schevcningschc bedrijven
hebben daarbij ernstig van dc warmte tc lij
don gehad. Circus en Kurhaut-Cabaret. trek
ken tijdens dc hittegolf ccn minimum aantal
bezoekers en speciaal het eerste was som
mige avonden zoo leeg, dat vervroegde slui
ting wellicht voordeeliger zou zijn geweest.
Een merkwaardig verschijnsel in het cir
cus was, dat ook op de warme avonden
de goedkoopo staanplaatsen gretig aftrek
vonden on dc duurdere rangen als regel
slechts matig bezet waren. Of dit alleen een
crisis-verschijnsel is, of dat het mede ccn ge
volg is van dc o.i. minder gelukkige keuze
van, directeur Friedlandor bij de samenstel
ling der programma's, is moeilijk uit tc ma
ken.
Een circus-revue-show, zooals in dc laat
sto programma's na de pauze vertoond werd,
moge voor het publiek uit dc provincie veel
aantrekkelijks bezitten, het mondain publiek
dat in schouwburg en variété in het winter
seizoen revues to over te zien krijgt, vraagt
van het circus wat anders. Dat publiek wil
in het circus zien de oude romantiek en wil
zich inleven in dc echter circussfeer van
brieschende paarden eb gewaagde dieren-
dressuur. En dat kreeg men bij circus Maxo
alleen voor de papze, tc, zien. Het voorpro
gramma was dan ook steeds hot beste, het
geen reeds een gebrek is, want in een goed
circusprogramma behoort een climax te zit
ten, die haar hoogtepunt vindt in een slot
nummer dat pakt.
Bewondering heeft keer op keer gewekt
het optreden van een 73-jarigo lioogcschool-
rijdstor, dio met een bewonderenswaardige
vitaliteit haar paarden voorleidde in liet
dansen en springen op dc maat van dc ko
permuziek, dat het een lievo lust is.
Dezo 73-jarige artiste was hot kon haast
niet anders, want „pur sang ne peut men-
tir" van het oude circusgcslacht Renz. Een
dergelijke naam wekt weemoedige herinnc
ringen aan den tijd toen het circus nog op
zijn hoogtepunt was en vrouwen als Frau
Theresc Benz geen zeldzaamheid waren. Der
gelijke figuren worden als liet ware in de
piste geboren ensterven or. Dat alles is
echter uit den tijd. Het circus sterft lang
zaam maar zeker en in dit opzicht is «There
so Rcnz con der laatsto der Mohikanen.
Binnen enkele dagen zal zij uit dc Resi
dontic uittrekken om elders weer duizenden
in vervoering to brengen. „Rust" is vooi
haar slechts een klank. „Rust" zoo zegt
zij „wanneer? Het is het noodlot Van ons
circus-artisten, dat wij niet kunnen leven
buiten de lucht van dc stallen, buiten het
licht der schijnwerpers cn buiten het telkens
opklaterend applaus van liet publiek".
Ziet dat teokent c^e ras-echte circus-artiste,
voor wie eigenlijk in onze jachtige gemeen
schap geen tijd meer is.
Scheveningcn sluit dus. Het laatste woko-
Jijksche vuurfestijn behoort reeds tot het ver
leden. Een zeker bewijs, dat voor de mondai
ne mensch het zomerseizoen ten einde is en
het winterseizoen begint, ook al stoort de na
tuur zich daar niet aan.
Schouwburgen en bioscopen zetten reeds
hun beste beentje voor en beginnen weer
hun moordendo concurrentie om publiek te
trekken.
Het is de eeuwigdurende kringloop van hef
leven in een moderne stad, waaraan nu con-
maal niet tc ontkomen is. Een kringloop, die
intusschen de buitcnmensch naar de stad
trekt en de stedeling naar buiten doet
verlangen.
toespijzen. Wat moest het zijn? Spiegele!
la dit of spiegelei la dat? Do bij-kok cn
dc chef-kcukenmeestcr 6tondcn al met het
potlood in do hand, om do bestelling to
notcercn.
Maar de vermoeide lumnelsmagnaat werd
boos. Hij wilde niets anders dan een ge
woon, doodeenvoudig spiegelei met een kop
koffie. Niets meer en nict6 minder.
„Ja, meneer, maar dat gaat niet. U be
grijpt, dc eer van ons huis cn de kunst van
liet \ak. Maar ik meen uw bedoeling to
radön. Hier heb ik hetgeen u vermoedelijk
op hot oog hebt: recept nummer negen.
Truffels, wijnsaus, mozaïek van ossenhaas,
lever cn kalfsoesters. Zal ik dit voor u la
ten klaarmaken: recept nummer negen:
spiegelei A la Reine dc Bclutschistan?"
Eerst toen de kok zag, dat het ernst werd
met do boosheid van den vermoeiden gast,
trok hij zich terug. Maar nu werd do kwes
tie moeilijk. Do gérant werd te hulp geroe
pen en met don bij-kok on den keukenmees
ter, den ober cn de zeventien kellners hield
de kok krijgsraad.
Een spiegelei zonder meer?! Hoe maakt
men dat klaar? Niemand, die dc oplossing
wist.
Totdat de piccolo zich herinnerde, dat hij
bij zijn grootmoeder, ccn oude boerin op
het land, wel eens ccn spiegelei had gegeten.
IJlings reden kok, bij-kok cn chcf-keuken-
mooster met de auto naar het opgegeven
adres cn, gelukkig, toen ze terugkwamen,
konden ze den gast eindelijk een gewoon
spiegelei voorzetten.
Deze geschiedenis is niet zoo zonderling
als zo schijnt. Zo komt dagelijks voor. Onze
tijd heeft alle dingen ingewikkeld gemaakt
en is het recept van grootmoeder vergeten.
Wat is eenvoudiger dan een ontwapende
wereld cn ccn doelmatig georganiseerde
wereldverhouding? Maar wie in het hotel
van do internationale diplomatie zulk een
eenvoudig spijsjc vraagt, ziet de oogen van
alle deskundigen met ontsteltenis op zich
gericht. Het zou to gemakkelijk gaan! Daar
moeten sausen omheen cn samcngesteldo
garnituren, waaronder men het gcwcnschlo
voedsel niet meer herkent. Waartoe zou
kokskunst cn kcllncrsbckwaamhcid dienen,
als de toebereiding niet zoo ingewikkeld
mogelijk werd gemaakt?
Dus: waarde gast, wachten! Weroldvrede,
wercldhuishouding. Niet meer vechten,
maar samenwerken. Niet meer vernielen,
maar bouwen. Het is te eenvoudig, om zoo
maar zonder meer opgediend te worden.
Hierover moet lang en breed gediscussi
eerd, cn gedelibereerd. Wie bakt in een in
ternationaal hotel zoo maar gewoonweg
ccn spiegelei?!
Grootmoeder kent het recept. IIet boeren-<
maal bestaat uit enkele eenvoudige ingre
diënten. Bij brood en boonen blijft men ge
zond. Ilct leven berust op enkele fundamen-
tcelc waarden. Liefde, rechtvaardigheid, opr
rechtheid, gemeenschapszinMaar wat
heeft de moderne beschaving ul niet om
deze eenvoudigheden hccngeklutst cn ge
stampt om ze voor deze wereld aannemelijk
tc maken!
Hoe gecompliceerd hebben wij alles ge
maakt! Beu van alle rompslomp zetten wij
ons neer en wij.smeeken onze tafelbedien
den: „Maak ons gelukkig met het eenvou
dige spiegolei, zooals onze grootmoeder het
bakte!"
door
J. R. TH. CAMPERT.
I.
Dien middag lag de zee weergaloos-effen
en blauw voor ons. Ver week de einder
jSveg in een tnllendo nevel, die boven het
water te dansen stond. Een enkele schuit
dreef loom over het spiegelende water en
de uren gingen voorbij, gingen voorbij
Hoog, brandend en hittc-stralend stond
een metalen zon aan den wolkcloozen
hcrael. In den nacht tevoren was de wind
gaan liggen cn geen koelte meer ademde
over het land. Hèl-wit blakerden de dui
nen; gloeiend-sneeuwen bergen, die Wal-
jcheren omsloten
ft.v Uren hadden wij zoó gelegen, te traag en
tc verzaad om ons te bewegen. De harde
zon strak op ons huis. Van den duintop af
keken wij over het water, dat onder ons
wegvloeide zoo stil en gelaten en nauw-
lijks-bewogen naar gindsche verten waar
tegen het donkere silhouet van een boot.
Achter ons lag Walcheren. Het koren was
tot volle wasdom gerijpt; de volle, vette
aren wachtten enkel nog den feilen, blik-
kerenden zeis. Aerncchtig in den smallen
schaduw van oen enkelen boom rustten dc
dieren.
ïj| Wit an stof slingerden zich dc wegen
door het land, dc stille wegen, die Walche-
ren's dorpen verbinden. Nergens ëénig
leven. Oppermachtig en verpletterend laai
de de zomer over water cn land; alleen het
ijverige stoomt lammetje sjouwde op de ge
zette tijden dwaas cn puffend door dezo
volkomen rust alsof het daartegen wilde
protcstocren; een komische demonstra
tie, een al te luidruchtig vertoon. Warm
koesterde het zand onze leden en hot was
also* cr niets anders meer was dan dit; wij
TO'arcn deel van dit geheel en anders niets
en net was goed zoo, zwijgend en verlo
eren
Alles voltrok zich rondom onswij rea
geerden niet. Wij lieten het gebeuren; wij
waren in dit zomersch landschap enkel
een paar passende ornamenten.
Onze oogen staarden over het water cn
over Walcheren's domeinen. Omsloten door
den veiligen ban der duinen lag daar de
.kleine hof, die Walcheren heet.
g Breed en machtig verrees de steencn
toren van Westkapelle in liet warmte-tril-
lend zwerk, verder naar rechts school ach
ter de donkere bosschages Domburg, alleen
één spits torentje verraadde zijn aanwezig
heid cn zóó was het overal. Aan de smalle
torenspitsen herkenden wij de dorpen:
Oostkapclle en Serooskorke. Vrouwenpolder
en Koudekerko
Slank, ijl cn gracieus sliertte de Midclel-
burgsche Lange Jan de lucht in. Wit in
dien zomerschcn brand.
Maar gróót verhieven zich de kranen van
Vlissingta. Daar moest het levon kloppen
cn daveren, daar stond het werk niet stil,
daar sloeg het liart van den arbeid.
En dichterbij nu, Zoutelande, gevlijd aan
den voet der duinen. Een kerkje, con hand
jevol huizen. Het lag er zoo veilig en zoo
vertrouwd, welhaast hulpeloos
Uren duurdo deze droom van zon en
zomer. Dc tijd verliep, het water vloeide
terug, de stranden werden grooter, lang
zaam daalde de zon, maar de droom ging
niet verloren, vordieptc zichHot licht
werd minder wit en het leek wel of een
aanvankelijk schuchtere innigheid op dit
alles beslag ging leggen. Een heimelijke
sfeer weefde zich over het land en wij wis
ten niet meer of het leven sterven ging of
nu eerst beginnen moest.
Licht breidde de schemering zich uit, de
zon lag op den horizon fli nog eenmaal
zette zij hemel en aarde in vlam. De toppen
der duinen waren rood, róód ook liep hei
water aan cn dre\cn de scliaarschc wolken,
die op kwamen zetten, langs de luchtc-zee.
Een even speelschc, koele wind rimpelde
langs het water, éven maar, éven maar...
Dc dieren op het land ontwaakten uit hun
loomheid, begonnen tc grazen. Langs do
kronkelende wegen keerden do kleine figu
ren van hoeren terug naar do dorpen. Ei
gens sloeg een hond aan. Bleek stond een
vroege cn smalle maan aan de lucht en de
eerste ster ving aan te fonkelen
middelburg.
Het was nog dezen zomer dat ik voor en
kele dagen in Middelburg verbleef om op
nieuw te ondervinden welk ccn diepen en
wcldadigcn invloed van deze plaats uit
gaat.
Elk jaar, dat ik er kwam, mocht ik het
weer ondergaan: de rust, de groote cn goe
de rust, die over je valt zoodra je uit het
station komt. Voor weinige uren nog sloeg
het leven heftig en gejaagd, de treinreis
verdoofde deze emoties niet, maar één voet
stap in Middelburg ènhet wonder is
geschied.
In den avond kom ie er aan. Het sche
merende licht van den zomeravond valt
over het stadje en hult het zacht en om
zichtig binnen zijn verteodcring. Tegen den
diop-blauwen hemel spitsen de silhouetten:
de Lange Jan, slank en recht, het stadhuis,
grillig en bizar. Overweldigend komt do
stilte jc tegemoet, veroverend cn plotseling
weet jc: dit is het, hiernaar heb je ver
langd temidden van het jagend geweld der
groote steden, naar déze rust, dio nu voor
korten tijd mijn hart en mijn geest in be
slag zal nemen. Jc ontdekt het wezen der
stad, het laat niet meer van je af...
Langzaam loop je de stationsbmg over,
het breede kanaal, het water dat effen, met
af en toe een nauwelijks-speurbaro rimpe
ling, en helder den avondhemel weerspie
gelt. Stralend en vér staat een ster to fon
kelen. Langs het water: de boomen zwij
gend en geduldig, trouwe wachters, enkele
schepen liggen er gemeerd.
Dan ga je de stad binnen. Ik zal u nooit
kunnen zeggen wat het wonder van deze
plaats is. Men voelt of men voelt het niet,
men is er vatbaar voor of het gaat reso
luut langs je heen. Maar wie ontvankelijk
blijkt voor deze sfeer van stilte en rust,
bot.eekent zij veel, zéér veel. Zij wordt hem
een onmisbare factor in zijn leven cn al
leen met zoo iemand wil ik dwalen door
Middelburg. Over de Abdy, langs den Dam,
dc bolwerken en de singels.
Als ik van de Abdy spreek, raak ik bij
mijzelf een tcedere snaar aan. Daar, en
daar alleen beluister jo het hart der we
reld. Onder dc hooge, ruischende boomen,
tusschcn de oude, eeuwen-tartende gebou
wen besloten hangt de stilte zuiver cn on
gerept. De rest valt waardeloos weg. Het
heeft geen zin meer.
In den zomeravond weerklinken je trage
voetstappen cr ongewoon-hard. Ga zitten,
er zijn lage houten banken. Door het dichte
loover zie je hier cn daar de lucht, meer
sterren ontbloeien en ginds wordt waar
achtig een straatlantaren ontstoken. Een
late vogel slaat, dan valt de stilte dieper
nog en onontkoombaar. Je bent alleen, het
is goed om zóó alléén te zijn, want wat ter
wereld verliest niet zijn beteekenis binnen
het ongestoord bestek van deze rust, van
dezen avond, van dit ademend cn tceder
wonder? Aan deze sfeer raakt een mensch
verslaafd en slechts met moeite ontruk Je
jezelf aan den ban, die het hart gevangen
houdt.
Rondom de stad liggen de bolwerken.
Zij omvatten haar gelijk een kostelijk
kleinood. Donker slingeren de paden van
brug tot brug, stijgend, dalend langs het
lago water. Wees stil, want dit is het rijk
der beminden. Het zou u nooit vergeven
worden, wanneer hier anders dan gefluis
terd werd, de laantjes zijn vervuld van ge
fluisterde èn verzwegen geheimen. Een
zoen, een zachte lach, do koestering van
een handlicht en mysterieus ademt cr
de verliefdheid. Er hangt een geur of
eeuwig en altijd er de meidoorns bloeien.
Buiten een even eenzame en sentimenteel-
gestcinde ziel zult gij cr niemand ontmoe
ten dan de elkaar tcedcr-omstrengcld hou
dende paren. Wandel er alleen als verlief
de cn stoor niet „den kleinen, koesterenden
gleed der paren" of... ontvlucht met mij
deze gevaarlijke zóno voor het te laat is.
Naar de singels, want dAAr, op do grenzen
van stad en land hervindt gij weer de rust
Daar vormt het lago hout geen donkere
bosschages, daar hangt geen meidoorngeur
maar de koele nachtwind, aanstrijkend van
over het land, brengt geuren van weiden cn
akkers. DAAr spant dc hemel zichtbaar
hoven je en zie: allerwegen nu fonkelen do
sterren boAcn de goede veste Middelburg.
In mijn jaren, toen ik er woonde, was er
in Middelburg een kleine, bescheiden boek
handel. Zoo'n donkere, verstoven zaak in
een oud stadje. Er brandde altijd achterin
een wankel gaslicht en de grijze, gezetto
eigenaar begroette mij altijd met een soor!
vaderlijke genegenheid. Want tezamen had
den wij ccn vriendin: de Muze. Ilij dweepte
met Bildcrdijk, Tollens, Ilelmers c.a. en ik
las en herlas in dio dagen Kloos. Het was
een teeder en zorgzaam-gekoesterd geheim;
onze liefde voor poëzie. Om mij een genoe
gen te doen vroeg hij met groote tusschen-
poozen, maar hij dééd het tenminste, wel
eens wat bundels gedichten in commissie
Meestal leden deze een saai, monotoon bo
staan gedurende enkele weken in zijn
étalage en verdwenen dan weer naar den
uitgever, tenzij... tenzij ik er een boekin
van behield.
's Middags na schooltijd verscheen ik in
den winkel. Als hij mij zag kwam de baas
al ongevraagd met oen stapeltje aandra
gen, plakte liet voor mij neer op den toon
bank en voegde cr meestal vernietigend
aan toe: „Nou d'r is weer niet veel bii!"
Wat voor een zakenman een zeer on-zake-
lijlce opmerking was. Ik was eigenzinnig
genoeg om zijn oordeel in den wind te
slaan. Boutens' Lente-maan achtte hij war
taal, Leopold's eersten bundel, wél, liet ie
best mogelijk dat hij een minder fatsoenlijk
woord gebruikte ter qualificatie, maar mii
boeiden deze verzen
Wie voor poëzie ontvankelijk is, wordt
daarin op wonderlijk-krachtige wijze ge
sterkt door het Walchersche landschap en
zijn sfeer. Natuurlijk: goede dichtkunst valt
overal te waardeeren: bij het haardvuur, in
de duinen, op school en op kantoor. Maai
de omstandigheden hebben toch ook hun
invloed ènwerken zij ergens zóó mee
als op Walcheren? Ik zou bijna den para
dox willen watren dat wie geen dichter is,
wordt het daar! Want dc beste gezel der
Muze, waarmee deze liet diepst vertrouwd
is, zal toch zeker wel zijn de stilte. En
waar vindt go deze zóó intens, zóó alles
omvattend en doordringend? In de stilto
vervormen do gedachten en aandoeningen
zich als vanzelf tot woorden, goboron od
een zuiver rythme. Zij zetten zich voort, zij
beginnen te leven en groeien somtijds tot
het klein en verrukkelijk wonder dat ge
dicht heet. Gij weet niet eens meer waar
het vandaan kwam on hoe het eerste woord
ontstond. Plotseling was het er cn een
maal zóó ver scheen het wel of vorder alles
vanzelf gebeurde, of het een eigenmachtig
leven begon, of het buiten u om ontstond
en gij zelf cr ver van bleef.
Ik overdrijf: ik weet even goed als u dat
gedichten ook groeien onder Andere om
standigheden, maar ik zie zoo graag dit
verband gelegd, dit verband dat wil wijzen
op den samenhang tusschen mijn eiland cn
dc poëzie en als niemand hot. dan doet,
waarom zou ik dan niet eens deze bemin
nelijke cn opzettelijke vergissing begaan.
In déze liefde voor Walcheren sta ik niet
alleen en het zal wel haast overbodig zijn
om in dit verband nog eens te wijzen op
Boutons' Openluchtspel „Middolburgsch
overgang" waarin hier cn daar zijn
talent op z'n gelukkigst naar voren trad;
O aarde's eelste vrucht, o voedend brood,
dat daag'lijks van ons weert den harden
dood,
hoe vindt mijn hand dc kracht u weer te
breken!
Uw smaak zal al mijn levensdagen zijn
in elk opstandig leed do medicijn,
on mijn verharde hart in tranen weeken!
Ik heb één smart geproefd, die feller is
dan 't branden van uw zelfverduurd
gemis,
de pijn, die klein're pijnen doet vergeten:
eerst toen ik, eigen hongeren ten spijt,
niet stillen kon der kinderen gekrijt.
toen leerde ik u te geven en u te eten.
Een omgeving als Walcheren voedt het
dichtorschap, omdat men er meer dan
ergens anders is aangewezen op zichzelf,
omdat de pracht van het landschap cn do
bedwelming der zee invloed moéten uit
oefenen, omdat nergens de luchten zoo ma
teloos hoepelen en de winden ever geen
ander domein zoo breed en zilt waaien,
omdat de mcnschen er iets hebben meege
kregen van deze elementen, zoodat hun
oogen helder en zuiver zijn, hun woorden
sterk van eenvoudige wijsheid, krachtig
hun handen, die de aarde dienen en het
water bestrijden
Geen land cn geen volk zijn mij liever.
Uitg. G. W. den Boer, Middelburg.