amersfoortsch dagblad
het duistere geval te
vreeland
RAGOUTSCHELPEN
ARBEIDSDUUR EN WERKELOOSHEID
l&
Zaterdag 17 September 1932
EEDE BLAD
31e Jaargang No. 68
ionenland
Wie vergiftigde?
Lijstenmakerij en Kunsthandel
JIEUW PARIJS
Langestraat 35
UITVOER VAN LIMBURGSCHE
STEENKOLEN
20.000 Ton minder afgezet
OVERLEG MET WERKGEVERS I. Z.
DE 40 URIGE WERKWEEK
Een economische zelfmoord
De Bruid van het Glomdal
lira!
„Gooi die boter maar in de Vecht"
Vreeland, 16 Sept. In den iewat tra
gen Beslag van het Vreelandsche buiten
leven is eensklaps versnelling geconsta
teerd. De landelijke rust is plots verstoord
door symptomen, welke op misdaad wijlen
en dB dorpelingen bespreken binnenska-
triers maar ook daarbuiten! breedvoe
rig het tragisch geval dat zich heeft afge
speeld in het kleine huisje aan de Vecht,
waar de 26-jarige C. T. met zijn 22-jarige
vrouw en twee kleuters woonde, maar dat
SindsKcnige dagen leeg en verlaten staat.
Zooals men weet zijn eergisteren de 59-ja-
iiige Mroonmoedcr van T. en zijn vrouw
op verdenking dat zij rattenvergif zouden
hebben gemengd door boter, welke voor T.
bestemd was, gearresteerd. Intusschen
staatje schuld der twee vrouwen nog
geenszins vast en onder dc dorpelingen
heersch t twijfel dienaangaande.
Hefc:slachtoffer T., dat nog steeds in het
ziekenhuis te Utrecht wordt verpleegd,
was Brtijds daggelder en hoewel hij het
nimmer breed had, kon hij toch zijn brood
verdiénen. Sinds ongeveer een jaar is de
man Bchter werkloos, wat den verhoudin
gen thuis niet ten goede is gekomen. In de
onmiddellijke nabijheid van T.'s huisje
woonj zijn moeder met een dochter. Wij
meldden reeds, dat het gezinsleven van T.
cn zijn vrouw veel te wenschen overliet.
Nader kwam ons ter oore, dat de man
reeds»geruimen tijd het voornemen had,
van zijn vrouw te scheiden. Naar laatstge
noemde verklaard heeft, had T. dan ook
reedside eenigszins waardevolle meubeltjes
uit de woning gehaald cn elders opgebor-
lenige weken geleden liep de twist
log, dat T. zijn vrouw toevoegde: „Je
'T niet meer in." Daarop trok mej. T.
lare ouders te Weesp. Inmiddels was
gste kindje, circa vier maanden oud
^^•pleging naar het ziekenhuis te
Utreipjit overgebracht. Op Vrijdag 9 Sep
tember j.l. zijn T. en zijn moeder naar
Utrecht gegaan, om het zieke kindje te be
zoeken. De man schijnt toen reeds vermoed
te h®ben, dat zijn vrouw weer naar Vree
land Bou komen; ten minste hij spijkerde
de bjitendeur zoo vast, dat niemand haar
openen kon.
Heiverloop der gebeurtenissen, die zich
daarna hebben afgespeeld, is, naar door de
politjl is vastgesteld, als volgt geweest:
Té»'ijl T. en zijn moeder zich te Utrecht
bevoj len, kwam mej. T. met haar moeder
naarl het huisje te Vreeland, en toen de
beida vrouwen de deur vernageld vonden,
beeftl T.'s vrouw een ruit ingedrukt en zich
zoodc inde toegang tot de woning ver
schaf Zij heeft toen het nog aanwezige
huisraad uit de woning gehaald cn aan
haarl moeder overgegeven, die echter op
61raai gebleven is. In deze laatste omstan
digheid zou een belangrijke aanwijzing
kunnen schuilen, welke er op zou wijzen,
dat de schoonmoeder niet schuldig is aan
de vergiftiging. Dc mededecling van een
j^BBorpelingen, dat de schoonmoeder op
6lnjB was blijven staan, is ons, in een on
derhoud dat wij hadden met burgemeester
Schiéthart, bevestigd.
Delmeubeltjes zijn, na op een auto gela
den te zijn, naar Weesp vervoerd. Dicnzclf-
den namiddag legen halfzes kwam de
moeder van T. alleen uit Utrecht terug,
daar haar zoon later huiswaarts zou kec-
ren. Volgens verklaringen is de moeder n.i
haar terugkomst, vergezeld van een doch
ter, de verlaten woning ingegaan. Naar de
moeder verklaard heeft, heeft zij dit ge
daan, om een gordijn voor de ramen tc
hangen. Dienzelfden avond is T. uit Utrecht
teruggekomen en den volgenden ochtend
heeft hij in het huisje van zijn moeder een
paar boterhammen gevraagd, welke hij
mee naar huis nam, om ze daar van boter
te voorzien. Zoodra de man do boterham
beproefde, bespeurde hij een eigenaardigen
smaak, waarom hij er mede naar zijn moe
der ging, die na aan eenn boterham ge
roken te hebben, tot haar zoon zcide: „Die
boter is niet in orde, die lucht deugt niet."
Een oogenblik later ried zij T. aan: „Weet
jc wat jij doet? Gooi jij die boter maar in
de Vecht.'" Dit is echter niet geschied, maar
T. heeft de boter eerst naar dr. Dijkstra,
een te Vreeland wonenden scheikundige,
cn daarna bij dr. Itman, den medicus, go-
bracht. Laatstgenoemde rook onmiddellijk
aan de boter, welke vergiftiging had plaats
gehad, en hij diende T. een tegengif toe.
Do man verkeerde toen nog in een toe
stand, welke hem veroorloofde, per fiets,
met het potje boter, naar Utrecht te rijden,
waar hij, op advies van dr. Itman, in hei
ziekenhuis aldaar werd opgenomen.
Na het uitgebreid verhoor, dat het par
ket van Utrecht j.l. Woensdagmiddag den
beiden vrouwen, T.'s schoonmoeder en
haar dochter (zijn vrouw) freeft afgeno
men, zijn zij op last van den officier van
justitie te Utrecht gistermiddag naar he:
huis van bewaring te Utrecht overge
bracht.
Het gerucht, dat in potten met ingelegde
spercieboonen, welke op den zolder ston
den, ook rattenkruid gevonden zou zijn,
is blijkbaar niet juist, althans den burge
meester was hiervan niets bekend.
(Telegraaf).
IS EEN ELECTRISCH RIJWIEL EEN
MOTORFIETS?
Rechterlijke beslissing te
wachten.
Dc Zutphensche kantonrechter heeft dc
vraag te beantwoorden of een electriach rij
wiel een motorfiets is.
Iemand was gedagvaard, omdat hij had
gereden op een motorrijwiel, terwijl hij
geen rijbewijs had. De verdachte was van
meening geen rijbewijs noodig te hebben,
omdat het geen motorrijwiel, maar een
fiets was, (n.l. een electrische) waarop hij
had gereden.
De electrische fiets was ter zitting aan
wezig. Daar werd ze gedemonstreerd, even
als later builen het gebouw.
Als deskundige werd gehoord de heer
Ir. H. D. E. G. Zoetelief Norman. Deze ver
klaarde dat het in allen gevalle een motor
rijwiel kon worden genoemd, omdat het
voertuig door mechanische kracht kon wor
den voortbewogen.
De ambtenaar van het O.M. eischte 1
boete subs. 1 dag hechtenis. De vv.n. kan
tonrechter, mr. Wildervanck de Qlécourt
zal de volgende week schriftelijk uitspraak
doen.
DOOR EEN AUTO GEGREPEN.
Fietser ernstig gewond.
Bij de halte Midlum—Herbayum bij het
dorp Midlum gemeente Franekeradeel, is
eene rnstig auto-ongeluk gebeurd. De heer
P. de V. kwam per fiets van een zijweg en
wilde den straatweg FranekerHarlingen
oversteken. Uit dc richting Franeker nader
de een auto. De heer A. werd door den wa
gen gegrepen cn van zijn rijwiel geslingerd.
Hij kwam onder den auto terecht cn werd
zwaar gewond opgenomen. Hij is naar het
ziekenhuis te Harlingen overgebracht; voor
zijn leven wordt gevreesd.
Arnh. weg 32 Tel. £069
Onze collectie lijsten munt uit
door mooie profielen voor elke
omlijsting.
Billijke prijzen.
België verlaagt het invoer
contingent opnieuw
Naar het „Limburgscbe Dagblad" ver
neemt. hebben onze Liraourgsfchè kolenmij
nen thans officieel berieht dptvangen," dat
met ingang van 1 October a.s., vooloopig
voor den duur van 4 maanden, dus tot 1
Februari 1933, het contingent van den in
voer in België van steenkolen voor ons land
met 10.7 pet. verlaagd zal worden en der
halve gebracht wordt van £>5.7 op 45 pet. van
den gemiddelden maandelijkschcn invoer
over het eerste half jaar 1930. Dit betcekcnt
een verminderden afzet van meer dan 20.000
ton steenkolen. Met ingang van 1 April j.l.
werd het contingent al teruggebracht van
70 op 55.7 pet.
Hoe onze uitvoer naar België beperkt is
moge blijken uit het feit, dat over Augustus
1932 naar België werd uitgevoerd 82.387 ton,
tegen "203.643 ton in Augustus 1931; een ver
mindering derhalve van 124.256 ton.
Intusschen meent het blad, dat de uitvoe
ring van de Fransche contingenteering ook
over September soepeler is toegepast, tenge
volge van het feit, dat ook al tengevolge
van de Belgische kolenstaking, in Frankrijk
een groot gebrek aan huisbrandkolen be
staat. Van dien kant is voor onze mijnen
een eenigszins verbeterde toestand ingetre
den.
Het blad verneemt tenslotte nog, dat ver
leden week tusschcn Belgische en Neder-
landsche autoriteiten besprekingen zijn ge
voerd naar aanleiding van de nieuwe con
tingentverlaging.
De Minister raadpleegt ven
tegenwoordigers der groote
organisaties
Dezer dagen stelde de minister van Econo
mische Zaken en Arbeid enkele vertegen
woordigers van de Algemecne R. K. Werk
geversvereniging, Centraal Overleg in Ar
beidszaken voor Werkgeversbonden, de
Christelijke Werkgeversvereniging en het
Verbond van Ncderlandsche Werkgevers in
de gelegenheid om mondeling het standpunt
uiteen te zetten, dat hunne besturen inne
men inzake de vraag of door een verkorting
van den arbeidsduur een vermindering van
de werkloosheid ware te bereiken. Daarbij
deelde minister Verschuur mede, dat het
geenszins in zijn bedoeling lag dit onder
boud te beperken tot een wettelijk ingrijpen,
maar dat hij evenzeer de mogelijkheid wilde
bespreken om door een betere verdeeling
van het beschikbare aantal arbeidsuren het
beoogde doel te bereiken. De minister voeg
de daaraan toe, dat hij dit onderwerp nog
in geen enkele richting voor een beslissing
rijp acht; naar zijn mcening ziet men ook
van arbeiderszijdo in, dat dit onderwerp
nog slechts in een eerste periode van onder
zoek verkeert.
Do vertegenwoordigers der evenvermelde
centrale werkgeversorganisaties gaven den
minister de verzekering gaarne te zullen
medewerken aan elk voorstel, dat daadwer
kelijk tot vermindering der werkloosheid
zou kunnen bijdragen. Echter verheelden zij
niet hunne vrees, dat verdere verkorting van
den arbeidsduur het Nederlandsche bedrijfs
leven weinig zou baten.
Immers reeds nü getroosten zich hier te
lande vele ondernemingen belangrijke offers
om hun bedrijf gaande te houden en om
het vaak slechts onder verlies verkrijg
hare werk te verdoelen over zooveel mo
gelijk arbeiders, die dan meerendeels short
time werken.
Bedoelde ondernemingen zijn zich ove
rigens ten volle bewust, dat voor haar
het maken van volle weken met een kleine
ren staf arbeiders belangrijke besparingen
zou opleveren (zakelijke bedrijfsbelasting,
sociale lasten, toezicht, administratie etc.;
Voorwaarde voor behoud (en bij opleving
der bedrijvigheid verruiming) van werk
gelegenheid in ons land is: het verlies bij
aanvaarding van orders tot een minimum te
beperken en het concurrentievermogen der
industrie met name tegenover dc buiten-
landsche mededingers te versterken; dit
kan alléén door verlaging der productiekos
ten.
Terwijl echter in het concurreercnde bui
tenland, langs directen of indirecton weg,
drastische verlagingen werden doorgevoerd
van loonen en andere kosten, tengevolge
waarvan aldaar de productiekosten aan
zienlijk daalden, verzetten in Nederland de
arbeidersvakverecnigingeri zich over het al
gemeen èn tegen algeheele verlaging van
het loonpeil èn tegen versobering van
staats- cn gemeentedienst, die tot beperking
van tal van andere, op de productie druk
kende, kosten zouden leiden. Daarnaast een
40-urige arbeidsweek invoeren, zooals zij
schijnen te wenschen, zou gelijk staan met
economischen zelfmoord.
Terugbrengen der 48-urige arbeidsweek op
een 40-urige komt voor bedrijven, die nog
48 uur arbeiden, bij gelijkblijvend uurloon,
voor den arbeider neer op een verlaging
met V« (ca. 17 van zijn weekinkomen;
voor de onderneming beteekent het, dat de
vaste kosten dan in B/e van den huidigen
tijdsduur zouden moeten worden gedekt. Bij
vermindering van den werktijd wordt over
het algemeen het procent van dc algemeene
kosten, dat op den prijs drukt, grooter, ook
al blijft het uurloon hetzelfde. Zoo kan in
korten van den werktijd het bedrijf finan
cieel ondermijnen cn de productiekosten
verhoogen, hetwelk ongeraden is vooral in
een tijd, dat wij èn tegenover het buitenland
èn tegenover den binnenlandschen consu
ment, dio anders het gelag zou moeten be
talen, tot verlaging der onkosten moeten ga-
raken.
Maar zelfs wanneer dit alles konde wor
den overbrugd waarbij hoogervermoldo
houding der vakvereenigingen niet hoopvol
stemt dan nóg zou de factor „loon- e.a.
kosten" in het product, op zijn best even
hoog blijven als nu, zoodat van do toch zoo
noodzakelijke verbetering in Nederlands
concurrentievermogen op de wereldmarkt
nog geen sprake zou zijn. M.a.w. het Ne
derlandsche bedrijfsleven zou in tegen
stelling tot de buitenlandsche concur
rentie nog even ver af zijn van paraatheid
voor de weder-opleving der internationale
markt als, helaas, liet geval is thans, nu al
verschillende bedrijven zich, noodgedwon
gen, over de grenzen verplaatst hebben en
andere zulks nog overwegen.
Wanneer men voorts het vraagstuk van
de verkorting van den arbeidsduur interna
tionaal beziet, moge men zich de ervaring
met de Conventie van Washington nopens
de 48-urige arbeidsweek in nijverheidsonder
nemingen ter harte nemen. Die ervaring im
mers leert, dat slechts zeer weinig landen
een zoo strikte toepassing der wet kennen
als ons land. Bij een internationale verkor
ting van den arbeidsduur moge dan ook het
voorbeeld in de practijk worden afgewacht
van die landen, die hetzij indirect door een
buitengewoon soepel stelsel van overwerk,
hetzij direct door iangere werktijden dik
wijls gepaard aan zeer lage loonen, aan
onze industrie een moordende concurrentie
aandoen.
DE VERWISSELDE KOFFER.
Amsterdam, 16 Sept. Een ingenieur
uit Haarlem had in Hamburg een bedrag
van ongeveer 40.000 in effecten en baar
geld liggen. Om dit geld in zijn bezit tc
krijgen had hij een goede kennis, een 31 ja
rige man, wonende in de Jan Luykcnstraat,
alhier, gevraagd, het mee te nemen.
Dc man heeft effecten en geld in twee
pakken in een handkoffer gedaan.
Bij hun ontmoeting in Amersfoort deelde
do man die uit Hamburg kwam mede, dat
hij den koffer met het geld kwijt was, hij
had n.l. de koffers verwisseld. Waar de ver-
wiscling had plaats gehad, kon hij niet ver
klaren. De Haarlemscho ingenieur heeft de
zaak bij dc politie aangegeven.
Deze heeft gister de man cn ook diens
vrouw in verzekerde bewaring genomen.
De verwisselde koffer is in beslag geno
men. De inhoud was twee overhemden en
een scheerkwast.
Het onderzoek van de politie en justitie
wordt voortgezet naar de afkomst van de in
beslag genomen koffer en deszelfs inhoud.
De 34-jarige bewoner van de Jan Luykcn
straat en de 32-jarige vrouw, zullen ter be
schikking van de justitie worden gesteld,
resp. verdacht van verduistering cn heling.
De man is al reeds eerder verdacht ge
weest van minder eerlijke handelingen.
ERNSTIGE FRAUDE OP
SCHIERMONNIKOOG?
Donderdagmorgen arriveerde op het
eiland Schiermonnikoog per recherche
vaartuig „Laman de Vries", van Oostma-
horn, het parket uit Leeuwarden, teneinde
een onderzoek in te stellen naar vermoe
delijk ernstige fraude inzake het aan
brengen van gedoode zeehonden ter ver
krijging van de daarvoor door het rijk
vastgestelde premie (f 2.— per zeehond).
WA heden niet kan, wordt morgen mo
gelijk.
uit liet Xoorsch van Jacob B. Buil
la, waarschijnlijk, zei ze.
Alzoo namen ze afscheid.
ho'aeht,7;lam keerde 'iij tei'ug naar het
*Baa'rlsnam L'J' °P' Zij liCp vlug
*§VC"Ï ze ver genoeg weg was, begon
""I1'" onder hl' loopen en toen
ondeï het hakken?5' glimIacll,c hi' alJoor
B-a3oUStnil "as voorbii ">en Berit Glom-
en 'luis kwamVer d# had g?boumd
ha"arlvader.bCn je "aar '°e gewecst? vr0£S
do ze" ar k°Ven' naar de weide, antwoord-
van'fcn68 ni0t„vcrdcr- Maar hij had haar
overjijde °rdkant zion kc"nen aan de
do rivier" ^rne'. f* ,d°Cn' dsarSinds. over
alleen waren. Ivar™. loon beiden
Braalr-ri naar be' noorden, naar
fc, antwoordde Berit.
-tlva' h.a,d daar te doen?
ErlwJs daar eens kiik^h-
^■.werd niet verder aevraacd.
Ola Eriksen Glomgaarden stond met de
pijp in den mond midden op het voorplein.
Hij keek uit over den weg, die naar de
hoeve voerde, waar een jongmcnsch aan
kwam met een gezadeld paard achter zich.
Mijn hemel, wie kon dat wezen!
Ja, nu meende hij hem te herkennen!
Het moest stellig Gjermund wezen, de zoon
op Hangsett. Hij kende het paard.
Het was anders zonderling, dat er nu
midden in den oogsttijd bezoek kwam uit
h'c-t dorp.
Ola Eriksen stond met de pijp in den
mond te turen naar den man, die nader
de.
Nu was deze bij de poort cn tilde de
klink op. Ja, het was Gjermund Hangsett.
Ola Eriksen, die in zijn hemdsmouwen
stond, keerde zich om, ging naar binnen en
trok zijn buis aan.
Er komt bezoek uit het dorp, zei hij
tot het vrouwvolk, dat bezig was het avond
eten gereed te maken.
Zuster Karen keek op van den brijpot,
waarin ze aan het roeren was cn lei nu
den karnstok weg.
Wie dan? vroeg ze.
Ola Eriksen ging naar buiten.
Het is een paard van Hangsett, zie
ik, antwoordde hij, terwijl hij heenging.
Maar Berit, die ook had opgekeken,
bloosde; het was e m blos, die onmiddellijk
verdween.
Daarop ging ze naar de alkoof om zich
te verklccden.
Toen Ola Glomgaarden weer buiten op
het plein der hoeve was gekomen en nu
dicht bij dc galerij stond, draaide Gjer
mund Hangsett juist het erf op.
Hij was in Zondagsche kleeding en hield
Hangsettborkcn gezadeld achter zich bij
den teugel.
Hij bond het paard aan de heining en
kwam recht od Ola toe.
Ola Glomgaarden trippelde hem lang
zaam tegemoet.
Goeden dag, zei Gjermund Hangsett.
Goedendag en wees welkom, antwoord
de Ola Eriksen. Gjermund Hangsett reik
te hem de hand.
Dank voor 't laatste, zei hij.
O, niets te danken!
Ola Eriksen bleef even staan.
Het is mooi weer!
Gjermund bekeek de lucht aan alle kan
ten.
Ja echt mooi weer, anwoordde Ola
Eriksen.
Ze talmden weer even.
Het is warm!
Gjermund droogde het zweet af!
Ja.
Weer bleef het even stil.
Je moet het paard binnpn zetten cn
mee gaan.
Gjermund Hangsett draalde even.
O dank Uik moest dat toch maar
niet doen, antwoordde hij.
Ola Eriksen gaat zonder hierop te ant
woorden heen. maakt den teugel los en
leidt het paard naar den stal.
Gjermund volgt.
Hiermee gereed gekomen, gaan ze weer
naar buiten, blijven even bij de staldeur
over den hooioogst staan praten.
Er komt veel voer dit jaar, zegt Ola
Glomgaarden.
Ja, daarmee staat het niet kwaad, ant
woordt Gjermund.
Jelui zult er ook wel spoedig mee klaar
zijn, zegt hij.
O ja, heel gauw, antwoordt Ola Erik
sen.
Beiden zwijgen.
Daarna zegt Ola Eriksen:
Ga nu mee naar binnen!
Ja, dank je!
En beiden treden binnen.
Gjermund groet eerst Karen en geeft haar
de hand'en daarna Berit. Dan stapt hij
naar voren en neemt plaats, terwijl Berit
naar den kelder gaat om bier te halen.
Maken allen het goed in het dorp,
vraagt Karen.
Ze staat bij het buffet cn is bezig koekjes
op een schaal te leggen.
Ja, dank je, voor zoover ik weet, ant
woordt Gjermund. Hij spreekt als een
mcnsch op leeftijd.
Je moeder is zeker op de bergweide?
Ja, ze is daar nu al drie weken.
De koeien daarboven geven zeker wel
veel melk?
Ja, dat gaat wel.
Nu komt Berit boven met het bier en
gaat naar Gjermund.
O, dank je! Met groote deftigheid
neemt hij het aan cn drinkt.
Zij blijft in afwachting staan.
Neen, lesch eerst j«? dorst maar, zegt
ze, als zij haar den beker reikt.
O, dank je!!
Hij drinkt weer.
Dank je, nu niet meer, zegt hij daar
na.
Zij neemt den beker aan en brengt dezen
naar het buffet, daarna komt ze terug met
de gebakschaal.
Hij bedient zich.
Nadat Ola Glomgaarden ook gedronken
heeft, beginnen ze met z'n viertjes onder
elkaar te praten. Men somt over en weer
de gebeurtenissen op, die in het dorp heb
ben plaats gehad. Er wordt rustig navraag
gedaan naar alles en nog wat. Daartus-
schcn in vallen lange poozen van stilzwij
gen. De vrouwen hebben buiten nog enkele
bezigheden te verrichten en komen daarna
de een na de ander binnen. Berit neemt iets
ter hand. Maar de beide mannen blijven
zitten cn praten langzaam en voorzichtig
met elkaar. Het gesprek komt op de ver
wantschap en opeens vraagt Ola Glom
gaarden:
Zeg, je vader geeft nu zeker weldra
de hoeve over aan jou?
Gjermund schraapt zijn keel en verschuift
zijn stoel.
Ja, hij heeft er over gesproken, geeft
hij ten antwoord.
Zoo?
Men schraapt de keel.
Dat wordt zeker een groote uitkeering?
Ola Eriksen haalt de pijp voor den dag.
Gjermund humt weer.
Ja, klein wordt ze niet, antwoordt hij.
Ola Eriksen stopt zijn pijp.
Ja, het is een groote hoeve, zegt hij
kalm.
Het gesprek stokt. Beiden rooken nu.
Daarna komen de vrouwen weer binnen.
En Ola Eriksen laat den jongen boeren
zoon aan haar beiden over. Zelf gaat hij
naar buiten om naar de maaiers te kijken.
Gjermund bracht den nacht door op den
Glomgaard. Maar tevoren op dien stillen,
zomersch warmen avond hadden hjj en Be
rit bij den koestal met elkander gesproken.
(Wordt vervolgd).